Jaar van groote beslissingen aangebroken J Duitsche weermacht op maximum sterkte uitgerust. Voor lange avonden. -DINSDAG 25 FEBRUA.RI 1941 HITLER'S REDE TE MüNCHEN. >1 ie, tie, Strijd der nationaal socialistische partij herdacht. Het D.N.B. meldt uit München: Ter gelegenheid van het feit, dat Maandag 21 jaar geleden de N.S. D.A.P. werd opgericht heeft de Führer hier het woord gevoerd tot zijn oude garde. De Führer begon zijn rede weer met een uitge- breiden terugblik te werpen op de opriohting der partij en op de afkondiging van het partijprogram ma, dat naar hij met nadruk zeide, in de sindsdien vervlogen jaren op geen enkel punt gewijzigd is. Hij vestigde de aandacht op het verschil tusschen deze partij en alle andere partijen, hetgeen o.a. daarin bestond dat de N.S.D.A.P. niet de belangen van eenige laag lier bevolking wilde vertegenwoordi gen, maar welbewust het Duitsche volk in het mid delpunt van haar werk en haar strijd plaatste. De burgerlijke en ook de Marxistische partijen, zoo zeide Adolf Hitler, zijn toen reeds onvruohtmaar geworden. Alleen door deze nieuwe beweging kon de volkomen ontbinding van het Duitsche volk 'verhinderd worden. Voor ons, zoo voegde de Führer hieraan nog toe, lag het schandelijke dictaat van Versailles dat Duitschland tot slaaf wilde ma ken en in den ondergang wilde storten. In twee afgescheiden kampen verzette het Duitsche volk zich tegen dit noodlottige dictaat. Beiire kampen hoopten op internationale helpers. De burgerlijke partijen hoopten op een vaag Volkenbondsidee, de Marxisten op de roode internationale. Niemand n h dacht aan het oude woord: Helpt u zelf, zoo helpt 1 ap; u God. Ik heb dit schandelijke dictaat van Ver- '°ri sailles geheel m mij opgenomen en niets er van vergeten. Ik heb het bladzijde voor bladzijde van 'r°f buiten geleerd. De tegenstanders, zoo vervolgde de Führer, wilden een democratisch Duitschland, niet om aan zulk een Duitschland later het dictaat kwijt ar1 te schelden, maar zij hadden een democratisch Duitschland noodig, omdat alleen zulk een Duitsch land dit verdrag zou nakomen. Ik zelf heb er nooit over in twijfel verkeerd dat op het oogenblik. waar 'op het Duitsche volk zijn binnenlandsche crisis had overwonnen, het vervolgens als krachtig volk van tachtig millioen zielen ook klaar zou spelen met de crisis van buiten af. Bij de schildering van den binnenlandsch-politïe- ken strijd der partij in den tijd der oppositie, her innerde Adolf Hitler er aan dat aan geen enkelen sterveling zoo vaak de ondergang is aangekondigd als toen aan hem. In dit opzicht, zoo zeide hij, ben ik daarvoor immuun geworden Hij herinnerde aan leugens en de laster van den tegenstander. Thans, zoo voegde hij hieraan toe, voel ik mij op mijn gemak, wanneer ik van het buitenland de vele leugens en lasterpraatjes hoor. léderen dag zou ik kunnen zeggen: Precies zooals i dii*roe&er (Wie einst im Mai). Indi De Führer herinnerde er voorts aan dat de be- n or weging uit alle tegenslagen ook uit de grootste te genslagen van het jaar 1923 sterker dan tevoren te voorschijn is gekomen. Uit dezen harden strijd is in de leiding van zijn beweging een keur van de beste mannen voortgesproten. De geweldige revolutie die ïoof wij in Duitschland verwekt hebben .zoo vervolgde over de Führer, heeft de andere wereld volkomen in 'ega slaap gesust. Ook thans nog begrijpen die anderen niet dat in Europa twee volken iets geweldig nieuws tot stand gebracht hebben. Evenwijdig met ons leidde ook de fascistische revolutie tot hetzelf de resultaat. Tusschen beide revoluties bestaat niet alleen een absolute