12 Mei Moederdag-bloemendag De strafverzwaring wegens spionnage en landverraad. Uw Gjest en Vernuft beloonen wij met een /wil HOOGEN GELDPRIJS! Van Frisco naar Curagao. Ceta Be.er VLEKKENWATER Een nacht van onzekerheid. V R IJ D A G 10 MET 1940 H A A" REE M'S DAGEEAD TWEEDE KAMER DEN HAAG Donderdag. De nat.-socialist de Marchant et d'Ansem- bourg had gaarne gezien, dat de vergadering he den niet ware doorgegaan, nu zijn partijgenoot Mr. Rost v. Tonningen haar tengevolge van den o.m. op hem toegepasten interneeringsmaatregel, niet kon bijwonen. Een motie van die strekking ontmoette echter geen voldoende ondersteuning, waarop dezelfde afgevaardigde wat later het ver zoek deed den voorzitter van den Ministerraad over de interneering in (het algemeen en dien van ge noemd Kamerlid in het bijzonder te mogen inter- pelleeren. Het voorstel van den President om hier over aan het slot van de beraadslagingen heden middag en anders morgenmiddag te beslissen werd met 933 (alleen de nat.-socialisten welke onmid dellijk hierover hadden willen laten decideeren) aangenomen, zoodat. de Kamer morgen Vrijdag hoopt uit te maken, of zij een dergelijke inter pellatie zal toestaan. Nadat vermeld zij, dat er een korte bijeenkomst in de afdeelingen plaats had, dat de nieuwe v.-d. afgevaardigde Dr. Zwijnenberg geïnstalleerd werd Mr. Steenberghe reeds heden optrdd in zijn functie van minister van Handel, Nijverheid en Scheepvaart, namelijk bij de verdediging van een contingenteeringsvoorstel, kom ik aan de beraad slagingen over de ontworpen wijzigingen van ons Strafwetboek toe, die strafverzwaring ten aanzien van spionnage, landverraad en eenige andere mis drijven tegen de veiligheid van den staat beoogen. Wie voortaan met geweld een lid van den Regee- ringsraad zal verhinderen eAi bijeenkomst van dien raad bij te wonen, wie onze neutraliteit in gevaar zal brengen, kan 12 jaar gevangenisstraf krijgen (tot nu toe bedroeg hier het maximum 6 jaar). De hoogste straf voor samenspanning tot een der misdrijven tegen de veiligheid van den staat, waaronder een aanslag op een staatshoofd, wordt van 5 op 10 jaar gebracht. Voor spionnage en landverraad komt het maximum op 15 jaar en oorlogstijd dus in een tijd als nu kan men deswege levenslang of anders ten hoogste 20 jaar krijgen. Aldus, zeer kbrt samengevat, de hoofd punten van hetgeen minister Gerbrandy voorstelt. In de vaste commissie voor privaat- en strafrecht, welke zich met het voorbereidend Kameronder- zoek van dit wetsontwerp heeft bezig gehouden, had de meerderheid nog een strengere regeling ge wild, welke ook voor burgers onder de zooeven bedoelde omstandigheden de mogelijkheid van doodstraf zou openen Bij een nadere nota gaf de minister te kennen, dat hij in elk geval op dit mo ment niet op eenmaal met zulk een voorstel kon meegaan. Intusschen kondigde hij aan, binnen vier weken een voorstel van wet te zullen indienen, dat de gelegenheid moet scheppen, den bestraften spion of landverrader tijdelijk zijn straf in een van de overzeésche gebieden te doen uitzitten. Dit om eventueel te voorkomen, dat indien er ooit eens hier een inval mocht plaats hebben, de vijand tot bevrijding en wellicht zelfs belooning van den hier gevangen zittenden spion of landverrader zou kunnen overgaan, 's Ministers nota gaf echter met een te kennen, dat de Kamer bij de behandeling van bedoeld ontwerp dan nog altijd een keuze tus- schen het scheppen van zulk een deportatie-moge lijkheid en toepassing van de doodstraf zou kunnen overgaan. Mr. Terpstra (a.