Op Ontdekkingsreis KORT NIEUWS. FLITSEN Wij herdenken.... AKKERTJE Onverzorgde kinderen 31NSDAG 25 FEBRUARI 1941 RAARUEH'S DAGBCAD in de arbeidssfeer van... De vioolbouwer aan zijn arbeid. (Foto De Haas) E werkkamer van den vioolbouwer is klein en vol met violen. Een lange rij hangt aan een touwtje boven de werkbank. Violen zonder snaren en zonder hals, lalve violenkranke violen. „Een viool is als ten ziek kind", zegt de vioolbouwer en zijn hand >Üjdt troostend langs het lak van een Guarneri pan f 20.000, die op zijn knie ligt. Een viool is een ichepping, de schepping van een kunstenaar. Ons and telt thans nog maar twaalf van zulke kunste- laars en een daarvan werkt in Haarlem. Hij werkt omringd door zijn geliefkoosde instru- nenten. En in zijn werkkamer hangt de sfeer van pervlogen tijden; toen iedere handwerksman nog een kunstenaar moest zijn in zijn vak en geen on- ierdeel van een machine. Iets van dat oude, dat Eerbiedwaardige, dat zoo'n vreemd gevoel van ver- rouwen geeft bespeurt men ook in het vertrek uit een verveloos stuk hout een instrument wordt geboren, dat straks in de hand van den meester zal juichen en jubelen en treuren en dat tal ontroeren tot in het hart. Ge kunt u laten vertellen hoe zoo'n schepping tot stand komt doch als ge de begeesterende vonk mist, als niet de liefde tot dit wonderbare muziek- natrument de drijfveer van den arbeid is, dan tornt ge bedrogen uit Tusschen de viool van vijftien gulden zonder begeestering gemaakt en een Guar neri van f 20.000 gaapt een afgrond, die even groot is als de kloof, die het prulbeeldje uit den bazar van het werk van Rodin scheidt of een plaatje, in kleurendruk van een schilderij van Rembrandt. (Dat voelt ge of ge voelt het niet. Vioolbouwen is een roeping eneen langdurige studie. De viool bouwer moet een uitstekend houtkenner zijn, hij irioet verstand hebben van lakken, met die aller fijnste instrumenten en met kunstenaars kunnen omgaan. Bovendien moet hij met het geduld van iten geleerde trachten de geheimen van de oude heesters te doorgronden of er althans iets voor in de plaats te stellen, dat ook gezienen gehoord mag worden. Neem nu eens de lak van een oude Italiaansche iViool. Er zit een vreemde, gloeiende glans over, ,die ge nergens anders vindt. Als ik met mijn duim over het lak van een oude viool sti-ijk, zegt de yioolbouwer, dan wordt die lak zacht ook al is ze honderden jaren geleden er op gebracht. Hoe komt «at? i Met die vraag hebben Duitsche geleerden, de tegenwoordige vioolbouw wordt bijna uitsluitend nog in Duitschland beoefend, zich jarenlang bezig «ehouden en ondanks alle pogingen is men er nog niet in geslaagd die oude samenstelling te vinden. I)at is nu maar één voorbeeld van de moeilijkhe den waarmee de vioolbouwer te kampen heeft. Dit 3s ook meestal een vak dat van vader op zoon over gaat. Zoo was het ook bij onzen zegsman. Zijn va der komt uit het plaatsje Markneukirchen in Saksen in Duitschland. Later is hij naar Nederland getrokken en zijn zoon werd dan ook Nederlander. Daar, in Markneukirchen, heeft echter ook de •toon het vak geleerd. Van de 12000 menschen, die er wonen „doen" er 11000 aan de muziek hoofd zakelijk als instrumentenbouwers. „Die geburtstadt der Musikinstrument, dat is Markneukirchen. En denk niet dat ge daar lang als leerling kunt blijven indien ge niet den noodigen aanleg bezit. Met Duitsche grondigheid wordt de leerling on derwezen doch het lakken van de viool, ik vertelde tl er reeds van, doet de meester alleen in een apart [vertrek, want die lak heeft een geheime samen stelling. En als men dan eenmaal afgestudeerd is en zich als vioolbouwer vestigt dan blijkt, dat 7/8 van den beschikbaren tijd wordt ingenomen door reparaties want ook een vioolbouwer moet eten om te leven en zijn eigen werk wordt meestal pas ge waardeerd als hij dood