Haarlem s Dagblad Hernieuwde strijd in de Noorsche wateren Tledextaad Zweden in Gevaar. Engelschen bij Narvik aan land? Artikelen^ Kruiershulde. waakzaam Duitsche luchtaanvallen op groote schaal in Noorwegen 57e Jaargang No. 17428 Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courant. Uitgaven en Algem Drukkerij N.V. Bureaux: Groote Houtstraat 93, bijkantoor Soendapiein 37. Postgiro- dienst 38810. Drukkerij: Zuider Buiten Spaarne 12. Telefoon: Directie 13082. Hoofdred 15054, Redactie 10600, Drukkerij 10132, 12713. Administratie 10724, 14825 Soendapiein 12231 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen DirectieP. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM Vrijdag 12 April 1940 Abonnementen per week ƒ0.25, per maand ƒ1.10, per 3 maanden ƒ3.25, franco per post ƒ3.55, losse nummers 6 cent per ex. Advertentiën: 1-5 regel» 1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames ƒ0.60 per regel Regelabonnementstarleven op aanvraag. Vraag en aanbod 1-4 regels ƒ0.60, elke regel meer ƒ0.15. Groentjes zie rubriek. Nu de Duitschers Denemarken bezet hebben en oorlog voeren tegen Noorwegen, verkeert Zweden in ernstig gevaar om ook in den strijd betrokken te worden. Het was al in een zeer moeilijke positie toen de Russisch-Finsche oorlog woedde. Van zijn wensch om de Finnen te hulp te komen moest het afzien onder een Duitsche bedreiging, die inhield dat het zou worden aangevallen als het dit deed. Daardoor werd gewapende bijstand aan de Finnen bij voorbaat onmogelijk,, want als de Zweden zich in eigen land tegen de Duitschers moesten verdedigen zouden zij natuurlijk de Finnen niet kunnen helpen. Intusschen verkeerden zij maandenlang in de onzekerheid of Finland bezwij ken zou en de Russen hen dan zouden aanvallen. Die onzekerheid was benauwend, omdat in Zweden één in de historie gewortelde beduchtheid voor ei afkeer van Rusland heerschen. De vrede van Moskou, waarbij Finland wel ge- I bied moest afstaan maar onafhankelijk bleef, bracht voor Zweden een oogenblik van groote vreugde en verlichting. Onmiddellijk werden plan nen geraamd om een Noordsch defensief verbond met Finland en Noorwegen te sluiten en daarmee een nieuwen, veiliger toestand te scheppen. Maar zij bleken niet uitvoerbaar en de tijd van respijt duurde ook maar heel kort. Want nadat het gevaar uit het Oosten was verdwenen dreigde spoedig een nieuw uit het Westen, toen Noorwegen in toe nemende moeilijkheden raakte. De gebeurtenissen van de laatste dagen hebben dit natuurlijk gewel dig vergroot. Ondanks het met Berlijn gevoerde diplomatieke contact, waarbij Zweden vragen ge steld kreeg, die het blijkbaar ten genoege van de Duitschers beantwoordde toen het zijn strikte neutraliteit toezegde en beloofde zich te onthouden van alles dat tot eenig conflict met Duitschland aanleiding zou kunnen geven vreest men nieuwe ontwikkelingen in den toestand. Natuurlijk wordt er gedacht aan de mogelijkheid dat de Duitschers troepen, bestemd voor Noorwegen, in Zweden aan land zouden willen zetten. Dat zouden zij in de Oostzee kunnen doen buiten bereik van de Engel- sche vloot, die nu him transporten naar Noorwegen niet alleen bedreigt, maar ze zelfs grootendeels getorpedeerd schijnt te hebben. Dat de Noren stand houden doet dit is de ironie der feiten het gevaar voor Zweden eer toe- dan afnemen. De stemming in Stockholm is merkbaar zeer ner veus. Vanmorgen meldde Helsinki dat volgens ge ruchten in Stockholm groote Duitsche troepencon centraties nabij Kopenhagen plaatshadden. Dat is vlak tegenover de Zweedsche haven Malmö. Is het juist? Het woord „gerucht" noopt tot twijfel. Als een slecht teeken zullen de Zweden het beschouwen, dat in de Duitsche pers vandaag een soort campagne tegen de Zweedsche bladen begonnen is, die be schuldigd