-r.) verklaarde aan opne ming van de doodstraf, en zulks reeds thans, de voorkeur te geven, denkbeeld, waarvoor ook Mr. Truyen (r.-k.) en de heer Krijger (c.-h.) veel schenen te voelen. Daarentegen hoorden we o.m. Mi*. Donker (s.-d.),- en mevrouw Mr. Macka y-K a t z (c.-h.) de stelling ontwikkelen, dat. het beter ware op dit moment dien weg niet te betreden; laatstgenoemde afgevaardigde onder streepte vooral, dat zij eerst nog eens de vier we ken respijt aan den minister wilde geven om dan te zien 'of bij het door hem aangekondigde ontwerp iets van de doodstraf op haar plaats zou wezen, al wees zij er meteen reeds op, dat haars inziens, zulle een regeling niet in het (burgerlijke), doch louter in het militaire wetboek van strafrecht zou mogen voorkomen. Mr. v. d. G o e s v. N a t e r s (s.-d.), die ook niet voor de doodstrafverlangens voelde, noemde een van de hoofddeugden van het aanhangige ontwerp, zijn beperkte strekking en inhoud, terwijl hij voorts als een groot nut van het ontwerp beschouwde, dat elkeen nu nog eens goed is ingeprent hoe de overgroote meerderheid van ons volk denkt over de landverraders en spionnen. Insgelijks kende mevr. Bakker-Nort (v.-d.) veel waarde aan de preventieve werking toe. De heer K r ij g e r meende echter dat de aarze ling van de Regeering inzake de doodstraf verkeerd was, ge-//en het onbeschrijfelijk afschuwelijke en erachtelijke van hetgeen dergelijke lieden doen. Hij wenschte het te kort aan bescherming van ons volk en aan vergelding, dat hij in dit opzicht nog aanwezig achtte, liefst reeds thans weggenomen te zien. Het algemeen debat, waarin Mr. Wendei laar (lib.) evenals Mr. Donker en anderen op nog grootere activeering bij de opsporings- en ver volgingsambtenaren aandrong, en waarbij de nat- soc. d'A nsembourg verklaarde, dat zijn frac tie voor het ontwerp en voor nog radicalere amen dementen is, gaat Vrijdag nog voort. Maar vermoe delijk zal men dan tevens met de heele behande ling gereed komen. E. v. R. Ir. W. Hupkes op 12 Mei zestig jaar. Op 12 Mei a.s. zal ir. W. Hupkes directeur van de Nederlandsche Spoorwegen zijn zestig sten verjaardag vieren. De heer Hupkes werd op 12 Mei 1880 te Arn hem geboren en trad, na te Delft afgestudeerd te zijn, op 5 September 1904 als asp.-adj. in genieur tê Arnhem in dienst bij de voormalige Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij. Nu verschillende rangen te hebben doorloopen. Tolgde op 1 Januari 1918 de benoeming tot af- deelingschef le klasse, waarna reeds twee ja ren later zijn groote verdiensten voor de spoor wegen hun belooning vonden in de benoeming tot chef van het materieel. Op 1 Januari 1927 werd de heer Hupkes bevorderd tot hoofd- en genieur. Toen op 21 Mei 1928 de functie van chef van den dienst van materieel en werkplaat sen te vervullen was. werd de heer Hupkes hier toe benoemd. Op 1 September 1934 volgde een samenvoeging van de diensten van tractie en die van materieel en werkplaatsen tot dienst van tractie en materieel, met de leiding waarvan de heer Hupkes werd belast, welke functie hij ver vulde tot zijn benoeming tot lid van de directie der Nederlandsche Spoorwegen op 7 October 1938. De heer Hupkes heeft in het bijzonder groote bekendheid verworven door het voorname aan deel dat hij gehad heeft bij de invoering van een geheel nieuwen tractie-vorm in Neder land, de Diesèl-electrische tractie met het fraaie materieel, dat niet alleen de