Bommen op fabriek
te Puttershoek.
U VOELT U
NIET PRETTIG
CA RTER'S
Zinnia.
ZATERDAG 26 OCTOBER 1940
HAARDE M'S D A" G B U A" D'
7,
Vijf en twintig dooden en
vele gewonden.
's GRAVENHAGE 25 October. Het A. N. P.
meldt: Tot de gemeenten, welke in den afgeloopen
nacht alsmede in den vroegen morgen in meer of
mindere male geteisterd zijn door de bombarde
menten der Engelsche vleigers. behoort ook het
dorp Puttershoek op het Zuid-Hollandsche eiland
Beijerland, waar eenige projectielen zijn terecht
gekomen op een fabriek van voedingsmiddelen. De
gevolgen waren ontzettend: 25 arbeiders, van wie
de meesten reeds met hun dagelijkschen arbeid
waren begonnen, werden gedood en verscheidene
anderen gewond. Het juiste aantal der gewonden
is nog niet vastgesteld. In de fabriek brak brand
uit, die later op den dag is gebluscht.
Óp een woonwijk in Vlissingen wierpen de En-
gelschén 12 bommen, waardoor 10 huizen wei-den
vernield en vele andere woningen werden bescha
digd. Wonder boven wonder zijn hier geen dooden
of gewonden te betreuren.
Nabij Pijnacker vielen bommen in het open veld,
tengevolge waarvan enkele stuks vee werden ge
dood.
Een aantal bommen, dat op het eiland Texel
terecht kwam, veroorzaakte geen schade.
Bij het Groningsche dorp Beerta werden onge
veer 20 brandbommen afgeworpen. Er ontstond
onbeteekenende schade aan het electrisch bovennet.
In Friesland werden op enkele plaatsen boeren
hoeven door Engelsche bommen beschadigd.
Een bom, welke een Engelsche vlieger afwierp
boven Rotterdam, beschadigde een baggermolen,
welke lag gemeerd in de Nieuwe Maas.
PUTTERSHOEK 25 October. Nader kan door
het A. N. P. ten aanzien van de hedenmorgen te
Puttershoek gevallen bommen worden gemeld, dat
een aantal voltreffers de fabrieksgebouwen trof,
waardoor brand ontstond en vele personen gedood
werden. Het aantal dooden, dat reeds geborgen
kon worden, bedraagt thans vier en twintig, ter
wijl eenige zwaar gewonden naar het ziekenhuis
te Dordrecht zijn overgebracht. De vele lichtge
wonden werden ter plaatse Verbonden. Hierin
hadden behalve de plaatselijke geneesheer dr. Hes
ook zr Oostinga en de geneeskundige diensten uit
Rotterdam en Dordrecht een werkzaam aandeel.
De brand werd door de brandweer uit Puttershoek
welke nog eerder dan de fabrieksspuit water gaf,
met assistentie van die van 's Gravendeel en Dor
drecht gebluscht. De Rotterdamsche en Zwijn-
drechtsche brandweer waren ook spoedig aanwe
zig, maar behoefden geen hulp te verleenen. De
meeste slachtoffers kwamen van elders. In totaal
werden zeventien bommen geworpen, waarvan tien
op de fabriek. De verslagenheid is groot.
„VREUGDE EN ARBEID".
De heer Woudenberg over doel en
middelen.
OOK PROF. WILLEM MENGELBERG
AAN HET WOORD.
„De lang gekoesterde wenschen en idealen be
treffende het brengen van kunst aan het volk
zullen nu in de Gemeenschap „Vreugde en Ar
beid", die een dienstorganisatie is en geen leden
telt, tot levende werkelijkheid worden".
Zoo sprak de Commissaris van het Nederlandsch
Verbond van Vakvereenigingen, de heer H. J. Wou
denberg, die zooals gemeld enkele weken geleden
besloten heeft tot de oprichting van de organisatie
„Vreugde door Arbeid", Vrijdagmiddag op een pers
conferentie in het Amstel Hotel te Amsterdam, waar
mededeelingen werden gedaan over de nieuwe N.
