Een eigenaardige aanbieding Reizen en avonturen van Mijnheer Prikkebeen MAANDAG 7 APRIL 1941' HAARLEM'S DAGBLAD door MABEL-GRUNDY. Vertaald door E. GRIESE-KETS DE VRIES. 18) En Panton vertelde het haar. Whiff lachte zachtjes. „Arme, oude dame", mom pelde zij; „haar treft geen blaam", hetgeen Panton een vrij wonderlijke opmerking vond. Toen Quinton thuis kwam, ging Whiff hem in de hal tegemoet. Het viel hem op, hoe heerlijk het was. tegemoet gekomen te worden, vooral door iemand zoo lief als Whiff, zoo vrij en vriendelijk en boven al bekoorlijk. Hij begon zijn verlegenheid tegen over haar te verliezen. Hij begon haar recht in het gezicht te kijken en niet met korte, kramp achtige blikken te vereeren. Hoe kon iemand ver legen zijn tegenover een meisje, dat hem kort en bondig verkondigde en wier oogen terzelfder tijd tintelden van pleizier dat zijn tante naar bed was. „Naar bed? De hemel zij gedankt en geprezen!" voegde hij er aan toe, terwijl hij zijn hoed ophing, en inderdaad voelde hij zich innig dankbaar voor den zegen, die hem ten deel was gevallen door het overplanten, zij het ook tijdelijk, van tante Sophia uit de zitkamer naar haar bed. Tante Sophia in bed beteekende met Whiff alleen aan het diner en later in de zitkamer. „Maar denkt u", weifelde Whiff, „dat men blij behoort te zijn? Iemand in bed is even ver van ons verwijderd als iemand aan de Noordpogl, of bijna even ver. De grond is mij onder mijn voeten weggehaald". „Ja, ik zie, wat u bedoelt", gaf Quinton toe; niet temin was zijn dankbaarheid jegens tante Sophia voor het feit, dat zij izch in haar bed had terug getrokken, onbegrensd. „Panton zei, dat mevrouw Dimsdale u direct, als u gekomen was wenscht te spreken". „O!" zijn geestdrift, zakte een weinig. „Wanneer la ze naar bed gegaan?" „Vlak na de thee. Ik ben bijzonder aardig voor haar geweest. Ik stond er op, om thee in te schen ken; en nam per ongeluk het meeste van haar room. Vanmorgen wilde ik een wandeling met haar maken er. na de lunch wilde ik hardop voorlezen. Heusch, tegen vijf uur had ik regelrecht medelijden met haar.Het lijkt haast wreed. Maar gaat u niet naar haar toe?" Quinton was Whiff in de zitkamer gevolgd. „Is er haast bij?" „Ze zei, dat ze u onmiddellijk wenschte te spreken". „Ik heb geen zin om te gaan". „Ik ben bang, dat u zult moeten". „Ze kan mij er niet toe dwingen, als zij in bed ligt en ik hier ben", pleitte hij, maar terwijl hij sprak, verscheurde zoo'n vreeselijk schel geluid de rust in huis, dat hij overeind sprong en de trap opsnelde. De sleur van een tienjarige inschikkelijk heid en tegemoetkoming aan de wenschen van tante Sophia konden niet in een oogwenk verbroken worden. Bij de deur aangekomen vond hij deze gesloten. Dit leek vreemd na de heftige aanmaningen van de bel. „Ben jij het, Christopher?" kwam een stem van binnen. Hij antwoordde ja, en wenschte tegelijkertijd dat hij het niet was. De klank van de stem was hoogst onaangenaam. Er was een beweging van ritselende kleeren, dan het omdraaien van een sleutel en een bevel te blijven waar hij was, tot hem gezegd werd binnen te komen. Hij kon tante Sophia weer in bed hooren klimmen. „Kom binnen", riep zij. Later, toen Quinton haar verschijning voor zijn geest riep, zooals zij daar in het groote, koperen ledikant lag, bleef zijn geheugen altijd verwijlen bij de twee lange, venijnige zwarte haarspelden, die haar stevig opgemaakte grijze pruik bovenop haar hoofd vastklemden. De pennen staken hard en vast over de breede scheiding en het kwam Quin ton voor, dat ze den onbehaarde schedel, waartegen ze gedrukt, werden, moesten bezeeren, en hij had beslist met haar te