is. De vloek van den kun stenaar, noemt de vioolbouwer dat. Ik vertelde u al: ge kunt den kunstenaar zijn geheim niet ontlokken, hoogstens kunt ge trachten hem te begrijpen. Om dat goej te doen zult ge ook eenigszins moeten verstaan hoe zoo'n viool ge bouwd wordt. In grove trekken gaat dat zoo. Ge neemt een stuk hout voor het achterblad, de Zijwanden, den hals en de krul Ahornhout dat hard Is en voor het bovenblad Fichtehout, dat zacht is. Het hout is gewoon gespleten om de nerf rechtloo- pend te krijgen. Het achterblad kan uit één deel bestaan; het bovenblad heeft altijd twee precies gelijke deelen. Hoe precies dat gaat bewijst wel het apparaat waarmee de dikte van het hout wordt en dat tot 1/lOOste millimeter nauwkeurig doet. Het achterblad is dikker dan het bovenblad. De vorm is bij iederen vioolbouwer anders. Onder de g- snaar komt de zangbalk. De trilling van de snaren Wordt overgenomen door den kam die ze verticaal op het blad overbrengt. Vervolgens worden ze hori zontaal op den zangbalk opgevangen en gaan door het bovenblad naar het onderblad. Hoe vlugger dat ressonneert hoe beter een viool klink. De zangbalk is een veel omstreden punt bij den vioolbouwer; iedere vioolbouwer heeft daarover zijn eigen opinie. De zijwanden van de viool worden in zessen ver deeld. Dit gebeurt op een buigijzer. Om het lijm vlak steviger te maken wordt op het harde Ahornhout een stukje zacht Fichtehout gelijmd. Ook de vier hoeken worden opgevuld met een klosje zacht hout; zoo is er ook een klos onderaan de viool om de spanning van de snaren te kunnen verdragen en een bovenaan om den hals in vast te maken. In het bovenblad komt dan nog een randje van notenhout en daarna kunnen de snaren gespannen Worden. Wel indien ge dit leest zult ge vermoedelijk den ken het lijkt me toch niet zoo ontzettend moeilijk om een viool te maken. Dat is het misschien ook niet. Het is echter wèl ontzettend moeilijk een goede viool te maken. Of dacht u dat men anders prijzen om en nabij de f 100.00 betaalde voor een Stradivarius? Voor een vioolbouwer is scheppend werk natuurlijk het voornaamste. Toch is het ook voor hem een genot een Stradivarius, een Guarneri of een Amati te mogen repareeren. Indien violisten van naam hem hun kostbare instrumenten toever trouwen dan weet de vioolbouwer, dat ook zijn naam gevestigd is. De oogen van den vioolbouwer, die ik sprak kre gen tweemaal een bijzondere glans. De eerste maal, toen hij me vertelde dat de violen van zijn vader, die hij zeer vereerde zooveel gevraagd wei-den en de tweede maal toen hij met vol vuur toonde hoe de lak van de Guarneri glansde. Uit zijn oogen heb ik toen iets kunnen lezen van het geheim van iederen goeden vioolbouwer: een diepe liefde voor zijn vak. B. K. o's can de Winterhulp Nederland Winterhulp Nederland, den Haag, No. 5553. Als bank der Winterhulp Nederland is aangewezen de Kasver- eeniging N.V. Amsterdam No. 877. Stort op 5553 of 877 Mr. Dr. R. H. Baron de Vos van Steenwijk: „Liefdadigheid is een oud-vaderlandsche deugd. Ons volk heeft deze deugd steeds betracht. Moge het er ook thans van door drongen blijven, dat geven zaliger is dan ontvangen." De wederopbouw van boerderijen. Reeds een boerderij herbouwd. 's-GRAVENHAGE24 Februari Zooals reeds eerder is medegedeeld zijn tengevolge van den oorlog 527 boerderijen in ons land verwoest, welke door het bureau „wederopbouw boerde rijen" dat in Amersfoort gevestigd is, worden herbouwd. Een indruk van de vordering van dezen I er- bouw wordt gegeven door een vergelijking van het aantal boerderijen, dat op 31 December en op 31 Januari in uitvoering was of aanbesteed was. Dit aantal bedroeg op 31 December 160 en op 31 Januari 217. De eerste hei-bouwde boerderij in Hoogland is in den loop van Januari gereed gekomen en door den boer betrokken. Na een terzake door het