Gezellige wintermode Het menu van den dag RADOX De vreemde Erfenis ONS KNIPPATROON. AB'S AVONTUREN ZATKRPA'G 26 OCTOBER" 194Ö HXXEE.EM'S DAOB'EAD Wilt u in een enkel woord de wintermode 19401941 beschreven? Welaan dan. Ze is een voudig, practisch, gemakkelijk te dragen, zonder nochtans somber of streng te zijn. De rokken blijven kort, doch vertoonen minder plooien, dit laatste natuurlijk met 't oog op de punten. Steeds moderner worden de hemdblouses, terwijl de blouse in 't algemeen hoogtij viert hoe kan het ook anders, nu immers van iedere jurk van 't vorige jaar steevast nog een rokje wordt ge maakt? Deze aardige blousjes zijn deels van sportieve stoffen gemaakt, deels zeer gekled. De figuur draagt een blouse, samengesteld uit twee soorten stof, bijv. tafzij met velours of zwarte zij met een inzet stuk van een mooie Schotsche ruit; de figuur rechts, een japon van donkere zijde waarvan het lijfje 't idee van een blouse geeft. Let op de zeer nauwe ceintuur en de origineele zakjes! Ook de beide mantels worden gekenmerkt door den uitersten eenvoud. De lichtgekleurde wollen mantel links is interessant door het verloop van de plooien, welke aan dezen mantel een zeer sportief karakter geven. De kraag en het voorstuk van de ceintuun af knnen ook met bont worden gegarneerd. Rechts: Mantel met bontkraag. Kleur donker marineblauw, met plooien aan mouwen en voor zijde. BLEEKSELDERIJ MET MERGBROODJES. door Martine Wittop Koning. Voor ongeveer 4 personen: 3 struiken bleeksel derij, 2 bouillonblokjes, 30 gr. boter, ongeveer 25 gr (21/2 afgestreken eetlepel) aardappelmeel, wat zout, wat geraspte kaos; 10 ronde stukjes geroos terd brood, een gespleten mergpijp, wat peper, wat gehakte peterselie. Snijd van de selderijstruiken het bovengedeelte (de bladeren dus en de dunnere stengels) weg en bewaar dit voor een selderijsoep. Snijd de overge bleven onderstukken (o ngeveer 20 c.M. lang) in de lengte doormidden, schrap de stengels af en kook de stukken in wat water met zout gaar (i/2 a 3/4 uur). Laat ze op een vergiet uitlekken, maar houd ze intusschen-warm (b.v. op een ketel of een pan met kokend water). Meet het kooknat af en voeg er als het noodig blijkt zooveel water bij, dat in het geheel 4 d.L. vocht beschikbaar is; los daarin de bouillonblokjes op, bind de vloeistof met het aangemengde aard appelmeel en roer er de in kleine klontjes verdeel de boter door. Schik de selderij stukken op een verwarmden schotel, bedek ze met de saus en strooi er de ge raspte kaas over. Laat het uit de mergpijp genomen merg, in nette schijfjes gesneden, een oogenblikje op de schuim spaan in kokend water doorschijnend worden; leg op elk rondje geroosterd brood een plakje merg, bestrooi dit met wat peper en zout en leg in het midden een plukje gehakte peterselie. Schik de mergbroodjes als omranding langs de selderij. Presenteer bij dezen schotel geen vleesch en geen aardappelen, maar dien hem afzonderlijk op. Zorg voor het behoud van een STRALEND JEUGDIGE TEINT. Doe wat Radox in Uw wasehwater. Dat voorkomt en verwijdert vetwormpjes. puistjes en vlekkerigheid en houdt Uw huid jeugdigen gezond. - Bovendien spaart het zeep. als ge wat Radox in Uw wasehwater doet. Bij apoth. en drog. 41 ct. en 15 ct. ine:, verh. O.B. (Adv. Ingez. Med.) Roman van HERBERT STEUN MANN. Bewerkt door LIZZY VEEN. (Nadruk verboden) 7) Naar Ridagshausen, zegt hij tot den chauf feur. De dagen gaan voorbij, de Wengers hebben de handen vol met hun voorbereidingen voor de reis en vooral Gertrude is onvermoeibaar. Een koorstachtige onrust is over haar gekomen, waar zijn de rust en de stilte van het kleine huis gebleven? Het lijkt wel op een groot hotel, overal staan volgepakte, koffers en vele menschen komen en gaan. Vaak