Speelfitm Op Ontdekkingsreis FLITSEN GRIEP Togal Nederlandsche filmindustrie actief De Haarlemsche Filmfabriek Polygoon lanceert een F' »JLLn DINSDAG 4 FEBRUARI 1941 HAARLEM'S DAGBLAD 3 in de arbeidssfeer van... E lijd van het jaar kenmerkt de sfeer van den arbeid op de boerderij. Dat moge ook in amiere bedrijven het geval zijn, hier, waar vrijwel alles verband houdt met het natuurgebeuren treedt de invloed der getijden wel bijzonder aan den dag. Als de natuur werkt, werkt de boer en als zij rust neemt aok blauwkiel er wat meer zijn gemak van. Als de natuur rustmaar de natuur rust nooit. In de maanden der korte dagen moge het lijken alsof -er veel tot stilstand is gekomen, wij weten wel, dat het eeuwige werkproces doorgaat, in de vezels, in den knop, onder den grond. Die inkeer die allerminst het einde, veeleer het nieuwe begin beteekent, deelt zich mede aan de boerderij. Des zomers.ja dan is er léven, leven, dat het gras den grond uitjaagt en de wagens met hooi van den vroegen morgen tot den laten Juli avond den stal toevoert, leven, dat dartelt door de weide of vredig ligt te herkauwen in den neveligen avond, dan is er jachtig bedrijf met lange dagen en korte nachten. Maar als de groene wei vaal is geworden of den last van sneeuw en ijs draagt en de beesten op stal zijn gebracht dan daalt ook over' de boerderij de rust. Ja, maar ook hier beteekent rust niet werkloos heid. Juist zooals het animale en het vegetale zich in den winter voorbereidt tot nieuwen opgang, zoo is er op de boerderij ook, naast den dagelijkschen arbeid, voorbereiding voor wat straks weer wacht. Alleen. je merkt dat zoo niet, omdat het gebeurt in de beslotenheid van huis en erf. Wat te zeggen van de arbeidssfeer op de boerde rij'' Sfeer is er genoeg. Bij -morgen, als de boer met zijn jongens om kwart voor zeven (dat is: vijf uur „aan de zon") slaperig te voorschijn komt, de em mers van het rek haalt en onder de koe plaats neemt, te avond, als het gezin bijeen is, nadat de beesten verzorgd zijn en de baas in de een of an dere prijscourant nagaat of hij dit jaar witte lange zal zaaien of op 't chapiter van voerbieten aan Belgische groenkraag de voorkeur zal geven en of de viermat. die er dezen zomer wat schralig bijlag niet wat krop of vossestaart, of ander graszaad noodig heeft .Sfeer is er altijd op een boerderij, och. niet de romantiek van de fluweelig groene weide, het brugje over de sloot en de ooievaar bo ven het dak en ook niet de sfeer van de werk plaats waar jachtig bedrijf het lied van den arbeid zingthet is dat gansch bijzondere, dat eigene, dat grensgebied tusschen het heilige moeten en de 'ongebondenheid van het vrije beroep, dat zijn stempel drukt op het boerenbestaan Heilig móeten- een boer werkt met levend materiaal en de zorg daarvoor ligt in zijn hand en bepaalt tot zeer groo- te hoogte de mate van zijn welstand. Veel is er, dat met de regelmaat van een klok moet geschie den cn dat schept een bestaan van onderworpen heid. Voeren, melken, toezicht houden- op de teelt, als aan dat alles niet de hand wordt gehouden loopt de boel mis en dat beteekent onmiddellijk verlies. Maar de boer moge in menig opzicht de slaaf van zijn bedrijf zij-n, hij is ook koning. Hij voert zijn be leid naar eigen welgevallen en niemand is er, die hem ter verantwoording roept. Op de boerdeij is de boer alles en de rest niets. Hij handhaaft als goed conservatief de aartsvaderlijke zeden, bepaalt den duur van den arbeidsdag, de bestemming van de .producten van zijn bedrijf en heeft stem in het. ka pittel zoo goed bij het huwelijk van zijn rund als hij dat van zijn jongste dochter. Maar hij is een verlicht despoot, die