Gezellige wintermode
Het menu van den dag
RADOX
De vreemde Erfenis
ONS KNIPPATROON.
AB'S AVONTUREN
ZATKRPA'G 26 OCTOBER" 194Ö
HXXEE.EM'S DAOB'EAD
Wilt u in een enkel woord de wintermode
19401941 beschreven? Welaan dan. Ze is een
voudig, practisch, gemakkelijk te dragen, zonder
nochtans somber of streng te zijn.
De rokken blijven kort, doch vertoonen minder
plooien, dit laatste natuurlijk met 't oog op de
punten. Steeds moderner worden de hemdblouses,
terwijl de blouse in 't algemeen hoogtij viert
hoe kan het ook anders, nu immers van iedere jurk
van 't vorige jaar steevast nog een rokje wordt ge
maakt?
Deze aardige blousjes zijn deels van sportieve
stoffen gemaakt, deels zeer gekled. De figuur draagt
een blouse, samengesteld uit twee soorten stof, bijv.
tafzij met velours of zwarte zij met een inzet stuk
van een mooie Schotsche ruit; de figuur rechts,
een japon van donkere zijde waarvan het lijfje
't idee van een blouse geeft. Let op de zeer nauwe
ceintuur en de origineele zakjes!
Ook de beide mantels worden gekenmerkt door
den uitersten eenvoud. De lichtgekleurde wollen
mantel links is interessant door het verloop van
de plooien, welke aan dezen mantel een zeer
sportief karakter geven. De kraag en het voorstuk
van de ceintuun af knnen ook met bont worden
gegarneerd.
Rechts: Mantel met bontkraag. Kleur donker
marineblauw, met plooien aan mouwen en voor
zijde.
BLEEKSELDERIJ MET MERGBROODJES.
door Martine Wittop Koning.
Voor ongeveer 4 personen: 3 struiken bleeksel
derij, 2 bouillonblokjes, 30 gr. boter, ongeveer 25
gr (21/2 afgestreken eetlepel) aardappelmeel, wat
zout, wat geraspte kaos; 10 ronde stukjes geroos
terd brood, een gespleten mergpijp, wat peper, wat
gehakte peterselie.
Snijd van de selderijstruiken het bovengedeelte
(de bladeren dus en de dunnere stengels) weg en
bewaar dit voor een selderijsoep. Snijd de overge
bleven onderstukken (o ngeveer 20 c.M. lang) in de
lengte doormidden, schrap de stengels af en kook
de stukken in wat water met zout gaar (i/2 a 3/4
uur). Laat ze op een vergiet uitlekken, maar houd
ze intusschen-warm (b.v. op een ketel of een pan
met kokend water).
Meet het kooknat af en voeg er als het noodig
blijkt zooveel water bij, dat in het geheel 4 d.L.
vocht beschikbaar is; los daarin de bouillonblokjes
op, bind de vloeistof met het aangemengde aard
appelmeel en roer er de in kleine klontjes verdeel
de boter door.
Schik de selderij stukken op een verwarmden
schotel, bedek ze met de saus en strooi er de ge
raspte kaas over.
Laat het uit de mergpijp genomen merg, in nette
schijfjes gesneden, een oogenblikje op de schuim
spaan in kokend water doorschijnend worden; leg
op elk rondje geroosterd brood een plakje merg,
bestrooi dit met wat peper en zout en leg in het
midden een plukje gehakte peterselie. Schik de
mergbroodjes als omranding langs de selderij.
Presenteer bij dezen schotel geen vleesch en geen
aardappelen, maar dien hem afzonderlijk op.
Zorg voor het behoud van een STRALEND
JEUGDIGE TEINT. Doe wat Radox in Uw
wasehwater. Dat voorkomt en verwijdert
vetwormpjes. puistjes en vlekkerigheid en
houdt Uw huid jeugdigen gezond. - Bovendien
spaart het zeep. als ge wat Radox in Uw
wasehwater doet.
