MENTHOREX PEER CYNT POSTGIRO No's WOENSDAG 5 FEBRUARI 1941 HAARLE U'S D X G B E A' D <5 T eraarclebestclliug ir. J. A. Reus. Groote belangstelling. Dinsdagmiddag twee uur werd op de Algemeene Begraafplaats aan den Bergweg te Bloemendaal ter aarde besteld het stoffelijk overschot van ir. J. A. Reus. directeur van het Gemeentelijk Elec- triciteitsbedrijif te Haarlem en mede-directeur van de P.E.G E.M.. die Vrijdag in zijn woning aan de Tweede Emmastraat in den ouderdom van 63 jaar is overleden. In het sterfhuis had te voren een rouwdienst plaats, die geleid werd door Dr. C H. Brandt, -pre dikant bij de Evang. Luth. Gemeente. De belangstelling voor de plechtigheid op de toe- graafplaats was zeer groot. De aula was te klein om alle belangstellenden te bevatten. Namens het gemeentebestuur van Haarlem waren aanwezig de burgemeester. Dr. J. E. baron De Vos van Steen wijk; de waarnemend gemeente secretaris de heer J. A. de Landmeter; de wet houders M. A. Reinalda, D. J. A. Westerveld en Mr. Dr. F. A. Bijvoet (de gemeente-secretaris Mr. Th. A. Wesstra en wethouder W. J. B. van Liemt waren wegens ongesteldheid verhinderd). Verder werd een blijk van belangstelling gege ven door ir. F. Muller uit Rotterdam en ir. P. A. Roelofsen uit Den Haag, persoonlijke vrienden van den overledene; ir. J A. Wijnmalen en Mr. J. A. Vaillant. resp. lid der directie en secretaris van de P.E.G.E.M., en Mr. A. Bruch, lid van Ged. Staten; ir. J. J. de Bruin, bedriifsleider van het Gemeenteliik Electriciteitsbedrijfongeveer vijf tig ambtenaren en een groot aantal beambten van dat bedrijf; vele hoofden van takken van dienst (de heer J. A. A. Ochtman, directeur van het ge meentelijk gasbedrijf, was wegens ongesteldheid verhinderd)ir. G. J. F. Bakker, directeur-gene raal van de Electriciteitsvoorziening; een depu tatie van de Nederlandsche werkgevers; de heer M. Woud, hoofdinspecteur van de recherche; de' heer C. J. van den Broek, commandant van de Brandweer, en vertegenwoordigers van verschil lende vereenicingen op electriciteitsgebied. Toen de kist in de aula was opgebaard, trad het eerst de Burgemeester van Haarlem als spre ker naar voren. ,.De gemeente Haarlem heeft een groot verlies geleden door het heengaan van den man, om wiens omhulsel wij thans geschaard staan. Een groot verlies voor Haarlem, maar in het bijzonder voor het gemeentebestuur en het Electriciteitsbedrijf, waaraan de heer Reus met zulk een groote bekwaamheid en liefde voor het werk leiding heeft gegeven. In 1908 kwam hij in dienst van de gemeente Haarlem en reeds vier jaar later, op 1 Jan-uari 1912, werd hij op jeugdigen leeftijd aan het toen nog jeugdige bedrijf be noemd. Een mooie carrière van 33 jaar in ge meentedienst. want hij werkte niet eerst in on dergeschikte rangen, maar kwam reeds spoedig aan het hoofd van een -bedrijf, dat een groote stuwkracht en energie behoefde om het publiek stormerderhand met de electriciteit vertrouwd te maken. Mèt den directeur rijpte de ontwikkeling van het •bedrijfhet werd geconsolideerd en heeft gauw veld gewonnen. De heer Reus werd een der besten op zijn gebied. We kunnen nu met be wondering en erkentelijkheid terugzien op de vele jaren van arbeid, door hem voor het Haar- lemsche bedrijf verricht; hij heeft het tot grooten bloei gebracht. Ook droeg hij veel bii tot samen werking tusschen de andpre electriciteitsbedrijven in dit gewest. Sedert 1920 heeft hij zich verder eveneens zeer verdienstelijk gemaakt