£amp\ £amp BOEKEN UIT HET BUITENLAND. 3\(et Voocfaac kamtr 'AmsterdamBatavia zonder tusschenlanding Regeering gaat over tot aanschaffing van sperballons. 20f° KORTING fyvwHjfêssSÜ Adverteert in dit blad Henk Th. Fibbe A. J. DE VRIES SUP I NAT 0 RIU M M. DOUWMA ZOON ZATERDAG 24 FEBRUARI 194Ö HAARLEM'S DAGBLAD *5 De prijsvraag, die werd uitgeschreven door iet Comité Vliegtocht NederlandIndië voor een luchtverbinding tusschen Amsterdam en Batavia zonder tusschenlanding, leverde als resultaat: le prijs E. A. Driessen, 2e prijs Th. van Lammeren, 3e prijs H. J. Kremer, zooals des tijds reeds gemeld. Wij zijn thans in de gelegenheid hierover meer gegevens te verstrekken en laten hier een korte beschouwing van de drie ontwerpen volgen. De nieuwe weg: een staartlooze machine, de lang gezochte vliegende vleugel. Bij de inzending van „de nieuwe weg", het bekroonde ontwerp is de heer Driessen erin geslaagd de verschillende punten van de prijs vraag te beantwoorden, zonder te veel op de tails in te gaan, waardoor het overzicht verlo ren zóu gaan. Gaat men volgens den heer Driessen trach ten, het probleem op te lossen met een vliegtuig van het gebruikelijke type, dan zal men in vele opzichten tot het alleruiterste moeten gaan en wordt de kans op een tegenvaller zeer groot. Hij stelt daarom voor nieuwe wegen te volgen (vandaar zijn motto „de nieuwe weg".) Deze weg vindt hij door de vormgeving van zijn vliegtuig, waardoor eenerzijds een zoo hoog mo gelijk rendement wordt bereikt, en anderzijds een lichte bouwwijze mogelijk is. Zoo komt hij tot een constructiegewicht van 3000 K.G. het totaalgewicht bedraagt 17.500 K.G. Van deze resultaten mogen insiders mis- Echien vreemd opkijken, doch de heer Dries sen vestigt er dadelijk de aandacht op, dat bij zijn „vliegende vleugel" de staart, romp, en gedeeltelijk de stuurvlakken vervallen. Een ander punt, waarop hij de aandacht ves tigt is de „lage vleugelbelasting". Ook deze zienswijze vereischt toelichting. Neemt men een hooge vleugelbelasting, dan worden de afme tingen van zijn ontwerp te klein om beman ning, lading, etc in den vleugel onder te bren gen. Zoo komt hij op een draagkracht van 100 K.G. per vierkante meter vleugel bij den start. Na een belangrijk punt is het gebruik van duwschroeven. De spanwijdte is 34 M.. het vleugeloppervlak 175 M2 en de verhouding tusschen volgewicht en leeggewicht, zooals hierboven reeds ver meld, 42 procent. Een drukcabine om op groote hoogte te kunnen vliegen wordt niet toege past. Wat is nu het voordeel van den vliegenden vleugel? Ten eerste de mogelijkheid van een zeer gun- tige vormgeving, waardoor een verhouding tus schen draagkracht en weerstand wordt bereikt van 21,5 1, waar bij dan geen uitzonderlijke weerstands-coefficienten zijn aangeno men. Een verdere overweging, die tót de keuze van den vliegenden vleugel leidde, zijn de bij zonder goede vliegereigenschappen, die Dries- sein hiervan verwacht. De route is gekozen via Rhodos naar Bata via. Bij een brandstof reserve van 40 procent blijft llQO K.G. betalende lading over met een snelheid van 328 K.M. per uur, waardoor de af stand in 38 uur wordt afgelegd. Hierna komt als tweede prijswinnaar ir. Th. J. van Lammeren cs„ met een groot, 4-motorig vliegtuig. Bij deze machine is alles gedaan om door verfijning en een geraffineerde constructie de gewenschte resultaten te