Moord op kasteel Entzberg
Reizen en avonturen van Mijnheer Prikkebeen
MAANDAG 27 JANUARI 1941
HAARD EM'S D A G B E A D
Dora Sclirama in ,,'t Was in den
lentetijd".
Opvoeringen van „De Hoofdstadoperette"
te Haarlem.
Op Donderdag 30 en Vrijdag 31 Januari zal in
den Stadsschouwburg te Haarlem door „De Hoofd
stad-operette" een voorstelling gegeven worden
van het nieuwe Nederlandsche zangspel, ,,'t Was
in den lentetijd" van Willy van Hemert. Deze ope
rette oogstte in Amsterdam en enkele andere
plaatsen reeds groote successen en heeft voor
Haarlem zeker bijzondere aantrekkelijkheid, om
dat twee der belangrijkste rollen vertolkt worden
dcor „inboorlingen" van Haarlem. n.l. Dora
Sohrama, die zich in geheel Nederland reeds een
uitstekenden naam Iheeft verworven en de jonge,
veelbelovende tenor--buffo, Frans du Mée.
,,'t Was in den lentetijd" brengt ons in een ty-
pisch-Hollandsch milieu, deels te Amsterdam,
deels in een oude buitenplaats aan de Vecht. De
handeling loopt over een tijdvak van 85 jaar. zoo
dat wij de „kinderen" uit het eerste bedrijf als
„grijsaards" in het laatste bedrijf terugzien, wat
den vertolkers gelegenheid geeft tot dankbare
staaltjes van grimeerkunst. Het werk is verdeeld
in vier tafreelen, waarvan de afzonderlijke titels
genoegzaam voor zichzelf spreken, n.l. 1845: „In
Hildebrand's tijd", 1865: ,De wals verovert Am
sterdam", 1895: „Feest aan de Vecht" en 1930:
„O.K. Methusalem!"
De muziek voor dit bekoorlijke zangspel werd
vervaardigd door den operette-componist Walter
Kollo.
Behalve Dora Sehrama en Frans diu Mée wor
den de voornaamste rollen vertolkt door Harry
Dresselhuys, Annie Schuitema, Jan van Domme
len, Jos Liesting, Floor Middag, Peter in der
Maur, Bennie Vreden, Dora Witt, Atie Cr ok, Pop
Sluyter e. v. a. De solo-dansen worden verzorgd
door Irma Irmandi en Jack Bow.
Gerard Vroom, die vele jaren met dezpn regis
seur ^hmenwerkte. vervaardigde de décors, terwijl
de costumes ontworpen werden door Greta Vor
sten.
TOESLAGFONDS VOOR HET
BLOEMBOLLENBEDRIJF.
Het bestuur van het Toeslagfonds voor het
Bloernbollenbedrijf heeft bepaald, dat de tweede
uitkeeringen van het contractjaar 19401941 als
volgt zullen plaatsvinden:
Donderdag 20 Februari a.s. te
Lisse des morgens van 101 uur, in de R.K.
Volksbond;
Hillegom des morgens van 101 uur in de
R.K. Volksbond.
Sassenheim des morgens van 102 uur, in het
gebouw van de K.S.A.
Heemstede des namiddags 3 uur precies in het
R.K. Vereenigingsgebouw.
Oegstgeest des namiddags van 33.30 uur in
het St. Willibrordusgebouw.
Warmond des namiddags van 22.30 uur bij
H. J. Weijers Dorpstraat 214 B.
Vrijdag 21 Februari a.s. te
Noordwijkerhout des morgens van 1112 uur
bij H. v. d. Voet, Ie Oude Schulpweg 1.
Noordwijk des middags van 1.302.30 uur in
café Flora, Kerkstraat.
Voorhout des namiddags van 34 uur in café,
Boerhaave, Hoofdstraat.
Rinnegom (Egmonden) des morgens om 10 uur
precies, in café v. d. Molen t.o. de R.K. Kerk.
Lïmmen des morgens van 11.30 u. precies, in het
Parochiehuis.