jecens de P.E.G.E.M. Het gemeentebestuur van Haarlem heeft behoefte, hem te danken voor wat hij voor het belangrijke Electriciteitsbedrijf heeft gedaan. Hii heeft bii ziin werk groote kracht en door zettingsvermogen getoond. Van onzen dank wil len wii hier getuigen jegens de nabestaanden van den overledene, met wier groot verlies wii mede leven. De nagedachtenis van dezen hoogstaan- den en bekwamen directeur zal bij ons steeds in eerp blijven. Hij ruste in vrede Mr. A. Bruch snrak als voorzitter van de naam- looze vennootschan P.E.G.E.M. en namens het gewest Noord-Holland, waarvoor de heer Reus ook zooveel heeft gedaan. ..Twintig jaar geleden werd de P.E G.E.M. opgericht en al die jaren is de beer Reus er mede-directeu'' van gewest. Ziin arbeid was pionierswerk in Noord-Holland: de beteekenis van zijn werk werd ook over de gren zen van dit gewest bekend. Hii bad het niet ge makkelijk. want bii moest, de belangen van het gemeentelijk elpctriciteitsbedriif en die van het gemeenschappelijk doel van de P.E.G.E.M. die nen Uit den 'aard'der zaak kwamen pr wel eens conflicten, maar het is de -groote verdienste van den heer Reus geweest, dat hii met groote kracht en toewijding voor het Haarlemsche bedrijf heeft gewerkt, terwijl hii ook nlrt blind was voor het grootere doe!. Hij was vasthoudend. toonde groote bekwaamheid en vervulde met, buitengewone op rechtheid en rondborstigheid riin werk voor hon derd procent. Wijlen de heer Van Oldemborgh was altijd vol lof over de samenwerking, liefde en toe- wiïding van den heer Reus, alsmede over zijn openhartigheid. die immers noodig is voor een wederzijdsch vertrouwen: de openhartigheid moet de basis voor samenwerking, ziin Als directeur en organisator wist Tui vertrouwen te wekken. Bij den Raad van Commissarissen en directie van de P.E.G.E.M. za.l men met dankbaarheid denken aan den voortreffeliiken burger, wiens Ja was ja en wiens neen was neen." Ir. J. J. de Bruin dankte mede namens het per soneel van het gemeenteliik electriciteitsbedrijf den heer Reus. die zijn heele persoon, kennis en energie voor dit bêdriif beschikbaar stelde. ..Daardoor werd het bedrijf modern en bleef het jong; het kon zich mrten met velp grootere be drijven. Hij behartigde ook ten zeerste de belan gen van het personeel, dat hem dankbaar is voor wat het door ziin ervaring en groote kennis mocht leeren. Het zal ons een eere zijn. te verzekeren, dat wij onze werkzaamheden in zijn geest zullen voortzetten. Zijn nagedachtenis zal bij ons in eere bliiven." Ds. Brandt sprak troostwoorden tot Mevrouw Reus en haar kinderen. „Ik kan niet teekenen, wat uw man en vader voor de gemeenschap heeft beteekend; dat Ls hier gelukkig door anderen duidelijk uitgesproken. Wel wil ik er nadrukkelijk aan toevoegen, dat de heer Reus een man was, die geen rancune kende. Hii kon zonder rancune ln het leven staan. Hier Is bewezen, dat hij met een liefdevol hart tegenover ziin menschen stond. Zeker, als het noodic was kon hii ook ontreden en waar hij moest spreken daar snrak hij. De laatste gebeurtenissen hebben hem echter sterk aange grepen. Onze gedachten gaan ook uit naar zijn dochter en schoonzoon, die in Indië ziin en die wel aan hun vader zullen denken. Doordat de wereld weinig kan vergeven, zijn de banden tus schen de menschen verbroken, maar er bestaat geen afstand tusschen u. Mevrouw Reus, en uw kinderen in Indië." Toen Ds. Brandt het „Onze Vader" had gebe den, werd de kist grafwaarts