JCiutst en £ettecen „DE VOCELS" BOUVY-^W^^ znxrt v&et&aofeH-pteefpap 20c£ De Voorjaarstentoonstelling van Kunst Zij Ons Doel. M X A N fi A' "G 5 MKT TOT HET TOONEEL K "A" A" RLE SI'S T> A G E E A D HET NEDERLANDSCH TOONEEL VAN ARISTOPHANES MUZIEK VAN DIEPENBROCK Na Peer Gynt en L'Arlesienne heeft Het Nèder- landsch Tooneel thans „De Vogels" van Aristopha nes als derde en laatste in de reeks van too- neelvoorstellingen, die een combinatie zijn van tooneel, muziek er. ballet, gegeven. Een tooneelstuk van 2350 jaar oud, maar dat het is het wonder van de Grieken der oudheid nog in niets ver ouderd is, ja zelfs frisscher aandoet dan vele too- neelwerken van heden. Een werk, dat altijd jong zal blijven, omdat het van alle tijden is. In zijn inleiding van zijn voortreffelijk klinkende vertaling schrijft Dr. Deknatel, dat „De Vogels" het karakter van een revue heeft, in zooverre het zijn stof ontleent aan gebeurtenissen van den eigen tijd. Dit is ook de oorzaak dat vele geestigheden, die direct op bepaalde toestanden en personen uit Aris tophanes' tijd betrekking hebben, ons ontgaan. Maar hoeveel is er in gebleven, waarom wij nog hartelijk pleizier kunnen hebben. Ik denk hier bijvoorbeeld aan hei gedeelte, waarin de dichter, de priester, de waarzegger, de landmeter, de inspecteur der belas tingen en de jurist achtereenvolgens naar de nieu we stad Wolkenkoekoeksheim komen om er hun heil te zoeken en door Peithetaerus, den stichter der stad, worden afgepoeierd op een zoo geestige wijze, dat wij hierin een voorbeeld voor alle hekel dichters mogen zien. En hoe kostelijk is ook de vondst van deze oude comedie. Peithetaerus en Euelpides, twee Atheners, verlaten hun stad en komen in hei rijk der xrogels terecht, waar zij eerr nieuwe stad willen stichten. Maar de ontvangst is allesbehalve hartelijk. - De vogels willen deze vertegenwoordigers van de menschen de nogen uitpikken voor al het kwaad dat zij hun hebben aangedaan, maar dan weten de twee goocheme kerels de vogels warm te maken voor hun plan om een stad te bouwen tusschen hemel en aarde, zoodat er geen contact meer zal zijn tusschen de menschen en de Goden, een stad, die Wolkenkoekoeksheim zal heeten. De offers die de menschen opzenden voor de Goden zullen door de Wolkenkoekoeksheimers worden opgevangen en door deze blokkade zullen de Goden tenslotte drei gen te verhongeren, wanneer zij geen hulp van de Wolkenkoekoeksheimers krijgen. Peithetaerus. de meest sluwe der twee Atheners, heeft goed gezien, want Zeus zendt Poseidon, Hercules en een Barba ren-God naar beneden en Peithetaerus keert met hen terug naar den hemel, waar hij een jonge Go dendochter zal trouwen, en dus aan de zijde van Zeus zal mogen plaats nemen. Een sprookje, dat den dichter steeds weer de ge legenheid biedt zijn pijlen van spot op de menschen af te schieten. Aldoor blijft deze satire ondanks het burleske licht en geestig. De menschen be spotten zichzelf en als de menschen het niet doen, zorgen de vogels er wel voor. Ert welk een prachtige lyriek klinkt er in den zang van de door den nachtegaal begeleide koor leidster. Aristophanes is niet alleen de fantastische spotter maar ook de lyrische dichter in „De Vogels" en hierom bewonderen wij hem misschien nog het meest. Jammer, dat deze lyriek in de overigens voortreffelijke opvoeVing wat verloren ging. doordat wij den tekst bijna niet konden volgen. Weliswaar vergoedde de muziek van Diepenbrock hier veel, maar Ank van der Moer was als de koorleidster door deze muziek verplicht aldoor op één toon hoogte licht en ijl en in één zelfde tempo te spreken. Beter kwam de lyriek uit in het fragment van