V. V.-gemeenschap, die, zooals reeds in ons nummer
van Donderdag j.l. uitvoerig is medegedeeld, ten
doel heeft de geestelijke en cultureele verheffing
van den Nederlandschen arbeider in den ruimsten
Zin.
De heer Woudenberg noemde de stichting van
„Vreugde en Arbeid" een daad in oorlogstijd. Het is
niet de bedoeling, klakkeloos het buitenland te imi-
teeren, de honger naar kunst van den Nederland
schen arbeider zal worden bevredigd op een wijze,
die strookt met zijn aard en karakter. Het werk zal
zijn een voortzetting van het Instituut voor Arbei
dersontwikkeling, er zullen ook in opgenomen wor
den het Troelstra-oord, de Natuurvriendenhuizen
en de Ned. Arbeiders-Sportbond. Men wil dat wat
reeds in Nederland gedaan wordt voor de geestelijke
en cultureele ontwikkeling van den arbeider op een
hooger plan brengen. Over vele afdeelingen zal het
werk worden verdeeld, als daar zijn: cultuur, licha
melijke ontwikkeling, reizen en ontspanning, volks
ontwikkeling, werkplaatsen en bedrijven, kas en
boekhouding, pers en propaganda en organisatie.
Zondag 3 November heeft het „Doopfeest" plaats
van „Vreugde en Arbeid". Dat zal bestaan in een
buitengewoon concert door het Concertgebouw-or
kest onder leiding van prof. dr. Willem Mengelberg,
te geven in het Concertgebouw te Amsterdam, met
Henriëtte Sala als soliste. In Den Haag zal dan een
concert volgen op 9 November.
WILLEM MENGELBERG SPREEKT
Gedurende de uiteenzetting van den heer Wou
denberg was wel zijn aandachtigste luisteraar de
kleine, pittige figuur, die aan zijn rechterhand ge
zeten was: de zeventigjarige leider van het Con
certgebouw-orkest prof. dr. Willem Mengelberg,
aan wien de perschef van het N. V. V., de heer J.
de Haas, het woord verleende, toen de heer Wou
denberg zijn uiteenzettingen had geëindigd.
„Dames en heeren", zoo sprak de beroemde or
kestleider met heldere, klankvolle stem, „ik ben
verrast over wat ik nu zoo juist van den heer Wou
denberg heb gehoord en ik vind het plan, dat men
wil uitvoeren, prachtig. Ik heb trouwens mijn leven
lang het doel, ook het volk van kunst te laten ge
nieten, nagestreefd. Het deed mij indertijd zeer veel
genoegen, dat besloten werd tot het geven van
volksconcerten door het Concergebouworkest, al is
dat toen allemaal niet zoo gemakkelijk in zijn wei'k
gegaan.
Ik heb aan dirigeeren altijd buitengewoon veel
genoegen beleefd; ik deed het al. toen ik 7 jaar was,
dat is dus nu 63 jaar geleden. Mijn vader had groo-
te ateliers, waar dikwijls muziekavonden voor zijn
personeel en hun gezinnen werden gegeven. Het
waren echt huiselijke avonden, er werden ook (alles
door „eigen krachten") voordrachten ten beste ge
geven en tooneelstukjes opgevoerd. Omdat ik piano
speelde, mocht ik van mijn vader meedoen. Zoo heb
ik ook wel eens gedirigeerd en ze zeiden dat ik het
mooi deed. Dat zal dan ook wel, misschien was het
wel mooier dan ik het nu doe!
En wat nu de nieuwe plannen betreft, ik heb da
delijk gezegd: als ik mee kan helpen doe ik het
graag.
„U kunt altijd op mij rekenen en ik hoop, dat ik
nog eenige jaren zal mogen meewerken aan de uit
voering van dit prachtig, jong en modern idéé!"
