POSTZECELRUBRIEK VRIJDAG 30 AUGUSTUS 1940 HSA'RCEST'S DAGBCAD 8 H.D.' Vertelling DE OUDE MELODIE. B. ANDREAS. f ILD klonken de tonen van de Neger- band door de zaal. Het was vol in het restaurant. De verhitte zwarte koppen met 'blinkende tanden van de bandleden slaken scherp af tegen het smetteloos wit van hun smoking-jasjes. De saxophonist ontlokte roerende tonen aan zijn instrument, de drummer voerde een knappe solo uit. Het aangeboren gevoel voor rythme, van de negers kwam ook nu weer sterk tot uiting. Aan een der tafeltjes, verscholen in een hoekje achter een paar palmen zat een eenzame vrouwen figuur. Men kon ongetwijfeld zien dat zij knap was geweest, masr het leven was niet ongemerkt aan haar voorbijgegaan. Door de microfoon werd een nieuw nummer aan gekondigd door den band-leider: een potpourri van oude Schlagers. Dergelijke show-nummers hadden altijd een eclatant succes en het publiek toonde dan ook veel interesse. Zelfs de eenzame vrouw aan het tafeltje in den hoek toonde nu meer be langstelling. En na eenige voor haar minder be kende nummers zat ze zelfs geboeid te luisteren. De band speelde nu de „Destiny-Waltz", twintig jaar geleden een nummer dat insloeg. En ineens was Marcelle Dupin terug in haar jeugdjaren', toen haar vader deze wals dagelijks placht te spelen. Zij zag zichzelf weer als jong meisje, onbezorgd de toekomst tegemoet ziende, met een sterke nei ging voor het tooneel. Kind van goeden huize, haar ouders bewoonden een groot buitenhuis te Z., was haar vader, een deftige bankier, er aanvankelijk zeer tegen gekant, dat zijn eenige dochter aan het tooneel zou gaan. Maar Marcelle zette door en het werd 'n debacle, want tot belangrijke rollen bracht zij het niet. Daarna was zij voor de film gaan spe len, want er was een regisseur geweest die wat in haar zag. Daar had zij triomfen gevierd en Mar celle had haar weg gevonden. Veel goeds en ook veel teleurstellingen waren haar deel geweest tij dens haar filmloopbaan en nu, bij de herinnering aan haar vader, bij het hooren van de haar zoo bekende melodie zag zij haar leven als in een film, waarin zij zëlf de hoofdrol speelde, aan zich voor bij trekken. Zij zag zich weer als kind ravotten in den grooten tuin tezamen met haar broertjes en ook met Jules Verhoeff, den eenigen zoon van hun buren. Sedert hun kinderjaren hadden Jules en Mar celle vriendschap gesloten, maar hij was later naar In'ddë gegaan en zij had hem totaal uit het oog ver loren. Toen de muziek zweeg, zat ze daar nog steeds droomverloren voor zich uit te staren met haar ge dachten in het verleden verdiept. Zij voelde zich oud en verlaten: ze was nu veer tig jaar en voor een filmdiva dus reeds oud. Jon gere sterren zouden haar weldra overtroeven. Ook in de filmwereld is het niet alles goud wat er blinkt. Marcelle was zoo in gedachten verzonken, dat ze niet had bemerkt dat een heer het restaurant was binnengekomen en haar tafeltje was genaderd. Plotseling sprak hij haar aan. Zij keek op, kon haar oogen haast niet gelooven. Jules Verhoeff stond voor haar! Ze waren al gauw in een geanimeerd gesprek gewikkeld. Jules was met verlof uit Indië over en wilde nu getrouwd terugkeeren. Ze haalden jeugd herinneringen op en Marcelle biechtte eerlijk op, dat ze juist bij het hooren van die wals aan hem had moeten denken. De jaren vielen weg, hun vriendschap bloeide weer op en