IÉ Een man verdween... VRTTDA'G Ü'CTÖBEK TOÖ HKÏHCEM'S 'A'GBB'A' Commissaris-generaal Dr. Fiscliböck bezocht Noord-Brabant. Bezichtiging van verschillende fabrieken. De Commissaris-Generaal voor Financiën en Economie, dr. H. Fisehböck heeft gisteren verge zeld van een aantal van zijn naaste medewerkers een autotocht door Noord-Brabant gemaakt en daarbij vooral een bezoek gebracht aan de groote industriecentra, welke deze provincie haar eigen karakter geven, met name de tabaks- de textiel en de schoenenindustrie in Eindhoven, Tilburg' en in de Langstraat. De Commissaris-Generaal maakte deze excursie in de eerste plaats om persoonlijk met deze toonaangevende industriecentra kennis te maken en in de tweede plaats om met de directies van de fabrieken, die hij op dezen tocht bezocht, van gedachten te wisselen over de problemen, waarvoor zij zich door de gewijzigde omstan digheden thans zien geplaatst. Dr. Fisehböck be zocht allereerst de textielschool in Tilburg, waar hij door den directeur van dit zoo modern inge richte instituut, ir. H. Handels, werd rondgeleid en waarbij hij een overzichtelijk beeld kreeg van de textielindustrie en alles wat daarmede samen hangt. Na dit bezoek dat in verband met den be schikbaren tijd slechts kort kon zijn, reed het ge zelschap naar de bekende „Aabe"-wolfabriek, even eens in Tilburg, een onderneming, welke zoowel door haar outillage als werkwijze een zeer modern bedrijf is. De directeur en eigenaar, de heer A. van den Bergh leidde den Commissaris-Generaal in het groote gebouwencomplex rond. Dr. Fischböc^ had daarbij de gelegenheid zich met verschillende arbeiders te onderhouder)' en hun te vragen naar de omstandigheden, waaronder wij werkten, met name loonen, arbeidstijden, sociale voorzieningen enz. Met den directeur besprak de Commissaris-Ge neraal verschillende problemen, vooral ten aanzien van de grondstoffenvoorzïening, waarbij b'leek, dat het bedrijf voorloopig kan doordraaien zonder dat zich op dit terrein moeilijkheden van eenjgen om vang zullen voordoen. In Oisterwijk bezocht de Commissaris-Generaal de bekende sigarenfabriek „De Huifkar", waar hij met groote belangstelling dit typisoh handwerkers- bedrijf aanschouwde, niet sigarenmakers praatte en met den directeur, den 'lieer Hamers van gedachten wisselde over productie- en afzetmogelijkheden'. De groote sigaretten- en sigarenfabriek van Mignot en de Block in Eindhoven was het volgende doel van de rejs. Ook hier vertoefde dr. Fisehböck langen tijd tusschen de op volle toeren werkende, sigaretten-produceerende machines en andere, even moderne installaties. Met den directeur, den heer Mignot Sr. en diens zoon onderhield dr. Fisehböck zich over verschillende onderwerpen, waarbij voor al de organisatie an het tabakverwerkende bedrijf in ons land een belangrijk punt vormde. In Waalwijk tenslotte heeft dr. Fisehböck de schoenenfabriek „Timtur" bezichtigd. De direc teur, de heer Raming, lichtte den Commissaris-Ge neraal voor en leidde zijn hoogen gast in het fa brieksgebouw rond. Tot de heeren, die dr. Fiscliböck op deze excursie vergezelde, behoorden ook regierungsrat dr. Heine- mann, hoofd van de afdeeling „Gewerbliche Wirt- Bchaft" van het generaal-commissariaat voor fi nanciën en economie en de heeren dr. Maly en ir. Nimtzoh van het bureau, dat onlangs te 's-Gra- venhage is gevestigd en dat tot taak heeft voor Duitsehe opdrachten aan de Nederlandsche in dustrie te zorgen en op zijn beurt die opdrachten aani Nederlandsche fabrieken door te geven voor zoover dat mogelijk is. (A.N.P.) Belangrijke