Bij apoth. en drog. 41 ct. en 15 ct. ine:, verh. O.B.
(Adv. Ingez. Med.)
Roman van HERBERT STEUN MANN.
Bewerkt door
LIZZY VEEN.
(Nadruk verboden)
7)
Naar Ridagshausen, zegt hij tot den chauf
feur.
De dagen gaan voorbij, de Wengers hebben de
handen vol met hun voorbereidingen voor de
reis en vooral Gertrude is onvermoeibaar.
Een koorstachtige onrust is over haar gekomen,
waar zijn de rust en de stilte van het kleine huis
gebleven? Het lijkt wel op een groot hotel, overal
staan volgepakte, koffers en vele menschen komen
en gaan. Vaak komen er ook telefonische berich
ten voor de Wengers bij mevrouw Wolter. Dan
moet iemand gauw naar mevrouw Wolter. Meestal
is het Gertrude. Maar nooit ziet zij Koert, het is
alsof hij haar ontwijkt, alsof hij haar ontvlucht.
Want nergens is hij meer te zien, niet in den win
kel, noch buiten in den tuin.
Met den tijd komt haar dit griezelig voor en
eindelijk vat zij moed, zij moet er met mevrouw
Wolter overspreken. Zij is weer eens naar den
kleinen winkel gegaan om een telefoongesprek
te voeren. Met gebogen hoofd, zonder Gertrude
aan te kijken, veegt mevrouw Wolter over de
toonbank hoewel daar heelemaal niets af te vegen
is Gertrude blijft voor haar staan.
Mevrouw Wolter, kan ik Koert niet even
spreken? Ik heb hem sedert dagen niet gezien.
Hij is toch niet ziek?
Mevrouw Wolter heft het hoofd op en kijkt het
blonde meisje ernstig en zwijgend aan. Er ligt
een zwijgende aanklacht in haar blik.
Gertrude voelt een angstig vermoeden. In
's hemelsnaam, mevrouw Wolter, lieve mevrouw
Wolter. spreekt u dan toch. wat is er met Koert?
Is hem iets overkomen, ik zie hem niet meer?
VOOR DE KINDEREN.
De rook van het houtvuurtje vond
een goeden uitweg naar buiten. Hoog
stegen de rookwolken op naar den
nachtelijken hemel. Buiten de ge
vangenis van Ab en Dib was alles stil.
Geen voetstap liet zich Jiooren. Geen
enkele vogel gaf geluid, alles scheen
te slapen. Waar waren al die mannen
gebleven? Toch sliepen niet allen. Op
zee aan den horizon naderde een
schip. Een witte rookpluim kwam uit
den dikken schoorsteen. Het leek nog
maar een speelgoedscheepje, zoo ver
was het van de kust verwijderd.
Een bitter lachje komt om den mond van de
vrouw. Waar hij is? Weg is hij! De wijde
wereld ingegaan. Weggeloopen.
Opgewonden kijkt Gertrude haar aan.
Weggeloopen is hij, omdat het hem te goed
ging bij zijn moeder! Maar het zal hem geen zegen
brengen. Hij zal niet ver komen en gauw terug
zijn. Nu weet u alles wat u weten wilt en vragen
wie de schuld hiervan is, behoeft u zeker niet te
doen. Het is gedaan met mevrouw Wolter's zelf-
beheersching, zij richt zich op, haar lippen beven
en haar oogen vlammen. Ga weg, ga dan toch
weg!
Gertrude slikt alles wat haar in den mond komt
in. De toorn om de onrechtvaardige aanklacht,
de zorg om Koert en de gedachten van liefde.
Antwoorden kan zij niet, zwijgend gaat zij terug
naar het witte huis met het roode dak. Zij heeft
maar één verlangen, weg, zoo spoedig mogelijk
weg van dit alles!