gedragen, terwi.il de heer Plet Halsema op het orgel het lied „Houdt gij mijn handen beide" speelde. De oudste zoon. de heer J. R Reus. dankte hier voor de betoonde belane-^eMing, waarna Ds. Brandt de zegenbede uitsprak. Er waren o.a. kransen van het gemeentebestuur van Haarlem en van de ambtenaren en de be ambten van het Gemeentelijk Electriciteitsbedrijf. Zieke boomen worden opgeruimd. Voor den dienst van Hout en Plantsoenen te Haarlem is weer de tijd aangebroken om zieke boomen en boomen. welke gevaar voor omwaaien opleveren, op te ruimen. Daarom is deze dienst thans bezig in den Hout met het vellen van een aantal boomen en zal hij binnenkort ook overgaan elders in de stad wat zieke iepen of boomen die vermoedelijk de voorjaarsstormen niet meer zul len overleven op te ruimen. De Middenstander en de schadeverzekeringspolis. Lezing van den heer H. C. Sprenger voor de Haarlemsche Handels- vereeniging Voor de leden der Haarlemsche Handelsvcreeni- glng hield der heer H. C. Sprenger gisteravond een lezing over het onderwerp ,,De schadeverzekerings polis bezien van het standpunt van den Midden stander als verzekerde" Ter inleiding van zijn onderwerp deelde spreker mede dat hij in zijn veeljarige practijk de ervaring had opgedaan dat vele leiders van middenstands- bedrijven schadeverzekerings-polissen (o.a. polis sen voor brand-, inbraak-, glas-, transport-, auto-, bedrijfsverzekeringen) in hun polistrommel hebben die bezien van het standpunt van den verzekerde beslist onvoldoende moeten worden gekwalifi ceerd, zonder dat deze verzekerden zich in het al gemeen gesproken daarvan voldoende bewust zijn. Zulks in tegenstelling tot de groot-industrie, die reeds lang den weg naar de modernere polis, de polis, die meer gericht is op het belang van de verzekerden, heeft gevonden. Spreker besprak hierna de verschillende artike len van het Wetboek van Koophandel. De grond slagen van de schadeverzekeringen vindt men neer gelegd in artikel 246 W. v. K„ dat bepaalt, dat de verzekerde voor op geld waardeerbare schade, ver oorzaakt door een onzekere gebeurtenis, slechts schadeloos mag gesteld woden. Hij mag er niet beter van worden", de verzekering mag niet ont aarden in spel of weddenschap. Te hooge verzeke ring is dus uit den booze, maar het wordt den verzekerde niet gemakkelijk gemaakt, want bij te lage verzekering dreigen voor den verzekerde nog gróótere bezwaren. De wet immers kent ook het evenredigheidsprincipe. Iemand die een waarde van 10.000 voor slechts 7.500 verzekerd heeft krijgt bij een schade van 4.000 slechts 3.000 uitge keerd, want hij loopt een kwart deel eigen risico. Vooral in dezen tijd van oploopende prijzen boude men dus zijn verzekering op peil. Te lage verzeke ring bergt groote gevaren in zich. Uitvoerig behandelde spreker art. 251 W. v. K„ dat, naar hij zeide, voor verzekerden zulk een ge vaarlijke werking kan hebben. Wanneer bij het aanvragen eener verzekering de verzekerde ver keerde opgaven doet of feiten verzwijgt, die ter beoordeeling van het risico van belang kunnen zijn, zelfs al gebeurt dit te goeder trouw, kan dit tot nietigheid der verzekering leiden. Iedere verzekerde kan zich niet genoeg van de groote beteekenis van dit wetsartikel doordringen, zeide spreker. Ook artikel 249 W. v. K. werd door hem critisch behandeld. Dit artikel bepaalt dat schade ontstaan door „eigen gebrek" of wel voortvloeiend uit aard of natuur van het verzekerd voorwerp, liet voor rekening van