doen. „Waar sta je zoo naar te staren?" vroeg zij scherp. „Doen die haarspelden u geen pijn?" „Haarspelden!" Zij hief een hand op naar de plaats, waar zijn oogen op gevestigd waren en staarde nu naar hem. „Ik weet niet, waar je heen wilt en ik heb je niet laten komen, om over haar spelden te praten. Weet je, waarom ik in bed lig?" „Bent u onwel? Hebt u ergens last van, tante Sophia?" „Ik ben niet onwel. Ik ben volkomen gezond, ofschoon je gelijk hebt, ik heb ergens last van. Ga alsjeblieft zitten, Christopher". Hij trok een stoel naast het bed en ging zitten. Zijn blik rustte nog steeds op de haarspelden, ze fascineerden hem; hij vroeg zich af, of zij ze altijd in bed droeg; of de punten niet in de kussens ble ven haken, als zij zich omdraaide. „Christopher", begon zij, „wat ik je te zeggen heb, moet èn kort èn bondig zijn". In haar ver langen hem te imponeeren, hief zij haar linkerhand van het dek op en hield haar naar hem toe, zooals een redenaar zijn handen naar zijn gehoor houdt en de dwalende aandacht van Quinton liet het pro bleem van de haarspelden in den steek en vestigde zich op den afgesleten trouwring, die in het weeke vette vleesch van tante Sophia's derden vinger ge nesteld zat, en nu begon hij zich af te vragen, of dit haar ook pijn zou doen en of er een dag zou komen, waarop de ring uitgesneden zou moeten worden. „Waar zit je nu weer naar te turen?" vroeg ze vinnig. „Ik wensch,' dat je in mijn gezicht kijkt, als ik je aanspreek en niet naar eenig ander deel van mijn lichaam. Je geeft me het gevoel alsof er 't een of ander creatuur om me heen kruipt". Hij glimlachte om haar ruwheid. „Wel", vroeg hij, „wat is er?" „Ik heb je laten komen om je mee te deelen, dat dat vreeselijke jonge wezen me naar bed ge jaagd heeft, Christopher, ik een sterke gezonde vrouw, op een stralenden middag in Augustus". „Heusch?" zei hij. Tante Sophia nam hem op en met de grootste moeite onderdrukte zij een kreet van ergernis. Naar bed te worden gejaagd door een jong vrouws persoon leek haar niets minder dan een vreeselijke gebeurtenis en alles wat haar neef erop zei was. „Heusch?" „Ja", zei ze, „ik ben gedwongen hier een toe vlucht te zoeken voor dat meisje". „Maar is ze niet aardig tegen u geweest, tante Sophia? Ze lijkt zoo lief en zacht. Ze is toch we) aardig geweest?" „Aardig!" bij een kreun, die den mond van zijn tante ontsnapte, voelde hij zich toch een beetje bewogen, ond-nk<? zichzelf; de kreun getuigde van echt lijden. „Aardig!" herhaalde ze, „ze kleeft van aardig heid. Ze is net een vlieg, die in een honingpot ge vallen is. Gisteren had ik een lijdensdag, Christo pher tweemaal ging ik naar de kerk, om zoo mogelijk haar te ontkomen; het was niet mogelijk; ze zat vlak tegen me aan als een weeskind, maar ze kon me tenminste niet aaien en streelen en tegen pie praten, maar wat ik gisteren geleden heb want doordat jij thuis was, werd haar aandacht voor een korte, gezegende periode van mij afgeleid, waarin ik mijn lichaam en ziel en voetenbankje en- boek en pennemes weer eens mijn eigen kon noe men wat ik gisteren geleden heb was niets ver geleken bij wat ik vandaag lijd. Vandaag" tante Sophia sloot haar oogen, alsof zij l#t een of ander afschuwelijk beeld moest verjagen „is ze een wijkverpleegster, een kinderverzorgster, een Roode Kruis-zusters, een oppaster van ongeneeslijk krank zinnigen, allemaal in één rol. Vlak voordat ik mijn toevlucht in bed zocht, begon ze opnieuw een aan val te doen op mijn eenzaamheid op zijn zachtst uitgedrukt, Christopher, is ze het vervelendste, dikhuidigste meisje, dat er op den aardbodem rond loopt. Niets is in staat haar uit het hoofd