Vele ernstige verkeersongelukken Versiering van het Haarlemsche Stadhuis. Steradent MAANDAG 22 APRTC 1940 HAARLEM'S DAGBLAD Schipbreukelingen van de Protinus voor de B. B. C. Allen msken het goed en hopen spoedig weer naar huis te kunnen. Ongetwijfeld zullen velen gistermiddag hun radiotoestel hebben afgestemd op de uitzending van de B. B. C. in de Nederlandsche taal en wel in de eerste plaats de vrouwen en kinderen van de acht opvarenden van de Protinus, die door den Engclschcn omroep in de gelegenheid wer den gesteld iets van hun wedervaren te ver tellen. De verwanten in Nederland van deze acht menschen, die. toen ze reeds vijf dagen in een open boot op zee hadden rondgezworven, nadat al twee van hun ka meraden van ontbering en koude waren gestorven, door een Engelschen onderzeeër werden gered, zul len wel in de grootste spanning de uitzending heb ben afgewacht en voor allen moet het een vreugde zijn geweest, toen zij de hun bekende stem door den luidspreker van hun radiotoestel in de huiskamer konden beluisteren. De eerste, die geïnterviewd werd was Glazema- ker. „We benne 's Maandags uitgevaren", zei Glaze- maker. „Dinsdags zijn we gaan visschen en Woens dagavond 6 uur werden we door een Duitsch vlieg tuig aangevallen. Den eersten keer werden we be schoten. Toen kwam het viermaal terug en werden we gebombardeerd. Tweemaal kwam een bom op het achterschip, eenmaal op het voorschip en de vierde bom trof ons midscheeps. Toen is de trawler gezonken. We hadden de boot al klaar gemaakt. Zoo vlug mogelijk hebben we de boot in zee gebracht. Vijf dagen hebben we op zee moeten rondzwalken. We hadden alleen een beetje zeekaak aan boord en wat brak water. Verder hadden we drie flesschen melk, een paar sinaasappelen en een halve kaa; Het was slecht weer, regen en mist. Toen we net van boord waren, kwam het vliegtuig weer terug. Het kwam vlak boven ons, maar door den mist heb ben ze ons vermoedelijk niet gezien. We moesten roeien en alles was even beroerd en akelig. Maar we moesten ons maar zien te redden. De nachten duur den vreeselijk lang; we werden koud en hongerij maar hadden goeden moed op redding". Na Glazemaker kwamen achtereenvolgens de an dere zeven man voor de microfoon. Allen waren vol lof over de behandeling. Groen vertelde, dat ze nog pas banket van een bakker uit Egmond hadden ge kregen. „Vrouw, schrijf wat meer" zei Plug. „Ze krijgen allemaal een stuit brieven en ik krijg niets". Ook Stam, over wien men zich in den beginne erg ongerust maakte, heeft zich laten hooren. „Groeten aan vrouw en kinderen en dank voor de redding", waren zijn eenvoudige woorden. Stuk voor stuk brachten allen de groeten aan vrouw en kinderen. En allen roemden de behande ling. Ze hadden bloemen, sigaren en sigaretten. Ten slotte kwamen ook nog de dokter en de ver pleegster in enkele woorden vertellen dat allen het goed maken. „Very good patients, very sorry they have to go home", zeide de laatste. Salvo van een Duitsch vliegtuig als waarschuwing bedoeld De Erin werd verder met rust gelaten. Nadat Donderdagmorgen in IJmuiden bekend was geworden, dat er iets met de Erin IJM. 12 Was gebeurd, deden rondom de Visschershavcn weer de meest fantastische geruchten de ronde. Men sprak al weer over een beschieting, over bommen, ja zelfs over veel erger dingen. Er werd lustig op los gefantaseerd, hetgeen tot ge volg had dat men zich in de familiekringen der opvarenden niet weinig ongerust maakte. Uit de berichten, die schipper Plug per radio uit zond, bleek al spoedig, dat er niets ernstigs was ge schied. „Aan boord is alles wel en de rest hooren jullie later wel als ik binnen ben", zoo ongeveer liet hij reeder ij en familie weten. Dat hield dus een ge- Tuststelling in, doch tevens lag er in opgesloten