den Bode, dat door Johan Schmitz met klankrijke stem en zeer muzikaal werd gezegd, maar de muziek bood hier in dit melo-drama den acteur ook veel meer kansen. Het burleske kreeg in de opvoering zijn volle deel. Hier kreeg Defresne als regisseur ook allen steun van Louis Saalbom en Cor Hermus. die als de twee Atheners rijk komisch spel gaven, Saalbom levendig, druk, vol afwisseling en allen overbluf fend met zijn radde tong als de gladde, goocheme Peithetaerus, Hermus meer onbeholpen, sukkel achtig en clownesk als Euelpides. Een verrukkelijk span, deze twee avonturiers in het vogelland. Kortweg volmaakt vond ik Frits van Dijk als de koorleider der vogels. Hij zei zijn tekst met veel verve en fijn gexnianpeerd, zoodat glke geestigheid over het voetlicht kwam en hij wist aldoor zoowel in zijn komische ,.koD"bewegingen als in zijn kras send kraaiengeluid de illusie van een vogel te wekken. Louis van Tulder, die als gast medewerkte, had het wel heel moeilijk zich als de hop na? -' de zen acteur met zijn voortreffelijke dictie te hand haven. maar voor hem was het succes van Diepen- brock's lied van den hop, dat hij zeer muzikaal en voortreffelijk zong. Een der geestigste en amusantste gedeelten van deze comedie is wel de invasie der indringers bij Zondag vierde de Rederijkerskamer „Alberdingk Thijm", te Haarlem haar 50-jarig bestaan. Het bestuur hield een druk bezochte receptie in St. Bavo. Hier zien wij den voorzitter, den heer G. Nielen, temidden van de andere bestuursleden, de heeren M. J. H. Tceuwissen, secretaris. J. Henncman, 2de secretaris, J, Leeflang, penning meester en J. J. van Dijk, 2de penningmeester. (Foto De Haas) (Adv Ingez Mfd.) de inwijding van Wolkenkoekoeksheim, en het werd dit ook in de opvoering. Henri Eerens ja, hij vooral als de dichter. Louis de Bree als de waarzegger, Hans van Meerten als de landmeter. Louis van Gasteren in de gedaante-van den inspec teur der belastingen en Ludzer Eringa als de jurist waren prachtige caricaturen en vonden telkens in Saalborn het juiste tegenspel. Henri Eerens kreeg later nog een mooie kans als Prometheus met zijn parasol, het meest wel een kostelijk gespeelde revue-figuur. Ook de drie Goden Poseidon, Hercules en de dwaze Triballier vormden een vermakelijk trio, zooals zij werden uitgebeeld door Hans van Meerten, Johan Elsensohn en Louis van Gasteren. Of Defresne den juisten stijl heeft gevonden voor deze opvoering van „De Vogels"? Wie zal het zeg gen, maar zeker is het. dat een modern publiek er door geboeid en bekoord werd. Ook door het kleur rijke en het bewegelijke vogelenkoor, dat in dit werk voortdurend plastisch aan de handeling deel neemt. De costuums en de maskers gaven blijk van fantasie en deze vogels deden het uitstekend in het zeer fraaie en suggestieve decor van Jacques Snoek. Het ballet van Yvonne Georgie vond steun in de prachtige tooneelmuziek van Diepenbrock, die uit gevoerd door ons onvolprezen orkestgebouw-orkest cn aan het slot door een klein dameskoor van de R.K. Oratorium-Vereeniging onder leiding van Arntzenius een diepen indruk maakte. Het was een mooi besluit van de serie tooneel- voorstellingen, georganiseerd op initiatief en met steun van de gemeente Amsterdam, waarvoor wij niet dankbaar genoeg kunnen zijn. J. B. SCHUIL MUZIEK. Arbeiders Muziekvereeniging „Excelsior" „Excelsior'*- is het devies der onder leiding van den dirigent J. M. Peeters staande arbeiders- muziekvereeniging, die we reeds meermalen in de groote zaal van het gebouw St. Bavo hebben hooren concerteeren. „Excelsior": dit is een mooi devies, dat getuigt van een ernstig streven naar een hooger artistiek peil. Dat