misschien nog iets meer. Jules verzocht den bandleider de „Destiny-Waltz" nog eens te spelen. Er blonk iets in Marcelle's oogen, dat een belofte voor de toekomst inhield, toen ze Jules aanzag bij het hooren van de voor hen beiden zoo bekende oude melodie.... De Rijkscommissaris in Twente. Belangstelling in zout- en textielindustrie. BOEKELO, 30 Augustus (A.N.P.) Ter voort zetting van zijn inspectietochten door ons land, bracht de Rijksccommissaris Donderdag een be zoek aan Twente. In Deventer, aan de grens van de provincie Overijssel werd de Rijkscommissaris begroet door den gevolmachtigde voor de provincie, Gauhauptstellenleiter dr. Schreuder aan den ingang van de gemeente Hengelo door de Duitsche kolonie en het personeel en de leerlingen van de Duitsche school. Ongeveer 250 kinderen zongen den Rijks commissaris een lied toe, waarna eenige leerlin gen den hoogen bezoeker bloemen aanboden. Daarna reed men naar de bedrijven der Neder- landsche zoutindustrie, waar de directeur ir. G. de Haas, een begroetingswoord sprak. Hij gaf den Rijkscommissaris en den hem vergezellenden heeren een overzicht van de positie der Nederland- sche zoutindustrie. De rijkscommissaris dankte voor de begroeting en verklaarde dat hij en ook zijn medewerkers groote belangstelling hebben voor de constructie, de positie en de ontwikkeling der Nederlandsche zout industrie. „Voor zoover het in den, ons door Engeland op gedrongen, totalen oorlog mogelijk is, zullen wij er toe medewerken", aldus de Rijkscommissaris, „dat allen, die in de bedrijven leiding geven, en vooral ook de arbeiders, er een verzekerde levenspositie vinden". De Rijkscommissaris besloot met den leider der Nederlandsche zoutindustrie en het personeel veel succes toe te wenschen. Hierna werden de fabrieken te .Boekelo bezichtigd. Van Boekelo ging de tocht naar Enschedé, waar in hotel Graaff de lunch werd gebruikt. Het volgende bezoek gold de textielfabrieken der N.V. van Heek en Co. aan den Lagen Bothof. Hier hadden de leidende figuren uit de Twentsche Textielindustrie zich vereenigd en werd het woord gevoerd door den heer A. H. Ledeboer, voorzitter der Fabrikantenvereeniging, die den Rijkscommis saris dank bracht voor zijn bezoek. Spr. verklaarde dat de Nederlandsche textielindustrie de belang stelling van den Rijkscommissaris zeer op prijs stelde. Hij schetste in het kort de ontwikkeling der Nederlandsche textielindustrie en wees er verder op, dat de Twentsche textielindustrie goed gefun deerd is en ook in moeilijke dagen da taak heeft vol te houden en door te zetten. De Rijkscommissaris dankte hierop voor de be groeting en het overzicht van den toestand der in dustrie. Spreker zeide: De toestand eischt van ons allen, de noodzakelijke aanpassing en invoeging in d- nieuwe verhoudingen. Hij besloot met de verwach ting uit te spreken, dat de reorganisatie in het De ouderv/etsche potkachel is weer in eere ge komen en de vraag naar dit getrouwe verwarmings apparaat stijgt met den dag. De smeden hebben bij de reparatiewerkzaamheden de handen vol (Foto Pax-Holland) nieuwe economische kader uiteindelijk tot grooten bloei zal leiden en dat de arbeiders ten volle deel zullen hebben aan de resultaten. Hierna volgde een rondgang door de fabriek, waarbij de Rijkscommissaris herhaaldelijk infor meerde naar de sociale omstandigheden waaronder de arbeiders werken. Tenslotte