komen er ook telefonische berich ten voor de Wengers bij mevrouw Wolter. Dan moet iemand gauw naar mevrouw Wolter. Meestal is het Gertrude. Maar nooit ziet zij Koert, het is alsof hij haar ontwijkt, alsof hij haar ontvlucht. Want nergens is hij meer te zien, niet in den win kel, noch buiten in den tuin. Met den tijd komt haar dit griezelig voor en eindelijk vat zij moed, zij moet er met mevrouw Wolter overspreken. Zij is weer eens naar den kleinen winkel gegaan om een telefoongesprek te voeren. Met gebogen hoofd, zonder Gertrude aan te kijken, veegt mevrouw Wolter over de toonbank hoewel daar heelemaal niets af te vegen is Gertrude blijft voor haar staan. Mevrouw Wolter, kan ik Koert niet even spreken? Ik heb hem sedert dagen niet gezien. Hij is toch niet ziek? Mevrouw Wolter heft het hoofd op en kijkt het blonde meisje ernstig en zwijgend aan. Er ligt een zwijgende aanklacht in haar blik. Gertrude voelt een angstig vermoeden. In 's hemelsnaam, mevrouw Wolter, lieve mevrouw Wolter. spreekt u dan toch. wat is er met Koert? Is hem iets overkomen, ik zie hem niet meer? VOOR DE KINDEREN. De rook van het houtvuurtje vond een goeden uitweg naar buiten. Hoog stegen de rookwolken op naar den nachtelijken hemel. Buiten de ge vangenis van Ab en Dib was alles stil. Geen voetstap liet zich Jiooren. Geen enkele vogel gaf geluid, alles scheen te slapen. Waar waren al die mannen gebleven? Toch sliepen niet allen. Op zee aan den horizon naderde een schip. Een witte rookpluim kwam uit den dikken schoorsteen. Het leek nog maar een speelgoedscheepje, zoo ver was het van de kust verwijderd. Een bitter lachje komt om den mond van de vrouw. Waar hij is? Weg is hij! De wijde wereld ingegaan. Weggeloopen. Opgewonden kijkt Gertrude haar aan. Weggeloopen is hij, omdat het hem te goed ging bij zijn moeder! Maar het zal hem geen zegen brengen. Hij zal niet ver komen en gauw terug zijn. Nu weet u alles wat u weten wilt en vragen wie de schuld hiervan is, behoeft u zeker niet te doen. Het is gedaan met mevrouw Wolter's zelf- beheersching, zij richt zich op, haar lippen beven en haar oogen vlammen. Ga weg, ga dan toch weg! Gertrude slikt alles wat haar in den mond komt in. De toorn om de onrechtvaardige aanklacht, de zorg om Koert en de gedachten van liefde. Antwoorden kan zij niet, zwijgend gaat zij terug naar het witte huis met het roode dak. Zij heeft maar één verlangen, weg, zoo spoedig mogelijk weg van dit alles! Maar ér vergaat toch nog een aantal dagen eer de Wengers eindelijk reisvaardig zijn. Er is niets meer aan te doen. De plaatsen op het schip zijn besproken. Het huis en de tuin zijn onder de hoede van Detleven gesteld. Zoo reizen zij af, be geleid door Higgens en Miss Keele. Niets heeft hen verontrust, zij hebben niets meer gehoord en er is nergens meer over gespro ken. Zij hebben niets meer van „Death", noch van den kleinen, armoedigen man gehoord. Rust voor den storm, heeft Higgens met sa mengetrokken wenkbrauwen gezegd, toen Hans hem op het uitblijven van al de geheimzinnige dreigingen opmerkzaam maakte. De tijd van de rollende wielen en de trillende scheepsplanken komt, de tijd, dat een vloed van nieuwe indrukken dagelijks en op ieder uur op de Wengers aanstormt. Er komt een dag, dat de boot, die hen over den Oceaan bracht, aan de kade van Hoboken gemeerd ligt En weer komen rollende wielen. De enorme uitgestrektheid van Amerika ontrolt zich aan hun oogen, met zijn lawaaiende steden en donkere bergwouden, zijn breede rivieren en zijn bebouwde velden en zijn prairiën. Langs de rails van den beroemden Union Pacific rijden zij van Staat naar Staat, steeds westwaarts. Tot zij op een dag bij Cannyon in Colorado komen. Naar Denver gaat het, de Wat maakt ge van uw Ontbijt en