dit streven bij diri gent en leden dezer muziekvereeniging werkelijk aanwezig is. bleek ook verleden jaar reeds uit de keuze van Mozart's „Eine kleine Nachtmuzik". Ook ditmaal stond die op het programma, en als nog hoogere opgave was daar Beethoven's „Egmont"-Ouverture bijgevoegd. Eigenlijk een tè hooge opgave. Want zelfs de best denkbare uitvoering daarvan door een har monie-orkest zou Beethoven's bedoelingen 'niet kunnen verwezenlijken en dus onbevredigend blijven voor wie de vertolking door een sympho- nie-orkest heeft leeren kennen. En Mózart's alleen voor strijkinstrumenten geschreven Sere nade door de zooveel harder klinkende en, al thans in het staccato, trager zich bewegende blaasinstrumenten uitgevoerd verliest haar licht en speelsch karakter geheel. Het weglaten van de moeilijk speelbare repeteerende 16den in het mineur-alternatief der Romance, de toevoeging van de soms een andere accoordligging veroor zakende pauken en de tempowijzigingen maak ten de vervreemding nog grooter. Tegenover deze opmerkingen mogen nu de waardeerende gesteld worden. Die gelden voor eerst het- samenspel, dat in alle nummers zeer verdienstelijk was. En voor zoover die nummers buiten het door de grootmeesters voor sympho- nie- of strijkorkest gereserveerde gebied liggen, kon ook de critische luisteraar behagen schep pen in de wijze der verklanking- Dat waren na tuurlijk de vlot gespeelde Marschen aan het be gin en aan het einde van het programma de laatste verwierf zulk een bijval, dat nog een toe gift volgde dat was verder Waldteufel's be kende Wals „Les Patineurs", waarvan vooral de introductie heel mooi gespeeld werd; dat was ook de Ballet-Suite van F. Popy, die, te oordeelen naar den titel van het tweede deel. ^Pizzicato", wel voor symphonie-orkest geschreven moet zijn. maar die toch ook door een harmonie-orkest uit gevoerd zeer wel te genieten is. In de eerste twee deelen dezer Suite zit heel wat geslaagde navol ging van Délibes, in het vierde een minder ge slaagde van Gounod. In het derde, de „Valse lente", trok het goede wqrk der saxofones de aandacht. Individueel onderscheidden zich de soloclari- nettist en de piccolo-speler (mag men dien „piccolist" noemen?)de eerste in een Andante en Polonaise van Watelle, waarin hij een zeer aanmerkelijke virtuositeit ontwikkelde, de twee de in het Trio van Sousa's „The Stars and Stripes" en in de slotmarsch, waar hij kwinke leerde dat het een lust om te hooren was. Met de voorbereiding en de uitvoering van al die nummers heeft ook de dirigent J. M. Peeters eer ingelegd. Het zeer talrijke auditorium heeft hem dan ook die eer gegeven. Het daverende applaus getuigde er van. K. DE JONG. Muziekschool der „Maatschappij van Toonkunst" Uitvoering van leerlingen Om te beginnen met de leerlingen van „Lilli- put" zooals ook het programma deed: zij hebben dit seizoen niet stilgezeten. De leidsters kozen twee werken van grooten omvang, waarvan mej. Bekkers de Sonate van Camidge bewerkte voor het kinderorkest. En wat daarin niet al is te studeeren kon men ervaren bij een belang stellend luisteren en toezien. Elk der kleine deel nemers heeft zijn taak, van den pianist tot den bedienaar der klokken. Ja, dit laatste was lang zoo eenvoudig niet als het zich liet aanhooren; de klokken zijn verdeeld over meer executanten en op één der tellen van maat zóó veel heeft de klok geluid te geven. Mist dit, dan is er een hiaat in de gamma. of. anders gezegd, een gat in de tonenreeks. Maar het miste nooit. Bij het tweede stuk waren de moeilijkheden nog weer grooter. De andere leidster, mej. Nederkoorn, nam de pianopartij en toen ging deze Slede- tocht