dat er wel wat was geschied. Zondagmiddag heeft schipper Plug ons zijn we dervaren verteld en wat hem is overkomen bleek gelukkig vrij onschuldig te zijn. Woensdagmiddag, aldus schipper Plug, waren we met nog eenige trawlers van IJmuiden op 58.50 gr. N.B. en 2.20 O.L. aan het visschen. We vingen daar heel weinig; toen ik een spokje makreel ge vangen had besloot ik, wat Noordelijker te gaan, in de hoop daar wat meer makreel te vangen. We stoomden een paar uur Noordelijker en gingen toen halen. Ons schip lag gestopt, toen we plotseling het geronk van een vliegtuig hoorden. We schonken er niet veel aandacht aan; we hadden deze reis al zoo veel vliegmachines gehoord en die hadden ons alle met rust gelaten. Het vliegtuig, een Duitsche machi ne, kwam vlak over ons heen en plotseling hoorden we een machinegeweer ratelen. Allen zochten we dekking, de meesten die aan dek waren kropen ach ter de koelkast. Maar van het inslaan van kogels merkten we niets en omdat het vliegtuig schoot toen het vlak bij ons was en het dus een heel klein kunstje moet zijn geweest, ons te raken, waren we er allen van overtuigd, dat het niet de bedoeling was geweest, ons te raken. We beschouwden het als een waarschuwing of als bangmakerij en gingen verder met ons werk. We hielden den Duitscher natuurlijk in de gaten en groot was onze schrik, toen we zagen dat hij, na rondgecirkeld te zijn. weer op ons afkwam. Ik bleef echter op de brug. Weer scheerde het vliegtuig ra kelings over ons heen. Wat zou er gebeuren? Er gebeurde gelukkig niets. Ze hebben ons zeker eens goed opgenomen en gezien dat het „zuivere koffie" was. In elk geval lieten ze ons met rust. De machine vloog Oost over en spoedig was ze uit het gezicht verdwenen. We hebben het net weer uitge zet en zijn daarna weer naar de andere schepen gestoomd. PERSONALIA. Bij Koninklijk besluit van 19 April is benoemd tot ambtenaar van het O. M. bij het Kantongerecht in ha arrondissement Amsterdam Mr. G. W. F. van der Valk Bouman, waarnemend ambtenaar van het O. M. bij de Kantongerechten in het arrondissement Haarlem. Nog steeds geen nieuws van de SCH 15. Op een mijn geloopen of naar een Duitsche haven opgebracht? Nu, een week nadat de logger binnen werd ver wacht, nog steeds niets naders omtrent de Bep SCH 15 werd vernomen, begint men het ergste te vreezen. De veronderstelling ligt voor de hand, dat het schip in of nabij het Duitsche mijnenveld, dat zich uitstrekt tot 4 gr. O.L. op een mijn is geloopen. Opvarenden van Zaterdag in IJmuiden binnengeko men loggers vertellen dat zij Zaterdag 13 April nog bij de SCH 15 hebben gevischt. Gemeld wordt, dat de schipper van dezen logger eenige malen is ge waarschuwd, niet in het Duitsche mijnenveld, waar men zich dicht bij bevond, te gaan visschen. Of hij deze waarschuwing in den wind heeft geslagen? Er bestaat altijd nog een geringe kans, dat de logger door een Duitsch oorlogsschip naar een Duit sche haven is opgebracht. Wanneer een desbetref fend bericht echter nog eenige dagen mocht uitblij ven is er alle reden om het ergste te vreezen, in welk geval het aantal Nederlandsche oorlogsslacht offers weer met een zevental is uitgebreid. (Adv. Ingez. Wied.) Uit raam vallend kind in uitgespreide jassen opgevangen. Een geval dat zich ernstig liet aanzien, doch wonderlijk goed is afgeloopen. heeft zich Zaterdag avond laat afgespeeld in de Houtmanstraat te Am sterdam. Een zesjarig meisje, dat alleen thuis was en zich ongerust had gemaakt over het lange uitblijven van moeder, had het raam opengeschoven en bij het naar buiten buigen het evenwicht verloren. Zij wist zich evenwel aan den kozijnrand vast te grij pen. In deze uiterst gevaarlijke positie werd het kind weldra door buren en voorbijgangers opge merkt, die zich onder