Rechthebbenden dienen tijdig een verklaring van
hun werkgever (s) te vragen, waaruit kan blijken
hoelang zij in het contractjaar 19401941 werk
zaam waren. In verband met de verduistering zijn
de uitbetalingstijden overdag gesteld. Indien recht
hebbenden hierdoor niet persoonlijk kunnen
komen, kan de toeslag ook door een der huisge
noten worden ontvangen. Het trouwboekje moet,
zooals' 'gewoonlijk getoond worden.
Rechthebbenden te Overveen, Bennebroek en
Castrïcum dienen zich vóór 20 Februari a.s. met
de vereischte patroonsverklaring en hun trouw
boekje te melden bij de volgende adressen:
voor Overveen bij F. J. Koelemij, Houtvaart 8,
Haarlem;
voor Bennebroek bij P. J. v. Lierop, Schoollaan
Bennebroek;
voor Castricum bij J Hageman, Haagscheweg 1,
Bakkum.
De-tweede utbetaling van het contractjaar 1940-
1941 zal bedragen: voor vaste arbeiders f 12 per
rechthebbend kind; voor losse arbeiders f 1 per
maand dienst bij aangesloten werkgevers en per
kind.
Aantal chemische producten
distributiegoederen.
Binnenkort kan in de Staats
courant de beschikking worden ver
wacht van een beschikking van den secre
taris-generaal van het departement van handel,
Nijverheid en. scheepvaart, waarbij een aantal
chemische producten tot distributiegoed wordt
verklaard. Voor de betreffende goederen kan
thans reeds worden verwezen naar het Ver
ordeningenblad van Zaterdag, waarbij een on
derscheid is gemaakt tusschen tabel a en tabel b.
Voor de op tabel A vermelde producten zal het
reeds thans noodig zijn rantsoeneeringsmaat-
regelen te treffen. Ten aanzien van de op tabel b
voorkomende producten zal vooralsnog kunnen
worden volstaan met een inventarisatie door
het rijksbureau voor chemische producten.
Dc VANKteiitoonstelling geopend.
Zaterdagmiddag werd in de Haarlemsche
Raadszaal de V.A.NK. tentoonstelling over druk
kunst, waarvan we in onze krant reeds een toe
schrijving gaven, geopend.
De heer F. Fey heette de aanwezigen, inzonder
heid rnr. Th. A. Wesstra, die het gemeentebestuur
vertegenwoordigde, welkom. De heer Fey wees,
erop dat het doel van de V.A.NK. in den naam
besloten is: nml. Vereen, voor Ambachts- en Nij
verheidskunst. De afdeeïinig, die hier exposeeert,
heeft tot taak belangstelling te trekken voor liet
boek als kunstnijverheidsproduct.
De afstand tusschen artist en uitvoerder, die
vroeger een kloof vormde, is thans overbrugd.
De heer M. H. Groenendaal Jr. bracht dank aan
den heer de Wit, directeur van de stadsbiblio
theek, het gemeentebestuur, den dienst van Hout
en Plantsoenen (die de zaal versierd heeft) voor
de verleende medewerking. Deze expositie is be
doeld om het publiek en uitgever voor te lichten,
zij geeft een overzicht van de zong, die in den
loop der tijden aan den boekhandel besteed is.
William Morris gaf in de tweede helft der
vorige eeuw den stoot tot een herleving van de
goede zorg voor het boek. In Aimeriika ontstond
voor 't eerst de aandacht voor gen Ietter met goe
den snit.
Typografie wil zeggen overeenkomstig een be
paald doel het zetmateriaal rangschikken.
De tentoonstelling geeft dit streven weer.
W. Wijk overleden.
Oud-president van „Ons Belang".
In den ouderdom van 76 jaar is te Amersfoort
overleden de heer W. Wijk, oud-president van de
vereeniging van onderofficieren „Ons Belang" en
oudlid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De overledene heeft bijna veertig jaar gewerkt
voor de belangen van de onderofficieren van het
voormalig Nederlandsche leger en was op het ter
rein van de onderofficierenorganisatie een zeer be
kende figuur. Ook was hij oprichter van de diverse
instellingen, welke door deze vereeniging worden
geëxploiteerd.
GEBREK AAN BEENDEREN.