Maar ér vergaat toch nog een aantal dagen eer
de Wengers eindelijk reisvaardig zijn. Er is niets
meer aan te doen. De plaatsen op het schip zijn
besproken. Het huis en de tuin zijn onder de
hoede van Detleven gesteld. Zoo reizen zij af, be
geleid door Higgens en Miss Keele.
Niets heeft hen verontrust, zij hebben niets
meer gehoord en er is nergens meer over gespro
ken. Zij hebben niets meer van „Death", noch van
den kleinen, armoedigen man gehoord.
Rust voor den storm, heeft Higgens met sa
mengetrokken wenkbrauwen gezegd, toen Hans
hem op het uitblijven van al de geheimzinnige
dreigingen opmerkzaam maakte.
De tijd van de rollende wielen en de trillende
scheepsplanken komt, de tijd, dat een vloed van
nieuwe indrukken dagelijks en op ieder uur op
de Wengers aanstormt. Er komt een dag, dat de
boot, die hen over den Oceaan bracht, aan de
kade van Hoboken gemeerd ligt En weer komen
rollende wielen. De enorme uitgestrektheid van
Amerika ontrolt zich aan hun oogen, met zijn
lawaaiende steden en donkere bergwouden, zijn
breede rivieren en zijn bebouwde velden en zijn
prairiën. Langs de rails van den beroemden
Union Pacific rijden zij van Staat naar Staat,
steeds westwaarts. Tot zij op een dag bij Cannyon
in Colorado komen. Naar Denver gaat het, de
Wat maakt ge van uw
Ontbijt en Twaalfuurtje?
Niet lang geleden schreef dr. Van Schelven zijn
populaire boek: „Wat maakt ge van uw leven?'
en met een kleine variatie hierop zouden we thans
een weliswaar ietwat prozaïscher, doch stellig niet
minder actueel vraagstuk kunnen aanroeren en
wel: „Wat maakt ge van uw maaltijden?". Ja
wanneer ge tot die lieden behoort, die hun zeven
sneden oorlogsbrood verdeelen over ontbijt, twaalf
uurtje en mogelijk nog het „hapje voor 's avonds
laat" en wanneer ge dan daarbij hardnekkig de
steeds slapper wordende thee en koffie drinkt, dan
is het waarlijk geen wonder, dat ge zoekt naar wat
afwisseling. Èn duswaarom zoudt ge niet eens
ondernemend zijn, eens van het oude afstappen en
kennis maken met wat minder bekende, maar dik
wijls uiterst waardevolle en smakelijke producten
van onzen bodem, die ontbijt en twaalfuurtje kun
nen maken tot maaltijden, die zélfs afwisselender,
voedzamer en lekkerder zijn dan die van vroeger,
waar ge zoo aan vasthoudt?
Een der grootste attracties van uw buitenland-
sche reizen was stellig het nieuwe, zoo geheel
andere voedsel, dan men thuis gewend was. Welnu
hoewel ge thans niet kunt reizen, behoeft ge u
toch die eene aardige zijde van het vroegere va-
cantie-uitstapje niet te ontzeggen, want ook thuis
kunt ge andere, origineele en smakelijke gerech
ten maken, die de dagelijksche sleur onderbreken.
Het is immers niet anders dan een zekere laksheid,
steeds een zeker deel onzer producten te gebrui
ken en een ander, even lekker en even waarde
vol doel, te negeeren! Er bestaan ontbijtgerechten
als gort met karnemelk, gortebrij, hangop, haver
mout met vruchten en havermoutpap, kastanjepap
en boekweitegrutten met karnemelk. Maar er dus
eens gebruik van! Melk is het meest waardevolle
voedsel en in combinatie met de een of andere
graansoort vormt ze zelfs een uit voedingsoogpunt
volmaakt geheel!