worden van tekort in neutraliteit omdat zij „te groote publiciteit geven aan de berichten over de Britsche hulp aan Noorwegen". De Zweden zijn van stoer, gezond ras en in het algemeen geen menschen die licht vatbaar zijn voor onrust en opwinding. Maar zij zijn zoolang gewend geweest dat zij ver buiten de Europeesche crises bleven, zij hebben tijdens den wereldoorlog hun land zoo veilig geweten en in de laatste jaren van stijgende spanning in Europa er zoozeer op ver trouwd dat zij weer ver buiten schot zouden blij ven, dat de gebeurtenissen der laatste maanden hen geestelijk-onvoorbereid hebben getroffen. In dat opzicht zijn zij minder gehard en doorwinterd dan wij Nederlanders. Merkwaardig is dat in Zweden tot vanmorgen nog steeds niet tot mobilisatie was besloten en het leger zich dus nog beperkt tot de vredessterkte. Wel ke overwegingen deze houding beïnvloeden is niet bekend. Zij is des te eigenaardiger omdat in den laatsten tijd door de Zweden wel maatregelen schijnen genomen te zijn om de defensie in andere opzichten te versterken. Als Zweden, op welke wijze dan ook, in de oor logsramp betrokken zou worden zou dat in ons land wel zeer diepen indruk maken. Van de Scan dinavische boeken, die alle op een hooge ontwik keling en cultuur kunnen bogen, is Zweden ons nog wel het allernaast. Vele Hollanders hebben er belangrijke handelsrelaties mee en kennen daar door land en volk goed. Dat betreft vooral den houthandel. Maar een veel uitgebreider contact tusschen het Zweedsch en het Nederlandsche volk is gelegd door de Zweedsche litteratuur, vooral door de werken van de onlangs overleden groote schrijfster Selma Lagerlöf. Sommige van haar ro mans. met name Gösta Berling en Nils Holgers- son's Wonderbare Reis, zijn door zooveel Hollan ders gelezen en bewonderd dat zij liefde voor het Zweedsche land en volk, zijn legenden en zijn ro mantiek hebben gewekt. De Zweedsche architec tuur heeft ook bij onze bouwers immer groote be langstelling en erkenning gevonden. De Zweedsche wetenschap heeft vele belangrijke figuren voort gebracht. Het instituut der Nobelprijzen heeft Zweden's wetenschappelijk starding in de ge- heele wereld bevorderd. En ook op het gebied van lichaamscultuur heeft het Scandinavische volk baanbrekend werk verricht, dat in ons land groo- ten invloed heeft doen gelden. De Zweedsche historie is een rijke bron voor allen die zich voor geschiedenis interesseeren. Die historie heeft, evenals de onze, zeer stormachtige tijden gekend, al liggen die ver achter het tegen woordige Zweden. Een oud en felbewogen maar ook al weer romantisch tijdvak in de Zweedsche geschiedenis: dat der korte regeering van Koning Erik XIV, die leefde in de zestiende eeuw en met een boerenmeisje, Karin Mansdotter, huwde is be schreven in een boeiende en knappe Nederlanidsche roman uit de vorige eeuw. In 1883 verscheen die en hoevelen van ons hebben ook later, in hun jeugd,'de drie deelen van „Vorstengunst", door A. S. C. Wallis, gelezen! In een latere periode van Zweden's historie valt Berichten uit verschillende hron maken melding van nieuwe ge vechten in de Noorsche wateren. Zoo hcbhen volgens het Duitsche Nieuws bureau Duitsche vliegtuigen op 200 K.M. ten N.