Spontaan applaus klonk na deze woorden. En de
heer de Haas voelde zich gedrongen, een woord van
hartelijken dank te spreken tot den grooten dirigent
die zijn krachten en gaven wil inzetten voor het ge-
hééle volk.
H.S.O. „EUTERPE".
Op de j.l. gehouden vergadering van H.S.O.
„Euterpe" is besloten om de repetities voortaan
te houden op Zaterdagmiddag in haar repetitie
lokaal Groote Houtstraat 176.
Centraal Gezondheidscongres
in Haarlem.
De toekomstige drinkwatervoorziening
in ons land.
Heden wordt in Haarlem het Nederlandsch Con
gres voor Openbare Gezondheidsregeling gehouden.
In Restaurant Brinkmann had de huishoudelijke
vergadering hedenmorgen een vlot verloop. Daar
na hield de heer W. F. J. M. Krul, directeur van
het Rijksinstituut voor Drinkwatervoorziening te
's-Gravenhage een voordracht over de toekomstige
drinkwatervoorziening in Nederland.
De centrale drinkwatei-voorziening in ons land
droeg aanvankelijk een locaal karakter. De behar
tiging van dit belang berustte in hoofdzaak bij de
gemeentelijke overheid, die daartoe concessie ver
leende of zelf de exploitatie ter hand nam.
De voorziening van het platteland en de kleinere
steden leidde tot interlocale groepeering, tot streek-
waterleidingen. Zoowel het Rijk als de Provincie
trokken zich de behartiging van dit belang aan.
Door alle provincies werden waterleidingverorde
ningen uitgevaardigd, waai'door het concessie- (ver-
gunnings-) recht in handen van het Provinciaal be
stuur werd gelegd.
Deze ontwikkeling heeft Nederland op een hoog
peil van drinkwatervoorziening gebracht. Ruim 75
pCt. van de bevolking is aan een waterleiding aan
gesloten, terwijl in de gemeenten, die over een cen
trale drinkwatervoorziening beschikken, 85 pCt.
van de totale bevolking woont.
Thans dienen twee belangrijke problemen te wor
den aangevat:
le. hoe kan op den duur in ons dicht bevolkte
land in de steeds stijgende waterbehoefte worden
voorzien?
2e. hoe kan de centrale drinkwatervoorziening ook
binnen het bereik der nog niet aangesloten bevol
king worden gebracht?
Beide problemen kunnen slechts worden opgelost
door een doelbewuste nationale drinkwaterpolitïek.
Een eerste openbare aanduiding in deze richting
geaf de behandeling van het prae-advies „Drinkwa
tervoorziening van Nederland, nu en straks" op het
33e Congres voor Openbare Gezondheidsregeling in
1928 (Tijdschrift voor Sociale Hygiëne, jaargang
1928).
Daarna heeft de Regeering in 1931 aan de Cen
trale Commissie voor Drinkwatervoorziening op
dracht verstrekt, richtlijnen aan te geven voor de
drinkwatervoorziening van het dichtbevolkte Wes
ten des lands, waartoe de Centrale Commissie de
Commissie Drinkwatervoorziening Westen des lands
heeft ingesteld.
De waterbehoefte voor het Westen des lands
(Noord-Holland tot het Marsdiep, Zuid-Holland tot
het Hollandsch Diep, Utrecht tot de Eem) is nage
gaan voor het jaar 2000, gebaseerd op een raming
van den bevolkingsaanwas en van het waterver
bruik per hoofd, dat belangrijk boven het huidige
verbruik zal stijgen.
Aangenomen mag worden dat buiten het Wes
ten des lands de voor verre toekomst noodige wa-
terhoeveelheden zonder bezwaar uit den onder
grond kunnen worden gewonnen.
Het waterverbruik voor het Westen des lands in
het jaar 2000 is geschat op 385 millioen m3. per jaar
(thans bedraagt het 150 millioen m3.; het totale
waterverbruik voor Nederland bedraagt thans 230
millioen m3. per jaar).
