H.D.* Vertelling
CRAMA
DONDERDAG 5 "SEPTEMBER "134Ö
HA'ARL'EM'S DX'GBEAD
Van dik hout zaagt men planken, en dat er heel wat zijn bewijst bovenstaande
interessante inzending van de Ned. houtafdeeling op de Najaarsbeurs te Utrecht.
(Foto Pax Holland)
De Riksja.
d o o r CISSY VAN MARXVELDT.
TOEN ik den eersten avond bij Frank en
Lotti in Overveen logeerde, zei ik: „Weet
je, dat Emmy in Wijk aan Zee zit?"
Nu is Emmy een oude liefde van Frank,
&us zei bij direct opgewekt: „Dan gaan we er eens
heen!"
„Hoe dan?"
„Nog al logisch: eerst met den trein naar Haar
lem, dan naar Beverwijk en verder met de bus".
Nadat eenige jaren geleden door een ongeval de
fiets voor mij onbruikbaar geworden was, had ik
het binnenland met een auto doorkruist. Na het
auto-looze tijdperk had ik Overveen bereikt per
tram, per trein, per „aap". De trein was een ge-
Woon vervoermiddel voor mij géwordén, de bus
ook, dus nu wilde ik wat anders. Dus zei ik: „Mag
het niet met zoo'n moderne taxi, zoo'n riksja,
Frank?"
„En wie moet er dan trappen?" vroeg hij.
„Jij natuurlijk!"
„Hè ja", zei Lotti opgewekt.
Het resultaat van deze eerste bespreking was
een briefkaart aan Emmy, waarop een overdadige
riksja geteekend was, waarin een overdadig dikke
vrouw zat. Op de fiets, die er voor was gespannen,
zat een zeer slanke, sportieve, ver voorover ge
bogen jongeman. Die dikke vrouw was ik; die
Blanke jongeman was Frank.
Het tweede bedrijf was, dat Noortje, de acht
tienjarige dochter van Frank en Lotti, thuis kwam
en zei: „Oh, tante Cis, ik heb zoo'n heerlijke bak
fiets op de Julianalaan gezien! Heelemaal rood
geschilderd en hij kost maar twee gulden per dag.
Als die niet geschikt is...."
Lotti en ik gingen de bakfiets zien. We waren
verrukt. Be zag me al door kussens omstuwd daar
in tronen. En Frank stuurder Emmy wéér een
briefkaart, waarop de bakfiets, waarin een heele
dikke dame met een hoed met een pluim en waar
voor een nog verder voorover gebogen, slanken
jongeman. Natuurlijk was die dikke dame weer ik
en die slanke jonge man Frank. Toen gingen we
zeuren, Lotti en ik. We hemelden de bakfiets in
alle toonaarden op en Frank zei, dat-hij wel goed,
maar niet gek was.
Maar er kwam een avond, waarop Frank ge
heimzinnig verdween. En nadat Lotti eenige kee-
ren gezegd had: „Waar zou Frank toch zitten?"
kwam hij terug met de onverschillige mededeeling,
dat hij voor den volgenden dag een riksja had en
dat het weer goed leek. Hij beschreef het als een
rieten canapé op wielen, die achter een fiets kon
worden gekoppeld. Lotti en ik bleven hem ver
stomd aanstaren, want twee weken lang hadden
we het woord riksja noch bakfiets in onzen mond
durven nemen.
„Ja", zei Frank verontwaardigd, „jullie zanik
ten zoo, ik heb er nu maar éen eind aangemaakt.
Garage Brouwer heeft voor morgen nog een riksja,
dus nu gaan we".
Het was een stralende avond en we zaten buiten.
Frank zei: „Ik trek morgen m'n shorts aan cn een
tennishemd met korte mouwen. Hebben jullie ook
wat leuks?"
„Natuurlijk," zei Lotti.
„Maar jij?" zei Frank vinnig tegen mij. „Heb jij
een hoed? Een groote hoed? Een lichte jurk? Ik
wil een beetje furore met je maken".
