Het nieuwe Belgische kabinet DE REPUBLIEK FINLAND. Schatten op den bodem van den Donau. Engelsch passagiersschip op een mijn. WOENSDAG 10 JANUARI 1940 H A A R L E M'S DAGBCAD Ook dit bewind van jPierlot geen lang tlleven beschoren? ,rcJ Onze Brusselsche correspondent schrijft: E heer Pierlot werd Donderdag j.l. door den Koning met de hervorming van zijn kabinet belast. Reeds dagen te voren heeft men over die reorganisatie onder handeld. Vrijdag echter trad het kabinet af. Men kan daaruit concludeeren dat de reorganisatie mislukt was en nieuwe persoonlijkheden zouden optreden. Na acht uren was de crisis echter reeds opgelost en er kwam een kabinet, waarin slechts één nieuwe figuur te ontdekken viel: de i Waalsche socialist Matagne aan Openbare Werken. Dus toch een reorganisatie en geen crisis? De openbare opinie vroeg zich nog steeds af wat die crisis eigenlijk te beteekenen had. Een nieuw programma? Maar de heer Pierlot I had verklaard dat hij slechts zoo spoedig kon slagen omdat deze kwestie terzijde werd gelaten. Bovendien was er onder de huidige omstandig heden weinig keus in programma's. Die worden thans min of meer door de ontwikkeling der internationale gebeurtenissen gedecreteerd. „Er is nooit een dwazer crisis geweest", schrijft de socialistische „Peuple". Zij beant woordde aan geen enkele politieke noodzakelijk heid. Zij maakt aan geen enkele regeeringsmoei- lijkheid een einde, want de heer Pierlot zou wel naïef zijn, indien hij thans ging gelooven dat de critiek zal verminderen, omdat de nieu we regeering nog slechts veertien leden telt in plaats van achttien". De voornaamste posten blijven door de o\jde garde bezet. Voor zoover dat Defensie en Bui- tenlandsche Zaken betreft, is men daar over het algemeen zeer mee ingenomen. In binnen- en buitenland zal men daardoor begrijpen dat, met de heeren Denis en Spaak aan het hoofd van deze beide departementen, in de buiten- landsche politiek en in legerzaken geen wijzi gingen komen. Maar hoe zit het met de an dere departementen? Heeft de Katholieke rech terzijde den heer Pierlot niet verweten dat er niet voldoende „ploeggeest" in zijn ministerie zat en dat hij met zijn financieele plannen te veel in socialistisch vaarwater verzeilde? En toch staat de heer Pierlot weer aan het hoofd van de drie partijenregeering. Ook de heer Gubt blijft op zijn post als minister van Financiën. Vijf ministers zijn verdwenen, één nieuwe is 'gearriveerd en voor het overige hebben, behalve ,op de belangrijkste posten. de_ katholieken, so- sialisten en liberalen chassé-croisé gespeeld, waarover men vooral in de liberale pers niet ibijster te spreken is. Eén van hun sterke man- nen, de heer Devèze moest plaats maken voor L'd den liberalen Vlaming Van der Poorten, die zijn portefeuille van Openbare Werken aan den nieuweling, den socialist Matagne geeft. Deze laatste houdt zich tenminste bij zijn leest. Deze senator was verbonden aan de Arbeidshooge- school te Charleroi en clviel-ingenieur. De Vla mingen, die het herhaaldelijk aan den stok had den met den heer Devèze, zullen hem, met de volkstelling van 1940 in het zicht, niet ongaarne zien vertrekken. Overigens beantwoordt ook dit kabinet niet aan hun verwachtingen. Van de 14 ministers zijn er slechts 4 Vlamingen en één z.g. „geografische Vlaming" de heer Sou dan, die van Justitie naar Onderwijs verhuist, •ld terwijl de heer Janson zijn oude plaats aan Jus- titie terugkrijgt. 