Voor het Westen zal slechts een deel van de wa
terbehoefte door het gebruik van grondwater kun
nen worden gedekt, het grootste deel zal aan het
oppervlaktewater moeten worden ontleend.
Als bronnen voor de watervoorziening voor het
Westen des lands komen in aanmerking: grondwater
in en buiten de duinen; de Utrechtseh-Gooische
heuvelrug; het Hollandsch-Utrechtsche polderland,
de streek langs de Lek (Vreeswijk-Bergambacht),
de Veluwe, en het oppervlaktewater van groote ri
vieren en het IJselmeer.
Het behoud van de duinwaterwinning is van es
sentieel belang voor de drinkwatervoorziening van
Nederland. De wateronttrekking aan de duinen be
hoort op zoodanige wijze te geschieden, dat de
daaraan verbonden bezwaren voor de duinvegetatie
en de cultuur aan den binnenvoet tot een minimum
beperkt blijven. Sommige duinwaterleidingsbedrij
ven zullen de productie van duinwater moeten be
perken, andere zullen die zonder overwegend be
zwaar nog kunnen uitbreiden; de totale aan de dui
nen ontti-okken hoeveelheid grondwater bedraagt
thans 50 millioen M3. per jaar en is niet voor uit
breiding vatbaar
De grondwateronttrekking buiten de duinen ten
behoeve van het Westen des lands omvat thans 30
millioen m3. per jaar. Deze hoeveelheid kan tot de
onder V vermelde 105 millioen worden opgevoerd,
waai'bij door oordeelkundige uitvoering schade aan
land-, tuinen en boschbouw kan worden vermeden.
De oppervlaktewaterwinning (thans 60 millioen
m3. per jaar) zal voor het Westen des lands in de
toekomst de voornaamste bron moeten worden (230
millioen in het jaar 2000). Daartoe komt vooi-al in
aanmerking de Lek tusschen Schoonhoven en Krim
pen, in de tweede plaats ook de Waal en de Maas.
Er is een ruim voldoende hoeveelheid oppervlakte
water voor de toekomstige behoefte beschikbaar.
De Rijn vormt den voornaamsten aanvoer. Der
halve dient door internationaal overleg en nationale
OMDAT uw lever niet
voldoende
L E V E R - G A L
afscheidt.
Als u zich afgemat en lusteloos gevoelt, ligt in negen
van de tien gevallen de oorzaak in de opeenhooping van
onverteerde giftige stoffen ln Uw lichaam. Het is de
taak van uw lever om eiken dag een liter lever-gal in uw
ingewanden te doen vloeion. want deze verteert en
verwijdert al die overtollige stoffen, die slechte spijs
vertering. hoofdpijn, verstopping, maagzuur en rheuma-
tiek veroorzaken.
Een paar van diekleine. zuiverplantaardigeCARTER'S
LEVER-PILLETJES zijn voldoende om uw lever aan
't werk te zetten, zoodat de lever-gal uw lichaam van
binnen schoon kan houden en u zich weer een geheel
ander mensch voelt. Vraagt Carters Lever-Pilletjes
bij apothekers en drogisten, f. 0.75. 1
L EVER - PILLETJ ES
(Adv. Ingez. Med.)
maatregelen tegen verontreiniging van den Rijn te
worden gewaakt.
Het IJselmeer is een zoetwatermeer geworden en
kan bij doeltreffende maatregelen, o.a. oordeel
kundige uitvoering van de zuidelijke inpolderingen
zoet blijven. Het bezit van dit meer moet voor
de toekomstige drinkwatervoorziening van zeer
groot belang worden geacht.
Het. is niet uitgesloten, dat de boezem- en polder
wateren in Noord- en Zuid-Holland aan de drink
watervoorziening dienstbaar kunnen worden ge
maakt; daartoe zouden echter tal van bezwaren van
waterstaatkundigen aard moeten worden overwon
nen.