„Ik heb hier drie weken in lichte jurken en
groote hoeden geloopen, maar hij heeft niets ge
zien", verzuchtte ik tegen Lotti.
„We gaan een beetje vroeg weg", decreteerde
Frank, „want ik wil die riksja uitbuiten. We gaan
natuurlijk naar Emmy, maar we gaan ook naar
Heemstede en naar Zandvoort".
En ik zei aarzelend: „Ik hoop im vredesnaam
niet, dat ik vannacht nog aankom en zal het
zalig vinden, om achter jouw shorts te zitten".
Den volgenden dag zond regen en wind en Lotti
stond, op met een begin vfen spit. Lotti zei: „Ik kan
onmogelijk fietsen dat heele eind. Wat nu?"
„Nou, dan ga je óók in de canape", zei Frank.
En Lotti verzuchtte: „Geen lichte jurken, geen
groote hoedenwat moeten we aan?"
,",Je hebt toch zeker nog wel wat anders?" zei
Frank koel en verdween daarmee op weg naar de
canapé.
De regen dunde, de wind wakkerde aan en Lotti
en ik kleeddon ons. Over winterjurken in Juli ging
een wollen jasje, ging een bontjas, gingen Russi
sche mutsen.
„Je lijkt precies Katharina van Rusland", zei
Lotti.
„En zoo voel Ik me ook", zoi ik. „En hoe zwaar
weeg jij?"
„Honderd acht", bekende Lotti de slanke.
„Honderd vier en twintig", bekende ik.
„Dat is twee honderd twee en dertig, gelukkig
dat Frank zoo getraind is", zei Lotti.
De canapé deed een hoeraatje opgaan op het
pleintje.
„Er waait een halve storm", zei Frank. „Jullie
mag wel een plaid omdoen".
„Als je maar weet, dat alles weegt," zei ik.
„Voor een paar pond meer of minder draai ilk
m'n hand niet om", zei Frank moedig.
We zaten in de canapé, Lotti en ik, en keken
vorstelijk rond. Vóór hij opstapte, zei Frank nog:
„Zeg. we gaan alleen maar naar Wijk aan Zee,
vandaag".
Nu wès Frank de sportieve, voorover gebogen
jongeman, die trapte en trapte en trapte. En ach
ter hem zaten een dikke vrouw in bont en een
Blanke vrouw in bont, op weg naar Wijk aan Zee.
„Gaat het goed, Frank?" vroeg Lotti, toen we
Jjuiten de stad waren.
i «Dat yirel", zei Frank, „maar je moet niet zoo
veel tegen me praten, want ik moet m'n adem spa
ren".
Nu was Frank getraind: hij roeide, hij zeilde, hij
tenniste. Hij trapte dan ook onverwoestbaar voort,
maar.... hij zweeg. Totdat ons twee boerenjon
gens achterop reden, dip tegen den wind in kreten:
„Gaat het goed, zussies?"
Nu is het prettig, als je den leeftijd bereikt hebt,
waarop het woord „zussie" een onbekend begrip
voor je geworden is, om door een flïnken jonge
man van tegen de twintig nog zoo amicaal te wor
den begroet.
Dus zei ik: „Het gaat heerlijk!" Maar Lotti, de
diplomate, lachte: „Wil je het misschien ook eens
probeeren?"
De eene jongeman zei: „Niks hoor!" De andere:
„Voor den bakker!"
Frank stapte af. Hij veegde z'n gezicht af met
z'n poohet. Hij zei niets. De boerenjongen besteeg
met een zwierige zwaai het stalen trekdier, terwijl
hij opgewekt floot „Du hast Glück bei den Frau'n,
Bel Ami".
Na een kwartier fluisterde Lotti: „Z'n nek loopt
rood aan".
„Da's gauw al'" vond ik.
De win'd' speelde Frank ver in de voorhoede,
alsof hij niet meer bij ons hoorde en de tweede
boerenjongen floot tusschen z'n lippen en riep:
„Ka' je 't redde, Jan?"