de oude wijsheid: zacht waar het kan, krachtig waar het moet! in practijk brengt en tegenover de noodzakelijkheid van den arbeid bü het krieken van den dag de waarde van een middagslaapje niet zal miskennen. Niet of de nieuwe tijd heeft ook op de boerderij zijn intrede gedaan. Maar hij is filosoof en aan vaardt het gebeuren met de berusting, die haar grond vindt in het vertrouwen, dat^n weerwil van don vloed van bepalingen en besluiten en voor schriften, die in onze dagen het boerenbedrijf over- golft, de boerderij toch het centrum vormt van de vele en groote behoeften, die de stad heeft „Hoe gaan de zaken. Kors?" Op een onnoozele vraag is het moeilijk antwoor den. Hij valt op de knieën, minder uit deemoed dan wel om een paaltje van het hek, dat doorgerot is, te inspecteeren en orakelt: „Dat weet ik niet. Dat weten ze in de stad". „Wel?" „Nou, in de stad weten ze, hoeveel koeien ik mag aanhouden, hoeveel voer ik noodig heb, wat voor haar de kalveren hebben en wat voor mest mijn land noodig heeft. Als ze me straks nog willen ver tellen hoeveel biggen de zeug straks mag werpen zijn we er heelemaal". Nu ja zoo'n beetje mopperen hoort er bij. Dat doen we op onze beurt allemaal als de overheid zich met onze zaken bemoeit. „Geeft het nu veel last, Kors. al die maatrege len?" „Nou ja, last, wat noem je last? 't Ben rare tij den en dat gééft last. Als de verdiensten beter wa ren nam je den last op den koop toe. Nu de ver diensten minder worden voel je de lasten dubbel, dat spreekt". „Wordt dat minder, Kors?" „Wat wou je dan? Aardappelen, koek, stroo, 't is allemaal even duur Je hooidat begrijp je wel. En als dan de melkprijs dezelfde blijft en je van je melkvee er nog een paar- moet afstaan voor de Om de bewaarkool vorstvrij te houden, is de oudenvetsche „vuurduivel" bij de tuinders weer te voorschijn gehaald. (Foto Pax Holland) slacht, dan gaat het met de verdiensten den ver keerden kant op. Dat 's klaar". „Dus ,Ik weet het niet. Ik weet één ding: dat ze op slot van rekening toch bij ons terecht moeten komen. Want een boer mag dan volgens de heeren in de stad geen verstand hebben van zijn bedrijf en een boer mag dan zoowat iederen dag nieuwe voor schriften krijgen en een boer mag niet al te snug ger zijn.wij hebben met dat alles dan toch maar te zorgen, dat jullie in de stad iederen dag je halve of je heele'kannetje kunt krijgen en dat er slacht vee is en genoeg melk voor je boter en kaas en de bouwboer heeft te zorgen dat de boel op tijd uit den grond komt.... 't begint allemaal op het boeren land, heertje!" We dwalen het erf over en drentelen door het middenpad van den stal. Een of andere Kors Jr. treft voorbereidende maatregelen voor de bemes ting van het la-nid. Het platst en klettert in den kruiwagen dat het een aard heeft. „De bruin hoest", bro-mt Kors Jr.,. doelende op het paard, dat een stalletje apart heeft. „Ja, dat heb je van dat verwenschte kanthooi". Kors omschrijft het iets kernachtiger maar 't komt op hetzelfde neer/Straks zal hij eens naar den pa tient gaan kijken. Als we den stal verlaten maakt de knecht juist zijn entree. Hij heeft een emmertje witkalk ln de hand en een kwast. „Zoo, Arie", animeert de baas, „ga je de boel eens opknappen?" Arie bromt wat en tracteert zichzelf op een ver snapering uit zijn koperen tabaksdoos. Achter 't beschot krijscht een angstaanjagend geluid Verschrokken kijk ik Kors aan. „Dat 's de koffie", zegt hij kalm. Even later genieten we in de keuken van een verzadigde suikeroplossing met een koffiesmaak. D. HET „OOSTERKERK-KOOR". In de jaarvergadering van het Oosterkerk koor der Ned. Herv. Gemeente te Haarlem, is besloten dit jaar een