Nieuwe Britsche troepen landingen in Irak. Hef Amerikaansche optreden ten aanzien van Groenland Postgiro No's 4 V R IJ D A G 2 MET 1941' H A X R Ij E M'S DAGBEAD Iraksche regeering treft maat regelen ter handhaving der onafhankelijkheid. I Naar Reuter meldt, zijn in de Iraksche ha ven Basra nieuwe Britsc'ne troepenafdcelingen i aangekomen ter versterking van de aldaar on- langs reeds aan land gezette Britsche afdeelln- i gen. Zij hebben tot taak de verbindingswegen i van Irak te openen. i De Londensc'ne Nieuwsdienst deelt mede dat de regeering van Irak in eenige plaatsen troe pen heeft geconcentreerd die voor de Engel sche troepen een „zekere bedreiging" betee- kenen. Van Engelsche zijde is daarom het ver langen geuit dat deze troepenconcentraties on gedaan gemaakt zullen worden' „om het ge vaar voor een ernstig incident te vermijden". Nader wordt blijkens een D.N.B.-berioht uit Bagdad gemeld dat de regeering van Irak geen toestemming heeft verleend voor de ontscheping van een sterk contingent Britsche troepen, dat op 30 April te Basra was aangekomen. De regeering heeft onmiddellijk de noodige maatregelen voor de handhaving der onafhankelijkheid getroffen. On verwijld stelde men zich in verbinding met de Britsche ambassade te Bagdad, waarbij de regee- ring zioh resoluut op het standpunt stelde dat nieuwe Engelsche troepen het land pas mogen bin nenkomen, wanneer de vroeger aangekomen strijd krachten Irak in andere richting verlaten hebben. Volgens verdere berichten is het in Irak rustig. Een bericht, als zouden zich gewapende botsingen hebben voorgedaan tusschen Engelsche en Irak sche troepen in de haven van Basra, werd door het Iraksche oonsulaat-generaal te Beiroet tegen gesproken. Naar het 'Fransóhe persbureau OFI uit Bagdad meldt, heeft de afdeeling propaganda van de re geering Van Irak het volgende meegedeeld: „De regeering van Irak heeft reeds tot uiting ge bracht dat zij er naar streeft de bepalingen van het verdrag tusschen Engeland en Irak na te ko men door aan bepaalde Britsohe strijdkrachten toe te staan in Basra aan land te gaan om door Irak te kunnen trekken. Britsche eischen welke tegen deze bepalingen indruischten, hebben de regeering er echter toe gedwongen, de noodige maatregelen te treffen om de rechten van het land te bescher men. Het volk van Irak wordt daarom verzocht kalm te blijven en vertrouwen te hebben in zijn rechtvaardige zaak". De Britsche ambassadeur te Bagdad, zoo deelt de Britsche berichtendienst tenslotte^nog mede, heeft de regeering van Irak opnieuw in kennis gesteld van de opvatting der regeering van Groot-Brit- tannië dat de landing van nieuwe Britsche troepen in Irak. volledig in overeenstemming is met de be palingen van 't verdrag tusschen Engeland cn Irak. In het bericht wordt verder gezegd dat de ambassa deur destijds wegens de mogelijkheid van inciden ten tijdens den jongsten staatsgreep in Bagdad machtiging gekregen had alle noodige stappen te doen om de veiligheid van de Britsche vrouwen en kinderen te waarborgen. Engelsche kabinet gewijzigd. Nieuwe minister voor de vliegtuigproductie. Lord Beaverbrook wordt minister van staat. BERLIJN, 2 Mei (D.N.B.) Donderdagavond zijn de volgende wijzigingen in het En gelsche kabinet bekend gemaakt: Benoemd zijn: tot minister van Staat: Lord Beaverbrook, tot minister voor de vliegtuigproductie Moore-Brabazon, tot mi nister voor scheepvaart en transport F. J. Leathers, tot hoogen commissaris van Australië R. H. Cross. Omtrent deze wijzigingen meldt Reuter uit Londen nog het volgende: Lord Beaverbrook, die het ministerie voor de vliegtuigproductie verlaat om minister van Staat te worden, zal thans als minister