Haarlem's Dagblad. Winterhulp Werken. Winterhulp. Winterhulp De verduisterings voorschriften Zware branden in Liverpool. DE BONNEN 1 Artikelen ent. 58c JAARGANG No. 17624 Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courant- Uitgaven en Algem. Drukkerij N.V. Bureaux: Groote Houtstraat 93, bijkantoor Soendaplein 37. Postgiro- dienst 38810. Drukkerij: Zuider Buiten Spaame 12. Telefoon: Directie 13082, Hoofdred. 15054, Redactie 10600, Drukkerij 10132, 12713. Administratie 10724, 14825. Soendaplein 12230. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM Vrijdag 29 November 1940 Abonnementen per week 0.25, per maand ƒ1.10, per 3 maanden 3.25, franco per post 3.55, losse nummers 6 cent per ex. Advertentlën: 1-5 regels ƒ1.75, elke regel meer ƒ0.35. Reclames ƒ0.60 per regel. Regelabonnementstarieven op aanvraag. Vraag en aanbod 1-4 regels ƒ0.60, elke regel meer ƒ0.15. Groentjes zie rubriek. Wij" moeten in dezen tijd, als immer, werken waar wij kunnen. Het is niet noodig breedvoerige beschouwingen over den zegen van den arbeid op te zetten om dat te bewijzen. Maar ik wil pogen er een bepaalden kant van te belichten. Werken waar Wij kunnen is een begrip, dat verder reikt dan de ens dagelijks opgelegde taak. Ook in hun beroep kunnen velen meer doen dan dat. Degenen die in het bedrijf dat zij leiden of waarin zij een positie innemen met nieuw initiatief voor den dag komen bewijzen niet alleen aan dat bedrijf en aan zichzelf, maar ook aan de gemeenschap van ons volk een grooten dienst. Zij houden het leven in de brou werij, zij sterken de algemeene activiteit, in het zakenleven of elders, zij vermeerderen hun eigen zelfvertrouwen en dat van degenen die in die toe genomen activiteit betrokken worden. Ik hoop, dat dit niet theoretisch wordt opgevat. Want het is nuchtere werkelijkheid, het is trouwens ook al bewezen in de practijk van het leven dat wij vóór den oorlog kenden. Nu is zulke energie meer dan ooit noodig en nu doen vindingrijkheid en ini tiatief meer dan ooit opgeld. Want ze zijn moeilijker te verwezenlijken en de behoefte eraan is grooter dan tevoren. Binnen de grenzen die de omstandigheden ons gesteld hebben, binnen de vele beperkende bepa lingen liggen toch altijd weer nieuwe mogelijkhe den. Het is maar de lamst, ze te vinden. En er zijn menschen die dat doen, hetgeen bijvoorbeeld op het terrein des mans bewezen wordt door velerlei nieuwe vindingen die aan de markt zijn gebracht en op het gebied der vrouw door talrijke oplossin gen, die ons ondanks distributie-beperkingen van smakelijk voedsel blijven voorzien en door zulle energiek en zeer belangrijk werk als dat van het K. V. V. Ilc wil dus maar zeggen dat wie in dezen tijd met de handen in de schoot gaat zitten, afwachtend en klagend over de zorgen en moeilijkheden, terwijl hij meer kan doen dan hetgeen hem beroepshalve ten deel is gevallen, ongelijk heeft. Men mag blij zijn als men zijn beroepswerk heeft en behoudt. Men zou klagen en ontevredenheid, als men in die omstandigheden verkeert, bovendien moeten doen verstommen door de gedachte aan andere landen en volken, die zwaarder beproefd zijn en nog worden dan het Nederlandsche. Dat begint al met de oor logshandelingen zelf, die zich in ons land tot vijf dagen beperkt en andere volken veel zwaar der getroffen nebben. Wij leven in een veroverd en bezet land, midden in een grooten oorlog, maar dat is geen reden om niet onze energie, binnen de ons nu eenmaal ge stelde grenzen, te blijven ontplooien zoo goed als dat maar in ons vermogen is. Een passieve houding is altijd slap en verkeerd. Het soort passiviteit dat zich daarbij gaat toeleggen op de tallooze praatjes en geruchten die crisistijden altijd meebrengen