identiteit van doel, doch ook Naa van imdlMen en bovendien een vriendschap die ,n d meer beteekent dan een zuiver welbewust samen- IEE ?an gaan. Dat begrijpen onze tegenstanders nog niet. Zij begrijpen niet dat, wanneer ik eenmaal een man als vriend beschouw, ik dien man dan terzijde sta en met deze houding geen handel drijf. Want ik ben geen democraat en daarom ook geen zwende laar. Ik ben ook geen O.W.'er, maar een man die wenscht dat men hem na zijn dood de rechtvaar digheid ten deel laat worden dat zijn geheele le vensstrijd slechts diende voor een enkel groot ideaal. Op dit gebied zou ik geen zwakte willen toonen. Daarom bestaat er geen twijfel dat de banld die de beide revoluties en de beide mannen met elkaar verbindt onverbreekbaar is en dat wanneer- het den eenen man slechter gaat, de andere heim zal helpen. Bovendien zullen wij immer een gemeen - schappelijken vijand verslaan. Er is een tijd ge weest. waarin Italië zeer sterke vijandelijke krach ten voor ons heeft vastgehouden. Talrijke Britsche schepen zijn opgehouden en eveneens talrijke Brit sche vliegtuigen in de Britsche koloniën van Noord- Afrika alsmede talrijke strijdkrachten te land. Dat was voor ons heel goed. Onze strijd ter zee kan nu pas beginnen. De reden ligt in het feit dat wij eerst de nieuwe bemanningen wilden opleiden voor de duikbooten die thans komen. Dat zij thans komen DEÜi gaan, daaraan behoeft men niet te twijfelen. 8 he DE ACTIE DER DUIKBOOTEN. Juist twee uur geleden heb ik van den opperbe velhebber der vloot het bericht ontvangen dat zoo juist de rapporten zijn binnengekomen van twee dagen, waarop strijdkrachten ter zee en duikbooten 215.000 ton tot zinken hebben gebraoht, waarvan alleen door duikbooten 110.000 ton en daaronder een geheel convooi dat gisteren vernietigd werd met 125.000 ton. De heeren zullen zich echter van Maart en April af op heel andere dingen voorbereid moe ten houden en dan zullen zij bemerken of wij dezen winter weer geslapen hebben en wie zijn tijd goed gebruikt heeft. In deze lange maanden van tevoren, waarin wij met zoo weinig duikbooten streden, beeft Italië voor ons sterke krachten vastgehouden. Ons kan het thans onverschillig zijn of onze Stuka's Engel sche schepen in de Noordzee of in de Middellanri- sche Zee kunnen aanvallen, het blijft steeds het zelfde. Dit eene is zeker: Waar de Britten aan het continent raken, zullen wij hen terstond tegemoet treden en waar Britsche schepen zich vertoonen, treden onze duikbooten daar tegen op totdat het uur van de beslissing slaat. Wanneer mijn tegen standers gelooven mij met den tijd te kunnen af schrikken, zeg ik het volgende: Ik heb leeren wach ten, maar in den tijd van het wachten heb ik nooit geluierd. Wij hebben immers ook van 1923 af tien jaar lang moeten wachten totdat wij eindelijk aan de madht kwamen. Maar in die tien jaren hebben Wij gewerkt. Wat hebben wij niet allemaal gedaan en tot stand gebracht. Nooit stond bij ons echter het doel voorop dat op den eersten maar of den vijftienden Juni of den zeventienden September dit of dat moest gebeuren. Dat weten alleen de journa listen van onze tegenstanders Ook vroeger hebben zil dat al geweten. In 1932 zeiden zij: Nu is het na tionaal socialisme dood. De Führer heeft gewei gerd, Hij is te lof of verantwoordelijkheid te dra gen. Dat hebben deze scherpzinnige genieën ge zegd die nu in Engeland zitten. Bij ons zijn ze niet meer. Steeds nieuwe termijnen hebben zij moeten noemen, totdat eindelijk de dag kwam V'aarop wij de macht overnamen. Toen zeidei zij: Nu hebben zij de fout gemaakt. B'nnen zes weken of hooestens