10De liberalen zien zich dus weer de gewenschte |J,( Onderwijsportefeuille aan hun neus voorbijgaan. Trouwens in hun pers kan men weinig enthou siasme voor de oud-nieuwe combinatie ontdek ken. Men betreurt niet alleen dat de heer Devèze wegging, maar de liberale Gazette vraagt zich zelfs af of deze zich voor een nieuw kabinet reserveert, want, schrijft dit blad, in veel kringen Tekent men al op den min of meer nabijen val van het nieuwe kabinet Pierlot, „le cabinet de Sal'impuissance"; het kabinet der machteloosheid. dlDe libeiulen en ook sommige socialistische bla- den zijn er niet over te spreken dat de heer edSap aan 't hoofd van Economische Zaken bleef voornaamste geschilpunt in de afgeloopen maanden terwijl de Brusselsche „Indépen- dance Beige" met leedwezen constateert dat "'de heer Sap, die het zijn politieke tegenstanders -v. in het kabinet niet altijd gemakkelijk zou maken met hem samen te werken, neg den dienst voor ee bevoorrading erbij krijgt. Het orgaan van minister Sap, de Katholieke Vlaamsche Standaard komt weliswaar met een "1 aantal eischen voor de Vlaamsche zaak, in ruil 'voor hun geringe vertegenwoordiging in het v kabinet, maar laat verder een wat optimisti scher toon hooren. Al wat men aan de „oude" .f° regeering Pierlot moet verwijten: innerlijke ver- deeldheid, oprichting van nuttelooze, kostbare nieuwe diensten en departementen, besluiteloos- "„jheid, onlogische maatregelen en wat al meer, n3 vindt voor een groot deel zijn oorsprong in het kwaad der ministerieele inflatie. Dat alles be- hoort nu tot de „historie", ft Tot de „historie" het ministerie voor Nationale Voorlichting, een doorn in het oog van de con- servatieven. En met dit departement verdwijnt ook de minister Wauters, tegelijk met den heer Christen-democraat. Dit waarschijnlijk ter wille van de par tij-symmetrie en als na sleep van de ongelukkige zaak van het „Credit gAnversois"! De Christen-democraten moeten c 't nu met slechts één vertegenwoordiger in het (jkabinet doen en nog wel met een Waal, den heer Delfosse, hoewel zij hun aanhang voor vier-vijf- óe in het Vlaamsche land vinden. =s De heer Delfosse volgt den heer Marck als mi- jnister van Verkeerswezen op. De „Nationale Voorlichting" wordt voortaan verzorgd door het kabinet van den eersten minister. Dank zij den heer Wauters is de vrijheid van drukpers tot dusverre in België niet veel aan banden gelegd; dat erkennen ook de politieke tegenstanders. uZal dit nu zoo blijven? N De heer de Man, die als minister zonder porte feuille het werk ter ontspanning der soldaten leidde, had reeds Vrijdagmiddag eigener bewe- ging zijn ontslag aangeboden. De conservatieve katholieken, in dit kabinet, dat uti 5 katholieken. 4 socialisten. 3 liberalen 2 technici bestaat, werden allen gehand haafd. De conservatieve heer Duesberg, die 56 zijn Onderwijsportefeuille aan den socialist Soudan moest afstaan, zetelde als „technicus". De conservatieve Antwerpsche „Métropole" vraagt zich af, waarin dit ministerie, al gooide zij wat ballast uit, van het vorige verschilt Het blad vreest dat het land ook verder zal lijden 'donder een onsamenhangende partijpolitiek, terwijl de heer Pierlct tot dusverre nog niet ge toond heeft de situatie te beheerschen. Men jheeft in België nog niet den weg van de nor male naar de oorlogseconomie gevonden en zelfs G nog de oude begrootingen, vóór den oorlog op- gesteld, bij het parlement durven indienen. Het is alsof een eigenaar op het oogenbldk, dat zijn huis in brand staat, zegt dat hij als naar ge woonte moet beginnen zijn parketvloeren in