en zich laat terneerslaan door fantasieën, die immers als regel van zwartgalligen aard zijn, is erger. Werk en spreek liever in opbouwenden zin en ver mors uw tijd en uw eigen goede stemming niet aan onbewezen praatjes. De ervaring heeft nu toch werkelijk al sinds jaren geleerd hoe waardeloos ze zijn. En vele kan men zonder eenig verder onder zoek weerleggen door zijn eigen gezond verstand te raadplegen. Zelf critisch nadenken is een middel, waarmee men ten aanzien van het Gerucht ver komt. Het is op deze plaats vaak bestreden. Ook ten aanzien van de actie voor de Winterhulp. Die actie reken ik tot het werk, dat men in dezen tijd doen kan en waaraan men zelf' zijn bijstand verleenen moet: om onze volksgemeenschap te dienen. Er zijn ettelijke menschen die er belangeloos een groot deel van hun tijd en energie aan geven. Hun leiders hebben zich ook in ons blad tot het publiek gericht en in alle toonaarden hun aandrang uitgeoefend, om hen die steun behoeven dien steun te verschaffen. Ik heb dat nu ook al meermalen gedaan. Aan den vooravond van de collecte, die morgen zal gehou den worden, kom ik er nog eens op terug. Ik kom er op terug als op een stuk arbeid, dat gedaan moet worden en waarvoor ons aller medewerking ver- eischt wordt. Er is veel geschreven, ook hier, over de nadeelen die de schotjesgeest ons volk berok kend heeft. Er is, in tijden van beproeving, inder daad gevoel van saamhoorigheid en samenwerking gaan groeien. Kan men dat nu niet prachtig be wijzen door allen wat te doen voor de mede-Ne derlanders die in nood verkeeren en gevolg te ge ven aan den oproep van die vele andere mede- Nederlanders, die zich er voor gespannen hebben? In onze onmiddellijke omgeving vinden wij den Commissaris der Provincie, den Provincialen Di recteur van de Winterhulp mr. A. J. Backer, de burgemeesters der gemeenten, die Plaatselijke Di recteuren zijn, als geestdriftige voorgangers. Het onderhoud met mr. Backer, dat wij gisteren publi ceerden, moet velen tot nadenken en instemming gebracht hebben, zulks te eerder na het korte, pak kende woord van den Commissaris. Vandaag richt op deze pagina de Burgemeester van Haarlem het woord tot u en hij bepaalt zich daar niet toe maar geeft metterdaad een voorbeeld, dat niet zal nala ten diepen indruk te wekken. Geen praatjes, geen passiviteit maar ook geen min of meer vernuftige redeneeringen mogen ons weerhouden in het hel pen van onze behoeftige landgenooten. Wij hebben in dezen tijd aan anderen en ons zelf te bewijzen dat wij één volk zijn en blijven en door onze eigen menschen, onder controle van onze eigen menschen, voor onze eigen menschen weten op te komen. R. P. 't Is in Nederland traditie, Dat men geeft van wat men heeft, Als het volk in een positie Vol bekommernissen leeft Bij de leuze: helpt elkander, Staan we allen altijd klaar, Door en voor den Nederlander Offerden wij menig jaar. Het was steeds in milde mate, Dat de Nederlander gaf, Niet maar met: ik kan 't niet laten, Met hoe weinig ben 'k er af? En dat zaad, zoo lang te voren In ons hart gegroeid tot plant, Gaat ook nimmer meer verloren In ons kleine vaderland. Voor de zwakken door de sterken, Men hoeft niet met veel kabaal Daarvoor op 't gemoed te werken, Want wij voelen 't allemaal Nu is Winterhulp geboden En men doet natuurlijk dus, Diep begaan met veler nooden, Gulle giften in de bus. Qeen etataqe-eeiticfitinq) Dat wil zeggen dat U midden op den dag moet gaan kijken als U Sint Nicolaas-inkoopen gaat doen. In de winkels is er dan licht genoeg NOUGAT, één keer van ons geproefd, U zegt Dat is iets extra's, wat smaakt dat echt. Alles hygiënisch, frisch verzorgd, dat is waar WILLEM STUVé is daarvoor het adres toch maar. 7 GROOTE