verkrijgen. Hier is de constructeur aan het woord, die tot in de tails de uitvoering van zijn machine bespreekt en berekent, Het zwaartepunt ligt hier in de constructie, terwijl de wijze van exploitatie een kleinere rol speelt. De sielheid is hoog, meer dan 400 K.M./h, waar bij op groote hoogte wordt gevlogen. Hiervoor is een drukcabine noodzakelijk. De actie-radius is minstens 15.000 K.M. Deze prestaties worden bereikt door: 1. Toepassing van'een hoogë. vleugelbelas ting (190 K.G./M2) gepaard aan een gunstig rendement van het vliegtuig op kruissnel heid. 2. Een groote vleugelslankheid (lengte - breedte verhouding, nl. 10 1.- 3. Een zeer zuivere vorm en een zeer gering schadelijk oppervlak. Het vliegtuig heeft 4 mo toren vg,n 1800 P.K. startvermogen en weegt totaal 35.000 K.G. De 'snelheid wordt grooter naarmate hooger wordt gestegen, en bereikt bij een hoogte van 7500 M. 470 K.M. per uur. De reserve bij de gestelde actie radius is 10 procent, doch deze kan direct verhoogd worden door langzamer te gaan vliegen. De „baatlast", dus de betalende lading, bedraagt 2500 K.G. De verhouding vol-leeggewicht is 38,5 pet., dus nog lichter dan bij het ontwerp van Dries sen. En thans de derde prijs van den res.-2e-lui- tenant-waarnemer N. J. Kremer. Hij ontwikkelt een vliegtuig, waarvan de ge gevens van vleugel en motoren worden nage gaan, en concentreert zich verder op de wijze hoe het traject moet worden afgelegd om de beste resultaten te verkrijgen. Zijn ontwerp is eveneens 4-motorig, doch hij komt" tot de conclusie dat Dieselmotoren moeten worden gebruikt, waardoor boven een bepaalde traject- afstand voordeelen' worden verkregen door een laag brandstofverbruik per K.M. Een laag leeggewicht wordt ook hier bereikt door de brandstof onder te brengen in den vleugel. De maximale liftdriftverhouding is 22, doch deze verhouding is practisch niet bruik baar omdat de bijbehoorende snelheid op lage hoogte onvoldoende is. De gegevens zijn ver der een matige vleugelbelasting van 123 K G.'M2, een motorbelasting van 6.67 K.G./P.K. en een startsnelheid van 122 K.M./h. welke getallen komen in' het gebied van den huidigen bommenwerper. De betalende last bedraagt 500 K.G. De overtocht duurt 33 uur. De drie prijswinners zullen hun projecten in een vergadering van het Kon. Instituut van ♦Ingenieurs nader toelichten. Deze vergadering zal in April worden gehouden. Het nieuwe Goethe-boek van Thomas Mann. AT Thomas Mann een der grootste heden- daagsche schrijvers is, moet reeds lang vaststaan voor wie zijn prachtigen familie roman van de Buddenbrooks las, zijn geniale novellen „Tonio Kroger" en „Tod in Vcne- dig" kent, zijn „Zauberberg" onderging en kennis nam van de verschillende min of meer omvangrijke studies en eSsays, waarin deze ongemeen knappe en wijze auteur zijn opinies over historische en hedendaagsche figuren en stroomin gen vastlegde. Van de verschillende artistiek op den voorgrond tredende leden der familie Mann (Hein- rich, Klaus en Erika) is hij zonder eenigen twijfel de grootste: een kunstenaar van zeldzame eruditie, een scherpe, veelomvattende geest. In menig opzicht kan hij zelfs gelden als de zuiverste vertegenwoor diger der West-Europeesche cultuur, in zooverre deze door de denkbeelden van het humanisme wordt bepaald en het spreekt daarom wel vanzelf, dat in het huidige Duitschland geen plaats meer voor hem