Sp&ti ut 't De Zweedsche bladen trekken fel van leer tegen de Russen. 7 NAAR FINLAND. Engelsche mijnenveger vergaan. /rif ip/ TJIIMtM Het Amerikaansche Huis DINSDAG 6 FEBRUARI 1940 ff A A" R E E U'S D A' GBE A ES Onze bijzondere medewerker schrijft ons uit Stockholm, d.d. 30 Januari: In den afgeloopen nacht zijn hier berichten bin nengekomen over heftige bombardementen, waaraan Helsinki, Viborg en vooral Aabo gister middag hebben blootgestaan. Het grootste zie kenhuis van Viborg is na een aanval met brand bommen in vlammen opgegaan: 21 patiënten en verpleegsters kwamen daarbij om het leven. Ook Aabo, dat toch al uiterst zwaar geleden had o.a. is het grootste hotel, Hamburger Börs, geheel in gestort heeft gisteren een kwaden dag door gemaakt. Circa dertig menschen kwamen tijdens een hevig bombardement om, en de verslaggevers van de Zweedsche bladen melden, dat de stad ernstiger beschadigd is dan ooit te voren. In Helsinki werd vier keer alarm gemaakt, maar daar schijnt de luchtafweer goed op streek te zijn! Er wordt weinig schade gemeld. Een der tienjarige jongen werd doodelijk getroffen. De Zweedsche bladen zijn vandaag uiterst heftig en voor de krantenbureaux stonden vanmorgen veel druk pratende en gesticuleerende menschen. De speciale verslaggevers, die in zwermen naar Fin land zijn gestuurd, weten te melden, dat de Rus sische vliegers opdracht hebben om vooral Roode- Kruis-inrichtingen, veldlazaretten, ziekenhuizen en arbeiderswijken onder vuur te nemen. Zulks wordt bevestigd van de zijde der Engelsche La~ bour-delegatie onder leiding van Sir Walter Ci trine, en door een Zweedsche missie onder aan voering van een Rijksdaglid. Ofschoon deze on derzoekers bij aankomst in Helsinki niets achter den rug hadden dan de treinreis van Aabo, ver telden zij den journalisten, dat het duidelijk is, dat de Russen het op de bovengenoemde objecten bijzonderlijk hebben begrepen, en deze verzeke ring wordt in de Zweedsche bladen dan weer be vestigd door een bericht over twee Russische ge vangenen die van streek raakten toen men hen wegens opgeloopen verwondingen naar een zie kenhuis wilde brengen! Juist op ziekenhuizen hebben onze vliegers het gemunt", zeiden zij. Ik twijfel er niet aan, of deze en dergelijke berichten bereiken ook de Nederlandsche pers. Misschien heeft die ook al het bericht gehad, dat de Russen tegen de burgerbevolking van Finland bij voorkeur dum-dum-kogels gebrui ken. Dat stond gisteren, vergezeld van woedend commentaar, in de Zweedsche bladen. Natuur lijk kan ik van deze berichten de juistheid noch bevestigen, noch ontkennen. Eerst mor gen tegen 12 uur hoop ik, na een vliegreis via het Zweedsche Sundsvall naar Vasa, in Finland aan te komen, en op dit oogenblik heb ik der halve geen bevoegdheid tot oordeelen. Wanneer ik toch aan deze berichten en de daarmee samenhangende feiten en toestanden eenige be schouwingen ga wijden, doe ik dat niet om de eene partij tegen de andere te verdedigen èn zeker niet om recht te praten wat krom is. Maar wel omdat ik het zoo betreur, dat door allerlei stemmingmakerij de aandacht van de hoofdzaak wordt afgeleid. Die hoofdzaak is en blijft, dat de Russen een misdadigen, onuitgelokten overval op een buurland, medelid van den Volkenbond, ondernemen en dat de politiek van de Sovjet- Unie niet anders dan als uiting van steenhard imperialisme kan worden opgevat. Wie die feiten vasthoudt, heeft geen sensaties noodig om bitter verontwaardigd te zijn, noch om diep medelijden te gevoelen met het lot van het Finsche volk. Dat de Russen ziekenhuizen en arbeiderswijken bombardeeren, maakt de zaak waarom het gaat niet erger. Oorlog is oorlog en indien het juist is, wat ik omtrent de Rus sische tactiek oip gezag van anderen hierboven vermeldde, bewijst dat dunkt mij alleen, hoe naïef al het gedoe over „humaniseering" van den oorlog is. Precies dezelfde