z 4 Spoct m SpeC J liet JOient en Jxui OiieM. De Lotgevallen van een Collier W O E N S D A G 7 A UGUSTUS 194G) TT A A R T. F. M'S D A G B IJ A D De fusie op het gebied der Lichamelijke Opvoeding. Een redacteur van het A. N. P. heeft over het bovengenoemd actueelc onderwerp een onderhoud gehad met den heer E. W. J. Rosenberg, secretaris van de Nationale Stichting tot bevordering van de Lichamelijke Opvoeding. Ten aanzien van de richtlijnen der stichting deel de de heer Rosenberg mede, dat deze verdeeld moeten worden in de grondslagen, maatregelen en leiding der fusieregeling, als volgt gespecificeerd: Grondslagen: de grondslagen zijn nationaal, met behoud van geestelijke vrijheid: de fuseerende or ganisaties stellen de nieuwe organisatie primair in dienst der volksopvoeding; samensmelting moet ge richt zijn op het dragen van een blijvend karakter; samensmelting mag niet het karakter aannemen van usurpatie door de sterkste organisatie; aansluiting der nieuwe organisatie bij dc „Nationale Stichting lot bevordering van de Lichamelijke Opvoeding" Is verplicht. Maatregelen: In de statuten moet worden vast gelegd: het nationaal karakter der nieuwe een heidsorganisatie, met behoud van geestelijke vrij heid; instelling op de volksopvoeding als primair beginsel; de fusie van alle gelijkgericht werkende bonden moet op korten termijn tot stand zijn ge komen; de technische apparatuur van ieder dei- bonden komt ter beschikking van de nieuwe orga nisatie; vóór 1 Januari 1941 moet door een commis sie uit de besturen van gelijk gericht werkende bonden bij het secretariaat van de Nationale Stichting een voorstel zijn ingediend inzake statuten en huishoudelijk reglement voor ieders nieuwe organisatie. Leiding van de fusieregeling: de leiding van de fusieregeling is door den secretaris-generaal, waar nemend heofd van het departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen opgedragen aan het dagelijksch bestuur van de Nationale Stichting tot bevordering van de Lichamelijke Opvoeding;' publicaties inzake fusieregeling geschieden uitslui tend door het secretariaat van de Nationale Stich ting; bij geschillen van principleelen aard (begren zing der bevoegdheden van een landelijken bond, van zijn districten en van zijn onderbonden - samenstelling van besturen en van commissies e.a.) beslist het dagelijksch bestuur van de Nationale Stichting. WIELRIJDEN. Zwartepoorte door Scliulte geklopt. Dinsdagavond hadden te Utrecht belangrijke wie lerwedstrijden plaats. De grootste belangstelling ging uit naar de ver richtingen der deelnemers aan den stayerwedstrijd. Aan den start verschenen Immers onze nationale kampioen Zwartepoorte, met Wals, Schulte en Bos- land. Het werd een interessante strijd, want het gold hier een prestie kwestie van Zwartepoorte, die thans zou moeten bewijzen, zijn nationale kampioen schap niet alleen aan de kettingbreuk van Wals te danken te hebben; voor hem stond dus dezen avond veel op het spel. De eerste manche over 20 K.M. van den wedstrijd achter groote motoren geschiedde met staanden start, hetgeen kennelijk groote moeilijkheden ople verde voor de gangmakers, waarbij een van hen bij den derden vergeefschen start onder zijn motor kwam te liggen. De vierde start gelukte; Wals kreeg het eerst contact met zijn gangmaker en nam den kop. Hij voerde terstond zijn snelheid op tot ruim 75 K.M. en verkreeg daardoor een veiligen voor sprong. Schulte bezette de tweede plaats en gaf Zwartepoorte geen kans, voorbij te komen. Bosland kon het tempo, dat herhaaldelijk de 80 K.M. over schreed, niet volgen en zakte meer en meer af. De uitslag luidt; 1 Wals 15 min. 4.2 sec.; 2 Schulte op 30 meter; 3. Zwartepoorte op 50 Meter; 4. Bosland op 1000 M. In de