Het oppervlaktewater kan wellicht voor irrigatie
in duinen en andere grondwaterwinplaatsen wor
den gebezigd.
Het rapport over het Westen des lands geeft een
uitgewerkte wettelijke regeling voor de bescher
ming van de bronnen voor de drinkwatervoorzie
ning en voor een rationeel gebruik daarvan.
Een dergelijke regeling, die zij het in gewijzig-
den vorm onder de huidige omstandigheden ver
moedelijk spoedig kan worden verwezenlijkt, zal een
belangrijk element vormen voor de nationale drink-
waterpolitiek.
De regeling beoogt het door de Rijksoverheid
aanwijzen van landgebieden en wateren als zijnde
van algemeen belang voor de drinkwatervoorziening
en het beperken van de vrijheid om in die gebie
den water te onttrekken, afvalwater te loozen, af
gravingen uit te voeren, te bouwen en andere han
delingen te verrichten, die met het belang der
drinkwatervoorziening in strijd kunnen zijn.
Ter dekking van de kosten o.a. van schade
vergoeding zal een waterleidingfonds worden ge
sticht.
De thans bestaande provinciale waterleidingver
ordeningen dienen door een Rijksregeling te wor
den aangevuld of vervangen. Evenals voor de elec-
triciteitsvoorziening zal een Rijksconcessieregeling
met naastingsmogelijkheid in het leven moeten
worden geroepen. Daarbij dient ook het hygiënisch
toezicht op de waterleidingen te worden verbeterd.
De voorziening van de nog niet aangesloten ge
bieden moet door een subsidieregeling worden op
gelost. Het belang van de uitvoering van waterlei-
dingwerken voor de werkverruiming en de werk
verschaffing kan daarbij als grondslag dienen.
VERLENGING TERMIJN ONBEWOONBAAR
VERKLARING
In de vergadering van den Raad van Haarlem
van 3 April 1940 werd besloten de woningen Bak-
kumstraat no. 8, Brouwersvaart nos. 102 en 104, Be
gijnhof nos. 21 boven en 23 boven, Harmenjansweg
no. 57C, Kenaustraat no. 8C, Kennemerstraat no. 12
Lange Poellaan no. 30 en 32, Sophiastraat no. 49 en
Zuider Buiten Spaarne W.Z. nos. 34A, 34B, 34C,
34D 34F 34G onbewoonbaar te verldaren.De termijn
van ontruiming verstrijkt 16 November a.s.
De bewoners hebben nog geen andere hun pas
sende woning gevonden en zullen daarin binnen
den gestelden termijn vermoedelijk ook niet slagen.
In verband hiermede stellen "B. en W. van Haar
lem den Raad voor, den termijn van ontruiming met
één jaar te verlengen.
NIEUWE UITGAVEN.
VORDERINGEN EN INKWAR
TIERINGEN.
Bij de N.V. Drukkerij en Uitgeverij van de Er
ven J. J. Tijl te Zwolle is verschenen: „Vorderin
gen en inkwartieringen Duitsche Weermacht", door
inr. J. Heusdens, commies bij het Departement
van Binnenlandsche Zaken en J. P. Scheepmaker,
officier van administratie le klasse der Ned. Ma
rine. Het boekje bevat toelichtingen op de verorde
ningen 49/1940 en 50/1940 van den Rijkscommis
saris voor het bezette Nederlandsche gebied, Veel
vraagpunten worden er in behandeld.
HET VLEESCH.
Het verbruik in Haarlem en omge
ving is na de invoering der distributie
weinig verminderd, omdat er nog vrij
schapen- en paardenvleesch te
koop is.
Een weekrantsoen vleesch 500 gram, waar
onder dan ook nog been begrepen is kan een
winkelende huismoeder, indien ze althans geen
groot gezin heeft, gemakkelijk in haar boodschap
pentasch bergen. Maar ook nu geldt nog de regel,
dat vele kleintjes één 'groote maken. In Haarlem
en omgeving wonen meer dan een kwart millioen
menschen en ons Openbaar Slachthuis moet zorgen
dat die allen hun pondje krijgen. Dat wil dus zeg
gen 125.000 K.G. vleesch. En daarmee is men
nog niet aan het einde, want er wordt nog heel
wat vleesch buiten de distributie gegeten.