N.V.V. gevoerde actie is te Amsterdam in negentien zaken door de di recties besloten, de in deze zaken werkende mu sici een vrijen dag per week toe te staan met be> houd van loon. Men verwacht, dat andere zaken in het café-restaurantbedrijf zullen volgen. GOUDA, 24 Februari. Het ;iog niet geïdenti ficeerde slachtoffer van het autobusongeluk bij Moordrecht is thans herkend als de 54-jarige Adriana Stam. huishoudster te Den Haag. De positie der Japansche vloot vormde het onder werp van de rede, welke de Japansche minister van marine, admiraal Koshiro Oikawa. voor de huishoudelijke commissie van afgevaardigden Meld. (Foto Weltbild) LANGS DE STRAAT. DE PEKINGEES. De pekingees maakte zijn ochtendkuiertje. Hij kwam de draaideur van het Postkantoor uit, precies als iemand, die zijn morgenpost verzorgd heeft, waagde een oogje aan het blauw des hemels en begon een gesprek met den fietsenbewaarder. Aan gezien deze heer eenigermate geaffaireerd bleek stak de pekingees de straat over, waarbij hij drie maal het noodlot ontliep, dat van weerskanten kwam aansuizen en stak zijn zwarten neus om de deur van de slagerij. Er is een tijd geweest, dat een bezoek aan een slagerij voor een hond de voorsmaak van de ver rukkingen van het paradijs beteekende. Die tijden zijn voorbij en de pekingees, die geen kans zr.g, zich te mengen in de discussie tusschen den slager en zijn bonnetjesklant trok een gezicht, waarin som bere melancholie gemengeld was met hondsihe on tevredenheid en trippelde verder. Zie hem daar nu loopen midden op de Gedempte Oude Gracht met de kittige gesakkadeerde stapjes, zijn soort eigen, totdat hij als geëlectriseerd stil blijft staan en met een kwart draai rechts om front maakt voor de Zuiderstraat, waar zijn vriend de fox zich juist vertoont. De melancholiek op het gelaat van den pekingees verdween en zich herinnerend, dat hij zijn och tendrobbertje nog niet gevochten had, verkocht hij het volgend oogenblik den fox een swing, die deze met een even juist geplaatste rechtsche beant woordde. Toen was er even een uiterste verwarring van pekingeezenpooten en foxenfragmemen. een cacophonie van schelle kefjes en nerveuze blafjes totdat de verwarring zich plotseling verstolde tot een groep, die een beeldhouwer tot model had kun nen dienen, zooals men dat noemt: de fox en de pekingees volkomen onbeweeglijk neus an neus tegenover elkaar. „Twee is mooier dan één", zei de pekingees. ,,'t Zal me aangenaam zijn", antwoordde de fox en wandelde naast zijn makker voort; de Oude Gracht af. In de morgenuren dalen vele brave lieden de trappen af, die naar het sousterrain van het Waren huis leiden om daar een warmen dronk te halen. De pekingees en de fox voegden zich in de rij dezer koffiedrinkers en bemerkten gelijktijdig de Fran- sche terrier, die door haar eigenaar met een riem aan de deurknop was vastgemaakt. „Ik mag zoo'n vierkanten kop toch niet", zei de pekingees. „Zoo, krullebol", plaagde de fox, „amuseer je je nogal?" „Dat zei je gisteravond ook niet", insinueerde de gebreidelde onschuld, in-valsch. Fox trok er zich niets van aan, want een onhan dige juffrouw liet de helft van haar taartje vallen en juist toen de pekingees het geval in de gaten kreeg slikte zijn makker de laatste kruimels door. Hetgeen een klein meeningsverschil ten gevolge had, wat een juffrouw met een witte jas spoedig ter plaatse bracht. Fox werd de trap opgejaagd. De pekingees trippelde weg in de richting van de levensmiddelenaffaire, maakte een ommetje door de koekjesafdeeling, rook het spoor van den ander en ontmoette hem op 't Ver wuift. „Hier vlakbij is een slagerij", zei Fox, die na de tractatie wat flauw was geworden. „Een oogenblik", zei de pekingees, „je zult me niet kwalijk nemen" en hij maakte een beweging in de richting van een der twee hekjes. Maar toen hij de eerste trede wilde afdalen pakte een geganteerde hand hem in den nek. „Jou ondeugd" zei een geagiteerde stem, „van 't postkantoor af loop ik je al te zoeken. Moet ik het aan den baas vertellen en moet je daai daai hebben?" Fox droop af. Er kwam een net zwart riempje met een keurig halsbandje te voorschijn. Door de Groote Houtstraat drentelde een dame met een hondje, dat zich voorbeeldig gedroeg. Een keurig verzorgd hondje. Een hondje van standing. Een pekingees. D. De financiëele moeilijkheden bij den wederopbouw. Bijdragen a. fonds perdu thans mogelijk. 