is. Doch in tegenstelling met de meeste andere ge- emigreerde auteurs, wier werk door de gedwongen verwijdering uit hun vaderland en uit hun taalge bied veelal ernstig te lijden had, bleef Thomas Mann zichzelf vrijwel gelijk. Voor een zoo veel omvatten- den, waarlijk universeelen geest als den zijnen kon gelden: de wereld is mijn vaderland, een hou ding, die hij ongeveer deelt met b.v. Stefan Zweig) en zoo kon hij blijven wie en wat hij was: een groot kunstenaar, wiens woorden en wiens geest door de huidige ontreddering nog niets aan waarde, helder heid en kracht hebben ingeboet. Zijn nieuwe roman „Lotte in Weimar" is van dit. laatste wel een absoluift overtuigend bewijs. Uit het voorgaande kan duidelijk geworden zijn, dat Mann zich vooral op grond van zekere persoonlijke ver wantschappen altijd zeer bijzonder tot de figuur van Goethe aangetrokken heeft gevoeld. Goethe's universaliteit is ook zijn eigen ideaal en wat Mann over Goethe schreef, behoort daarom tot het aller beste, dat ooit over het genie van Weimar gepu bliceerd werd. Doch wat hij thans over Goethe in dezen nieuwen roman schreef stelt dit alles nog in de schaduw. Dit boek resultaat van zeer omvang rijke, nauwgezette bronnenstudie en van een waar lijk unieken geest behoort zonder eenigen -twijfel tot het grootste en diepzinnigste, dat de laatste jaren van de persen kwam. In de eerste plaats getuigt de opzet reeds van een genialen greep. Mann wilde natuurlijk, om alles zins begrijpelijke redenen, het al te veel beoefende genre van „vie romancéë" vermijden en toch een hoek schrijven, dat kr Goethe's eigen tijd en omgeving spelende den gehéélen Goethe gaf. Hij koos daartoe zeer gelukkig een enkel, typisch historisch motief uit Goethe's leven tot uitgangs punt. In 1772 leerde Goethe de toen nog geen twintig jarige Charlotte Buff kennen, de verloofde van zijn vriend Kestner. Hij werd verliefd op haar en beider korte, tragische idylle gaf Goethe zijn be roemden roman „Die Leiden des jungen Werther" in de pen een boek, dat onmiddellijk zeldzamen opgang maakte en Goethe's naam als auteur voor goed vestigde. Charlotte werd haar geheele leven door de- publicatie daarvan min of meer achter volgd: haar man en zij hebben het Goethe echter vergeven en zij hebben nog vele jaren hartelijke brieven met elkander gewisseld. Toen Charlotte De ontwerpen der drie winnaars van de prijsvraag. Van boven naar onder ontwerp E. A. Dries sen (eerste prijs)ontwerp Th. v. Lammeren (tweede prijs) en ont werp H. J. Kremer (derde prij?), echter weduwe geworden was zij was lange jaren mét Kestner gelukkig gehuwd en schonk hem vele kinderen kwam het plan bij haar op Goethe in Weimar een bezoek te brengen: dit be zoek het feitelijk onderwerp van Mann's boek vond in 1816 plaats. Wanneer de roman begint, ziet de lezer Char lotte Kestnei-Buff en haar dochter uit de post koets stappen op het marktplein van Weimar. Zij neemt haar intrek in een hotel, doch de kellner daarvan is een vurig Goethe-bewonderaar en wan neer hij ziet, welken haam zij in het vreemdelin genregister schrijft, is Charlotte's lot beslist. Het feitelijke doel van haar komst naar Weimar wilde zij voor haar dochter geheim houden, doch het lukt haar niet. Enkele uren na haar aankomst reeds staat het plein voor het hotel vol met nieuwsgierige stedelingen, die willen zien wélke vrouw het nu was, die den