klachten over bombardeeeren van Roode-Kruis-treinen, zieken huizen en arbeiderswijken, alsmede over ge bruik van dum-dum-kogels, hebben wij de laatste jaren vernomen: van de Chaneezen tegen de Japanners, van de Abessyniërs tegen de Italianen, van de Spaansche regeeringsge- trouwen tegen de aanhangers van Franco en van de Polen tegen de Duitschers. Precies de zelfde dementi's, die Moskou nu terzake ver spreidt, hebben wij uit Tokio, Rome. Burgos en Berlijn te lezen gekregen. Het menschelijk ge weten wordt blijkbaar en gelukkig nog altijd geraakt, wanneer men het ervan beticht, dat het geen erbarmen kent met zieken, rnis- deelden. hulpbehoevenden en kinderen. De „humaniseering" van den ooi-log —wat is zij anders dan een hopeloos pogen om kool en geit te sparen, om ooriog te voeren en toch nog men schelijk te blijven? Ik geloof, dat Finland, als zooveelste in de steeds langer wordende rij bezig is te ondervinden, dat dit sparen van de kool en de geit in de werkelijkheid tot de onmogelijkhe den behoort A la guerre comme a la guerre, zegt een eerlijk Fransch spreekwoord. Al wat Finscli is, is voor de Russen „vijand"', en een vlieger die bovendien zelf aan aanvallen bloot staat, heeft geen kans om wèl op de kazernes maar niet- op het ziekenhuis, wèl op een villa, maar niet op een arbeiderswijk te mikken .Hij duikt in razende vaart naar beneden, gooit zijn bommen, en stijgt weer op. Alles is „vijand" en elke ruïne, elke doode, is „triomf". Er is trouwens in de berichten over de Russische bomaanvallen een zoo felle tegen spraak. dat ik niet recht begrijp hoe de couran ten kunnen verwachten, dat. het publiek er over heen zal kijken. Dagelijks lees ik hier. dat de Russen wel voortreffelijke vliegtuigen hébben, maar dat de vliegers niet deugen: zij.kun nen niet richten! Bommen, blijkbaar gemunt op een electrische centrale, kwamen een kilome ter of 15 verder terecht, zoo lees ik. „Het bombardement op Viborg, Vrijdag j.l., richte weinig schade aan, vrijwel alle bommen kwamen in parken of in het water terecht", zegt een spe ciale verslaggever. Hoe rijmt dat met het vol maakt geslaagde mikken op ziekenhuizen en ar beiderswijken? Het rijmt niet. Ik voor mij ben er van overtuigd, dat men alleen dan eerlijk is, wanneer men zegt: de vliegers zijn den eenen keer „gelukkiger" dan den anderen. Of, omge keerd: de aangevallen Finnen hebben vandaag meer ongeluk dan gisteren. Oorlog is oorlog. Oor log is onmenschelljk. De „gehumaniseerde" oorlog is een ontoereikend doekje voor een bloedend geweten De lezer moge mij deze overpeinzing willen vergeven. Haar nut kan alleen zijn, dat hij weet, hoe ik tegen de dingen aankijk. Ik doe dat zon- der eenige vooropgezette meening. Wie zich ai- leen maar tevreden kan voelen met verwoede stukken tegen die gemeene ziekenhuisbombar- deerders. abonneere zich op de corresponden ties van Zweedsche. Noorsche en Deensche bla den. De verslaggevers kunnen zeker zijn van een eereplaats op de frontpagina als zij het er maar dik bovenop leggen: en dat is sommigen hunner waarlijk toevertrouwd. Zij kweeken er een heftig anti-Russische stemming mee. die evenwel niet meer uit een standvastige beoordeeling van de hoofdzaken voortvloeit, maar die steunt op opge- zwiepte sentimenten. Niemand is ermee gebaat. Al dat hitsen en haten schuift onze erbarmelijke gereld dichter naax den rand van den afgrond. Ik heb nooit in „gehumaniseerde" inbrekers geloofd of in kieskeurige brandstichters. Neen. wie zoo'n doel wil. aanvaardt ook de middelen. Ik veracht de inbraak meer dan het breekijzer, de brandstichting méér dan het blik benzine. Wat Rusland doet tegen Finland, is voor mij een exempel van moderne inbrekerspolitiek. Aan die overweging heb ik schoon genoeg om principieel te staan aan de zijde van de overweldigden. Zij, de Finnen, vormen geen volk van engelen, geen volk zonder fouten. Zij hebben