En Jam zei stoer: ..Met jou d'r bij nog wel!"
Lotti fluisterde: „En z'n nek is al zoo rood aan-
geloopen".
„Niet op letten!" zei ik Coué-achtig.
Bij de pont in Velsen stond Frank laconiek een
sigaret te rooken.
Bij de pont in Velsen zei de vriend van Jan:
„Nou Jan, jij heb je vrijen dag vandaag!"
Bij de pont in Velsen floot Jan nog onvermoeid:
„Du hast Glück bei dien Frau'n, Bel Ami".
En Lotti informeerde lieftallig: „Waar gaan jul
lie been?"
„Wij moete naar Beverwijk".
..Zou je het no,g kunnen volhouden tot Bever
wijk?"
„Maar dat wel! Zou jij het niet eens willen pro
beeren, Kees?"
„Oh, ik laat me niet kennen'', zei de vrij zure
Beverwijker. En toen de pont meerde, stapte Kees
over, Jan besteeg Kees' fiets en riep: „Verroest,
wat is dat zadel van jou een sof!"
In Beverwijk scheidden zich onze wegen, nadat
Frank kwistiglijk sigaretten en geld*voor potjes
bier had uitgedeeld.
Voor Frank opstapte, zei hij opgewekt: „Op den
weg naar Wijk aan Zee woont nog een Oude liefdie
van me.
„Wist ik niet eens", merkte Lotti op.
die ben ik voorbij gekomen in de meest
benijdenswaardige situaties, in sleeën van wagens
en nooit heeft ze me weer ontmoet. En ik verzeker
je: vandaag zie ik haar en zij mij en ze zal mee-
nen, dat ik een chauffeur van Garage Brouwer
ben dat stond uitdagend achter op de canapé ge
schilderd en ze zal denken: Die heeft het ook
ver geschopt in z'n leven".
„Wat kan het je schelen", zei Lotti.
„Ze ziét tenminste, dat je nog een baan hebt",
vond ik.
„En wat voor 'm baan", meenid'e Frank.
Onze intocht was vorstelijk.
We werden gekiekt in alle moelijke standen en
met hoera begroet.
En toen Emmy, de oude liefde, vol moederlijke
innigheid vroeg: „Zeg, Frank, was het niet èrg?"
zei deze met z'n gewone flegma: „Erg heelemaal
nietheb je een straffe borrel voor me?"
Nadat vele malen aan deze invitatie was voldaan
merkte Lotti op: „Bij snelverkeer geen alcohol!"
En toen aanvaardden we 's middags laat den te
rugtocht.
De speelsche bries was een bries geworden, diie
heelemaal niet meer speelsch was, omdat wij hem
nu tegen hadden. Maar Frank begon, nadat hij
zoo uitbundig getankt had. vrij opgewekt de te
rugreis. Op den weg van Wijk aan Zee naar Be
verwijk waar wij onze Russische mutsen diep in
cmze oogen moesten drukken, omdat ze anders weg
woeien, raakte op een onverklaarbare manier
Garage Brouwer heeft het raadsel nimmer kun
nen oplossen onze canapé los. De stang, die aan
het frame van Frank's fiets gekoppeld was, boorde
in dén grond, Lotti en ik duikelden voorover en
kregen prompt een bakvisschen-lachbui en fier en
onvermoeid zagen we Frank in de verte verdwij
nen. We gilden allebei: „Frank! Frank!!"
Hij werd een stipje.
„Dóét hij het er nu om?" zei ik.
„Wel nee", zei Lotti trouw.
En toen vielen we van de eene lachbui in de
andere.
Jongens, die voorbij fietsten, riepen natuurlijk:
„Heb-ie je in den steek gelaten, dames?" „Zal ik
een bok voor je halen, juffrouw?" en dergelijke
opmerkingen.
En toen kwam Frank terug.