bewondering der Nederlanders, maar ook die van het buitenland verworven heeft. Doe mee aan de Winfield Gouden Prijsvraag. Zendt ons een „slagzin" die recht doet wedervaren aan de superieure kwaliteiten van de „Winfield Real" American Cigarettes. MEER DAN 200 PRIJZEN varieerend van 500 gulden tof 2.50 zijn uitgeloofd. Inzendingen tot 16 Mei 1940 Uitvoerige toelichting en voorwaarden zijn reeds verschenen in de Dagbladpers Adresseert: DEE TOBACCO Co. INC DEPARTMENT HOLLAND POSTBOX 870, AMSTERDAM en vermeldt op couvert: „WINFIELD GOUDEN PRIJSVRAAG" (Adv. Ingez. Med.) Perstelegrammen en -telefoon gesprekken onder censuur. 's-GRAVENHAGE, 10 Mei. Namens het mi litair gezag wordt gemeld: Aan persbureaux en correspondenten van bui- tenlandsche bladen wordt medegedeeld dat pers telegrammen voor het buitenland als gewoonlijk kunnen worden aangeboden. Uiteraard zijn ze aan een strenge censuur onderworpen. Alle be richten, welke een alarmeerend of tendentieus karakter dragen, worden onverbiddelijk ge weerd. Pers-telefoonberichten voor het buitenland worden tot nader order niet aangenomen. Burgerwacht te Amsterdam gemobiliseerd. AMSTERDAM, 10 Mei. De garnizoenscom mandant van Amsterdam heeft den commandant van de Amsterdamsche vrijwillige burgerwacht bevel gegeven, tot mobilisatie van de Amsterdam sche burgerwacht. Staat van beleg duurt voort. Bij de Tweede Kamer is ingediend een wets ontwerp tot het voortduren van den bij koninklij ke besluiten van 17 Januari, 13 April en 19 April 1940, respectievelijk staatsblad no. 180, 182 en 183, afgekondigden staat van beleg. Aan de Memorie van Toelichting is het volgende ontleend: Het ingediende wetsvoorstel strekt tot het doen voortduren van den staat van beleg in de gedeelten van het grondgebied des rijks, die krachtens de Koninklijke besluiten onderscheidenlijk van 17 Januari 1940 (Staatsblad no. 180), van 13 April 1940 (Staatsblad no. 182) en 19 April 1940^ (Staats blad no. 183) in staat van beleg zijn verklaard. De Koninklijke besluiten van 17 Januari en van 13 April 1940 hebben hun ontstaan te danken aan de gebleken noodzakelijkheid om in het in die be sluiten genoemde zee- en watergebied en in het gebied waarin zich militaire verdedigingswerken bevinden en troepen zijn opgesteld, over ruimere bevoegdheden te beschikken. Door het besluit van 19 April .1940 is thans het gelieele grondgebied van Nederland in staat van beleg gekomen. Beoogd wordt hiermee in de tegen woordige omstandigheden zoo krachtig mogelijk te kunnen optreden tot handhaving van 's lands neu traliteit en tot verzekering van 's lands veiligheid. Heete zomer en felle winter in Zamorra (Van onzen reisredacteur) IN de felle zomersche zon die het balkon voor mijn kamer in gloed zet heb ik Nederlandsche kranten gelezen. Ik schrijf dit na een pak kranten gekregen te hebben, die gaan van 2 tot 16 Januari. Kranten zijn voor den krantenman wat gist is voor het brood en beursnoteeringen voor den bankier. Voor den Hollandschen krantenman zijn Hollandsche kranten méér: zij zijn goede groe ten van het verre vaderland bovendien. En dus las ik in het hartje van Mexico in het hart van den zomer Hollandsche wintersche kranten uit het hart van een harden winter. En wanneer zal het zijn dat gij dit leest? De Britsche censuur op Bermuda houdt de Amerikaansche Clippers aan, die naar Europa vliegen. Zoo komt het voor dat ik gewone post, die met een schip vaart en die dan tien dagen treint van New York naar Mexico, nog