te praten, dat ik gekweld word door ontzettende eenzaamheid en hoe meer ik haar aan het verstand tracht te brengen, dat ik niet eenzaam ben, hoe meer zij wei gert het te gelooven." Tante Sophia zat beslist in haar bed te rijden bij de herinnering van Whiff's hardnekkige onge- loovigheid en domheid en toen Christopher de stuip trekkende bewegingen van haar groote ledematen onder de dekens gadesloeg werd hij bijna bewogen tot medelijden. „Beheerscht uzelf tante Sophia", vermaande hij. ,,of u zult werkelijk ziek worden". „Ik ben ziek", zei ze, „geestelijk, zoo niet licha melijk, en ik zal nog zieker worden, zieker dan ziek, als jij die jonge vrouw toestaat hier nog een oogenblik langer te blijven. Christopher, ik als je bloedeigen tante -— nie+ zoo maar een aange trouwde tante heb toch zeker eenig recht op je toegevendheid" (wanneer had mevrouw Dims dale ooit zoo tegen hem gepleit?) „en ik eisch als mijn goed recht, dat je dit meisje zegt heen te gaan. Of zij gaat, of ik blijf in bed tot ze weg is. Afgeloopen". Tante Sophia liet zich tegen haar kussens vallen, een tragische figuur, uitgeput, óp. „Dan", zei Christopher, het gevoel van medelijden voor de oude dame, dat in hem was opgestegen, onderdrukkend, en zijn moed opzweepend, „ben ik bang, dat u verscheiden dagen hier zult zijn, tante Sophia, en dat ik voor den winter een haard voor u zal moeten' laten plaatsen". „De winter!" Hij knikte. „Een haard?" „Ja, om u warm te houden". Haar lippen bewogen, maar er kwam geen geluid. „Als u in bed blijft, zooals u zegt te zullen doen, tot juffrouw Woffran gaat., zult u hier zes maanden zijn, en warmte in uw kamer noodig hebben". Hierna volgde stilte, een langgerekte stilte. Quin ton keek tante Sophia aan en tante Sophia keek Quinton aan. Ieder mat de kracht van den ander. Ieder was zich ervan bewust, dat het bij wijze van spreken een strijd van leven en dood was. Toen verzamelde tante Sophia met een schitterende poging opnieuw haar krachten. Zij ging recht overeind in bed zitten. „Zoo zij het", zei ze. „Ik zal hier zes maanden blijven, Christopher Quinton. Goedenavond. Je kunt gaan". „Goedenavond", antwoordde hij, en verliet haar. (Wordt vervolgd) In het Stedelijk Museum te Amsterdam. In het Stedelijk Museum te Amsterdam is Zater dagmiddag een eere-tentoonstelling geopend van werken van Jan Sluyters. Deze tentoonstelling is georganiseerd ter gelegenheid van den zestigsten verjaardag, welken de schilder dit jaar zal herden ken. Dat de expositie reeds vóórdien gehouden wordt vindt zijn oorsprong in de omstandigheid, dat het, met het oog op de verduisteringsmoeilijkheden, gemakkelijker is tentoonstellingen in het voorjaar in te richten dan in de wintermaanden. De eere-tentoonstelling biedt een voortreffelijk overzicht van het oeuvre van Jan Sluyters dat in veertig jaren is ontstaan. In een eerezaal ziet men de groote en voornaam ste stukken. Daar hangt het schilderij van Staphorst, dat Sluyters in 1915 maakte. Daar hangen ook een fraai portret van mevr. v. d. Vuurst de Vries, dat een nieuwe aanwinst van het stedelijk museum is. een prachtige Don Quichotte, het laatste schilderij van Sluyters. Een buitengewoon karakteristiek por tret van wijlen baron Röell, den commissaris van Noord-Holland, dat voor de Hollandsche Mij. der Wetenschappen te Haarlem werd gemaakt en dat voor de eerste maal geëxposeerd wordt, een sterk portret van Mengel berg als pendant van dat van baron Röell. een kleu rig en bewogen zelfportret en twee treffende por tretten van Sluyters' vader en moeder. Marsch van de Nederlandsche S.S. door Groningen. GRONINGEN. 