de was te zetten, aldus de Métropole. Het blad eischt een strenge bezuinigingspolitiek, terwijl anderzijds de socialistische „Peuple" er nog eens op wijst, dat ondanks de pogingen, die de reactie zal aanwenden, niet aan het kader der sociale wetten mag getornd worden. De problemen zijn dezelfde gebleven, de men- schen en de partijverhoudingen ook. Zal het vierde kabinet Pierlot onder deze omstandig heden lang leven? Gezien ook de koele ontvangst die het geniet, zou men het moeten betwijfe len. Britsche luchtmacht in Frankrijk onder één commando. Functie aan luchtmaarschalk Barrett toegewezen. Dinsdagavond is op Downingstreet 10 de volgen de mededeeling uitgegeven: „De toeneming der sterkte van het leger in Frankrijk heeft noodzakelijkerwijze eenige wijzi ging met zich medegebracht in de organisatie der noodige luchtstrijdkrachten, terwijl dit tevens het beste middel was om de noodige coördinatie met en steun aan het leger te geven. In November j.l. werd deze aangelegenheid geheel overzien in het licht van de practische ervaring bij de uitoefening van controle over de R. A. F. bij den steun aan het leger in Frankrijk. Als resultaat hiervan werden dé volgende aanbevelingen goedgekeurd door het oorlogskabinet, in begin December: „Er moet één commando over de Royal Airforce, dat alle eenheden der R. A. F. in Frankrijk zal omvatten gevormd worden. Het nieuwe commando zal genoemd worden „Brit- sche Luchtmacht in Frankrijk" en zal onder bevel staan van een luchtvaartofficier als opper bevelhebber. De luchtvaartofficier-opperbevelhebber zal tevens verantwoordelijk zijn voor het in overleg met de betrokken opperbevelhebbers van het leger verze keren van den meest doeltreffenden steun van de Britsche luchtstrijdkrachten aan het Britsche expe- dit-ieleger en de Fransche legers aan het Westelijke front. Tezamen met den opperbevelhebber van de Fransche luchtstrijdkrachten zal hij tevens ver antwoordelijk zijn voor de coördinatie der operaties van de R. A. F. in Frankrijk met die van de Fran sche luchtstrijdkrachten". Deze regeling brengt geen wijziging met zich mede van het principe, dat het verband tusschen het leger en de R. A. F. be- heerscht. Zij is gebaseerd op de analogie der be staande betrekkingen tusschen de marine en het kustcommando der R. A. F. en zal de nauwste samenwerking verzekeren tusschen de strijdende troepen en luchtmacht. Het Engelsche ministerie van luchtvaart deelt mede dat luchtmaarschalk A. S. Barratt aangesteld is tot opperbevelhebber van de Britsche luchtstrijdkrachten in Frankrijk. Hij zal binnenkort zijn functie aanvaarden. Luchtmaarschalk Barratt is van begin 1936 tot het uitbreken van den 'oorlog commandant geweest van den staf van het opleidingsinstituut voor de Koninklijke Luchtstrijdkrachten. Verleden jaar werd hij benoemd tot commandant der luchtstrijdkrach ten in Indië, doch in plaats van zijn functie te aan vaarden, werd hij de voornaamste verbindings officier der Koninklijke luchtstrijdkrachten in Frankrijk bij het Fransche leger en de luchtmacht. Slachtoffers onder de bemanning. Alle passagiers gered Het Engelsche schip „Dunbar Castle" (10.000 ton) van de Union Castle lijn, is Dinsdagmiddag aan de zuidoostkust op een mijn geloopen. De „Dunbar Castle" was op weg van Kaap stad en had aan boord ongeveer 48 passa giers 8 eerste klas passagiers, 31 toeristen en 9 kinderen. De bemanning bestond uit on geveer 150 koppen. De lijken van den gezagvoerder, Causton, den magazijnmeester van de machinekamer