van Chwatal alsof het musiceeren voor de kleinen dagelijksch werk was. Gemakkelijk was het alweer niet. Men moest die partijen voor de beide metallophones maar aanzien, die la ter bleken omgewerkte vioolpartijen te zijn. En alweer was het hier overal: uitkijken, opletten, luisteren, tellen. En dat gebeurt met groote con sequentie. En serieus ook wordt alles behan deld, van den sirenenklank tot het meest ver frommelde geluidje. Ook het uiterlijk gebaar van den vakman is er. De koperblazer ziet bij de H.O.V. den hoornist op gezette tijden zijn in strument aan een zekere reinigingskuur onder werpen, door het bepaalde draaiingen te doen ondergaan. Dat gebeurt hier ook. En bij dit al komt nergens de muziek te kort. Het maatgevoel is er dus, zoo ook het begrip van een periode of nog grooter vormgedeelte. De luisteraar merkt dit alles ook op, en geniet daarnaast „van een frlsch en aardif klankstuk. Dit begrip van helpen en dienen, ontwikkelen van het sluimerend muzikaal gevoel is ook bij de voordracht van het fluitduet van Devicnne, waar de nog pas begonnen leerling zich met een op het podium ziet geplaast door het in zicht van den leermeester. Zoo ook gaan de Mozartsonate, de stukken van Hall, Carroll, Hook, het leuke „Vlindertje" van Longmire en nog veel meer, waaraan zoowel de heer Jac. Zwaan als de dames Bekkers en Nederkoorn hun zorgen én kennis geven. Viot- ti's vioolconcert breekt even de lijn, terwijl naast deze muzikale afwisseling meteen de leer linge blijk geeft den lastigen Viotti-streek machtig te zijn. Met een anderen leerling demon- treert de heer De Clerck nog hoe in een Havanaite van Saint-Saëns een benijdenswaar dige techniek zich kan paren aan klankschoon heid en muzikaal beheerschte voordracht. Met deze voordracht is inmiddels het domein der leerlingenuitvoering verlaten en bevinden we ons in de concertzaal. Tot 't werk der vergevorderden behoort ook de voor dracht van Ravel's „La Vallée der Cloches", en van Debussy's „Jardin sous la pluie", waar van een leerlinge van den heer Lürsen de etherische sfeer bijzonder goed treft. Ook de laatste twee deelen uit „Suite bergamasque" van Debussy, waarin een nog jeugdige leerling van den .heer K. de Jong gezond en keurig verzorgd klavierspel geeft, behooren met Haydn's Variazinoni in F (leeraar de directeur) tot het kader der muziek, die slechts aan leerlin gen van talent en intelligentie wordt voorgelegd. Was voor Haydn de vlotte techniek en de zeer rustige voordracht in ruime mate voorhanden, voor de finale uit Beethoven's sonate in F klein is bij een leerlingen van den heer P. Vincent een dosis muzikaliteit, die schoone 'dingen in 't voor uitzicht stelt. Deze leerling valt nog in de groep vóór de pauze, alsook de jonge cellist met Pavane van Liégeois, wiens sonoor en gaaf spel zijn leermeester De Wilde alle eer aandoet! Zangleerlingen van mej. Broekm&nn zingen soli en duetten. Bij Dworsjak voegt zich heel mooi de klare blanke sopraanstem bij het milde vibrato der mezzo en is de voordracht frisch en onbevangen in Pergolese's „Stabat Mater" waar van Felix de Nobel een vijftal koren tot uitvoe ring brengt, valt de solozang nog te zeer in het gebied van den zang-in-grooten-stijl. Maar ook hier spreekt weer de overtuiging dat het dege lijk geleide muziekonderricht aan onze Toon- kunstschool een hoog te waardeeren bezit is voor onze stad en omgeving. Met een welklinkende weergave van Mozart's symphonie in A (39) onder de beproefde leiding van Marinus Adam wordt tevens hulde gebracht aan hen, die zulk een aangenamen, maar ook leerrijken middag organiseeren. G. J. KALT. Ned. Operette Gezelschap Het