den assuradeur is, tenzij uitdrukke lijk het tegendeel is bedongen. Hierna behandelde spreker eenige veel voorko mende polis-bepalingen, die eveneens een voor verzekerden gevaarlijke werking kunnen hebben. Het betreft daarbij, aldus spreker, niet speciaal de polisvoorwaarden van de „zwakke broeders" onder de assuradeurs. Ook de beste en grootste maat schappijen houden er gaarne haar eigen in haar belang geredigeerde polisvoorwaarden op na. Daar is bijvoorbeeld de bepaling inzake de belendende per- ceelen. In vele maatschappij-polissen voor brand- en voor bedrijfsverzekering vindt men de bepaling dat de verzekering nietig is als de belendende per- ceelen („belendingen") zoodanig veranderd rijn, dat daardoor meer brandgevaar is ontstaan en dit niet door de verzekerde aan zijn Maatschappij is opgegeven. Spreker achtte dit een voor ver zekerden buitengewoon gevaarlijke bepaling, om dat aan het opgeven van dergelijke veranderingen immers buiten het eigen bedrijf plaats vindend practisch niet gedacht wordt. Ook de in vele maatschappij-polissen voorkomende „tusschentijd- sche opzeggings-bepaling" werd door spreker aan critiek onderworpen. Op de door spreker zelf gestelde, vraag: „Wat stelt gij hier tegenover?", antwoordde de heer Sprenger dat hij, wat de poliswaarden betreft, al thans voor bepaalde takken van verzekering, zooals bijvoorbeeld de brand- en de inbraakverzekering, de transportverzekering en tot op zekere hoogte ook de bedrijfsverzekering hiertegenover de beurspolis stelt. Het formulier dezer standaard-polis, waarvan de voorwaarden onttrokken zijn aan willekeurige veranderingen van deze of geene maatschappij, is in de beide beurssteden Amsterdam en Rotterdam gedeponeerd, resp. bij een notaris en bij de Griffie van de Rechtbank. Deze voorwaarden kunnen van het standpunt van den verzekerden gunstiger wor den genoemd dan. in het algemeen gesproken die der maatschappijen. Ongunstige polisbepalingen, als door spreker besproken, komen daarin niel voor. Behalve deze negatieve voordeelen zijn er ook positieve, o.a. inzake schaderegeling. Echter wordt door ondeskundigen wel eens beweerd dat de Beurs polis op zich zelf óók een waarborg voor solide dekking zou zijn. Dat is natuurlijk onjuist. Het beurspolisformulier is niet meer en niet minder dan een stel voorwaarden, zij het dan dat deze in ver schillende opzichten voor verzekerden gunstiger zijn dan de voorwaarden der maatschappij-polissen, maar men moet natuurlijk daarnaast zorgen voor goede onderteekenaren der polis, goede maatschap pijen dus. En beurspolisvoorwaarden èn goede on derteekenaren is dus spreker's advies. Echter ook de beurspolisvoorwaarden zijn nog voor aanvulling vatbaar. En hiermede kwam spr. als vanzelf terug op zijn eritische beschouwing van bepaalde wetsartikelen en wat hij daar tegenover stelt. Om daartoe te komen stelde hij de vraag: Door wie worden deze beursformulieren in de allereerste plaats aangewend? Wie werken daar mee? Het antwoord hierop is: dat doet een categorie van tusschenpersonen die men assurantie-makelaars (ook wel: beursmakelaars) of onafhankelijke assu rantiebezorgers noemt, die via de Beurs te Am sterdam of Rotterdam of langs anderen weg met verschillende maatschappijen in verbinding treden, teneinde zoo gunstig mogelijke polisvoorwaarden en billijkst mogelijke premiën te bedingen voor hun cliënten, de verzekerden. Die zelfstandige assurantiebezorger of beurs makelaar nu, maakt zelf in de