STOFZUICE Moord op kasteel Entzberg Gebreide wollen jurk met bont. Uit eten gaan. Het menu van den dag Het gebruik van de voedingswaarde. Ons knippatroon ZATERDAG 25 JANE ART 1941 ITX'A R EE W'S T) A G n CAB VOOR DE VROUW Voor de bevoorrechten, die nog wol in voorraad üiebben, hierbij een aardig model gebreide jurk, maat 3840. De jurk is van paarse wol en de eenige garnee ring is een boordje en zakjes van mollebont. De ceintuur is van suède in de kleur van het bont en de jurk sluit achter met een paarse ritssluiting van &e boord tot de taille. Het patroon is gewoon een pen recht, een pen averecht, behalve een rand van 6 ribbels onder aan. We hebben noodig 550 gr. wol en pennen no. 2'/2- De rode is gebreid in vier gelijke banen. Voor een baan zetten we 135 st. op, breien eerst de rib bels en dan nog 10 pennen. Nu minderen we aan het begin, in het midden en aan het eind een steek en dit herhalen we elke 10de pen. Als we dit 13 keer gedaan hebben, minderen we niet meer, maar breien 25 c.M. verier. Daarna minderen we al leen aan het begin en aan het einde om de derde pen tot we nog 60 st. over hebben en de rok 75 c.M. lang is. Dan rijgen we alles op een draadje. De andere 3 pandjes breien we evenzoo, waarna we het voorpand op een pen nemen en aan weers zijden van het. voorpand nog een half zijpand. Dat zijn dus 120 st. en op deze 120 st. breien we de voorzijde van de blouse. We rijgen bij de eerste pen een gekleurd draadje in, om de taille te kunnen terug vinden. De 120 st.,breien we eerst 30 keer op en daarna meerderen we elke 4de pen aan het begin en aan het eind een steek tot we 144 st. hebben. Als we 22 c.M. boven de taille hebben, kanten we aan weerszijden 20 st. af (654311) en breien dan nog 17 c.M. tot den hals. Van de over gebleven 104 st. kanten we in het midden 56 st. af voor den hals. Deze hals wordt later bij het op zetten van de boord even ingehaald voor wat ruim te. De.overgebleven 24 st. aan weerszijden voor den schouder breien we schuin op, d.w.z. van den hals af eerst 18, dan 12 en dan 6 st. breien. Afkan ten. De rug wordt direct boven de taile gesplitst in twee helften. We hebben 60 st, op de pen en breien eerst weer 30 pennen, waarna we elke 10de pen meerderen tot 64 st. Als we bij het armsgat zijn, kanten we 18 st. af (64321) en breien even ver als aan den voorkant. Voor der hals achter kanten we 22 st. af, de overige 24 st. van den schouder breien, we op als boven. Voor de mouw zetten we 60 st. op en meerderen elke 4de pen voor en achter een steek tot 100 st. Dan zetten we er in een keer voor en achter 12 st. bij op en met deze 124 st. breien we verder. De mouw heeft, onderaan een ballonmodel. We minde ren voor en achter eerst bij elke 6de pen een steek tot er 80 st. overblijven. Nu breien we gewoon ver der tot we van af den kop 50 c.M. hebben. Dan meerderen we op 1/4, V-> en 3/4 van de pen een steek, dus van de 20ste, de 40ste, en de 60ste steek maken we er twee. Dit herhalen we elke. 6de pen (zorg er voor dat de meerderingen boven elkaar liggen) en als we het 8 keer gedaan hebben, minderen we op dezelf de plaatsen maar nu om de 3de pen. Als we weer 80 st. op de pen' hebben, breien we een pen een recht, twee tezamen' en breien daarna een boordje van 6 ribbels. Opmaak. We strijken alle deel en onder een natten doek en stikken ze op de machine in elkaar. In den kop van de mouw stikken we eerst 5 plooitjes zoadat hij precies in het armsgat sluit. De patentsluiting wordt er tusschen gestikt en de hals iets ingerim- peld. Het boordje en de zakjes voeren we, alvorens we ze er opzetten. De serieuze huisvrouw'vindt het moeilijk om gasten ten eten te hebben; je wilt ze toch immers iets goeds, iets bijzonders voorzetten, ten minste zeker iets anders dan waaraan zij gewend zijn en dat valt