drie maanden is hot met de nationaal socialisten afgeloopen. En in den oorlog doen ze het net zoo. Het zijn dezelfde lieden, dezelfde profeten en politieke wichelroede lopers die thans in het Engelsche propaganda- mmisterie en in het Engelsche ministerie van buitenlandsche zaken zijn aangesteld. Ik behoef slechts aan een beroemde uitspraak ven een groo- ten Britsdien staatsman te herinneren, die nog en kele dagen voor den negenden April 1940 verklaar de: God zij dank, zij hebben de autobus gemist. Of aan een uitspraak van den Engelschen opperbevel hebber: Eenige maanden geleden was ik bezorgd, thans hebben zij den tijd voorbij laten gaan. Bo vendien heeft hij uitsluitend jonge generaals. Dat is zijn fout. Enkele weken later heeft deze gene raal zijn ontslag genomen, waarschijnlijk was hij ook nog te jong. Ook thans bepalen zij weer ter mijnen. In het najaar zeiden zij: Wanneer er thans geen landing komt, is alles in orde. In het voorjaar 1941 zal Engeland bet offensief op het vaste land nemen. Ik blijf op bet Britsche offensief wadhten. Zij hebben het naar ergens anders verplaatst. Wij moeten hen achterna loopen om hen te vinden. Maar wij zullen ze vinden, waar zij ook heengaan. En wij zullen ze ook daar vinden, waar kle slag vpor hen de vernietigendste uitwerking zal hebben. De Führer herinnerde er aan dat hij van de we reld niets anders verlangd heeft dan dat zij aan Adolf Hitler. (Foto Stapf) Duitschland dezelfde rechten zal geven. Zoo heb ben wij, zoo zeflie hij, steeds nieuwe voorstellen aan de wereld gedaan Er zijn dingen die Duitsch land hebben moet omdat wij willen leven. Het is onmogelijk dat een volk, dat reeds 38 millioen vier kante kilometer bezat, van een ander nog eens 2^ millioen vierkante kilometer afneemt. En het is daarbij onverdraaglijk voortdurend onlier voogdij van deze volken te staan en ons te laten voorschrij ven welke economische politiek wij moeten voeren. Wij voeren de economische politiek die van nut is voor het Duitsche vol'k. Ik meng mij ook niet in de zaken van anderen. Wanneer zij op zakken goud willen gaan zitten, laat zij hun gang gaan. Maar wanneer men zegt: „Doet u het ook", dan zal ik mij er voor hoeden om voor de Duitsohe werkkracht dood gould te koopen. Ik heb de Duit sche arbeidskracht, de producten van het Duitsohe leven op het spel gezet en het resultaat van onze economische politiek getuigt voor ons en niet voor de goudstatem. Zeer zeker hebben wij achter onze economische politiek ook de geordende kracht en de discipline van de natie geplaatst. De economi sche strijd heeft opgehouden. Uiteraard was daar toe een algemeen sociaal fundament noodig. Men kan thans geen staten meer opbouwen op een ka- pi tal istischen grondslag. Op den duur ontwaken de volken en wanneer men meent door den oorlog het ontwaken der volken te kunnen verhinderen, dan meent men verkeerd, want daardoor wordt het ont waken juist bespoedigd. Deze staten zullen weg zinken in financieele catastrofes, welke den grond slag van hun eigen financieele kracht zullen ver nietigen. ECONOMISCHE POLITIEK DER TOEKOMST. Uit dezen oorlog zal niet de gouden standaard als overwinnaar haar intrede doen. En zij zullen onder elkaar den voor haar noodigen handel drijven. De volken zullen het in de toekomst van de hand wijzen om van een bankier voorschriften in ont vangst te moeten nemen over hun handelspol;tiek. Zij zullen de handelspolitiek voeren, die voo- hen goed is. En wij kunnen gerust zeggen: Duitsch land is een geweldige economische factor, niet alleen als producent maar ook als consument. Wij VNV<en een groot afzetgebied