Haarlem's Dagblad
Witgoederen
Hoop op redding der drie
menschen opgegeven
Ook de „Grutto,J
verloren?
Muiier.
Bokken uit Amsterdam
hebben de boot gelicht
„Stad Schiedam"
voer recht op
mijnenveld aan.
Sigaren.
Tlatuudifk
vIVIOORSEL
Sedert vertrek uit
Londen niets meer
vernomen
Queen Elizabeth"
heden te New-York
Adiketepu-
57e Jaargang No. 17398
Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courant.
Uitgaven en Algem Drukkerij N.V. Bureaux: Groote
Houtstraat 93, bijkantoor Soendaplein 37. Postgiro-
dienst 38810. Drukkerij: Zuider Buiten Spaarne 12.
Telefoon: Directie 13082. Hoofdred. 15054, Redactie
10600, Drukkerij 10132, 12713. Administratie 10724,
14825. Soendaplein 12230.
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen
Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM
Donderdag 7 Maart 1940
Abonnementen per week 0.25, per maand 1.10,
per 3 maanden 3.25, franco per post ƒ3.55, losse
nummers 6 cent per ex. Advertentiën: 1-5 regelt
ƒ1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames ƒ0.60 per
regel. Regelabonnementstarieven op aanvraag.
Vraag en aanbod 1-4 regels ƒ0.60, elke regel meer
0.15. Groentjes zie rubriek.
Aanstaanden Zondag hoopt W. J. H. Muiier zijn
vijfenzeventigsten verjaardag te vieren. Wij heb
ben in ons vorige nummer het overzicht van zijn
levensarbeid gegeven, dat bij de voltooiing van de
derde kwarteeuw door een zoo bekend landgenoot
past. En ik zal tot de velen behooren die hem
straks een hartelijken brief zullen zenden. Maar
op deze plaats dient er toch ook wat over te wor
den gezegd. Want voor de geboorte en de ontwik
keling van verschillende takken van sport en ook
voor de athletiek in ons land heeft Willem Muiier
zooveel gedaan dat juist in dezen tijd tot dank
baarheid stemt, dat een commentaar-in-de-krant
niet ontbreken mag.
Wij hebben de takken van sport en athletiek,
die hij in het bijzonder heeft bevorderd, nauw
keurig opgesomd. Maar eigenlijk is die opsom
ming toch onvoldoende. Want door de veelzijdig
heid van zijn belangstelling en werkzaamheid
heeft Muiier eigenlijk het heele terrein der licha
melijke opvoeding in ons land helpen ontginnen.
Er was een bitter beetje toen hij begon. Zijn
frissche geest, zijn krachtige en charmeerende
persoonlijkheid hebben velen voor zijn denkbeel
den gewonnen en ook op andere terreinen dan
waarop hij zelf werkte de handen uit de mouw
doen steken.
De waarde van zijn werk blijkt in dezen tijd
sterk, omdat wij ons nu vooral op onze volks
kracht moeten verlaten en op onze belangstelling
en durf voor het nieuwe, dat komen zalin
welken vorm dan ook. En als, wat wij allen hopen,
uit den huidigen warwinkel en ontwrichting in
Europa een betere samenleving der volken gebo
ren zal worden, zullen wij ook in de beste eigen
schappen van den sportsman: fair play, respect
voor de spelregels, taaie volharding, moeten uit
blinken. Want het is lang niet onmogelijk, ja zelfs
waarschijnlijk dat bij den vrede, die vroeger of
later komen zal, een beroep op de medewerking
der neutralen zal worden gedaan, waarbij de Ne-
derlandsche invloed van groote beteekenis zou
zijn.
