De moord
te Amsterdam
Mijn moeder
teerde het meel",
da Graal
Tokio acht Ned. Indisch
antwoord onbevredigend.
V
9'
Onder valsche vlag
21>
MAANDAG 9 JUNI 1941'
H'AAREEM'S DAGBEAD
M
Hoe de politie het drama ontraadselde
AMSTERDAM, 7 Juni (ANP) De nadere
bijzonderheden, welke de Amsterdamsche politie
verstrekte inzake den moord in Amsterdam-Oost
werpen een somber licht op de gruwelijke wijze
waarop de 52-jarige werklooze monteur in de
woning aan de Balistraat zijn vrouw om het leven
heeft gebracht, doch tevens zijn zij een bewijs voor
de onverflauwde activiteit van de Amsterdamsche
politie, die met zoo weinig gegevens in handen
geheel op eigen initiatief binnen zoo korten tijd -
tien dagen dezen moord tot volledige klaarheid
wist te brengen. In 't bijzonder hoofdinspecteur v.
Loon alsmede inspecteur Bijlsma hebben zich bij
dit opsporingswerk onderscheiden.
Naar men zich zal herinneren kwam op 27 Mei.
1.1. bij de politie het bericht binnen, dat in het
Merwedekanaal nabij het zwembad Nieuw Diep een
pakket was gevonden, dat bij opening een vrouwen
hoofd bleek te bevatten. Het hoofd, dat tamelijk
verminkt was. was opgevuld met een prop, be
staande uit een zakdoek en een stuk windsel en
verpakt in een vaatdoek welke met steenen was
verzwaard.
Dit waren alle gegevens over welke de politie bij 't
begin van het onderzoek beschikte. Allereerst ging
zij na of er bij de in den laatsten tijd aangegeven
vermiste vrouwen een was, wier signalement
eenigszins met dat van het gevonden hoofd over
eenkwam. Dit was inderdaad met een vrouw het
geval en hoewel de kleur van de oogen niet geheel
overeenstemde met de bedoelde vermiste, werd tot
huiszoeking in de woning van deze vermiste vrouw
besloten. Hier vond de politie nieuwe aanwijzingen,
n.l. windsel en vaatdoeken welke gelijkenis ver
toonden met de uit het water opgehaalde.
Deze vondst gaf de politie aanleiding den man
van de vermiste vrouw (die n.b. zelf op 8 Mei
aangifte had gedaan) in Hillegersberg, waar hij
zich bij kennissen bevond, te doen arresteeren. Deze
arrestatie geschiedde door de politie aldaar en on
middellijk daarop togen inspecteur Bijlsma verge
zeld van de rechercheurs Becking en Moes naar
Hillegersberg om den man aan den tand te voelen.
Dit had echter weinig succes, daar de ma% vol
komen kalm hardnekkig ontkende iets van den
moord op zijn vrouw af te weten.
Intusschen werd het onderzoek naar alle kanten
voortgezet, waarbij ook de vrouw bij wie de ver
dachte in Hillegersberg vertoefde aan een scherp
verhoor werd onderworpen. Het bleek al spoedig,
dat zij de laatste weken van den verdachte allerlei
goederen ten geschenke had gekregen o.a. een
naaimachine welke uit de woning van den ver
dachte afkomstig was en verscheidene kleeding-
stukken welke aan de vermiste vrouw hadden toe
behoord. Daaronder bevond zich ook een winter
mantel die de vermiste vrouw (men wist nog steeds
niet met zekerheid, dat zij ook de vermoorde vrouw
zou zijn) zeker zou hebben aangetrokken als zij,
volgens de opgave van den man, op 5 Mei de wo
ning had verlaten.
De aanwijzingen tegen den verdachte waren ten
slotte zoo sterk, dat de man daarvoor bezweek en
gisteren voor den rechter-commissaris bekende zijn
vrouw te hebben vermoord. Dit zou overdag op 5
Mei in de woning zijn geschied. Volgens de lezing
van den- moordenaar zou er ruzie tusschen hem
en zfin vrouw zijn ontstaan, hij zou daarbij de
vrouw naar de keel zijn gevlogen en haar in drift
hebben gewurgd. Daarop heeft hij het lijk naar den
zolder gebracht en in stukken gesneden, welke
stukken hij verpakt op verschillende plaatsen in
het water heeft "edeponeerd. Een van deze
lichaamsdeelen (behalve het reeds eerder gevon
den hoofd) is gisteren op zijn aanwijzing ergens
uit het water opgehaald.