in den loop der jaren dingen gedaan, die ik onverstandig of zelfs gevaarlijk acht. Zij handelden niet altijd zoo, als ik het graag had gezien. Zij hebben de Russen meer dan eens hard op de teenen getrapt. Laat ons niet gaan zwijmelen en idealiseeren. Maar laten wij vasthouden aan werkelijkheden en hoofd zaken. Aan niets ter wereld hebben de Finnen verdiend, door de Russen aangevallen en plat getrapt te worden. Ook wie bedenkingen tegen hun politiek heeft en In een volgenden brief zal ik daarop terugkomen moet toegeven dat zij een schaamteloozen roofoverval als dien van de Russen nooit of te nimmer rechtvaardigen kunnen. En wie aan dit inzicht vasthoudt, staat heel wat sterker dan hij, die voor zijn verbit tering en verontwaardiging nog behoefte heeft, aan allerlei gruwelijke verhalen over het bijzon der onmenschelijkc juist van dezen Russisch- Finschen oorlog, verhalen, die wij uit alle oor logen kennen, en die evenzoovele illustraties zijn van deze ééne waarheid, dat, gelijk de Zweedsche Koning het voortreffelijk heeft ge zegd: elke oorlog onmenschelijk is en een ver nedering voor de menschelijke beschaving. (Nadruk verboden. Auteursrecht voorbehouden). ONGELUK DOOR DE GLADHEID. Maandagmorgen is een 50-jarige wielrijder in de Pieter Kiesstraat te Haarlem door de glad heid geslipt en gevallen, waardoor hij zijn rech ter onderbeen brak. Docr leden van den Onge- vallendienst werd hij, na voorloopig behandeld te zijn, per ziekenauto naar de Maria-Stichting vervoerd. CENTRALE BOND VAN TRANSPORT ARBEIDERS. Door de afdeeling Haarlem van den Centralen Bond van Transportarbeiders zal a.s. Zaterdag een feestelijke bijeenkomst worden gehouden in de groote zaal van het Gemeentelijk Concertgebouw. Door den heer R. Laan zal een propagandistisch woord worden gesproken en verder zal medewer king worden verleend door Arno's Klein Cabaret gezelschap. Hartlijder volgde raad van kwakzalver op en stierf. Tegen kruidendokter hoogste straf geëischt. Een van de ergste gevallen van kwakzalverij werd Maandag voor de strafkamer van het Haagsche Gerechtshof behandeld. Het was de 52-jarige koopman J. B. uit Rot terdam. die aanvankelijk expeditieknecht van beroep, zichzelf had opgewerkt tot kruiden dokter en zijn praktijk in Rotterdam en om geving uitoefende. In het geval, dat gisteren werd behandeld, heeft het ingrijpen van ver dachte, volgens den medicus, den dood van den patiënt ten gevolge gehad en wegens het ver oorzaken van den dood door schuld heeft de Rotterdamsche rechtbank hem dan ook ver oordeeld tot een gevangenisstraf van negen maanden, de zwaarste straf, welke op dit mis drijf staat. Verdachte's patiënt was een hartlijder zoo bleek uit het verhoor ter terechtzitting en was onder doktersbehandeling. Zijn geneesheer gaf hem digitalis en deze medicijn was alles zins voldoende. Toch meende de patiënt in de vacantie van zijn dokter naar den kwakzalver te moeten loopen, die hem in de oogen keek en een groot aantal dure kruiden adviseerde. Dit heeft de man met zijn dood moeten bekoopen. De kruiden op zichzelf bleken waardeloos, doch onschadelijk, maar zij moesten met veel water worden Ingenomen. Dit nu is voor hartlijders fataal en de patiënt overleed dan ook door over matig watergebruik, aldus hadden eenige medici geconstateerd. Wel had de huisarts nog getarcht den patiënt te redden, doch dat gelukte niet meer. Verachte toonde geen berouw van zijn daad. Hij deed het voorkomen alsof zijn geneeswijze nooit kon falen, doch dat een andere oorzaak den dood van den man had teweggebracht. Voorts bleek dat verdachte reeds meermalen wegens overtreding van de" wet op de genees kunst is veroordeeld. De advocaat-generaal vrceg bevestiging van het vonnis van de Rotterdamsche recht bank, die aan verdachte de hoogste straf voor dit misdrijf (negen maanden gevangenisstraf) had opgelegd. VEREENIGING K. EN O. Wij