5 April. Met de correctheid en discipline, welke de kenmerken zijn, zoowel naar innerlijk als naar uiterlijk, van het korps, heeft hedenmiddag de Nederlandsche S.S. een marsch door Groningen gemaakt. Precies vijf uur werd onder stroomenden regen van het beginpunt in het stadspark afgemarcheerd onder leiding van den plaatsvervangenden voorman, S.S.-onderstorm- leider J. P. Wolffram. Een achttal tamboers voorop, daarna de commandant en vervolgens de afdee- lingen, waarvan als eerste standaard 1 der Neder landsche S.S. (Groningen, Friesland, Drente) liep, gevolgd door de afdeelingen uit de andere deelen van het land. In totaal namen ongeveer vijfhonderd man aan dezen marsch deel. Langs de geheele route, welke ongeveer negen kilometer lang was, sloeg een talrijk publiek de keurig marcheerende colonne gade. Ongetwijfeld maakten de stramheid een discipline een diepen indruk. Intusschen was het weer opgeklaard. Op de Groote Markt stond het vendel Groningen van de W.A. opgesteld onder commando van opper- kompaan J. Kollee, terwijl tevens banleider Bres- ser aanwezig was. Een officieel défilé werd niet gehouden, doch de Duitsche autoriteiten sloegen den marsch gade van het balkon van het dienstgebouw van den gevolmachtigde van den Rijkscommissaris. Onder hen bevonden zich de Höhere S.S. und Poli- zeiführer commissaris-generaal S.S. Brigadeführer Rauter en de gevolmachtigde van den Rijkscommis saris voor de provincie Groningen, dr. Conring. Op de Vischmarkt stond voor de A-kerk de nationale jeugdstorm onder leiding van den districtsleider, den heer Timmer, opgesteld en de districtsgeleidster van de N.S.V.O., mevrouw Kuiper. Nadat in de Poelestraat de stoet was ontbonden, werd in het Concerthuis een maaltijd gebruikt, waarna men zich tegen acht uur in formatie naar de Harmonie be gaf, waar een kameraadschapsavond werd gehou den, ter gelegenheid waarvan als première voor Nederland de film „Kampfgeschwader Lützow" werd vertoond. DISTRICT NOORD-HOLLAND. Zondagmorgen kwam het District N. H. van den Ned. Bond tot het Redden van Drenkelingen, onder voorzit terschap van den heer A. J. Meijerink. in Jaarvergadering bijeen in Hótel „Centraal", Baan. Vertegenwoordigd wa ren de afgevaardigden van Aalsmeer, Amsterdam, Alk maar, Bloemendaal, Haarlem, Heemstede, Pui-merend en Zaandam. De heer Ph. J. van Veen, Rotterdam, redac teur van „De Brigade" was mede aanwezig. De voorzitter hield een korten terugblik over het afgeloopen jaar en herdacht In gevoelvolle woorden hen die den Bond door den dood waren ontvallen, n.l. mevrouw N. J. Meijerink— Rijk en de heeren J. H. Kemper, A. A. Blerlee, J. P. Claus en H. W. E. Struve; staande werden deze woorden aangehoord. Door den secretaris, den heer P. Wapstra werd het Jaarverslag en ook het verslag van de Bondsvergadering uitgebracht. De penningmeester, bracht het financieel overzicht uit waaruit bleek dat het kassaldo bedraagt f 19.79. Aan de functionarissen werd dank betuigd. Het bestuur trad, reglementair, in zijn geheel af. Bij acclama tie werd het herbenoemd en bestaat uit: de heeren A. J. Meijerink, Haarlem, voorzitter; P. Wapstra, Haarlem, secretaris; A. Nouwen, Alkmaar, penningmeester; G. J. Crabbendam, Amsterdam en H. D. Tel, Zaandam, commis sarissen. De gedelegeerden naar de Bondsvergadering, die, be houdens nadere goedkeuring, wordt gehouden op Zondag 8 Juni te Arnhem worden benoemd. Het voornemen be staat de heeren Ph. J. van Veen te Rotterdam en A. G. J. van den Berg, Haarlem te herbenoemen, respectievelijk als redacteur en als administrateur voor het maandblad „De Brigade". Voorgesteld zal worden het dag. bestuur van den bond uit te breiden tot vijf leden. Ook zal daar