genoemde verzeke ringsbranches de polis op, waartoe hij het reeds besproken beurspolisformulier gebruikt. Hij voegt daaraan allerlei clausules toe, die de strekking heb ben de voor de verzekerden gevaarlijke wetsartike len uit te schakelen of de werking daarvan te ver zachten. Dit geschiedt bijvoorbeeld ten aanzien van dc door spreker behandelde artikelen 249 en 251 Wetboek van Koophandel, hetgeen met voorbeelden aangetoond werd. Ook bevat zijn brand- en be drijf spolis een belendingsclausule van omgekeerde strekking als die der Maatschappij-polissen, inhou dend dat de verzekering loopt „ongeacht hoe de be lendingen zijn of zullen worden". Spreker behan delde daarna nog tal van andere clausules, die, voornamelijk aan brandpolissen, door de bedoelde tusschenpersonen, in het belang van de verzeker den, worden toegevoegd, waarbij hij gelegenheid had de aandacht te vestigen op gevallen die hem uit zijn praktijk bekend waren en die het groote nut, ja de noodzakelijkheid van die clausules be wezen. Zelfs voor een eenvoudige inboedelpolis geldt dit. Daarna behandelde de heer Sprenger nog eenige minder gunstige bepalingen of lacunes voor komende in sommige Maatschappij-polissen op het gebied der inbraak-, der glas-, der automobiel- en der bedrijfs-wettelijke aansprakelijkheidsverzeke ring. Spreker eindigde zijn breedvoerig betoog met het advies aan den Middenstand: doe als de groot-in dustrie, houdt er uw eigen zich op uw standpunt plaatsende assurantiebezorger op na, want de tus- schenpersoon en diens vakkundigheid nemen in de kwestie van den omvang van het gedelete risico en den inhoud van uw polis een zeer belangrijke plaats in. Tenslotte beantwoordde spreker een aantal vragen der aanwezigen. De heer B. W. Lasschuit, voorzitter der vereeni ging, die den spreker bij het begin van den avond ingeleid had, sprak na afloop van de lezing een woord van dank tot den heer Sprenger. CREMATIE N. BOUMAN. Onder veel belangstelling heeft gistermiddag in het crematorium te Velsen de crematie plaats ge had van het stoffelijk overschot van den heer N. Bonman, oud-onderwijzer aan de leerschool van de kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen te Amsterdam, op 76-jarigen leeftijd te Heemstede overleden. De heer Bouman was een bekend on derwijsman, die verbonden is geweest aan de oplei dingsklasse van de leerschool en die ook avondcur sussen gaf, waaraan ook het latere lid der Tweede Kamer Th. M. Ketelaar was verbonden. Vele vrienden waren aanwezig en ook nog oud leerlingen. O.a waren aanwezig de heeren C. F. Poppenburg alhier, J. P. C. Ham en J. van Wijk, beiden te Aerdenhout. Er werd niet gesproken. De organist speelde het Largo van Handel en bij het dalen van de kist „Wenn ich einmal soil scheiden" van Bach. Een zoon van den overledene, dr. N. Bouman te Amsterdam, dankte voor de belangstelling. PROF. DR. J. R. SLOTEMAKER DE BRUINE. Prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine heeft op medisch advies verzocht het werk dat hij op ret gebied der kerk en der inwendige zending ver richtte door anderen te laten waarnemen, aldus meldt De Nederlander. BRANDJE AAN HET SPAARNE. Hedenmorgen half negen ontstond een begin van brand in de Toevlucht voor dakloozen van het Leger des Heïls aan het Spaarne 106 te Haar lem, vermoedelijk ontstaan doordat een der gas ten te bed een sigaret had gerookt. Het bed vatte vlam, maar het werd gelukkig spoedig ontdekt door de bewoners, die de vlammen