Een bewijs van de geraffineerdheid waarmee de
dader het lijk heeft laten verdwijnen is wel, dat
noch zijn zoon (het echtpaar hacï twee kinderen,
van wie een getrouwd en een nog thuis was) toen
hij 's avonds van zijn werk thuis kwam, noch een
van de buren iets bemerkt had van het gruwelijke
drama, dat zich in de woning had afgespeeld.
Speelgoedtreinei: op bet Centraal
Station te Amsterdam.
Kinderen onder geleide mogen er mee spelen.
Naar het A.N.P. verneemt zullen de Neder-
landsche Spoorwegen begin Juli in het Centraal
Station te Amsterdam een „speelkamer" openen.
Deze speelkamer in het Centraal Station zal in de
eerste plaats voor kinderen onder geleide worden
opengesteld en zij zullen er drie groote tafels aan
treffen met tot in de perfectie doorgevoerde speel-
goedtreinen. Ieder kind zal er zijn misschien
jarenoude illusie verwezenlijkt zien: werkende
seinen, gecompliceeerde wisselcomplexen, verschil
lende overwegbeveiligingen, stoom- en electrische
treinen, enfin alles wat een kinderhart maar be-
geeren kan.
Met al dit prachtige materiaal nu mag de jeugd
mits onder geleide komen spelen en des
kundig personeel zal er voor zorgen, dat de daar
bestede uren niet alleen genoegelijk maar ook
leerzaam zijn. Dit spel immers biedt gelegenheid
te over 'om vergelijkingen met de werkelijkheid
te maken en zoo zal menig kind heel wat meer
gaan begrijpen van wat hij tot nu toe op de staitons
in de treinen en langs den ijzeren weg tijdens
uitstapjes heeft kunnen waarnemen.
De Amsterdamsche ontwerper Joop Geesink
zorgt voor een gezellige aankleeding van de zaal,
die boven het station in het Oostelijk deel gelegen
is en die door een aparten ingang van de straat
af bereikbaar is.
RADIOTOESTELLEN IN MEUBELOPSLAG
PLAATSEN.
Ten aanzien van radiotoestellen welke zich in
meubelopslagplaatsen bevinden, zijn sinds Zater
dag de volgende voorschriften van kracht: Zoowel
de eigenaar van een radiotoestel dat zich in een
meubelopslagplaats bevindt als de exploitant van
de betreffende opslagplaats zijn verplicht hiervan
onverwijl kennis te geven aan het hoofdbestuur
der P.T.T., technische dienst radio, Scheveningsche
weg 6 's Gravenhage. Verkeert de exploitant van
een meubelopslagplaats in onzekerheid of zich
bij de bij hem opgeslagen goederen radiotoestel
len bevinden, dan dient hij zich voor zoover mo
gelijk hierover bij de eigenaars dezer goederen
zekerheid te verschaffen. De exploitanten van
meubelopslagplaatsen dienen van Zaterdag af,
wanneer zich onder de bij hen onder te brengen
goederen radiotoestellen bevinden, er voor zorg
te dragen dat deze .toestellen op zoodanige wijze
worden geplaatst dat controle op eenvoudige wijze
mogelijk is. Reeds eerder bij hen ondergebrachte
radiotoestellen kunnen blijven waar zij zich thans
bevinden. Verzegeling van radiotoestellen onder
gebracht in meubelopslagplaatsen kan achterwege
blijven. (A.N.P.)
W.A.-MAN TE UTRECHT GEWOND.
Het A.N.P. meldt d.d. 7 Juni uit Utrecht: Na
een colportage van het Utrechtsche vendel der W.
onder leiding va"n opperhopman Dengier aan
den Groeneweg werd Vrijdagavond zingend naar
de stad teruggemarcheérd onder groote belang
stelling vooral van de zijde der jeugd.