„Zeg. had jullie niet even kunnen roepen?"
„We hebben gekrijscht", zei ik, „maar je trok je
niets van ons aan".
„Ik merkte het pas bij de pont in Velsen", zei
Frank, de laconieke. „Maai" ik kan jullie natuur
lijk niet thuis brengen, nu. Tk kar. dat ding met een
riempje van m'n bagagedrager achter m'n fiets
hangen, maar dat houdt jullie nooit. Gelukkig, dat
we dicht bij Beverwijk zijn".
Lotti nam de plaid, ik nam de kussens, die
Emmy moederlijk achter onze ruggen had gestopt
en per trein kwamen we thuis. We zaten op den
uitkijk naar Frark.
Hij kwam een uur na ons aangehobbeld.
Hij snauwde: „Nou héb ik toch m'n oude liefde
nog gesproken".
„Fr> kende ze je nog?" vroeg Lotti.
„En ófze zei" en z'n stem klonk moord
dadig „ze zei, verdraaid-nog-an-toe, ze zei:
Bent u nog vrij, meneer?"
{Nadruk verboden),
LEVENSLANG TEGEN ROOF
OVERVALLERS GEËISCHT.
Oude landbouwer door hen
doodgeslagen.
BEIDE VERDACHTEN ONTKENNEN
HARDNEKKIG.
Het vorige jaar, in den nacht van 11 op 12
April, is in een buurtschap onder de gemeente
Holten een afschuwelijke roofoverval gepleegd,
waarvan het bejaarde echtpaar Leetink, dat daar
in een zeer afgelegen eenzame boerenhoeve woon
de, het slachtoffer is geworden. De vrouw, die 63
jaar is, zat zooals wel eens meer gebeurde, na het
middernachtelijk uur nog kousen te breien, haar
73-jarige man lag te bed. Plotseling hoorde zij ge
klop aan de deur en toen zij wantrouwend vroeg
wie daar was, werd gezegd: „de zoon van den
veldwachter, doe eens even open". Buiten komen
de werd zij door twee nachtelijke bandieten neer
geslagen. De mannen drongen vervolgens het huis
binnen en mishandelden den bejaarden landbou
wer, die weigerde te zeggen waar zijn geld was,
zoo lang met het deksel van een melkbus, dat hij
dood bleef. De aanranders waren n.l. van meening
dat de boer veel geld in huis had en er warm
bij zat. Later bleek echter, dat hij kort te voren
2.000 gulden elders in bewaring had gegeven, zoo
dat het bedrag dat de bandieten buit maakten
slechts zeven gulden was. De oude vrouw heeft
een langdurige verpleging moeten ondergaan en
lijdt nog aan hevige schrikaanvallen.
Als verdacht van deze misdaad stonden Dins
dag voor de ALmelosche rechtbank terecht de Apel-
doornsche klompenmaker G. V. en de venter uit
Deventer H. T. H. D. Zeventien getuigen a charge
en vier getuigen a décharge waren verschenen. De
laatsten waren de vrouw en drie kinderen van
den verdachte D., die verklaarden dat de man in
den bewusten nacht thuis was geweest. Onder de
zeventien andere getuigen was de inspecteur van
politie te Almelo, de heer A. Koot, die het onder
zoek in de woning heeft geleid en die verklaarde,
dat in de kamer, waarin de worsteling heeft
plaats gehad, alles onder het bloed zat. Hij vond
een kous met gaten er in, welke vermoedelijk als
masker heeft gediend. Meerdere overtuigingsstuk
ken kwamen ter sprake. Omwonende boeren ver
telden, dat zij de verdachten meermalen in den
omtrek hadden gezien en dat deze met de situatie
ter plaatse bekend moesten zijn. Een getuige, die
met V. in Veenhuizen was verpleegd, legde be
zwarende verklaringen voor dezen af. V. zou ge
zegd hebben dat hij te Holten een goeden slag had
geslagen.