ontvingen het winterprogramma 1939 1940 van de afd. Haarlem en omstreken der Vereeniging tot bevordering van het onder wijs in Kinderopvoeding en Opvoeding („K. en O."), die zooals bekend is beschikt over een in de Lange Margarethastraat. hoek Krocht te Haarlem, gevestigd „Huis voor Ouders en Opvoeders", dat bedoelt een vraagbaak te zijn voor ouders, opvoeders en allen, die direct of indirect met verzorging en opvoeding te maken hebben of daarin belangstellen. Voorts organiseert „K. en O." verschillende cursussen in kinderverzorging en verzorging van den zuigeling, eenvoudige opvoedkunde, knutse len. ziekenverpleging in het gezin en volksdan sen. Ook worden cursussen gegeven voor han- denarbeidlessen voor leidsters en leiders van clubs en anderen. Dure doelpunten Financiëele en sportieve waarde van sommige goalsVerschil in waardeering bij professional- en amateur-voetbalBijzondere maatregelen voor de korf ballers Succes van een „indoor"-golfschoolDe school- schaatswedstrijden vielen in den smaak. Wat is de waarde van een doelpunt? Deze vraag kan tweeledig worden beantwoord, al naar gelang het amateur- of beroepsvoetbal betreft, al zal men geneigd zijn te zeggen, dat in beide categorieën het beslissende doelpunt het meeste gewicht in de schaal legt. Dat is natuurlijk juist, want zulk een goal brengt de begeerde over winning of het gelijke spel met de daaraan ver bonden punten, maar men zal het met ons eens zijn, dat ook hierbij graden van belangrijkheid en waarde bestaan. In het Nederlandsche amateurvoetbal is het doelpunt, dat uiteindelijk de promotie van een club tot een feit maakt, wel het hoogst in waarde aan te slaan, daarop volgt dan de goal, die een kampioenschap brengt en tenslotte de score, die een elftal op het nippertje aan de laatste plaats doet ontsnappen. Bij het Engelsche beroepsvoetbal zijn er echter nog andere factoren, die een rol van beteekenis spelen. In tegenstelling met het gebruik in ons land, waar alleen het winnende of gelijkmakende doelpunt voor het bepalen van de positie op de ranglijst meetelt, zoodat een 1-0 nederlaag even zwaar weegt als een 10-0 débacle, wordt in Enge land elke goal op de ranglijst verdisconteerd, wat er vaak toe leidt, dat een team bij een hopeloos lijkenden achterstand tot het einde van de match blijft strijden. Een al of niet gescoord of voorko men extra-doelpunt in een match in het begin van het seizoen kan tenslotte op het einde den doorslag geven ten opzichte van kampioenschap, promotie of degradatie, als de betrokken concur renten een gelijk aantal winstpunten hebben. Een andere en uiteraard de belangrijkste factor, die de waarde van een doelpunt in professional voetbal bepaalt, is het bedrag aan inkomsten, dat van het scoren van een goal het gevolg is. Het is duidelijk, dat een doelpunt in het beker- tournooi duizenden ponden waarde kan hebben, als het de oorzaak is. dat de club in de volgende ronde of in de finale komt met al de voordeelen van dien. Toen in 1932 op het terrein van Aston Villa de halve eindstrijd tusschen Arsenal en Manchester City werd gespeeld, bleven beide doe len tot de laatste minuut ongerept. Reeds bracht de scheidsrechter de fluit aan den mond om het eindsignaal te geven toen de Londensche links buiten Bastin van de zijlijn af een vliegend schot loste, dat vlak langs den paal in het doel suisde. Deze goal werd terecht als het 10.000 pond-doel punt betiteld. In ons land mag een dergelijk doorslag gevend doelpunt dan financieel iets minder voordeelige gevolgen hebben, voor onze begrippen is de spor tieve waarde soms veel hooger aan te slaan. Daar toe behoeven we slechts een drietal Haarlemsche voorbeelden te geven, die bij velen de herinnering aan spannende wedstrijden weer levendig zullen maken. Allereerst de door Verwaal voor Haarlem ge scoorde gelijkmaker in den enerveerenden pro motiewedstrijd tegen E.D.O.. toen vrijwel iedereen meende, dat de roodzwarten aan het langste eind zouden trekken en daardoor zoo goed als zeker Ivan promotie zouden zijn. Het schot van Verwaal bracht den ommekeer en de Roodbroeken her- overden het eerste klasseschap. I In 1933 leverden H.F.C. en Zeeburgia aan De Spanjaardslaan elkaar strijd met dezelfde be looning als inzet Na een vroegtijdig succes van de thuisclub maakten de Amsterdammers gelijk en kwamen daarna zoodanig in de meerderheid, jdat men elk oogenblik de capitulatie van de H. 