tweede manche over 40 K.M. met vliegenden start nam Bosland den kop en probeerde een veili gen voorsprong te krjjgen, hetgeen hem aanvanke lijk gelukte. Schulte ging terstond Zwartepoorte voorbij, doch Wals zag daartoe geen kans, ondanks den niet sympathieken steun van Schulte, hetgeen later zijn gangmaker Bustraan een ernstige beris ping van de jury bezorgde. Na 40 ronden onder nam Zwartepoorte een vergeefschen aanval op Schulte, hetgeen na eenlge ronden van feilen strijd tot gevolg had, datl zoowel Schulte als Zwarte poorte met een snelheid van ongeveer 80 K.M. Bosland passeerden. Na 58 ronden werd Bosland ook door Wals gepasseerd. Na 90 ronden deed Schulte, gevolgd door Zwartepoorte, een vergeef schen aanval op Wals, die dezen energiek afsloeg. De stand bleef verder ongewijzigd. De totaaluitslag werd: 1 Schulte 3 pnt., 2 Wals 4 pnt., 3 Zwartepoor te 5 pnt., 4 Bosland 8 pnt. De snelste ronde werd door Zwartepoorte gereden met een gemiddelde van 84 K.M. per uur. De gang maker van Schulte (Bustraan) kreeg aan het einde van den wedstrijd een berisping voor het te hoog rijden in de baan, waardoor Zwartepoorte ernstig werd gehinderd. De overige uitslagen luiden: Sprint voor profs over 600 Meter: Eex-ste rit: 1 Derksen 12.2 sec. (laatste 200 meter); 2. Van der Vijver. Langs het rijpe koren in de Purmcr tijdens de Ronde van Edam, welke deze week werd verreden. Tweede rit: 1 Van Vliet 12.4 sec.; 2 Van der Vijver. Derde rit: 1 Van Vliet 12.4 sec.; 2 Derksen. Vierde rit: 1 Van Vliet 12.4 sec.; 2 Derksen; S Van der Vijver. Achtervolging voor profs over max. 5 K.M,: 1 Van der Voort in 6 min. 23.4 sec.; 2 Klink. ZWEMMEN NED. ZEVENTAL—NED. JEUGDZEVENTAL. Tot besluit van de wedstrijden om de zwemkam- pioenschappen op 18 Augustus te Utrecht zal een waterpolowedstrijd gespeeld worden tusschen het Nederlandsch zevental en een Nederlandsch jeugd- zevental. De samenstelling van deze ploegen is als volgt: Nederlandsch Zevental: Doel: E. Vrugt (HLC.) Achter: A. van Overhagen (U.Z.C.), Stam (H.Z. en P.C.), R. den Hamer (H.P. en P.C.) Voor: H. van Rootselaar, C. van Aelst en H. Mayer (allen Het IJ). Ned, Jeugdzevental: Doel: H. Feis (H.Z. en P.C.) Achter: A. Heetveld (U.Z.C.), H. van Polfliet (R. Z.C.), L. van Djjk (H.Z. en P.C.) Vóór: C. Brasem (Zian), D. Otten (H.Z. en P.C.), F. Ruimschotel (H,Z. en P.C.) LAWNTENNIS Het tournooi van Jatiloo. f 113.14 voor het Comité Nat. Inzameling 1940. Voor het laatst gehouden tennistournooi op Jatiloo te Bentveld waren geen prijzen beschikbaar gesteld; de daarvoor bestemde gelden zouden wor den overgemaakt ten behoeve van de oorlogsslacht offers. De netto opbrengst van het tournooi heeft bedragen f 113,14, welk bedrag het bestuur heeft doen toekomen aan het Comité Inzameling 1940 te Den Haag. Aan de eerste prijswinnaars van het tournooi heeft het als aandenken een bronzen leg penning ter hand gesteldl HONKBAL E. D. O.—SCHOTEN. Op het E.D.O.-terrein in het Noorder Sportpark wordt hedenavond half acht de honkbafwedstrijd E.D.O.-Schoten gespeeld. De Honkbalclub „Schoten" welke wederom beslag op het kampioenschap wist te leggen, heeft nu toch wel bewezen, dat zij een plaats in de eerste klasse verdient. Om geheel fit aan den start voor het kampioen schap te verschijnen, speelt Schoten eenige nuttige oefenwedstrijden, waarvan hedenavond de eerste gespeeld zal worden tegen E.D.O. E.D.O. en Schoten komen geheel volledig in het veld, zoodat een spannende strijd verwacht kan wor den. VOOR DE KINDEREN Toen het licht van de lantaarn In de nis viel werden beiden bleek van schrik. Er lag daar namelijk een blanke man, die bewuste loos scheen. Voorzichtig tilden zij hem uit de nis en legden hem op den grond. De professor, die inmiddels weer tot zichzelf gekomen was, goot hem eenige druppels uit zijn veldflesch tusschen de lippen en wreef voorzichtig zijn handen en voeten. Na eenigen tijd zagen zij een teeken van leven. VOOR DE COMPETITIE. Voor de competitie worden in het midden der week de volgende wedstrijden gespeeld: Woensdag: 3e klasse: E.D.O. IVSchoten III Schoten II—E.D.O. V Donderdag: 2e klasse: Haarlem IIE.H.S. OM DEN ZILVEREN BAL. Begint 1 September. De wedstrijden om den Zilveren Bal zullen dit jaar gehouden worden op de Zondagen 1. 