Het grootste deel van het vendel was ver vooruit
terwijl opperhopman Dengier met eenige weer
mannen en de begeleidende politie op eenigen af
stand volgde. Aan de Kanaalstraat, gekomen nam
het publiek uit deze beruchte buurt tegenover dit
kleine groepje een dreigende houding aan. Des
ondanks vervolgden de mannen rustig hun weg,
totdat plotseling uit het publiek een man met
een mes in de hand op den wachtmeester J. Jansen
toestormde en hem een steek in den hals toe
bracht om onmiddellijk in vollen ren weer tus
schen het publiek te verdwijnen. Noch de andere
weermannen, noch de politie hadden gelegenheid
tijdig in te grijpen. Het publiek drong onder het
geroep van „landverraders" op, maar inmiddels
was de voorste troep gealarmeerd en teruggekeerd
waarna door samenwerking van W.A. en politie
de orde spoedig was hersteld. De dader kon nog
niet worden gevonden.
De bekende Duitsche aviatrice Elly Beïnhorn
houdt thans in Nederland een serie lezingen
over haar vliegtochten. Elly Beinhorn voor de
microfoon tijdens haar voordracht.
(Foto Schimmelpenningh)
Ver. van Suikerwerk- en
Chocoladef abrikanten.
Zaterdag had te Amsterdam de algemeene jaar
vergadering plaats van de Nederlandsche Ver'eeni-
ging van Suikerwerk- en Chocoladefabrikanten.
Na het uitbrengen van het uitvoerig jaarverslag
door den heer B. H. Wellmann, secretaris-admi
nistrateur der vereeniging, werd overgegaan tot
de bestuursverkiezingen.
Gekozen werden de heeren G. Bakker (directeur
der N.V. Zaanlandsche Cacaofabriek v/h T. Oly en
Co. te Nijkerk), voorzitter; B. E. Dieperink (N.V.
Voornveld en Co., Amsterdam), secretaris: C. J. L.
de Jong (N.V. Paré, Den Haag); L. Jamin (Rot
terdam), L. A. Hagers (N.V. Beukers en Rijneke,
Rotterdam). J. P. Dibbits (Lonka N.V., Brede),
G A. de Vries (N.V. Venz, Vaassen).
Tot leden van de commissie voor de cacao- en
chocoladefabrikanten verden gekozen de heeren
L. F. M. Bensdorp N.V., Bussum); P. J. Kapteyn
(Union, Haarlem), P. J. Rademaker (N.V. Rade
maker, Den Haag) en G. A. de Vries te Vaassen.
Er werd een bespreking gehouden over de ko
mende organisatie van het Nederlandsche bedrijfs
leven; besloten werd tot de commissie Wolterson
het verzoek te ï-ichten, de organisatorische eenheid
van de Nederlandsche zoetwarenindustrle te willen
bevestigen door de instelling van een bedrijfsgroep
Zoetwaren, onderverdeeld in de verschillende vak
groepen, die de verschillende producten der zoet-
warenindustrie omvatten.
De heer B. H. Wellman hield een causerie over
prij zenbeschikking.
Slot defect? Tel. 11493
DeSIeutelspecialisi, L.Veerstr. 10
zegt Puntje.
„De zuinigheid brengt
rijkdom in!" Daarom gooi
de ze nooit oude kleeren
weg. Wonderlijk, wat die
niet kon tooveren van een
afgedragen mantel of ja
pon. Daar heb ik héél Wat
van opgestoken. En in
dezen tijd van textiel-
schaarschte komt het me
wat goed te pas. Met een
friseh, nieuw kraagje of
een vlotte ceintuur, of een
mooi galon van De Groot
maak ik weer nieuw van
oud. Ja.' De Groot is een
adres waar ik dolgeluk
kig mee benh
Groote Houtstraat 98
Haarlem, Telef. 16772
(Adv. Ingez. Med.)
Majoor Kruyt's partij.
Het A.N.P. meldt d.d. 7 Juni uit Den Haag: Naar
ons medegedeeld wordt, heeft majoor Kruyt de
opheffing van zijn partij met ingang van 6 Juni
1941 bekend gemaakt.
Met de opheffing van de N.S.N.A.P.-Kruyt is
verdere klaarheid ontstaan inzake de bestaande
nationaal-socialistische partijen. Behalve de N.S.B.
bestaat thans slechts nog de groot-Duitsche be
weging der N.S.N.A.P.-dr. van Rappard.
Nationale Bond voor Plaatselijke
Keuze.
Zaterdagmiddag hield de Nationale Bond voor
plaatselijke keuze in het gebouw voor K. en W.
Utrecht een algemeene ledenvergadering,
tevens herdenking van het 25-jarig bestaan van
den bond.