'F. C.-verdediging kon verwachten. Op het psycho logische moment scoorde Chapon een verrassend doelpunt, dat zijn uitwerking op het zelfvertrou wen van beide partijen niet miste en de „Good Old" behaalde twee winstpunten, die de promotie binnen haar bereik bracht. Tenslotte was het de H.B.S.-linksbuiten Kra mer, die in Mei van het vorige jaar zijn club practisch voor degradatie behoedde, door in het Noorder Sportpark tegen E.D.O., dat aanvankelijk een 2-0 voorsprong had gehad, in de laatste mi nuten den gelijkmaker te scoren. Daardoor wer den den Hagenaars twee kostbare punten achter stand op onze stadgenooten bespaard. Het bestuur van den Kon. Nederl. Korfbal Bond laat zich door de langdurige vorstperiode niet ontmoedigen en heeft besloten om den competi tieleider tot het nemen van bizondere maatrege len in staat te stellen. Zoodra de terreinen weer in goeden staat zijn. zal hij bevoegd zijn twee clubs, die elkaar dit sei zoen nog niet ontmoet hebben, op denzelfden dag twee maal tegen elkander te doen uitkomen, teneinde „schot" in het competitie-programma te brengen. De tijdsduur van deze matches wordt tot twee maal een half uur verkort; de pauze tusschen beide ontmoetingen moet minstens een uur bedragen. Door deze maatregelen hoopt men te bereiken, dat de competitie, ondanks het hui dige oponthoud, zoo vroegtijdig is afgeloopen, dat men nog tijd voor andere wedstrijden over houdt. Een en ander heeft natuurlijk voor- en na- deelen. maar toch blijkt uit het voornemen, dat het clubbelang niet op de eerste plaats wordt ge steld en dat het korfbal nog niet zoo vermateria- liseerd is. dat men met recettes en dergelijke fac toren moet rekening houden. In de voetbalsport is dat helaas veelal anders! Men heeft eenigen tijd geleden den golf-pro- fessional Van Dijk van de Amsterdamsche Golf club in de gelegenheid gesteld op een ruimen pak huiszolder een school voor „indoor"-training te openen. Met eenvoudige hulpmiddelen is de leer meester er in geslaagd een werkelijke golfcourse zoo natuurgetrouw mogelijk na te bootsen, al zijn de attributen vanwege de ruimte tot het aller noodzakelijkste beperkt. Dat neemt niet weg. dat de leerling volop gelegenheid krijgt, onder des kundig toezicht de technische knepen van de voor de „drive" benoodigde „swing", de „ijzer"-slagen en het „putten" te beoefenen. Al is de omgeving en de inrichting dan niet zoo luxueus als bij de Engelsche „indoori'-oèfenge- legenheden, de ruime toeloop van gegadigden be wijst voldoende, dat dit initiatief terdege op prijs wordt gesteld. Wellicht kan dit een aanwijzing voor de Ken- nemer Golfclub zijn om tot het stichten van een dergelijke school onder leiding van haar profes sional King over te gaan. De school-schaatswedstrijden hebben volkomen aan de verwachtingen beantwoord. Te Heemste de. op de banen der ïjsclub „De Volharding", leverden de leerlingen der openbare en bizondere lagere scholen elkaar scherpen strijd, zoowel in vertegenwoordigende ploegen als individueel en ook op de IJsclub voor Haarlem en Omstreken hadden de wedstrijden van de 2e H.B.S. B veel belangstelling en succes. Het geeft ons voldoening, dat het eenige weken door ons in deze rubriek geopperde plan verwe zenlijkt is; het schaatsenrijden toch is onze na tionale sport bij uitnemendheid en het is wel in de eerste plaats de jeugd, die men