eerder ont vang dan de gevleugelde. Maai* de boot op zee loopt meer gevaar dan de vogel boven de zee en dus laat ik deze briefjes fladderen in den wind op goed geluk en met de bede in het journalistenhart dat zij veilig, regelmatig en niet al te laat het lieve land mogen bereiken. Vandaag, op dat hotelbalkon in Zamorra, terwijl de zon brandde, op het land dat onder mij lag, een dor en stoffig land dat omhoog kruipt tegen de berg hellingen, vanmiddag, in den siësta-tijd, terwijl heel Mexico een paar uur gaat slapen na een maaitijd van heete spijzen in vurige sauzen vanmiddag heb ik duidelijker dan ooit gevoeld wat afstand be- teekent. Want daar las ik nu die Hollandsche kranten en het was alsof de koude damp er in wolken afsloeg, 't Was in dit gloeiend middaguur of er ijs- water langs mijn warme handen liep. Want die Hollandsche kranten staan vol van vorst en ijs en schaatsenrijden en den elfstedentocht en den ik- weet-niet-hoeveel-dorpen-tocht. En wij kijken ver- teederd naar onze kleine Beatrix, die over het ijs wandelt met haar kapje op en haar cape aan. En wij zien de koek-en-zoopies, de baanvegers en zijne kwieke Excellentie Kan op de schaats en onze geest is in Holland en ons lichaam is in de barre hitte van Mexico, waar het altijd heet is. De geest gaat zóó snel. De geest bekommert zich niet om torpedo's, mij nen en censuur. De geest heeft geen duizendste seconde noodig om van den felsten zonnebrand naar de hevigste koude te gaan. (Adv Ingez. Med.) Voor vuil, vet, smeer en zooveel meer. - 25 cent. - Bij drogisten. (Adv. Ingez. Med.) Maatregelen ten opzichte van de N. S. B. in Indië. BATAVIA, 9 Mei (Aneta-A.N.P.) Bij gouver nementsbesluit van 9 Mei is bepaald, dat de uit oefening van het vergaderrecht door de N.S.B. is onderworpen aan de beperkingen, bedoeld in artikel 8a van de verordening betreffende ver- eenigingen en vergadering. Hierdoor is voortaan voor alle voor het publiek toegankelijke vergaderingen, alsmede voor ver gaderingen die gehouden worden op in den regel voor het publiek toegankelijke plaatsen, een vergunning noodig, die in casu niet zal wor den verleend. Van het houden van besloten vergaderingen moet tenminste vijf dagen van te voren kennis worden gegeven aan het bestuur, hetwelk bevoegd is deze te verbieden, behoudens beroep op den gouverneur resp. den resident. Vooralsnog ligt het tegengaan van vergade ringen niet in het voornemen. Tevens is het noodig geacht een verbod voor ambtenaren, inclusief militairen, om lid van de N.S.B. te zijn, uit te vaardigen. De regeering is niet van meening. dat het lid maatschap van de N.S.B. op zichzelf zal mogen worden beschouwd als aanwijzing eener menta liteit. wleke onvereenigbaar is met loyaliteit aan het gezag, doch zij meent, dat het voor ambte naren, in het bijzonder in de huidige omstandig heden, ongewenscht is om deel uit te maken van een extremistische organisatie. DOODELIJKE AANRIJDING JAARSVELD, 9 Mei Op den Lopikerdijk on der de gemeente Jaarsveld is vanmorgen omstreeks half tien de 64-jarige weduwe A. den Oudsten de Bruin door tot nu toe onopgehelderde oorzaak *arl- gereden door een bestelauto van den bakker H. den D., bestuurd door diens knecht. De vrouw werd dermate gewond, dat zij vrijwel direct ter plaatse is S ver leden. Hagespraak van de N. S. B. werd verboden. De plaatsvervangende leider van de N.S.B. deelde Donderdagavond mede, dat het militair gezag de Hagespraak van de N.S.B., die op tweeden Pinkster dag te Lunteren