maar wij zijn-ook de ot- ste koopers. Wij hebben niets tegen de andere we reld gehad. Nooit heb ik verlangd dat Amerika of Engeland een ander ons goud zou schenken. Dat hebben wij niet noodig. Dat mogen zij houden. Maar wij voeren onze economische politiek niet No. 46. TOO VERDRIEHOEK. Een tragisch ongeluk bij het overzetten van een vlot over het Albert-Kanaal in België kostte dertig kinderen het leven. Op de plaats des onheils bespreken omwonenden het droef gebeuren. (Foto Weltbild.) volgens de wensohen van de bankiers in New-York of Londen, maar uitsluitend volgens de belangen van het Duitsche volk. En op dit punt ben ik een fanatiek socialist, die altijd slechts de gezamen lijke belangen van zijn volk voor oogen houdt. Ik ben niet de knecht van een der internationale bank- consortia. Ik ben aan geen enkele kapitalistische groep iets verplicht. Onze beweging is een Duit sche volksbeweging. Wij hebben daarom verplich tingen aan het Duitsche volk. Zijn belangen geven richting aan onze economische politiek. Wanneer de andere wereld zegt: dus dan oorlog, dan kan ik slechts zeggen: Goed, ik wil den oorlog niet, maar de vroomste kan niet in vrede leven, wanneer het den boozen buurman niet bevalt. Ik behoor niet tot diegenen die beginnen te jamme ren, wanneer zij zulk een oorlog zien aankomen. Steeds heb ik nieuwe voorstellen aan Engeland en Frankrijk gedaan, maar steeds heeft men die met spot en hoon van de hand gewezen en er om ge lachen. Toen ik bemerkte dat de tegenpartij het conflict wilde, heb ik datgene gedaan wat ik als nationaal-socialist als oude strijder ook in de partij steecs deed: terstond heb ik een afweer instrument gevormd. DE WEERMACHT. Zooals ik vroeger al gezegd heb moeten wij sterk genoeg zijn om niet alleen slagen van de tegenpartij af te weren, maar ook terstond te ver gelden. Zoo heb ik ook het staatspolitieke instru ment van de Duitsche weermacht gevormd, niet om slagen in ontvangst te nemen, maar om, wan neer het niet anders gaat, ook slagen uit te deelen. Een Amerikaansche generaal heeft nog slechts enkele dagen geleden voor de commissie van onderzoek uit het Congres verklaard dat Churchill hem in 1936 persoonlijk verzekerd heeft: Duitschland wordt ons te machtig, het moet ver nietigd worden. Ik zal alles in het werk stellen om met deze vernietiging te beginnen. Ik heb voor Churchill gewaarschuwd, vervolgde de Führer. Zoodra ik echter merkte dat in Engeland een be paalde kliek, aangevuurd door het Jodendom, be wust en vastberaden tot den oorlog ophitste en naar den oorlog dreef, heb ik op hetzelfde oogen blik van mijn kant alle voorbereidingen getrof fen om de Duitsche natie te bewapenen. Ik heb dat grondig gedaan. Wanneer thans de anderen zeggen: Wij doen dit en dat, dan kan ik slechts zeggen: ik heb het al gedaan. Zij vertellen mij geen sprookjes want ik ben deskundig, specialist in bewapeningsaangelegenheden. Ik weet heel precies wat men van menschen kan maken en wat men er niet van kan maken. Ik heb tijdig het Duitsche volk daarop ingesteld. Ik kan ook Europa er op instellen en doe het ook. Ik zie het conflict met kalmte tegemoet, moge slechts de andere partij het met dezelfde kalmte tegemoet zien. Ik steun daarbij op de beste weer macht ter wereld, op de beste weermacht die het Duitsche volk ooit bezeten heeft. Zij is numeriek sterk, wat de wapens betreft maximaal uitgerust, wat de leiding betreft, beter dan ooit te voren. Wij hebben een corps van jeugdige leiders dat thans grootendeels niet alleen zijn waarde in den oorlog bewezen heeft doch ook met roem overdekt is. Een garde uitgelezen