8 en 15 September op het terrein van Sparta te Rotterdam. De volgende vereenigingen hebben reeds ingeschre ven: Feijenoord, Sparta, R. F. C„ C. V. V., Over maas, Neptunu-s, Hermes-D. V. S., S. V. V„ A. D. O., H. V. V., Quick, D. F. C„ Heracles en Willem II. DAMMEN. TOURNOOI NIEUWE SPEELWIJZE HAARL. DAMCLUB. Bovengenoemd tournooi werd voortgezet. De uitslagen luiden als volgt: Hoofdklasse: J. W. van Dartelen wint van A. Miedema; P. H. Meure wint van K. Olij. Eerste klasse: W. de Goede wint van W. Jonkhol'. Tweede klasse: F. Akersloot wint van J. J. Zalm. CLUBKAMPIOENSCHAPPEN HAARL. DAMCLUB. Voor bovengenoemde wedstrijden werden de vol gende partijen gespeeld: Hoofdklasse: P. J. van Dartelen wint van J. van Looij. Eerste klasse: Chr. Gerritsen wint van D. Schrij- nemakers. .O.*Vertelling Het Wratje door COR BANDT Szn. E hadden elkaar in het zwembad gevon den. Lousje en de knappe slanke, sym pathieke jongeman Niet dat ze elkaar hadden gezocht verre van dat. want ze kenden elkander niet eens. Maar ze waren er héél toevallig. Hij was een jongeman, ongetwij feld bijzonder innemend. Hij was zoo'n type, voor wien vele dweeperige meisjes reeds bij voorbaat lieve naampjes ontdekken. Hij was een man! Kort gezegd. Eén. die meisjes om zijn vingers windt en zoo. Enfin, ze waren in dat zwembad en hij leunde heel erg onverschillig over het hekje, dat het zonnebad van het zwembad scheidde. En Lousje kon het maar niet laten steeds naar hem te kijken. Hij was erg bruin en hij had mooi golvend haar. Hij keek ook af en toen naar Lousje. Ze moest het zichzelf met een schok van vreugde toe- zeven. Hij bekeek haar zelfs aandachtig, als hij meende, dat zij niet keek, dacht het meisje. Ja. Lousje wist wel. dat het nieuwe badpak haar aar dig stond. In den winkel had ze nog geaarzeld' of ze dit of dat andere zou kiezen. Eerlijk gezegd Lousje vond dit pakje wat gewaagd. Maar ach, je zag nog veel erger.... En Lousje wierp triomfantelijk haar blonde lokken naar achteren en was blij. Ook al, omdat ze wat ver van hem af stond. Dan kon hij haar niet zoo goed zien, als hij misschien wel wilde. Dat moest ook, want, Lousje had een wratje En ze had dat wratje óp haar neus. Het was weliswaar een héél klein, héél onopvallend wratje. Maar het w&s er een „Ik zou mooier zijn zonder dat kleine onopval lende wratje" peinsde Lousje, „Veel mooier". En er trok een ^lein rinmeltie tusschen haar kleine fraai-gewelfde wenkbrauwen. „Waarom heb ik dat vroeger nooit doorgezet, waarom niet? Ik kón dat wratje er toch af laten halen. Maar steeds was ik bang, dat het pijn zou doen en.als ik het een paar keer probeerde, kwam het nóg groo- ter terug." Het was waar. Lousje was mooi geweest, had ze- dat wratje niet op haar charmant neusje gehad Ze had mooi haar. oogen als meertjes op een stralenden zomerdag, een parelende glimlach en zoo. Maar dat wratjeEn Lous keek met af gunst naar een harer concurrentes. Die had géén wratje en die had ook mooi haar. oogen als meer tjes op een stralenden zomerdag, een parelende glimlach en zoo. En die keek ook naar den aar- digen jongeman. Het was een reden voor Lousje om naar haar spiegeltje te grijpen en te kijken Naar haar neus met het wratje Opeens wist het