naaldendiefstal opgehelderd. Drie personen in arrest. De centrale recherche van het hoofdbureau van politie te Amstei-dam is er in de afgeloopen dagen in geslaagd een belangrijken diefstal van naalden uit het centraal magazijn voor militaire kleeding en uitrusting in de Sarphatistraat aldaar op te lossen. Voor ruim duizend gulden aan stik- en perme- naaliden was daar gestolen. Thans is deze geheele partij in beslag genomen en is de zaak geheel op gehelderd. Een employé bleek nl. het grootste deel van de naalden te hebben gestolen. Twee employés van het magazijn hebben dezen diefstal op hun geweten en zijn dan ook inmiddels gearresteerd. De derde man, die iin deze zaak be trokken is, is een postbode, de vader van een der beide anderen. Deze postbode heeft de partij ver kocht. althans voor het grootste deel, want een gedeelte er van was in den Amstel gegooid en is door de politie gevonden. Hij had de naalden af geleverd aan een bona fide-koopman, die in de meeniing verkeerde, althans dat was hem door den postbode verteld, dat deze de naalden bad gekre gen van iemand, die hem geld moest, betalen en hem implaats van het geld de goederen had ge geven. Tegenover de politie hield hij vol, dat hij de buit had gekregen op een veiling. Hij had daar nl. een kistje met oude rommel gekocht en daarin bij nader onderzoek de nieuwe naalden aangetrof fen. Deze verhaaltjes waren echter niet in staat de recherche op een dwaalspoor te brengen. Leerstoel in het Nat.-Socialisme. Donderdag is, naar „Het Nat. Dagblad meldt, te Leiden de oprichtingsacte gepasseerd van de „Ne derlandsche Slichting tot Bevordering van de Stu die van het Nationaal-Socialïsme". Haar doel om vat o.m. het vestigen aan de Leidsche universiteit vain één of imeer leerstoelen in het nation,aal-socia- lisme of één zijner onderdeelen. FAILLISSEMENTEN. Opgegeven door afd. Handelsinformaties v. d. Graaf en Co. N.V. Amsterdam. Uitgesproken: 2 Oct. M. Griffioen, timmerman, wonende te Amsterdam, Rustenburgerstraat 121. R. C. Mr. H. J. Hütschler. Cur. Mi-. H. la Croix, Frederiksplein 36, Amsterdam. Vernietigd: 23 Sept. E. F. Norden, Amsterdam. (Uitgesproken 4-9-1940). 25 Sept. J. Eichelsheim, Amsterdam. (Uitgesproken 3T-7-1940 Opgeheven wegenis gebrek aan actief: 30 Sept. J. Brussee, Oegstgeest. H. Piersma Hzn., kruide nier, Balk, 1 Oct. L. Timmermans, rijwielhande laar, Breda. Gedeponeerde uitdeelingslijsten21 Sept. St. Banken, Leeuwen^Beneden. Geëindigd door het' verbindend worden der eenige uitdeelingslijst. Uitk. 0,811 pCt. Dr. W. G. HARRENSTEIN. Dr. W. G. Harrenstein, em. predikant van de Geref. kerk van Santpoort en laatstelijk leger- en vlootpredikant in alg. dienst ontving een beroep van de Geref. kerk van Weesp. TUKT EICICfiriN MARKTBERICHTEN VAN BARNEVELD. Donderdag 3 October. Pluimveemarkt. Oude kippen per K.G. 4552; oude hainen 0.70 1.50: jonge hanen per K.G. 6075: N.H. Blauwen per K.G. 6505; jonge henen 0.701.40; idbiven per paar 2025, tamme eenden 2040; wilde een den (in jachttijd) 5065 ganzen 1.802.20; kalkoe nen per K.G. 6075, tamme konijnen 1.252.50; wilde konijnen 7590, hazen (in jachttijd) 1.50 3.00; jonge patrijzen 3040; fazanten (in jacht tijd) 0.901.10, oude patrijzen 6070. Aanvoer 32.000. Handel stug. Eiermarkt Witte eieren 7.307.50, gemengde eieren 7.40 7.60; bruine eieren 7.507.70; kleine eieren 5.30 5.60; eendeneieren 5.005.40; kleine eendeneieren 4.005.00. Aanvoer 681.000. Handel vlug. Veemarkt. Zeugen f 50f 60, dr. zeugen f 55f 80, schram men f 20f 25; biggen f 7f 12, zware varkens 2931 ets. per pond; mestkalveren 