-westen van Trondjhem Britsche zeéstrijdkrachten met succes aangevallen. Een vliegkampschip zou door een hom van zwaar kaliber op vernietigende wijze getroffen zijn en ook zou een kruiser geraakt zijn. Hetzelfde bureau bericht dat in den nacht van Woensdag op Donderdag in de Westfjord bij Narvik opnieuw twee Engelsche torpedojagers tot zinken zijn gebracht. Te Londen wordt officieel medegedeeld dat Britsche bommenwerpers gisteravond aanvallen hebben ondernomen op vijandelijke transport schepen in het Kattegat en de Kleine Belt en Groote Belt. Uit de eerste berichten blijkt dat de aanvallen o.a. gericht waren op een schip van onge veer 8000 ton, dat, volgens deze mededeeling, met een hevigen slag in de lucht vloog en dus munitie aan boord moet hebben gehad. Uit Zweedsche hron komt het bericht dat Donderdagmiddag op de reede van Trondjhem slag geleverd is tusschen Engelsche en Duitsche oorlogsschepen. Bovendien zouden Britsche vliegtuigen hier Duitsche oorlogsbodems hebben aangevallen. Volgens inlichtingen te Stockholm uit gezaghebbende Noorsche hron ontvangen, moeten Britsche troepen aan land gegaan zijn op een punt aan de kust gelegen op korten afstand van Narvik. Anderzijds meldt het D. N. B. dat te Oslo, Bergen en Stavanger in den loop van Donderdag nieuwe sterke Duitsche troepenafdeelingen aan land zijn gezet. de regeering van den roemruchten Koning Gustaaf Adolf uit het Huis Wasa, in een nog latere de troons bestijging van dien schilderachtigen soldaat van Napoleon: Jean Baptiste Jules Bernadotte, zoon van een advocaat in Marseille, die maarschalk van Frankrijk, prins van Pontecorvo, later kroonprins van Zweden en tenslotte Koning Karei XIV Johan werd. Zesendertig jaar lang regeerde deze romantische figuur over Zweden. Hij was de eenige uit de „Na- poléonide" die erin slaagde een blijvende dynastie te scheppen. In 1844 stierf hij, 77 jaar oud en het is nog steeds het Huis Bernadotte dat den Zweedschen troon bezet. Ook schijnen de telgen uit dit Konings huis schier allen met een merkwaardige vitaliteit en een langen levensduur begiftigd te worden. De huidige Koning Gustaaf is daar weer een voorbeeld van. Hij is 82 en verbaast nog steeds door zijn levenskracht. De Zweedsche Koninklijke Familie is zeer uitgebreid; een breeden kring van prinsen en prinsessen, behoorend tot vier generaties, om geeft Z.M. Het Zweedsche volk telt maar zes millioen zielen en bewoont een zeer groot land, twaalf maal zoo groot als het onze. Het is een prachtig land met zijn uitgestrekte bosschen, zijn geweldige meren, zijn vele machtige rivieren. De hoofdstad, Stockholm, op zeven eilanden te midden der wouden gelegen nabij de Oostkust, is een der modernste maar ook een der schoonste steden ter wereld. Evenals het •omantische, bekorende landschap blijft ook deze stad ieder, die haar eens of vaker bezocht heeft, als een onvergetelijke herinnering bij. Het land is niet alleen schoon maar ook rijk: in bebossching en in mineralen. Het zijn de bodemschatten, de ertsen, waaraan Duitschland behoefte heeft, die het in zijn huidige crisis gebracht hebben. Moge de oorlog het bespaard blijven. R. P. HEDEN: 14 PAGINA'S. I r:t]N IHiMurüi:,! i!ll,i R. P.: Zweden in gevaar. pap. I De Ned. Ver. voor Luchtbescherming verdedigt zich en krijgt weer ant woord. pag. 3 Jhr. dr. J. C. Mollerus: De werk zaamheden der Kamers van Koop handel in 1939. pag. 7 Voor de Jeugd pag. 11 Laatste berichten op pagina 9 hmmmmmmmmrnrnmwmmmJ Britsche aanval op Stavanger. Het Engelsche ministerie van Luchtvaart deelt mede dat Donderdagavond twee aanval len zijn gedaan door de Britsche luchtmacht op het vliegveld van Stavanger, dat door de Duitschers is bezet. Een van de Britsche vlieg tuigen is hierbij niet teruggekeerd. In den eersten aanval werd het vliegveld krachtig door bombardementsvliegtuigen aangevallen. De luchtmacht werd met hevig vuur van de luchtdoel artillerie begroet, doch zij wist haar bommen nauwkeurig te plaatsen en behalve andere schade, geraakte een benzinereservoir in brand. Bij den tweeden aanval openden laagvliegende vliegtuigen mitrailleurvuur op een groot aantal vijandelijke vliegtuigen, welke op het vliegveld stonden opgesteld. De Britsche waarnemers hebben gezien dat veel schade is aangericht. Gedurende een aanval op een Noorsch vliegveld heeft een Britsche vlieger, volgens Reuter, een