en een matroos zijn aan land gebracht in een haven aan de zuidoostkust van Engeland. Twee leden der bemanning worden vermist. De passagiers, die in twee reddingbooten van het schip rondzwalkten, werden opgepikt door een motorbarkas van de kustwacht, welke hen aan wal heeft gebracht. Voor zoover bekend werden alle passagiers van de Dunbar Castle" gered. Zij hadden de beide reddingbooten gebezigd en dreven daarmede op het Kanaal rond totdat zij door een motorbarkas werden gezien en opgepikt. De geredden zeggen, dat toen zij zich van de Dunbar Castle" verwijderden, dit schip snel zonk. Een der geredden zeide „Wij waren zoowat klaar met de lunch toen een hevige ontploffing het schip van voor tot achter deed schudden. Alle lichten gingen onmiddellijk uit." Een andere geredde zeide, dat kort nadat de opvarenden het schip hadden verlaten zij zagen, dat dit in tweeën brak. Een derde vertelde dat alles heel vlug was ge beurd. Vijftien minuten nadat het schip op een mijn was geloopen bevonden alle passagiers en leden der bemanning zich in de booten. De koks behoorden tot degenen, die het meest onder de ontploffing te lijden hebben gehad daar vet en olie overal rondspatten en onmiddellijk vlamvatten. Toen zij aan dek gerend kwamen ver toonden hun kleeren brandgaten. Sommigen hun ner waren er vrij leelijk aan toe. Nader meldt Reuter uit Londen; De geredden van de „Dunbar Castle", die in een ziekenhuis zijn opgenomen, zijn niet ernstig ge wond. Volgens een lid der bemanning was de gezag voerder van het schip dood voor de deur van zijn hut aangetroffen, welke hij naar het schijnt had probeeren te bereiken toen de brug in stortte. De eerste officier, Robertson, die het be vel overnam, was de laatste, die het schip verliet. Een opvarende zei, dat ze hem aan boord van een der reddingbooten hadden moeten trekken. Volgens een ander was de voormast bij de ont ploffing vrijwel uit de boot geslagen. Dc passagiers waren vol hulde en lof over dr bedrevenheid, moed en discipline der bemanning. De bemanning harerzijds heeft hulde gebracht aan de kalmte en het flinke gedrag van de pas- Een kaart, die de geografische ligging van Finland en de voornaamste plaatsen en eilanden van dit land op duidelijke wijze aangeeft. Het plaatsje Suomossalmi, in de nabijheid waarvan de Finnen de 44ste, Russische divisie versloegen, ligt in den z.g. flesschenhals aan de Sovjetgrens, ten Zuiden van Kuusamo en ter zelf der hoogte als Oulu (Uleaborg). Wij geven onzen lezers in overweging deze kaart uit te knippen en bij het lezen der kriigsberichten te raadplegen. sagiers. In het bijzonder aan de moeders met jonge kinderen. Een der geredde passagiers zeide, dat een zee man, die zelf aan het hoofd gewond was, in een van de booten de zorg over een zuigeling op zich nam. Dit kindje was een van de twee, welke nog niet konden loopen. Tot de gewonden behoort de kwartiermeester, een Scandinaviër, Larsen geheeten, die bewuste loos was, toen hij van het schip werd gehaald. De geredden zeiden, dat alle booten met moeite konden worden neergelaten met het oog op de sterke zuiging van het water. De „Dunbar Castle" werd in 1930 te Glasgow gebouwd. Het schip had accomodatie voor 200 pas sagiers eerste klasse. 260 derde en verder ruimte voor ongeveer 100 tusschendekspassagiers. Fransch patrouillevaartuig tijdens storm gestrand. Naar Dinsdag bekend geworden is, is het Fransche patrouillevaartuig „Barsac" (1.049 ton) Zaterdag tijdens een zwaren storm ter hoogte van Vigo aan den grond geloopen. Het schip moet als volkomen verloren worden be schouwd. Achttien leden der bemanning wor den vermist. 