915 ets. per pond, vette kalveren f 5f 9. Handel: redelijk. Predikant verduisterde collecte gelden. Een jaar gevangenisstraf geëischt. De arr. rechtbank te Amsterdam heeft Don derdag de strafzaak behandeld tegen een predi kant uit een dorpje aan den rand van het Gooi, die voor een zeer pijnlijke zaak terecht stond. De 61-jarige predikant had zich nl. te verant woorden wegens verduisteringen, gepleegd ten nadeele van het weduwen- en weezenfonds van emeritus-predikanten, een reeks collectegel den, die niet waren afgedragen en in de tweede plaats een deel der gelden bestemd voor ver bouwing van de kleuterschool en het vereeni- gingslokaal der diaconie. Het was een pijnlijke zaak, die zich in de klei ne gemeente heeft afgespeeld en waaromheen het gerucht dat men den dominee kwijt wilde. De president-kerkvoogd van de Ned.-Herv. Gemeente kreeg begin van dit jaar een brief van een advocaat waarin werd aangedrongen op de betaling van f 478,65, het restant der ver- bouwingskosten ad f 4000 van de kleuterschool en het vereenigingsgebouw. De kerkvoogd ver baasde zich over dit epistel des te meer, daar het heele bedrag (f 4000) door een rijke dame aan den predikant was gegeven. De kerkvoogd toog naar den dominee en na een minder vriendelijk .onderhoud gaf ver dachte toe, dat hij f 478.65 niet had betaald, maar een ongedekte chèque had afgegeven. Het geld had hij ten eigen bate aangewend. Nauw keurig stelde men toen een onderzoek in naar het financieel beheer van den predikant, en het bleek, dat hij een reeks van jaren de collecte gelden voor het weduwen- en weezenfonds ook niet had afgedragen. Die gelden beliepen een bedrag van ruim f 725. Voor deze som was dus de pensioenraad der Ned. Herv. Kerk of de Bond van Nederlandsche predikanten bena deeld. Hoe bent u, als man van ontwikkeling, die het ambt van predikant bekleedde tot deze daad ge komen, wilde de president mr. Dons, weten. Verdachte gaf toe dat hij wat te royaal geleefd had wat mr. Dons de opmerking ont lokte, dat dominee het financieel be heer dan beter aan iemand anders had kunnen overlaten. U bent steeds, een slecht fi nancier geweest en dat is op zichzelf geen schande, maar dan kunt u beter het beheer niet op u nemen. De penningmeester van den Bond van Neder landsche predikanten verklaarde o.a. dat de collectegelden wel eens meer laat binnen kwa men, maar van verdachte was in jaren niets gekomen. Het reclasseeringsrapport concludeerde tot een voorwaardelijke straf. De officier van justitie requireerde tegen den bejaarden predikant een gevangenisstraf van een jaar met ontzegging om het beroep van predikant uit te oefenen. De verdediger drong op de uiterste clementie aan. Tijdens de veemarkt, welke Donderdag te Schagen werd gehouden, had een tentoonstelling plaats van geregistreerde schapen uit het Noordelijk deel dei- provincie Noord-Holland. Een overzicht. iFoto Pax Holland.) Aanstellen en bevorderen Van ambtenaren. Naar het A.N.P. van bevoegde zijde verneemt, moet er binnenkort rekening mede worden gehou den, dat Nederlandsche autoriteiten en publiek rechtelijke lichamen geen personen meer tot amb tenaren benoemen, op arbeidscontract aanstellen of bevorderen mogen, die geheel of gedeeltelijk van Joodsche -afkomst zijn of wier echtgenooten ge heel of gedeeltelijk van Joodsche afkomst zijn. NED. VROUWEN ELECTRICITEITS V EREENIGING. Programma voor October. De afd. Haarlem van de Ned. Vrouwen Electrici- teitsvereen. heeft voor October het volgende pro gramma opgemaakt. Dinsdagmiddag 8 October 2 uuV, Lido, Plein, Haarlem. Lezing door