maakten de hooge bezoekers en de hem vergezellenden een rondrit door de arbeiderswijken van Enschedé. Vervolgens ging de tocht naar Oldenzaal, waar een bezoek gebracht werd aan de fabrieken der firma H. P. Gelderman. De heer Gelderman be groette de gasten, waarna 'n rondgang volgde. Van hier ging het naar Bad Boekelo, waar de Rijkscom missaris met zijn gevolg den avond en nacht door bracht. WEEK-ABONNEMENTEN dienen uiterlijk Woensdags avonds betaald te zijn, daar de bezorgers op Donderdag moeten afrekenen. DE ADMINISTRATIE. De voormalige Ned. Zee- en Landmacht. Bezoldiging en verzorging van het personeel. In het Verordeningenblad is opgenomen een verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied nopens maatregelen ten aanzien van de bezoldiging van militair en burgerlijk personeel der voormalige Nederlandsche zee- en landmacht. Hierbij wordt het hoofd van het afwikkelings bureau van het departement van Defensie ge machtigd, na verkregen instemming van den secretaris-generaal van het departement van Financiën en, voor zooveel noodig, van den se cretaris-generaal van het departement van Bin- nenlandsche Zaken, voorzieningen te treffen no pens de bezoldiging, het wachtgeld en het pen sioen van het militaire personeel van de voor malige Nederlandsche zee- en landmacht en nopens de verzorging van hun nabestaanden. Voorts wordt het hoofd van het Afwikkelings bureau gemachtigd voorzieningen te treffen no pens de schadeloosstelling van in dienst der voor malige Nederlandsche zee- en landmacht gebezig de burgerwerkkrachten, die in en door dien dienst lichamelijk letsel hebben bekomen, zoomede no pens de verzorging van hun nabestaanden. Op grond van bovengenoemde verordening heeft het hoofd van het afwikkelingsbureau het volgende bepaald: Artikel 1. (1). In artikel 72 van de Bevorderingswet voor de Landmacht 1902 worden na het eerste lid de volgende vier leden ingevoegd: (2.) Indien een officier, die op non-activiteit is gesteld op grond van het bepaalde bij artikel 70, onder 2, 3, 4, 5, of inkomsten geniet of gaat genieten uit of in verband met arbeid of bedrijf, ter hand genomen met ingang van of na den dag, waarop de non-activiteit is ingegaan, wordt, in dien de non-activiteits-bezoldiging, vermeerderd met de aldus over eenig kalenderjaar verkregen inkomsten, zou overschrijden, het bedrag van de activiteits-bezoldiging met het bedrag dier over schrijding verminderd. (3.) Het In het tweede lid bepaalde vindt over eenkomstige toepassing ten aanzien van inkom sten, verkregen uit of in verband met arbeid of bedrijf, welke geacht moet worden te zijn ter hand genomen gedurende verlof, voorafgaande aan de non-activiteit. (4.) Wanneer een op non-activiteit gesteld of ficier inkomsten geniet uit of in verband met ar beid of bedrijf, ter hand genomen voor den dag, waarop de non-activiteit, c.q. het verlof, bedoeld in het tweede en derde lid, is ingegaan en deze inkomsten zijn vermeerderd, zijn ten aahzien van de vermeerdering de bepalingen van dit artikel van overeenkomstige toepassing. (5). Een vermindering, als in het tweede, derde en vierde lid bedoeld, wordt voorloopïg maande lijks en definitief na afloop van het kalenderjaar vastgesteld. Artikel 2. De voor militairen beneden den- rang van offi cier gestelde minimum-pensioengrondslag, be doeld in het 6de lid van artikel 14 der pensioen wet