grooten Goethe tot zijn befaamde boek inspireerde. En Charlotte zelf, aanvankelijk met tegenzin doch later met steeds toenemende inté resse, moet zich deze belangstelling laten welge vallen. Van het spoedige familiebezoek, waartoe haar dochter reeds is uitgegaan, komt niets; de kellner vraagt telkens belet voor menschen, die haar willen zien en spréken. Zoo ontmoet zij na den kellner, die in zijn vurige bewöordingen een duidelijk beeld geeft van de vereering, welke het gewone publiek in Weimar het groote genie Goethe toedraagt achtereenvol gens een Engelsch teekenaresje, dat alle Europee- .sche celebriteiten najaagt, Goethe's particulieren secretaris, dr. Riemer, de jonge Adèle Schopen hauer, zuster van den filosoof en vriendin van Goethe's aanstaande schoondochter en tenslotte Goethe's zoon August. Al deze menschen komen met haar over den genialen kunstenaar praten, zij komen hun eigen ervaringen toetsen aan de hare. Het is ongetwijfeld ook een groote dosis gewone nieuwsgierigheid, welke hen drijft tot hun bezoeken aan Charlotte, maar zij bedoelen tenslotte toch méér te bereiken. Goethe was een fonkelende, ongemeen geladen persoon lijkheid, die op allen in zijn omgeving een bijzon- den sterken invloed uitoefende; niemand, die met hem in aanraking kwam, kon geheel zichzelf blij ven en aller leven boog om naar zijn fantastischen wil. Deze levens werden dus min of meer gefor ceerd (bijna misvormd) zonder dat de menschen tpch van hun omvang met het genie afstand konden doen: nu zij weten, dat de beroemde Charlotte in de stad is, komen zij met haar spreken om het raadsel op te lossen, dat Goethe ook voor hen ge worden is. En wie zou dat beter kunnen oplossen dan de vrouw; die hem inspireerde tot zijn be roemdste werk en die hefri'in de jaren van zijn eersten, genialen opbloei zpozeer nabij, stond? Zij komen en zij spreken over den grandiozen heros, die geheel hun leven in zijn macht heeft; Charlotte vergelijkt hun ervaringen met de hare en zij vindt gelegenheid te over om te constateeren, dat de stralende held van haar jeugd zich geniaal heeft ontplooid en toch ook vroeger réeds al zijn geniale eigenschappen bezat. Zoo laat Thomas Mann Goe the dus door figuren van zijn omgeving duidelijk tot in alle détails belichten. Er is één bezwaar, dat bij deze werkwijze hoe voortreffelijk zij overigens gekozen is nauwelijks te overwinnen zou zijn geweest: al deze bezoekers spreken te veel met de stem van Thomas Mann, doch de auteur heeft dit bezwaar door een delicate typeering zooveel moge lijk ondervangen. En eindelijk men heeft het boek dan voor ongeveer twee-derden al gelezen komt de groote held zelf ten tooneele. Men heeft reeds gehoord hoe zijn vrienden over hem denken, men heeft hem dus als het ware aansch.ouwd in een negatieven vorm, nü komt hij positief. Eerst aarzelt Mann nog: het eerste wat men van Goethe zelf te hooren krijgt is een monoloog in den vroegen morgen. Langzaam maakt de gestalte van dit fonkelende genie zich los uit den nacht, de gedachten zijn nog aarzelend, de positieve contouren vaag. Dit geheele hoofdstuk is feitelijk niet meer dan een aanloop tot het volgende: de ontmoeting van Goethe en Charlotte, na 44 jaar gescheiden ziin, een ontmoeting, die door Goethe angstvallig i# weggehouden uit de sfeer der vroe gere intimiteit en die plaats vindt in gezelschap van eerf groot aantal