's-GRAVENHAGE, 24 Februari. Naar wij vernemen zijn de Secretaris-generaal van fi nanciën en de algemeen gemachtigde voor den wederopbouw tot overeenstemming gekomen in zake een regeling, welke het mogelijk maakt aan degenen die op grond van de hypotheekrege ling 1940 en ook met een bouwpremie van 10 procent niet in die mate geholpen zijn, dat her bouw van hun verwoeste panden redelijkerwijze kan worden gevergd, op een bijzondere wijze geholpen. Voor hen namelijk, die een zoo gerin ge financieele draagkracht hebben, dat zij niet in staat zijn zonder steun tot herbouw over te gaan. is de mogelijkheid thans geopend dezen steun van rijkswege te krijgen, ten deele in 'm vorm van een bijdrage a fonds perdu. Deze bijdrage zal geval voor geval vastge steld worden al naar gelang de maatschappelijke en financieele positie van den getroffene dit noo- dig maakt. Is de mogelijkheid van financiering van den herbouw op andere wijze, bijvoorbeeld door ren tedragende of rentelooze voorschotten aanwe zig, dan zal uiteraard dit systeem toegepast wor den. Is deze wijze van financiering echter niet mogelijk, dan kan door een bijdrage a fonds perdu de stijging1 der bouwkosten opgevangen worden, zoodat deze geen rem meer behoeven te zijn om tot een daadwerkelijken herbouw te komen. Deze regeling geldt echter niet in vollen om vang voor Rotterdam en Middelburg. In deze beide gemeenten zal de bovenbedoelde regeling slechts toepassing kunnen vinden in die gevallen waarin de omstandigheden gelijk zijn aan die in de kleine plaatsen. De bovenomschreven mogelijkheid tot verlee ning van extra-steun treedt eerst in werking, indien andere oplossingen ondoenlijk zijn geble ken. In alle gevallen, waarin de algemeen ge machtigde een redelijk voorstel doet dat niet bo ven de inkomsten- en vermogenspositié van den betrokkene ligt, blijft de plicht tot herbouw be staan. POGING TOT MOORD. Het gerechtshof te 's-Hertogenbosch wees Maandag arrest in de strafzaak tegen den 22- jarigen arbeider D. B. uit Venlo, die aldaar in den nacht van 27 op 28 Juli van het vorig jaar met voorbedachte rade W. Hofleer met bijlsla gen levensgevaarlijk heeft gewond. De Rechtbank te Roermond had B. wegens poging tot moord veroordeeld tot zes jaar ge vangenisstraf. tegen welk vonnis B. en de offi cier van Justitie hooger beroep aanteekenden. Op 10 Februari eischte de advocaat-generaal van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch ht jaar gevangenisstraf. Het Hof heeft B. thans veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf met aftrek van zeven maanden voorarrest. DE HEER C. WALRAVEN COMMISSARIS VAN POLITIE TE 's GRAVENHAGE. De commissaris van politie te Alkmaar, de heer C. Walraven, die begin Januari was benoemd tot commissaris van politie, waarnemend hoofdcom missaris van politie te 's Gravenhage, maar deze benoeming wegens ziekte niet aanvaardde, is hersteld en zal met ingang van 1 Maart a.s. alsnog in functie treden. (A.N.P.) No. 238 Rust 1. Zegt: ja. ze kan het best verstaan, het hcele gezin is rustig boven. 2. Waarop Jan onmid dellijk een krijgsdans op de kamer boven haar begint. 3. Zij maakt hier een eind aan en hervat het gesprek. 4. Iemand laat in de badkamer met deur open een emmer water vol- loopen. 5. Smeekt om de kraan dicht te doen, ze kan zoo niet telefoneeren. 