Ter voorkoming van misverstand willen wij
dadelijk zeggen, dat daarbij niet gedacht behoeft
te worden aan clandestien slachten. Wie den vorigen
oorlog heeft meegemaakt, herinenrt zich, dat er, toen
er heel weinig vleesch gedistribueerd werd, nog al
eens dieren in het verborgene geslacht werden. Dit
vleesch, dat dus niet gekeurd was en dat ook ge
vaar voor de gezondheid kon opleveren, werd soms
verkocht voor 5 gulden per pond. Nu in de distri
butie nog een vrij behoorlijk rantsoen rund-,
kali's- en varlcensvleesch gegeven wordt en men
bovendien nog ter aanvulling net zooveel paarden-
en schapen vleesch kan koopen als men wil (en
geld heeft!) is er geen kans dat zulke clandestiene
slachters zaken maken. Alleen één geval is bekend,
een half ziek varken werd door een knors ge
slacht om menschen die van hamsteren hielden een
extra boutje voor den komenden winter te bezor
gen. Maar die hamsteraars hebben er geen baat
bij gevonden, want het vleesch bleek bedorven te
zijn. Ze waren dus vele guldens armer en
slechts één ervaring rijker!
Dat 1.25.000 K.G. rund- en varkensvleesch een
heele boel is, hebben wij Donderdagmiddag ge
constateerd toen wij een kijkje namen in het Open
baar Slachthuis. Daar hingen al honderden dieren
klaar om naar de slagerswinkels gebracht te wor
den en nog borgen de slachters hun schietwapens
en messen niet op. Nog meer dieren moesten hun
•gedwongen bijdrage leveren aan de vleeschvoorzie-
nnig in dit gebied.
Het deed eigenaardig aan dat in het Slacht
huis, niettegenstaande er vleeschrantsoeneering is,
zoo'n groote drukte heerschte. Toen wij den direc
teur daarnaar vroegen kregen wij ten antwoord
Het is in dezen tijd van het jaar altijd druk in
de slachthuizen, omdat de weide-tijd dan afloopen
is en de boeren veel vee ten verkoop bieden, om
dat zij het op stal niet kunnen voederen. Dit
verschijnsel doet zich nu nog in sterkere mate
voor omdat er immers gebrek aan voeder is.
Het klinkt zoo vervolgde dr. F. P. Keijser
vreemd, maar ook al is er vleeschdistributie, wij
slachten nu niet minder dieren dan vroeger. De
burgerij krijgt door de rantsoeneering minder
rund-, galfs- en varkensvleesch, maai- de menschen
die het betalen kunnen koopen ter aanvulling van
het rantsoen paarden- en sehapenvleesch. Er wor
den dan ook hel wat meer schapen en paarden
geslacht dan voor den oorlog. Vroeger steeg het
aantal schapen zelden boven de 290, na de distri
butie wijzen de weeklijstjes getallen aan van 600 en
700.
In den loop der jaren was het gebruik van
paardenvleesch in onze stad sterk achteruitgegaan,
er werden gemiddeld niet meer dan 10 rossinanten
naar het Slachthuis gebracht, maar nu vermelden
de weekstaten cijfers van 22 en 24.
Nu er nog paarden- en sehapenvleesch buiten
de distributie te koop is, is het vlceschgrbruik
te Haarlem sinds de invoering van de vleesch
rantsoeneering nog niet sterk gedaald.
Wel bestaat zekerheid dat het verbruik van rund-
kalfs-. en varkensvleesch verminderd is tot onge
veer 70het percentage dat algemeen wordt aan
genomen voor de beperking als een gevolg van de
rantsoeneering.