De voorzitter, de heer J. in 't Veld, heette in
een korte openingsrède de leden van den raad van
twaalf, van den raad van vijftig en de in grooten
getale opgekomen leden welkom en maakte met
voldoening gewag van de versohillende ingekomen
schriftelijke gelukwenschen en attenties.
Over de mogelijkheid van vruchtbare werk
zaamheid in dezen lijd liet de voorzitter zich in op-
timistischen zin uit, daar hij meende, dat het toe
nemende sociale saamhoorigheidsgevoel het volk
toegankelijk maakt voor de gedachte, dat de be
strijding van de drankellende tot de maatschap
pelijke plichten van elk individu behoort.
Tenslotte deelde spreker mede, dat het bestuur
besloten had aan de leden van beide raden en aan
de overige ten vergadering aanwezige leden een
feestgeschenk aan te bieden, bestaande uit een
drietal fraaie boekwerken, door de verschillende
drankweer-organisaties uitgegeven.
Uit het jaarverslag van den secretaris, den heer
W. Elgersma, bleek dat de in Mei 1939 voorbe
reide nieuwe actie voor de verwezenlijking van
het ideaal van den bond ten gevolge van den oorlog
niet tot volle ontplooiing kon komen, maar dat
de bond desnietemin een vruchtbare activiteit
had ontwikkeld.
Tot leden van den raad van twaalf werden ge
kozen de heeren F. S. Noordhof (Haarlem) en C.
Schalken (Roosendaal); tot leden van den raad
van vijftig de heeren ds. H. E. Gravemeyer
('s Gravenhage), dr. C. D. Cramer (Assen), dr. W.
Hingst (Utrecht), mej. C. Janssen (Den Bosch), ds.
L H. Ruitenberg (Beers), J. C. Rugaard (Apel
doorn), dr. A. J. Edelkoort (Amsterdam), J. J.
Wepster (Rotterdam) en C. J. Toebes ('s Gra
venhage).
Nadat hiermede het zakelijke gedeelte der jaar
vergadering was afgedaan, ging de bijeenkomst in
feestvergadering over, waar twee sprekers als
feestredenaars optraden n.l. de heeren P. v. d.
Meulen en ds. A. J. Moptijn.
Den laatste werd het eerelidmaatschap van
Twaalf aangeboden.
Verkoop van losse melkpoeder
verboden.
De secretaris-generaal van het departement van
Landbouw en Visscherij heeft het Crisis-zuivelbe-
sluit (melkpoeder) in dier voege gewijzigd, dat een
nieuw artikel wordt toegevoegd, luidende als volgt'
„Onverminderd hét bepaalde in eenig ander wette
lijk voorschrift is het verhandelen, afleveren en ver
voeren van melkpoeder door een detaillist aan een
consument verboden. Het verbod geldt niet indien de
detaillist de melkpoeder verhandelt, aflevert en ver
voert. in de verpakking, waarin hij deze heeft be
trokken."
Hieruit blijkt dus, dat de verkoop van losse melk
poeder verboden is.
NED. BOND TOT HET REDDEN VAN
DRENKELINGEN.
De belangstelling voor het zwemmen en het zwem
mend redden van drenkelingen neemt voortdurend
toe. Door een Comité te Naarden-Bussum was de
heer A. J. Meijerink uitgenoodigd, een voordracht
te houden met het doel, een reddingsbrigade op te
richten. Dit doel werd bereikt. Dinsdag 10 Juni
zal genoemde heer, op verzoek van het bestuur
van een Kath. Zwemvereeniging te IJmuiden spre
ken over: „De zee en haar gevaren". De directie
van Gerzon's Magazijnen te Amsterdam verzocht
om een voordracht en de Bondsfilms.
BACHCONCERT.
Door het Bachkoor, dirigent Jan Booda, zal op Dins
dag 10 Juni a.s. in de Ned. Herv. Kerk te Zaandijk
een belangrijk Bachconcert gegeven worden. Aan
dit concert werken mee Jaap Stotijn, bobo, Tine
Muys, sopraan, Miep Allan, alt en A. P. van Mever
bas.
Verduistering is onze plicht,
Weer daarom uitstraling van
't licht.