in een tijd van distributie lang niet mee. De luchthartige huisvrouw daarentegen v-ir.ldit het nu leuker en gemakkelijker dan ooit; je bent im mers voor alle tekortkomingen verontschuldigd, als je maar zegt, dat je het niet krijgen kon. Nu ja, het maal mag niet aangebrand zijn, dat spreekt, maar overigens is. alles van rauwkost tot alleen- maar-een-pan-erwtensoep en alles wat daartus- schen ligt best geoorloofd. Voor beide opvattingen is wat te zeggen, een keu rig verzorgd maal is aantrekkelijk, maar ook een quasi-geïm pro viseerd eterijtje heeft iets aardigs, mits en dat geldt voor beide de sfeer waarin het gegeven wordt de goede is. Dat is geen nieuwe stelling, want lang voordat er kwestie van eenige distributie was. kon het meest verfijnde diner een allervervelendste cessie betee- kenen, kan het meest gewone en huiselijke maal een daverend succes zijn. Nu echter de materieels zijde van zoo'n eterijtje een steeds moeilijker pro bleem is gewonden, nu komt die sfeer meer op den voorgrond, want nietwaar een uitstekend di neetje zonder sfeer is voor een fijnproever nog te aanvaarden, maar een over-eervoudige maaltijd, waaraan veel ontbreekt, is alleen maar goed te maken door de gastvrijheid, de hartelijkheid en de moeite die de gastvrouw en de gastheer zich willen getroosten. Moet het 'gezelschap in een nauw hoekje van een kleine kamer de eenige kamer waarin ge stookt ken worden om een te kleine tafel zit ten, wat doet het er toe als de stemming prettig is. Moet de gastvrouw die bekend was om haar keu rig verzorgde dineetjes, de gasten verzoeken om alles maar door te geven, want van ronddienen is heelemaal geen kwestie meer, wat hindert het als er een levendige conversatie gaarde is. Wordt de maaltijd opgediend in èen bijna koude kamer,5 omdat er in de verwarmde geen gelegen heid voor is, wat doet het er toe, na het eten schuift het gezelschap des te gezelliger om de kachel en de stemming behoeft er niet onder te lijden. Moeten, de gasten zich behelpen met een een- voudigen maaltijd omdat de familie tijdelijk boven woont en dus niet een uitgebreid diner van de keuken beneden naar boven kan transporteeren; geen rood, als er maar gezelligheid aan tafel heersdht en als de onvolkomenheden in de mate rieele omstandigheden maar worden overbrugd door de goede sfeer die den boventoon voert. Dit is niet zoo gemakkelijk als het wel lijkt: als er tekortkomingen zijn op materieel gebied, zijn velen geneigd daarover tot in het oneindige te praten, dus de huismoeders hebben het over de bons en de punten en al zoo meer, maar op den duur is dat een allervervelendst onderwerp van gesprek. Wie niets beters weet te bedenken, moet liever haar mond houden, maar wie w e 1 iets be ters weet om over te praten, moet de bons-conver satie voor de huishoudelijke afdeeling van den dag bewaren en haar gasten dat betere voorzetten, om de sfeer idle zoo belangrijk is, prettig en feestelij ker dan anders voor de gasten te maken. Feestelijker dan anders, daarvoor gaat men „uit eten", daarvoor waagt men „eters", om ze iets bij zonders aan te doen, in ieder geval iets anders dan gewoonlijk en om ze een prettige belevenis te ge ven, die voor beide partijen een goede herinnering achterlaat. Nu de maaltijden ons daarbij nog maar weinig te hulp kunnen komen doordat er zooveel niet of zeer moeilijk te 'krijgen is, nu komt het dus nog meer dan vroeger aan op de sfeer en daarop moe ten zoowel gastheer en gastvrouw als gast zich ter dege instellen. En dan wondt zelfs de eenvoudigste stamppot tot een feestmaal. E. E, J.-P. Havermoutlapj es. Savoyekool. Aardappelen. Rijstebrij met bessensap. Havermoutlapjes. 