DELFT, 25 Januari. In een persconferentie
heeft de directeur van de N.V. Lijm- en Gelatine-
fabriek te Delft, ir. J. van Stolk, meegedeeld, dat
de aanvoer van beenderen zoo miniem is dat, als
daarin geen verandering komt, het bedrijf en aan
verwante bedrijven zouden moeten worden stil
gelegd. In verband daarmee wordt een dringend
beroep gedaan op huismoeders en schilleboeren in
het geheele land de beenderen zorgvuldig te be
waren en te sorteeren, opdat zij aan de bedrijven
ten goede komen.
Ir. van Stolk zal binnenkort over deze kwestie
voor de microfoon spreken.
Voor oprichting oorlogsgedenk-
teekenen is goedkeuring noodig.
Het Verordeningenblad bevat een besluit van den
secretaris-generaal van het departement van
Volksvoorlichting en Kunsten betreffende oorlogs-
gedenkteekenen. Hierin woitdt o.m. bepaald, dat
het ter herinnering aan oorlogsfeiten maken en op
richten van een oorlogsgoden kteeken of een aanleg
behoeft de goedkeuring van den secretaris-generaal
van het departement van Volksvoorlichting en
Kunsten.
Het op verkrijging dier goedkeuring gericht ver
zoek moet o.m. bevatten:
De naam en het adres van opdrachtgevers voorts
opgaven van de geldmiddelen of van de wijze,
waarop 'deze zijn worden verkregen, voorts een
nauwkeurige begrooting van de kosten, den naam
en het adres van de kunstenaars en aannemers, die
met de uitvoering van de opdracht zijn of zullen
worden belast, benevens ontwerpteeken'ingen op
1/50 der ware grootte.
Aan de goedkeuring kunnen voorwaarden en
verplichtingen worden verbonden. Tegen de beslis
sing is geenerlei voorziening toegelaten.
Ir. Mussert bij dr. Goebbels.
BERLIJN, 25 Januari. (D.N.B.) Minister
dr. Goebbels heeft gisteren den leider van de
Nationaal-Socialistische Beweging in Neder
land, ir, Mussert, voor een vrij langdurig onder
houd ontvangen.
Kettinghandel te Almelo ontdekt.
Meer dan tien personen gearresteerd.
Ruim acht dagen geleden kwam de Alme-
losche politie een wijdvertakte kettinghandel
op 't spoor. In samenwerking met de mare
chaussee en controleurs van den Crisis-con-
tröledienst werd terstond een uitgebreid on
derzoek ingesteld, dat de geheele week inbeslag
heeft genomen. Tientallen personen werden op
het politiebureau aan een verhoor onderworpen
en een groot aantal huiszoekingen werd verricht
met het resultaat, dat hier en daar een partij
koffie, thee, vet of vleesch van frauduleus ge
slacht vee in beslag kon worden genomen. Een
groot aantal bij dezen kettinghandel betrokken
personen werd in arrest gesteld. Van hen zijn
later eenigen vrijgelaten, doch thans bevin
den zich nog meer dan tien personen in ver
zekerde bewaring. Het onderzoek wordt met
kracht voortgezet, Reeds is gebleken, dat bij de-
zijn ongeoorloofdenhandel abnormaal hooge
prijzen werden gevraagd en betaald. Voor een
pond koffie bijv. 'werd 5 tot 8 gulden be
taald. Ook thee en vet zijn voor zeer hooge
prijzen afgeleverd.
De gasverkennings- en gasontsmettmgspioegen van het hoofdpostkantoor te
Amsterdam hebben een oefening gehouden, waarbij de uitwerking van een gas
bom verondersteld werd.
(Foto Pax Holland)
Sluikhandelaars te Maastricht
gesnapt.
De gemeentepolitie van Maastricht heeft in
samenwerking met de Duitsche politie een
groote razzia ondernomen tegen de bedrijvers
van een sterk verbreide sluikhandel in allerlei
artikelen, welke op de openbare straat te Wijk-
Maastricht werd gevoerd. In het geheel wer
den 44 personen, mannen, vrouwen, jongens en
meisjes, aangehouden. Een deel van de arrestan
ten is in het Huis van Bewaring opgesloten.