zonder porte feuille de vrijheid hebben om zijn geheele aan dacht te wijden aan de problemen, waarvoor het oorlogskabinet staat. Moore-Brabazon, zijn opvolger als minister voor de vliegtuigproductie, is een acief politicus die bovendien verschillende belangrijke posten heeft bekleed. Op het oogenblik was hij advi seur in het ministerie voor de koopvaardij, in welke kwaliteit hij zich bezig hield met de steenkoolkwestie. Tot dusver was Leathers geen lid van het parlement. Aangezien hij echter in den adelstand is verheven, wórdt hij lid van het Hoogerhuis. De Associated Press meldt uit Londen dat het spoedige aftreden van den minister van voorlichting Duff Cooper verwacht wordt als gevolg van de scherpe critiek in radio en pers. Italiaansch weermachtsbericht Aanval op convooi door Ifaliaansche forpedobooten. Twee Engelsche oorlogsbodems getroffen. ERGENS IN ITALIë, 1 Mei (Stefani). Weer- Jnachtbericht no. 330 luidt als volgt: „Een formatie vliegtuigen en detachementen parachutisten hebben gisteren, bescherand door bommenwerpers en jagers, de eilanden Kephalonia en Zantos bezet. Vanochtend zijn eenheden infan terie, komen uit Albanië op het eiland Eukas ge land. Italiaansche en Duitsche bommenwerpers zijn voortgegaan met 't bestoken van de basis van La Valetta, waarbij aanzienlijke schade en branden werden veroorzaakt. Op de Egeïsche Zee hebben onze torpedobooten een vijandelijk convooi aangevallen, dat sterk ge ëscorteerd werd. Een kruiser cn een groote torpedo- bootjager wei-den getroffen door torpedo's, ondanks het hevig vuren van het geschut der talrijke escorte eenheden, keerden onze torpedobooten naar hun basis terug zonder eenige schade te hebben geleden. Een Italiaansch verkenningsvliegtuig, dat het con vooi had ontdekt en dat werd aangevallen door vijf Britsche vliegtuigen, slaagde er in twee toestellen van den vijand neer te schieten en vervolgens on gedeerd naar zijn basis terug te keeren. In Noord-Afrika hebben Itaüaansch-Duitsche verkenningsafdeelingen ten Oosten van Solloem vijandelijke strijdkrachten afgeslagen en pantser.- strijdkrachten vernield. Italiaansche 'en Duitsche luchtformaties hebben opnieuw in opeenvolgende golven de stellingen en de haven van Tobroek aan gevallen. In Oost-Afrïka worden de gevechten in ver schillende sectoren vortgezet, met bijzondere hevig heid in den sector van Alagi. Te Assab is een vijandelijke hulpkruiser gezon ken, na op een mijn te zijn geloopen". Belangrijke conferentie van Zuid- Amerikaansche staten verwacht. Initiatief van Brazilië. RIO DE JANEIRO. Brazilië is van plan, on voorziene omstandigheden daargelaten, op het eind van dit jaar een conferentie der Amazone-staten bijeen te roepen. De conferentie zal in Rio de Ja neiro gehouden worden en naar verluidt zal een van de voornaamste punten der agenda de vreed zame bijlegging van het oude grensgeschil tusschen Peru en Ecuador zijn. Men is in goed-ingelichte kringen van meening dat aan deze conferentie in Rio de Janeiro de staten Brazilië, Venezuela, Co lumbia. Ecuador en Peru zullen deelnemen. Ver der is het mogelijk dat ook Bolivia uitgenoodigd zal worden om deel te nemen of minstens de uitnoodi- ging zal ontvangen waarnemers te zenden, gelijk naar verwacht wordt Chili en Argentinië zullen doen. Het Braziliaansche ministerie van Buitenlandsche Zaken heeft dr. Acyr de Nasciment-Paes. de Bra ziliaansche gezant in Ecuador, belast met de uit werking van een voorloopig plan voor de confe rentie, tot het houden waarvan president Vargas in een rede, die hij eind vorige jaar in Manos hield, reeds de mogelijkheid opperde. Op het oogenblik bestudeert de Braziliaansche regeering de resulta- taten