het venster opstelden om het meisje zoo noodig op te vangen. Hoe goed dit ge zien was, bleek weldra, toen 't kind zich niet langer kon vasthouden en van de vensterbank omlaag stortte. In uitgespreide jassen werd het meisje goed opgevangen, het bleek slechts een schaafwond aan het hoofdje te hebben. Voor alle zekerheid werd het niettemin naar het Binnengasthuis ver voerd, vanwaar het evenwel nog denzelfden avond weer huiswaarts kon gebracht worden. Ruim 19.000 voor Finland. Van directie en werklieden der Staatsmijnen. De Finsch-Nederlandsche vereeniging ontving voor den wederopbouw van Finland van directie en werklieden der Staatsmijnen in Limburg een be drag van f 19.300. Bij de particuliere mijnen is nog een soortgelijke actie gaande. Inmiddels zet de Finsch-Nederlandsche vereeni ging haar inzameling met kracht voort. Werkloozen collecteerden ten eigen bate. Drie mannen te Amsterdam aangehouden. Door de politie van het bureau Marnixstraat te Amsterdam zijn Zaterdagavond laat drie personen aangehouden, werkloozen, woonachtig in de Jordaan die voor het Marinerampenfonds hadden gecollec teerd. Zij hadden echter de bussen weten open te maken en het grootste gedeelte van het geld dat zij opgehaald hadden, hebben zij laten verdwijnen in eigen zak. Bij de afrekening viel het oop, dat het drietal slechts zeer weinig had opgehaald. Bovendien bleek een van de drie een valsche naam te hebben opge- gegeven. Na aan 'n langdurig verhoor onderworpen te zijn, legden zij tenslotte een bekentenis af. Het drietal is in arrest gehouden. ij C. D. U. kandhaait haar houding tegenover het militaire vraagstuk. In het Zaterdag te Utrecht voortgezette congres van de Chr. Dem. Unie, werd na uitvoerige bespre king van de houding van de C.D.U. ten opzichte van het militaire vraagstuk met op 2 na algemeene stemmen besloten, deze niet te wijzigen. Het jaarverslag van den algemeen penningmeester den heer L. P. du Bois van Amsterdam vermeldde over 1939 een ontvangst van f 3750 met een voor- deelig saldo van f 900. De begrooting voor 1940 werd vastgesteld op een ontvangst en uitgaaf van f 3400. Bij bespreking van het algemeen beleid werd aan de Kamerfractie en de redactie van de organen „de Christen-democraat" en ..Richtlijnen" groole dank gebracht voor hun arbeid. Ingesteld zal worden een vrouwenraad. De altredende leden van het dagelijksch bestuur de heeren H. Sleketee te 's Gravenhage en A. D. Veenhoff te Groningen werden herkozen. In de vacature, ontstaan door het bedanken v den heer I. de Jong uit Amstelveen zal later worden voorzien. De algemeen secretaris, de heerJ. Coenraadts van Utrecht, kondigde aan, dat hij binnen eenigen tijd zijn functie zal neerleggen. In de vacature in het bestuur van den Jeugdraad van den heer J. v. d. Burg uit Gouda werd voorzien door de verkiezing van mevr. TooseDreckmever te Zeist. De heer H. v. Houten sprak de sluitingsrede uit ARRESTANT WEGGELOOPEN. Zaterdagmiddag begaf zich een rijksveldwachter met twee mannen, die een paar dagen hechtenis moeten ondergaan en. daarvoor naar de gevangenis te Utrecht zouden worden overgebracht, omdat in de hoofdstad geen plaats meer voor hen is, naar het Centraal Station te Amsterdam. De mannen, die slechts een lichte straf-hebben te ondergaan vooi een gering vergrijp, liepen rustig mei den veld wachter mee. Op het perron gekomen, bedacht een hunner zich blijkbaar vond hij het mooie weer te verlokkend en wilde hij liever op regenachtige da gen wachten om zijn straf uit te zitten. Plotseling was hij spoorloos in de volte van reizigers verdwe- Voorjaarstentoönstelling van „Artr' geopend. De voorjaarstentoonstelling van „Arti et Ami- citiae" is Zaterdagmiddag door den voorzitter van de maatschappij, prof. Huib Luns. geopend. Spr deelde