voor de zeemacht in het 6de lid van artikel 14 der pensioenwet voor de landmacht, in het 5de lid van artikel 14 der pensioenwet voor het //BOUVY'^^a/, vtö „zcntf&oi'dceetrf&ccH 7.25-f (Adv. Ingez. Med.) personeel der Koninklijke Marinereserve en in het 6de lid van artikel 14 der pensioenwet voor het reservepersoneel der landmacht wordt, indien het recht op pensioen berust op het bepaalde in punt 2 van artikel 2 der hierboven aangehaalde wetten, dan wel in artikel 2 der Pensioenwet voor de vrij willigers bij den landstorm, voor de militairen of de gewezen militairen beneden den rang van officier, die op of na 1 April 1939 in werkelijken dienst zijn gekomen. ge.steld op niet minder dan een duizend gulden. Artikel 3. (1). Aan de op of na 1 April 1939 te werk ge stelde burgerwerkkrachten, wier diensten ten behoeve van den Nederlandschen militairen dipnst werden gevorderd, wordt, indien zij in en door of gedeeltelijk in en door de van ben gevorderde diensten arbeidsongeschikt zijn geworden, ten laste van het rijk een schadeloosstelling toegekend naar dezelfde regelen en maatstaven als die, waarop krachtens de landmacht voor dienstplich tigen der landmacht recht bestaat op toekenning van invaliditeitspensioen. f2.) De in de artikelen 36 en 37 der voormelde wet nader aangegeven betrekkingen van vorenbe doelde burgerwerkkrachten, die ten gevolge van een der oorzaken, als in de voorgaande alinea nader aangeduid, het leven hebben verloren of komen te overlijden, wordt, mede ten laste van het rijk, een schadeloosstelling toegekend naar dezelfde regelen en maatstaven als die waarop krachtens de pensioenwet voor de landmacht voor de nagelaten betrekkingen van dienstplich tigen recht op toekenning van pensioen bestaat. (3.) De bepalingen der hiervoren meer aange haalde wet, alsmede de uitvoeringsbepalingen dier wet, zijn in daartoe leidend geval ten deze van overeenkomstige toepassing, zulks met inacht neming van het bepaalde in artikel 2. Artikel 4. Dit besluit treedt heden in werking, voor zoover betreft de artikelen 2 en 3 met terugwerkende kracht tot 1 April 1939. PROGRAMMA VAN DE HAARLEMSCHE RADIO CENTRALE OP ZATERDAG 31 AUGUSTUS 1940. Progr. I. Jaarsveld. Van 10.30 n.m.11.30 n.m. Gram.platenconcert voor de Radio Distributie. Progr. II Kootwijk. Progr. III. Duitsch station. Progr. V. Idem. 7.008.00 Eigen gramofoonplatenconcert. Ge. varieerd programma. 1. Radetzky Mai'sch, Groot Orkest. 2. Mr. Paga- nini, Mills Brothers. 3. Them there eyes, Q. du Hot Cl. de France. 4. De voetbalmatch, Louis Davids. 5. Komm im Traum, Meistersextet. 6. Morgen- stïmmung v. Grieg, Operaork. Parijs. 7. Siciliana uit Caveleria Rusticana, Jussï Björling. 8. 2e Hong. Rhapsodie v. Lïszt, Staatskapel Berlijn. 9. Schlafe mein Geliebter, Zarah Leander. 10. It's raining sunbeams, Deanna Durbin. 11. What goes up must come down, Bob Crosby. 12. Een goeie zeeman, Bob Scholte. 13. Georgia Medley, Nat Gonella. 14, I dream of Jeanie, Maxine Sullivan. 15. Ninepins in the sky, Lew Stone en D. Alt. 16. Onder moeder's parapluie, Johnny and Jones. 