De menschen werden gearresteerd wegens
overtreding van het prijsbeheerschingsbesluit,
hamsterwetten, distributiewetten en daarmee
verband houdende bepalingen. De in beslag en
in bezit genomen goederen vulden een geheele
kamer van het politiebureau. 169 coupons da
mes- en heer ens tof f en. Enkele coupons mantel
stoffen behoorden hiertoe en tevens 150 stuk
ken damesondergoed, partijen kousen, zeep, ca
cao, laarzen, schoenen en werkkleeren.
VOOR DE KINDEREN
Registratie Post- en Sierduivei
De Commissaris van Politie te Haarlem re
ons plaatsing van ibet volgende:
Alle postduiven, welke na 15 Mei 1941
gebroed, behooren ten spoedigste aan de
sie ter behartiging van de belangen van Neè
duiven houders, gevestigd te Amsterdam, Ri
gracht 407 (tel. 34413)met nauwkeurige
ving van het jaar van uitbroeden en 'hei
nummer te worden opgegeven. Hetzelfde
geschieden met alle andere duiven, die
officieele gestempelde hoklijsten- voorkom;
Voor ongeringde duiven verplicht gesteld;
ringen worden door het Nat. Verbond vai
Postduivenlief'heibtoers, Amsteldijk 44 te k.
dam, verstrekt.
Alle soorten van sierduiven zonder
uitzondering behooren ter registratie !f
den opgegeven aan den secretaris van <fe
Bond van Sierduivenvereenigingen, den b
A. M. Spruyt, Van Bevernmghlaan 36 te
Laatstgenoemde is met het registreeren re
sierduiven belast. Opgaven ter registó
verzoeken om inlichtingen moeten bij he:
den'ingediend. 1
De voor de ingeringde sierduiven verpik! f
stelde sluitringen worden door den heer S ta
verstrekt.
Verder moeten alle sierduiven. broed 1941, r
zien worden van een door de in den aaiü 1
noemde Commissie te erkennen speciale
Omtrent het opschrift van dezen voor het»
land geldenden ring is nog nader overleg?
Nadere mededeelingen zullen hieromte'
gedaan worden. Het houden van sierduivei
1941. met niet erkende ringen is verboden
Evenals voor postduiven behooren tb:
van alle sierduiven hoklijsten in drievoudi
den aangelegd. Eén exemplaar van dere
moet aan het bureau van politie, Smedst
te Haarlem, worden ingeleverd, het tv®
hoort in het desbetreffende duivenhok a
te zijn en het derde moet worden opgezoi
voornoemde Commissie of aan den hei
Bovenbedoelde oogaven behooren vd.
nuari 1941 te worden ingezonden. Bij nis
ming hiervan stelt men zich bloot aan
vervolging volgens de Duitsche militaire
Tentoonstellingen 'van post- en anderes
in welken vorm ook, zijn verboden.
Eveneens is het vervoer van postduiven:
de kom der gemeente verboden, indien t
voer niet gedekt wordt door een schrift#
gunning, welke bij de Commissie voornoeE
redenen omkleed, kan worden aangevm?;
Voor zoover het vorenstaande afwijö
vroeger terzake uitgevaardigde bepaling-
ten deze als vervallen worden beschouwd,
Maar plotseling „Zeg zie je dat?"
Roept Ursula „Een groote rat? I
„Daar ts mijn kans! Ik neem de beenen"
Denkt Prikkebeen en Is verdwenen,
Vóór Ursula hem na kan gaan:
Z' is immers nog geheel ontdaan.
De vlucht'ling denkt: „Die ool'ke rat",
En kiest verheugd het hazenpad,
Hij weet: hij loopt nu voor zijn leven.
Want Ursula 't Is om te beven
Komt stellig straks weer aangesneld,
Tot groot verdriet van onzen held
Gevangen missionarissen vrijgi
Twee Nederlanders en drie Duitschali
Uit Tsjoengking verneemt het D.N.B.:
een telegram van bisschop Buddenbrockj:
Duitsche katholieke missie in Lantsjau zjj ii
Duitsche en twee Nederlandsche missionaris
sinds den zomer van 1930 te Oeroemtsji, <k
stad van de provincie Sinkiang (Chineesd
kestan) gevangen zaten, na hun vrijlating:
den welstand te Lantsjau teruggekeerd.