andere gasten. Hij is tegen haar als tegen alle anderen, het valt haar tegen, maar zij heeft rustig gelegenheid haar jeugdbeeld gade te slaan nu hij op het toppunt van zijn roem is gekomen en hij zich. voortdurend omringd weet door menschen, die hem aanbidden. En de conclu sie, waartoe Charlotte komt, is vol van dankbaar heid. Soms heeft het haar. aan de zijde van haar rustigen echtgenoot, wel gespeten dat zij niet het leven is ingegaan met dezen beroemden dichter, maar achteraf voelt zij, dat zij de wijste partij ge kozen heeft: deze wonderlijke man, in zijn geheel eigen gedachten wereld eigenzinnig levend naar eigen wetten, zou haar nimmer hebben omringd met de voortdurende teederheid en de zorg, waar mede Kestner haar zoovele jaren terzijde stond. Een genie is geen mensch, die zijn leven lang kan leven met andere menschen, hij is een wereld op zich zelf. Trotsch en ongenaakbaar, gekweld door een nog steeds onopgeloste vraag, welke zij haar ge heele leven meedroeg, kwam zij naar Weimar. Genezen gaat zij naar haar woning terug. Zij zegt dit Goethe zelf nog in het laatste hoofdstuk van het boek, wanneer de dichter haar in haar rijtuig vergezelt. Het is een prachtig slot, waarin Thomas Mann nog eenmaal duidelijk de moeilijke en feite lijk onoplosbare verhouding van het genie tot zijn medemenschen de „hoofdstelling" van zijn geheelen roman doet uitkomen. Zoo eindigt deze roman: alleen het slothoofd stuk het gesprek tusschen Goethe en Charlotte is volledig gefingeerd, de rest van het boek berust op een met uiterste zorg gekozen en gerang schikt feitenmateriaal uit Goethe's leven. Naast alle artistieke waardeering, welke men voor dit werk hebben moet, verdient Mann ook ruime hulde voor de bijna verbijsterende wijze, waarop dit boek gedocumenteerd moet zijn. Het is als zoodanig ook een historische studie van buitengewone waarde. Intusschen: „Lotte in Weimar" is geen gemak kelijk boek. Het werd reeds gezegd: de gesprekken, die Lotte voert, zijn feitelijk wetenschappelijke en vaak filosofische dialogen van ongemeenen rijkdom, doch zij vergen van den lezer een ernstige concen tratie. Wie zich echter deze moeite geven wil, ziet zich vorstelijk beloond: „Lotte in Weimar" is een meesterwerk, de schepping van een waarlijk groot schrijver. GABRIEL SMIT. „Lotte in Weimar", roman van Thomas Mann. Uitg. "Bermann-Fischer Verlag, Stockholm 1939. Defensie-opmerkingen van Eerste Kamer beantwoord. In zijn Memorie van Antwoord aan de Eerste Ka mer zegt de minister van defensie o.m.: Hoewel in algemeenen zin wordt ingestemd met de zienswijze van de leden, die van oordeel zijn, dat een maal de noodwendigheid van eenigerlei aanschaffing op defensiegebied toe gegeven zijnde spoedig dient te worden ge handeld, zoo mag toch niet uit het oog worden verloren, dat de versterking van de maritieme verdediging van Nederlandsch-Indië een der mate gewichtige zaak betreft, dat de regee ring eerst een beslissing terzake kon en mocht nemen, na grondige bestudeering van de ver schillende mogelijkheden en na het advies van de Indische regeering en van de deskundigen te hebben ingewonnen, waarmede uiteraard ge- ruimen tijd gemoeid is geweest. De minister kan niet de meening deelen. dat de marinedeskundigen, vermits het hier een militair-technisch vraagstuk betreft, het laat ste woord behooren te hebben en dat de regee ring zich