vrooliike Weeuwtje" rr Ten bate van de Afd. Haarlem van het Ned. Roode Kruis gaf het Ned. Operette Gezelschap Zondagavond in den zeer goed bezetten Stads schouwburg een voorstelling van Lehar's ope rette ..Die lustige Witwe". De tekst was in het Nederlandsch overge bracht. De muziek bevat in den bekenden Wals een treffer, die wel het meest tot het verbreiden van Lehar's roem heeft bijgedragen. In 1905 schreef Lehar deze operette, nadat hij eerst zijn krachten op het gebied der opera beproefd had, en spoedig ging ze over alle deelen der wereld, waar operettes opgevoerd worden. "Vele andere operettes van zijn hand volgden nog, o.a. in 1928 „Friederike", zonder dat een van deze de popu lariteit van „Die lustige Witwe" konden verwer ven, al worden verscheidene er van vaak uitge voerd en gaarne gehoord. In zijn latere werken is de gesproken dialoog grootendeels verdwenen ten gunste van de muzikale behandeling der scènes, zoodat die werken meer en meer tot het genre der opera-comique naderen. De bestemuzikale nummers van „Die lustige Witwe" komen wel in het 2de bedrijf voor, o.m. een zeer fijne Czardas, een tweede Wals, een vol strekt niet banale Marsch, een aardig Duet en een goed geschreven Kwintet. Een uit leden der H.O.V. samengesteld orkest verklankte het instrumentale deel- der partituur zóó als alleen geschoolde en geroutineerde vak musici dat kunnen. Jac. Zwaan leidde hen en bovendien de vocale medewerkenden op het too neel. Het was voor het eerst, dat we dezen als pianist, organist en koorleider reeds.lange jaren bekenden musicus in de functie van operette dirigent zagen. Maar hij deed zijn taak goed, en indien het koor op het tooneel zijn aanwijzingen altijd behoorlijk gevolgd, had, zouden geen ongelijkheden als nu bij de dames in den koor- marsch van het 2de bedrijf voorkwamen, te be merken geweest zijn. In klankkwaliteit stonden de vrouwenensembles boven die der mannen, maar deze bleven weer beter In de maat. Op de als gast medewerkende soubrette Dora Witt na, waren alle spelenden en zingenden dilettanten. Dit in aanmerking nemende mogen we van hun prestaties veelszins met lof gewagen. Zeer goed stemmateriaal bleken verscheidenen van hen, b.v. de vertolkers van Valencienne, graaf Danilowitsch en De Rosillon te hebben. De zangtechniek stond op verschillend peil; een teveel gebruik van het messa di voce kwam nog al eens voor. Dora Witt bewees èn als operette zangeres èn als speelster een volwaardige kracht te zijn. Het spel verliep over 't geheel vlot, voor dilet tanten zelfs verrassend vlot. al kwamen oogen- blikken van stagnatie der handeling nog wel eens voor. De ensembledansen vereischen echter veel meer eenheid van beweging dan de uitvoe renden toonden om tot hun recht te komen. Aan kleedij en décors was zorg besteed. Een opmerking zij ons vergund: de linten en onder scheidingsteekenen der grootkruisen dienen op een bepaalde wijze gedragen te worden en niet zoo maar lukraak. Met vele open doekjes gedurende de voorstel ling en veel bloemen na het 2de en 3de bedrijf werden de hoofdpersonen, ook de dirigent, ge huldigd. K. DE JONG. SCHILDERKUNST. In tegenwoordigheid van den regeeringscommis- saris voor Haarlem, den heer S. Plekker, is Zater dagmiddag de tentoonstelling van werken der leden van Kunst zij ons Doel in het Frans Halsmuseum geopend. Nadat de voorzitter van het genootschap, de heer H. F. Boot, de aanwezigen had verwelkomd en den heer Plekker dank gezegd voor diens aanwezigheid en haar door betoonde belangstelling in het kunst leven onzer stad, opende hij deze expositie met een korte rede, waarin ontstaan, werking en reactie van kunst op