mede, dat de gouden medaille van de Koningin toegekend is aan de schilderes mevrouw O van Iterson—Knöpfle voor „Stilleven met visschen". De eerste premie is toegewezen aan F. Everburg voor „Stadsgezicht" en de tweede premie aan Kees Verwey voor „Stadsgezicht". ONREGELMATIGHEDEN MET BESTEKGELDEN. De raad van Epe heeft op voorstel van B. en VV. besloten den gemeente-opzichter B. met ingang van Zaterdag ontslag uit den gemeentedienst te verlee- nen, ter zake van gebleken onregelmatigheden met bestekgelden. Het zou hier om een bedrag van f 500 gaan. Twee slachtoffers van kolendamp vergiftiging. In een woning aan de Vijverlaan te Arnhem heeft zich een geval van kolendampvergiftiging voorge daan, dat twee menschen het leven heeft gekost. De politie heeft na door de buren gewaarschuwd te zijn, den zeven tig jarigen heer H. M. en diens 70- jarige huishoudster, mej. J. te W„ dood in de wo ning aangetroffen. Het stoffelijk overschot werd naar het ziekenhuis vervoerd, waar bleek dat men hier met een geval van kolendampvergiftiging te doen had. Het trekkersseizoen n ons land is Zatcrdae ngezet met den ..Trekkersdag 1940". De jeugdherberg op het kasteel „Assumburg" te Heemskerk werd door velen bezocht en de populaire jeugdherbergvader Geert Dils zorgde voor een bijzondere attractie, door zijn jeugdige gasten te onthalen op een aantal gevoelvolle liederen, waarbij hij zichzelf begeleidde. Gedurende het afgeloopen weekeinde zijn verscheidene ernstige verkeersongelukken gebiurd. In let gehucht Milsbeek onder de gemeente Otterdam stapte Zaterdagavond ongeveer half acht de 30.-jarige G. Noy uit Milsbeek met zijn verloofde uit een stilstaanden tramtrein van de Maasbuurtspoorweg Nijmegen—Venlo. Uit de richting Nijmegen naderde op dat oogenblik met groote snelheid een personenauto, bestuurd door Sch. uit Venlo. Ondanks het feit dat de tram passagiers uitliet washalve de bestuurder de plicht had te stoppen reed deze met groote vaart door, met het noodlottig gevolg, dat de 1 eer Noy door den wagen werd gegrepen en een eind werd meegesleurd. De bestuurder verloor de macht over het stuur en reed tegen een boom. Toen men den heer Nov had bèvrijd, bleek zijn toestand hopeloos. Hij was zwaar verminkt en hem werden ter plaatse de sacramenten der stervenden toegediend, waarna hij naar het Sint Canisiusziekenhuis te Nijmegen werd over gebracht, waar hij dienzelfden avond is overle den. De auto werd door de botsing grootendeels ver nield. Knaap doodgereden. Zaterdagavond om zeven uur stak in de kom van het dorp Lexmond het vierjarig zoontje van den arbeider J. van den Heuvel onbedachtzaam den weg over, op het oogenblik. dat een vracht auto naderde. De chauffeur trachtte nog een aanrijding te voorkomen en wierp het stuur om met het gevolg dat hij tegen een boom reed Niet temin werd de jongen gegrepen en overreden. Het ventje was op slag dood. Den chauffeur treft geen schuld. Omstanders vielen flauw. Zondagochtend reed de landbouwer van Oir- schot te Oude-Tonge met zijn motorrijwiel, op welks duo zijn vrouw was gezeten, met matige snelheid van de Thooische brug, toen van tegen overgestelde richting in volle vaart een andere motorfiets, bestuurd door een onderofficier na derde. Laatstgenoemde botste tegen het mo torrijwiel van Van O. op. De drie personen werden tegen de straat ge slingerd. waar Van O. en zijn echtgenoote hevig bloedend bleven liggen. Twee dokters verleenden geneeskundige hulp. Zij constateerden bij Van O een ernstige hersenschudding, terwijl hij aan hoofd en handen was gewond. Zijn vrouw had eveneens een hersenschudding opgeloopen. De sergeant kwam er met eenige onbeteekenenden wonden af. Drie omstanders, die het ongeluk zagen ge beuren vielen van den schrik flauw en be hoefden eveneens