Twaalfuurtje? Niet lang geleden schreef dr. Van Schelven zijn populaire boek: „Wat maakt ge van uw leven?' en met een kleine variatie hierop zouden we thans een weliswaar ietwat prozaïscher, doch stellig niet minder actueel vraagstuk kunnen aanroeren en wel: „Wat maakt ge van uw maaltijden?". Ja wanneer ge tot die lieden behoort, die hun zeven sneden oorlogsbrood verdeelen over ontbijt, twaalf uurtje en mogelijk nog het „hapje voor 's avonds laat" en wanneer ge dan daarbij hardnekkig de steeds slapper wordende thee en koffie drinkt, dan is het waarlijk geen wonder, dat ge zoekt naar wat afwisseling. Èn duswaarom zoudt ge niet eens ondernemend zijn, eens van het oude afstappen en kennis maken met wat minder bekende, maar dik wijls uiterst waardevolle en smakelijke producten van onzen bodem, die ontbijt en twaalfuurtje kun nen maken tot maaltijden, die zélfs afwisselender, voedzamer en lekkerder zijn dan die van vroeger, waar ge zoo aan vasthoudt? Een der grootste attracties van uw buitenland- sche reizen was stellig het nieuwe, zoo geheel andere voedsel, dan men thuis gewend was. Welnu hoewel ge thans niet kunt reizen, behoeft ge u toch die eene aardige zijde van het vroegere va- cantie-uitstapje niet te ontzeggen, want ook thuis kunt ge andere, origineele en smakelijke gerech ten maken, die de dagelijksche sleur onderbreken. Het is immers niet anders dan een zekere laksheid, steeds een zeker deel onzer producten te gebrui ken en een ander, even lekker en even waarde vol doel, te negeeren! Er bestaan ontbijtgerechten als gort met karnemelk, gortebrij, hangop, haver mout met vruchten en havermoutpap, kastanjepap en boekweitegrutten met karnemelk. Maar er dus eens gebruik van! Melk is het meest waardevolle voedsel en in combinatie met de een of andere graansoort vormt ze zelfs een uit voedingsoogpunt volmaakt geheel! Ook voor het twaalfuurtje levert onze eigen bo dem alle mogelijke producten. We kunnen b.v. voor het middagmaal meer groenten en aardappelen koken dan gewoonlijk en het restje om twaalf uur verwerken tot een smakelijke salade of tot een warm hapje. Voor het slaatje voegen we er wat rauwe groenten als: kropsalade, andijvie, geraspte wortel, tomaat, ramenas, radijs en als slasaus hangop, yoghurt of botermayonnaise bij, daar res ten in voedingswaarde achterstaan bij versche pro ducten. Voor het warme hapje maken we gebruik van wat geraspte winterwortel, geraspte kool, fijn gesneden rauw lof, een scheutje warme melk en wat geraspte kaas. Op deze wijze worden ontbijt en twaalfuurtje niet alleen waardevoller dan vroe ger, doch bovendien zorgen we er zoodoende voor, dat er evenwicht ontstaat tusschen hetgeen de Nederlandsche bodem opbrengt en hetgeen wij gebruiken voor onr- voeding. Tenslotte nog een recept voor een buitengewoon smakelijk twaalfuurhapje: TUINDERS? ANNEKOEK (recept van mej. A. J. Reiding, leerares koken en voedingsleer). Rest aardappelen, rest groente, 1 of 2 eieren, zout en nootmuskaat, wat melk, 40 gram (2 Plotseling sprong Dib overeind met een: „Hé, wat is dat?" Ook Ab sprong op. Zij staarden in een helderwitten lichtbundel. Beiden hadden den slaap nog in hun oogen. „Zeg, Dib," begon Ab, „daar heb je het weer. Ik geloof niet dat wij lang hebben geslapen op zijn hoogst een kwartiertje. Het gaat me nu toch wel een beetje vervelen, dat ze nu elk oogenblik onze cel gaan verlichten." „Ze doen het zeker ter eere van jou, Ab," plaagde Dib. oude goudgraversstad. Dan is het doel bereikt, r Denver heeft het circus „Excelsior", komend v Salt Lake City. zijn tenten opgeslagen. Van het station raast de groote, grijze auto, d hen heeft afgehaald in levensgevaarlijk temp door de straten van Denver, dat steunt onder c5 Junihitte. De auto neemt haar