200 gr. havermout, pl.m. 2 d.l. water, 50 gr. oude kaas, 1 eetlepel tomatenpuree, zout, peper, maagi. Bereiding: Het kokende water op de havermout gieten en pl.m. V2 uur laten staan tot het erin getrokken is. Daarna de overige ingrediënten toevoegen, zoo- noodig wat bloem er door roeren en van deze massa in de koekepan kleine koekjes bakken, niet te vlug, omdat de bloem gaar moet worden. De boter met wat water afmaken en naar verkiezing nog wat tomatenpuree toevoégen. De lapjes hierin 15 minuten stoven. Rijstebrij met bessensap. Kook op de bekende manier rijstebrij en doe ze in een beboterde vuurvaste schotel, totdat de helft erin is. Maak de bessensap aan met wat water, trek ze af met een citroenschilletje of stukje kaneel, voeg de suiker naar smaak toe en bind ze vrij stijf met wat aardappelmeel. Giet dit op de rijst, en schep de andere helft van de rijst er voorzichtig over heen. Zet het'schoteltje dan gedurende een kwar tiertje in den oven en dien het dadelijk oo met PLEZIER kookt U dagelijks de maaltijden: omdat U het zuinige, zuivere Nezo- of Jozo-zout gebruikt, hygiënisch bereid en verpakt. (Adv. Ingez. Med.) Een voorbeeld van moderne stamppot- bereiding. Een halve eeuw geleden bekommerde men zich nog niet zoo erg om het vitaminegehalte van ver schillende voedingsmiddelen, daar men met het bestaan van deze stoffen hoegenaamd niet op de hoogte was. Ook bij de spijsbereiding werden natuurlijk geen maatregelen getroffen om de waarde van dergelijke stoffen voor de voeding te behouden. Thans heeft de wetenschap op dit gebied be langrijke vorderingen gemaakt op een moderne voedingstabel (dit is een lijst waarop de samen stelling van allerlei voedingsmiddelen voorkomt) vinden we naast getallen betreffende het gehalte aan eiwitten, vetten, koolhydraten (meel en sui ker) en zouten, ook aanduidingen betreffende het gehalte aan verschillende vitamines. Op de huisvrouw rust nu de taak om te zorgen dat het voedsel dat zij op tafel brengt, niet meer dan noodzakelijk in voedingswaarde verschilt van de op de tabel aangegeven waardendeze hebben nl. betrekking op niet toebereide producten. Welke maatregelen moet de huisvrouw nemen om deze taak zoo goed mogelijk te volbrengen? In 't kort komen deze hierop neer le. groente en aardappelen zuinig schoon maken en dit zoo kort mogelijk voor de bereiding doen; 2e. vermijden dat groente of aardappelen langen tijd in water staan; '3e. zoo weinig mogelijk water gebruiken bij het koken van aardappelen, groenten en stamppot ten; 4e. deze gerechten niet langer koken dan voor het gaar maken noodig is (ong. y2 uur). Een der dagelijksche mogelijkheden van toe passing van deze maatregelen vindt u in onder staand recept van boerenkoolstamppot verwerkt. In plaats van worst of vleesch is gebruik gemaakt van taptemelkpoeder en kaas. Dit smaakt uitste kend en is zeer voedzaam. Boerenkoolstamppot op moderne wijze met bruine jus. (Voor 4 personen). 2 kg aardappelen. 1 kg boerenkool. 1 eetlepel boter, 100 gr. (1 ons) belegen 40 kaas, 100 gr. (1 ons) taptemelkpoeder, 2 kopjes water, 1 eet lepel zout. Neem de gewasschen bladeren van de boeren kool met 4 of 5 tegelijk bij elkaar en snijd ze in reepjes (de nerven meesnijdenBoen de aard appelen schoon met een harde borstel of met een panspons (de schil mag er gerust geheel of ten deele om blijven). Zet de boerenkool op met 2 kopjes water en laat ze even slinken. Doe er zoo gauw mogelijk (zoodra er ruimte is) de in vieren gesneden aardappelen bij, zorg dat deze onder in de pan komen. Laat groente en aardappelen sa- VOOR DE KINDEREN N-rar I J A Gouvemtur. ft»l:.n tn oronlur.n uon Ml/nfc«r Prlit.iw.n Totiening i'on Aart i'an Ewtjk. Maar och, het ls een droevig feit Als 't mis moet gaan, helpt geen beleid; Zus Ursula, rood en verbolgen. Zegt: „Deserteur, .ik zal Je volgen, Ook naar het ver Amerika: J' ontsnapt me niet, ik ga je na!" Als een rouwmoedig zondaar staat Nu onze held, zijn bleek gelaat Is elnd'loos droef en vol verlangen Zucht hij„Nu ben ik weer gevangen' Zijn lippen beven, met een traan Ziet hij zijn zuster smarflijk aan. men gaar worden (y2 uur). Stamp ze c..