lieve kind het niet meer Was het wel een heel klein, onopvallend wratje, was het eigenlijk geen groote. zeer opvallende ontsiering? Nee vond Lousje het was geen wratjè, het was een wrat een volwaardige, volwassen wrat! En het werd haar angstig te moede. Ze keek over haar spiegeltje naar den jongeman En van hem naar de wrat. Hm.! Hij stak een sigaret op de jongeman. Echt iets voor hem zoo nonchalant en zwierig als hij dat deed. Oei, hij keek haar aan zii hém, hij: lang en doordringend, zij wendde tenslotte haar oogen af en speelde met haar vingers in het zand. Dat stónd meende Lousje En ze vond ook dat hij mooie oogen had. Nèt of er lichtjes in glommen, héél mooie lichtjes. Toen bloosde het blonde Lousje. Want de jongeman glimlachte. Alsof het zoo hoorde. Angstig vroeg zij zich af, of hij haar gebrek had opgemei Ze zuchtte en stond op en ging zuchtend n; huis. Ze haastte zich. ze had behoefte om opt divan tfe liggen en te huilen Om dat. U weet waarom Zoo'n wratje is dan ook om hirlen. Af en toe keek ze om ze meende hem de verte te zien, het leek of hij haar volgde. D had hij het nog niet gezien. Als ze dan vanave direct naar een schoonheidsspecialist ging, r schien. Lousje kwam op haar kamer en ging huik Om een misschien verspeelde kans op liefde, snikte hartstochtelijk dat luchtte je op, vo ze. Lousje wilde alsmaar huilen, tot ze geen t: nen meer over had. Héél, héél lang. Maar ondar alles hield ze toch op. En glimlachte plotselit Ze kon er niets aan doen, maar ze glimlachte .x tuurlijk" dacht ze Er waren nog advertent; „Het lieve meisje met het groene badpak gelit zich nader bekend te maken en zoo In e geval zou ze meteen die wrat laten verwijdorer, je kón niet weten. 's Avonds ging ze er al heen. „Wèg met wrat" redeneerde ze steeds maar en er ontwaal een soort sadistisch gevoel in het zachte ku „Wèg met de. Ze werd uit haar gepeins® geschrikt. Aan het einde van de straat nadet een lange, slanke figuur. Lousje meende, haar hartje stil stond. Hij wks het. De jongem van vanmiddag. Hij naderde, Lousje bloosde: reeds en bij eiken stap werd haar blos vurlgi Ze durfde niet op te kijken. Tot hij vóór ha stond. „Neemt U me niet kwalijk", zei hij en vond. dat hij een sonore stem had. Hij zou k wratje zien. Hij wandelde met haar mee, stee pratend. „Ik volgde U vanmorgen en laat 't eerlijk bekennen U interesseerde me zoo, j ik U volgde." „Werkelijk?" vroeg Lousje verrukt. „Werkelijk!" zei de knappe jongeman. „Zood ik U zag, werd ik verliefd. „Ooooh, mijnheer!" trachtte Lousje haar vreu de achter slecht gespeelde verontwaardiging verbergen. „Neemt U het mij kwalijk?" „Natuurlijk!" zei Lousje kwasie-stug. „Maar juffrouw, U begrijpt me verkeerd werd verliefd op. Uw wrat, daar bovenopp neus. U bent hèt model voor mijn foto-stut Begrijpt U? U kunt veel verdienen als mod „vóór de behandeling!" (Nadruk verboden. Auteursrechten voorbehoudt Fietspad door de duinen van Meyendel naar de Noord-Hollandscl) «Trens geopend. De rijskcommissie van advies voor werkvt ruiming in Zuid-Holland deelt mede, dat het r wielpad door de duinen van Meyendel tot nal de Noord-Hollandsche grens dat reeds in het vo: najaar voor het grootste gedeelte was gereed j komen, op enkele bijeenkomstigheden na voltoo is en thans over de geheele lengte voor het publi is opengesteld. Het stemt tot voldoening dat men in geslaa is dit pad dat aansluit op het ree jaren bestaande fietspad van het pompstation v de Haagsche duinwaterleiding naar Meyendel zoo tijdig gereed te krijgen, dat het fietsminnei publiek er nog in dit vacantieseizoen van h profiteeren. Wie genieten wil van een mooien fie', tocht, verzuime niet dezen toer, die door h schoone duinlandschap van noordelijk 's-Grave hage en van de gemeenten Wassenaar, KatwiJ Noord Wijk en Noordwijkerhout voert, op zijn pr gram te plaatsen. Rinsren van onbekende gesneuvelde De directeur van het informatie-bureau het Ned, Roode Kruis, Zwarteweg 75, Den Hat deelt mede, dat aan zijn bureau nog verschilleni goederen aanwezig zijn, toebehoord hebbende 8 tot op heden onbekend gebleven militairen. Onder deze goederen bevinden zich een aanl ringen, waarin de navolgende inscripties vow komen: Jo 30-5-'35; W. M. v. B. 26-3-'37; K. V. ll-'34 of 37; Marie 10-8: E. V. R.