Ook voor het twaalfuurtje levert onze eigen bo
dem alle mogelijke producten. We kunnen b.v. voor
het middagmaal meer groenten en aardappelen
koken dan gewoonlijk en het restje om twaalf uur
verwerken tot een smakelijke salade of tot een
warm hapje. Voor het slaatje voegen we er wat
rauwe groenten als: kropsalade, andijvie, geraspte
wortel, tomaat, ramenas, radijs en als slasaus
hangop, yoghurt of botermayonnaise bij, daar res
ten in voedingswaarde achterstaan bij versche pro
ducten. Voor het warme hapje maken we gebruik
van wat geraspte winterwortel, geraspte kool, fijn
gesneden rauw lof, een scheutje warme melk en
wat geraspte kaas. Op deze wijze worden ontbijt
en twaalfuurtje niet alleen waardevoller dan vroe
ger, doch bovendien zorgen we er zoodoende voor,
dat er evenwicht ontstaat tusschen hetgeen de
Nederlandsche bodem opbrengt en hetgeen wij
gebruiken voor onr- voeding.
Tenslotte nog een recept voor een buitengewoon
smakelijk twaalfuurhapje:
TUINDERS? ANNEKOEK
(recept van mej. A. J. Reiding, leerares
koken en voedingsleer).
Rest aardappelen, rest groente, 1 of 2 eieren,
zout en nootmuskaat, wat melk, 40 gram (2
Plotseling sprong Dib overeind met
een: „Hé, wat is dat?" Ook Ab sprong
op. Zij staarden in een helderwitten
lichtbundel. Beiden hadden den slaap
nog in hun oogen.
„Zeg, Dib," begon Ab, „daar heb je
het weer. Ik geloof niet dat wij lang
hebben geslapen op zijn hoogst een
kwartiertje. Het gaat me nu toch wel
een beetje vervelen, dat ze nu elk
oogenblik onze cel gaan verlichten."
„Ze doen het zeker ter eere van
jou, Ab," plaagde Dib.
oude goudgraversstad. Dan is het doel bereikt, r
Denver heeft het circus „Excelsior", komend v
Salt Lake City. zijn tenten opgeslagen.
Van het station raast de groote, grijze auto, d
hen heeft afgehaald in levensgevaarlijk temp
door de straten van Denver, dat steunt onder c5
Junihitte. De auto neemt haar laatste bocht e
gaat recht op haar doel af, een groot plein wae
het circus is opgebouwd. Drie paar oogen gaa
open van verwondering. Zoo hebben de Wenger
het zich werkelijk niet voorgesteld! Dit is eer
stad op zichzelf en een stad, die hun toebehoor!
In het midden de reusachtige tent met palen er
touwen vastgemaakt. Op de spits waait de Ame
rikaansche vlag. Rondom is een wirwar van wa
gens, tenten en van kleine en groote houten ge
bouwen en alles is vol leven.
Daar ginds wordt een groep prachtige paarder
naar buiten geleid en in de buurt daarvan sleep'
een olifant een zwaren wagen als een lucifers
doosje achter zich aan, gehoorzamend op der
wenk van den bruinen man. die op zijn nek zit
Ginds hamert een veldsmid en verderop stamp'
de machinewagen voor de verlichting. Er klink*
gelach en geroep, gehinnik van paarden, trom
petten van olifanten en ergens vandaan weer
klinkt het gebrul van wilde dieren.
Als de auto met een ruk voor den ingang var
de groote tent stopt, stroomen de menschen
samen.
Het is een monsterkaart van volken die de
Wengers begroet. Blanken, zwarten en koper-
rooden. Een mulat in een knalgeel wollen vest.
trekt zijn gezicht in een breeden grijns. Mannen
in cowboy-kleeren trekken hun breedgerande
hoeden van het hoofd. Girls in witte trainings
pakken vertoonen haar write tanden tusschen
rood-geschminkte lippen en lachen en wenken
Nu komt er ruimte tusschen de menigte. Higgens
heeft hen allen zonder complimenten terzijde
geduwd.
Ruimte voor den chief!
Verward en verdoofd door het lange reizen volgen
de Wengers hem naar een grooten woonwagen.