mannen voert de beste sol daten ter wereld met de beste wapens ter wereld aan en achter deze soldaten en leiders staat het ge heele Duitsche volk. Temidden van dit volk en als zijn kern staat de nationaal socialistische beweging die een orga nisatie is waartegenover men in democratische lan den niets beters kan plaatsen doch die haar even knie nog slechts vindt in het fascisme. Volk en weermacht, partij en staat, zij zijn thans een ondeel bare eenheid. Geen macht ter wereld kan deze structuur meer losmaken of uiteen rijten. Alleen dwazen kunnen zich verbeelden dat het jaar 1918 zich kan herhalen. Onze democratieën koesterden altijd hoop op een binnenlandsche politieke ont binding. Daarvan leefden zij vroeger en thans weer. Zij zeggen: binnen zes weken tijds is er in Duitsch land revolutie, maar zij weten niet wie die revo lutie zal maken. De revolutionnairen zijn n.l. bij ons De andere revolutionnairen van het slag Thomas De Japausche minister-president Konoye tijdens zijn rede voor de afgevaar digden over de buitenlandsche politiek zijner regcering. (Foto Weltbild.). Mann zijn zoo ver mogelijk weggereisd van hun toekomstig slagveld. Wie dus de revolutie moet maken ik weet het niet; hoe zij gemaakt wordt, dat weet ik ook niet. Slechts één ding weet ik: dat er in Duitschland slechts een paar dwazen kunnen zijn die aan revolutie denken. Die zitten echter achter slot en grendel. Vervolgens zeggen de anderen: de winter zal Duitschland op dc knieën dwingen. Ach, het Duit sche volk is tamelijk bestand tegen den winter, het heeft reeds vele duizenden winters doorgemaakt. Dan zeggen zij weer: er zal honger komen. Op dat punt hebben wij voorzorgsmaatregelen genomen, want wij kennen de vriendelijke gevoelens van onze tegenstanders jegens medemenschen. Wij weten dat de honger daar eerder komt dan bij ons. Vervolgens beroepen zij zich op den tijd die moet helpen. De tijd helpt echter altijd slechts diegene die werkt. En in Duitschland wordt ge werkt. Alles welbeschouwd zijn al deze vage ver wachtingen terecht naïef. Het Duitsche volk heeft een ontwikkeling van vele duizenden jaren achter zich; in deze tijden heeft ons volk de zwaarste slagen van het noodlot doorstaan. Het zal alles door staan wat heden en toekomst het brengen, even als het het verleden doorstaan heeft Maar het zal alles nog beter te bovenkomen, omdat er wel altijd een Duïtsch volk geweest is, maar niet altijd de Duitsche eenheid van thans. Er heeft ook niet altijd de leiding bestaan die het Duitsche volk thans bezit. Ik heb het reeds met vele democratische tegenstanders opgenomen. Tot dusver ben ik altijd nog als overwinnaar uit dezen strijd te voorschijn gekomen. Ik geloof dat ook deze strijd niet onder andere omstandigheden plaats vindt, d.w.z. dat de sterkteverhouding dezelfde is als toen. Ik ben de Voorzienigheid dankbaar dat, nu deze strijd eenmaal niet langer kon uitblijven, hij tijdens mijn leven is uitgebroken en op een tijd, waarin ik mij nog flink en sterk voel. En juist thans voel ik mij heel monter. De lente komt die wij allen begroeten. De tijd breekt weer aan, waar in men de krachten kan meten. Ilc weet dat ondanks de vreeselijke hardheid van den strijd op dit oogen blik millioenen Duitsche soldaten net zoo denken als ik. Wij hebben een jaar achter ons van onge looflijke successen, ook van zware offers niet gezien in het algemeen, maar toch in het afzonder lijk verband. Wij weten echter dat wij niets cadeau hebben gekregen, doch dat ontelbare Duitsche mannen aan het front met de grootste dapperheid het leven op het spel hebben gezet en nog onver