Het aantal varkens dat geslacht wordt is slechts
50% van de hoeveelheid die in andere jaren ver
bruikt werd, maar er komt nog bij dat de varkens
nu slechts 85 K.G. wegen, terwijl zij vroeger wel
de 125 KG haalden. In consumptie komt dus niet
veel meer dan een kwart van het vroegere ver
bruik aan varkensvleesch. De Veehouderij Cen
trale. die de vleeschdistributie regelt laat nu
verhouding evenwel meer koeien slachten om in
het tekort aan varkensvleesch te voorzien.
De vleeschdistributie is zoo geregeld, dat het on
mogelijk is rund-, kalfs- of varkensvleesch zonder
bonnen te koopen. Er kan evenwel aangenomen
worden dat goed-gesitueerden vleeschbonnen krij
gen van armere gezinnen die niet in staat zijn vooi
al hun bonnen vleesch te 'koopen. Er mag geen
handel in bonnen gedreven worden, want dan komt
men in aanraking met den strafrechter, maar ei
is niet veel tegen te doen als een mevrouw brood
bonnen aan de moeder van haar dienstbode geefi
en daarvoor in ruil vleeschbonnen krijgt.
Die ruilhandel heeft mede ten gevolge dat hei
vleeschverbruik niet sterk gedaald is, niettegen
staande er vleeschdistributie is.
Geweldige hoeveelheden bloemkool worden thans op de veilingen in West-Friesland aangevoerd. Schuiten vol arrivecren bij de hallen in
Bovenkarspel-Grootebcoek. (Foto Pax Holland.).
Vooral in de laatste jaren zijn van de Zinnia's,
door kruising van de oorspronkelijke soorten, Zinnia
Haageana en Zinnia elegans, zooveel nieuwe, mooie
en vaak zeer grootbloemige variëteiten gekweekt»
dat ze weer zeer in de mode zijn gekomen.
Niet alleen voor den tuin, maar ook in de bloe
menwinkels is het een zeer veel gevraagde bloem.
En geen wonder. De mooie gave vorm van de
bloem, die door den stevigen stengel fier omhoog
wordt geheven, de ontelbare nuances in de fijne
pastelkleuren, maken deze bloemen bij uitstek ge
schikt voor zeer mooie bouquetten.
De verscheidenheid in de tinten der bloemen
is zoo veelvuldig, dat wij bij den bloemist gemakke
lijker tien Zinnia's, alle van onderling verschillende
kleuren zullen krijgen, dan tien van dezelfde kleur.
Wanneer we Zinnia's in den tuin hebben, zullen
we er ook naar hartelust snijbloemen van kunnen
plukken, want ze bloeien zeer rijk.
Zinnia's groeien in iederen voedzamen tuingrond.
De stevigheid der planten en de grootte der bloemen
worden echter gunstig beïnvloed door een extra be
mesting. Ook voldoende vochtigheid zal de grootte
en sterkte der bloemen bevoordeelen. De planten
doen het echter ook onder minder goede condities,
alleen zijn ze dan iets teerder en minder uitge
groeid.
Zinnia's hebben behoefte aan veel zon. Er zal
wel geen hoekje in onzen tuin mooier zijn dan een
goedbemeste strook grond met Zinnia's. Wanneer
de zon ze beschijnt en de zachte pastelkleuren extra
tot hun recht laat komen, maken de stevige planten,
met hun groote bloemen op hooge ranke stelen, een
majestueuzen indruk.
(Foto archief H. D.).
De kleuren varieeren van wit, geel, oranje tot
goudbruin, van rose, zalmrose tot scharlakenrood
en van mauve, violet tot purper.
De planten bloeien van Juli tot October. Meestal
worden ze in MaartApril onder glas gezaaid.
Men kan ze echter ook in AprilMei buiten uit
zaaien in den vollen grond.