daarbij gaarne in de voorste gelederen ziefc. Vermoedelijk 54 opvarenden omgekomen. In zwaar weer gekapseisd. De Engelsche Admiraliteit deelt mede. dat de mijnenveger „Sphinx", commandant J. R. M. Paylor, bij zwaar weer is vergaan, terwijl dit schip met onklaar geraakte machines een haven werd binnengesleept. Er stonden zeer hooge golven, toen de kabel brak en het schip tenslotte kapseisde. De '„Sphinx" was Zaterdag j.l. tijdens vijandelijke luchtaanvallen beschadigd. De bevelvoerende officier en vier minderen hebben, naar bekend is, het leven verloren. Vier officieren en 45 minderen worden ver mist. Gevreesd wordt dat zij zijn omgeko men. De geredden, twee officieren en 44 min deren, zijn aan land gebracht. De „Spinx" (875 ton) is een van de zeventien schepen van de „Halcyon-klasse van mijnenvegers. Het schip was op 7 Februari 1939 te water ge laten. GENERAAL-MAJOOR BARON VAN VOORST TOT VOORST. Bij K.B. van 3 Februari j.l. is: le. de generaal-majoor H. F. M. baron van Voorst tot Voorst, van den staf der cavalerie, eervol ontheven uit zijn functie van commandant der lichte divisie, tevens inspecteur der cavalerie en der wielrijders. 2e. de generaal-majoor H. F. M. baron van Voorst tot Voorst, voornoemd in zijn rang en ouderdom van rang overgeplaatst naar den generalen staf. DF, R.-K. U.L.O.-SCHOOL AAN DE GED. OUDEGRACHT. Zooals bekend wilde het schoolbestuur der R.-K. U.L.O.-school aan de Ged. Oudegracht op dezelfde plaats een nieuw gebouw voor de school gesticht zien, terwijl de Gemeenteraad van Haarlem be sloot, de school naar een te restaureeren school gebouw op het Leidscheplern over te brengen. Ged. Staten hebben nu de tegen laatstgenoemd besluit door het schoolbestuur ingebrachte bezwa ren niet ontvankelijk verklaard. Intusschen hebben Geri. Staten zich niet uitge sproken voor of tegen de meening van een der beide partijen maar een formeele uitspraak ge daan. In zijn bezwaarschrift zegt het bestuur nl. dat de Raad medewerking geweigerd heeft, hetgeen niet juist is. De Raad toch heeft zich bereid verklaard, een ander gebouw voor de school beschikbaar te stellen. HET PERSONEEL VAN DE BROCKWAYBUSSEN Door het personeel van de Brockwaybussen was eenigen tijd terug via hun organisaties bij de di rectie het verzoek gedaan eenige verbetering te brengen in hun loonregeling. De directie heeft dit verzoek afgewezen en daarbij ook de bespreking welke door debesturen van de samenwerkende organisaties- was gevraagd. Thans hebben de besturen besloten het perso neel ter vergadering op te roepen. Woensdag a.s. zal die vergadering plaats vinden in hel vergader lokaal van den Centralen Bond van Transport arbeiders. G. D. HAGEBOUT t Maandag is in den ouderdom van 58 jaar overleden de her G. D. I-Iagebout, de laatste twee jaar secretaris der Eerste Coöperatieve As sociatie voor Lijkbezorging U_A., nadat hij daar voor a.1 in het bestuur zitting had. De heer Hagebout was tot l Mei 1937 chef van de afdeeling Georganiseerde Werkloozen bij den Dienst van Maatschappelijk Hulpbetoon te Haarlem. Toen 'verliet hij den gemeentedienst met pensioen. Bij zijn afscheid op 30April 1937 kreeg hij van vele zijden hartelijke waardeering voor zijn werk bij Maatschappelijk Hulpbetoon. De heer Hagebout is ook eenigen tijd be stuurslid geweest van de Vereen, voor Faculta tieve Lijkverbranding. Hij vervulde zijn verschil lende functies steeds met buitengewonen ijver en toewijding. De crematie zal plaats hebben Zaterdag 10 Februari a.s. te Driehuis-Westerveld na aan komst van trein 14.14 uur. KENNEMERKRING VAN VOLKSONDERWIJS Onder voorzitterschap van den heer E. Geeris Wzn. vergaderde de Kennemerkring van „Volks onderwijs" te Haarlem Afgevaardigden van ver scheidene afdeelingen waren tegenwoordig. De voorzitter wees op den toestand van het lager onderwijs en op ce positie, die de openbare school inneemt en olgens hem