17. My prayer-If I didn't care -Wishing, Charly Kunz. DE JEUGDWERKKAMPEN. In liet bericht in ons nummer van Donderdag: „groote belangstelling voor de Jeugdwerkkampen" stond vermeld, dat de belangstelling voor deze kampen ook blijkt uit het feit, dat de op 7 Septem ber beginnende kampen reeds geheel vol zijn. Men maakt er ons opmerkzaam op, dat dat had moeten zijn: de op 7 September afloopende kam pen zijn geheel vol. Voor de gegadigden voor de binnenkort beginnende kampperiode is het raad zaam, zich zoo spoedig mogelijk op te geven, om teleurstelling te voorkomen. Ineke en Dieneke en de logétjes. Fransje is nu al een hele tijd bij Dieneke te lo geren en de beide meisjes kunnen reusachtig met elkaar opschieten. Dit komt omdat Frans zo vro lijk en opgewekt is en altijd vol grappen zit. „Je kunt reuzeschik met haar hebben", zegt Dieneke tegen Ineke „altijd weet ze wat leuks en gezelligs". „Maar", als ze ziet. dat Ineke's gezicht een beetje betrekt „maar jij bent en blijft toch m'n échte vriendin!" En dan lacht Ineke alweer. Toch zou 'f. beslist weieens een beetje gekibbel hebben gegeven, als Ineke niet zooveel werk had met haar lieven kleinen Kees. 's Morgens wast ze hem en kleedt hem aan, maar al lang voor die tijd gluurt hij tussen de spijltjes van zijn ledikantje door en roept: „Inie, torn! Inie, torn nou!" Als moeder hem niet stevig vastgebonden had, was hij zeker al eens uit bed geklauterd en lelijk op z'n kleine dikke neus gevallen! Ineke vindt 't een heerlijk werk om voor Kees te zorgen. Ze poetst z'n tandjes met een heel zacht borsteltje en daar moet hij altijd hard om lachen, want het kriebelt zo, zegt hij. En ook maakt ze de nageltjes van zijn dikke knuistjes schoon en kamt zijn kuifje met water plat. Maar dat duurt nooit lang. Na tien minuten staan de blonde haren weer recht op z'n' hoofdje. En aan Kees zit in een hoekje van de kamer te slapen. tafel snijdt Ineke zijn boterhammen in blokjes en bindt z'n slab voor. Ook is ze begonnen aan een tweede blousje voor Kees maar dat schiet niet hard op, want Kees zelf haalt haar telkens van 't werk af. „Inie tom mee bloempjes plukken" zegt hij dan of „Inie. wat moet Keesie nou doen?" En dan sjouwt Ineke maar weer goedig achter hem aan om hem te vermaken en leuke dingen voor hem te bedenken. „Moeder?" zegt Ineke eens. „Ja, kind?" „Ik begrijp niet. wat moeders met zes of zeven kinderen moeten beginnen. Worden die niet doodmoe, als ze zo de hele dag rond moeten vlie gen?" Moeder moet erom lachen en zegt: „Welnee, die doen het anders. Ten eerste hebben ze nooit zes van die kleintjes tegelijk en ten tweede hebben ze veel te veel te doen om met de kinderen te spe len. Ze geven ze een speelgoedje en zeggen: „Zie zo en nu stil hoor!" Ineke peinst. „En helpt dat?" vraagt ze. „Soms wel. soms niet" zegt moeder. Nu, dat middel zal Ineke toch ook eens proberen! Ze geeft Kees, die naast haar stoel staat en vragend tot haar opkijkt, zijn mooie bal in de hand en zegt: „Zie zo, en nu stil hoor!" En dan loopt ze haastig de deur uit. naar Dieneke. De heide meisjes komen haar al op straat te gemoet. „We hebben een reuzeplan! zegt Dieneke. „We gaan met Vader en Moeder fietsen en nu komen we vragen of jij ook meemag met Keesje. „Fietsen, zelf?" roept Ineke blij. ,.Ja, om de beurt" legt Fransje uit. „O, dat is leuk!" Ineke en Dieneke hebben ieder een fiets en kunnen er al heel aardig op rijden, zo om het plantsoentje heen en twee straten ver in de buurt. Maar lange einden door het drukke ver keer mogen ze nog niet. „Ik ga op mijn fiets en jij op de jouwe en Fransje bij Vader achterop en Keesje in 't mandje bij mams" zegt Dieneke. „En over een uurtje mag