45 overlevenden zijn door een Spaansch vaartuig te Vigo aan land gezet. Ecktp; aar door kolendamp vergiftigd. Het echtpaar H. M. de Rooi te Nieuwersluis is in den nacht van Maandag op Dinsdag door kolendamp bedwelmd. Toen men het echtpaar vond, is terstond geneskundige hulp ingeroepen Men slaagde erin bij den heer De Rooi het be wustzijn te doen terugkeeren. Mevr. De Rooi kon chter niet meer in het leven warden terug- BOEDAPEST Januari. (Van enzen correspondent). ER is te Boedapest een vereeniging op gericht, waarvan geleerden en fi nanciers deel uitmaken. Deze heeft het plan opgevat te pogen twee met schatten beladen schepen, die meer dan vier honderd jaar geleden in den Donau gezon ken zijn, boven water te halen. Een van de vermaardste figuren van de Hon- gaarsche geschiedenis is Matyas Corvlnus ge weest, die in het jaar 1458 door den Hongaarschen adel op het ijs van den Donau tot koning van Hongarije werd uitgeroepen. Zijn vader was de groote Janos Hunyadi geweest en evenals deze heeft ook Matyas Cervinus tal van oorlogen en veldtochten gevoerd. In 1490 stierf Matyas Corvinus en met hem stierf ook het Huis der Hunyadis uit. Toen nu de jeugdige koning Lodewijk II een van zijn opvolgers, in het jaar 1526 in den slag bij Mohacs tegen de Turken gesneuveld en zijn' leger verslagen was, drongen de Turksche ben den steeds verder het Hongaarsche land bin nen en achtte de weduwe van Matyas Corvinus. een Italiaansche prinses Beatrice, het raad zamer de schatten, die haar man had nagelaten en die in den burcht te Boeda bewaard werden, naar 'n veiliger oord te laten brengen. Zij wilde dat bezit naar het hof van keizer Ferdinand I te Weenen zenden en derhalve werden zij op drie schepen geladen, die al spoedig stroömopwaarst voeren. Bij VLsegrac. dat van bij de bekende „knie" van den Donau ten noorden van Boedapest ligt, moesten de schepen aanleggen en daarvan wilde een Hongaarsch magnaat, die steeds een tegen stander van de Hunyadis geweest was en die zich nu bij de Turken had aangesloten, gebruik maken om hen aan te vallen. Hij verscheen met een troep krijgslieden ter plaatse. Een van de schepen wist nog te ontkomen, maar de andere twee konden niet meer zoo vlug weg komen. Toen besloten de kapiteins iets wat men in den huidigen oorlog cp zee ook herhaaldelijk kan zien hun schepen maar liever zelf tot zinken te brengen dan toe te staan, dat de rijke schatten in de handen van den vijand zouden komen. Sindsdien rusten zij op den bodem van den Donau. Men heeft in den loop der eeuwen herhaaldelijk getracht de schepen weer naar boven te halen, maar deze pogingen zijn steeds mislukt, daar de booten te diep in den modder gezonken waren. Men hoopt thans ech ter dat men er met de moderne technische hulpmiddelen wel in zal kunnen slagen. Welis waar zal het werk veel geld kosten, maar men is ervan overtuigd dat men beloond zal worden, daar zich juist op de twee gezonken schepen veel kostbaarder schatten bevonden moeten hebben dan op het derde. Zij zijn afkomstig van de vele veldtochten van Mathay Corvinus en van zijn vader Janos Hunyadi en zij zullen niet alleen van groote materieele waarde, doch ook van kunsthistorische waarde zijn. BEKAAÜ. WEEK-ABONTVEMENTEN dienen uiterlijk Woensdags avonds betaald te zijn, daar de bezorgers op Donderdag moeten afrekenen. DE ADMINISTRATIE

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 11