6. Minuten later heeft Jan Mientje overtuigd dat moeder wil, dat ze de kraan dicht doet. 7. Periode van betrekke lijke rust slechts beperkt door schril gefluit van Jan. 8. Verstoring door ge raas van vader die een la van een kast te ver heeft uitgetrokken en op zijn voet laten vallen. 9. Beëindigt gesprek met een vinger in het oor, waarop dadelijk een stilte als van het graf over het huis daalt. Pierre Auguste Renoir 25 Februari 1841 1941 Gedurende de manden dat de luimige winter Renoir naar het Zuiden verdreven had, naar Cag- nes, kon het gebeuren dat de schilder urenlang voor het venster gezeten was en zich niet zat kon zien aan het wisselend spel van licht en kleuren in zijn tuin met de geliefde olijf- en sinaasappelboomcn. Meer vroeg, meer verlangde hij dan niet van het leven: dat was innigst geluk, zegening van den hemel, goedheid van Moeder Aarde. En wat de oogen die een fijnzinnig wijsgeer eens de vensters der ziel noemde puurden uit de overdaad van blijmoedigheid, zouden Renoir's door de Reuma tiek verstarde vingers, die nauwelijks een penseel meer konden hanteeren, hertooveren op het doek, met de waarachtigheid van het onbevangene, met de over troebele liefde voor de kleurenweelde om hem heen, de onbeschroomde warmte des harten, die eigen is aan kinderen en dichters. En die syba- ritische innigheid gaf aan de gestalten en dingen van zijn doeken een doorzichtigheid die hun alle aardschgebondcn stoffelijkheid ontnam en de licht heid verleende van een langen rijken zomerna- middagsdroom. Pierre Auguste Renoir. (Zelfportret uit 1897) Zoo, als op dien ouden dag, was het voor Renoir een leven lang. Niet dat het zonder strijd verliep' de jeugd van ccn kleermakerszoon, die jong zijn brood moet verdienen en op dertienjarigen leeftijd als een Watteau en een Fragonnard porcelein be schilderd!, in een werkplaats, is niet onbekommerd, zeker niet als de machine dat werk even vaardig, maar veel sneller blijkt te kunnen doen. Maar het leven is heerlijk en rijk; in het Louvre zijn voorbeelden te over van blijmoedige luchtigheid: wat is het niet een voorrecht, Bouchers en Watteau's te copiëeren. Of is het tóch nog aantrekkelijker opera-aria's te zingen? Meneer Gounod geeft er hoog van op en Pierre Auguste aarzelt. Schilder of zanger? Het pleit is beslecht: Renoir werkt op het atelier van de Gleyze, is opgenomen in den ïntie- men kring van jongeren, van „impressionisten": Sisley, Bazille, Monet: met hen strijd hij om een plaats op de officieele tentoonstellingen in „de" Salon, met heen exposeert hij, afgewezen door de van zooveel moderniteit onthikte commissie, in den Salon der Geweigerden, den „Salon des Refuses" En toch: een baanbreker, een strijder, een nieuw lichter is hij niet. Hij kent geen avant-gardepro- gramma, hij kent alleen den drang alle geluksaan- doeningen van zijn zonnig leven, vorm te geven in kleur en lijn, in licht, licht vooral. Wat een gelukskind, die Renoir: alles wat een ander, een Gézanne bijvoorbeeld, in voortdurender.. krampachtigen zelfstrijd veroveren moet. vloeit ui- zijn penseel als het zonnelicht van den hemel, even ongedwongen, even natuurlijk, even harmonisch of het portretten zyn zooals „de kindoren van Catulle Mendès aan de piano", een „Mevrouw Charpentier". dan welk een stadsgezicht als zijn ..Pont-Neuf". een landschap als „de Engelschc peereboom". Soms moet hij zijn kleuren temperen, terwille Kou gevat? (Adv. Ingez Jtled.) van de verkoopbaarheid; want veel levert het werk niet op. Och kom, dat is bijzaak: Renoir schildert immers zijn leven, Renoir gaat tóch als een feest ganger door een wereld van licht, of het nu Holland heet of Algiers, Duitschland of Italië ach ja, Italië, Palermo, waar het hem gelukte, Richard Wagner tot poseeren te bewegen, een half uurtje maar, Wagner die hem zoo