Beide verdachten ontkenden hardnekkig en be
tuigden om strijd hun onschuld. V. trad daarbij
zoo brutaal op, dat de president hem dreigde de
zaal uit te zullen zetten.
De officier was van oordeel dat voor zulk een
schandelijke en lage misdaad de hoogste straf past.
Daarom eischte hij. levenslang tegen beiden.
Na het pleidooi van den verdediger, mr. Cohen
uit Hengelo, die zeide dat de schuld niet bewezen
was en daarom vrijspraak moest volgen, werd de
uitspraak bepaald op 10 September.
EH KOOP EEN BRIL BIJ
(Adv. Ingez. Med.)
STADS-BIBLIOTHEEK EN LEESZAAL
In de Stads-Bibliotheek en Leeszaal aan het
Prinsenhof te Haarlem werden in Augustus uitge
leend 5915 boeken (vorig jaar 4423); in het filiaal
„Huis te Zaanen" 2518 boeken (vorig jaar 1817).
De leeszaal aan het Prinsenhof werd bezocht door
1248 personen (vorig jaar 1012); de krantenzaal
door 3383 personen (vorig j^ar 3612). De uit-
leening- en leeszaal van de hoofdbibliotheek wa
ren wegens schoonmaak twee weken gesloten. De
leeszaal van het filiaal „Huis te Zaanen" is nog
gesloten.
PERSONALIA.
Van de Pitmanschool, Berkenrodestraat, slaag
den de volgende leerlingen voor het examen
machineschrijven: P. Gerbard, J. T. Schiphorst en A.
Schras.
Voor het practijk-examen machineschrijven: J.
L. Kuiper.
Voor Stenografie Nederlandsch 100 lettergr. per
minuut: J. L. Kuiper.
Soldaat voor het Hoog Militair
Gerechtshof.
Had inlichtingen aan een buitenstaander
verschaft.
Wegens het als militair opzettelijk bekend maken
van inlichtingen omtrent middelen van verdedi
ging aan een ander, dan die daarmede uit den
aard zijner betrekking beltend mag zijn, had zich
Dinsdag voor het Hoog Militair Gerechtshof te
's-Gravenhage een dienstplichtige soldaat te ver
antwoorden.
Het betroffen inlichtingen over de opstelling van
de Grebbelinie, die deze soldaat in Januari te
Utrecht aan een restaurantbezoeker meermalen
had verstrekt in de veronderstelling, dat deze in
lichtingen voor Engeland van belang korden zijn
in den strijd tegen Duitschland, voor welk misdrijf
de Krijgsraad den soldaat tot drie jaar gevangenis
straf had veroordeeld met aftrek van preventief
(van 27 Januari tot 23 Mei jl.) en met ontslag uit
den dienst en ontzegging van de bevoegdheid om
bij de gewapende macht te dienen.
Verdachte zei, dat hij niet opzettelijk verraad
had gepleegd, doch in,de meening. dat Duitschland
onze vijand was, de inlichtingen had gegeven aan
iemand, die ze wellicht zou kunnen doorgeven aan
Engeland.
De president repliceerde hierop, dat Duitschland
heelemaal onze vijand niet was en dat het gepleeg
de feit in ieder geval als verraad moest worden
beschouwd.
De advocaat-fiscaal vroeg bevestiging van het
vonnis.
Mr. Van Everdingen, als raadsman voor ver
dachte optredend, achtte zonder den ernst van
het feit te willen miskennen dezen jongeman
iemand, die de portee van zijn daad niet heeft be
grepen. Het psychiatrisch rapport gewaagt ten aan
zien van dezen verdachte van neiging tot groot
spraak en loslippigheid; iemand, die alle mogelijke
dingen verwart. Drie jaren gevangenisstraf zouden
hem volgens pleiter volkomen waardeloos maken.