van de laatste economische en regiortale conferentie van de La Plata staten, die in de Uru- guaysche hoofdstad Montevideo gehouden is, in alle bijzonderheden. Tusschen de afgevaardigden die Brazilië op deze conferentie vertegenwoordig den en leidende ambtenaren van het ministerie van Buitenlandsche Zaken vonden in den laatsten tijd een aantal besprekingen plaats. Het was hei: doel van deze beraadslagingen vast te stellen of zekere, op de laatste La Plataconferentie genomen beslatten, tot de voorgenomen conferentie der Ama zone-staten uitgebreid zouden kunnen worden en welke ontwikkelingen, die het gevolg van de be sprekingen in Montevideo waren, in het pVogramma van de Amazone-conferentie overgenomen kunnen worden. Men gelooft hier dat de agenda Van de Amazone conferentie o.a.. yraagstukken betreffende verkeers verbindingen, economische uitruil, transportwezen, tolwetten, deviezenverkeer en de verstrekking van reis-visa zal omvatten. De behandeling van het vraagstuk der grensregeling tusschen Peru en Bo livia zou aan de Amazone-conferentie echter een politieke noot verleenen, die aan de conferentie in Montevideo ontbrak. Toen president Vargas in den afgeloopen herfst zijn rede in Manos hield en op de mogelijk van een aanstaande Amazone-con ferentie sprak, werden zijn woorden door vele waar nemers als een indirect appèl aan Peru en Ecuador uitgelegd om den vrede op het Westelijk Halfrond door hun geschillen niet in gevaar te brengen. In verband hiermede zij er aan herinnerd dat een jaar of wat geleden uit een dergelijk geschil over het grensgebied tusschen Columbia en Peru bijna een oorlog ontstond. Dit conflict werd indertijd in Rio de Janeiro door een commissie bijgelegd, welke on der leiding stond van dr. Afranic de Mello Franco, een bekende Braziliaansche deskundige op het ge bied van het internationale recht. De Braziliaansche regeering schijnt tot de meening over te hellen dat een herhaling van dezen gang van zaken thans ook bij het geschil tussohen Ecuador en Peru mogelijk en gewenscht is. (United Press). MEXICAANSCHE SCHEPEN IN ITALIë IN BESLAG GENOMEN. ROME, 1 Mei (D.NB.) Als represaille tegen de beslaglegging op tien in Mexicaansche havens liggende Italiaansche schepen door de Mexicaan sche regeering heeft, naar in bevoegde Italiaan sche kringen wordt medegedeeld, de Italiaansche regeering drie op Italiaansche werven liggende voor rekening van Mexico gebouwde motorsche pen in beslag genomen. Bezoek aan het Zuidoostelijk oorlogstooneel. De schade te Belgrado. SOFLf», April (D.N.B.i Op uitnoodiging van den rijksperschef dr. Dietrich zijn thans-binnen- en buitenlandsche journalisten uit Berlijn op een rondreis over de oorlogstooneelen van het Zuid oosten onder leiding van het oppercommando der weermacht De reis ging eerst naar Belgrado, dat zich nog nauwelijks onderscheidt van het vroegere dage- lüjksche beeld. Water-, gas- en llchtleidineen zijn reeds hersteld. De winkels worden weer geopend. Ook een krant versohijnt weer. De uitgebreide desorganisatie is door krachtdadig ingrijpen der Duitsche instanties opgeheven. De bevolking is reeds van haar schrik bekomen. De persvertegen woordigers bezichtigden o.a. het stedelijk slot, den Konak. waarvan precies slechts het deel is verwoest, uit welks vensters in 1903 Servische samenzweerders het toenmalige koningspaar Alexander en Draga in de rivier wierpen. De dooi de Duitsche bommen aangerichte schade aan voor den oorlog belangrijke doelen wordt geleide lijk opgeruimd en het puin weggehaald. Men kan zien, met wat voor zekerheid de Duitsche bommen hun doel troffen. Zoo zijn bijv. de gebouwen van het ministerie van oorlog en van den generalen