mevr. A. Wolthers Arnoldi uit Utrecht over: „25 jaar geleden en thans". Na de pauze zal mevr. A. Roers Siemens spreken over „Gezelligheid in de huiskamer, medé door middel van het klaarmaken van lekkere hapjes". Dinsdag '29 October, Lido, Plein. Lezing met de monstratie door mej. C. v. d. Schalk uit Arnhem over: „De vrouw en haar huis en de electriciteit". VOOR DE KINDEREN AB'S AVONTUREN Oho had den vreemden indringer eerst van alle kanten bekeken. Zelfs had hij gewezen naar het hoofd van Ab. Hij had het natuurlijk erg vreemd gevonden, dat Ab geen staart aan zijn hoofd had hangen. Maar toen de eerste schrik voorbij was, keek hij Ab al wat vriendelijker aan. Door allerlei gebaren beduidde Ab nu, dat hij was gevlucht uit het dakraam. Oho be greep alles heel goed en trok hem mee naar een klein huisje, dat ver scholen lag onder dichtbegroeide boomen. De schildwacht, die voor het huisje heen en weer kuierde, en dan weer eens stilstond, draaide zich eens om, teneinde de cel aan de buitenzijde te inspecteeren. Doch toen zijn blikken langs het dak gleden, schrok hij .he vig, want het dakraam stond open en.. ..daar stak zoowaar een stuk van een ladder naar biiiten! Er was geen twijfel aan: de vogel was zeker gevlogen Zoo vlug als hij maar kon maakte hij de ijzeren deur open en rende naar binnen. Ja, daar stond een lad der, die door het openstaand dak raam uitstak. Vlug keek hij het lo kaaitje rond natuurlijk, die jongen was gevluchtMaar dan moest hij toch nog op het dak zijn. De winterkleedinghulp. Hoe de een den ander kan helpen. Het Rijksbureau voor de distributie van tex tielproducten d-oor den handel, in samenwerking met het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart, tracht een zoo rechtvaardig mogelijke verdeeling van kleeding en textielproducten te be vorderen. Daarbij wordt ook gedacht aan landge- nooten, die alles hebben verloren, of die door de omstandigheden moeite hebben zelf de noodzake lijke kleeding en dekking aan te schaffen. Dit is de reden, waarom voorgeschreven werd, dat men al leen een winterjas of wintermantel kan koopen, irdien daarvoor goede 'bovenkleeding (oostuum, winterjas of wintermantel) of een wollen deken wordt ingeleverd. Dé leiders van de plaatselijke distributiediensten zullen gaarne inlichtingen verstrekken over de' wijze, Waarop de goederen kunnen worden inge leverd. De winter staat, voor de deur. Vele getroffen of behoeftige landgenooten zijn niet in staat de nood-; zakelijke kleeding en dekking te koopen. Het de partement en het rijksbureau hopen' dan ook, dat er velen zullen zijn, die meer zullen inleveren, dam voor het koopen van een winterjas of -mantel noo dig is. Hoe meer men geeft, des te beter 'helpt men zijn medeburgers. Laat de huisvrouw de kleerkast eens nazien en de dekens tellen. Zonder twijfel zal blijken, dat er veel gemist kan worden, zonder zelf schade te lijden. (A.N.P.) Distributie van papier. Alle verwerkers en alle handelaren moeten verzoek tot inschrijving indienen. De secretaris-genitaal, waarnemend hoofd van het departement van Handel, Nijverheid en'Scheep vaart maakt bekend, dat maatregelen zullen wor den getroffen op het gebied van de distributie van alle soorten papier en carton, waaronder stroo- carton, in rollen en vellen. Deze maatregelen zullen worden uitgevoerd door het rijksbureau voor papier, gevestigd Schotersin gel 9 te Haarlem. Directeur van genoemd bureau is mr. F. H. A. de Graaff. Er zal een beschikking in de Nederlandsche Staatscourant worden geplaatst, waarin onder meer aan alle verwerkers aan en alle