Deze is. als alle andere, blauw en rood geschil
derd en draagt met reusachtig letters het op
schrift „Excelsior". De raampjes zijn gesloten,
geen rook komt uit den schoorsteen.
afgestreken eetlepels) boter of vet, een uitje
geraspte kool of derg.
Wrijf de Aardappelen fijn en vermeng ze met de
fijn gesneden groente, het geklopte ei en wat pepei
en zout. Voeg zoo noodig melk melk toe, maar zorg
dat de massa niet te nat wordt. Laat de boter in de
koekenpan heet worden. Doe er de massa in en
spreid deze zooveel mogelijk uit. Bak de massa als
één koek aan weerskanten bruin (omkeeren mei
behulp van een deksel).
Aardige blouse, welke gemaakt vordt van dunne
wollen stof, angora bijv. Het patroon wordt ge
leverd met lange mouw en kraagje, maar kan ook
op de aangegeven lijn verkort worden, zoo ook
met de hals.
Maakt men de blouse met de korte mouw, dan
koopt men hiervoor een puntenvrij couponnetje
van 90 cM., 130 cM. breed. Voor de lange mouw
is echter 1.25 M. noodig van dezelfde breedte.
Patronen in maat 42. Prijs van het patroon 26 ets.
Het is van Maandag af gedurende een week ver
krijgbaar aan de bureaux van dit blad Groote
Houtstraat 93 en Soendaplein 37.
„Zouden het wel onze bewakers
zijn, die ons steeds zoo in het zonnetje
zetten?" fluisterde Ab en hij deed of
hij de plagerij van Dib niet hoorde.
Maar floep! daar was het licht weer
weg.
„Het lijkt wel zoeklicht," fluister
de nu Dib terug.
Floep! Daar had je het weer. Floep,
daar was het weer weg.
Op de treden van het trapje naar den ingans
aat een breedgeschouderde man. Uit zijn bleek
rvallen gezicht steekt een scherpe neus naa
>ren. Blond weerbarstig haar bedekt zijn hoofd
i buigt afgemeten.
Welkom directeur Wenger, welkom, welkom
recteur junior en miss Wenger, moge uw werk
zegend zijn.
Vader Wenger kijkt verstoord, deze manier be
lt hem niet erg.
Dank u, zegt hij kort.
Higgens stelt voor. Dit is Jaap Brouwers, een
ouw en eerlijk leider, hoofdkassier, de man op
ien uw broer zeer gesteld was.
De man weert af. Tc veel eer, mister Hig
ens, ik ben blij. dat ik het circus van dienst kor
njn, maar nu hebben we weer een nieuwen chief
Zijn blik gaat over het gezelschap. Hij neemt
en sleutel uit zijn zak en ontsluit de deur. Eer
:eur van stof en paarden slaat hen tegemoet.
Neem bezit van uw nieuw tehuis, directeur
•egt Jaap Brouwers feestelijk. dit was de wo-
ring van uw broer.
Langzaam gaat Karei Wenger de drie treden
->p. Dit zal nu zijn huis zijn, een onzekere op wie-
en wankelende woonwagen én een even onzekere
gevaarvolle dreigende toekomst Hij zet de tan
den op elkaar en gaat de donkere mimte binnen
Wij zullen weer een lichtleiding laten leggen
directeur, zegt Brouwers.
Wij hadden er geen vermoeden van, dat u
zoo spoedig zoudt komen.
Intusschen heeft Hans Wenger de vensters ge
opend, het licht komt binnen.
Een nieuw leven is voor de Wengers begonnen.
Weliswaar een leven, waarover een zwarte drei
ging hangt, een leven, waar gevaar naast hen
gaat. Neen. het is nog lang niet overal licht in het
circus „Excelsior".
Hans Wenger heeft het niet lang in den woon
wagen uitgehouden, waar zijn vader zich door
Higgens en Brouwers alles laat uitleggen wat het
zakelijk gebied van het circus betreft. Het is al
beslist, dat vader Wenger zich met de kantoor
zaken en de financiën van het circus zal be
moeien. Want daarvan heeft hij. als hoofdboek
houder, verstand. Weliswaar is hij ervan over
tuigd, dat er tusschen de zaken van een conser-
Magere groentesoep.