zou worden gehouden, heeft ver boden. Na informatie te bevoegder platase kunnen wij omtrent bovenstaand bericht het volgende mede- deelen: Blijkens artikel 1 van algeftieene bekendmaking no. 35 van den opperbevelhebber van land- en zee macht is het deelnemen aan. bijeenkomsten in de open lucht van meer dan vijf honderd personen verboden. Onder dit verbod zou ook deze Hage spraak vallen. Blijkens artikel 3 van deze bekendmaking kan de opperbevelhebber echter ontheffing van dit ver bod verleenen. Voor zoover bekend is echter geen verzoek tot ont heffing van dit verbod van de zijde der N.S.B. inge diend. Geen duizendste seconde van Mexico naar Neder land. De huizen staan, wit en verwaarloosd, te blakeren in de zon. De straat is van zand. Dor, mul, stoffig zand. Een vet varken ligt midden in de straat en houdt siësta. Twee ezeltjes staan met hangende koppen te slapen aan den huizenkant. Héél Zamorra slaapt. Behalve de fontein op de plaza, die ritselt in de stilte. De hemel de wonderlijke hemel van Mexico staat in brand. De hitte siddert boven het straatje, boven de plaza, boven de dorre vlakte en de stoffige berghel lingen. Ik ben in Nederland. Ik ben bij de bruggen en de grachten en de ri vieren, glad van het vriezen. Ik loop op harde wegen door een gestolde wereld. Onder berijpte boomen. Tusschen menschen met dampende ademwolken diep in hun kraag gedoken de handen in war me wanten. Het doodarme, kleine stadje Zamorra ligt te koken in zijn bergkom. Een stadje van groezelige mannen, straten van zand, vrouwen in lompen, naakte kim deren. Een stadje dat bedolven is onder stof en ruil en armoede. Maar ik zit op het balkon van het hotel Phenix cn naast mij is het azuren zwembad van het hotel Phenix. Waar Amerikaansche toeristen luidruchtig in rondplassen. Maar het vette varken slaapt. En de ezeltjes slapen. Héél Zamorra slaapt in stof, lom pen en de dag op z'n heetst. En in Nederland vriest het. Een auto op het IJselmeer. Staatsraad Kan op de schaats. 't Prinsesje met het kapje op. Een vriendelijke Amerikaansche meneer komt druipend uit het zwembad van bet. hotel Phenix. Hij roept of ik een cocktail kom drinken. In één tienduizendste seconde komt de geest uit het. verre koude vaderland terug. Verwarmd door het felle vriezen, door de kron ten en door den goeden groet dien zij hebben ge bracht. En wij drinken een cocktail in de bar naast het blauwe zwembad. Op het dak van het hotel Pheni Hoog boven het slordige, stoffige, schoone Za morra. Boven het luie varken. En de tengere, zilvergrijze, slapende ezeltjes. Mr. E. ELIAS (Nadruk verboden. Auteursrecht voorbehouden) H. A. C. O.-trekkingen zullen voor de zevende maal berecht worden. Naar wij vernemen, heeft het O.M. bij het Haag- sche Gerechtshof beroep in cassatie aangeteekend tegen het arrest van dit Hof waarbij de directeur van de H.A.C.O. ontslagen is van rechtsvervolging ter zake van hem ten laste gelegde overtreding van de loterijwet. Na veroordeeling door kantonrechter en recht bank te 's-Gravenhage wees de Hooge Raad de zaak naar het Haagsche Gerechtshof wegens een vormverzuim terug. Dit college verklaarde de dag vaarding nietig, waarop het O.M. in cassatie ging. Opnieuw wees de Hooge Raad de zaak naar het Haagsche Hof terug, die nu den directeur van rechtsvervolging ontsloeg. Thans zal de zaak ten derden male voor den Hoogen Raad voor de zevende maal voor een rechterlijk college behandeld worden. Geknoei met distributiebonnen. Voor de Groningsche