Frans op mijn fiets en ik bij Vader. En dan weer over een uurtje Frans op jouw fiets en jij bij Vader. En je moeder past op broertje! Eenig hè?" „Dol!" vindt Ineke „en weet Moeder 't al?" „Ja, 't was een verrassing voor jou en Kees. Ga maar gauw je boterhammen halen!" Als Ineke thuiskomt, is haar moeder al druk bezig met het smeren van dunne sneetjes brood. Twee met kaas en twee met jam en dan nog voor elk een dikke appel. „Zou Kees dat allemaal op eten?" weifelt Ineke, terwijl ze een blik werpt op haar kleine vriendje. Dan schrikt ze opeens. Kees zit in een hoek van de kamer met z'n hoofdje tegen de muur te slapen en er hangen nog traan tjes aan z'n wimpers. „O Moeder, wat is er gebeurd?" vraagt Ineke. „Hij huilde, omdat je zo opeens weg was en toen heb ik 'm maar eens stilletjes laten schreeuwen. Die jongeheer is zó vreselijk verwend. Hij moet maar eens voelen, dat hij niet altijd z'n zinnetje krijgt!" „Hè Moes!" zegt Ineke en ze wil bij Kees neer knielen om hem wakker te maken. Maar Moeder vindt 't beter, hem nog een beetje te laten slapen, dan wordt hij straks op de fiets niet zoo gauw moe. En Ineke moet toegeven, dat zo'n uurtje rust wel prettig is, als je gewend bent, de hele dag achter zo'n kleine dwingeland aan te lopen! Wat een heerlijke tocht wordt dat! Ze fietsen langs smalle bospaden, waar de meisjes terdege moeten opletten, dat ze het stuur recht houden, dwars over de hei, die volop in bloei staat en dan weer midden door de korenvelden vol prachtig graan, waarvan 't meeste al in schoven staat. Vooral Fransje, het grotestadskind, geniet vol op. Ze roept maar telkens: „O, wat is 't hier heerlijk! kijk toch eens wat mooi!" En als ze na een poos zelf op de fiets mag. stuift ze ju belend en zingend ver voor de anderen uit een heuvel af. Gelukkig maar, dat Frans uitstekend fietsen kan; beter nog dan Ineke en Dieneke. Na een paar uur zegt Dieneke's Vader: „En nu heb ik een plan. Wie raadt, wat het is?" „Picniccen!" roepen ze allemaal tegelijk en Keesje gilt boven alles uit: „Keesie ook!" hoewel hij stellig niet begrijpt, waar 't over gaat. Al gauw hebben ze een heerlijk plekje in 't bos gevonden en nu wordt er een zeil op de grond uitgespreid, de bekertjes komen uit de rugzakken en Mammie schenkt heerlijke melk uit de veldflessen. ..Ik heb nog nooit zó heerlijk gegeten als hier in 't bos!" roept Dieneke. „En ik eet tweemaal zoveel als thuis" beweert Fransje. Alleen Kees zegt niets. Hij heeft z'n bo terhammetje op en z'n kroesje leeg en is tegen Ineke's schouder in slaap gevallen. „Hoe moet dat nu straks?" zegt Mammie be zorgd. „O mevrouw, dat hindert niets" weet Ineke te vertellen, ,,'t is zo'n doezebol, die Kees! Hij valt telkens in slaap, maar na een half uurtje of zo wordt hij vanzelf weer wakker, helemaal fris!" En ze streelt zacht zijn blonde kuif. „Nu" zegt vader „dan stel ik voor, hier nog een poosje te blijven. Zullen we Kees op een mantel leggen? Dan kun nen jullie wat spelen. Maar Ineke is niet te be wegen haar troetelkind te verlaten. Dus gaan Dieneke en Fransje samen de hei op om een grote bos van die beeldige paarse bloemetjes te plukken. Ineke zit intussen maar heel stil met Keesje in haar armen en ze denkt: „Wat een schat is hij toch! Kon hij maar altijd bij me blijven!" Als de meisjes terugkomen, hebben ze de groot ste pret. Allebei hebben ze zich van top tot teen met