staf verwoest, terwijl de in de nabijheid staande gebouwen van het ministerie voor het verkeers wezen en van den senaat niet getroffen werden. Het meest geleden heeft de haven- en opslagwijk, Van Belgrado ging de reis verder door de breede Donauvla/kte naar het Servische gebergte, door vruchtbare dalen en dichte wouden verder naar het Zuiden. Groote sporen van gevechten zijn slechts gering in aantal, aangezien het zegevie rende Duitsche leger als een wervelwind door het land is getrokken. In een kamp, waar gevangenen bijeen werden gebracht en dat werd bezichtigd, bevinden zioh behalve 3000 Servische krijgsge vangenen ook 250 Engelschen, voor het grootste deel Australiërs, die van Noord-Afrika naar Grie kenland waren gebracht. Het zijn voor het mee- rendeel oudere mannen die den opmarsch van generaal Wavell nog hadden meegemaakt en nu niet weinig verbaasd waren dat zij van de Ameri kaansche correspondenten hoorden dat de Duitsch-Italiaansche pantsercolonnes de Egyp tische grens reeds hadden overschreden. Ook waren er enkele zeer jonge Engelschen bij die pas kort geleden onder de wapens waren geroepen en in allerijl naar Griekenland waren gezonden. De reis ging vervolgens naar Sofia, vanwaar de tocht zal gaan naar Saloniki en de Metaxaslinie. Dagorder van maarschalk Timotsjenko. MOSKOU, 1 Mei (D.N.B.) Op den Sovjet- Russischen nationalen feestdag van 1 Mei heeft de volkscommissaris'van Oorlog, maarschalk Timo tsjenko, een dagorder aan de troepen van het roode leger uitgegeven. Daarin wordt uiteengezet, dat de arbeiders in de sedert Mei 1940 verworven ge bieden voor de eerste maal dezen dag :n de vol kenfamilie der Sovjet-Unie vieren. Dank zij de buitenlandsche" politiek van Stalin bevindt zich de Sovjet-Unie buiten den oorlog. Verder wijst de dagorder er op, dat de Sovjet- regeering bij het uitvoeren van de politiek van een behouden van vreedzame betrekkingen tot haar naburen en andere landen onlangs het neutrali- teitspact met "Japan heeft gesloten, dat een docu ment van groote politieke beteekenis is. Een soort gelijke dagorder aan de Sovjet-marine is uitgege ven door den volkscommissaris van Marine, ad miraal Koesnetsof. Maarschalk Pclain on Marcel Dcat over de vernieuwing van Frankrijk. Betoogingen op den lsten Mei. Het D.N.B. meldt uit Vichy: In alle steden en dorpen van het onbezette Frankrijk zijn gisteren plechtigheden en demon straties gehouden, waaraan voor de eerste maal arbeiders en werkgevers vereenigd deelnamen. Bij de Meiviering in de industriestad Commentry waren Pétain, Darlan en een reeks andere leden der regeering officieel aanwezig. Maarschalk Pé tain hield bij deze gelegenheid voor duizenden ar beiders een rede. De eerste Mei, zoo sprak hij. is in Frankrijk tot dusver een symbool van tweespalt en haat geweest. Voortaan zal hij een symbool van eendracht en vriendschap zijn, omdat hij het feest van den arbeid en de arbeiders zal zijn. Een groote natie kan men niet opbouwen op een privilege of op de gunst van het lot. doch slechts op den voort- durenden arbeid van alle volksgenooten. De maarschalk verlangde in de eerste plaats een ander standpunt van den ondernemer tegenover den arbeider. De werkgever moet de vrijheid van den arbeider respecteeren en zijn welzijn in het oog houden. De nieuwe sociale orde zoo betoogde het staats hoofd tot slof, moet ook rekening houden met de economische feiten. Slechts dan zal zij het allen mogelijk maken in waardigheid, veiligheid en ge rechtigheid hun bekwaamheden tot de hoogste ont plooiing te brengen. Slechts zoo zal Frankrijk op het terrein van den arbeid evenals op alle andere gebieden het evenwicht en de'harmonie hervinden, 'waardoor