Heinkel-toestel vernield en drie machines be_ schadigd. Op de terugreis beschadigde hij een Jun- kervliegtuig. Het Britsche toestel, dat op een hoog te van 30 meter over het vliegveld had gevlogen, was door 30 ontplofbare kogels getroffen. Het landingsgestel was defect, doch de bestuurder kon veilig dalen. Verder verneemt Reuter dat boven dp Noordzee een Britsch verkenningsvliegtuig gisteren een Duitsche Dornier-vliegboot neergeschoten heeft. Het Duitsche toestel stortte in zee. Niet de Blücher, maar de „Gneisenau" verloren? De marine-medewerker van de „Times" acht het niet uitgesloten, dat niet de Duitsche kruiser „Blücher" doch het slagschip „Gneiseau" in de Oslo-fjord door de Noren tot zinken is gebracht. Het is niet twijfelachtig, zegt het blad, dat een groote Duitsche oorlogsbodem in de Oslo-fjord tot zinken is gebracht en honderden menschen moeten hiervan getuige zijn geweest, vandaar dat het verlies door de Duitschers wordt toegegeven De Noorsche kustartillerie, die Oslo beschermt, om vat twee 11 duims-kanonnen. Een slechts licht ge pantserde kruiser met 8 duims-kanonnen schijni nauwelijks in aanmerking te komen om met zulk een fort den strijd aan te binden. Een verstandige commandant zou ongetwijfeld een linieschip ge bruiken. Dit wettigt de veronderstelling, dat het in Oslo-fjord gezonken schip in werkelijkheid de „Gneisenau" is geweest, waarvan het silhouet veel lijkt op dat van de „Blücher". De „Scharnhorst" Duitschland's eenige linieschip, was op dat tijdstip in een gevecht gewikkeld met de „Renown". Van gezaghebbende Engelsche zijde wordt nog vernomen dat Woensdag verkenningsvliegtuiger van het kustcommando over de haven van Bergen hebben gevlogen, waar zij constaterden dat de ankerplaats, waar een kruiser gemeerd gelegen had. voor hij werd aangevallen door het luchtwapen der vloot, !edig was. Inplaats van den kruiser werd ?en ontzaglijke olievlek gezien ter lengte van 1609 Meter, langs de pier en om de punt van de pier heen. Van het oorlogsschip werd geen spoor waargenomen. De navigator van een der vliegtuigen verklaarde: „Bergen zelf leek een doode stad. Wij zagen niets bewegen behalve een of twee sleepbooten. Niemand scheen eenige notitie van ons te nemen. Wij ontmoetten geen luchtafweer. Wij vlogen over de haven op een hoogte van ongeveei 2000 voet. Het eenige spoor van den kruiser was de olie. Om zeker te zijn wierpen wij nog een blik in de naburige fjorden maar nergens in de buurt bevond zich een kruiser. (Kruiers van veertig spoorwegsta tions hebben bijgedragen aan een tegeltableau, aangeboden aan de Spoorwegen ter gelegenheid van het eeuwfeest en dezer dagen op het Haarlemsche station onthuld.) Het groote spoorwegjubilé Bracht ook de welbekende lieden In witte kielen, op 't idee, Een mooi cadeautje aan te bieden. Dit wordt bijzonder gewaardeerd En dat is maklijk te verklaren, Met kruiers wordt zou nauw verkeerd, 't Zijn huisgenooten, als het ware. Ook kruiers hebben met elkaar Onder den druk en last der tijden, Die schaarsch is en hun dus te zwaar, Als zooveel anderen te lijden. Het internationaal verkeer Is zoo bedroevend afgenomen Dat er helaas ook lang niet meer Zoo vele witkielklanten komen. En wordt de treinenloop beperkt. Dan moet de last nog zwaarder drukken, Omdat een kruier, die graag werkt, Voor een gemis aan last moet bukken. Ik hoop voor dit zwaartillend gild. Dat andrer lasten graag wil dragen. Dat het gauw weder veel meer tilt, Dan men 't vergunt in deze dagen. Het woord is aan Trissino: Wij leven zooals wij kunnen, niet zooals wij willen. aan Sstiens MET ZEISS-GLAZEN GIERSTRAAT 27 - Tel. 16764 Uu> (Adv. Ingez. Med.) Ook wat gevaren van binnenuit betreft De overrompeling van de Scandinavische landen door Duitschland, waarbij Duitsche soldaten optra den, die