met een emmer water doofden, zoodat de brandweer, die even eens gauw ter plaatse was, alleen maar het be schadigde bed uit de kamer behoefde te verwijde ren. „IK BEN ZEVENTIEN JAAR". De groote belangstelling van het publiek voor de opvoeringen van „Ik ben zeventien jaar", too- neelspel in vier bedrijven van Paul Vandenberghe, is aanleiding voor Het Nederlandsch Tooneel, Directeur Cor van der Lugt Melsert, op Zondag avond 9 Februari, een voorstelling van dit stuk te geven tegen populaire prijzen in den Stads schouwburg te Haarlem. r' het veilige middel tegen elke verkoudheid fl 60 cent per potje bij Apothekers en Drogisten (Adv. Ingez. Med.) De Ha-jgsche VY'interhulpactie krijgt een eigen gebouw. In de groote zaal van het Haagsche Stadhuis heeft de waarnemend burgemeester, prof. ir. C. L. v. d. Bilt, de eerste kern van de Werkgemeenschap geïnstalleerd. Prof. v. d. Bilt tijdens zijn rede. (Foto Schimmelpenning!!) Ondanks de verduisteringsbepalingen wordt de vervaardiging der groote vuur torenlampen onafgebroken voortgezet. Een arbeider aan het werk voor de veiligheid van scheep- en luchtvaart in betere tijden. (Foto Het Zuiden) (IN/TEMITTEREN HET NEDERLANDSCH TOONEEL Het is een verheugend verschijnsel, dat zelfs in dezen tijd het Haarlemsch publiek voor werkelijk groote kunst belangstelling toont, alsof er geen oorlog, verduistering en economische zorg beston den. Bij de derde voordracht van Frasquita door Charlotte Kohier in onze stad was de Stadsschouw burg Zondagmiddag geheel uitverkocht en ook bij de eerste opvoering van Peer Gynt was dit gister avond het geval. Evenals te Amsterdam werd ook hier deze voor stelling voor Het Nederlandsch Tooneel een triomf, een triomf, waaraan ook de H. O. V., het ballet Georgi en de Haarlemsche zangeres Corry Bijster hun rechtmatig deel hebben gehad. Het is de zeld zame en gelukkige combinatie van tooneel, muziek en dans, die deze opvoering tot een belang rijke kunstmanifestatie heeft gemaakt, welke de subsidie van onze gemeente volkomen rechtvaardigt. In ons blad van 30 Januari heb ik voor onze lezers een exposé van dit zeer dichterlijke maar duistere werk van Ibsen gegeven. Peer Gynt volgde onmiddellijk op Brand en hoe verschillend deze twee werken ook zijn, de schrijver behandelt er toch hetzelfde ethische pro bleem in, namelijk: wat moet de mensch doen om zalig te worden. Brand is de man, die meent alles te moeten offe ren, zelfs tot het leven toe. Voor Brand is er geen middenweg; hij eischt met soms meedoogenlooze hardheid van den mensch' het allerhoogste. Maal ais hij tot het einde toe dezen weg is gevolgd en aan het slot ten onder gaat, klinkt uit den hemel een stem: „Deus caritatis". Peer Gynt is de man die voor alle moeilijkheden op zij gaat., een fantast, die altijd weer wat nieuws beproeft om echter nooit iels te volbrengen. Een zwakkeling dus, geheel tegenovergesteld van ka rakter aan Brand en toch vindt ook hij aan het slot door de liefde de zaligheid, maar niet uit zich zelf, maar door de liefde van een vrouw, van Solvejg de meest teere vrouwenfiguur, ooit door Ibsen ge schapen die heel haar leven op hem wacht en het beste van hem heeft hoog gehouden en gekoes terd in haar Gelooven, haar Hopen en haar Liefde. Men heeft Peer Gynt ook om dit slot dikwijls vergeleken met Goethe's Faust, maar hoeveel dich terlijke en ontroerende fragmenten het werk ook mag bevatten, het is als drama Ibsen zelf noemde het een „dramatisch gedicht" toch