stoorbaar op het spel zetten. Wat zoovele van onze mannen presteeren, heeft men nog nooit meege maakt. Nog nooit waren er betere en dapperder soldaten. Wij, oude nationaal socialisten, zijn bij zonder trotsch op hen, want wij zijn toch niet an ders dan een enkele oude frontpartij van den wereldoorlog. Voor deze oude nationaal socialis ten was het een geweldige voldoening thans dat gene werkelijkheid te zien worden waarvoor zij toen goed en bloed hebben veil gehad zonder iets te kunnen bereiken. Zij zijn trotsch op hun zoons, op de jonge soldaten van het derde rijk. VOOR GROOTE BESLISSINGEN. Wij staan voor een nieuw gevechtsjaar. Wij weten allemaal dat het groote beslissin gen zal brengen en blikken met vast ver trouwen in de toekomst. Wij hebben de hardste school doorloopen die menschen doorloopen kunnen en weten dat deze groote offers niet tevergeefsch waren, want wij gelooven hier ook aan een rechtvaardigheid. De Voorzienigheid heeft ons niet tevergeefs dezen wonderbaren weg laten opgaan. Ik heb op den dag der oprichting van de beweging het volgende gezegd: Ons volk heeft wonderbare overwinningen be haald maar toen is het ondankbaar geworden en heeft zich de straf van de Voorzienigheid op de hals gehaald. Wij waren er toen van overtuigd dat, wanneer ons volk weer vlijtig en achtenswaardig wordt, wanner elke Duitscher vor zij volk op komt en niet voor zichzelf alleen, dan zal eens het uur komen, waarop God de Heer onze beproeving voor geëindigd verklaart en wanneer dan het lot ons nog eens naarhet slagveld roept, dan zal zijn zegen berusten bij hen die den zegen in harden arbeid van tientallen jaren verdiend hebben. En dat kan ik thans zeggen, zoo besloot de Führer zijn redevoering, die steeds weer met zeer grooten bijval werd onderbroken, wanneer ik naar mijn tegenstanders kijk in andere landen, dan wordt het mij niet bang te moede bij het afwegen van mijn gevoelens. Wie zijn zij, deze egoïsten? Elk van hen komt slechts op voor de belangen van zijn stand. Achter hen allen staat of wel de Jood of wel de eigen geldzak. Zij zijn allen niets dan geld- verdieners. Zij leven van de winst van dezen oor log. Daarop kan geen zegen rusten. Tegenover deze lieden treed ik op als niets anders dan de strijdei voor mijn volk. Voor dit volk kom ik op en ik ben er van overtuigd dat evenals deze strijd door de Voorzienigheid gezegend werd, hij ook in de toekomst gezegend zal zijn. 21 jaar geleden kwam ik ook voor mijn volk op als een onbekende en in deze 21 jaar is er een nieuwe wereld ontstaan. De weg van thans naar de toekomst zal gemakke lijker zijn dan de weg van 24 Februari 1920 tot heden op deze plek. Zoo zie ik met een fanatiek vertrouwen de toekomst tegemoet. Het geheele volk staat thans aangetreden. Ik weet dat wan neer het commando „voorwaarts marsch" weer klinkt, alles optrekt. BIJEENKOMST IN HET HOFBRaUHAUS. Hitier heeft zijn rede uitgesproken in de feest zaal van het oude Hofbrauhaus te München, op dezelfde plek waar 21 jaar geleden de N.S.D AT. met de afkondiging der 25 stellingen van haar par tijprogramma werd opgericht. De bijeenkomst werd o.a. bijgewoond door de ministers Frick, Ley en rijks- sta: houder von Epp. Toen de Führer de zaal be trad bevonden zich Rudolf Hess en Himmler in zijn gezelschap. Minister van Staat Wagner sprak het welkomstwoord uit. Van links naar rechts en van boven naar be neden woorden in te vullen van. de volgende be- teekenis: 1. Binnenkort. 2. Hoofdbestanddeel van olie. 3. Eertijds schatplichtige onderdanen van den Sultan van Turkije. 4. Veter. 5. Meisjesnaam. 