HOUTSTRAAT 7 tegenover Paarlaarsteeg. (Adv. Ingez. Med.) Gemeenschapsplichf ONDANKS DISTRIBUTIE TOCH KOOPEN. St. Nicolaas huldigt dezen wijzen stelregel en geeft daarmede iederen Nederlander een goed voorbeeld. (Foto Pax Holland.) Rubberquota eerste kwartaal 1941. NEW-YORK, 28 November (DNB) Het interna tionale Rubber-comité heeft het üitvoercontingent voor het eerste kwartaal 1941 vastgesteld op hon derd procent van de standaardtonnage tegen ne gentig procent in het looiende kwartaal. Een samenvatting der nieuwe bepalingen HET HUIS. Verduister alle vensters en andere openingen, waardoor bij verlichting binnenshuis licht kan uit stralen. Controleer regelmatig, of de afsluiting af doende is. Gedeelten van gebouwen en woningen, die on middellijk in de open lucht uitkomen dienen van donkerblauw licht voorzien te zijn, zoodat bij het openen van de deur niet te veel licht naar buiten valt. Tot deze gedeelten worden gerekend: hallen, vestibules, voorportalen, gangen enz. Overigens moeten deze ruimten natuurlijk ook verduisterd zijn. HET GROOTERE GEBOUW. Donkerblauw licht moet aanwezig zijn in ver trekken, die weliswaar lichtdicht moeten zijn af geschermd, doch waarvan deuren of vensters af en toe moeten worden geopend, zooals bijvoorbeeld in ziekenhuizen voor het ventileeren der zieken zalen. OP STRAAT. Voetgangerslantaarns mogen uitsluitend een zwak blauw licht uitstralen. Strafbaar is het licht naar boven te laten schijnen of andere verkeersdeel nemers te verblinden. Lantaarns, die niet aan de voorschriften voldoen kunnen, onverminderd nadere bestraffing van den schuldige, in beslag worden genomen. IN DEN WINKEL. Reclame- en étalageverlichting is. ook op den dag, verboden. Uitsluitend veroorloofd is een ver lichte aanduiding van den aard van het bedrijf en van den naam van den eigenaar. Hiertoe mag alleen donkerblauw licht worden aangewend. Af meting en lichtsterkte zullen nog nader worden aangeduid. Deze verlichte aanduiding moet worden gedoofd bij winkelsluiting en bij luchtalarm. Tot en met 5 December wordt een zwakke étalageverlichting toegestaan die alleen van zons opgang tot zonsondergang mag branden. Voor étalages, die ook bij dag niet te onderschei den zijn, bijvoorbeeld in donkere passages kan bij uitzondering toestemming voor eenige étalagever lichting worden toegestaan. RIJWIELEN. Het licht van de voorlantaarn mag uitsluitend naar buiten stralen door een spleet, lang 3 centi meter en breed 0.4 centimeter. Deze spleet moet in de bovenste helft van de lantaarn worden aan gebracht. Bovendien moet dé lamp van boven worden af geschermd. Het achterlicht blijft rood en van boven afge schermd. Alle soorten verduisteringsartikelen, met in begrip van die voor rijwielen, zaklantaarns en verlichte aanduidingen mogen slechts in den handel worden gebracht voorzien van een controleteeken van de Luchtbescherming, blijkende uit de letters I. L. B. met keuringsnummer in een reohthoek. BERLIJN, 29 Nov. (D.N.B.) Liverpool brandt. Reusachtige brandhaarden in Liver pool. Zoo rapporteerden reeds terugkeerende Duitsche gevechtsvliegers, die aan den groot- schen aanval van het Duitsche luchtwapen op deze stad hebben deelgenomen. En steeds nog was de aanval niet ten einde, een aanval, zonder pauze, gericht op de op één na groot ste haven van het Engelsche eiland, het reus achtige middelpunt voor de verzorging van Groot-Brittannië met levensmiddelen en grondstoffen van allerlei aard. Nauwelijks zijn de branden in Birmingham ge- bluscht, nog rooken de puinhoopen van het in asch gelegde Coventry. Daar branden ook reeds kilometers lang de graanpakhuizen en silo's, de oliefabrieken en droogdokken, de benzine-opslag- plaatsen en vliegtuigfabrieken langs