„ onder toevoeging van het zout, de geraw. 1 eetlepel boter en het met weinig lam aangemengde taptemelkpoeder. Houd laatste 2 eetlepels (niet aangemengd) a$ de jus. Bruine jus (zonder vleesch), 2 eetlepels boter. 2 eetlepels tapteme'i 2 eetlepels bloem, 1 theelepel tomatenpi stukje ui, Vz L. water. Laat de boter in een koekepan of in et; pan met dikken bodem bin in worden, i taptemelkpoeder en de bloem beide droq laat deze mee bruin worden Verdun daa: der voortdurend roeren met het water, jus op smaak af met een theelepel torna!/ of wat geraspte ui en een beetje zout. ELEGANTE MIDDAG JAPON, Middagjapon met ingehaalde ruimte en hals en gedrapeerde schuine stofr boven de naad van het plastron eindig baans rok met smalle ceintuur Las sluitende mouwen, die naar wensci kunnen worden. Eenige ruimte in den: stof pl.m. 4 M. van 90 cM. en 3 M. yi Patroon in maat 48, prijs 26 ets. E: Maandag af gedurende een week vert bij de bureaux van dit blad Gr. Houtó en Soendaplein 37. HOE KUNNEN WE VAN OUDE WOL NIEUWE 31 AKEN? Een van de manieren om uw uitgelid weer glad en voor het gebruik geschikt k is de volgende: Haal uw trui of jumper uit en wind dl een stuk karton, niet korter dan 30 streng daarna vast met hier en daar mi zooals bij de strengen uit den winkel, Is1 veelheid groot, doe het dan in afrleeling; nu de streng van het karton af door dit buigen en houd het strak tusschen twee Houd deze strak gespannen streng bon stoom van een waterketel, tot de kronte zijn. Wind het daarna gewoon op een kis winden) en uw wol is als nieuw. 45 -BEKENDE MERKEN Ook In K DE STOFZUIGER CENTRALE HAG! GED OUDE GEACHT 52 - TÏLI (Adv. Inge5 DOOR PETER PAUL BERTRAM. 20) Buschroitner knikte. „Derhalve", ging graaf Vestic-Falkenberg voort, „stel ik mij op dat standpunt. Dat wil zeggen, ik laat het aan u over mijn schuld te bewijzen en weiger tevens om u daarbij behulpzaam te zijn of moeite te doen, mijn onschuld te bewijzen. Daar toe ben ik namelijk niet verplicht". „Dat kunt u natuurlijk doen", zei Buschroitner. „Maar of u daarmede uw belangen dient? Be- teekent dat, dat u weigert een verklaring af te leggen?" Graaf Vestic-Falkenberg schudde het hoofd. „Neen, ik behoud me alleen het recht, voor op sommige vragen geen antwoord te geven". „En zult u ook de waarheid zeggen?" - „Ik heb het tot dusver in mijn leven nog nim mer de moeite waard gevonden om te liegen en ik ben niet van plan daar zoo laat nog mee te beginnen", antwoordde de graaf met licht gefronst voorhoofd. Buschroitner knikte. „Zoudt u me dan willen - zeggen, of u op den avond van den moord een woordenwisseling met uw vrouw gehad heeft?" Graaf Vestic-Falkenberg knikte. „Ja". „En waarover ging die woordenwisseling?" „Het was een persoonlijke aangelegenheid, die slechts mijn vrouw en mij aangaat". Buschroitner trok zich van de tereohtwijzing in deze woorden niets aan. „Heeft die woordenwis seling iets te maken gehad met mijnheer Von Ghetaldi?" Eer de graaf kon antwoorden, ging de deur open en gravin Beate, gevolgd door Lechperger. snelde de bibliotheek binnen. Haar handen waren nog zwart van de drukinkt. „Adalbert!", riep ze angstig. Ze greep met een vertwijfeld gebaar naar haar hals. waar haar vingers zwarte sporen achterlieten. „Ik heb niets Graaf Vestic-Valkenberg stond op en snelde op zijn vrouw toe. Hij haalde een zakdoek uit zijn borstzak en probeerde voorzichtig en teeder de inkt van de handen en de hals van zijn vrouw te verwijderen. „Je moet je niet opwinden, Beate", zei hij. „Lechperger, geef het fleschje met alcohol eens", zei Buschroitner. De hoofdinspecteur ging terugin