moet blijven in nemen. Volksonderwijs moet in deze dagen paraat zijn. Mede te werken aan de verheffing van het onderwijs, aan de versteviging van de positie der openbare school, is mede de taak van den Ken nemerkring. De aanwezigen werden opgewekt tot werkzaamheid en waakzaamheid. Uitvoerige besprekingen werden gevoerd over de taak van den Kennemerkring. Aan de afdeeling Velsen werd een subsidie toe gestaan van 30 voor de propaganda. De rekening en verantwoording van den pen ningmeester. den heer D. Klay, sloot met een batig saldo. De bestuur verkiezing had tot uitslag, dat de heer Klay als penningmeester werd herkozen. De secretaris, de heer Hofstra uit Zandvoort. wenschte geen herbenoeming. In zijn plaats zal een ander lid der afdeeling Zandvoort in het bestuur van den Kennemerkring plaats nemen HOLLAND—AMERIKA LIJN. Westernland 3 van Antwerpen te New-York. JAVA—NEWYORK LIJN Polydorus 3 v. New-York n. Java. Kota Baroe, Java n. New-York p. 3 Mauritius. ROTTERDAMSCHE LLOYD. Garoet .thuisreis) p. 2 Perim. Kertosono (uitreis) p. 4 Perim. Kota Agoeng (thuisreis) 'p. 5 Pt. de Galle. Kota Nopan (thuisreis) p. 4 Pt. de Galle. Ameland 4 v. Batavia te Rotterdam. Marken (uitreis) p. 3 Pt. de Galle. Indroepoera, Batavia n. Genua 5 v. Singa pore. STOOMVAART MIJ. NEDERLAND. Chr. Huygens (thuisreis) 4 van Port Said. Soemba (thuisheis) 3 v. Colombo. RECTIFICATIE. LEDEREN KAP HANDSCHOENEN, wol gevoerd vanaf 3 BARTEL] ORISSTRAAT 20 JACK MORRIS Telef. 1543» (Adv. ingez. MedJ Prins Bernhard neemt afscheid van generaal Reynders. Prins Bernhard heeft zich Maandagmiddag to vijf uur, vergezeld van zijn waarnemend adju dant luitenant-kolonel H. J. Phaff. naar het Algemeen Hoofdkwartier begeven om afscheid t« nemen van den afgetreden opperbevelhebber, generaal I. H. Reijnders. TOONEELVEREENIGING „VRIENDSCHAP ZIJ ONS DOEL". De Haarlemsche Tooneelvereeniging „Vriend schap zij ons doel" voert Zaterdagavond 2 Maart in het gebouw St. Bavo aan de Smedestraat te Haarlem op het stuk „Als stad en land elkaar ontmoeten" van A. J. Zoetmulder, een landelijke idylle in drie bedrijven. Wederom stelt de ver eeniging een beperkt aantal kaarten voor werk loozen beschikbaar. MUZIEK. Vierde Kamermuziekavond Toonkunst. Enrico Bormioli en Alberto Semprint. Met uitzondering van een aantal vertegenwoordi gers van een verstokt dilettantisme zal wel ieder van oordeel zijn, dat uitingen van werkelijke Kunst al- geheele kunstvaardigheid vereischen. Daarentegen is algeheele kunstvaardigheid nog geen waarborg voor het geven van Kunst, d.w.z. van geestelijke waarden in een vorm, die het schoonheidsgevoel be vredigt. Met deze definitie zijn m.i. tevens de grenzen getrokken tusschen artistieke en onartistieke pres taties. Zoodra geestelijke waarden ontbreken, zoo dra de vormende meesterhand afwezig blijkt, heeft men met gebrekkige of met heelemaal geen Kunst ite doen. Het is echter volstrekt geen vereischte om onder „geestelijke" waarden alleen psychische te ver staan: de humor in zijn meest verschillende uitingen mag wel degelijk daartoe ook gerekend worden. Geestige wendingen kunnen onzen schoonheidszin even goed bevredigen als diepzinnige lyrische of dramatische ontboezemingen. Nu zijn we gewend onder „Kamermuziek" iets an ders te verstaan dan hetgeen het klavierduo Bor- mioli-Semprïni Maandagavond in den Stadsschouw burg ten gehoore bracht: een reeks arrangementen of bewerkingen, afgewisseld door eenige eigen com posities, en het eene stuk was nog briUanter dan het andere en het andere nog briUanter, dan het eene ik weet het niet recht meer. Het was als een etalage van een of anderen grooten Amsterdamschen of Parijschen juwelier: brillonten en nog eens bril- lanten, doch waar de ingetogen parels met hun zacht iriseerende kleuren ontbraken. De bewerkingen strekten zich uit van den 17de- eeuwschen Turini over Bach, Schubert en