de Mersey. De groote in- en uitvoerhaven aan de Britsche westkust, een der voornaamste slagaders van het Engelsche bedrijfsleven en van de oorlogsindus trie, is in den nacht van Donderdag op Vrijdag vernietigend getroffen. Na Londen en Bristol, na Coventry en Birmingham, na Pox-tsmouth en Southampton, hebben zich thans de vergeldings- aanvallen van het Duitsche luchtwapen met on verbiddelijk geweld ook op dit geweldige steun punt van het insulaire Britsche leven gericht. AANVALLEN OP LONDEN. Verder meldt het D.N.B. dat Donderdag sedert het aanbreken van den dag Duitsche gevechts- en jachttoestellen, in groepen en afzonderlijk vlie gend. voor den oorlog belangrijke doelen met bom men bestookten of den strijd aanbonden met En gelsche jagers. Londen werd door verscheidene gevechtsvliegtuigen aangevallen en doeltreffend met bommen bestookt. Een batterij zoeklichten in Zuid-Engeland kreeg verscheidene voltreffers. In Canterbury en Folkestone werden spoorweg installaties en andere voor den oorlog belangrijke doelen aangevallen. Eenige in aantal vrij sterke groepen Britsche jagers trachtten afzonderlijk vliegende Duitsche toestellen neer te schieten, doch konden door de Duitsche jachttoestellen niet verwikkeld worden in gevechten van eenigen omvang, aangezien zij zich onttrokken aan strijd met aaneengesloten Duitsche formaties jacht vliegtuigen. STOSKHOLM, 29 Nov. (D.N.B.) Volgens een communiqué van het Britsche ministerie van Lucht vaart en het ministerie voor binnenlandsche veilig heid heeft het Duitsche luchtwapen in der nacht van Donderdag op Vrijdag weer ..aanzienlijke be drijvigheid" boven Engeland ontwikkeld. De hoofd aanval van de Duitse! vliegtuigen was tegen een stad in het noordwesten van Engeland en tegen de beide oevers van de Mersey gericht. Aan de oevers van de Mersey, zoo luidt het communiqué letterlijk, werden eenige branden verwekt, waarvan sommige ernstig waren. Er is groote schade aan gebouwen en huizen aangericht. Voorts zijn bommen gevallen op een groot aantal afzonderlijke plaatsen in Midden- en Zuid-Engeland. Afd. Haarlem De burgemeester geeft een navolgenswaardig voorbeeld Als burgemeester van Haarlem en plaat selijk directeur van Winterhulp richt ilc mij aan den vooravond van de eerste collecte hier ter stede tot de Haarlemsche bur gerij. Bij vele gelegenheden mocht ik reeds er varen dat aan een oproeping die van mij uitging vol vertrouwen gevolg werd ge geven en ik reken er op dat het ook dit maal zoo zal zijn. Veel woorden behoef ilc niet meer te gebruiken. Na de voortreffelijke uiteenzet ting door den Provinciaal Directeur, mr. A. J. Backer, gisteren in de pers gepubliceerd, na de pakkende voorbeelden in het inter view van het K.V.V. medegedeeld, kunnen we waarlijk zeggen dat er genoeg woorden gewisseld zijn en dat thans de daad moet komen. Slechts dit eene wensch ilc te zeggen. De Provinciale directeur heeft verklaard: in gemeenten waar de nood groot is en de mogelijkheid om te offeren verhoudings gewijze gering, zal de opbrengst aangevuld worden met elders ingezamelde gelden. Van Haarlem kan het eerste gezegd wor den maar het laatste niet. Moge de Haar lemsche bevolking er een eer in stellen ook op dit gebied zichzelf te redden en mocht er voor arme plattelandsgemeenten wat overschieten, wie zou daarom zijn gift berouwen? Hetgeen in Haarlem besteed zal worden wordt uitgedeeld onder mijn persoonlijke verantwoordelijkheid, waarbij' ik .mij zal laten voorlichten door hen die in Haarlem hun sporen op dit gebied hebben ver diend. Leeringen wekken, voorbeelden trekken, ik wil daarom zelf het voorbeeld geven. Ik heb besloten in het vervojg elke maand 5 pet. van mijn salaris als burgemeester ter beschikking van Winterhulp te stellen. Thans is het aan u allen om met klinkende daden te toonen dat ge den noodkreet van uw medemensch hebt verstaan. Vult de collecte bussen, haalt uw giroboek te voorschijn en laat het overschrijvingen regenen op no. 395300 opdat de laatste maand van het som bere jaar 1940 in menig gezin nog een straaltje zonneschijn moge brengen. De Burgemeester van Haarlem, Plaatselijk directeur van Winterhulp, J. E. DE VOS VAN STEENWIJK. 