de salon en kwam een oogenblik later terug met den alcohol. De graaf nam het fleschje aan en reinigde de zwarte plekken. „Zoo", zei hij. toen, „ga nu, Beate, de commissaris en ik moeten praten". Gravin' Beate bleef weifelend staan. Ze keek haar echtgenoote angstig aan. „Adalbert, ik ben bang. Laat me niet alleen. Ik.ik houd het niet uitik word gek „Mevrouw kan ook hier blijven", zei Busch roitner. Graaf Vestic-Falkenberg'bracht zijn vrouw naai" een fauteuil en duwde haar zacht er in. Toen ging hij op de leuning zitten en streelde zacht haar schouder. Buschroitner wachtte. Lechperger keek vragend naar de gravin. „Ga maar", zei Buschroitner. „Dat met die vingerafdrukken heeft den tijd". De beambte ging heen. Graaf Vestic-Falkenberg keek over het hoofd van zijn vrouw naar den commissaris. Een glim lachje speelde om zijn lippen. „Dat was een fijne schaakzet, commissaris", zei hij. Buschroitner keek verlegen in zijn papieren. „Onder deze omstandigheden lijkt het me het beste, dat ik uw vraag maar beantwoord. U weet het immers toch al. Ja, onze twist had met den heer Von Ghetaldi te doen". De graaf maakte een kleine pauze. „Alleen was het resultaat anders dan u vermoedt. Mijn vrouw had mij medegedeeld, dat ze me wilde verlaten en verzocht om een scheiding. Ze zeide mij, dat ze met den heer Von Ghetaldi wilde trouwen. Ik was het daar heele maal niet mede eens, want ik houd van mijn vrouw en overigens had ik geen al te hoogen dunk van Ghetaldi. Hij was een amusante," charmante en knappe man, maar naar mijn meening ontbrak hem een zekere levensernst. Hij zou Beate onge lukkig gemaakt hebben. Ik heb er mijn vrouw voor gewaarschuwd, een overhaasten stap te on dernemen. Ofschoon ik mij over deze zaak zeer opgewonden heb, kon ik haar toch niet ernstig nemen. In ieder huwelijk komt het wel eens tot een crisis en met een beetje goeden wil van beide zijden, wat geduld en begrip, kan men die over winnen. Ik heb het opvlammen van de oude liefde van mijn vrouw voor Von Ghetaldi niet zoo over matig belangrijk opgenomen en haar verzocht, de zaak rustig te overleggen. In geen geval wilde ik mijn toestemming tot een overhaaste scheiding geven. En ik/was van plan, een hartig woordje te spreken met den heer Von Ghetaldi. Men ge bruikt de gastvrijheid niet, om den gastheer zijn vrouw te ontstelen". Graaf Vestic-Falkenberg zweeg een oogenblik. „U ziet, commissaris, dat ik volkomen open en eerlijk ben", ging hij voort. „Ik verzocht de gravin mij alleen te laten. Ik moest nadenken. Toen ik eindelijk tot een besluit kwam, was het laat. Ik ging naar bed en het gelukte mij te slapen. Vanmorgen heb ik een flinke wandeling gemakt om de zaak opnieuw te overleggen en toen ik terugkwam, vernam ik dat de heer Von Ghetaldi vermoord was". „En tot welk. besluit was u gekomen?", vroeg Buschroitner. „Niet om mijnheer Von Ghetaldi te dooden", zei de graaf met een nauw merkbaar glimlachje. „Ik had besloten, mijn vrouw een tusschenvoorstel te doen. Ik wilde baar voorstellen de beslissing uit te stellen, bijvoorbeeld een half jaar. In dien tijd zou zij een reis kunnen maken...." „Ik begrijp het", zei Buschroitner. Zijn toon was hoffelijk, maar er was niet uit te hooren, of hij de woorden van den graaf geloofde of niet. „Heeft u nog iets mede te deelen?" Graaf Vestic-Falkenberg schudde het hoofd. „Waarom heeft u dan gisteren tegenover uw vrouw niet ontkend, dat u mijnheer Von Ghetaldi vermoord hebt?", vroeg Buschroitner. „Dat weet u' dus ook?" Graaf Vestic-Falken berg staarde voor zich heen. Tenslotte zei hij zacht: „Als het u hetzelfde blijft, commissaris, wilde ik deze vraag liever onbeantwoord laten". „Zooals u wilt. Maar misschien kunt u mij zeggen, of u in staat bent me een direct of indirect bewijs er voor te geven,, datu mijnheer Von