Er bestaan behalve verschillen in de bloemkleur
ook variëteiten van verschillende hoogte der plan
ten. De hoogste variëteiten bereiken ongeveer een
hoogte van een meter. De laagste blijven ongeveer
dertig centimeter.
Mijns inziens zijn de hooge variëteiten verreweg
het meest te verkiezen. Maar wanneer men ze als
lagen rand voor andere bloemen of langs heesters
wil planten, zijn de lagere planten aan te bevelen.
Het fiere en vorstelijke van de plant komt echter
bij de hoogere variëteiten het beste tot uitdrukking.
A. J. D.
Het is de vraag hoe lang er nog voldoende
paarden en schapen voor de slacht worden aange
boden om te dienen als aanvulling van het vleesch-
rantsoen. De prijzen zijn al sterk gestegen. Voor
een schaap dat in den normalen tijd 20 opbracht,
wordt nu al 50 .betaald. Op den duur zal, dat
kan niet uitblijven, het aanbod sterk verminderen,
zoodat men dan vrijwel uitsluitend zal zijn aan
gewezen op het vleesch der distributie.
„Het huis der gebroken harten".
AMSTERDAM, 25 October. De tooneelgroep
„Studio" onder leiding van Albert van Dalsum
en Paul Storm heeft zich vanavond aan het pu
bliek voorgesteld met het tooneelspel „Het huis
der gebroken harten" van G. Bernhard Shaw.
Het was in drieerlei opzichten een première.
Het stuk was voor Nederland nieuw, het muziek-
lyceum, waarin de opvoering geschiedde, was nog
nimmer als schouwburg gebruikt en het gezel
schap. overigens bestaande uit spelers, die reeds
een ruime tooneelloopbaan achter den rug heb
ben, was nieuw.
Bij de première wordt bepaald of een stuk zal
vallen of dat het een succes zal worden, zegt men
in tooneelkringen en zoo dit waarheid mag zijn,
staat nu reeds vast, dat zoowel het gezelschap,
het muzieklyceum als schouwburg en „Het huis
der gebroken harten" successen zullen worden.
(A.N.P.)
Streng optreden tegen overtreders
van het slachtverbod
Het A.N.P. meldt: Aangezien is gebleken, dat
op sommige plaatsen het slachtverbod wordt
overtreden, ten gevolge waarvan vleesch zonder
bon wordt afgeleverd, wordt door het rijksbureau
voor de voedselvoorziening in oorlogstijd uitdruk
kelijk de aandacht er op gevestigd, dat zeer
streng tegen deze overtreders zal worden opge
treden. Behalve dat tegen den landbouwer, die
zich schuldig maakt aan een overtreding van het
slachtverbod op de gewone wijze een vervolging
zal worden ingesteld, zal de landbouwcrisis-orga
nisatie, waarbij hij is aangesloten van haar be
voegdheid gebruikmaken om hem als georgani
seerde te schorsen, waardoor hem de uitoefening
van zijn bedrijf geheel onmogelijk kan worden
gemaakt.
De handelaar, die zich aan overtredingen als
bovenbedoeld schuldig maakt, zal van de levering
aan de Nederlandsche Veehouderij centrale wor
den uitgesloten. Hetzelfde zal geschieden met een
anderen handelaar, die voor hem zou optreden
of voor hem vee aan de Nederlandsche Veehou
derijcentrale zou trachten te leveren.
Indien een slager zich aan overtreding van het
slachtverbod schuldig maakt, zal hij, behalve dat
hij op de gewone wijze vervolgd wordt, geen toe
wijzing voor rund- of varkensvleesch meer ont
vangen, waardoor hij zijn bedrijf niet meer zal
kunnen uitoefenen.
Het voorgaande moge een ernstige waarschu
wing zijn voor al diegenen, d'Ie nog niet inzien,
dat overtredingen als hierbedoeld in de huidige
tijdsomstandigheden de voedselvoorziening van
het geheele volk ernstig in gevaar brengen en
derhalve volstrekt ontoelaatbaar moeten worden
geacht.