Dat de invloed niet duf, klein, benepen zal zijn,
dat een veel frisscher geest in ons volk is wakker
geroepen dan het een halve eeuw geleden bezat
al heeft het in die vijftig jaar ook minder ge
lukkige aspecten getoond daarvoor hebben we
een man als Muiier dankbaar te zijn. Hij is niet
de eenige maar hij hoort naar mijn overtuiging
tot de besten die eraan gewerkt hebben. Zijn
loopbaan kan een voorbeeld voor veel jonge men-
schen zijn alleen al om den frisschen durf en de
veelzijdigheid die haar hebben gekenmerkt.
Muiier heeft nieuwe dingen en het waren er
wat! altijd met hart en ziel en met moed aan
gepakt. En daarom is hij er ook telkens weer in
geslaagd, ze te verwezenlijken. Tegenslagen moe
ten hem ruimschoots ten deel gevallen zijn scep
ticisme en zwartgalligheid van futlooze lieden
moeten hem vaak in zijn werk belemmerd heb
ben. Want wie, die het nieuwe nastreeft, ontsnapt
daaraan? Maar ontmoedigd hebben ze hem nooit.
In den handel, in journalistiek en litteratuur, als
illustrator, als propagandist van nieuwe denk
beelden als gevolg van Indische studiereizen, als
leider van zooveel vereenigingswerktelkens
weer heeft hij aandacht en belangstelling weten
te vinden en zijn doel bereikt. Voor de physieke
ontwikkeling van het Nederiandsche volk maar
niet minder voor zijn geestelijke opfrissching
heeft Muiier ontzaglijk veel gedaan. Ook met zijn
pen, die met een levendigheid en pittigen humor
bestuurd werd zooals wij die in Nederland maar
van weinigen gekend hebben of nog kennen.
Want helaas is de Nederiandsche journalistiek
er niet zeer rijk aan en het Nederiandsche boek
is ton deze bepaald arm.
Ik kan mij begrijpen dat hij zoo'n hoogen leef
tijd heeft bereikt en hoop dat hij nog menig jaar
in goede gezondheid efl opgewektheid voor den
boeg heeft. Een man die zoo stevig en met zoo
veel afwisseling gewerkt heeft en zijn jongens
geest zoo heeft weten te behouden wat kan hij
nog geestdriftig zijn bij een wedstrijd van H.F.C.!
moet een rijke vitaliteit bezitten. En de vervul
ling van zooveel, dat hij zich ten doel had gesteld,
moet een groot geluk in zijn leven zijn.
Wij hopen nog heel wat meer met de lichame
lijke opvoeding te bereiken dan nu verwezenlijkt
is. Bij het onderwijs vooral ontbreekt aan de po
sitie van het leervak veel. Een deel van hetgeen
bereikt was is in crisistijd weer afgebroken en
naar veler meening ook de mijne ten on
rechte afgebroken. Wij zien dat nu zeer scherp
en de velen die over Muiier schrijven zullen er
allen toe bijdragen, het midden in het licht der
openbaarheid te zetten. Zoo bewijst hij ons met
zijn 75sten verjaardag, komend juist op dit tijd
stip, weer een dienst en niemand zal dat meer
kunnen verheugen dan hem zelf. Want een
enthousiast is hij altijd gebleven.
Ik hoop dat wij hem nog vaak in Haarlem zul
len zien en twijfel diaar eigenlijk ook geen oogen-
blik aan, want het hart van den oud-gymnasiast
van het Prinsenhof en oudsten en Eersten H. F.
C.'er trekt er hem telkens weer heen. Nog sterker
dan elders moet hij zich bij ons temidden van
vrienden voelen die hem met blijdschap zien ko
men. Hetgeen voor den 75-jarige zelf een geluk
kige ervaring moet zijn.
Veel hooge onderscheidingen zijn hem ten deel
gevallen. Maar nog veel meer waarde zal het voor
hem hebben, nu hij dezen verren mijlpaal in het
leven gaat bereiken, dat hartelijkheid en vriend
schap hem zijn blijven omgeven en dat zijn werk
goed en blijvend is gebleken.