geneeskundige hulp. Een hunner kwam zoo ongelukkig op den grond terecht, dat ook hij een hersenschudding opliep Tegen een trein gereden Zaterdagmiddag is de 79-jarige wielrijder W Boven uit Winschoten op den onbewaakten over weg bij Heiligerlee tegen een trein gereden. De ze overweg is voorzien van flikkerlichten met bel. De installatie functionneerde goed. waarschijn lijk is de oude heer in gedachten verzonken ge weest. waardoor hij het waarschuwingssein niet opmerkte. Hij werd door de locomotief gegrepen en ernstig gewond Zijn rijwiel werd vernield. In levensgevaarlijken toestand werd B naar het ziekenhuis te Winschoten vervoerd. De trein on dervond een half uur vertraging. Een schilderij van J. J. Docser. Eenige bewonderaars van den Haarlcmschen kunstschilder J. J. Docser. thans woonachtig te Bennebroek, hebben een werk van hem aangekocht en dit bij schrijven van Dr. J. D. Bierens de Haan te Aerdenhout aan de gemeente Haarlem ten geschenke aangehoden ter plaatsing in den nieuwen vleugel van het stad huis. Bij de keuze van het stuk is het advies van den directeur van het Frans Hals Museum ingewonnen. B. en W. hebben het schilderij ter bezichtiging op gehangen ter plaatse waar zij. in overeenstemming met dc gedachte van Dr. Bierens de Haan en den schilder, meenen dat het goed tot zijn recht zal komen. t.w. in het trappenhuis eerste verdieping.. B. en IV. stellen den raad voor het schilderij onder betuiging van dank aan de schenkers voor de gemeente in eigendom te aanvaarden. Bevestiging Dr. R. M. Noordhoff Zondagmorgen heeft in de Remonstrantsche kerk te Haarlem de bevestiging plaats gehad van Dr. W. R. M. Noordhoff, den nieuwen predikant der Rem. Gemeente alhier, door Dr. A. H. Haentjens, gevolgd door een intrede-predikatie door den nieuwen voorganger. Het kerkgebouw waarvan het podium een bloemversiering droeg was geheel bezet. Onder de aanwezigen werden opgemerkt de burge meester van Haarlem, Dr. J. E. Baron de Vos van Steenwijk. de Gemeente-secretaris van Haarlem, Mr. Th. A. Wesstra en diens echtgenoote, de ver tegenwoordiger van het Militair Gezag, deputa ties van de Doopsgezinde Gemeente, de Evang. Luthersche Gemeente, de Vereeniging van Vrijzinnig Hervormden, de Onafhankelijk Reli gieuze Gemeenschap en de Ger. Kerk in Her steld. Verband. Ook een aantal leden der Rem. Ger. Gemeente te Arnhem, de standplaats van Dr. Woordhoff voor dezen, was aanwezig. Het eerste gedeelte van den dienst werd ge leid door dr. A. H. Haentjens, emeritus-predikant, oud-voorganger der gemeente, die na het litur gisch gedeelte der godsdienstoefening, sprak naar aanleiding van Matth. 13:44: „Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk een schat, in in den akker verborgen, welken een mensch ge vonden hebbende, verborg en van blijdschap over denzelven gaat hij henen en verkoopt al wat hij heeft en koopt dien akker". In deze gelijkenis aldus het betoog van Dr. Haentjens schuilt een dubbele beteekenis. Met opzet heeft Jezus gesproken van een schat in den akker. De gelijkenis wijst ons er op dat er in den akker niet alleen een oogst, maar ook een schat verborgen is. In deze wereld wordt ons niet slechts het stoffelijke, maar ook het konink lijk Gods geboden. De schat in de gelijkenis is niet de schat uit de sage of het sprookje, die on vindbaar in de rotsen is verstopt, zij is binnen ons bereik. Het vinden is geen uitverkiezing en ook geen toevalligheid. Onze Remonstrantsche overtuiging is, dat tot het vinden van het ko ninkrijk Gods zoowel de daad als het wachten noodig is, 't berekenend werken zoo goed als het geloovig verwachten, de menschelijke arbeid zoo goed als Gods genade. Dit vinden moet intusschen gevolgd worden door het verwerven. Wij moeten de schat in den akker tot het ons