kunstenaar en beschouwer ter sprake gebracht werden. De tentoonstelling, die over meerdere zalen ver deeld is, omvat bijna anderhalf honderd werken, schilderijen, aquarellen, teekeningen en beeldhouw kunst. Voor het oogenblik moeten wij ons dus be perken tot enkele eerste indrukken, in de groote zaal opgedaan. Over het algemeen werd er niet slechts veel, maar ook veel goeds#ingezonden en staat de expositie, als uiting van een locaai kunst- streven gezien, op zeer behoorlijke hoogte. Wel draagt daartoe bij dat oudere, ook buiten Haarlem wel befaamde schilders als Boot, Buis man, mevr. Woutersen, mevr. Dingemans deze keer wederom met blijkbaar genoegen hun inzending hebben saamgesteld, doch ook de jongere en spe ciaal Haarlemsche generatie vertoont een niet onbe langrijk beeld in de huidige productie. Na Buisman's beschaafd, zeer degelijk geschil derd heerenportret, waarvan vooral de handen mooi geschilderd zijn, na Boot's beide schilderijen, dit maal in lichten, lente-achtigen toonaard gehouden, genoemd te hebben en de geestige, pidturdle cal ligraphic van mevr. Woutersen en het kleine, be minnelijke schilderijtje met morellenbloesem van. mevr. Dingemans in onze aanteekeningen te heb ben opgenomen, gaat onze herinnering naar be langrijke ondernemingen der nog niet alom befaam- den. Of is de opzet van een doek als De Wijn's „Staalgieterij" soms geen onderneming en wel een. waarin hij goeddeels geslaagd mag heeten? De sfeer van den arbeid, de kleur vaU de atmosfeer, waarin die wordt verricht, houding en gebaar der bezige lieden (is van de voorste de kop soms iets te klein en te ongedecideerd?) vallen op als goede resultaten eener ernstige bestudeering en wassende kundigheid. Met een doek van dien omvang dat te kunnen vertoonen is reeds een succes op zich zelf. Een andere onderneming is die van Janus Wagemaker, die in dezen tijd een levensgroot varkendurft vertoonen en bereid is het zonder De Nederlandsche Reisvereeniging hield Zondag voor haar leden een wandel tocht door de duinen naar Zandvoort. Aan dezen tocht werd door ongeveer 600 leden deelgenomen. (Foto De Haas) Wandeling van de Ned. Reisvereeni ging in Haarlem's omgeving. Begunstigd door fraai en zonnig weer, is gisteren onder leiding van dr. G. Wallagh uit Amsterdam, de vierde, seriewandeling van de Nederlandsche Reisvereeniging ge houden. Ditmaal was Haarlem hgt punt van samenkomst, waar tusschen 10 en 11 uur op het Stationsplein de deel nemers en deelneemsters bijeenkwamen. De wandeling voerde door de mooie omstreken van Haarlem, langs de Brouwersvaart en langs het Brouwers Kolkje naar het Overveensche Kopje, waar enkele oogenblikken verpoosd werd om te genieten van het prachtige panorama met 2ljn wijde vergezichten. Het geheele landschap lag in den gulden luister van de lentezon, zoodat de aanblik op de omgeving van dit mooi gelegen ultzlchtspunt zich wel op z'n voordeeilest voordeed. Daarna werd de wandeling langs de Zanderijvaart en door de duinen langs de spoor lijn voortgezet naar Zandvoort, waar het noenmaal werd gebruikt. In den middag werd dwars door de duinen, langs het noord-oosterkanaal en het boogkanaal en verder o.a. vla den Westerduinweg en de Elswoutslaan. naar Overveen en Haarlem teruggewandeld. Het geheele traject, ter lengte van ongeveer 23 24 K.M. vormde een uiterst loonende wandeling, die bij de ruim 600 deelnemers(sters), bijzonder in den smaak ls ge vallen. Verder kan nog worden gemeld, dat onder de leden van de N. R. V. de lust tot het maken van wandelingen zoo danig is toegenomen, dat het hoofdbestuur zich genood zaakt heeft gezien, behalve de tien groote seriewande lingen