rechtbank stond Donderdag terecht G. B. Winkelier te Stadskanaal, beschuldigd van valschheid in geschrifte. Deze verdachte heeft op een z.g. opplakvel, bestemd voor bonnen no. 13 der rijksdistributiekaart, vernuftig helften van oude, reeds vervallen bonnen nos. 1, 3 en 11 aan elkaar geplakt en er op die wijze bonnen no. 13 van gemaakt. Bij onderzoek eerst op het plaatse lijk distributiekantoor en later op het ministerie van economische zaken in Den Haag werden in totaal 26 van dergelijke vervalschte bommen ont dekt. De officier van justitie achtte het plegen van dergelijke feiten onder de huidige omstandigheden, nu behoorlijke distributie van levensmiddelen van groot belang is, van ernstigen aard. Hij eischte zes maanden gevangenisstraf tegen verdachte, daar bij rekening houdende met het feit, dat. deze reeds vroeger wegens valschheid in geserifte is ver oordeeld. VOORTSCHRIJDING OOK IN DE TANDHEEL KUNDE. De perscommissie van de Ned. Maatschappij tot Bevordering der Tandheelkunde verzoekt ons het volgende te plaatsen: Van hooren zeggen weten wij, dat tijdens den Fransch-Duitschen oorlog van 1870 in vele plaatsen van ons land vrouwen en meisjes bij el kaar kwamen voor het maken van „pluksel". Ieder had een paar stukken half versleten linnen bij zich, en rappe handen rafelden dit uit elkaar. Het pluksel werd over de verschillende verband- plaatsen en veldhospitalen der oorlogvoerenden gedistribueerd en daar als „verbandgaas" ge bruikt. Indien wij aan de omstandigheden van 1870 denken, zwijgt de critiek en dan moeten wij vol le belangstelling en onvoorwaardelijke waar deering hebben voor dezen vorm van menschlie- vend hulpbetoon. Maar ondenkbaar is het, dat in 1914 comité's met gelijke doelstelling zouden zijn opgericht. In de 40 tusschenliggende jaren hadden man nen als Robert Koch.. Pasteur. Lister, Ehrluch, Calmette e.a. hun arbeid op medisch terrein ver richt. Een totale omwenteling van de denkbeel den over ,het wezen der ziekte en haar verbrei ding, over wondbehandeling en steriliteit waren het gevolg. Wat in 1870 gaarne en dankbaar werd aanvaard zou in 1914 als ongerijmd in den hoogsten graad zijn verworpen! We leven medisch gesproken nog maar een goede halve eeuw. Maar wat een werk is in deze 50 jaar verricht in het belang van zieken en gezonden! En dit op elk onderdeel der medische weten schap. Ook de tandheelkunde heeft in deze jaren van den vooruitgang rijkelijk haar deel gekregen; ook zij heeft geprofiteerd van de gewijzigde inzich ten. De wetenschap heeft haar een eigen plaats ingeruimd. Hoe kort is het nog maar geleden, dat met een tand of kies weinig of niet gerekend werd. Dit- onderdeel van het lichaam was het deel dat boven het tandvleesch uitstak, het zicht bare gedeelte. Dat dit deel aan een wortel be vestigd is daarmee had alleen hij of zij te maken, die dusdanig door tand- of kiespijn ge kweld werd, dat men besloot na rijp overleg en na langdurig beraad dit pijnlijk voorwerp te laten verwijderen. De wijze waarop dit experi ment plaats vond, schijnt een bron van gruwel verhalen geweest te zijn. Sommige dezer worden nog heden van mond tot mond doorgegeven en dit niet steeds tot opbeuring en vertroosting van hen, die-thans een bezoek moeten brengen aan den tandarts. De wortel van tand of kies was in Meinacht. Er is rust en vrede in de natuur en slechts een enkel nachtgeluid klinkt en verklinkt in de stilte. Er bromt iets. Een venster rinkelt, een deur klep pert. Men woelt even om, luistert