zijn herrijzenis bespoedigd zal worden. Voorts wordt gemeld dat de beweging der Rassemblement Populaire op 1 Mei in een der grootste vergaderlokalen in Parijs een door ver scheidene duizenden personen bezochte betooging gehouden heeft, waar de leiders der bewegipg toe spraken hielden. Ter inleiding maakte Jean Goy bekend dat de Rassemblement Populaire thans 350.000 leden heeft. De Meibetooging moet een nieuwe orde en de nationale revolutie voorbereiden en Frankrijk voegen in het nieuwe Europa. De bekende publicist en politicus Marcel Déat zette, herhaaldelijk door den bijval van zijn toe hoorders onderbroken, uiteen dat de huidige oorlog slechts de militaire Dhase is van een groote Euro- peesche revolutie. Frankrijk moet breken met iedere conservatieve opvatting, welke eigenlijk ten grondslag ligt aan de politiek van afwaohten en de beweging van De Gaulle. Déat riep zijn toehoorders op een nieuw, ander Frankrijk op te bouwen. De revolutie zal in Parijs van stapel loopen en niet in Vichy. dat ver weg ligt. Maarschalk Pétain moge dus op reis gaan. om in Parijs de ware revolutionnairen aan te treffen. Men zal hem vol respect ontvangen en hem vol gen. Wanneer Parijs zijn stem doet hooren. spreekt het voor Frankrijk. Aan het slot der betooging legden de aanwezigen met opgeheven hand den eed af alles te zullen doen, opdat de revolutie tot stand zal komen. Meirede van Rudolf Hess. Onderscheidingen voor rijkspersleider Amanh, prof. Messerschmitt en minister Ohnesorge. Het D.N.B. meldt uit Augsburg: Rijksminister Rudolf Hess heeft Donderdag in een vergadering van de ..Reichsarbeitskammer", welke in de Mes- serschmitt-fabrieken plaats vond. een rede ge houden. waarin hij o.a. zeide dat de Duitsche be drijfsleiders en de Duitsche arbeiders heden met trots op (het door hen gemaakte materiaal kun nen zien. Zoowel in het hooge Noorden als in het woestijnzand van Noord-Afrika, in zomer en win ter, heeft dit materiaal zijn kwaliteiten aan den dag gelegd. Wanneer de Duitsche arbeiders zich het verschil in de verliezen aan beide zijden voor oogen houden, dan kan elk van hen zeggen dat IN HET HOOFDKWARTIER. De Führer, Adolf Hitler, bespreekt met generaal-veldmaarschalk Von Brauchitsch en met generaal- veldmaarschalk Keitel de operaties aan het Zuid-Oostelijk front. (Foto Weltbild—Pax Holland) Koning Gustaaf van Zweden bracht dezer dagen een bezoek aan de tentoonstelling „Honderd jaar opera", welke te Stockholm is geopend. De koning in gesprek met den leider der opera te Stock holm, Harald Andrée. (Foto WeltbildPax Holland) Dr. Karl Megerle over den historischen achtergrond De diplomatieke medewerker van de „Berliner Börsenzeitung" dr. Karl Megerle, wijdt een be schouwing aan de z.g. overeenkomst over Groen land, die gesloten is tusschen de Amerikaansché regeering en den Deenschen gezant Kaufmann. Het is niet de eerste maal, zoo schrijft Megerle, dat een regeering der Ver, Staten tijdens een grooten oorlog van den toestand gebruik maakt om koloniaal gebied van kleine staten af te nemen. Tijdens den kereldoorlog heeft de regeering-Wilson de Denen ge dwongen onder bedreiging met geweld de 3 West- Indische eilanden St. Croix, St. Johan en St. Thomas aan de Ver. Staten te verkoopen. Ook de motiveerin gen zijn dezelfde gebleven. Evenals men thans be weert dat er gevaar beslaat dat Europeesch kolo niaal bezit in de westelijke zóne aan Duitschland afgestaan of door Duitschland bezet, dan wel ge bruikt zou kunnen worden als punt van vertrek voor een aanval op Amerika, was het ook in 1915- 1916, zooals het heette, het Duitsche gevaar dat Wilson dwong den Denen hun West-Indische eilan den te ontnemen. Dat dit