worden voorgesteld, bij de districts-vergaderingen af te schaffen, het aftreden elk jaar van het geheele districts- bestuur. Zaandam wenscht dat in één jaar aftreden voor zitter, penningmeester en één commissaris en het volgen de jaar secretaris met een commissaris. Een voorstel werd Ingediend en aangenomen om een groote reddings demonstratie voor het district In Zaandam te organiseeren. Na afloop der vlot verloopen vergadering, bleef het be stuur bijeen om een programma op te stellen voor de gevraagde demonstratie, terwijl de voorzitter een plan j aangaf voor een breed opgezette actie om nog meer be langstelling te wekken voor het hoogst nuttige doel van den Bond de bestrijding van den verdrinkingsdood. 's-GRAVENHAGE, 5 April. Het giroverkeer met Duitschland is, in verband met de opheffing van de Nederlandsch-Duitsche clearing, hersteld. Dientengevolge kunnen, evenals vroeger, uit het tegoed van de Nederlandsche postrekeningen recht streeks bedragen op Duitsche postrekeningen wor den overgeboekt. Deze overboekingen worden om gerekend tegen den koers RM 100 f 75.36. Hier voor kunnen de gewone girobiljetten worden ge bezigd, mits deze op de drie deelen voorzien zijn van de aanwijzing „buitenland". Vergadering Witte Kruis. De afdeelimg Haarlem van de Noord-Holland- sche Vereeniging „Het Witte Kruis" hield Zater dagmiddag in het centraal wijkgebouw aan de Nieuwe Gracht een ledenvergadering, die gepre sideerd werd door den heer C. van der Velden. Deze sprak een kort welkomstwoord. Het jaarverslag van den secretaris, den heer B. Schnitger, waarvan de bijzonderheden reeds in ons blad werden gepubliceerd, werd onder dank zegging goedgekeurd. Dit geschiedde ook met het financieel verslag van den penningmeester, den heer H. Brunink. Op voorstel van de kascommissie werd aan den heer Brunink décharge verleend. De ibegrooting voor 1942 werd vastgesteld. De ontvangsten en uitgaven sluiten met een eind cijfer van f 9615; die van de wijkverpleging van f 8310 (onder voorbehoud) en die van baten en lasten met f 30.610.65. Die begrooting zal aan het gemeentebestuur worden toegezonden. De keuze van candidaten voor lid "van het hoofdbestuur werd uitgesteld tot de najaarsver gadering. Ook het voorstel tot verhooging der contributie werd uitgesteld tot later. Tenslotte kwam in behandeling een voorstel tot uitbreiding van het verplegend personeel. De voorzitter vond het wenschelijk, dat het werk van de drie zusters eenigszins wordt verlicht. Even- _;oed als het belang van de patiënten moet ook dat van de zusters behartigd worden. Daarom stelde hij voor principieel te besluiten onder eenige voorwaarden een vierde zuster aan te stellen. Besloten werd de afhandeling van deze benoe ming aan het bestuur over te laten. MIDDENSTANDS JONGEREN-ORGANISATIE. De Algemeene Middenstands Jongeren-organisatie te Haarlem houdt Woensdagavond 9 April in het Midden standshuis aan de Wilhelminastraat een bijeenkomst. De architect H. Korringa zal een lezing met lichtbeelden houden over het onderwerp: „Oude bouwkunst in en om Haarlem". EXAMENS. Academische opleiding. Geslaagd aan de Technische Hoogeschool te Delft voor het ingenieursexamen voor werktuig kundig ingenieur H. van Lelyveld, te Zandvoort. De cactus-kweckerijen in Nederland hebben op het oogenblik een vrij groot afzetgebied in verband met de moderne woninginrichtingen. (Foto Schimmelpenningh) TWEE CELLISTEN VAN HET CONCERT GEBOUW MET PENSIOEN. AMSTERDAM, 5 April. De heeren J. F. K. Coenen en A. Horn, leden van het Concertgebouw orkest hebben zich genoodzaakt gezien om ge zondheidsredenen hun pensioen aan te vragen. Bei den kunstenaars is eervol