eigene maken. Wij moeten den akker koopen. niet terwille van den akker, maar om de waarde, die er in verborgen ligt. Dezén schat hebt gij. Gemeente van Haarlem, reeds meer dan drie eeuwen gevonden en be waard. Om deze schat verder te bewaren hebt gij een nieuwen voorganger gekozen opdat hij uit dien schat zal voortbrengen vrede en nieuwe dingen, dat zijn: eeuwige dingen. Spr. ver maande de gemeente hem te ontvangen met ver trouwen en met geopende harten. Zich tot de jongeren richtende, zeide spr., overtuigd te zijn, dat Ds. Noordhoff het jeugdig idealisme zal we ten te leiden, begrijpen en voeden. Tot de leden van den Kerkeraad zeide Dr. Haentjens: Hoe gij uw voorganger weet te waardeeren, ondanks zijn gebreken, ik weet het zoo goed. Dit voedt het vertrouwen, dat ook de samenwerking met den nieuwen predikant tot zegen der gemeente zal strekken. Nu nadert het oogenblik. dat ik deze plaats moet afstaan. Reeds elders hebt gij Ds. Noord hoff veler harten gewonnen. Mogen ook hier al ler harten voor u zich ontsluiten. Ik bid u toe wijsheid en kracht in uw strijd tegen de onver schilligheid en ook tegen een averechtsche opvat ting van het geloof, die gij misschien ook hier wel eens zult ontmoeten. God geve u ondanks mistasten en dwaling eenmaal de ervaring, dat gij ook hier in deze gemeente niet vergeefs hebt geleefd en gewerkt in Zijn rijk. Hierna had de bevestiging plaats, waarna de gemeente den nieuwen voorganger toezong lied 132:2 ..Dat 's Heeren zegen op u daal!" Dr. Noordhoff, die hierna de plaats van Dr. Haentjens op den kansél innam, verklaarde. In het eerste woord dat hij tot zijn nieuwe ge meente sprak, te willen aansluiten bij het be toog van Dr. Haentjens De verbeelding toovert on? den arbeider voor oogen, die bij zijn akker werk een schat vindt, naar de gewoonte des lands verborgen in een leemen kruik en nu jaren lang spaart om den akker te kunnen koopen. Want wij moeten het koninkrijk Gods koopen. Totdat hij eindelijk den schat heeft verworven en hem me- dedraagt. Maar.het is een leemen kruik waarin deze schat besloten is en dit verlevendigt de gedach te aan het woord van Paulus uit 2 Cor. 4:7: „Maar wij hebben dezen schat in aarden va ten", de tekst, door spr. voor dezen morgen ge kozen. De schat des levens is ons niet vreemd. Wij stooten er wel eens op en misschien breken wij zelfs de leemen kruik bij de ontdekking want het is een schat, die gemakkelijk wordt verspeeld al wordt hij ons door God toch altijd weer toe vertrouwd in de gezegende oogenblikken van ons leven als een Godsgeschenk. En waaruit bestaat nu dit geschenk? In Noorwegen kent men het ontroerend eenvoudige gebed voor den maaltijd: Wij danken u, Heer. dat wij leven! een ge bed. dat de argeloosheid en de kinderlijkheid in het licht stelt, waarmede dit allermenschelijkst gebed wordt uitgesproken. Doch zoo het een Godsgeschenk is Paulus zegt. dat God ons leven bestraalt, opdat wij Zijn heerlijkheid i UW TANDARTS ZEGT Gebruik voor het dagelijksch onderhoud van Uw kunstgebit (Adv. Ingez. Med.) kunnen zien wat te doen als dat gebed nu eens in zijn tegendeel omslaat? Wat te zeggen, als wij den schat niet meer terug kunnen vinden in de gepantserde kruik, waarin de menschen hem hebben gedaan, zoodat de Noor zijn dank gebed voor het leven niet meer kan bidden? Dan komt de gestalte van Christus naar voren en zelfs als wij nergens Gods licht meer zien is het deze lichtende gestalte, die wij blijven aanschouwen tegen het donker van Gethsemané en die ons den besten schat openbaart. Nu zijn het de kerken, die tot taak hebben gekregen, den schat des le vens te ontdekken. Zelf zijn zij aarden vaten, maar zonder de leemen kruik zouden de zil veren en gouden munten te loor gaan in de mod der de wereld. En ook wij aldus