hei versierd. Een kransje om het hoofd, plukjes hei op hun jurk en hei-armbandjes om de polsen. Die hebben ze gemaakt met een draad, die Fransje bij zich had. „Maar 't grootste boeket is voor Moeder" roept Frans „als ik straks weer naar huis ga. En daar schrikken ze allemaal van. „Naar huis?" roept Dieneke. „Naar Rotterdam?" „Ja, want ik moet toch ook naar school?" Ja daar is niets tegen in te brengen, straks is de vacantie om; Ineke en Dieneke moeten weer hard aan 't leren en Fransje ook. „Bah!" zegt Dieneke, maar Mammie zegt: „Dat meen je niet!" „Nee ik meen 't niet. maar ik vind het erg, dat Frans alweer weggaat!" Ineke zegt niets, Ze drukt Keesje tegen zich aan en denkt: „Fijn zeg, dat jij nog niet naar school hoeft!" EEN GOED BEGIN! Augustus is voorbij gegaan Vol sport en spel, vol vrinden, Vol lustige vacantiejool! Wie dacht er zelfs nog aan de school? 'k Wist haar niet meer te vinden! Maar voor je 't weet luidt weer de bel En roept de arbeid binnen Mijn boeken zijn al fijn gekaft, Mijn moe is blij, mijn Bello blaft Nu ik weer ga beginnen. En wat ik doe, doe ik kordaat! Ik zal niet zeuren, klagen. 'k Ga aan het werk met forse slag, 'k Zal stevig ploet'ren dag bij dag; Mijn eigen pakje dragen. Wij kind'ren moeten dapper zijn, Aanpakken vol vertrouwen Wij willen in de nieuwe tijd Met vreugde en met taaie vlijt Ons Neerland helpen bouwen! MARIE MIOHON. Pret voor een regendag! Hoe je kunt maken dat niemand zich verveelt. Gelukkig, dat het niet altijd mooi stralend zo merweer is! Alles zou even droog worden en er zou geen bloem meer bloeien! Als 't regent is buiten spelen geen pretje al is een wandeling in de regen heel gezond! en dus moeten we ons thuis zien te vermaken. Dit is helemaal niet moeilijk, als we wat ge zellige spelletjes hebben opgeschreven, waarmee we in zoo'n geval de tijd prettig hunnen verdrij ven. Hier volgt weer wat nieuws. Spelletjes. die niet veel voorbereiding eisen. Eerst een loop spelletje, dat een beetje lijkt op stoelendans, maar toch weer anders is; je zou het aardappeldans kunnen noemen. Leg een aantal flink grote aardappels op de grond, één minder dan 't aan tal spelers. Deze dansen er op de gewone manier omheen en als muziek zwijgt, moet elk een aardappel pakken. Wie er geen heeft is „af" en mag niet meer mee doen. Als je geen piano of orgel hebt, kun je dit ook heel goed bij de radio doen. Een gaat bij het toestel staan en draait telkens op een onverwacht ogenblik 't knopje om, zodat de muziek opeens zwijgt. En nu om uit te rusten een zitspelletje. Iedere speler schrijft vier woorden op een papiertje en geeft het door aan zijn buurman. Deze moet hier dan een plaatje bij tekenen en het omvou wen, zodat alleen het plaatje zichtbaar is en de volgende speler moet er weer onderschrijven, wat het voorstelt. Zoo krijg je de gekste dingen: je kunt er veel schik mee hebben. Ook 'n erg leuk spelletje is het volgende: ver zamel van te voren een aantal gekleurde platen, bijv. omslagen van een tijdschrift, van een bloe- mencatalogus. enz. Uit elke plaat knip je nu 6 tot 8 kleine stukjes van verschillende grootte. Schud deze stukjes door elkaar en spreid ze uit om ze te vex-kopen. Geef nu aan iedere speler een plaat vol ga ten en 12 of 16 fiches. De speler koopt die stuk jes, die in zijn plaat passen, naar hij tenminste gelooft en betaalt 1 fiche. Past het stukje, dan mag