handelaren in papier als bovenbedoeld, voor zoover zij blijkens hun jaarbalansen in de jaren 1938 en 1939 over een gemiddelden voorraad papier van minstens 5.000 K.G. beschikten, de verplichting wordt opgelegd bij genoemd rijksbureau een verzoek tot inschrijving in te dienen. Hetzelfde geldt voor alle importeurs en agenten in papier, ongeacht de voorraden, waar over deze beschikken of beschikten. Het rijksbureau zal te zijner tijd bij inwilliging van de ingekomen verzoeken tot inschrijving, ver gunning tot voortzetting van de bedrijven verlee- nen. Er wordt op gewezen, dat een beperking van de aflevering van papier niet zal behoeven te ge- j schieden, terwijl naar zich laat aanzien, evenmin maatregelen zullen worden genomen tot regeling van de levering van papier aan het publiek. Ter bespoediging is thans reeds de gelegenheid tot inschrijving bij het rijksbureau voor papier opengesteld. Den belanghebbenden wordt dan ook aangeraden, zich onverwijld met een verzoek tot inschrijving tot dit bureau te wenden. 20) door LESLIE FORD. Ik vermoed dat het daardoor kwam dat we een kwartier later het schot niet hoorden. De dans muziek schetterde in de danszaal en een radio brulde op een paar meter afstand van ons tafel tje het laatste nieuws uit. We bleven daar tot over elven zitten, en we liepen een oogenblik naar de danszaal terug om Bill goedendag te wuiven. Monty en hij waren kennelijk aan het kibbelen om een klein blond geval met schitte rende oogen die er geweldig veel pret over had. Lisa zag ik niet, evenmin dc Winston's; ze wa ren vermoedelijk naar hun woonwagen terugge gaan. Ik kon het plezier van al die' jongelui op dat oogenblik maar matig apprecieeren, als ik dacht aan Lisa's vader die met een boek over planten in 2ijn hotelkamer zat te wachten, of aan Cecily die in de hare haar wanhopigen strijd streed tusschen trots en hoop. Een oogenblik dacht ik er aan, den kolonel te vertellen over de Ridley's, maar ik deed het niet. Ik was beslist niet in de stemming voor de goe dige verdraagzaamheid, waarmee hij neerziet op mijn passie voor de moeilijkheden van anderen. Dus wandelden we zwijgend over den grasberm van den weg naar het hotel terug. Ik had juist beweerd: „Ze mochten hier wel eens voor straatverlichting zorgen", toen de kolo nel plotseling stilstond en zijn hand op mijn arm legde. In de smaye lichte streep van den weg kwam een vrouw als dronken uit de schaduw van de boomen rennen. Ze liep eerst den eenen kant op, toen den anderen; daarna bleef ze weer stil staan en rende weer terug in het duister van de boomen. Plotseling klonk door de stilte van den nacht een hartverscheurende kreet. Het geluid weergalmde tusschen de boomen, en het klonk zoo beangstigend dat het mij koud langs den rug liep. Nog eenige malen herhaalde zich het merg- doordringende gegil. De kolonel rende vooruit over den stolfigen weg en ik draafde hem, struikelend over de diepe wagensporen, achterna. Toen bleef hij even plot seling staan als hij weggesprongen was, en in de glimpen van het maanlicht tusschen de boomen zag ik de vrouw staan, duidelijk genoeg om haar te herkennen, zelfs voordat ik haar stem her kende. Wankelend wees ze naar de boomen. Ik zag een gelen lichtvlek over de donkere gestalte van een man die met het gelaat omhoog op den grond lag. Een streep van half geronnen bloed liep van een gat in zijn voorhoofd over de saamgekoekte dennen naalden. „Het is jnijn broer", fluisterde mevrouw Ridley. „Het is George. Hij is dood. Hij ze hebben hem doodgeschoten". Er was een afgrijselijk oogenblik van doodsche