9 maanden 1940 1939 1938 42472 47500 44049 33987 48781 45170 25401 37907 36819 8028 8833 9174 710 884 850 De Haarlemsche Ziekenhuizen. Patiënten die voor rekening der gemeente zijn. De Statistische Gegevers der gemeente Haarlem geven eenige bijzonderheden over de patiënten die in de ziekenhuizen geheel of gedeeltelijk voor reke ning der gemeente verpleegd worden. Zooals men weet worden on- en minvermogende zieken voor rekening der gemeente opgenomen. Daarna wordt uitgemaakt welk gedeelte der verpleegkosten „ver haald" kan worden. Alle Haarlemmers die in Ziekenhuisverzekering opgenomen zijn en dat zijn er zeer velen omdat in deze een uitstekende samenwerking met de ziekenfondsen bestaat worden van dit „verhaal" vrijgesteld. Val belang is na te gaan hoeveel verpleegdagen van patiënten voor rekening der gemeente werden geboekt. De cijfers over de eerste 9 maanden van 1940 zijn thans bekend. Ter vergelijking geven wij Gasthuis Mariastichting Diaconessenh uis St. Joh. de Deo Joles-ziekenhuis Totaal 110.598 143.905 136.062 Uit deze vergelijking komt allereerst naar voren, dat het aantal verpleegdagen in 1939 vrij belangrijk was toegenomen. Het aantal was 7943 hooger dan in 1938, of 5.8 pet. Het laat zich aanzien dat 1940 weer hooger wordt dan 1939. Als het aantal verpleegdagen in de laat ste 3 maanden van dit jaar gelijk is aan de voor afgaande 9 maanden, zal het eindresultaat 147.464. zijn. Dus bij 1939 vergeleken weer 3561 hooger, of 2.5 pet. en bij 1938 8.5 pet. Daarbij moet men evenwel rekening houden met de toeneming van het inwoner-aantal van de ge meente, die ongeveer 2 pet. per jaar bedraagt. Zooals men weet bestaat te Haarlem een vrije ziekenhuiskeuze. Het aantal verpleegdagen in het St. Elisabeths Gasthuis was in 1939 belangrijk hooger dan in 1938. De Mariastichting had in 1939 ook meer verpleegdagen voor rekening der ge meente dan in 1938. Vermoedelijk zal het aantal over 1940 evenwel wat lager worden. Ditzelfde ver schijnsel doet zich voor bij de Maria-Stichting. Er is in het verleden wel eens geklaagd over den achteruitgang van het aantal patiënten in het St. Elisabeth's Gasthuis. Daarin schijnt thans een keer te zijn gekomen: 1939 gaf, ver geleken bü 1938 een stijging van 7.8 pet. en 1940 zelfs 19.2 pet. Het aantal verpleegdagen van patiënten voor eigen rekening verpleegd is in het St. Elisabeth's Gasthuis ook gestegen. In 1938 waren er 15056, in 1939 17.599 en in 9 maanden van 1940 13.813. Tenslotte blijkt uit de statistische gegevens dat in de oorlogsdagen het aantal particuliere patiënten in de Haarlemsche Ziekenhuizen, na het uitbreken van den oorlog tijdelijk belangrijk verminderd moest worden, omdat een deel der zalen in de zieken huizen voor het Roode Kruis beschikbaar moest worden gesteld. Alle particuliere patiënten waarvan het neit. strikt noodig was dat zij daar bleven, werden tijdelijk naar huis gezonden. Ook werden zoo weinig mogelijk nieuwe patiënten opgenomen Daarvoor werd bereikt, dat het aantal particuliere verpleegden tijdelijk tot ongeveer de helft daalde. In Juni steeg het aantal particuliere partiënten wat en in Juli werd het normale aantal weer bereikt Dr. Tuka, de Slowaakschc minister-president, teekent te Berlijn het verdrag tot toetreding van Slowakije tot