ontslag verleend met dank voor de trouwe diensten aan de instelling bewezen. In de plaats van deze leden zijn als vio loncellisten benoemd de heeren Jos. Schaepman en Roelof Krol. FUSIE TUSSCHEN ORGANISATIES VAN CHR. ONDERWIJZERS MISLUKT. De hoofdbesturen van de Vereeniging van Chr. Onderwijzers en Onderwijzeressen in Nederland en de Overzeesche Gewesten en van de Unie van Chr. Onderwijzers en onderwijzeressen in Neder land (org. klasseonderwijzers), publiceeren een gemeenschappelijke verklaring, waarin zij mede- deelen, na veelvuldige en in volkomen vriendschap- pelijken geest gehouden besprekingen tot de over tuiging te zijn gekomen dat de tijd nog niet rijp is voor een fusie tusschen beide organisaties. SEMI PERMANENT MAASSTATION TE ROT TERDAM ZONDAGMORGEN IN GEBRUIK. ROTTERDAM, 4 April. Door het spoorweg bedrijf is thans op de plaats van het voormalig Maasstation te Rotterdam een semi-permanent stationsgebouw opgetrokken, dat dienst zal moe ten doen totdat Rotterdam in de toekomst een centraal stationsgebouw heeft gekregfen. Het nieuwe station wordt Zondagmorgen in gebruik genomen. KETTINGHANDEL IN MELKPOEDER ONTDEKT. De politie te Woerden is in samenwerking met den rijksveldwachter te Nieuwersluis op het spoor gekomen van een wijdvertakten handel in melk poeder. Tegen alle handelaren en leveranciers is proces verbaal opgemaakt. Scholing van huisvrouwen en moeders. AMSTERDAM, 4 April. Het Duitsche vrou wenwerk heeft ook binnen het Arbeitsbereidh d< N.S.D.A.P. in Nederland cursussen geopend voo Duitsche vrouwen in Nederland, zoowel als voo de Nederlandsche Vrouwen. Twee afdeelingen va het groote werk zijn reeds begonnen en wel <j moederdienst en de huishouddienst in verband m< de volkshuishouding. De belangstelling voor d leergangen in naaien, zuigelingen verzorging e opvoedkunde is onder de Duitsche en Nederland sohe vrouwen zoo groot, dat niet alleen in de groo te steden vele deelneemsters zijn. doch ook in d kleine plaatsen in de provincie. Onder leiding va deskundige leerkrachten krijgen de aanstaand moeders hier les, zij leeren 'het kind verzorgen e zijn gezondheid bewaren, alleraardigstspeelgoe knutselen en uit voorradige stoffen wordt allerhan voor baby of gezin gemaakt. Van groot belang 'hierbij dat de nieuwste ontdekkingen op het ge bied van gezondheidszorg en opvoedkunde aan d cursisten worden geleerd en practisch worden toe gepast. In Den Haag, Rotterdam, Schiedam. Haarlem e Hilversum worden sedert eenigen tijd cursussen i naaien, opvoedkunde en zuigelingen verpleging gt houden, welke door het groote getal aanvrage uitgebreid moeten worden. De huisvrouwen, die reeds vertrouwd zijn met d leiding van een huishouden, worden op de kook cursussen bekend gemaakt met de moderne eischei Teneinde een tijdroovende cursus van weken I voorkomen, heeft men hier een geconcentreerde cursus ingericht, waarbij het geleerde onmiddellij practisoh wordt toegepast. De deelneemsters let ren hier brandstof besparen, het gebruik van ver vangingsstoffen voor vet, het toekomen niet d rantsoenen en krijgen les in voedingsleer. De prac tisöhe oefeningen sluiten aan op een korte theore tiscbe verhandeling: de geheele cursus duurt slecht drie ü>ur. (A.N.P.) H. O. V. Op het Volks-Concert dat op Dinsdag 8 April a.s. te 7.30 uur onder leiding van Toon Verhey zal worden uitgevoerd, zal de Haarlemsche pianiste Ans Bouter haar solistische medewerking verleenen. Zij zal het piano-concert van R. Schumann spelen. Op dit concert zal na de pauze worden uitgevoerd de vierde Symphonie van A. Bruckner. VOOR DE KINDEREN Wat ziet die arme kerel bleek, Hij is dat blijkt geheel van streek. Zus