laatste bocht e gaat recht op haar doel af, een groot plein wae het circus is opgebouwd. Drie paar oogen gaa open van verwondering. Zoo hebben de Wenger het zich werkelijk niet voorgesteld! Dit is eer stad op zichzelf en een stad, die hun toebehoor! In het midden de reusachtige tent met palen er touwen vastgemaakt. Op de spits waait de Ame rikaansche vlag. Rondom is een wirwar van wa gens, tenten en van kleine en groote houten ge bouwen en alles is vol leven. Daar ginds wordt een groep prachtige paarder naar buiten geleid en in de buurt daarvan sleep' een olifant een zwaren wagen als een lucifers doosje achter zich aan, gehoorzamend op der wenk van den bruinen man. die op zijn nek zit Ginds hamert een veldsmid en verderop stamp' de machinewagen voor de verlichting. Er klink* gelach en geroep, gehinnik van paarden, trom petten van olifanten en ergens vandaan weer klinkt het gebrul van wilde dieren. Als de auto met een ruk voor den ingang var de groote tent stopt, stroomen de menschen samen. Het is een monsterkaart van volken die de Wengers begroet. Blanken, zwarten en koper- rooden. Een mulat in een knalgeel wollen vest. trekt zijn gezicht in een breeden grijns. Mannen in cowboy-kleeren trekken hun breedgerande hoeden van het hoofd. Girls in witte trainings pakken vertoonen haar write tanden tusschen rood-geschminkte lippen en lachen en wenken Nu komt er ruimte tusschen de menigte. Higgens heeft hen allen zonder complimenten terzijde geduwd. Ruimte voor den chief! Verward en verdoofd door het lange reizen volgen de Wengers hem naar een grooten woonwagen. Deze is. als alle andere, blauw en rood geschil derd en draagt met reusachtig letters het op schrift „Excelsior". De raampjes zijn gesloten, geen rook komt uit den schoorsteen. afgestreken eetlepels) boter of vet, een uitje geraspte kool of derg. Wrijf de Aardappelen fijn en vermeng ze met de fijn gesneden groente, het geklopte ei en wat pepei en zout. Voeg zoo noodig melk melk toe, maar zorg dat de massa niet te nat wordt. Laat de boter in de koekenpan heet worden. Doe er de massa in en spreid deze zooveel mogelijk uit. Bak de massa als één koek aan weerskanten bruin (omkeeren mei behulp van een deksel). Aardige blouse, welke gemaakt vordt van dunne wollen stof, angora bijv. Het patroon wordt ge leverd met lange mouw en kraagje, maar kan ook op de aangegeven lijn verkort worden, zoo ook met de hals. Maakt men de blouse met de korte mouw, dan koopt men hiervoor een puntenvrij couponnetje van 90 cM., 130 cM. breed. Voor de lange mouw is echter 1.25 M. noodig van dezelfde breedte. Patronen in maat 42. Prijs van het patroon 26 ets. Het is van Maandag af gedurende een week ver krijgbaar aan de bureaux van dit blad Groote Houtstraat 93 en Soendaplein 37. „Zouden het wel onze bewakers zijn, die ons steeds zoo in het zonnetje zetten?" fluisterde Ab en hij deed of hij de plagerij van Dib niet hoorde. Maar floep! daar was het licht weer weg. „Het lijkt wel zoeklicht," fluister de nu Dib terug. Floep! Daar had je het weer. Floep, daar was het weer weg. Op de treden van het trapje naar den ingans aat een breedgeschouderde man. Uit zijn bleek rvallen gezicht steekt een scherpe neus naa >ren. Blond weerbarstig haar bedekt zijn hoofd i buigt afgemeten. Welkom directeur Wenger, welkom, welkom recteur junior en miss Wenger, moge uw werk zegend zijn. Vader Wenger kijkt verstoord, deze manier be lt hem niet erg. Dank u, zegt hij kort. Higgens stelt voor. Dit is Jaap Brouwers, een ouw en eerlijk leider, hoofdkassier, de man op ien uw broer zeer gesteld was. De man weert af. Tc veel eer, mister Hig ens, ik ben blij. dat ik het circus van dienst kor njn, maar nu hebben we weer een nieuwen chief Zijn blik gaat over het