hij het houden, past het niet, dan geeft hij 't terug, doch is zijn fiche kwijt. Degene, die het goedkoopst zijn plaat „heel" krijgt, heeft 't spelletje gewonnen. DE VERBORGEN EDELSTENEN. Hier zijn de verborgen edelstenen, die in de vorige Jeugdrubriek gezocht moesten worden: Safier, topaas, diamant, robijn en karbonkel. PRIJSVRAAG. - m Nu de uitgave van de Zomerzegels verlengd is, lijkt het ons wel wenselijk om ten behoeve van het gebruik dezer zegels een prijsvraag uit te schrij ven en het mooie doel te steunen. Deze prijsvraag is in de eerste plaats bedoeld voor de leden der postzegelrubriek en in de tweede plaats ook voor an dere postzegelverzamelaars tot en met de leeftijd van 16 jaar. Ook anderen kunnen meedoen, al is het dan ook maar alleen om het gebruik van de zomerzegels aan te wakkeren. Er worden verschil lende prijzen in postzegels beschikbaar gesteld. Voorwaarden tot deelname aan de prijsvraag zijn: 1. Oplossingen inzenden op briefkaart of brief, voor 10 Sept. 1940. 2. Briefkaarten gefrankeerd met minstens één zo- merzegel van 2l/s cent als verplicht zegel en verder bijfrankeren. Brieven met één zomerzegel van 2V» en één van 3 ct. Meerdere zomerzegels mogen na tuurlijk ook opgeplakt worden, doch let wel op, dat alles voldoende gefrankeerd wordt. Briefkaarten stad met 4 ct„ buiten de stad 5 ct. Brieven stad 5 ct. daarbuiten 7Va ct. 3. Alle oplossingen moeten voorzien zijn van vol ledige naam en adres en leeftijd van de inzenders en worden ingewacht aan Postzegelrubriek Haar lem's Dagblad, Rustenburgerlaan 23. N.B. Ongefrankeerde ixxzendingen dingen niet mee naar de prijzen. POSTZEGEL-PRIJSVRAAG 1. Op welke Nederl. zegel of zegels staat een wapen? 2. Wanneer kwamen de eerste weldadigheidsze gels uit, waar en waarvoor? 3. Op welke serie herdenkingszegels zijn verschil lende Koningen afgebeeld, en hoe heten zij? 4. Op welke zegel staat een Oranjeboom? 5. Welke wapens staan er op de eerste wapen- kinderzegels in 1925? 6. Op welke serie zegels staan sportafbeeldingen en welke? 7. Op welke zegels staat een schilder afgebeeld? 8. Welke zegel vertoont een landkaart van Ne derland? 9. Wanneer verschenen de eerste zomerzegels en welke personen komen daarop voor? 10. Wie staat er op de 2y2 ct. van de zomerzegels van 1940 en wat was hij? GRAPJES. 't Gehoorzame kind» I Moeder; „Lieve jongen, men moet nooit iets tot morgen uitstellen'dat men heden doen kan!" Kareltje: „O fijn, moeder, dan zullen we maar direct de rest van de koekjes opeten!" Verstrooid. Kindermeisje: „O, mijnheer de professor komt U toch vlug! Wies je heeft een naald ingeslikt!" Professor: „Kom je me om zoo'n kleinigheid sto ren? Vraag maar gauw aan mijn vrouw een andere naald". Gezond beroep. „Vader, waarom hangen de worsten in de rook?" „Wel natuurlijk omdat ze dan veel langer goed- blijven". „O, maar dan leven schoorsteenvegers zeker wel langer dan gewone mensen!" Ongelukkig vooi'beeld. Grootmoeder probeert met alle macht, Liesje te bewegen naar bed te gaan. „Zie je kindje" zegt ze tenslotte „je bent nu zeven jaar en moet dus om zeven uur naar bed. Als je acht jaar bent. mag je tot acht uur opblijven. Als je negen jaar bent, tot, negen. En zo steeds een beetje langer. „Grootmoe" zegt Liesje na heel diep te hebben nagedacht „dan gaat u zeker helemaal niet meer naar bedl"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 8