een oogenblik en sluimert verder. Weer trillen de ruiten. Dof en nauwelijks te hoo ren dreunt het in de verte. Opnieuw. Alweer. Het gebrom van zooeven neemt toe en zakt weer weg. De slaper wordt onrustig. Door het open venster hoort hij alweer het gerommel. Een vliegtuig? Die ziet men zooveel overdag. Er zal ook 's nachts wel gevlogen worden. Dan wijkt de slaap. Het geronk komt nader. Het geluid verraadt, dat het meer dan één machine moet zijn. Daar passeeren ze. Ze komen terug. En weer. En weer. Dan is men wakker. Nu is het weer stil. Stil en donkerMaar door het duister schiet daar plot seling een rood licht, een lichtkogel. Men kijkt scherper. Weer flitst het roode licht door den nacht en men meent te begrijpen: Er zal een vliegtuig „van vreemde nationaliteit" gesignaleerd zijn en onze luchtafweer is in actie. En met die verklaring en in het vertrouwen, dat er gewaakt wordt zoekt men weer de rust. Lang duurt het niet. Alweer ronkt een vliegtuig motor. maar door het geroes ratelt het daar plotse ling met korte, droge knallen; dat moet een mitrail leur zijnnu razen plotseling twee, drie vlieg tuigen aan op een paar honderd meter hoogte, trek ken op en dan is er opeens weer de stilte van den zomernacht. De tijd verstrijkt. Het uur van drieën brengt de dageraad, de zon, de blauwe hemel. En silhouet- scherp tegen de lucht snorren ze weer aan, bom menwerpers, stoer en sterk aantrekkend, de beweeg lijke jagers, nijdig, duikend, klimmend en, vreemd, het is of men al went aan het gerikketik, dat staag door de prille-morgenstilte ratelt. Wat is er gebeurd? Wat gaat er gebeuren? Heeft e:* vannacht een aanval plaats gehad over zee? Of zijn het de anderen? Men denkt niet, men kan niet, men durft niet denken, dat het ditmaal het eigen erf zou gelden. Tegen den hemel worden plotseling drie vlieg tuigen zichtbaar. Geen bommenwerpers, geen ja gers dat ingekeepte richtingsroer maakt het duidelijk: drie Duitsdie bommenwerpers zijn het, die daar voortbewegen en een oogenblik later al weer verdwenen zijn. Maar daar, waar ze nu moeten zijn verschijnen witte wolkjes tegen den hemel en het is duidelijk; het drietal wordt onder vuur genomen en de gra naten hebben hun weg gevondenhier.... en zeker ook elders, want nu is de lucht vol geluid, van ver gedaver en gebrom en dof gebonk en scherpe knallen in het Zuidoosten Daar gebeurt wat! Het is veraf, maar onmisken baar duidelijk, dat hier geweld met geweld wordt beantwoord. Op alle balcons staan de menschen en turen en wisselen him vermoedens uit en schieten haastig de kleeren aan en loopen de straat op of pakken den kijker en halen de vlugge vogels met de oranjevlekken op hun wieken dichterbij Dan knipt de radio aan en meteen een stem: Voortdurend komen troepen vliegmachines ons land binnen.... boven Rhenen zijn twaalf vreemde vliegtuigen gesignaleerd.... dit bericht is ten dienste van den luchafweerdienst. hallo.... hallo.... boven Geldermalsen vliegen twintig vreemde vliegtuigen op 5000 M. hoogte. hallo. boven Elburg vliegen ongeveer veertien vreemde vliegtuigen in Noordwestelijke richting,,.,, hallo hallohier luchtafweerdienst.waarschu wing.... waarschuwing.,., waarschuwing.... by Dordrecht zijn parachutisten gedaald.... waar schuwing... pas op voor parachutisten.... Duit- sche vliegtuigen zijn gesignaleerd boven Den Haag En dan weten we het: Ook hier heeft de vrede uit. Duitschland heeft ook Nederland in den oorlog betrokken en op den nacht vol onzekerheid zal een dag