-W.D.L. 10- '36: A. V. B. of A.V. C.; M. J. V.; G. H. 19-6-'! C. W.—H.K.; Ziska 25-3-'40; E G.; S. P.: Jan 3 10-'25: A. K.; G. H. van Lent: Riek 9-4-'39; H. 25-12-'37; M. H.: C. P. de Wilde: J. S. 18-51! S. de J. 22-7-'39: E. Z. 5-ll-'39; M. V. 17-4-1 ■J H. W.; J. V. 28-5-'28. Nabestaanden of andere belanghebbenden, een en ander, als van bepaalde personen afko: stig, zouden kunnen herkennen, wordt in ov£ weging gegeven zich met het bureau bovengenoe in verbinding te stellen, ten einde langs dezen tot een nadere identificatie te komen van als o bekend begraven militairen. KOERSEN NEDERLANDSCH CLEARING- INSTITUUT. 's-GRAVENHAGE. 7 Augustus. Koersen va stortingen op 7 Augustus 1940 tegen verplicht: gen luidende in: Reichsmarken 75.36. Lires f 9.55. Turksche ponden 1.45 1/4, Deensche kronen 36.40. Noorsche kronen f 42.80 Belga's 30.14 NORMAN FRAZER. (Nadruk verboden). 12) Hollins kroop op zijn handen en kniecn naar den rand en keek voorzichtig omlaag, Zijn gespannon blik zocht de kuil naar alle kanten af en hij trachtte uit te maken of het ook maar eenigszins mogelijk was, dat iemand die naar den doode zocht iets van hem zou kunnen ontdekken. Hij bewoog zich langs alle randen tuurde recht naar beneden, speurde van opzij, van ieder denkbaar punt uit, stak een bundel drooge hei in brand en hield die, bij wijze van toorts, zoover zijn arm reikte, in de kloof. Maaar hij zag niets in de diepte beneden zich. Toen stond hij op en keek om zich heen. Twee sporen van zijn misdaad ontdekten zijn angstig-spiedende oogen. Tegen een rotspiek stond, naast dat van hem zelf, het geweer van Lloyd. Hij liep er heen, pakte het beet en gooide het achter het lichaam aan. Daarna draaide hij zich om en beschouwde de andere stille getuigen van zijn gewelddaad. Zijn voorhoofd trok in rimpels. Dat, zei hü tot zichzelf, mocht in geen geval blijven liggen! Bloedspellen over den steenen rand verspreid waartegen Lloyd de laatste adem had uitge blazen. konden een aanwijzing vormen, die tot on plezierige consequenties zou kunnen leiden. Hij mocht niets riskeeren. hield hij zich voor; hij zou deze sporen grondig moeten verwijderen. Hij spande zijn hersens in om zich te herinneren of hü ergens in de buurt van het plateau water had opge merkt, maar kon niets bedenken dat op een beek of bron of desnoods op een stilstaand water leek Een moment stond hij besluiteloos, niet wetend wat te doen. Maai- toen deed do intuïtie van den oud soldaat zich gelden; Hij ging zitten, trok zijn schoe nen uit, daarna zijn sokken en deed toen zijn laar zen weer aan. Vervolgens rolde hij de sokken op en ze als dweil gebruikend, zette hü zich aan den arbeid. Toen hij klaar was, was er geen bloedspatje noch de allerkleinste beenschilfer meer te bespeuren voor het scherpste oog van den meest argwanen- den detective niet. Hij liet de sokken eveneens In de kloof vallen en rechtte zijn rug. Nu was alles gedaan wat er te doen was en met het besef dat hij zijn taak met succes volbracht had, keerde Hollins' normaal denkvermogen ook weer eenigermate terug althans iets van inzicht in de positie, waarin hij zich op het oogenblik bevond. Hij had een medemensch gedood en daarmee, naai de wetten van zijn