Als verzachtende omstandigheid geldt, dat de jon
geman geen geld heeft aangenomen en dat de tee-
keningen en gegevens nimmer op him bestemming
zijn gekomen, nog afgezien van de omstandigheid
dat zij reeds op zichzelf vrijwel waardeloos wa
ren. Derhalve drong pleiter aan op plaatsing van
verdachte in een psychopatengesticht, bijv. voor
den tijd van een jaar.
De uitspraak van het Hof volgt later.
(A. N. P.)
EXCURSIE- EN ST. NÏCOLAASVEREENIGING
„HAARLEM".
Men schrijft ons:
Door de Excursie- en St. Nicolaasvereeniging
„Haarlem" werd in de Gemeentelijke Concertzaal
een goed geslaagd kinderfeest aangeboden aan circa
500 kinderen der leden van beneden den leeftijd
van 8 jaar, die wegens hun jeugdigen leeftijd niet
aan de excursie naar den „Zoeten Inval" te Halfweg
konden deelnemen.
Bovendien waren nog 100 kinderen uitgenoodigd,
afkomstig uit werklooze gezinnen en door bemid
deling van den heer J. F. van Luijken daarvoor
aangewezen.
Te twee uur werd dit feest door den voorzitttr,
den heer J. Steffers geopend, die memoreerde, dat
dit feest kon worden gegeven dank zij de mede
werking van het college van B. en W., die de
commissie toestemming gaf, voor de onder-afdeeling
„Excursie" in het laatste kwartaal van 1939 te
mogen collecteeren.
Door de „Marinucci's" werd al spoedig de opge
wekte stemming er in gebracht. De kinderen ge
noten van de populaire muziek. Professor Barandini
vermaakte hen met zijn aardige goocheltoeren en
zijn sprekenden clown August, die allen deed
schateren van het lachen.
Ook ontbrak het niet aan versnaperingen: de
kinderen werden op ijs en koek onthaald.
Een woord van dank, mede namens de ouders der
kinderen aan bestuur en commissie voor dezen
prettigen middag is zeer zeker op zijn plaats. Vooral
den voorzitter, den heer J. Steffers, die reeds meer
dan twintig jaren voor de jeugd werkt, benevens
mevr. Steffers komt een woord van dank toe voor
hun bijzondere toewijding.
NED. CHRISTEN VROUWENBOND.
Op Donderdag 12 September hoopt de afdeeling
Haarlem haar jaarlijkschen begroetingsavond te
houden in het gebouw der Haarlemsche Jongeman
nen Vereeniging in de Lange Margarethastraat 13
te kwart over zeven.
Ds. T. de Vey Mestdagh, voorheen te Rotterdam,
zal op verzoek van eenige leden een korte toe
spraak houden.
MARKT WOERDEN.
Woensdag,
Aanvoer 412 partijen kaas. Met rijksmerk le kw.
f 39f 40,50. Met rijksmerk 2e kw. f 37f 38.
Handel vlug.
FA.W1U.EM
VERVORMÉt*
VERVEN STOOMEM
VA|N oameshoedsn
WILHELM!KASTRAAT IA. TEL.:të>8B4 HAARLEM
(Adv. Ingez. Med.)
Hout-gasgeneratoren trekken op de 43ste Nederlandsche Jaarbeurs te Utrecht
begrijpelijkerwijs veel belangstelling.
-r -v v {Foto Pax Holland).
Van een gewezen buitenverblijf.
Herinneringen aan „Bloemoord".
Wie op zijn her f stwandeling naar Bloemen-
daal Sparrenheuvel nadert, zal
„de puist" missen. Misschies
weten nog "heel enkele oude Bloemendalers, da;
Bloemoord nog een zeer aangenaam gelegen
buitenverblijf in het voorste gedeelte van hei
dorp Bloemendaal aan den straatweg was.
Een advertentie in een oude krant van 2!