geen eenheid geworden zooals Faust. Het vierde bedrijf staat te los van het geheel en men kan er zooals wel uit de door Ibsen gesanctioneerde gisteren gespeelde „bewerking" van Morgenstern blijkt heele frag menten zonder schade aan het geheel uit weg laten. En Peer Gynt wordt ook niet gedragen door de diepe wijsheid van Faust. Maar dat het een werk is van een werkelijk dichter, dat zullen allen, die de voorstelling door Het Nederlandsch Tooneel bij woonden, hebben gevoeld. De opvoering van gisteren heeft nog dieperen indruk op mij gemaakt dan die, welke ik indertijd te Amsterdam zag. Velen zijn van meening, dat een stuk als Peer Gynt eigenlijk alleen in een groot theater als de stadsschouwburg op het Leïdsche Plein tot zijn recht komt, maar ik heb nu kunnen constateeren, dat dit absoluut niet het geval is. Het. tooneel moge hier kleiner zijn, t-e klein was het zeker niet. De decors konden alle geplaatst worden en de projecties op het achterdoek van de G. K.-P deden het ook hier uitstekend. Op het tooneel was herhaaldelijk de feeriëeke stemming welke Peer Gynt verlangt. En een voordeel van een kleinere zaal is, dat de tekst beter tot ons komt en van de details van het spel minder verloren gaat. Alleen bij de bruiloft te Haegstad hadden wij het tooneel wat grooter ge- wenscht. De boerendansen van het ballet Georgi. die toch reeds wat te precieus waren en een te sterk contrast vormden met het realistische spel in dit tafereel, deden nu wel al te popperig aan. Maar in het sprookjesachtige paleis van den Dovre-koning en ook als omlijsting van Anitra's dans door Myra Ward als niet danseres zeer goed uitgevoerd heeft het ballet voortreffelijk gedanst en het ef fect van het geheel verhoogd. Johan Schmitz heeft zich met zijn Peer Gynt een vooraanstaande plaats onder onze jonge acteurs veroverd. Hij is in deze rol na de eerste voorstel ling nog gegroeid en belicht dezen wonderlijken fantast in al ziin facetten thans zoo, dal wi.j van een creatie mogen spreken. Prachtig was reeds dadelijk zijn lyrische inzet, het fantastische verhaal aan Aase van zijn rit on den bok, waarin hij zich door zijn verbeelding geheel laat meesleepen. Welk een kleur gaf hij ook aan zijn voortreffelijk gezegden en gespeelden monoloog in het vijfde tafereel met dat tot hoogste extase opgevoerde slot. Uit iets groots ben je voortgekomen Iets groots, Peer, zal je eenmaal nog zijn. De hemelvaart van Aase kreeg een hooge vlucht door het poëtische spel van Johan Schmitz en ont roerend was hier ook Magda Janssens als de ster vende moeder. Hoe voortreffelijk Johan Schmitz weet te zeggen trof mij vooral in het 10de tafereel, dat in Marokko speelt. Wanneer de heeren Trompetterstraal, Cot ton, Ballon en Everhop spraken, dach ik nu en dan misschien lag het ook aan de vertaling van Ada- ma van Schellema aan de rijmen van Prikkebeen van J, A, Gouverneur. Zoo onbeholpen en in rijm- dreun werd de tekst daar gezegd. Het was opmer-' kelijk, dat Johan Schmitz dit steeds wist te vermij den dank zij zijn dynamiek en wisseling van toon. Ook den grijsaard Peer heeft Johan Schmitz zeer suggestief gegeven. Zeer knap bijvoorbeeld was de monoloog bij het schillen van de ui! En welk een diep tragische figuur werd Peer in zijn ontmoeting met den Knoopengieter en aan het slot, toen hij eindelijk Solvejg terugvond. Ibsen heeft ons in Aase en Solvejg twee prachtige vrouwenfiguren geschonken en zij werden beiden door Magda Janssens en Ank van der