R. P.
De ramp van de O 11
E hoop, welke men Woensdag
nog meende te kunnen koesteren
ten aanzien van het behoud der drie
mannen, die nog in de O 11 waren
opgesloten heeft men thans vrijwel
laten varen. Men ontveinst zich niet
meer, dat de kans uiterst gering is
hen nog levend uit de onderzeeboot
te halen. Het zijn de sergeant-telegra
fist Steenvoort, de koksmaat Postma en
de sergeant-torpedomaker Logman.
Terstond na het ongeluk zijn in Amsterdam drie
bokken besteld van 50, 60 en 70 ton. De marinebok
uit Den Helder verscheen ook ter plaatse.
Vannacht om kwart over een kwam de eerste
bok uit Amsterdam in de buitenhaven van Den
Helder aan.
Woensdagmiddag om twaalf uur was het gevaar
te uit Amsterdam vertrokken. Getrokken door
sleepbooten werd in snel tempo de reis door het
Noordhollandsch Kanaal gemaakt. Overal waren
de bruggen reeds open en voor een spoorbrug
heeft men slechts even moéten wachten.
In den loop van den nacht kwamen de beide
andere bokken van 60 en 70 ton hefvermogen aan.
Na tot 12 uur gewacht te hebben op het stille
tij, werd met vereende krachten door de drie
drijvende bokken de eerste gezamenlijke po
ging gedaan om de O 11, waarvan nog steeds
de achtersteven boven het water uit stak, te
lichten. Bij dezen arbeid had men direct succes,
want vrij spoedig zag men de achtersteven van
de O 11 zich verheffen. Getrokken door de
sleepboot „Antoinette Goedkoop", kwam er be
weging, zoowel in de O 11 als in de drie drij
vende bokken, en, terwijl het schip werd opge
heven, werd het geheel door de sleepboot ver
der de haven ingetrokken.
Binnen enkele minuten was de O 11 uit de
modder losgemaakt.
De duikboot werd daarop naar de ligplaats
van de onderzcebooten nabij de Atjeh-loods
achter in de haven gesleept.
Op klopsignalen werd niet meer
gereageerd.
Vannacht om vijf uur was een duiker in de diepte
afgedaald om een onderzoek in te stellen naar het
gedeelte van de duikboot, dat in de modder was
blijven steken. De duiker gaf ter hoogte van de
boegbuiskamer. waarin zich de drie vermiste op
varenden moeten bevinden, klopsignalen, doch deze
werden niet beantwoord.
Men denkt, dat water door de ventilatiebuizen
in de boegbuiskamer is doorgedrongen.
De duiker heeft daarna een tros gelegd om de
neus van het schip. Het achtergedeelte van de
duikboot was reeds gisteren aan een bok van de
marinewerf bevestigd en door deze omhoog gehou-
Water door ventilatie
buizen binnengedrongen
Iden. Vanochtend omstreeks acht uur is deze bok
vervangen door een der groote bokken, welke uit
Amsterdam was aangekomen.
De namen der vermisten.
De volledige namen van de drie opvarenden, die
op de duikboot moesten worden achtergelaten,
zijn: sergeant-torpedomaker G L. Logmans, in
1906 te Haarlem geboren en gehuwd; de sergeant
telegrafist F. W. J. Steenvoort, in 1905 te Beeck in
Duitschland geboren, eveneens gehuwd en dé
koksmaat O. E. B. E. L. E. Postma, in 1918 te Bui
tenpost geboren en ongehuwd. Allen zijn uit Den
Helder afkomstig.
Bemanning deed wat zij moest doen.
In den loop van den dag hebben wij gisteren nog
een onderhoud gehad met een ooggetuige van de
aanvaring van de O 11 door d,e sleepboot „Amster
dam". Hij zag hoe de O 11 door de .Amsterdam"
aan bakboord werd aangevaren en direct begon te
zinken.