in vermomming zich reeds in die gebieden bevonden als zoogenaamde toeristen of als beman ning van koopvaardijschepen heeft de vraag doen rijzen of in ons land voldoende maatregelen geno men zijn tegen zoo'n verrassing. Over deze aangelegenheid hadden wij een onder- tioud met een Hoofdambtenaar van den vreemde- leingendienst, die onder het departement van «Justi tie ressorteert. Ons werd een kijkje gegeven in het uitgebreide werk van deze afdeeling, waardoor wij de stellige overtuiging kregen, dat ons land ook wat deze voorzorgen betreft volkomen paraat is. Het is absoluut uitgesloten dat Nederland door een overval van buiten of binnen uit verrast zou worden op een wijze zooals dit in Noorwe gen is geschied. Ei* zijn wel veel vreemdelingen ln ons land, maar er werden uitgebreide maatregelen genomen om on- gewenschte elementen te weren. De Centrale Vreem delingendienst in Den Haag heeft steeds een nauw contact met de politie in alle steden en met de Rijks politie op het platteland alle vreemdelingen stonden en staan onder controlen als er reden is om aan hun goede bedoelingen te twijfelen worden zij zonder pardon over de grens gezet. Nederland is een gastvrij land voor vreemdelingen, maar van allen wordt ge- eischt dat zij de neutraliteit van ons land volkomen eerbiedigen en zich van alles onthouden, dat onze veiligheid in gevaar zou kunnen brengen. Deze voorzorgen waren noodig omdat in de af- geloopen jaren niet minder dan 17000 vluchtelingen uit Duitschland gekomen zijn. Een gedeelte van deze menschen is later weer naar andere landen vertrok ken, maar het aantal, dat hier bleef hangen, is toch nog groot. Nu kan men aannemen dat in het alge meen onder zulke vluchtelingen weinig menschen zullen zijn, die snoode plannen tegen ons smeden, maar toch waren onze oogen en ooren open- In enkele gevallen kwam ook uit dat voor onze oorzichtigheid aanleiding was. Iedere vluchteling weet evenwel dat zijn verblijfsvergunning aan een zijden draadje hangt, iets wat de overgroote meer derheid tot groote voorzichtigheid heeft aangemaand. Er zijn vele vreemdelingen, die hier werkvergun ning hebben, maar die werden alleen gegeven na een uitgebreid onderzoek. Zelfs voor korte bezoeken aan ons land wordt voor buitenlanders een visum ge- eischt. Voordat het verleend wordt heeft een uitge breid onderzoek plaats. Geregeld worden de vreem delingen gecontroleerd om te weten of zij zich wel uitsluitend bezighouden met de dingen, die zij opge geven hebben als het doel van hun bezoek bij het aanvragen van hun visum. De uniformenkwestie, die indertijd nog al veel gerucht verwekt heeft, droeg er natuurlijk toe bij om de waakzaamheid in ons land tot het uiterste te verscherpen. Er werd geen enkel risico genomen. Alles wat gedaan kon worden werd gedaan. Natuurlijk kunnen de maatregelen, die ge nomen zijn, niet gepubliceerd worden, maar wij kre gen den indruk dat zij niet alleen zeer uitgebreid luaar ook afdoende moeten worden geacht. In Den Haag is men overtuigd dat er niet alleen gevaren van buiten maar ook van binnen uit kunnen dreigen. Maar die wetenschap heeft ertoe geleid ook op dit gebied uitgebreide maatregelen te nemen, zoodat men de overtuiging heeft, dat ook dit gevaar, als het zich inderdaad mocht openbaren, in den kiem zal worden gesmoord. Het Nederlandsche volk kan er dus van verzekerd zijn dat ook op dit gebied ge daan is wat maar eenigszins mogelijk is. Twijfel over de waakzaamheid onzer regeering zou daarom mis plaatst zijn. Men kent in Den Haag de gevaren, die zouden kunnen dreigen, en daarom was het mogelijk daartegen afdoende maatregelen voor te bereiden. In verscheidene steden groote verwoestingen aangericht Lid van de regeering Quisling door de Noren gearresteerd? QUISLING, de leider der Duitsch-gezinde