VAN 9 OP 10 JUNI 1941
van 21.59 tot 5.18
Maan op 10 Juni onder 6.56
Maan op 10 Juni op 22.44
Voor de Kinderen
(Teekenlngen H. Kannegleter).
EEN IMITATIE TEDDY-TRIX.
(Adv. Ingez Med.)
Door de hitte in de keuken, smelt het even
beeld van Ted, tot een vormelooze massa
grauw en onwelriekend vet. Als dan Karei
eens gaat kijken, ziet hij slecht^ een groote
plas, waar een tel of wat te voren zoo-iets
als een hond nog was.
En als Jan met d' echte Teddy in de keuken
kijken komt, vindt hij Karei wringend,
schoppend, en van schrik totaal verstomd..
„Wacht, ik zal een foto maken," roept Jan
vroolijk, „Zit eens stil". „Pas maar op,"
roept Karei woedend, „dat ik jou niet
levend vil.-...] I"
EEN WARM WERKJE. De arbeiders, die bei
zijn met het bodemonderzoek in den Noot
Oostpolder, zijn niet voor een kleintje vervaat
(Foto Pax Holland)
Di
va
bati
vija
Ir
van
ove
Dui
luit'
boh
mat
zich
een
der:
len
mid
Josjizatva zou op nieuu
instructies wachten.
TOKIO, 7 Juni. (D.N.B.) In officieele Japs
sche kringen wordt het gisteren door de regeeri
van Ned.-Indië verstrekte antwoord aan Japan
bevredigend genoemd. Men kan evenwel nog
zeggen, zoo verklaarde men verder, of de onderhani
lingen in Batavia zullen worden voortgezet of nie
De Tokio Nitsji Nitsji meldt uit Batavia, dat
Japansche delegatie aan het ministerie van buiti
landsehe zaken in Tokio nieuwe instructies verzoi
heeft. De toestand moet als zeer kritiek beschou
worden. De leider van de Japansche delegatie he
verklaard, dat men een dergelijk antwoord van Ne
indië niet verwacht had. Hoewel de Japansche voi
stellen bescheiden eischen inhielden zijn zij d
ondanks door Batavia afgewezen. Dientengevol
zoo voegde de Japansche delegatieleider hien
toe, moeten wij thans voorbereidingen treffen
naar Japan terug te keeren.
De Jomioeri Sjimboen spreekt van een min of m
ontoegeeflijke houding van Ned.-Indië ei
meening, dat het antwoord thans verscheidene da
lang door de Japansche delegatie zal moeten w
den bestudeerd.
Het Japansche persbureau Domei''ontving
Juni nog de volgende mededeelingen uit Batavia
Ofschoon het antwoord van Ned.-Indië als onbev
digend wordt beschouwd, zal de Japansche delega
nog een laatste poging doen om door verdere ond
handelingen tot een overeenkomst te geraken. Men
van gevoelen, dat „eenigen tijd" noodig zal zijn
vast te stellen of de Ned.-Indische autoriteiten
of niet werkelijk het voornemen hebben de
kingen tot een succesvol besluit te brengen, ah
verluidt van den kant van de Japansche delegatie.
Het Ned.-Indische antwoord op het Japansi
voorstel van 7 Mei is aan den Japanschen gede
geerde voorgelegd tijdens een bijeenkomst van
dag die 90 minuten duurde, waarna Josjizawa
kennon gaf, dat hij willicht de Nederlandsche de
gatie zou verzoeken zekere onopgehelderd geblet
punten toe te lichten aangezien zij in strijd z
met de Japansche formuleering. Te kennen geven
dat zijn geduld op de proef werd gesteld maar n
was uitgeput zeide Josjizawa: „Ik kan thans n
zeggen, of ik de Nederlandsche gedelegeerden
verzoeken hun houding verder te herzien. Ik zal m
best blijven doen het doel van mijn missie tot sta
te brengen. Wanneer echter onmogelijk blijkt een
vredigende oplossing te bereiken, dan blijft er ge
andere weg over dan terug te keeren naar Japat
Uit de kringen der Japansche delegatie wordt vi
nomen, dat het Nederlandsche antwoord betrekkl
heeft op alle punten, maar slechts weinig punten
helst welke de Japanners als bevredigend kunn
beschouwen.
Er verluidt, dat Josjizawa nieuwe instructies
Tokio verwacht alvorens regelingen te treffen i
een verder contact met de Nederlandsche vertegi
woordigers.