Het eerste wat de bemanning aan dek deed, was
het sluiten van de toegangen tot de boot. Daarna
bleven de mannen aan boord staan, tot het water
tot hun hoofd genaderd was. Toen moesten zij zich
te water begeven en zwommen zij naar sloepen
of walkant. In den tijd van enkele minuten was
de onderzeeër na eenigen tijd naar rechts en links
gewankeld te hebben gezonken. De commandant,
de luitenant ter zee Goossens, die zich tijdens de
aanvaring op den commandotoren bevond, was de
laatste, die in het water terecht kwam.
Luchtbellen aan de oppervlakte duidden de
plaats aan, waar de O 11 moest liggen. Na een
kwartier van angstige spanning werd de periscoop
aan de oppervlakte zichtbaar, ongeveer een meter
van dit instrument en het bovenste randje van
den toren kwam boven water, doch direct zonk de
periscoop weer in de diepte. Velen aan den kant
gaven toen de hoop op redding op. Tot aller
vreugde echter verhief na circa vijf minuten de
boot zich tot over de helft boven water en nu
schoten direct van alle kanten motorsloepen te hulp
om de manschappen, die zich nog in het schip be-
vorïden, te redden.
Heldhaftig was het optreden van den comman
dant van het schip. In den toren, die vol water stond,
heeft hij met geweldige krachtsinspanning de deuren
gesloten, die voor de bemanning de redding was.Tot
den "hals in het koude water staande heeft hij gedaan,
wat hij kon en tot het laatste moment was hij op zijn
post om het leven van zijn mannen te redden.
Luitenant ter zee Steinmetz en de chef der ma
chinekamer officier M. S. D. Gestel, zijn de boot
binnengegaan en voegden zich bij de bemanning
van het zinkende schip. Luitenant Steinmetz nam het
commando op zich en heeft de waterdichte deuren
gesloten, waardoor twee menschen van de wereld
afgesloten werden. Hij moest kiezen tusschen het in
gevaar brengen van het leven van allen of van en
kelen en heeft welbewust het laatste gekozen.
Voor den man, die in de logiesruimte verkeerde,
vreesde men bij de aanvaring reeds het ergste, om
dat de boot juist daar getroffen was. Men heeft de
stemmen van de twee man in de boegbuiskamer
door de telefoon gehoord, doch het ruischen van
het water maakte het onmogelijk de woorden te
verstaan.
Heel den dag hebben honderden belangstellenden
aan de buitenhaven het reddingswerk gadegeslagen.
,Het scheepvaartverkeer lag stil: op de reede lag een
12-tal schepen te wachten, doch de blauwe vlag, ten
teeken, dat de haven-ingang versperd was, bleef
waaien aan het hoofd.
Slechts de Texelsche boot mocht om half één ver
trekken, ook het Mokbootje vertrok, met nog en
kele later gekomen passagiers voor TexeL
Bewolkte lucht
zal ons wellicht morgen het zonnetje
onthouden, maar het blijft droog en veel
wind zal er niet zijn.
ACTIVITEIT VAN PATROUILLES. Een tra-
ditioneele simpele mededeeling in de leger-
berichten van het Westelijk front. Wat dit in
werkelijkheid beteekent, toont bovenstaande
foto. Manschappen probeeren een prikkeldraad
versperring te passeeren.
Door mitrailleurvuur van
Britsch vliegtuig voor
ramp behoed.
De waakzaamheid van een vliegtuigbcman-
ning, belioorendc tot een kustpost van de Royal
Air Force heeft Dinsdag, naar Reuter uit Lon
den meldt, voorkomen, dat het Nederiandsche
stoomschip „Stad Schiedam" van de Halcyon-
lijn te Rotterdam op een mijn liep en ten onder
?ing.