Ursula moet dat wel merken. Zij zegt. „Je moet wat minder werken. Hier, neem een lepel levertraan, Drink dien gauw op, dan sterk je aan." De arme Prikkebeen denkt na, Hij ziet, hoe zuster Ursula Heel zachtjes is in slaap gezonken: Nu wordt hem eind'lijk rust geschonken. Hij zelf wordt er ook droom'rlg van, Maar zint toch op een aardig plan. Politieagenten medeplichtig aan kettingliandel. Voor den Utreohtschen politierechter mi Visser is Vrijdagmiddag den kettinghandel in the te Zuilen behandeld, waarbij twee plaatselijk agenten van politie een rol hebben gespeeld e: deswege uit bun ambt geschorst. Allereerst had zich voor den politierechter t verantwoorden de 33-jarige politie-agent H. A. H die volmondig toegaf zich uit winstbejag aai dezen kettinghandel te hebben overgegeven, al hoewel hij daarnaast moest bekennen, dat hi zeker niet in armoede leefde. Verd. betreurde het gebeurde ten zeerste ei zeide zeer veel spijt te hebben zich in deze affair te hebben gemengd. Ook de volgende verdacht de agent van politie C. B„ 'betuigde zijn spijt ove den gang van zaken en vond het nog het ergst dat hij nu zijn betrekking zal verliezen. De officier van justitie eischte een boete van f 25 subs, tien dagen. Hierna kwam de hoofdschuldige, de 43-jarig] melkhandelaar H. V. voor den rechter, die we gens het ongeoorloofd handelen in thee f 30Ö boete of dertig dazen hechtenis tegen zich hoor de elschen. De politierechter veroordeelde hen tot 150 gulden boete subs, een maand hechtenis De medewerker van V.. de 36-jarige pluimvee- handelaar Th. van H., die de thee van H. V. vooi 380 gulden had gekocht, en de partij weer iha< verkocht voor 455 gulden hoorde tegen ziel eischen 200 gulden boete subs. 40 dagen hech tenis en werd veroordeeld tot 75 gulden boet of een maand hechtenis. Vijf andere verdachten resp. een autosloouer een melkslijter. een expe diteur een groentenhandeïaar en een bakker werden veroordeeld tot een geldboete van 10 gulden subs. 5 dagen met verbeurdverklarini van de ln 'beslaggenomen hoeveelheden thee. FAILLISSEMENTEN. (Opgegeven door afd. Handelsinformaties v. d. Graaf er Co. N.V.. Amsterdam). UITGESPROKEN: 3 April. Mej. j. c. Barendse, wonende te Amsterdam Orthellusstraat no. 142. Recht. Comm. Mr. W. H. A Weit .ïens. Cur. Mr. F. C. Roels, P. C. Hooftstraat 18. A'dam 3 April. Th. A. Smulders, wonende te Bussum, Simond Stevmweg 24. Recht. Comm. Mr. p. E. Swagerman Curatrice mevr. Mr. J. E. C. Willet—Rosenburg,, Regen tesselaan 29. Bussum. 3 April. j. Huibers. timmerman en aannemer. Geld Veennedaal, Nieuweg 69, Recht. Comm. Mr. F. M. Pleyte Cur, Mr. ,T van der Deure. Bennekom. gemeente Ede. VERNIETIGD NA GEDAAN VERZET: 3 April. w. Danlëls, Sittard, Steenweg 15. GEDEPONEERDE UITDEELINGSLIJSTEN: H. c. Lelie, architect, Kijkduin. Geëindigd door het ver- bindend worden der eenige uitdeelingslijst. J. B. van Dillewijn, voorheen Voorburg, thans te Der Haag. Idem. Joh. Th. Hooymans. caféhouder, Alphen aan de Rijn Gebigd door het verbindend worden der uitdeelings N. V. Zwitsersche Uurwerkcentrale v/h. J. Bornefeld Den Haag. Geëindigd door het verbindend worden de eenige uitdeelingslijst. F. J. M. van Heeswijk. Voorburg. Idem. G. J, Grasser, meubelhandelaar. Arnhem. Geëindigd door het verbindend worden der eenige ultdeelingslijs na gedaan verzet. Comm. Venn. Eerste Nederl. Bouwcrediet-Ondememlng Den Haag. Geëindigd door het verbindend worden der eenige uitdeelingslijst. A. J. Ulderink (Maison de Fourrures). Den Haag. Idem Eeretentoonstelling Jan Sluyters. Weder giroverkeer met Duitschland. Vrouwen op de schoolbanken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 6