AKKERTJES: £°y Hoofdpijn Kiespijn Zenuwpijn Reizen naar gewicht. del^C Johan Elsensohn jubileert AGENDA Eigenaardigheden Flitsen, TOBIAS Nieuwe Uitgaven lAARL. DAGBLAD, Donderdag 13 Nov. 1941 {et ontstaan van de herfstpracht Het verkleuringsproces in de natuur Laat dit zoo zijn: herfst beteekent afscheid van zomer en dus afscheid van warmte en licht. u_.- ook in den herfst en winter schijnt de zon jven ons landje, doch zij komt veel later op en iat veel vroeger onder dan in den zomer, terwijl aar stralen vrijwel geen warmte meer geven. Herfst jteekent ook: nooit meer zonder overja> de straat 1 gaan, de schoorsteen schoon laten maken, nieuwe jndschoenen koopen enz. Dit is vrijwel alles wat E stedeling van den herfst merkt, de stedeling, die llerlijk begin September weer in de stad terug- jjft en dan dikwijls vergeet, dat er nog zoo iets de natuur bestaat. je natuurliefhebber zal echter in den herfst bij jorkeur een wandeling maken door het dichtst- ijzijnde bosch en volop genieten van de bonte kleu- ;nweelde, welke men te zien krijgt. Tusschen de jlgroene esschen, de goudgele beuken en ahornen j de rood bruine eiken, bewondert men de roode ornoelje, kersenboomen en enkele hegsoorten, de [verachtige bladeren van den meelbesboom, of het jnkere, geurige groen van den denneboomen. Wanneer de herfstmaanden mistig cn regenachtig jjn, is de kleurvorming uiterst zwak; is de herfst thter zonnig en zijn de nachten droog en koel, dan orden de kleuren bijzonder levendig. Vooral bij iierboomen merkt men dit vaak en duidelijk op: een I dezelfde vliersoort heeft bij een temperatuur van graden Celsius donkerviolette, bij 15 graden licht en bij 30 graden witte bladeren. wat geschiedt er eigenlijk tijdens het verkleu- ngsproces in den herfst? De groene bladkleurstof, et zoogenaamde chlorophyl, wordt, voordat de bla- i afvallen, als het ware afgesneden van den naar de bladeren en vloeit gedeeltelijk in den am terug. Dit geschiedt bij verschillende boom- iorten op verschillende wijzen en tijden. Hoe meer het chlorophyl verdwijnt, des te sterker treden voor dien tijd bedekte kleurstoffen, carotine en intophyl, naar voren en verschaffen het gebladerte e goudgele kleur. Hierbij komt nog een ander ver- jfcijnsel. In de bladeren van vele boom- en struik- lorten bevinden zich kleurlooze stoffen, welke door uurstof-onttrekking veranderd worden in roode eurstof, het bekende authokyan. Deze kleurlooze :oducten gaan waarschijnlijk door het zich afzet- n van zuurstof over in gele kleurstof (antichloor), elke verwant is met de kleurstoffen van de pri- iula, de gele dahlia enz. Doch zooals wij reeds eer- !r opmerkten moeten de temperatuur en de energie de zon meewerken om mooie resultaten te kun- behalen in de herfsttinten. den herfst lijkt het zoo gewoon, dat lie stap, welke wij in het bosch doen, weer ver- izeld gaat van het geruisch der ontelbare afgevallen laderen. welke een mooi herfsttapijt vormen. De aderen vielen af, omdat zij verwelkten. Doch waar- ia verwelkten dan de bladeren? Hier wordt it schijnbaaar gewone reeds een wetenschap- ilijk probleem. Ieder lastig „waarom" in het igelijksche leven is voor den levensonderzoeker een insporing om bijzondere aandacht te wijden aan het ioe". Wat heeft de wetenschap te wijden aan het jrzaak van het afvallen van het loof? De boom heeft zijn