land, het recht op zijn eigen leven verbeurd. Hij moest nu voor zijn eigen veiligheid zorgen. Wéér liet hij zijn monsterenden blik dwalen over het land om hem heen. Het was, zoover hij kon zien, even eenzaam en vei-laten als altijd en hij besloot zoo vlug als hij kon hier vandaan te gaan. Hij pakte zijn jas, schoot die met duidelijken afkeer aan en raapte toen de steenen op, van onder de losse aarde die er op gekomen was, toen hij zijn jas weghaalde. Zijn oogen verslonden ze met hartstochtelijke gretigheid; zijn vingers streelden liefkoozend de diamanten en hun zetting. „Er is geen twijfel aan dat ze echt zijn", mom pelde hij. „Ik vraag me af om welken hals jullie zouden schitteren als iedereen had wat hem rech tens toebehoort?" Een geheimzinnige stem scheen in zijn onderbe wustzijn te fluisteren, dat hij, alleen al door deze toeëigening van de diamanten, den eersten stap had gedaan om iets om zijn eigen nek te krügen en deze sinistere gedachte dreef hem tot handelen. Hij duwde het collier in zijn borstzak, nam zijn ge weer op en na een laatste, lange en nauwgezette inspectie van het plateau ging hij heen Op den rand van de rotsen gekomen, draaide hij zich om en keek rond hij zou hier nooit meer een voet zetten, maar i nzijn droomen zou hij deze plek duizend maal bezoeken „Als Ll^yd het maar niet toevallig gezien had" zuchtte hij. Toen zocht hij zijn weg naar beneden door de toenemende duisternis. Hij was al bijna halverwege Princetown, voor hij even stilhield en zich afvroeg wat hem nu allereerst te doen stond. En daar deze vraag nauwkeurig wikken en wegen eischte, ging hij even zitten aan den kant van het heideweggetje. dat hij volgde en zette zijn overdenkingen voort onder het rooken van een pijp. Het stond vast, dat hij vragen te beantwoorden zou hebben bij zijn terugkeer i de gevangenis. Hij zou zich er af kunnen maken, door te zeggen, dat Lloyd het te kwaad had gekregen In de hitte van den benauwend-heeten avond en op een of andere boederij op de hei was achtergebleven tot hij zich weer beter voelde, maar dat verhaal hielp op zijn hoogst twaalf uur als het zoolang hielp. De vraag was: kon hij binnen deze twaalf uur hier in de buurt weg zijn9 Hij dacht er over hoe hij dat moest klaarspelen. Hij kon zelf ook ongesteld heid door de hitte en de inspanning voor wenden. In zijn kwartier kon hij burgerkleeding aantrekken en als het dan heelemaal donker was met den trein vertrekken. Geld had hij genoeg, in een doos in zijn kamer, om in de eerste behoeften te voorzien; zijn spaarpenningen waren bij een bank in een plaats in Yorkshire belegd, waar hij ze sedert jaren heen stuurde. Voor zoover hij kon nagaan, was er geen enkele reden waarom hij niet onmid dellijk Dartmoor zou kunnen verlaten. De vraag, die zijn geest voornamelijk bezig hield, was: of het verstandig zou zijn dadelijk te gaan, of het onder zoek naar Lloyd's verdwijning, dat noodzakelijk moest komen, af te wachten. Als hij zelf verdween zouden ze zijn verdwijning dan niet met die van Lloyd in verband brengen, met 't gevolg, dat aan alle politie-autoriteiten zijn opsporing zou worden gevraagd? Toen hij eindelijk opstond en zijn tocht voortzette, had hij het besluit genomen dadelijk te gaan. Het instinct van den moordenaar dreef hem tot de vlucht en het scheen hem toe dat hij met suc ces kon vluchten. Hij zou dezen zelfden avond nog vertrekken, dwars door de velden loopen en hij zou een trein halen aan een of ander station waar men hem niet kende; hij kon clan de wijk nemen naar zijn geboorteplaats, Gastleford In Yorkshire en door van het eene punt naar het andere te laveerer trachten onderweg zijn spoor uit te wisschen; in Castleford zou hij zijn bezit van de spaarbank halen naar