Het vliegtuig had de mijnen gesignaleerd en
verwittigde het schip op draadlooze wijze van
de ligging. Daarbij vloog het over het bijna zes
duizend ton groote schip, dat regelrecht op de
mijnen in liep. Met een seinlamp gaf het vlieg
tuig waarscliuwingsteekens, doch niets wees
•rop. dat aan boord aandacht aan deze seinen
verd geschonken. Ofschoon vlak voor het schip
lichtkogels in zee werden geworpen, wijzigde dit
zijn koers niet.
De positie van de „Stad Schiedam" werd zoo
uitermate gevaarlijk, dat de bestuurder van het
vliegtuig zich genoodzaakt zag machinegeweer-
vuur voor den boeg van het schip te geven. Toen
gooide de „Stad Schiedam" het roer om en ver
wijderde het schip zich van het zeer nabije
gevaar.
(De regeering wil zoo lang moge
lijk prijsstijging van sigaren te
genhouden en heeft daarom als
voorwaarde voor toekomstige
eventueele verhooging bepaald,
dat eerst alle mogelijke bezuini
ging op model en verpakking
wordt toegepast.)
Het kan wel wezen, dat onze sigaren
Ook op den duur wat duurder moeten zijn,
Het is zelfs voor den leek wel te verklaren,
Dat er gevaar bestaat op dit terrein.
Maar zij die ook ons rookgerei regeeren.
Willen, voordat het zoover komen moet.
Nog eiken andren maatregel probeeren,
Die ons voor stijging van den prijs behoedt.
De wolken die ons vaderland bedreigen,
Vertoonen zich soms onheilspellend grauw.
De rookwolk die wij doen ten hemel stijgen,
Blijft nog zoolang het mogelijk is, blauw.
Want is het niet de omgekeerde orde,
Wanneer de rooker van het geurig kruid,
Tenslotte zelf nog de sigaar zou worden,
Voor elke andre kans is uitgebuit.
Dan moet men eerst maar minder fraai
verpakken
En eerst bezuinigen op het model,
Dat mag den aanblik voor het oog vervlakken.
Maar zoo slikt men de rook ook immers wel.
De kleeren maken ook niet de sigaren,
Het komt er maar' op aan wat binnen zit.
De pittige tabak is maar je ware,
De ruwe bolster bergt een blanke pit.
P. GASUS.
voor
naar
GROOTE HOUTSTR. 31 BIJ ANEGANG
Adv ingez. Med.i
Wel wrakhout gevonden
GEVREESD moet worden dat op
nieuw een Nederlandsch schip
ten offer is gevallen aan den oorlog
ter zee. Er bestaat namelijk groote
ongerustheid over het lot van het s.s.
„Grutto" van de firma Smith en Van
Ommeren, te Rotterdam.
Dit schip moet Dinsdag j.l. van Lon
den met een lading stukgoederen
naar Rotterdam zijn vertrokken zoodat
het in den loop van Woensdag aldaar
had moeten aankomen. Men heeft
evenwel niets meer van de „Grutto"
vernomen.
Wel hebben eenige schepen Woens
dag op de Noordzee ter hoogte van
de Thorntonbank een ledig vlot en
eenig wrakhout, gemerkt „Grutto" ge
vonden. Men vreest daarom het
ergste.
De bemanning van de „Grutto" be
staat uit achttien personen. Kapitein is
de heer B. Kuijper, uit Rotterdam.
Het schip heeft een bruto-inhoud
van 920 ton en is in 1925 bij de N.V.
C. van der Giessen Zn.'s Scheeps
werf te Krimpen a. d. Lek gebouwd.
De „Grutto" voer in geregelden
vrachtdienst tusschen Rotterdam en
Londen.
Het woord is aan
Hare:
De helft van de mislukkingen in het
leven komt doordat men zijn paard in
houdt als het wil springen.
(Adv. Ingez. Med.)