slechts een voorwendsel was om de Denen te dwingen tot verkoop van de eilanden, blijkt uit 't feit, dat. de regeering van Wil son in den loop van 1915, zooals de toenmalige Deen- sche pers meldde, onder de negers daar onlusten had georganisered. tegen de „tyrannieke Deensche heer schappij". Voor 25 millioen dollar werden de eilan den toen in 1916 aan Amerika verkocht. De inter nationale wereld was zich bewust van den Ameri- kaanschen druk. Denemarken was tenslotte voor de keus gesteld te verkoopen dan wel de eilanden door Amerika te zien geannexeerd. Denemarken moest aan den druk toegeven. Ook reeds vroeger, in den tijd van Bismarck en keizer Wilhelm den Tweeden heeft het „Duitschè gevaar" voor West-Indlë er toe moeten dienen de Amerikaansche bedoelingen in dit gebied te be vorderen. Reeds toen er nog geen Duitsch rijk be stond, maar alleen de Noord-Duitsche bond, had den in 1868 Amerikaansche agenten het gerucht in omloop gebracht dat de Duitschers in West-Indië op San Domingo een vlootsteunpunt wilden ver werven. Op 31 Mei 1870 maakte zelfs de boodschap van den president met een toespeling op den Noord- Duitschen bond melding van het voornemen van een vreemde mogendheid om op San Domingo voor twee millioen dollar een haven te koopen. Ameri kaansche senatoren, die zich voor deze beweringen interesseerden, onderzochten de aangelegenheid en stelden vast dat de heele zaak verzonnen was door twee obscure agenten. Men wilde druk uitoefenen op den Amerikaanschen senaat, opdat de Ver. Staten zélf de Dominicaansche republiek zouden an- nexeeren. In den zomer van 1871 beweerde de Amerikaansche consul in San Domingo dat de Pruisische regeering den Dominicaansche president voorstellen had gedaan voor een eventueele an- nexatie van de Dominicaansche republiek* Ook deze bewering was onjuist. Er bleek, dat de Duit sche regeering geen enkelen wensch om iets in Amerika te verwerven had. Van dit oogenblik af tot 1877 werden Duitschland elk jaar regelmatig nieuwe bedoelingen in de schoenen geschoven. Duitschland zou zich willen nestelen in de Caraibische Zee, ook in Portorico Al deze beweringen waren verzonnen met het doel hierachter de egien bedoelingen te verbergen en te bevorderen. In 1881 rapporteerde de Amerikaan sche gezant in Berlijn, White, dat Bismarck zijn blikken op San Domingo had geworpen en dat men spoedig zou hooren van pogingen om het eiland onder Duitsche heerschappij te brengen. Bismarck dacht er in 1881 evenmin aan als in 1868.... De Duitsche weigering bleef consequent, ook toen in 1898 de Dominicaansche president eigener bewe ging aanbood een bepaald gebied voor eet» vloot steunpunt te koopen. Rijkskanselier von Bülow liet antwoorden dat men een dergelijken koop niet wenschte en Wilhelm II verklaarde er niet aan te denken om wegens zulke zaken in conflict te komen met de Ver. Staten. In 1992 beweerde een Deensche avonturier tegenover den Amerikaanschen staatssecretaris voor buitenlandsche zaken dat de Duitschers het gemunt hadden op het Deensche bezit in West-Indië. De staatssecretaris begon daarop onderhandelingen met Denemarken over den af stand van deze eilanden aan de Ver. Staten. Toen het Deensche parlement den afstand weigerde, beweerde men in de Ver. Staten terstond dat dit het resultaat was van een Duitsche intrige. Nader hand bleek dat er geen sprake kon zijn van een Duitsche intrige, maar de anti-Duitsehe legende leefde desondanks in Amerikaansche kringen voort en diende in 1915-1916 bij den definitieven aankoop als uitgangspunt voor hel door Lansing beweerde „Duitsche gevaar" voor het Deensche bezit. Wat men het Derde Rijk thans verwijt, heeft men den Noord-Duitschen bond en het