Septemmber 1853 vertelt, dat makelaar J, p,
Lonbar Petri van Bloemendaal dit buiten Zater
dag 22 October in Zomerzorg ten overstaan van
notaris J. L. ter Hofsteede zal verkoopen. Zj
vertelt er ook bij. dat Bloemoord bestaat uiteen
net gebouwde Heerenbehuizing, voorzien van ne-
gen fraai behangen, zoo beneden als bovenka
mers, voorts een koepelkamer (deze droeg di
laatste jaren den bijnaam van de puist), groo-
ten kelder, keuken en droogzolders, alsmede een
sierlijk aangelegden tuin en een overdekt tuin
huisje, verder r#og een gebouw met tw
Werkmanswoningen, elk voorzien van twee ka
mers, een koetshuis met stalling voor vier paar
den, een schuur en daarboven een zolder. Een en
ander was groot 27 Roe 55 El.
Maar daarnaast was nog een welingelicht!
bloemkweekerij, moezerij en boomgaard mei
koestal voor 8 koeien, groot 88 Roe 92 Et
Dan hoorden er nog bij vier stukken weiland
aan elkaar met daar langs gelegen vaart en los
plaats strekkende van den Bloemendaalschen
straatweg tot aan de Delft, groot 4 Bunder,
Roe 10 El. Dat was dus zoo in een tijd, dat nor
niemand aan de mogelijkheid van een Kin-
heimpark dacht. Het Plaatsje naast Sparren-
heuvel is dus wel degelijk een buitenplaats ge
weest.
Genoeg Bloemendalers weten nog wel van a
bollevëlden, bloemisterij en het weiland achter
Bloemhof.
In een echte Bloemendaalsche akte van 18(5
lezen we, dat J. P. St. Martin van Bloemendal!
aan Pierre Voüte van-Amsterdam (bewoner va:
de Rijp) 16.000 gl. schuldig was. Onderpand wat
daartoe een huis, erve en tuin, genaam
Blauwsellust, met een wasch-, pak en werkhuii
paardenstal en wagenhuis. Dit heele stel gebou
wen was geappropieerd tot een blauwselma
kerij, staande in de Bloemendaalsche Buur
waarbij ook nog een stuk hooi- of weiland mei
den opstal achter de blauwmakerij, groot 8(i
morgen (ongeveer 2 H.A.) hoorde met een zij
tuin (nu nog gedeeltelijk over) en eenige voet«
gronds. Mijnheer Saint Martin heeft daar
na nog ongeveer vier jaar geleefi
Zijn executeurs testamentair verkochte
het geheel aan Jan Philip Morell van Haarles
voor f 12.000 contant.
Daar lezen we bij het transport, dat het heek
bezit aan Voorduin grensde. Van dit buita
stond het heerenhuis ongeveer ter plaatse waa
nu de Openbare Mulo staat. Toen hoorde
nog bij een stukje grond van 309 roeden, waard)
een bouwverbod rustte. Dit terrein was c
Gecommitteerde Raden van de Staten van I
land en West-Friesland 6 Juli 1772 in erfpacb
gegeven aan wijlen Pieter Braa. Als buren vin
den we bekende Bloemendaalsche namen a!i
Rouwens, Kops, Hovens, Becke.
Eerder vonden we Blauzellust 9 Maart 17?
vermeld.Dan transporteeren de executeurs t
mentair van Jacob Lambert Marcelis te Am
sterdam op den reeds eerder genoemden Jeai
Pierre St. Martin te Amsterdam.
Voorbij blanwselfabriek, voorbij warmoezerij ei
bloementuin met weiland tot aan de Delft a
daarvoor in de plaats een deel van het Kinheim
park en als restant het Heerenhuis waarvan d
puist is geamputeerd.
GEVONDEN VOORWERPEN
EN DIEREN.
Inlichtingen aan het Bureau van Politie Smedê
straat te Haarlem, uitsluitend tusschen 11 en
uur.