kerkconcert te geven. Het zal nl. 23 Juli a.s. 10 jaar geleden zijn, dat het O. K. K.. op initiatief van dr. K. H. Mis- kotte, werd opgericht. Dit zalgevierd worden door het geven van een kerkconcert. Het bestuur is ongewijzigd gebleven, t.w. Dr. E. Emmen. eer e-voorzitter; de heeren G. Rol, voorzitter; P. J. Kloos, secretaris, Da Costa- straat 62; J. v. Sprang, penningmeester; mej. M. Goulooze, muziek-commissaresse en mevr. J. Pruis—Hessels, algem. adjuncte. Verder werd- besloten om weer 's Woensdags avonds van 7 uur tot 8V2 uur te repeteeren in d.e Juliana van Stolbergschool a.d. Slachthuis straat te beginnen op Woensdag 12 dezer. In studie zullen worden genomen liederen van Joh. Seb. Bach, Sweelinck, Franck, Adr. Engels, Pater Brugman, e.a. Ned. Bond tot liet Redden van Drenkelingen. Verdrinkings- en Reddingsgevallen. In vergelijking met de laatste maanden van 1940 is het aantal verdrinkingsgevallen in Januaii 1941 betrekkelijk laag gebleven, hoewel diepe duister nis, "ijs en helaas ook weer dronkenschap slacht offers eischten. Er verdronken 5 jongens beneden 16 jaar, 4 meisjes, idem, 31 mannen en 6 vrouwen, te zamen 46 dooden. (In Januari 1940: 25 verdronken; in December 1940: 147 dooden.) Bij auto's te' water verdronk niemand. Slachtoffers van de duisternis waren: 1- meisje, 21 mannen en 4 vrouwen, te zamen: 26. Het ijs kostte aan 4 jongens, 3 meisjes en 7 mannen het leven, in totaal 14. Onder de slachtoffers waren 1 jongen en 1 meis je beneden zes j aar. Een jonge man verloor zijn leven bij een poging, zijn zusje te redden, dat door het ijs was gezakt. Gered werden in Januari of wisten zich te red den: 31 jongens beneden 16 jaar, 9 meisjes, 55 mannen en 9 vrouwen, te zamen: 104. Bovendien werden uit auto's te water 20 personen gered, in totaal: 124 geredden. (In Jan. 1940: 97; in Dec. 1940: 283.) 'Met veel waardëering brengen we in herinnering dat een jongen van 13 jaar, Bertus van der Zee, Kattenburgerkade 18 II te Amsterdam, in twee dagen drie kinderen uit het ijs heeft gered. Bij duisternis werden gered: 38 mannen en 7 vrouwen, te zamen: 45. Uit het ijs gered: 31 jon gens' en 9 meisjes, 17 mannen en 2 vrouwen, te No. 220 Een moment Pijnlijke ontmoeting buiten Jantje's slaap kamerdeur, kort nadat je het samen volkomen eens was geworden, dat de jongen eens moet leeren, hoe zich te gedragen en dat hij nu maar zonder eten naar bed moet. zamen: 59. Beneden zes jaar waren 2 jongens en 1 meisje. Zwemmend werden gered: 9 jongens, 5 meisjes, 3 mannen en 1 vrouw, te zamen: 18. Zwemmend wis ten zich in veiligheid te stellen: 1 jongen, 3 man nen en 1 vrouw, te zamen: 10. Met handreiking werden gered: 37 personen, met reddingshaak 17, met het toesteken van een stok, met een melkjuk 4, met een jasdeel 3, met een touw 2, met ladders 2, met een fiets 2, met boothulp 2, met reddings plankje 1, met reddingsboei 1 en ook 1 met een dreg. Zwemplicht voor de jeugd en voor de rijpere jeugd zal een zegen zijn voor ons waterrijke vader land! In Januari reden vijf auto's te water, n.l. 9 Jan. te Zoetermeer, 14 Januari te Haarlem en te Hilva- renbeek, 15 Januari te Koudekerke en 21 Januari te Veenhulzen. Niemand verdronk hierbij, ^joals hierboven reeds werd opgemerkt. •pit. tichlai, rheumatiek, hoold-, Wet- enxenuwpi)n worden aldoende bettreden door Togaltabletten. Togal .chaadl noch Uw hart, noch Uw maag en kan dut worden Ingenomen door hen die andere middelen «Jechl verdro gen. Togal helpt waar andere middelen geen baat brengen. BI) Apotheken en Drogisten 6 I 0.80 plut O.B. (Adv. Ingez. Med.) K Foto Polygoon. ERST denken dan spreken" is de titel van een nieuwe korte li iNederlandsche film. „Eerst