EEN PROTEST VAN BATAVIA IN TOK!
TOKIO, 7 Juni (D.N.B.) De Nederlandsche
zant, generaal Pabst heeft hier hedenochtend bij
Japansche ministerie van buitenlandsche zaken
protest ingediend tegen de recente verklaring
den woordvoerder van het bureau van voorlichti
der regeering, die de Ned.-Indische overheid in v<
band rp*et de handelsbesprekingen in Batavia van
oprechtheid beschuldigd had.
Uit officieele Japansche kringen wordt hiero
trent vernomen, dat van Japansche zijde geen
woord op dit protest van Ned.-Indië verwacht k
worden, daar het overbodig is, zoo verklaart men h
ten aanzien hiervan een standpunt uiteen te zettf
MAXIMUMBEDRAG VOOR POSTWISSELS
NAAR DUITSCHLAND VERHOOGD.
's GRAVENHAGE, 6 Juni. Het maximum!)
drag voor postwissels naar Duitschland is tot
rijksmark verhoogd. (A.N.P.)
tref
waf
gek
Jun
bon
geb
digc
con'
duic
gels
Dui
Star
voo
van
gels
ven
ten
gek
de
twe
van
tref
stee
lanj
twe
tref
dek
vaa
zwa
tota
kra<
schi
geb
doo
Ito.
va
Di
dr
sc
MARINE'S BERTRAM
(Nadruk verboden).
Nu was het kritieke oogenblik. Van Oordt het zijn
*weep klappen en de dieren wierpen zich met nieuwen
moed in het tuig. De vervolgers waren op zijn hoogst
op eep honderd meter afstand en reeds brachten zij
hun speren in de houding om ze naar de vluchtelin
gen te werpen. Weer schoten Albert en Seeker hun
geweren af en dezen keer niet zonder succes, weldra
had het rijtuig een groot stuk op de impi gewonnen.
Van Oordt draaide zich even om en zei:
Nu, dat. scheelde ook maar een haar
Daar ïs het politiekamp al, wees van Oordt, met
een beweging in de richting van een paar flinke ba
rakken. Geen teeken van leven, dus Woudstra is weg
geroepen. Nu, dat is een opluchting.
Even voorbij het kamp werd de grond heuvelachti
ger en meer begroeid.
Gelukkig dat ze ons niet in die boschjes opge
wacht hebben, vervolgde van Oordt. Dan waren we
er geen van allen levend afgekomen.
De kaffers schenen niet. van plan de vervolging, hoe
hopeloos die voor hen ook mocht schijnen, op te
geven. Men kon ze nog steeds met dezelfde snelheid
zien voortrennen, een jieel eind achter de vluchtelin
gen, die ziefi al in veiligheid voelden
Laat ze maar eens loopen, lachte van Oordt grim
mig; dat is wel eens goed voor ze; ze worden anders
veel te lui en te vet. Het was Ndabamatobo niet, wel?
Nee. die loopt niet meer zoo. Naar jullie beschrijving
te oordeelen, moet het Umzitti zijn, zijn rechterhand.
Nu, we zullen vroeg genoeg in Emvati aankomen,
om ze daar te waarschuwen.
Maar nauwelijks had hij dit gezegd, of er gebeurde
Ietsiets, dat het rijtuig bijna deed omvallen, maar
door van Oordts bedrevenheid was het eenige dat het
met een schok bleef stilstaan.
Seckers paard, dat naast de muildieren was vast
gebonden en dat niet meer zoo erg snel was, was in
eengezakt. Het werd nog eën eind meegesleept, zoodat
het rijtuig met zijn eene voorwiel over het dier heen
gegaan en bijna omgevallen was. De muildieren, die
uit vhun koers getrokken waren, waren nu bezig de
riemen tot een onuitwarbaar kluwen te verwikkelen.
Van Duynen, hou jij de teugels, riep van Oordt,
en hij sprong, evenals de staljongen, op den grond
en liep naar de spartelende dieren.
Nu. als we dit niet uit de war krijgen, zijn we
er geweest..
De beide mannen keken achter zich. Ze zagen hoe
de Zoeloe's, die een oogenblik tevoren juist besloten
hadden de vervolging op te geven, gemerkt hadden
dat er iets gebeurd was en nu met vernieuwen moed
en kracht vooruit stoven, Ze waren nog op een flin-
ken afstand, maar met de snelheid van een Zuid.afri-
kaanschen neger zouden ze in een minmum van tijd
bij hen zijn.