6. Deel van een ontkenning (Fransöh). Te gebruiken letters: aaaaaaeeeeegg iij lllnnnnrrsss. OPLOSSING VORIGE OPGAVE No. 45. ROZET-PUZZLE. MEN MOET DE HUID NIET VERKOOFEN A A A I A V E V V N K N D M E R E E I R D A I N B R N L E R L A M I S W L E A G T I E T E A L D 0 E N D E L AL EER DE BEER GESCHOTEN IS E N R T Italiaansch weermachtsbericht Een vijandelijke viootbasis gebombardeerd. Vijandelijk vloofeskader aangevallen. ERGENS IN ITALIë, 24 Februari Stefani) Het 262ste communique van het Italiaansche hoofd kwartier luidt: „Aan het Grieksche front bedrijvigheid van patrouilles en artillerie aan weerszijden. Onze luchtmachtafdeelingen hebben militaire installaties, wegen, bruggen en achterwaartsche verbindingen van den vijand met succes gebombardeerd. In ge vechten met vijandelijke jagers hebben onze jacht vliegtuigen vijf Glosters neergeschoten Drie onzer bommenwerpers zijn niet teruggekeerd In Noord-Afrika zijn hevige vijandelijke aan vallen op Dzjarahoeb opnieuw gestrand op den hardnekkigen tegenstand onzer heldhaftige troe pen. Onze vliegtuigen hebben met goed gevolg vijandelijke troepen en strijdmiddelen in de zóne van Koefra gebombardeerd. Afdeelingen van het Duitsche vliegercorps hebben eenige vijandelijke bases in Libye aangevallen. Verscheidene zware auto's van den vijand geraakten in brand; een vlieg tuig werd op den grond vernield. Een vijandelijke viootbasis is op doeltreffende wijze gebombar deerd. Een andere afdeeling Duitsche vliegtuigen heeft in het Oosten der Middellandsche Zee een op- stoomend vijandelijk vlooteskader aangevallen en een groote eenheid, waarvan het type niet kon worden waargenomen, zeer ernstig getroffen. Dit schip is waarschijnlijk tot zinken gebracht. In de Aegeïsche Zee hebben onze vliegtuigen met succes vijandelijke militaire installaties op het eiland Mytylinl gebombardeerd. In Oost-Afrika hebben twee onzer compagnieën ten Westen van Zilmani in den Soedan een aan val gedaan op numeriek sterken vijandelijke af deelingen, die zich na hardnekkigen tegenstand moesten terugtrekken met zware verliezen aan menschen en materiaal. Aan den benedenloop van de Joeba duurden de gevechten voort. Onze vliegtuigen hebben vijandelijke installaties en troepen in de Joebazóne gebombardeerd. Onze jagers hebben een vliegtuig van het type Hur ricane neergeschoten". Luchtaanval op schip. Ondergang vrijwel zeker. BERLIJN, (D.N.B.) Een vliegtuig der Duit sche gewapende verkenning heeft in den loop van den Zondag voor de Zuidpunt van Ierland een vrachtschip van 4000 b.r.t., dat naar Engeland op weg was, met succes aangevallen. Een bomtreffer richtte op het achterschip groote verwoestingen aan en maakte het schip stuurloos. Door drie andere treffers werd de scheepswand beschadigd, zoodat het .schip na korten tijd aanzienlijke slag zij vertoonde. De beschadigingen zijn zoo ernstig, dat de ondergang van het schip vrijwel zeker is. De Japanscli—Iiulo-Chineesche onderhandelingen. TOKIO, (D.N.B.) De minister van Buiten landsche Zaken Matsoeoka heeft in den Rijksdag verklaard, dat Japan over verschillende econo mische vraagstukken met Fransch Indo Ohina besprekingen voert en dat in de rijstkwestle de Japanse he eischen door Fransch Indochina aan genomen zijn en thans in de praktijk verwezen lijkt worden. Naast die over economische vraagstukken gaan de besprekingen over de bemiddeling tusschen Thailand en Fransch Indochina voort. Hierbij zijn echter nog enkele moeilijkheden te overwinnen, In het algemeen gezien is de houding van Fransch Indochina bil deze onderhandelingen tegemoet komend.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 7