Moer voor treffelijk gespeeld. Magda Janssens gaf de felle en plotselinge wisselingen van drift en aandoenlijke liefde in Aase telkens even raak en scherp. Solvejg welk een milde, zachte klank is er reeds in dien naam werd een reine, innig vrou welijke figuur, zooals Ank van der Moer haar in allen eenvoud speelde. Van de vele andere rollen wil ik hier alleen nog noemen den zeer fantastisch en met sterke plastiek gespeelden Begrjppenfeld van Louis van Gasteren, den sprookjesachtigen Dovre-koning en den impo neerenden, rustig overtuigenden Knoopengieter van Frits van Dijk en den dwazen Schrijfveder van Cor Hermus. Er bestaat, behalve de Midzomernachtsdroom van Mendelssohn, geen tooneelmuzïek, die zoo één is met het werk als die van Peer Gynt van Grieg. Het zeer groote succes van de opvoering was voor een belangrijk deel ook aan deze in den goeden zin van het woord populaire muziek te danken, voor treffelijk als zij werd uitgevoerd door onze H. O. V. onder de suggestieve leiding van L. M. G. Arntze- nius. Corry Bijster heeft met haar zuivere en rein« sopraanstem de zangpartij van Solvejg zeer muzi kaal gezongen. De stampvolle zaal heeft èn na het tafereel van Aase's Dood èn aan het slot, toen ook Arntzenius en Corry Bijster ten tooneele verschenen, Johan Schmitz, Magda Janssens en Ank van der Moer staande een enthousiaste ovatie gebracht. Wij had den met hen ook gaarne den regisseur Louis Saal- born gehuldigd. Dinsdag 18 Februari zal naar ik verneem Het Nederlandsch Tooneel een tweede voorstelling van Peer Gynt te Haarlem geven. J. B. SCHUIL BURGEMEESTER VAN AALSMEER NEEM1 ONTSLAG. De burgemeester van Aalsmeer, de heer J. Kas telein, heeft met ingang van 1 Maart a.s. ontslag gevraagd wegens het bereiken van den pensioen gerechtigden leeftijd, aldus meldt het Hdbld. GEP. KAPITEIN TER ZEE W. HOUWING OVERLEDEN. Gp ruim 79-jarigen leeftijd is te 's Gravenhagfl hage overleden de heer W. Houwing, gep. kapitein ter zee en oud-burgemeester van den Helder. Bij het intreden van de mobilisatie op 1 Augus tus 1914 werd hij gepensionneerd, doch reeds het volgende jaar werd hij tot burgemeester van de marinestad den Helder benoemd, welk ambt hü nog tot 1928 heeft bekleed. De heer Houwing heeft als burgemeester en ook nadien veel belangstelling getoond voor het lot van onze „Helden der Zee" en hij heeft een krach tig aandeel gehad in de werkzaamheden van het voor deze helden gestichte Dorus-Rijkersfonds, dat hem tot eere-voorzitter benoemde. GEVONDEN VOORWERPEN EN DIEREN. Inlichtingen aan het Bureau van Politie Smede- straat te Haarlem, uitsluitend tusschen 11 en 13 uur. Bril, Klaassen. Saenredamstraat 41; bril, Kroon, Kleverlaan 175: beurs m. i„ Tijdeman, Zuidpolder straat 2; geld. Groot, Rustenburgerlaan 43 rood; handschoenen. Brouwer. Meidoomplein 33; dames horloge, v. Kampen, Hoogerwoerdstraat 5; kat, Cornegoor, Groote Houtstraat 120 A; portemonnaie m. ..i, Baanstra, Amsterdamschevaart 110 rd.; rij- wielplaatje, v. d. Goes, Berkenstraat 33; speelgoed, Fakkeldij, Jan Luyckenstraat 70; schooltasch m.i., Timmermans, Dunklerstraat 52; vulpen, Hendriks, Coltermanstraat 2a rd.; vulpen, Bilars, Hasselaers- plein 27. van de Winterhulp Nederland Winterhulp Nederland, den Haag, No. 5553. Als bank der Winterhulp Nederland is aangewezen de Kasver- eeniging N.V. Amsterdam No. 877» Stort op 5553 of 877 Winterhulp Nederland, voor het vc* door het volk.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 8