Van Oordt trók en porde nu eens aan een riem, dan
aan een leidsel, dan weer aan een hoofdstel. Daar ze
door hun ren opgewonden waren, trapten de beesten
om zich heen en maakten de verwarring nog slechts
grooter. Hij had echter zooiets vaker bij de hand ge
had en zou er tenslotte wel in geslaagd zijn hel: klu
wen te ontwarren, maar hier telde elke minuut, Boven
dien schenen de dieren te merken, dat er gevaar
dreigde, wat hun onrust nog grooter maakte.
Seeker,, die ook te hulp kwam, kon evenmin iets
uitrichten. Het was niet meer mogelijk het kluwen
te ontwarren. De vervolgers waren nu beangstigend
dichtbij.
Vlug instappen, beval van Oordt en terwijl
Seeker en de staljongen aan zijn bevel gevolg gaven,
trok hij zijn mes en sneed de riemen vóór de twee
laatste muildieren door. Het waren twee groote
beesten, die het rijtuigje nog een behoorlijke snelheid
zouden kunnen geven, maar het was twijfelachtig of
zij zich zonder hun kameraden in beweging zouden
willen zetten. De inzittenden van het rijtuig slaakten
dan ook een zucht van verlichting toen het. weer op
gang kwam.
Die twee beesten krijgen ons niet verder dan
het politiekamp, zei van Oordt. Daar moeten we ons
zien te verschansen, het is een kleine kans maar de
eenige.
Terwijl hij dit zei, steeg- uit de gelederen van de
vervolgers een vreeselijk gebrul op Ze hadden de
achtergelaten, worstelende in hun tuigen verwarde
dieren bereikt en staken met wild genot hun speren
in de lichamen van de weerlooze beesten. Het hield
hen wel wat op, maar daar gaven ze niet om Ze
meenden zeker te zijn van hun menschelijke prooi,
met slechts twee dieren voor het rijtuig hadden deze
immers niet de minste kans, vooral niet omdat de weg
steeds slechter en hobbeliger werd.
Het politiekamp was. zooals van Oordt al gezegd
had, verlaten. Ervoor was een vierkant plein, waar
omheen een aarden wal liep,' met steenen er boven
op. Het was de aangewezen plaats om zich tegen de
wilden te verdedigen. Van Oordt spande de twee die
ren uit. bond ze aan een paal vast, die in het midden
van het plein stond. Ondertusschen tilden de beide
andere mannen Celina, die nog steeds bewusteloos
was, ijit het rijtuig en legden haar vlak tegen den
aarden wal, zoodat ze tegen speren en kogels be
schermd was. Ze laadden de munitie en de wapens
uit en brachten hun „vesting" in staat van verdedi
ging.
Daar heb je ze. kondigde van Oordt'aan.
Terwijl hij dit zei. kwam de impi van een afstand
van drie honderd meter aanrennen.
Mik laag, mannen, commandeerde hij. Zijn ge
weer sprak en een reus van een krijger gooide zijn
schild in de lucht, sprong op en viel dood neer.
Dat is het eerste bloed hier. Whau, Joesoetoe,
riep van Oordt, en spottend gebruikte hij den strijd
kreet van de aanvaller. Ook de beide anderen hadden
met goed gevolg op den troep kaffers geschoten en
de schoten volgden elkaar vlug op
De kaffers gingen nu plat op den grond liggen en
daarna kropen ze weer voorwaarts met hun schilden
in de hoogte. Op iemand, die niet met hun wijze van
oorlogvoeren bekend was, zou dit den indruk hebben
gemaakt, dat ze achter hun schilden beschutting zoch
ten, maar in werkelijkheid was het een krijgslist om
den vijand in onwetendheid te laten, omtrent hun
juiste plaats.
Kalm aan, fluisterde van Oordt, die deze tactiek
kende. We gaan niet op schilden schieten Wachten,
mannen
De drie maakten van deze rust gebruik om hun
geweren opnieuw te laden. Zonder veel hoop, maar
vastbesloten hun leven zoo duur mogelijk te verkoo-
pen, stonden ze achter de borstwering, met op elkaar
geklemde tanden. Een dreigende stilte hing over de
vlakte, tot ze uit dè impi stemmen hoorden opgaan
en de heele colonne opeens als een man overeind
sprong met den kreet:
Joesoetoe!