Bril, Putman, Wijde Geldeloozepad 12; Ceintuur,
Meijer, Gr. Houtstraat 122; Etui met vulpen e
broodbonnen, Vooges, Rijksstraatweg 20; Dames
armbandhorloge, v. d. Vosse, A. L. Dyserinckstral
13a; Damesarmbandhorloge, Kamoen, Timorstrai
24; Hondje, Kennel Thornwood, v. 't Hoffstraat SS
Textielkaart, portemonnaie met inhoud, regec-
pijp, Bureau van Politie, Smedestraat; Zakmes
van Vliet, Roosveldstraat 7; Muts, Nicolai, Zui
Polderstraat 60 rd.; Portemonnaie met inhoud
Steenkist, Fuhrhopstraat 39; Portemonnaie ra.
de Groot, Floresstraat 6; Portemonnaie m. i
Kort, Gen. Cronjéstraat; Portemonnaie mi,
Broersen, Kleverparkweg 71; Portemonnaie m. i
Crama, KI. Houtstraat 7; Portemonnaie, Doe,
Steenbokstraat 24; Portemonnaie m. i., Brouvvei
Vergierdeweg 13:Regenpijpen," Ulderink, Neptu-
nusstraat 17; Ring, Kamer, Van 't Hoffstraat 6"
riemen, Jacobs, Reigerstraat 109; Rozenkrans.
Bouchet, Zijlweg 75; Rozenkrans, Vermeer, Papeü
torenvest 19 zw.; Schooltasch m.i., Bruins,
doornstraat 33; Electrische waterverwarmer, v,
Wonderen, Brouwerlaan 57, Hillegom; Vulpen,
Castricum, Previnairestraat 2; Vutpotlood, Scherm
horn, Amsterdamschevaart 16 rd.
Terug te bekomen: Bankbiljet, Mol Vosmaef
straat 54; Broche, Ulshamer, Leeghwaterstraat S
1 paar dameshandschoenen, Hunling, Midenwe
9; 1 Paar dameshandschoenen, Moesker, Schouw
tjesplein 3; Halsband met penning, Theel, Langj
Annastraat 19: Hond, Lamfers, Lorentzkade 31
Armbandhorloge. Bakker, J. C. v. Oostzanenlaan 2
Heemstede; 3 Honden, Asyl, Ridderstraat 11; F
genjas, Waterman, Pieter Kiesstraat 30; Kinder
manteltje, v. d. Stoop, molentje in de Heussens
straat; Portemonnaie m.i.. Zegwaard, Teunisbloem
laan 1, Bentveld; idem idem Bureau van Polili
Smedestraaér Ring, Ileenk, Groote Houtstraat 2'
Kinderschopje, v. Zanten, Boogstraat 38; Actetas!
m.i. Jansen Hendriks, Duivenvoordestraat 27; Vul
pen, v. d. Pigge, Gierstraat 3.
„Een operettezanger, rlie te jong
bleek te zijn."
In de operette „Rose Marie" welke op
oogenblik in Carré te Amsterdam gaat. trad tflj
Vrijdag, Holland's jongste tenor. Willy Albertl
op. Hij zong in deze operette het liedje van M'
kleinen zwerver ,Jk ben zoo alleen" van Chri»
Reumer. De knaap, die volgens zijn zeggen 1'
jaar oud was. had met dit liedje veel succes
meermalen kreeg hij geschenken uit de zaal.
Wie schetst echter de ontsteltenis van den di
recteur, Alex Wunnink, toen de politie kwam
vertellen, dat Willy nog geen veertien jaar wa5
en dus niet mocht optreden. Hij liet den knaap
bij zich komen en deze viel weldra do
mand.
„Nou dan zit ik er in", was het eenige antwoord
dat de 13-jarige den verbaasden directeur gat
alvorens hij zijn spullen pakte en verdween.
Voor den jongen, die aan het begin van zl1}
loopbaan staat, was het allesbehalve prettig Hu
verdiende goed en had tevens uitzicht op eeni#
aardige contracten.
Op 13 October a.s. wordt hij echter veerfclö
jaar. Wellicht zal van dien datum af zijn ster
opnieuw willen gaan rijzen. Tot dien dag 1 ~"J
de politie een oogje in het zeil.