Chopin tot Albeniz en Johann Strauss. Ze begonnen met de beroemde Toccata en Fuga voor orgel. Ik sta tegen over dergelijke arrangementen principieel minder afwijzend dan vele mijner collega's. Bach zelf ar rangeerde eigen werken naarmate het in zijn kraam te pas kwam. „Nu ja, dat was Bach," zal men zeg gen. „Quod licet Jovi, non licet bovi. Zeker. Maar als een ander het doet, komt het er slechts op aan of die ander al of niet een „bos" is, m.a.w. of zijn bewer king kunstwaarde heeft. Nu liet het bewuste arran gement prachtige klankcombinaties hooren, die de registers van een rijk gedisponeerd orgel suggereer den, en daarom had het waarde als instrumentale Kunst. Van de Sonate van Turini hadden de heeren Bormioli en Semprini een totaal nieuw stuk ge maakt, welke metamorphose ons niet kon ergeren, omdat we het origineel niet kenden. In het Andante hadden ze zelfs eenige innigheid een zeldzaam ge voelsmoment op dezen avond gelaten. Maar daarna strekten ze schennende handen uit naar Chopin's Etudes uit en begroeven vier zijner Etudes onder glinsterende sneeuw, die het gedach- tenverkeer belemmerde. Srr wat een hoop las tige en onnoodige noten! Albeniz verdroeg den op smuk beter, immers diens klavierstukken zijn mee- rendeels reeds brillante bewerkingen van Spaansche volksmelodieën en op een beetje meer of minder klatergoud komt het dan niet aan. Volkomen waardeloos bleek de door de firma ge- zamelijk en vermoedelijk expressievelijk voor de gelegenheid van hun Nederlandsche tournee ge fabriceerde „Rapsodia Olandese", een r'napsodie (aaneenrijgsel van melodieën) in den eigenlijken zin des woords. En hoe dan nog! Hoe waren die melo dieën uit hun sfeer gerukt en misvormd. Dat begon met ons „Wilhelmus" en een aantal toehoorders stond op. maar ging spoedig weer zitten toen ze uit de gewrongen harmonieën hun %'ergissing bemerkten. Dan: het „Wilhelmus a la beiaard: dat was tenminste specifiek Hollandsch. Dan telkens met een overgan- getje naar een blauwgeruiten en erg gespikkel- den kiel. en naar een gespreide, met loovertjes en kunstbloemen opgedirkte hemclsche tent, en naar „Merck toch, hoe sterek". neen hoe langzaam en fin, 't was een heel leelijke potpourri. En-daarna werd de virtuositeit botgevierd in drie composities van den langen Heer Bormioli met zijn reusachtige handen: een druk „Notturno", een nog drukkere „Toccata" en een allerdrukste Rapsodia italiana, waarin de tarantella ook werkelijke stuw kracht had. En moeilijk! Met twee stukken van Semprini zakten we af naar het gebied der syncopations om tenslotte in de draaikolken van de „Schone blaue Donau" terecht te komen en toen was ik zóó doortimmerd, dat ik on willekeurig neuriede „Lieve schipper, vaar mij over". Nu was dit alles fenomenaal wat betreft instru mentale effecten en vingervaardigheid. „Bormioli Semprini, prestidigitatori" zou een passende naam zijn. Duivelskunstenaars zou men hen ook kunnen noemen. Van „kamermuziek" hebben we, zooals reeds ge zegd, een ander begrip. Wat niet wegneemt, dat op verschillende vroegere „kamermuziekavonden" pres taties geleverd zijn, die niet zoo heel veel afweken van die der heeren Bormioli cn Semprini. De vir tuoze fratsen in werken van Paganini, waarmee een Milstein kwam, de acrobatische cellokunsten die Feuermann vertoonde, de Strauss-paraphrases die een Paul Weingarten en een Morltz Rosenthal speel den behooren tot hetzelfde genre. Maar nooit na men dergelijke werken het grootste deel van den avond in beslag, zooals nu het geval was. Het verschil is en blijft dus quantitatief. In elk ge val hebben de pianistische jonglerieën der heeren B. en S. ons kunnen verbluffen, en had de klank die zij aan de prachtige Stcinway-vleugels ontlokten steeds een groote en zeer verscheiden zinnelijke schoonheid. Eén toegift werd geschonken. K. DE JONO,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 9