in het centrum des lands, die thans successievelijk tot November a s. worden gemaakt, nog vijf wandelingen in het oosten des lands (n.l. in de omgeving van Goor. Loehem, Zutfen. Delden cn Hengelo) en vijf wandelingen in het noorden des lands (n.l. in de omgeving van Norg. Beetsterzwaag, Roden, Assen en Zuidlaren) uit te schrijven. bonnen af te staan in we*k dierportret hij zijn plezier in de prachtige rose en rozige klei van zoo'n varkenshuid heeft uitgesproken, karakter van het veelgesmade, thans warm geerde beest uitzonderlijk goed in den typeerend. Het groote Sneeuwlandschap bij Uccle is derde dier ondernemingen, die al door hun omv verrassen en voor ieder artist soms noodig en a begeerlijk schijnen. Een groot en goed doorgevt figuurstuk bleek onlangs De Kat te kunnen heerschen. Het vele moois dat ook in dit gr: landschap aan zuiverheid van kleur en toon vindgn is, is misschien niet geheel tot éénheid verbonden en lijkt wat los over het d te zweven. Maar het waren niet slechts de groote doeken om de aandacht vroegen. Een aangename veij sing was een Katwijksche vrouw door M. Hej (vooral in den kop). Een portretstudie door H. Laarman bezit sterke schildersqualitei: Gladiolen van M. van der Burg een fijngestet ge zoudt zeggen respectvolle houding tegenover bloemen, die hij met kalme kundigheid benader Fijn gestemd is ook een schilder als Jan I in een Stoepje aan de Vecht, als een verhelde droom over een schoonen nazomerdag. Pittig reëel is een piasgezicht van Miolée met de J kelende groenen, die de dichter Werumeus Bur in Het land van de Maas bezingt. Steyn met pul narcissen en Rees met seringen en violieren digen in de groote zaal alsmede Flora's kinde op picturaal-bezienswaardige wijze. Niet zou ik Verboog's „Landschap met o: tjalk" of Maria Rompelman's „Naaktfiguuur" vermeld willen laten, noch verzwijgen dat mij klein Wintertje door Grootens of een Binn plaats door mevr. Goudekat, zijn opgevallen. Onder het beeldhouwwerk waarmee deze zaa opgeluisterd vinden wij tusschen de inzending mej. Nel. Bakema een zeer recent werk: den posanten kop van den museum-directeur Grata- plastisch uitstekend, zoowel van gelijkenis expressie. Over nog het een en ander dat op deze expos die tot 18 Mei geopend blijft, aanwezig is, ir. een enkele aanteekening binnenkort volgen. J. H. DE BOIS ORGELBESPELING. In de Groote- of St. Bavo Kerk te Haarlem wordt Dinsdag 6 Mei 1941 's avonds van 8—9 uur door Robert een orgelbespeling gegeven. Het programma luidt: I. Psalm b. Marot 2. a. Puer nobis nascitur b. Les cloches N. Lebè( 3. Passacaglia - - - 4. Fantaisle C maj. 5'. Choral varié („Venl creator" uit op. 4) 6. Hosannab I C. Fral M. Dunj Th. Dubl MUZIEK OP DE GROOTE MARKT. Dinsdagmiddag zal van vijf tot zes uur inj muziektent op de Groote Markt een concert wd den gegeven door een Duitsoh militair muzia korps. RIJWIELDIEFSTALLEN. Bij de politie te Haarlem is aangifte gedaan van c stal van eenige rijwielen, die in schuurtjes achter de ningen hebben gestaan. Men sluite de schuurtjes 's avonds goed af. Vijftigjarig bestaan van „Alberdingk Tliijm". Druk bezochte recepl In „St. Bavo". De bekende Haarlemsche Amateurtooneelve eeniging „Alberdink Thijm" herdacht gisteren d dag, waarop zij 50 jaar geleden werd opgericht. Het bestuur van de vereenigïng hield des mi dags in het gebouw St. Bavo een zeer druk b zochte receptie. In een in een bloementuin ht schapen zaal paradeerden tallooze deputaties personen langs, het bestuur om dit met eenige hs telijke woorden, een bloemenmand of een geschei de feestelijke gevoelens tot uitdrukking te brengf De heer dr. K. K. J. Alberdink Thijm (Lodewi