Andij viestamppot
mei tomatensaus.
Rijst met pruimen.
Andijviestamppot met tomatensaus.
(voor 4 personen).
2 K.G. aardappelen,
2 pond andijvie,
l/2 pond belegen kaas.
1 eetlepel zout,
50 gr. P/2 ons) boter (2V2 afgestr. eetl.)
40 gr. bloem (4 afgestr. eetl.)
400 gr. tomaten
Ongeveer ^,'2 L. melk.
Boen de aardappelen schoon met een harde
borstel of met een pannenspons. Snijd ze in vieren
en breng ze aan de kook met een bodem water
(12 cM.) en het zout. Wasch intusschen de an
dijvie en snijd ze in reepjes; snijd een gedeelte -
zeer fijn. Doe na 10 minuten de andijvie bij de
aardappelen, behalve de zeer fijngesneden andijvie.
Meng deze pas door de stamppot als de aardappelen
gaar zijn. Stamp dan alles doorelkaar, onder toe
voeging van een paar kopjes melk, 1 afgestreken
eetlepel boter en de geraspte kaas.
Presenteer bij deze stamppot tomatensaus en
bereid deze op de volgende wijze:
Smelt IV2 afgestr. eetlepel boter, voeg hierbij j
4 afgestr. eetlepels bloem en roer beide tot een
glad mengsel. Voeg langzamerhand het gezeefde
nat van 400 gr. tomaten toe. Laat de saus even
koken en maak ze af door toevoeging van zoo
veel melk, dat V2 L- saus wordt verkregen. Maak
de saus op smaak af met zout en peper.
Rijst met pruimen.
(voor 4 personen).
2 ons rijst.
Ongeveer 12 pruimen.
Suiker.
Week de pruimen 24 uur in koud water, zet de
rijst met dit water op en vul het bij tot 6 dL. en
de pruimen, kook het gerecht 6 minuten voor en
laat 't gedurende V/2 uur in de hooikist gaar wor- j
den. Presenteer er suiker bij.
RECHTER.
De cirkelgang.
Het ging om een vrouw in het zwart met 'n
zwart hoedje op en een kattenbontje om, èn een
mevrouw in het rose, met een rose hoedje en
zonder kattenbontje.
De Haarlemsche politierechter had het moeilijk
met de dames, maar hij was er op voorbereid,
want hij kende ze van vroeger.
De vrouw in 't zwart was namelijk als eens ver
oordeeld wegens beleediging van de buurvrouw in
't rose; vijftien heele guldens kwamen daarop
te staan.
Als protest tegen die veroordeeeling had de
zwartgallige vrouw de stofzuiger boven den tuin
van de mevrouw in 't rose geledigd, die toen hee
lemaal rood werd.
Tegen den man van de mevrouw riep ze „ma
gere hengst". Het zaad voor een nieuw conflict
werd uitgestrooid, en onafwendbaar ging 't af op
een nieuwe catastrofe.
De bom barstte op 30 Juni.
Op het hekje voor 't huis van de mevrouw in
't rose zat haar zuster, niet bewust van nade
rend onheil, te profiteeren van 't zonnetje en 't
zoeltje.
Het kleindochtertje van de vrouw in 't zwart
liep langs en zei „Jopie heeft me gekrabt".
Jopie was 't zoontje van de buurvrouw.
Later kwam de grootmama er bij en zei tot 't
kleindochtertje: „Krab hem de oogen uit zijn
kop". En ze bedoelde de kleine Jopie. En toen
moest Jopie's moeder ervan lusten. Ze was zus
en ze was zoo, ze kon ,,'t heen en weer krijgen"
en nog veel meer.