bladeren noodig voor de adem- sling en de verdamping en voor het opnemen van «langrijke voedingsstoffen. Dit proces wordt moge- i gemaakt door de in de cellen van het blad in roote mate aanwezige microscopisch-kleine blad- oenlichaampjes, die werkelijk wonderen kunnen errichten. Onder de inwerking van het zonlicht is jt bladgroen in st.aat de koolzuren van de lucht in jn elementen te ontleden. Daarbij wordt de koolstof in organische substan- is veranderd en door het plantenlichaam vastge- iuden. terwijl de zuurstof aan de buitenwereld Kirdt teruggegeven. Kunt u dus begrijpen, dat de eine bladgroencellen het uitgangspunt zijn voor al rt organische leven? Verbaasd houden wij een verdord blad in de hand, it niet van den boom gevallen is, maar dat door in boom als een onontbeerlijke, ja zelfs schadelijke rervloed is afgestooten. Hoewel wij gewend zijn, den irfst te zien als den tijd, waarin de bladeren van boomen vallen, wordt dit proces toch reeds in zomer voorbereid. Reeds van het tijdstip der zon- iwende af (omstreeks 23 September) kan men vast- dlen, dat onze boomen een voor een hun bladeren rliezen en wel eerst die, welke door de andere bla- iren beschaduwd zijn. Bij minder licht kan slechts einig of heelemaal niet de hierboven beschreven beid van de assimilatie verricht worden. De ver egen voedingsstoffen, vooral stijfsel, suiker enz. gaan an de bladeren naar den stam en de wortels, en rerwinteren daar als reservevoedsel, terwijl ook de adgroencellen zich terugtrekken. Daarbij vinden zenaardige ontledingen plaats waaraan het herfst- of zijn gele, bruine en purperen kleuren dankt. Op welke wijze ontdoet de boom -zich nu van zijn laderen? Wordt de temperatuur van den grond in den frfst lager en daardoor de opzuigende werkzaam- iid van de wortels verhinderd, dan kan het door de zrdamping van de bladeren veroorzaakte waterver- es niet aangevuld worden. Onder aan de steel irmt zich dan een cellaag, de z.g.n. „Scheidings- ag". Zij bestaat uit cellen, die rijk aan sap zijn. en aarvan de onvaste samenstelling maakt, dat één indstoot en zelfs het gewicht van het. blad voldoende om het te doen afvallen. WAAESCfflTWTNG. De hoofdcommissaris van politie te Amsterdam eft pensionhouders en kamerverhuurders in over- eging, inlichtingen in te winnen bij zijn admini- ratie, alvorens kamers te verhuren aan: Alphons arie Corneille- van Stekelenborg, geboren te Iratum 26 Jan. 1905, gehuwd met C. E. M. Ludwig. VONDELING. Surveilleerende agenten te Amsterdam hoorden foensdagoehtend tegen het aanbreken van den dag phun tocht langs de Weesperzijde uit een portiek adergeschrei komen. Zij vonden een meisje, naar hatting 3 a 4 dagen oud, in eenige doeken gewik- eld. Het kleintje is naar het Stadsbestedelingen- uis, een afdeeling van het Burgerweeshuis, overge^ racht. De Neder/andsche Pijnstiller 0 (Adv. Ingez. Med.) (Bij de Grieksche particuliere auto bus diensten is volgens een bericht als nieuwe maatregel ingevoerd, dat dikke passagiers een hooger tarief betalen, omdat zij meer plaats innemen) Gewogen en te zwaar bevonden Voor het normale rittarief, Dat is op wel gewogen gronden Een nieuw verkeersinitiatief. Men heeft door zooiets te bepalen, 't Reeds zware leven niet verlicht Voor hen die dubbel gaan betalen, Da's wel een kwestie van gewicht. Maar, redeneert men in den breede, Wanneer