gezelschap. Hij neemt en sleutel uit zijn zak en ontsluit de deur. Eer :eur van stof en paarden slaat hen tegemoet. Neem bezit van uw nieuw tehuis, directeur •egt Jaap Brouwers feestelijk. dit was de wo- ring van uw broer. Langzaam gaat Karei Wenger de drie treden ->p. Dit zal nu zijn huis zijn, een onzekere op wie- en wankelende woonwagen én een even onzekere gevaarvolle dreigende toekomst Hij zet de tan den op elkaar en gaat de donkere mimte binnen Wij zullen weer een lichtleiding laten leggen directeur, zegt Brouwers. Wij hadden er geen vermoeden van, dat u zoo spoedig zoudt komen. Intusschen heeft Hans Wenger de vensters ge opend, het licht komt binnen. Een nieuw leven is voor de Wengers begonnen. Weliswaar een leven, waarover een zwarte drei ging hangt, een leven, waar gevaar naast hen gaat. Neen. het is nog lang niet overal licht in het circus „Excelsior". Hans Wenger heeft het niet lang in den woon wagen uitgehouden, waar zijn vader zich door Higgens en Brouwers alles laat uitleggen wat het zakelijk gebied van het circus betreft. Het is al beslist, dat vader Wenger zich met de kantoor zaken en de financiën van het circus zal be moeien. Want daarvan heeft hij. als hoofdboek houder, verstand. Weliswaar is hij ervan over tuigd, dat er tusschen de zaken van een conser- Magere groentesoep. Andij viestamppot mei tomatensaus. Rijst met pruimen. Andijviestamppot met tomatensaus. (voor 4 personen). 2 K.G. aardappelen, 2 pond andijvie, l/2 pond belegen kaas. 1 eetlepel zout, 50 gr. P/2 ons) boter (2V2 afgestr. eetl.) 40 gr. bloem (4 afgestr. eetl.) 400 gr. tomaten Ongeveer ^,'2 L. melk. Boen de aardappelen schoon met een harde borstel of met een pannenspons. Snijd ze in vieren en breng ze aan de kook met een bodem water (12 cM.) en het zout. Wasch intusschen de an dijvie en snijd ze in reepjes; snijd een gedeelte - zeer fijn. Doe na 10 minuten de andijvie bij de aardappelen, behalve de zeer fijngesneden andijvie. Meng deze pas door de stamppot als de aardappelen gaar zijn. Stamp dan alles doorelkaar, onder toe voeging van een paar kopjes melk, 1 afgestreken eetlepel boter en de geraspte kaas. Presenteer bij deze stamppot tomatensaus en bereid deze op de volgende wijze: Smelt IV2 afgestr. eetlepel boter, voeg hierbij j 4 afgestr. eetlepels bloem en roer beide tot een glad mengsel. Voeg langzamerhand het gezeefde nat van 400 gr. tomaten toe. Laat de saus even koken en maak ze af door toevoeging van zoo veel melk, dat V2 L- saus wordt verkregen. Maak de saus op smaak af met zout en peper. Rijst met pruimen. (voor 4 personen). 2 ons rijst. Ongeveer 12 pruimen. Suiker. Week de pruimen 24 uur in koud water, zet de rijst met dit water op en vul het bij tot 6 dL. en de pruimen, kook het gerecht 6 minuten voor en laat 't gedurende V/2 uur in de hooikist gaar wor- j den. Presenteer er suiker bij. RECHTER. De cirkelgang. Het ging om een vrouw in het zwart met 'n zwart hoedje op en een kattenbontje om, èn een mevrouw in het rose, met een rose hoedje en zonder kattenbontje. De Haarlemsche politierechter had het moeilijk met de dames, maar hij was er op voorbereid, want hij kende ze van vroeger. De vrouw in 't zwart was namelijk als eens ver oordeeld wegens beleediging van de buurvrouw in 't rose; vijftien heele guldens kwamen daarop te staan. Als protest tegen die veroordeeeling had de zwartgallige vrouw de stofzuiger boven den tuin van de mevrouw in 't rose geledigd, die toen hee lemaal rood werd. Tegen den man van de mevrouw riep ze „ma gere hengst". Het zaad voor een nieuw conflict werd uitgestrooid, en onafwendbaar ging 't af op een nieuwe catastrofe. De bom barstte op 30 Juni. Op het hekje voor 't huis van de mevrouw in 't rose zat haar zuster, niet bewust van nade rend