Liverpool reizen of misschien beter nog naar Southampton en een boot naar de Kaap nemen. Dal leek hem het beste en gemakkelijkst uit te voeren plan; een effen pad met weinig risico's. Hij ging terug naar de gevangenis, meldde zich en gaf een verklaring van de afwezigheid van Lloyd door te zeggen, dat zijn kameraad bevangen was door de hitte en op een boerderij in de heide wat op zijn verhaal kwam. Niemand scheen hier iets vreemds in te vimien en evenmin in Hollins verzoek om vrijstelling van dienst voor de rest van den avond wegens zijn inspanning tijdens de achtervolging van Vasalli. Hy voelde zich voor de komende uren veilig voor vragen of argwaan of vervolging en een gevoel van zelfvertrouwen kwam over hem. Nadat hij zich had opgefrischt, nam di' zelfvertrouwen nog toe en in de afzondering van zijn eigen kamer begon hij zijn voorbereidende maatregelen te nemen. Hij had veertig h vijftig pond in bankpapier en zilvergeld in zijn doos en toen hij zijn uniform voor een tweed costuum had verwisseld en alle papieren die hij niet noodig had vernietigd waren, borg hij het grootste deel van zijn geld in een gordel en was gereed tot vertrek. Laat in den avond verliet hij zijn kwartier: vóór twsaV uur den volgenden dag was hij in Bristol. Hij hield zich daar een paar uur op. om nop zekerder van zijn zaak te zijn. Hij had bedacht dat sommige van zijn collega's zyn tweed pak kenden: bij zijn aankomst in Bristol ging hij naar "en kleedingmagazijn en kocht een nieuw keurig modern costuum. Hij trok het aan in een van de kleedkamers van het magazijn, kocht een kleine koffer en stopte het oude pak er in. En zijn plan volgend om geen spoor achter te laten nam hii 'ater op den dag den trein van Bristol naar Swindon en overnachtte daar. Vervolgens reisde hij naai Rugby en vandaar naar Birmingham, waar hij den volgenden nacht doorbracht. Den morgen daarop besloot hy eindelijk den sprong naar Castleford wagen en zette direct na het ontbijt koers naarl noorden Aan het station kocht hij een krant i toen Hollins deze, nadat de trein zich in bewegc had gezet, openvouwde, bleef zyn oog rusten ope „vette kop", die de aandacht vestigde op een I heïmzinnige keten van moorden in Zuid Dev« shire. HOOFDSTUK X. De vrees voor het onbekende. Van het moment, dat Hollins, naar zijn ftlf ipinic. ver genoeg uit de buurt van Dartmoor wi was hij met drinken begonnen. Gedurende de eert vier en twintig_ uur was hij te zeer in beslag f nomen door zijn pogen om zijn spoor uit te wi schep om te denken aan dit middel tot het still van de stormen, die zijn hart begonnen te teistert ->n te verscheuren, maar toen het er op oankwi -•en heelen nacht in Swindon door te brengen V niets dan ziin eigen gedachten als gezelschap, h hij zijn toevlucht tot sterken drank genomen, zat in een rustig hoekje var. de rookkamer v het bescheiden hotel waar hij onderdak had gezoc °n dronk aan een stuk door whisky, tot hij sla •-ig werd en zich in zijn kamer terugtrok. Hij s "en paar uur en werd badend in het zweet ker hij had van Lloyd gedroomd zonder hoo: hem najagend over de door de avondzon vergv heuvelruggen Dien nacht kon hij den slaap ft meer vinden en toen hij den volgenden morgen 0 :tond. had hy- barstende hoofdpijn, Hij trachtte df 'e verdrijven met verscheidene glazen brandy-* -oda. van het ontbyt af tot den middag, daar! Veerde hij terug tot de whisky, de hü gebrul ■.vanneer hij er maar gelegenheid voor had, voof melijk aan de stationsbuffetlen, tot hij voor c nacht zijn reis onderbrak in Birmingham. Hij ibsoluut niet bang dat hij last zou veroorzaken ie aandacht trekken of iets anders te doen. 4 hem in aanraking met de politie zou kannen brt gen. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 6