doen en dan van zich doen spreken" is het devies van de Haarlem sche filmfabriek „Polygoon", die dit filmpje, dat van verrassende kwaliteit is en veel be loften-inhoudt, vervaardigde, en bovendien op ander filmgebied, namelijk dat van de docu mentaire, met succes werkzaam blijkt te zijn. In het bijzonder filmrecensenten, die de cinema tografie een goed hart toedragen, hebben het be treurd dat op het gebied oer Nederlandsche film productie zooveel zwart op wit beloofd en aange kondigd is en zoo weinig in de daad werd omgezet. Het is daarom verheugend dat c'e filmfabriek Po lygoon een gunstige uitzondering op dezen regel maakt, van tevoren geen tam tam heeft gemaakt van haar plannen en nu zij wat geproduceerd heeft, zegt: „Hier, mijneheeren, wij hebben wat vervaar digd, hoe vindt u het?" En nog prettiger is 't dat we hierop kunnen ant woorden: „U heeft wat gepresteerd, dat de moeite waard is". De film „Eerst denken dan spreken" is kort van duur. maar krachtig van uitwerking: men ziet hieruit dat vakmanschap naar voren kan treden uit de onbekende regionen van de Nederlandsche filmindustrie. De heer Walter Smith heeft zeiden of nooit van zich doen spreken en toch is hij al jaren lang werkzaam bij Polygoon, achter de scher men van het Nederlandsche filmbedrijf. En thans krijgt hij een kans om een korte speelfilm te ma ken en ziet, het wordt een treffer! Natuurlijk, wan_ neer ge wilt critiseeren kunt ge dat doen; de in houd van dit filmpje is tenslotte maar een in braak, die op origineele wijze opgehelderd wordt en. iets verhel'tends gaat er dus niet van uit. Doch verheffen kunnen wij ons pas wanneer we een basis, een solide basis hebben, waarop we terug kunnen vallen. Een vliegtuig heeft een goed be rijdbaar vliegveld noodig om van op te kunnen stijgen, een tennisspeler moet een vaste forehand en backhrnö nebben, om daarop zijn fantasie van smashes, volleys en drop-shots te kunnen bouwen en zoo behoeft een filmmaker een bepaalden „film slag" om zijn arbeid te garandeeren. De décors moeten, in orde zijn, de belichting moet een sfeer weten te scheppen, de spelers moeten geleid wor den en bovenal moeten de gebeurtenissen uit elkaar voortvloeien in een verband en een tempo, dat spe cifiek „filmlogisch" is. Bij elke film, reèds na de eerste meters, merkt ce kenner of de film vervaar digers die specifieke „filmlogica" beheerschen of n'et en dat is zeker ook bij de groote films lang niet altijd het geval. Wanneer ik dit Polygoon filmpje „Eerst denken dan spreken" zie, dan moet ik schrijven: ..Walter Smith heeft het inzicht in die filmlogica". Deze korte film kan de kiem zijn. waaruit een grootere filmactiviteit kan opbloeien. Trouwen, de directeur van Polygoon, de heer C. van der Wilden heefi reeds aangekondigd, dat hij op den ingeslagen wegNyoort zal gaan. Een tweede korte film staat op stapel en andere producten zul len volgen. In het Paaschprogramma zullen tien tot vijftien vooraanstaande Nederlandsche bioscopen (waaronder het Frans Hals-theater te Haarlem) een geheel Nederlandsch geluidsfilmprogramma vertoonen. Bovendien zal over enkele weken een belangrijke documentaire verschijnen, samenge steld uit den enormen voorraad film betreffende Nederlandsch-1wdiië, waarover Polygoon beschikt. Momenteel circilleeren een tiental Nederland sche documentaires, in verscheidene afdrukken, door de Nederlandsche theaters en een tweetal hiervan werd Maandag in een speciale voorstel ling vertoond'. Ook van deze producten van Poly goon mag ik zeggen dat ze af zijn. Het filmpje over zwemmen is aardig en vormt een goede propa ganda voor de zwemsport, de film over het beeld houwen, is werkelijk van