keizerrijk met dezelfde leugenachtigheid in de schoenen gescho ven. Het betreurenswaardige daarbij is slechts dat het Amerikaansche publiek even lichtgeloovig schijnt te zijn als toendertijd. Met behulp van deze lichtgeloovigheid is het president Roosevelt de laat ste twee jaar meer dan eens gelukt het Amerikaan sche volk een ware oorlogshysterie en paniek op het lijf te jagen. Van de West-Indische eilanden is tot op heden geen vierkante kilometer in Duit sche handen. Duitschland heeft daar territoriale noch politieke belangen. Daarentegen zitten de Engelschen daar nog steeds. Dat de Vereenigde Staten intusschen daar op de belangrijkste Engel sche eilanden de Amerikaansche vlag geheschen hebben, daartegen heeft Duitschland niets in te brengen. (D.N.B.). van de Winterhulp Nederland Winterhulp Nederland, Den Haag No. 5553. Als bank der Winterhulp Nederland is aangewezen de Kasver- eeniging N.V. Amsterdam No. 877 Stort op 5553 of 877 Winterhulp Nederland: breng licht in het leven uwer landgenooten. Doel uw pltcht als Nederlander en geeft naar kunnen. ook zijn werk er toe bijgedragen heeft, dat de verliezen aan Duitsche zijde zoo gering zijn. Vervolgens verleende Rudolf Hess de een jaar geleden door den Führer ingestelde onderschei ding „pionier van den arbeid" aan den rijksleider voor de pers Amann, aan den rijkspostminlster Ohnesorge en aan professor dr. Messerschmitt. Hess zeide dat Amann aan het nationaal-socia- listisohe Duitschland in zijn pers een der belang rijkste strijdmiddelen onbeperkt ter beschikking gesteld heeft. Aan rijksminister Ohnesorge is het te danken dat het Duitsche luchtwapen op het gebied van de draadlooze navigatie een enormen voorsprong op den tegenstander heeft. Professor Messerschmitt is de vervaardiger van de beste jachtvliegtuigen ter wereld. Dc minister sloot met de woorden: „Wij gaan de militaire beslissing te gemoet en daarvoor levert ook het Duitsche be drijfsleven zijn grootste prestatie". HET AMERIKAANSCHE BEWAPEN1NQ6- PROGRAM. NEW-YORK, 1 Mei (D.N.B.) De leider van den Mijnwerkersbond in Harrisburg (Pennsyl vania) heeft verklaard, dat de regeering op niet te veel medewerking bij het ten uitvoer leggen van het bewapeningsprogram mag rekenen. Het pro gram is niet als het zij*}, moet. Een half dozijn firma's heeft bijna alle bewapeningsopdrachten gekregen, terwijl 30.000 voor de bewapeningspro ductie geschikte fabrieken geen opdrachten heb ben gekregen. De druif in oorlogstijd. Wat men er in Frankrijk weet uit te halen. VICHY. Ten tijde voor den oorlog zou geen Franschman het gewaagd hebber, om ook maar in zijn droom er aan te denken uit wijndruiven iets anders dan wijn te halen. Thans echter, nu zoo vele dagelijksche behoeften ontbreken, is men ge dwongen uit dit edele ooft zeep olie, suiker, honing en kunstbenzine te vervaardigen. Een tiende deel van Frankrijk's landbouwgronden bestaat uit wijn bergen en meer dan anderhalf millioep personen vinden in den wijnbouw een bestaan. Hoewel nog geen officieel rapport beschikbaar is, is men in kringen der wijnbouwers van meening dat de oogst van het afgeloopen jaar van uitstekende kwaliteit was, doch kwantitatief onder het gemiddelde zal liggen. Waarschijnlijk zal zij niet meer dan 50 a 55 millioen hectoliter bedragen, terwijl de ge middelde oogst 60 65 millioen hectoliter bedraagt. Van den oogst van het jaar 1939 zijn nog 15 a 20 millioen hectoliter overgebleven. Dit overschot zal echter niet den prijs drukken, daar de regeering bepaald heeft dat hiervan 10 millioen hectoliter voor de vervaardiging van druivensuiker gebruikt moeten worden. Het gebrek aan druivensuiker heeft de regeering genoodzaakt door een wet