De namen van de beide Nederlanders zi?
drik Mötter en Piet van Oirschot. De Du:
heeten Ferdinand Loy, Philipp Moritz en
Hilbrenner. Allen maken deel uit van de 6
Verbi Divini.
PETER PAUL BERTRAM.
„Ik kan het u wel vertellen", helderde Daisy op.
„Ze heeft mijnheer Von Ghetaldi vermoord".
„Jaloersch was ze", riep Melitta Grabner.
„Herinner je je nog, wat ik je direct dien eer
sten avond verteld heb?", viel haar zuster haar in
de rede. „Hoe zenuwachtig ze was, toen ze om niets
tegen dr. Muir uitbarstte?"
„Nu weet ik ook, waarom de graaf niet ont
kend heeft", riep Melitta uit. „Hij wilde zijn doch
ter beschermen".
„Vermoord? De graaf niet ontkend?" Vahoda was
uit de wolken gevallen. „Maar om hemelswil, wat
beteekent dit alles?"
„Maar weet u dat dan niet?", riepen de beide
zusters uit. En elkaar telkens in de rede vallend
vertelden zij den verbluften Vahoda, wat zij wis
ten.
„En de freule heeft bekend? Is ze dood?"
„Natuurlijk heeft ze bekend. Waarom zou ze
2ieh anders zelf hebben willen dooden?" zei Daisy
Grabner.
„Misschien is ze ook nog niet heelemaal dood",
zei Melitta. „Dr. Muir is bij haar. Maar het zou beter
zijn, als zij wel dood ging".
Vahoda schudde het hoofd. Hij wist niet, wat
hij zeggen en wat hij denken moest.
Teleurgesteld renden de zusters weg, om iemand
ander te vinden, wien zij hun wetenschap konden
mededeelen.
Vahoda begon weer om den vijver te loopen. Zijn
hersens werkten koortsachtig. Zou dan zijn heele
theorie verkeerd zijn? Had de gravin, toen zij hem
opdracht gaf inlichtingen in Weenen in te winnen,
\-an de schuld van de freule geweten? Had ze het
gedaan om een onschuldige te belasten? Was dus
Duschinsky toch niet de moordenaar?
Vahoda was in de war. De nieuwe aspecten, die
zich voordeden, de vele omstandigheden, die hem
tot dusver onbekend waren geweest, wierpen alles
omver, wat hij gecombineerd had. Als de freule
werkelijk zelfmoord gepleegd had, waren al zijn
met moeite opgebouwde theorieën verkeerd geweest.
Deze erkenning was bitter. Vahoda had geloofd-
ja, hij had geloofd in plaats van te weten. Blijk
baar mocht je als detective niet gelooven. Wat had
de commissaris gezegd? „Dat zijn theorieën, maar
wij hebben feiten noodig". Zijn opvatting van den
moord was een theorie geweest. De feiten. Vahoda
zuchtte bezorgd. Het was niet zoo eenvoudig,
detective te spelen.
Snelle schreden knerpten over het grint. Een
bediende kwam hem melden, dat er telefoon voor
hem uit Weenen was. Het detective-bureau, dacht
Vahoda zuchtend. Het liefst had hij het gesprek
laten loopen. Hij zou natuurlijk alleen maar gun
stige berichten over Duschinsky hooren. Zijn theorie
was immers verkeerd. Terwijl hij snel op het
kasteel toeliep, nam hij het besluit, de conse
quentie van zijn fout te trekken en de kosten
zelf te dragen.
„Ik heb de telefoon in de bibliotheek gezet",
zei de bediende. „De commissaris is er op het oogen-
blik niet".
Vahoda ging naar de bibliotheek en nam de
hoorn op. „Ja juffrouw, hier Josef Vahoda, ver
bindt u maar". Hij wachtte. Na eenige minuten
had hij aansluiting.