volgen vol gruwelijke zekerheid: de realiteit van den oorlog. IN DEN MORGEN. In den prillen morgen, op een uur, waarop men anders hoogst zelden iemand op straat tegenkomt, was het in de geheele stad reeds vol leven en be weging. De nacht had reeds veel onrust gewekt en toen het daglicht veroorloofde, de vliegmachines in de lucht gade te slaan, verlieten velen hun woning en groepten bijeen, zoowel op de balcons als op straat, waar al spoedig de stramme soldatenpas werd gehoord. En toen door de radio de eerste be richten van den overval werden vernomen was er natuurlijk aan stof tot beschouwingen geen gebrek. Voor onze nieuwsborden was het even vijf uur reeds een drukte alsof het midden op den dag was. Ongeveer zes uur konden wij ons eerste bulletin uitgeven en de exemplaren werden ons letterlijk uit de handen gescheurd, zoodat het ijzeren hek aan den ingang goeden dienst bewees. Evenveel, zoo niet meer belangstelling bestond er voor de proclama tie van H. M. de Koningin, terwijl ook volgende bulletins bij vele honderden tegelijk hun weg vonden. Overigens was er in den vroegen morgen absoluut geen paniekstemming op straat. Natuurlijk maakte het gebeurde diepen indruk, doch de kalmte waarmede het bericht werd ontvangen was zeer opvallend. vroeger jaren meestal fabelachtig lang of wel men kon zich vaak geen voorstelling van de lengte maken omdat deze tijdens het „trekken" afgebroken en deswege in de kaak was achterge bleven. Door de voortschrijding der medische weten schap werd hoe langer hoe meer duidelijk, dat dikwijls een onmiddellijk verband bestaat tus schen een slecht gebit en bepaalde lichamelijke ongesteldheden en ziekten. Zelfs den leek is het wel min of meer duidelijk dat door een slecht gebit maagklachten en bezwaren kunnen ontstaan. Maar nog steeds (we leven in een over gangsperiode) komt het veelvuldig voor, dat maagpoeders e.d. geprefereerd worden boven 't in orde doen brengen van het kauwapparaat. Dat de keten van oorzaak en gevolg zich zeer ver uitstrekt bleek duidelijk toen de buitengewone ontwikkeling der techniek mogelijk maakte, wat 25 jaar geleden een sprookje scheen: we denken aan het Röntgentoestel. Deze uitvinding schept de gelegenheid om binnen eenige minuten door middel van een Röntgenfoto te openbaren, het geen vroeger nimmer aan het licht kwam. Wat kon men toen weten van de ziekelijke verande ring in de kaken, teweeg gebracht door ontste kingsprocessen aan den tandwortel? Thans geeft de Röntgenfoto een beeld van wat in het inwen dige van de kaak als chronische ontsteking in het verborgene voortwoekert. Maar zulk een ontsteking is het nest, waar de bacteriën, i worden gekweekt, die met het bloed door het geheele lichaam worden verspreid. En hun aanwezigheid is nooit onschuldig! Het zoeken naar een verband tusschen een slecht gebit en sommige vormen van „rheuma- tiek" is o.m. op dit gegeven gebaseerd. Dat de voortschrijding der tandheelkunde aan hare beoefenaars thans andere eischen stelt dan 40 jaar geleden, is duidelijk, maar dat deze be oefenaars gaarne patiënten zien, die niet 40 jaar ten achter zijn in hun beoordeeling en waar deering, is eveneens duidelijk. De opvattingen, dat men tandheelkundige hulp pas zoekt wan neer meVi kiespijn heeft en niet eerder, dat kies pijn nu eenmaal behoort bij het aanstaande moederschap, zijn nog niet naar de oude doos verwezen Moge de tijd van een juist begrip niet verra meer zijnl

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 5