van Deyssel), zoon van den naamgever van de tooneelvereeniging „Alberdingk Thijm" luister deze receptie met zijn aanwezigheid op. Ook eerelid, de heer J. H.M. van Elteh kwam het t stuur gelukwenschen. De heer Jongsma sprak bestuur namens de Nederlandsche Amateurtooni unie toe, en wees op de beteekenis van het repe toire der jubileerende vereeniging. De laatste ti jaren heeft de vereeniging onder leiding van d heer Herman Moerkerk prestaties geleverd, die rri hebben geholpen het cultureele heil van het teurtooneel te verhoogen. De heer J. P. M. Castrieum sprak namens dj R.K. Volksbond eveneens zijn waardeering uit v( den cultureelen arbeid van „Alberdink Thijm". Sj wees op de groote moeilijkheden, die de vereenigiij in den beginne te overwinnen had. Vroeger wert de repetities gehouden onder gebrekkige omsl digheden; het hooren en zien verging den repett renden soms. Thans beschikt de vereeniging ovj een mooie eigen studio. De, mooie wijze, wa: voor het gewone volk cultureel werk is verricl wordt allerwegen gewaardeerd. Namens het stuur van den R.K. Volksbond overhandigde de h< Castrieum een geschenk in enveloppe ,aan den v zitter der jubileerende vereeniging, den Gerard Nielen. De heer J. D. Rohdes, voorzitter van de gehea onthoudersvereeniging „Nieuw Leven" zeide t; volle te beseffen wat „Alberdink Thijm" in ha: 50-jarig bestaan heeft meegemaakt. De bloei, ei de vereeniging thans toont, is het bewijs van waardeering, dat de vereeniging in groote lagen v; de bevolking geniet. Spr. noemde de banden, d tusschen zijn vereeniging en „Alberdink Thijm" bi staan zeer aangenaam en bracht persoonlijken dai aan den heer J. Leeflang, die altijd zorgt voor et prettige sfeer in de studio. De heer Rhodes liet zi. gelukwenschen vergezeld gaan van een fraaie blo; menmand. Voorts werd o.m. nog gesproken door den he Gortzak, namens den kring Haarlem-Noord va den R.K. Volksbond, en namens de tooneelvereen ging „Door Inspanning Uitspanning". Onder de velen, die hun gelukwenschen kwami aanbieden merkten wij op den heer W. J. B. va Liemt, mede namens de „Vereeniging voor groo! gezinnen", den Deken van Haarlem A. J. C. Me chers, kapelaan C. M. Broers, geestelijk advisei van „Alberdink Thijm", mr. A. Liesker, griffier va het kantongerecht, H. v. Eykhof, voorzitter va V.Z.O.D., Albert de Klerk, G. A. Weustink (di tevens de gelukwenschen overbracht van dr. J. I M. Sterck), J. J. Boerigter, directeur van de V.K.P H. Deinum, directeur van den Stadsschouwbur mr. Aug. Pooll, voorzitter van de vereenigin „Adalbertus". den heer en mevrouw Vorstman na mens „Geloof en Wetenschap", A. de Hoop, namei ..Door Inspanning Uitspanning", den heer v. i Weyer, inspecteur van het L.O. Voorts waren t deputaties van den Haarlemschen^kantoor- en wil kelbediendenbond R.K. Grafische Bond. RJC. Bouts vakarbeidersbond, R.K. Volksbond Overveen. „At beid Adelt", Bond van spoor- en tramwegpersonö „St. Raphael". R.K. gemengde tooneel vereenigin „St. Genesius" te Overveen. R.K. Vrouwenboni Zangvereeniging „St. Caecilia", R.K. Bond val houtbewerkers en meubelmakers ,St. Antonius va Pedua", „Euphonia", „St. Paulus", „Ludames' wonigbouwvereeniging „St. Bavo", R.K. Midden standsbond, R.K. Metaalbewerkersbond, R.lt. Har monie- „Utile Dulci". de muziekvereeniging „St Michael" te Heemstede. R.K. Landarbeidersboni „St. Deus Dedit", R.K. kappersbediendenbond „Herwonnen levenskracht", „Geestelijke belangen' enz. De receptie had een geanimeerd verloop. waren talrijke bloemstukken ontvangen en de be kende tooneelspeler Paul Huf zond telegrafisch ziifl gelukwensch.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 10