„Hier detective-bureau „Lux", mijnheer
Vahoda persoonlijk? We h'ebben uw opdracht,
ontvangen en met spoed uitgevoerd. Dank zij
onze persoonlijke goede relaties ik ben inder
tijd zelf beambte bij de crimineele politie geweest
konden wij in korten tijd onze inlichtingen ver
krijgen. Dus de genoemde Duschinsky, Otto, fabri
kant, bevindt zich in een zacht uitgedrukt, wan
hopige situatie. Schulden, mijnheer Vahoda, niets
dan schulden. Herhaalde malen is zijn faillissement
aangevraagd. Een collega heeft me medegedeeld
maar u gelieve dat strikt vertrouwelijk te behan
delen dat de autoriteiten zich met den heer
Duschinsky bezig houden. En de voornaamste
schuldeischer, een zekere Pflüger, die hem tot nu
toe gespaard heeft, laat hem ook los. Ik heb zelf
met dien Pflüger gesproken ik moest heen en
weer een taxi nemen, u zult dat op de onkosten-
nota vinden, maar ik dacht, omdat u haast had..."
Vahoda zuchtte zacht, „....dus Pflüger heeft
vernomen, dat Duschinsky in die moordzaak ver
wikkeld is. Hij is al door de politie verhoord.
En hij wil niets meer met hem te doen hebben. Hij
heeft me verteld, dat Duschinsky met een rijke
dame wilde trouwen, een zekere mevrouw Fechner.
Ze moet veel geld hebben. En Pflüger heeft het
van het tot stand komen van dit huwelijk laten
afhangen, of hij tegen Duschinsky zou optreden of
niet. Dat is eigenlijk alles. Mag ik vragen, of u
met Duschinsky in zakelijke betrekking staat, of is
Het een onderzoek naar een misdrijf. In dat geval
zou ik u ook verder behulpzaam kunnen zijn. Mijn
condities zijn, zooals u zult merken uit de reke
ning, die ik tegelijk met het schriftelijk verslag
afstuur, uiterst coulant".
Vahoda knipperde even met de oogen. Toen
mompelde hij haastig een paar woorden van dank,
beloofde een spoedige verrekening en belde af.
Zijn theorie omtrent Duschinsky was dus juist ge
weest. Ondanks dat had de freule, bekend en
zelfmoord gepleegd. Maar als zijn theorie juist
was, waarom had ze dat dan gedaan? Weer be
gonnen zijn hersens koortsachtig te werken. Als de
vader gezwegen had om de dochter te sparen,
kon dan de dochter niet, in de meening dat haar
vader de moordenaar was, de schuld op zich ge
nomen hebben?"
Zijn bik viel op de voor hem liggende rap
porten van de verhooren. En op dat oogeriblik deed
Vahoda iets, wat hij nog nooit gedaan had. Hij
zocht het verhoor van Duschinsky er uit en be
gon te lezen. Toen hij klaar was, legde hij het
rapport weer neer en verliet snel de bibliotheek.
In de hall zaten verscheiden gasten, die op ge-
dempten toon en met betrokkén gezichten over het
gebeurde spraken.
„Is het werkelijk waar?", wendde hij zich tot
mevrouw Pribram.
„Of wat waar is?", vroeg professor Pribram
norsch. „Het is onverantwoordelijk, op welke wijze
zekere praatjesmaaksters, wier naam ik liever niet
noemen zal, geruchten verspreiden, waaraan iedere
grond ontbreekt. Het is een beleediging voor onzen
gastheer".
„Zeker", viel Vahoda hem bij. „Het is natuur
lijk een vergissing, maar wat is er precies ge
beurd?"
„De freule is plotseling ziek geworden en ze heb
ben dr. Muir geroepen. Dat heeft tenminste com
missaris Buschroitner gezegd". Professor Pribram
keek uitdagend om zich heen, of iemand het durfde
wagen zijn woorden tegen te spreken.
„De freule leeft dus nog?", informeerde Vahoda
opgelucht.
„Toen dr. Muir een paar minuten geleden even
hier was, zei hij, dat de freule buiten gevaar
was", antwoordde mevrouw Pribram.
„Gelukkig!", fluisterde Vahoda. „Het was zoo'n
lief meisje. Neen, hoe zou men dat ook kunnen
gelooven?"
„Het is weerzinwekkend", zei Maxwell, „te ge
looven dat de freuile iets met den moord te maken
zou hebben".