daarbij zal hebben neer te leggen. Luchtstrijdkrachten. De oorlogssterkte van de luchtstrijdkrachten, zooals deze door zijn ambtsvoorganger werd vastgesteld, acht de minister voorshands vol doende. Hij stelt alles in het werk om die sterk te binnen den kortst mogelijken tijd te berei ken, daarbij tevens verouderd materieel door modern vervangende. De opleiding tot vlieger vindt regelmatig voortgang: hierbij wordt rekening gehouden met het aankweeken van een groote reserve. Opdracht tot een eerste aanschaffing van sper ballons is verstrekt. Optreden tegen extremistische invloeden. De minister heeft sedert zijn optreden het mogelijke gedaan om de weermacht tegen den invloed van extremistische elementen te dek ken. Hem zijn niet de feiten bekend op grond waarvan bij verscheidene leden de vraag is gerezen of wel met voldoende karcht tegen bedoelde elementen wordt opgetreden. Er wordt streng op toegezien, dat officieren geen lid zijn van een voor ambtenaren verboden organisatie. Ten aanzien van hen, die vroeger wegens hun lidmaatschap van een dergelijke organisatie uit de weermacht zijn verwijderd en thans weder om toelating verzoeken wordt steeds een onderzoek naar hun huidige gezind heid ingesteld, alsmede naar het tijdstip, waarop de verboden organisatie den rug werd toege wend De N.S.B. Tot opheffing van de ten aanzien van het lidmaatschap der N. S. B. geldende bepalingen kan de regeering thans nog niet overgaan. De minister neemt gaarne aan. dat vele aan hangers van de N.SB. hun volledigen steun zullen geven aan de verdediging des lands tegen aantasting van ons grondgebied, van welke zijde die ook moge geschieden, doch hij acht het twij felachtig of dit voor allen geldt. Het verspreiden van onjuiste, de N.S.B. be treffende geruchten keurt de minister sterk af. De kosten van de mobilisatie. De minister is voorshands van meening. dat thans voldoende instanties werkzaam zijn om toe te zien. dat ten opzichte van de defensie uitgaven de grootst mogelijke zuinigheid be tracht wordt. Wat de vergelijking tusschen de mobilisatie- kosten in België en die In Nederland betreft, zij opgemerkt, dat het den minister niet be kend is, welke factoren in België bij de be rekening van het bedrag van 600.000 zijn rae- degeteld. Het moge echter genoegzaam bekend geacht worden, dat zoowel de traktementen van het kader als de soldijen van de manschappen in Nederland boven de remuneratie in België uitgaan, terwijl ook de kostwinnersvergoedin gen, inkwartieringsgelden, enz. in laatstge noemd land op een lager peil staan dan in Nederland. Tegenover de vergelijking met de mobili- satiekosten in België moge de minister wijzen op Zwitserland, waar de kosten per dag bere kend worden op pl.m. 5 miilioen Zw. frs. 2.1 millloen). Belangen der vrijgezellen. Omtrent de aanvullende regeling voor de vrijgezellen kan hij mededeelen. dat deze de vaststelling zeer nabij is. Daar het hier een ge heel nieuwe regeling betreft, die in zoowat alle opzichten moet verschillen van die der kost winnersvergoedingen, is het noodig geacht over den inhoud met onderscheidene instanties over leg te plegen. Dit is de oorzaak, dat de regeling nog niet is verschenen. De minister kan mededeelen. dat onge acht wat door verschillende instanties ter zake reeds is verricht de regeering een commissie heeft samengesteld, waarin zijn opgenomen een vertegenwoordiger