stilte. Toen begon het levendig te worden in het woonwagenkamp. Er kwam lawaai van dravende voeten en schreeuwende stemmen en van alle kanten, als een zwerm bijen, kwamen er men- schen aanloopen. Sommige nog gekleed, andere in mantel of kamerjassen; vrouwen met hun haren in kruipennen, mannen met slaperige oogen. Ik leunde achterover tegen een boom. De stem van den kolonel drong tot mij door als in een benauwden droom. „Achteruit allemaal!" bulderde hij 'bars. Een vrouw gilde en viel flauw. Iemand zei: „Daar komen de parkwachters". Ik keek rond. Verschillende lichten van zak lantaarns schenen kriskras tusschen de stammen door; in hun licht zag ik twee lange olijfgroene gestalten uit de richting van het woonwagen kamp komen aanrennen. De eene was Dutch de districtshoutvester, de andere Steve Grant. Ze drongen den troep verbaasd starende kijkers op zij en bleven plotseling stilstaan. Ik zag een trek van opluchting op Steve's ge zicht, toen kolonel Primrose met een snelle be weging van zijn hand het "licïTt van zijn lantaarn op hem richtte. Als hij al eenige emotie of schok van verrassing of afgrijzen ondervond bij het zien van den man daar voor zich op den grond den man dien hij des morgens met zooveel hoonende bitterheid den vriend en makker van zijn jon gensjaren genoemd had dan liet hij daar niets van merken. Als het een. doode grizzly geweest was, had hij misschien nog meer ontroering ge toond, dacht ik. Maar nee, daarmee deed ik hem toch onrecht: de smalle lijnen om zijn mond, de spanning van zijn lichaam bewezen dat hij wel degelijk ontroerd was. Daarom behoefde hij nog niet sentimenteel te doen over het feit dat de dood zijn rekening voor hem vereffend had. Ik keek rond naar de anderen. Het eenige tra gische van het oogenblik was eigenlijk de bevende gestalte van mevrouw Ridley, die wezenloos voor zich uit staarde. Ik herinnerde me weer haar woorden: „Ik ik zal wat doen", en ik dacht on middellijk: „Dat is al te eenvoudig. Dat zou zij nooit zoo hebben kunnen doen". Het half gestolde bloed bewees ook wel dat George al dood geweest moest zijn, voordat wij haar wankelend uit het bosch haddenzien komen. Maar toch niet lang: daarvoor drupte het bloed nog te snel, en viel de hand te slap neer, toen de houtvester deze opge licht had. „Maak dat jullie wegkomt allemaal!" zei Dutch kortaf. „Ga terug naar jullie kamp. En geen souvenirs oprapen alsjeblieft". Ik zag dat een vrouw iets op den grond liet vallen, toen zij achteruit liep. Steve raapte het tusschen duim en vinger op, en gaf het aan Dutch. Het was een soort broche of clip, met bleeke saffieren en kleine diamantjes bezet; er kleefde bloed aan, waarin dennennaalden vastge plakt zaten. Ik zag hoe mevrouw Ridley er naar keek en zag haar onderkaak trillen. Haar hand ging langs haar donkeren mantel omhoog en haar vingers tastten langs de halsopening van haar japon. Z(j bevochtigde haar grauwe lippen, en sloot de oogen om een plotgelingen zinneloozen angst te verbergen. Ik keek naar den kolonel en zag uit de manier waarop hij schijnbaar niet naar haar keek, dat geen beweging van haar hem ontgaan was, en dat hij ook begrepen had dat die met bloed bevlekte clip haar toebehoorde. De houtvester legde het ding voorzichtig op den grond en veegde zijn hand aan den kant van zijn broek af. „We hebben hier allereerst licht noodig", zei hij. „Zal ik de dienstauto halen?" vroeg Steve. Dutch knikte. „Beng mijn fototoestel mee en de lampen uit de bovenste la in mijn kamer. Tele foneer naar het hoofdkwartier in Mammoth. En maak voort". Ik hoorde Steve in