Hun speren boven hun hoofden zwaaiend kwamen
ze op het politiekamp aanrennen.
Wat moet er met haar? fluisterde Albert heesch.
Moeten we haar aan hun overlaten?
Vóór van Oordt kon antwoorden bleef de impi
plotseling weer staan. De krijgers lieten zich weer
plotseling op den grond vallen en herhaalden hun
manoeuvre van enkele oogenblikken geleden En toen
hoorden de drie mannen een „klik-kiik-klik" uit een
van de boschjes voor het kamp Dat kón niets anders
zijn dan een aantal met moderne geweren gewapende
blanken, die hun te hulp waren gekomen!
De onbekende hulptroepen hadden achter de
schilden de krijgers weten te ontdekken en deze, die
met een vijand te doen kregen waarvan ze niet wis
ten, waar hij zat en hoe sterk hij was. sloegen op de
vlucht. De verdedigers van het kamp ondersteunden
het vuur, dat de verborgen helpers de vluchtelingen
achterna zonden.
Gelukkig voor de kaffers was het gras verderop
wat hooger. zoodat ze daar ongezien konden voort-
sluipen. De nieuwe vrienden in den nood lieten zich
nog steeds niet zien.
Dezen keer zijn we ontkomen, zuchtte Van Oordt,
maar het heeft maar een haar gescheeld. Ik zou wel
eens willen weten, wie ons zijn komen ontzetten.
Het zou echter nog eenigen tijd duren voor zijn
nieuwsgierigheid bevredigd werd.
Precies een half uur later in den vallenden schemer
kwamen tien man uit de rij boschjes op de achter
zijde van 't kamp aanrijden Van Oordt met zijn
scherp gehoor was de eerste die het geluid van hoeven
hoorde. In een oogwenk was hij over den aarden wal
en stond hij op den uitkijk.
Wel van Oordt, zei Woudstra doodnuchter, to
hij afsteeg. Dezen keer zou je de tien man politi
troepen toch maar gemist hebben, hè?
Ja, ik moet eerlijk toegeven, erkende van Ooi
ruiterlijk, dat het zonder jullie tusschenkomst slee
met ons zou zijn afgeloopen.
En hij drukte den politie-sergeant zóó ongewo
hartelijk de hand, dat slechts 't gemeenschappeli
doorgestane gevaar hiervan de verklaring kon
HOOFDSTUK XIX.
In de Gcoma-Vallei.
Reeds van even twaalf uur af dreunden de rotsachti
wanden van het Gcoma-dal van verschillende soort
artillerievuur; van de zware stem van de
kaliberkanonnen en 't scherpe geknal van het licht*
geschut, dat de meer vooruitgeschoven posten bij
hadden. In de dichte struiken had zich een aanzie
lijke vijandige strijdmacht verscholen en als niet
granaatvuur een woordje meegesproken had, was
zeer waarschijnlijk niet gelukt de kaffers uit
stellingen te verdrijven.
Van Duyven, pas op, waarschuwde luitene
Elof van de militaire politie, en Albert had nog ju!
tijd plat op dert grond achter een steun te gaan ligg!
toen een kogel, afkomstig van een voorhistorisch k
non. 'dat de artillerie van de kaffers moest voorst!
len door de lucht suisde. Maar voordat het kanon e
tweeden kogel had kunnen afschieten vuurden e
stuk of zes van luitenant Elofs mannen en viel
bediener van het antieke stuk geschut neer.
Albert had zich niet als vrijwilliger opgegeven, ma
zich bij de troepen van de militaire politie gevoel
als een soort „amateur-oorlogscorrespondent". En
politie had last genoeg met hem. Altijd weer ging
er op zijn eigen houtje op uit; reeds verschillen!
keeren had men hem als verloren beschouwd, ma
steeds was hij weer glimlachend teruggekomen ra
een omstandig verhaal, hoe hij een wilde beslop
en hem bijna gevangen had. Door dit herhaalde
na" waren er meerderen, die aan de waarheid
zijn verhalen twijfelden. Maar verder was hij bij
manschappen van luitenant Elof zeer gezien. En zi
kwam het ook, dat de bevelvoerende officier gezej
had:
(Wordt vervolgd)^