het drie mogendheden-pact, (Foto Weltbild.) Wijziging in dé kaasdistributie 's-GRAVENHAGE, 29 November. De secreta ris-generaal. waarnemend hoofd van het depar tement van landbouw en visscherij maakt het na volgende bekend. BROOD EN GEBAK. Elk der met „17" genummerde bon van da broodkaart geeft gedurende de week van Maan dag 2 December tot en met Zondag 8 December a.s. recht op het koopen van 125 gram roggebrood óf 100 gram ander brood. Voorts geeft elke der met ,.17" genummerd© broodbonnen recht op het koopen van een rant soen gebak. Dit omvat voor de hierna genoemde bakkerijproducten telkens tenminste het daar achter geplaatste aantal grammen: Beschuit 75 gram, biscuits en wafels 90 gram, speculaas 140 gram, andere koekjes 200 gram, koek 160 gram, cake 300 gram, gevuld klein kerst gebak (b.v. amandelbroodjes) 400 gram, gevuld groot kostgebak (b.v. boterletter) 500 gram. taart en gebakjes 600 gram. Voor geheel of ten deele uit meel of bloem ge bakken producten, welke hierboven niet genoemd zijn, geldt, dat een rantsoen een hoeveelheid om vat, waarin 70 gram meel of bloem is verwerkt. De op 8 December nog niet gebruikte bonnen blijven voorts nog geldig gedurende de week van 9 tot en met 15 December a.s. met dien verstande dat zij gedurende laatstgenoemde week niet mo gen worden gebruikt in hotels, restaurants e.d. Voorts geven de met .,2" genummerde bonnen van de bloemkaart gedurende het tijdvak van Maandag 2 December tot enmet Zondag 29 De cember a.s. recht op het koopen van 60 a 65 gram roggebrood óf 50 gram ander brood óf een half rantsoen „gebak" als hierboven genoemd. TARWEBLOEM. De met „2" genummerde bonnen van de bloem kaart geven gedurende het tijdvak van Maandag 2 December tot en met Zondag 29 December a-s. recht op het koopen van 35 gram tarwemeel of tarwebloem of roggemeel of roggebloem of zelf rijzend bakmeel of boekweitmeel. RIJST. Gedurende het tijdvak van Zaterdag 30 Novem ber tot en met Vrijdag 27 December a-s. geeft de met „43" genummerde bon van het algemeen distributiebonboekje recht op het koopen van 250 gram rijst of rijstemeel of rijstebloem of grutto- meel (gemengd meel). EIEREN. Gedurende het tijdvak van Maandag 2 Decem ber tot en met Zondag 8 December a.s. geeft de met „361 genummerde bon van het algemeen distributiebonboekje recht op het koopen van één ei. De bonnen, welke op 8 December nog niet ge bruikt zijn, blijven geldig tot en met Zondag 15 December a.s., met dien verstande, dat ook zij gedurende de week van 9 toten met 15 December niet gebruikt mogen worden in hotels, restau rants e.d. KAAS. In de distributie van kaas is een wijziging aangebracht, welke den consumenten moge lijk maakt een stuk kaas of een geheel kaasje aan te schaffen. Het ligt in het voornemen in den vervolge voor kaas vier bonnen aan te wijzen voor een tijdvak van vier weken. Elk der bonnen is dus vier weken geldig. Gedurende het tijdvak van Maandag 2 Decem ber tot- en met Zondag 29 December a.s. geeft elk der met „49". „50", „62" en „63" genummerde bon nen van het algemeen distributiebonboekje recht op het koopen van 100 gram kaas. De aandacht wordt er op gevestigd, dat de geldigheidsduur van deze bonnen eindigt op 29 December a.s., zoodat zij na dien datum niet meer gebruikt mogen wor den BOTER EN MARGARINE. Een bericht betreffende bonaanwijzing voor boter en margarine volgt. HEDEN: 12 PAGINA'S. R. P.: Wérken. pag. 1 P. Gasus: Winterhulp. pag. 1 jj De Haarlemsche Ziekenhuizen. j| pag. 1 M Voor de Jeugd. pag. 6 S Een interessante tentoonstelling g over het kinderboek. pag. 3 g Flitsen: Sinterklaas Junior, pag. 3 g Laatste Berichten op pagina 7 §j «■■■in.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1940 | | pagina 1