Grootste passagiersschip
ter wereld maakt zijn
eersten Oceaantocht
Vertrek was geheim
gehouden
Wanneer de „Queen Elizabeth'' van de Cu-
nard-White Star Line vandaag in New-York
zal zijn aangekomen, zal het schip een der
merkwaardigste eerste reizen hebben afgelegd,
die ooit door een schip zijn ondernomen. Het
pas voltooide 85.000 ton metendeschip, het
grootste ter wereld, is negen dagen geleden
van de werven aan de Clyde in Schotland
vertrokken. Het was vuilgrijs geschilderd en
had geen passagiers aan boord. Nog geen hon
derd menschen zagen de sleepbooten het
schip het dok uitsleepen. Ofschoon duizenden
personen op de hoogte waren van het vertrek
der „Queen Elizabeth", is het geheim goed be
waard gebleven.
Bij gunstig weer zou de „Queen Elizabeth" reeds
hedenmorgen de haven van New-York binnenko
men. Het zal echter zeer moeilijk zijn een schip
van deze grootte binnen te brengen en, indien het
weer minder goed is, zal wellicht in de buitenha
ven het anker worden uitgeworpen.
Het schip zal ligplaats krijgen tusschen de
„Queen Mary" en de „Normandië". De „,Maure-
tania" is weggesleept om plaats voor het nieuwe
reusachtige schip te maken.
De „Queen Elizabeth" is behalve het grootste
ook het snelste schip ter wereld. Zijn machinerieën
ontwikkelen 200.000 P.K. Men is vier jaar bezig
geweest met den bouw en het schip is voorzien
van de modernste machinerieën. Het is 1032 voet
lang, 14 voet langer dan de Queen Mary. Er is
accomodatie voor 2400 passagiers, 300 meer dan
aan boord van de „Queen Mary".
Escorte van marine-eenheden?
LONDEN 7 Maart. Naar men gelooft werd de
„Queen Elizabeth", hoewel dit nog niet bevestigd
werd, door marine-eenheden bij zijn tocht over den
Atlantischen Oceaan geëscorteerd, ter bescherming
tegen eventueele duikbootaanvallen. Het Britsche
publiek heeft met veel voldoening de tijding van
den tocht van het schip vernomen. De ochtendbla
den brengen op hun voorpagina's foto's van het
schip toen het negen dagen geleden de Clyde afge-
sleept werd. De „Daily Herald" vraagt in een hoofd
artikel „Welk beter bewijs is er noodig dat we om
onze monden dicht te houden geen Gestapo noodig
hebben. Indien men in aanmerking neemt hoevele
menschen iets van het geheim geweten moeten,
hebben, omdat ze er door hun werk bij betrokken
waren, mag men trotsch zijn op de loyaliteit en het
gezond verstand van den Britschen arbeider."
(United Press).
De „Seattle" door de Engelschen in
beslag genomen?
Duitsch vrachtschip was uit Willemstad
vertrokken.
WILLEMSTAD 7 Maart. Naar verluidt is het
Duitsche vrachtschip „Seattle", dat gisteren gelijk
tijdig met 't Duitsche schip „Mimi Horn" de haven
van Willemstad had verlaten, volgens tot dusverre
onbevestigde berichten door een Britsch oorlogs
schip gegrepen. Over de „Mimi Horn" is niets be
kend. Tevens is nog het Duitsche vrachtschip
„Hannover" van hier vertrokken. (United Press).
HEDEN: 12 PAGINA'S.
R. P.: Muiier. pag. 1
Mr. E. Elias: Van „Fxlsco" naar Cu
rasao pag3
Leo van Breen: Luchtbescherming
Is nationale plicht. pag. 4
J. H. de Bois: Tentoonstelling J. M.
Graadt van Roggen in het Frans
Halsmuseum. pag. 7
J. B. Schuil; Cremer speelt Mijn en
Dijn. pag. 7
K. de Jong: Schitterend Samenspel
tusschen H. O. V.-orkest en Rafael
Lanes pag. 7
Voor de Vrouw. pag. 9
Laatste Berichten op pagina 6