van de minister van finan cien. sociale zaken, economische zaken, binnen- landsche zaken en defensie, welke commissie op dracht heeft der regeering te adviseeren omtrent het vraagstuk van den terugkeer van de ge- mobiliseerden in het burgerleven, met, inbegrip van de eventueel te treffen wettelijke voorzie ningen. De heer en Mevrouw ROBERT A. CURRY geven met blijdschap kennis van de geboorte van hun dochter CELIA LAND CURRY 24 Febr. 1940 Armonk Box 380 New-York Verloofd: BERTHA HAENTJENS en Mr. B. TIDEMAN Haarlem, Emmalaan 1. Bloemendaal, Prof. v, Vloten- weg 1. Heden ontsliep, zacht en kalm, onze geliefde Moe der, Behuwd- en Groot moeder A. VAN RIESSEN- TOUTENBURG in den ouderdom van 73 jaar, Kinderen en Kleinkinderen Haarlem, 22 Fëbr. 1940 Het stoffelijk overschot staat opgebaard in een der Rouwkamers, Zijhveg 63. Bezoeken en condolatie alleen tusschen 9-20 uur aan den Zijlweg 63. De teraardebestelling zal plaats hebben op Maan dag 26 Februari a.s. te 2.30 uur op de Begraaf plaats „de" Biezen" te Santpoort. Heden overleed geheel on verwacht, zacht en kalm, tot onze diepe droefheid, onze innig geliefde Man, Vader, Behuwd- en Groot vader Pietei Kornelis Duiker, in den ouderdom van 60 jaar. Uit aller naam: H. W. DUIKER- DE MINK Haarlem, 23 Febr. 1940 Dr. Schaepmanstraat G De teraardebestelling zal plaats vinden op Dinsdag 27 Februari a.s. om 1.30 uur, op de Algemeene Be graafplaats te Heemstede Nog zeer herten tijd stoomen verven 'N KEURCOUECTIE BARTELJORISS7RAAT 18, HAARLEM tet - Onlèift JAeeseeuieien zoo juist ontvangen van de meest vooraanstaande Nedêrlandsche- en buitenlandsche fabrikaten. 0 EETSERVIES voor 12 personen (aardig bloemdecor) vanaf19.75 Alléén-verkoop: „ECHT DELFTSCH" van de Porceleyne Fles. „WEDGWOOD", „COPELAND"- Serviezen 2Je £ente nadut!'. Breng thans Uw rijwiel vooi een grondige revisie; nóg zijn de meeste onderdeelen uit voor raad leverbaar en dank zij de zen voorraad TEGEN OUDEN PRIJS! De reputatie /an uit nemend vakman houden wij hoog, de prijzen laag! JUjmetmaqaiiin 'tCentium Barrevoetestr. 6-6a, Tel. 10099 le klas rep.-inrlchtlng. JAC. BONSEL, diploma V. V. A. (Aangesloten bij Midza) Wij hebben aanvragen voor: Beneden- en bovenhuizen i. d. prijs v.a. 1 25.— per maand. Middenstandswoningen i. d. pr. v.a. ƒ30.per maand. Heerenhuizen i. d. prijs vanaf 50.per maand. Geeft Uw Perceelen dus op aan het Woningbureau NASSAUSTR. 14, TELEF. 13781 oogarts is verhuisd naar Van Eeden straat 2 en hervat Maandag a.s. de praktijk. De curator in het faillissement van J. NEDERKOORN, liande- laar in bouwmaterialen, wonen de te Haarlem, deelt mede dat door hem ter Griffie der Arron- dissements-Rechtbank te Haar lem is gedeponeerd de eerste uitdeelingslijst, welke aldaar gedurende 10 dagen ter inzage van belanghebbenden zal lig gen. De curator: Mr. G. E. MELLEMA Groote Markt 6 JEANNE en CORRY BLOM lordensstraat 49 - Telef. 18619 Haarlem Speciale afdeeling voor voetverzorging INSTITUUT GEOPEND: 9-17.3® uur. VRIJDAG 9—20.30. en daarmede ook de kosten voor diverse vernieuwingen. Voor Uw kleeding neemt U een abonnement vanaf 8.— per maand. U hebt dan geen groote uitgaven ineens en beschikt na een tijdvak van 2 jaar over een complete garderobe. Vraagt inlichtingen over ons Familie-Abonnement TELEF. 15438 GEN. CRONJéSTRAAT 42—44

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 3