Noorsche regeering. STOCKHOLM, 12 April, Volgens den specia- len correspondent van Reuter kan omtrent de ontwikkeling van de gebeurtenissen in Noorwe gen gezegd worden dat deze op het oogenblik hoofdzakelijk gekenmerkt worden door Duit sche luchtaanvallen op groote schaal. Verschei dene steden nabij de Zweedsche grens zijn ge bombardeerd en tal van gebouwen zijn in vlam men opgegaan en verwoest. Uit Stockholm en Ostersund wordt gemeld dat voor Trondjhem een groote zeeslag woedt. Beide partijen worden door vliegtuigen gesteund. Ki lometers ver landinwaarts hoort men kanonge bulder. Oslo en het. gebied tot Moss in het zuiden, zijn in Duitsche handen. Tweeduizend Noorsche nazi's hebben zich bij de Duitschers gevoegd. Te Eïdsvold. ongeveer 50 K.M ten N.O. van Oslo, staan sterke Noor sche en Duitsche troepen tegenover elkaar, ge reed voor een beslissenden slag. Gisterochtend zijn te Oslo vijf door tor pedojagers geëscorteerde Duitsche trans portschepen voor anker gegaan, die 10.000 man troepen aan land hebben gezet. Ook wordt gemeld, dat een Noorsche kustpa- trouille 3000 lijken van Duitschers uit het water heeft opgepikt. Al het nieuws uit Oslo staat onder strenge censuur, doch wel weet men, dat de bevolking alle voorzorgsmaatregelen tegen luchtaanvallen neemt. Volgens den correspondent van „Social-demo- kraten" aan deZweedsche-Noorsche grens was de bezetting der Noorsche kuststeden door de Duit schers alleen mogelijk door de medewerking van de Noorsche nazi's en de voorbereidingen, die zij voor den inval hadden getroffen. Dr. Lund, een der leden van de marionetten-regeering" van Quislin. is gisteren, toen hij op weg was naar de Zweedsche grens, door Noorsche vrijwilligers ge vangen genomen. Er vond een kort vuurgevecht plaats. Lund wordt beschouwd als een der leiders van de Noorsche nazi's en als de rechterhand van Quisling. Drammen en Eidsvold door Duitsche troepen bereikt? BERLIJN. 12 April. iD.N.B.i— In het kader van de uitbreiding van het bezette gebied rond om Oslo hebben Duitsche troepen Drammen (40 kilometer ten oosten van Oslo) en Eids vold (70 kilometer ten noordoosten van Oslo) bereikt. Bij de in den loop van den llen April voltrok- bezetting van Elvenes door Duitsche troepen, die in het gebied van Narvik opereerden, werden de zich aldaar bevindenden Noorsche troepen ont wapend. Auto van Koning Haakon bestookt. De KoningPrins Olav en de minister-president ongedeerd. Havas meldt uit Stockholm: De Koning van Noorwegen, prins Olaf en minister-president Nygaarsvold zijn in vei ligheid. Het plaatsje Nyvergsund, waar de generale staf zich had gevestigd, is door Duitsche bommenwerpers vernield. De Ko ning, prins Olaf en de minister-president, die het hoofdkwartier hadden bezocht, za ten juist aan het diner, toen zes Duitsche bommenwerpers verschenen en 25 tot 30 bommen wierpen. Het bombardement duur de een uur en de vliegtuigen schoten ook met de mitrailleurs. De drie genoemde autoriteiten vluchtten in een auto, enkele minuten later keerden de vliegtuigen terug en begonnen de auto te bestoken. De inzittenden moesten de auto verlaten en door het bosch te voet verder gaan. Prins Olaf heeft onderweg een ge wonde verbonden. Hierdoor kwam hij eenigen tijd later dan de Koning en zoo is vermoe delijk het gerucht ontstaan, dat hij vermist zou zijn. Een correspondent van „Svenska Dagbladet", die zich in het Noorsche hoofdkwartier bevond verklaart dat verscheidene gezanten, o.a. die van Polen en Engeland, met den minister van cuitenlandsche zaken, Koht een schuilplaats moesten zoeken in het bosch. Zij moesten zich, om aan de Duitsche mitrailleurkogels te ontkomen, verscheidene maléh ter aarde werpen en zich tusschen de rotsen in veiligheid bren gen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 1