onheil, te profiteeren van 't zonnetje en 't zoeltje. Het kleindochtertje van de vrouw in 't zwart liep langs en zei „Jopie heeft me gekrabt". Jopie was 't zoontje van de buurvrouw. Later kwam de grootmama er bij en zei tot 't kleindochtertje: „Krab hem de oogen uit zijn kop". En ze bedoelde de kleine Jopie. En toen moest Jopie's moeder ervan lusten. Ze was zus en ze was zoo, ze kon ,,'t heen en weer krijgen" en nog veel meer. De rechter informeerde correct naar de be- teekenis van de verschillende scheldwoorden, en vond dat men in dit opzicht nooit te oud wordt om te leeren. Helaas kon hij niet geheel bevredi gend worden voorgelicht. De officier: „Het heen en weer, dat u uw buur vrouw toewenscht, kunt u wel eens krijgen, me* vrouw, maar dan heen en weer naar Krommenie, van uw woonplaats weer hier naar toe, en wan neer U zoo doorgaat kan 't wel eens een enkele reis naar Haarlem worden ook!" De rechter beaamde dat en veroordeelde de vrouw in 't zwart, die praten kon dat 't iemand geel en groen voor de oogen werd. tot een voor waardelijke gevangenisstraf van 14 dagen en een boete van f 15. „Ik vind het onrechtvaardig" zei mevrouw, „waarom word ik nou gestraft en mijn buur vrouw niet?" Oh, cirkelgang van de ruzie! Zou een psycho loog kunnen uitroepen. Maar we hoeven ons hart niet meer vast te houden voor een hernieuwde stofzuigerlediging. Want de vrouw in 't zwart is verhuisd! Veel beter dan te straffen is nog de oorzaak der verkeerde dingen weg te nemen. Aldus is geschied. De cir kelgang is gesloten. enfabriek en die van 'n circus veel verschil be- taat. Gertrude zal zich met het huishouden en 'e keuken bemoeien, maar ook zij zal dat ziet zij ;u. zich in geheel andere verhoudingen moeten chikken. Hans, die verzocht heeft de leiding van het •ircus te mogen aanvaarden en de programma's •amen te stellen, is op zijn eersten rondgang. Het voorstel van Higgens om een beambte uit het cir cus mee te nemen, heeft hij afgeslagen. Ik zal het wel vinden en ik wil zelf en alleen rondkijken, heeft hij gezegd. Nu loopt hij naar de reusachtige tent, het ugenlijke middelpunt van 't circus „Excelsior". Natuurlijk is het bericht van de aankomst der .Vengers overal rond verteld. Hans wordt her kend en hier en daar gegroet. Maar ook hoonen- ■3e. wantrouwende en nijdige blikken worden op cem gericht. Overigens bekommert niemand zich om hem. Het goed georganiseerde bedrijf loopt rohijnbaar vanzelf Nog ziin de Wengers niets dan overcomplete lui in dit bedrijf Maar Hans be- ooft zichzelf dat dit anders zal worden. Als hij de groote tent binnen komt. ziet hy dat 3e gang achter de loeschouwersruimten, waar achter de manege ligt. bijna leeg is. Links van hem klinkt gehinnik van een paard, dan een 'ichte tred een heldere meisjeslach en het vloe ken van een ruwe mannenstem. Tegelijkertijd rent een zwartharig meisie van uit de ruitergang zij kijkt achter zich en lacht. Fijn. niet flink genoeg geweest! roept zij naar een nog onzichtbaren achtervolger Hans wil uitwijken, maar het meisie maakt eèn onverwachte beweging en valt tegen hem aan. Hartelijk welkom, miss. zegt Hans lachend', terwiil het meisje donkerrood wordt. O, noemt u mij niet kwalijk, stamelt zij. Op hetzelfde oogenblik verschijnt een nieuwe gestalte. Hi.i is een gespierde man van middel matige grootte, zijn breede borst is bedekt met een kleurig hemd en om den hals draagt hij een verkleurden doek Blond haar valt over zijn hoog, open voorhoofd Zijn beenen steken in een kleu rige pantalon (Wordt vervolgd) EEN VERSTANDIGE HUISVROUW maakt een zoutvoorraad. Zij koopt Jozo of Nezode praqtische verpakking houdt dit blanke zout kurkdroog (Adv. Ingez. Med.) HAARLEMSCHE POLITIE-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 6