na aan het hart lag. Driehonderd franken kreeg Renoir in 1878 voor zijn beroemd geworden portret van de familie Charpentier. Vier en tachtig duizend bracht het op in 1907. Renoir beleefde zijn roem het zal zijn ouden dag veraangenaamd hebben; maar zou het dezen eenvoudigen bescheiden en beminnelijken mensch gelukkiger gemaakt hebben als hij geweten had, welke triomtochten de schoonste van zijn werken na zijn dood (in December 1919) door Europa deden? C. J. E. D. OPWEKKINGSSAMENKOMSTEN. Op Donderdag 27 Fefbr. des namiddags zal de heer S. de Ruiter uit Halfweg een spreekbeurt vervullen in de Zuiderkapel aan de Zuiderstraat No. 15 te Haarlem, hiertoe uitgenoodigd door het Comité voor OpwekkingssamenkomstenDe heer de Ruiter zal speken over het onderwerp: „Wie weet wat?" Donderdag 6 Maart wordt wederom een middag- en avonddienst gehouden, waarin Ds. A. M. Berkhoff, Vrij Evangelisch predikant te Groningen, hoopt te spreken. „Kinderen zijn hinderen". Dat heeft vader Cats in een pessimistische bui gezegd, vermoedelijk toen hij op enkele lastige spruiten moest passen, terwijl zijn vrouw naar de markt gegaan was om inkoopen te doen. Maar Cats zal in minder zorgelijke uren ongetwijfeld ook wel genot gesmaakt hebben in het aanschouwen van zijn nakomelingschap. Dat is immers een levensvreugde die de meeste ouders zich niet gaarne ontnomen zouden zien! Maar er zijn ook nu nog wel ouders die, wat de zorg voor hun kinderen betreft, het pessimisme van dien voorvader deelen. Zij vinden het wel wat veel gevergd eiken avond thuis te zitten om op de kin deren te passen, terwijl elders het genot vriende lijk wenkt. De kinderen slapen rustig boven, waar om moeten zy zich dan beneden zitten te ver velen? Nu eens is het een verjaringsfuif, dan weer een schouwburgvoorstelling, of bal dat lokt. Niet zelden ook de bioscoop. Er zijn gezinnen waar de ouders de lasten eerlijk deelen. om beurten dus hun uitgaansdagen hebben, maar bij anderen gaat het wel eens anders toe. Daar geldt dan het parool: „Allebei of geen een". Soms spreekt er de ware eensgezindheid uit, maar het kan ook zijn, dat de een het noodig vindt het oog op den ander te houden. Voor den welstand in het gezin wordt dat blijkbaar nog wenschelijker dan de slapenden kinderen gezelschap te houden. In den laatsten tijd, nu niemand zich zonder toe stemming 's nachts van 12 tot 4 uur op straat mag verblijven, gebeurt het af en toe, dat echtparen, van een of ander fuifje komend, door de politie worden aangetroffen op weg naar huis. Zonder partion gaan ze naar het politiebureau in de Smede- straat Als dan het vonnis klinkt: „hier blijven tot 4 uur!" herinneren de menschen zich in eens, dat zij hun kinderen onverzorgd thuis hebben achter gelaten. Dan begint moeder te huilen en jammert tusschen huilbuien door: „wat moet er gebeuren als mijn arme kindertjes wakker worden. Er kan brand komen de kinderen kunnen ziek worden". Vader huilt niet. maar toont zich toch ook bewo gen met het lot van zijn nakomelingen. De inspecteur van dienst merkt dan heel logisch op: „Ik begrijp uw klacht niet geheel en al. Waar om konden de kinderen wel van 8 tot 12 uur alleen in huis zijn en komt er plotseling gevaar nu het tot 4 uur moet duren?" Tegenover die logica hebben de de moeders alleen nieuwe tranen als antwoord. Vaders halen, voelend dat de klap niet onverdiend is, hun schouders op. Toen het dezer dagen een echtpaar gold met veel 'onge kinderen, is de volgende oplossing gevonden. De moeder werd door een politie-agent naar huis gebracht om voor het verdere deel van den nacht op haar kinderen te kunnen passen, een proces-ver baal kregen zij natuurlijk beiden! Ouders die hun kinderen alleen thuis laten zul len er voor moeten zorgen dat zij althans voor 12 uur binnen zijn. VAN T.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 5