die in Augustus 1940 gepubliceerd werd de wijnbouwers te verplichten van iederen oogst, die meer dan 500 hectoliter bedraagt, 20 procent voor de ver vaardiging van druivensuiker ter beschikking te stellen. De groote wijnbouwmaatsóhappijen moe ten 10 procent van hun totalen oogst voor de ver vaardiging van druivensuiker afgeven. Nadat de wijndruiven het gebruikelijke destil latieproces voor de vervaardiging van cognac en andere alcoholische dranken doorloopen hebben, wordt het overblijvende zorgvuldig gezeefd en van alle pitresten bevrijd. Deze pitten bevatten tot 13.5 procent olie, welke, hoewel zij niet voor koken of voor saladen gebruikt kan worden, uitstekend ge schikt is voor de vervaardiging van verf. lak en zeep. De regeering koopt deze pitresten tegen een prijs van 140 fr. per 100 K.G. op. Een verdere be handeling van bet overblijfsel stelt in staat 70 tot 80 procent voor veevoeder en brandstof te gebrui ken. Het hout van den wijnstok zelf, dat tegen het begin van iederen winter bijgekapt wordt, wordt thans voor de vervaardiging van houtskool ge bruikt, dat op het oogenblik het houtskoolgas voor de houtgasgeneratoren oplevert. Zoo levert de Fransche wijndruif het land behalve de wijn thans cognac, alcohol voor automobielen, olie. veevoeder en brandstof. (United Press). Radio Ü-' 'Aoqumma ZATERDAG 3 MEI 1M1. Nederlandsch Programma. HILVERSUM I, 4IS.S M. 6.45 Gramoloonmuziek. 6.50 Ochtendgymnastiek. 700 Gramofoonmuzlek.' 7 45 Ochtendgymnastiek. 8 00 B. N. O. Nieuwsberichten. 8.15 Gewijde muziek (gr.pl. en opn.). 8.45 Gramoloonmuziek. 9.15 Voor de hulsvrouw. 9 128 Gramo loonmuziek. 10.00 Herhaling van serieuze avondprogram ma's (opn.). 12.00 Ensemble Bart Ekkers. 12.42 Almanak. 12 45 B. N. o. Nieuws- en economische berichten. 100 En semble Erlka Helen en gramoloonmuziek. 2.00 „Wanneer de vruchtboomen bloeien causerie. 2.20 Omroeporkest, de Melodfsten en soliste. 3.45 Gramoloonmuziek. 4.00 Bij bellezing (voorbereid door de Christ. Radio-Stichting). 4.20 Cello en piano. 4 40—5 00 Gramofoonmuzlek. 5.15 B N. O. Nieuws-, economische en beursberichten. 5.30 Orgelspel. 6 00 Gramoloonmuziek. 6.15 Voor de binnenschippers 6.30 Orkest Eloward. 7.00—7.15 Vragen van den dag. 7.45 Voor boeren en plattelanders. 8.00 B. N. O. Nieuwsberichten. 8 15 Spiegel van den dag. 8.30 Berichten. Engelsch. 8.45 Uitgestelde 1 Mei-viering. 9.40 Dagsluiting (voorbereid door de Christ. Radio-Stichting). 9.45 B. N. O. Engelsche berichten. 10.00 B. N. O. Nieuwsberichten, sluiting. Nederlandsch Programma. HILVERSUM II, 301,5 M. 6 45 Gramofoonmuzlek. 6,50 Ochtendgymnastiek. 7.00 Gramofoonmuzlek. 7.45 Ochtendgymnastiek. 8.00 B. N. O. Nieuwsberichten. 8:15 Gramofoonmuzlek. 10.00 Morgen wijding (voorbereid door het Vrijz.-Prot. Kerkcomité). 10.20 Herhaling van vroolljke avondprogramma's (opn.). 12.00 Berichten. 12,15 Ensemble Band! Balogh. 12.45 B. N. O. Nieuws- en economische berichten. 100 Gramofoon muzlek. 1.45 Voor de Jeugd. 2.00 Nederlandsch Kamerorkest cn solist. 2.453.00 „Land en landschap", samenspraak. 4.00 Gramofoonmuzlek. 4.15 Muslquette. 4.45 Gramofoon muzlek. 5.00 Bljbelvertelllngcn (voorbereid door het Vrljz.- Prot. Kerkcomité). 5.15 B. N. O. Nieuws-, economische en beursberichten. 5.30 Omroeporkest en solisten. 6.15 Paasch- bergkoor en gramofoonmuzlek. 6.45 Reportage. 7.00 B N. O, Groningsch praatje. 7.15 Gramofoonmuztek. 7.30 „Godsdienst en gouddorst: Spanje's Imperiale drljfvee- causerie. 7.45 Gramofoonmuzlek. 8.00 B. N. O. Nieuwsberichten. 8-15 Gramofoonmuzlek of spiegel van den dag. 8.30 Gevarieerd programma. 10.00 B. N. O. Nieuws berichten, sluiting.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 7