den looppas wegloopen. De laatste kampeerders verdwenen in de richting van het kamp. Dutch wendde zich tot kolonel Prim rose en zei: „Dit ,is meer werk voor u, kolonel. Ik stel voor dat u dit overneemt. Ik zou hier niet graag iets aan bederven ter wille van hem". Hij wees in de richting, waarin Steve verdwenen was. „De chef zei dat ik me tot u moest wen den, als we in de knoei zaten. Als we nu niet in de knoei zitten dan weet ik het niet". Hij keek den weg af in de richting van het restaurant. De zoetelijke melodie van „Yellow stone, Yellowstone, luchten zoo blauw, vrienden zou trouw" klonk zachtjes door der. stillen nacht. Hij richtte zich op. „Het is bij twaalven. Zoo dadelijk komen al die kinderen naar buiten zweVmen. Ik zal er even heen gaan en een mannetje op post zetten om ze te beletten, hierheen te komen". Hij liep met lange passen den weg af. Kolonel Primrose, op één knie gehurkt naast het lichaam van George, keek op naar mevrouw Ridley. „Waar kwam u vandaan?" vroeg hij rustig. Zij staarde hem stom aan. Haar lippen bewo gen geluidloos. Ze wees met een vaag gebaar in de richting van de boomen. - „Waar was u geweest, mevrouw Ridley?" Ze maakte een vlugge verschrikte beweging met het hoofd. „Ik ik kwam van het hotel", zei ze ademloos. „Niet uit den woonwagen van de Winstons, mevrouw Ridley?" Zijn stem klonk plotseling snijdend scherp. ,Laat ik u een goeden raad geven. Vertel de waarheid. Daar komt u op den duur het verste mee. U was dus in den woonwagen, nietwaar?" Mevrouw Ridley knikte stom. De kolonel stond op. „Mevrouw Latham, breng haar daar weer heen, en houd haar daar tot ik kom". Mevrouw Ridley week achteruit. „Nee!" riep ze. ..Ze ze zijn allemaal naar bed. Ze slapen al. Ik ik zal naar het hotel gaan". Ik keek den kolonel aan, en zag dat hij de be- teekenis van dat „allemaal" begrepen had. En ik wist ook dat hij dacht als hij dat al niet eer der bedacht had dat het vreemd was dat de Winstons niet met de andere woonwag'enzwervers naar buiten waren komen loopen. Ik vond het heel vreemd en zelfs verontrustend ernstiger dan ik mezelf durfde bekennen. „Uitstekend", zei hij kort. „Ga met haar mee. 1 mevrouw Latham. Als Buck terug is, zeg dan dat ik hem noodig heb". Sergeant Buck was nog niet terug. Ik keek buiten adem rond letterlijk buiten adèm van het. afwisselend voorthollen en dan weer treuze len naast mevrouw Ridley over den donkeren oneffen weg, De hal was leeg, op een paar irri teerend vroolijke liftjongens na. Het nieuws over George was kennelijk nog niet tot hier doorge drongen. Ik draafde achter mevrouw Ridley aan, die maar voortholde door de gang. Waarom zij zoo'n haast had om haar man te ontmoeten, kon ik me niet begrijpen. En zij zelf blijkbaar evenmin, want halfweg het trapje bleef zij plotseling staan. Ik haalde haar in en greep haar arm. Zij beef de zoo heftig dat ik haar stevig vastgreep om te trachten haar te kalmeeren. Haar gezicht was zoo grauw als stopverf. Zij deed een wanhopige poging om zich te be- heerschen. „Mijn man zal vreeselijk teleur- gesteld zijn!" Zij zocht naar woorden, die haar angst voor j hetgeen haar te wachten stond moesten verber gen. Het was wel een bittere kritiek op haar huwelijk op hun leven dat haar hevigste emotie, nadat zij zoo juist over het lichaam van haar vermoorden broer was gevallen, haar ver lammende angst om haar eigen man te ontmoe ten moest zijn. „Ik zei: „Waarom zou u niet vannacht by mij op mijn kamer blijven? het hem morgenochtend vertellen?" (Wordt vervolgd.),

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 6