opvoedende waarde: wei nigen zullen zich realïseeren hoe een beeldhouw werk ontstaat, hier volgen wij den groei van een beeld op den voet. Is de activiteit van Polygoon op het gebied van de documentaire film te loven, zij zal zich uiter aard steeds moeten beperken tot het zoogenaamde „bijwerk". In het eerste speelfilmpje, naar 'een origineel scenario van F. R. Eckmar, die wat de tectiveverhalen betreft zijn sporen reeds verdiend heeft, ligt m.i. echter de kiem voor grooteren ar beid. Dit wede „Eerst denken dan spreken" wekt' vertrouwen. De camera-arbeid van Jan Jansen en F. van Laeken is goed, het geluid, de montage en de décors zijn in orde. Bijzonder valt de dieptewer king van het beeld en de juiste belichtingstechniek op. De acteurs als Piet Bron en Mathieu van Eys- den bewijzen wederom dat hier „filmklei" voor een grooten regisseur gereed ligt. De keuze van Dick van Veen voor de rol van Inspecteur Bas lijkt mij minder juist; een geheel anders geaarde figuur als bijvoorbeeld Nico ce Jong had dezen speurder be ter tot zijn recht doen komen. Van Veen speelt deze rol m.i. te oppervlakkig, terwijl er juist in de rou tine, de gehaaidheid van dezen speurder (hetgeen in woord en handeling wel tot uiting komt) zoo ontzettend veel zit voor een fijn karakterrolletje. De wijze, waarop de rol van Hetty Vaarkamp ver vuld wordt bewijst overigens en dat is niet onbelangrijk voor'een beginnende filmindustrie dat het arsenaal van charmante fotogenieke filmkopjes verrassingen kan herbergen. Alles bij elkaar genomen vormt de activiteit van Polygoon een verblijdend gebeuren op filmgebied; mi. is het geleverde werk van zoodanige kwaliteit dat een uitgroei tot grootere en veelvuldiger film prestaties alleszins gerechtvaardigd is. v. H. Ook op het gebied van de filmdocumentatie spant Polygoon haar krachten in. Hier zien we een beeld uit de film, die ons het ontstaan van een beeldhouwwerk laat zien. CFoto Polygoon) De watermolen, die den strijd tegen het ijs in het overstroomde gebied van Zuid-Drente moest opgeven. (Foto Pax Holland) De beeldhouwer J. P. Maas overleden. Te Haarlem Is in den ouderdom van 80 jaar de bekende beeldhouwer J. P. Maas overleden. De heer Maas werd in den Bosch geboren en kwam op 21-jarigen leeftijd naar Haarlem. Al het beeldhouwwerk vdn de kathedrale kerk werd door hem vervaardigd. Deze uitgebreide sculpturale ar beid mag zijn levenswerk genoemd worden. In zijn beeldhouwwerk bepaalde hij zich bijna uitslui tend tot gewijde kunst. De heer Maas was ook vele jaren leeraar aan de St. Josef Ambachtschool. Zijn tachtigsten verjaardag heeft de heer Maas nog kortelings in goede gezondheid genoten, en wij hebben daar melding van gemaakt. Hij on dervond toen hartelijke belangstelling van velen. De begrafenis vindt Donderdag omstreeks half 12 plaats op St. Barbara. Haarlem's Centrale Keuken. OveeSveertien dagen met den bouw van de installatie vermoedelijk gereed. Indien de omstandigheden niet tegenwerken, hoopt men met den bouw van de Centrale Keu ken in het Slachthuis te Haarlem over ongeveer 14 dagen gereed te zijn. Dan zal men dus over de noodzakelijke capaciteit beschikken om aan de aanvragen te kunnen voldoen. oan de Winterhulp Nederland Winterhulp Nederland den Haag, No. 5553.,Als bank der Winterhulp Nederland is aangewezen de Kasver- eeniging N.V. Amsterdam No. 877, Stort op 5553 of 877 Majoor J. N. Breunesa: - „In de Winterhulp reiken, wij, Nederlan derselkaar de helpende hand zonder aan zien des persoons slechts onzen plicht daarmee vervullende: plicht van vader- landsche verbondenheid in tijden van voor- en tegenspoed."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 5