Ghetaldi niet vermoord heeft". Graaf Vestic-Falkenberg schudde het hoofd. „Het spijt me, commissaris, maar daartoe ben ik niet in staat. Ik ben bang", zei hij met een weemoedig lachje, „dat ik er aan gelooven moet als het u niet gelukt iemand anders als de moordenaar aan te wijzen". „En is er iemand dien u verdenkt?", informeerde Buschroitner. „Neen, dat niet, maar", de graaf stond op en ging op de schrijftafel toe, „maar, ziet u, ik weet dat iemand anders den moord gepleegd heeft, want ik heb het niet gedaan. Wie", hij haalde de schou ders op, „weet ik niet. Het is aan om dat uit te vinden. En ik twijfel niet, of dat zal u gelukken. U is flink en handig". „We zullen hopen". Maar Buschroitner's stem klonk niet zeer overtuigend. Hij schudde het hoofd toen.de graaf en de gravin het vertrek verlieten. Hij was ontevreden. Op zichzelf, want hij voelde dat hij tegen den graaf niet opgewassen was ge weest. Achter die uiterlijke rust was een geheim verborgen. Was hel de moord? Kende hij den moor denaar en wilde hij dien in bescherming nemen? Buschroitner wist het niet. Weenen had een schat van gegevens opgeleverd. Maar in plaats van de zaak gemakkelijker te maken was ze nog inge wikkelder er door geworden. Drie menschen, drie motieven. En slechts één kon Von Ghetaldi gedood hebben. Wie was liet? Buschroitner nam de stukken ter hand en be gon nogmaals het onderzoek te reconstrueeren. Had hij iets over het hoofd gezien? Had hij een fout gemaakt? „Haberler", wendde hij zich tot den inspecteur, „laat die schrijverij maar. Ik wil rust hebben en nadenken". Hij keek op zijn horloge. „Het is al over twaalf, ga eten". De beambte sloot zijn schrijfmachine en verliet op zijn teenen de kamer. Buschroitner was een methodisch mensch. En hij had gedurende zijn loopbaan geleerd, dat orde en systeem het werk belangrijk vergemakkelijkten. Voor hij derhalve begon aan de bestudeering van de stukken, legde hij notitieboekje en potlood naast zich neer, stak een sigaret aan en begon te lezen. Van tijd tot tijd noteerde hij een paar woorden op zijn boekje. De ascb van zijn sigaret werd langei en langer, viel tenslotte op de voor hem liggende papieren. Ongeduldig blies hij de asoh weg. Zoo verdiept was hij in zijn werk dat hij et dacht dat hij hier niet in zijn bureau: was, met een dungeloopen stuk linoleuE vloer, maar in de bibliotheek van kas» berg, waar op den parketvloer dikke 0: tapijten lagen. Zoo verdiept was hij ook in zijn werk ook niet merkte dat de deur open ging 0 zacht binnen kwam. Pas toen hij omsloeg1 bij onwillekeurig opkeek, zag hij dat hij' alleen was. Voor hem stond freule Angela Vestic-fk Ze was doodsbleek onder haar gebruinde scheen, alsof zij zich met moeite overeï Buschroitner sprong ontsteld op. „Omh freule!" Hij snelde op haar toe om haar te Zij zonk zwak in een stoel. „Ik ben gekt* dat ik u iets te zegggen heb. Schrijft uM zal ik het tqekenen.Ze vertrok pijj gezicht. „Snel!", riep ze ongeduldig, toch! Ik heb Felix von Ghetaldi get bet gedaan...." het spreken kostte has .omdat ik.De woorden bestien'ö lippen en zij gleed van den stoel. hoofdstuk; ix. Vahoda liep weer, bezig met zijn «S om den kleinen vijver in het park, toeic Grabner opgewonden op hem af stormde „Heeft u het al gehoord?", riepen ze ar mond. „De freule heeft zich van kant Zelfmoord gepleegd". Haar oogen glin$ „Zelfmoord?", riep Vahoda verbaasd. - Zoo'n mooie jonge vrouw!" „Misschien was ze niet zoo braaf a dit ziet", zei Daisy Grabner boosaardig- „Als iemand jong en knap is, geloovea nen dadelijk....", meende Melitta. „Ja, schijn bedriegt", zei Daisy en deec, nog veel meer wist. „Maar dat kan toch niet" stotterde Vak' peloos, „Ze zal wel geweten hebben waaroS' Melitta Grabner. (Wordt W

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 6