vervolgde Spr. ook onze gemeente is een aarden vat. Wij wil len een stukje wereld zijn, broederlijk verbon den met de maatschappij, maar ook verbonden met het Koninkrijk Gods. levend uit ons begin sel van vrijheid en van Jezus Christus. In den kerkelijken kalender heet deze Zondag „Cantate" naar de beginwoorden van Psalm 93: Zingt,den Heer een nieuw lied! Wij kunnen niet als de-en gelen Gods lof zingen uit de hemelsche volko menheid, wij willen het doen uit onze wereld- sche onvolkomenheid. En nu hebt ge mij ge roepen. om samen met u dit lied te zingen. Ik heb dit als een blijk van groot vertrouwen gevoeld en hoop de kracht te ontvangen, dit vertrouwen niet te beschamen. Mogen de de bloemen, die hier zijn aangebracht daartoe het symbool zijn van onze harten, die opengaan tot het ontvangen van de beste, de hoogste levenswaarden! Wij willen het met elkander wagen, omdat wij weten, met el kander verbonden te zijn in het evangelie. Spr. bracht daarna zijn gevoelens van erken telijkheid tot uiting aan het adres van den voor- maligen voorganger der gemeente, den kerkeraad, den consulent Ds, Sirks en Ds. Heyn, die in de afgeloopen maanden de gemeente velerlei dienst hebben bewezen, en beval zich in de samenwer king met diverse colleges en functionarissen aan. Zich tot de vertegenwoordigers van het ge meentebestuur wendend verklaarde spr, er naar te zullen streven, den band tusschen Broeder schap en Overheid in het oog te zullen houden, niet het minst in een tijd, die ons vermaant, dat alleen geestelijke dus Goddelijke krachteen volk weerbaar maakt. Het Haarlemsche wapen ver toont een zwaard en een zwaard is een gevaar lijk zinnebeeld voor zoover het de gedachte wekt aan oneenigheid. hetzij in den vorm van oorlog, hetzij als onvruchtbare polemiek. Doch om het zwaard staan vier sterren en er boven zien wij een kruis, hetgeen ons wil zeggen. Zoo wij opzien naar de sterren en naar het kruis is het zwaard ons symbool van de handhaving der geestelijke volkskrachten, tot het behoud waarvan wij u de hand toesteken. Nog wendde Spr. zich tot de vertegenwoordi gers der andere gezindten en tot hen. die uit Arnhem voor deze gelegenheid waren overge komen om te eindigen met den wensch. dat de gemeente en predikant zullen mogen ervaren, dat het bewustzijn van het. bezit van den schat des levens de kracht zal verleenen tot het volbren gen van taak en roeping. Nadat de dienst op de gebruikelijke wijze was geëindigd, bestond er in het Remonstrantenhuis gelegenheid tot kennismaking met den nieuwen predikant. Hier richtte de vice-voorzitter van den kerkeraad de heer H. van Borssum Buisman het woord tot dr. Noordhoff. om hem namens de gemeente welkom te heeten. De Burgemeester van Haarlem gaf den nieu wen predikant de verzekering, met voldoening te hebben vernomen van diens voornemen een vruchtbare samenwerking met de overheid na te streven. Gij hebt aldus spr. uw beschou wing gegeven omtrent het Haarlemsche wapen. Laat mij u wijzen op de spreuk, die er boven staat: Vicit vim virtus. Niet; ae deugd zal het geweld overwinnen, maar: De deugd hééft het geweld overwonnen! Spr. eindigde met zijn. beste wenschen voor een voorspoedige ambtsver vulling van Ds. Noordhoff uit te spreken. Nadat nog de vertegenwoordiger der Ev. Lutersche Gemeente een kort woord van geluk- wensch had gesproken kreeg de gemeente ge legenheid tot een eerste persoonlijke kennisma king met haar nieuwen predikant. EXAMENS. ACADEMISCHE OPLEIDING. De promotie aan de Gem. Universiteit te Am sterdam van den heer J. P. A. Mekke, te Harder wijk, geschiedde cum laude. VROEDVROUW. Geslaagd voor het eindexamen van de Kweek school voor Vroedvrouwen te Rotterdam mej T, Homburg, te Haarlem.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 5