De rechter informeerde correct naar de be-
teekenis van de verschillende scheldwoorden, en
vond dat men in dit opzicht nooit te oud wordt
om te leeren. Helaas kon hij niet geheel bevredi
gend worden voorgelicht.
De officier: „Het heen en weer, dat u uw buur
vrouw toewenscht, kunt u wel eens krijgen, me*
vrouw, maar dan heen en weer naar Krommenie,
van uw woonplaats weer hier naar toe, en wan
neer U zoo doorgaat kan 't wel eens een enkele
reis naar Haarlem worden ook!"
De rechter beaamde dat en veroordeelde de
vrouw in 't zwart, die praten kon dat 't iemand
geel en groen voor de oogen werd. tot een voor
waardelijke gevangenisstraf van 14 dagen en een
boete van f 15.
„Ik vind het onrechtvaardig" zei mevrouw,
„waarom word ik nou gestraft en mijn buur
vrouw niet?"
Oh, cirkelgang van de ruzie! Zou een psycho
loog kunnen uitroepen.
Maar we hoeven ons hart niet meer vast te
houden voor een hernieuwde stofzuigerlediging.
Want de vrouw in 't zwart is verhuisd! Veel beter
dan te straffen is nog de oorzaak der verkeerde
dingen weg te nemen. Aldus is geschied. De cir
kelgang is gesloten.
enfabriek en die van 'n circus veel verschil be-
taat. Gertrude zal zich met het huishouden en
'e keuken bemoeien, maar ook zij zal dat ziet zij
;u. zich in geheel andere verhoudingen moeten
chikken.
Hans, die verzocht heeft de leiding van het
•ircus te mogen aanvaarden en de programma's
•amen te stellen, is op zijn eersten rondgang. Het
voorstel van Higgens om een beambte uit het cir
cus mee te nemen, heeft hij afgeslagen. Ik zal
het wel vinden en ik wil zelf en alleen rondkijken,
heeft hij gezegd.
Nu loopt hij naar de reusachtige tent, het
ugenlijke middelpunt van 't circus „Excelsior".
Natuurlijk is het bericht van de aankomst der
.Vengers overal rond verteld. Hans wordt her
kend en hier en daar gegroet. Maar ook hoonen-
■3e. wantrouwende en nijdige blikken worden op
cem gericht. Overigens bekommert niemand zich
om hem. Het goed georganiseerde bedrijf loopt
rohijnbaar vanzelf Nog ziin de Wengers niets dan
overcomplete lui in dit bedrijf Maar Hans be-
ooft zichzelf dat dit anders zal worden.
Als hij de groote tent binnen komt. ziet hy dat
3e gang achter de loeschouwersruimten, waar
achter de manege ligt. bijna leeg is. Links van
hem klinkt gehinnik van een paard, dan een
'ichte tred een heldere meisjeslach en het vloe
ken van een ruwe mannenstem. Tegelijkertijd
rent een zwartharig meisie van uit de ruitergang
zij kijkt achter zich en lacht.
Fijn. niet flink genoeg geweest! roept zij
naar een nog onzichtbaren achtervolger
Hans wil uitwijken, maar het meisie maakt eèn
onverwachte beweging en valt tegen hem aan.
Hartelijk welkom, miss. zegt Hans lachend',
terwiil het meisje donkerrood wordt.
O, noemt u mij niet kwalijk, stamelt zij.
Op hetzelfde oogenblik verschijnt een nieuwe
gestalte. Hi.i is een gespierde man van middel
matige grootte, zijn breede borst is bedekt met
een kleurig hemd en om den hals draagt hij een
verkleurden doek Blond haar valt over zijn hoog,
open voorhoofd Zijn beenen steken in een kleu
rige pantalon
(Wordt vervolgd)
EEN VERSTANDIGE HUISVROUW
maakt een zoutvoorraad. Zij koopt Jozo of
Nezode praqtische verpakking houdt dit
blanke zout kurkdroog
(Adv. Ingez. Med.)
HAARLEMSCHE POLITIE-