„Is het niet waar?", riep Vahoda geestdriftig
uit.
„Dat kan alleen maar iemand beweren, die ner
gens verstand van heeft. Ik zal u de onzinnigheid
van een dergelijke beschuldiging afdoende aan-
toonen". Hij liep de trap op "en kwam eenige
oogenblikken later met een gevaarlijk uitziende
la-is van exotischen oorsprong terug. „Bekijkt u
dit wapen eens. Het is gelijk aan dat, waarmede
de moord gepleegd is". Hij trok de kling uit de
scheede. „Het is een bolo uit Mindanao. Een ge
vaarlijk wapen, maar geen instrument, waarmede
een vrouw kan omgaan. U, mevrouw", wendde hij
zich tot mevrouw Pribram, „neemt u dat wapen
eens u bent sportief en krachtig". Hij keek zoe
kend om zich heen en vond een groote Engelsche
krant. „Probeert u nu eens door deze krant heen
te steken". Hij hield de krant als een toreador zijn
roode lap houdt. Mevrouw Pribram nam het wapen
en stak toe. Men zag, dat zij al haar kracht aan
wendde, maar het gelukte haar niet meer dan een
paar bladen door te steken.
„Ziet u", riep Maxwell, triomfantelijk uit. „En
iedere soldaat zal u bevestigen, dat het nog veel
moeilijker is, om een mensch zoo'n dolk in den
rug te stooten. Niet waar, majoor?" Hij sprak eenige
Chineesche woorden en majoor Li-Tau-Ping knikte
bevestigend.
Maxwell nam het wapen weer over en stak het
in de scheede. „Neen", zeide hij hoofdschuddend,
„de arme mijnheer Von Ghetaldi is door een man
vermoord". Maxwell ging de trap weer op om het
wapen op zijn plaats te hangen. Hij was een beetje
verwonderd, toen hij merkte dat de kleine'
hem gevolgd was-/ j
„Kan ik u een oogenblik alleen spre
vroeg Vahoda schuchter, toen Maxwell naarï
terug wilde gaan.
„O zeker, wat wenscht u?"
Vahoda schraapte zich de keel. „U is W
vriend van graaf Vestic-Falkenberg", VP
bedeesd. „Ik bedoel, omdat u de freule zoo#
verdedigde".
„Vriend is wat veel gezegd, want ik
graaf pas enkele dagen. Maar als u bedoel!
alles doen zou om deze onwaardige vers
van zijn dochter te nemen, dan kunt u
ik zijn vriend ben".
„Dat bedoel ik juist", zei Vahoda.
namelijk weten, dat de gravin mij opdra»
gegeven, te trachten den moord op te heloc.
„Ja. Ik heb daar een theorie over opg»
zij was van de juistheid er van overtuigd.
dat ze me volmacht gegeven heeft inlich®
Weenen te laten inwinnen". 1
„En hoe Luidt uw theorie?", wilde J-
weten.
„Dat is het juist", zeide Vahoda onzeker
ik hoorde, dat de freule een bekentenis
legd en zelfmoox-d gepleegd had, dacht ik,:'
theorie fout was. En toen kreeg ik uit Ween?:
deelingen, die mij bewezen dat ik toch g«
gehad. En nu u aangetoond heeft, dat sle»
man den moord begaan kan hebben, wiS'
ik verder moest op den ingeslagen weg.
alles met de freule een vergissing moes''
Maxwell keek den kleinen man verwon#
„Ik begrijp niet goed waar u heen wilt,
Vahoda dat is toch uw naam? Kus-
uw theorie niet uiteenzetten?"
Vahoda kleurde gevleid. „Gaarne, zeer
mijnheer Maxwell, als ik u er niet mee
Maar dat was het eigenlijk niet, wat K
wilde. Ik wilde u, als vriend van de fa»1
zoeken mij te helpen. Mijn onderzoek
zich op het oogenblik in een stadium, dat.
bepaalds doen moet. En dat durf ik
doen. als ik om zoo te zeggen gedda
door iemand. En ik kan nu, terwijl haar
tusschen leven en dood zweeft, de gr»;
storen".. (Wordt ven'