je dubbel plaats bezit, Dan is er waarlijk toch ook reden, Dat je voor twee betaalt per rit. Het is' een standpunt, maar intusschen. Wanneer je extra bent gezet, Krijg je in Grieksche autobussen Op die manier nog eens je vet. Da's zielig en 'k heb niets gelezen Van extra mager half tarief, Dat zou toch, dunkt me, logisch we2en Meer consequent en objectief. De dikkerds zullen zuchten slaken, Maar stellig passen zij wel op, Zich niet te dik er om te maken. Dat leidt maar tot een nieuwe strop. Maar zullen ze nog kaartjes koopen Of denken: voor de slanke lijn Gaan we voorloopig liever loopen, Dat zou zoo'n slecht effect niet zijn. Dan zou het eind misschien nog wezen Dat door veel dikkerds, weder slank, Dit nieuw systeem nog werd geprezen Met hulde en oprechten dank. P. GASUS. Na ZATERDAG A.S. is het VERBODEN NAAMKAARTJES TE DRUKKEN. BESTELT DUS NOG HEDEN. OOK VOOR HET A.S. NIEUWJAAR Anegang 14 - Haarlem - Tel. 11963 (Adv. Ingez. Med.) Johan Elsensohn zal Zaterdag te Amsterdam als Sancho Pancha in „Prinses Dulcinea" zijn vijf-en- twintig jarig tooneeljubileum vieren. In Elsensohn zullen wij dan den meest Hollandschen acteur huldigen. Ik althans zou niemand kunnen noemen, die in zijn spel zoo door en door Hollandsch is als deze tooneelspeler. De Hollander is in zijn kunst op zijn sterkst in het realisme. Ook Elsensohn is dat. Hij maakte zijn naam in volksstukken in den tijd, toen het gezelschap van Herman Bouber nog in zijn volle kracht was en stukken als Zeemansvrouwen, Het Huishouwe van Jan Steen en De Jordaan er opgang maakten. Dat is nu ongeveer 12 jaar geleden. Ik herinner mij nog. dat ik hem voor het eerst zag als de zeeman Willem Broerse in Zeemansvrouwen met Annie Verhulst als zijn tegenspeelster en zijn spel toen een zeer sterken indruk op mij maakte door zijn innige menschelijkheid en eenvoud. Alles aan dien zeeman was echt en zui ver. Eenige maanden later kwam in De Jordaan zijn Manus Speet, de hopeloos verliefde bultenaar en verschoppeling, een ontroerend mooie figuur, de meest gave rol, misschien ooit door Elsensohn ge speeld. Dit was realistische tooneelspeelkunst op haar best en het was voor ieder duidelijk dat iemand, die zoo iets kon,, een ras-acteur moest zijn. Na zijn Manus Speet was het te voorzien, dat El sensohn den langsten tijd bij het gezelschap van Bouber geweest was. Cor van der Lugt Melsert en gageerde hem bij het Eotterdamsch-Hofstad T.oo- neel en haalde hem daarmee uit het milieu, waarin hij zoo voortreffelijk paste. Voor het ensemble- Bouber beteekende dat een onoverkomelijk verlies, maar Elsensohn kreeg er de gelegenheid door zijn talent veelzijdiger te ontwikkelen. En hij toonde reeds spoedig, dat hij ook in andere dan volksstukken zijn plaats als acteur volkomen waard was. Elsensohn heeft ook bij het Rotterdamsch-Hofstad- Tooneel bewezen een voortreffelijk karakterspeler te zijn, die het tooneel weet te vullen en rollen, welke hem liggen tot intens leven vermag te brengen. Een enkele maal heeft men hem rollen opgedragen zoo als in Wilhelm Tell die zich niet voor zijn talent eigenden. Voor klassiek werk bijvoorbeeld is hij te gemoedelijk en hij mist er het temperament voor. Maar hij kan kortweg prachtig zijn in rollen, waar in hij zijn Hollandsch karakter niet al te veel geweld behoeft aan te doen. Hij behoort tot die spelers, die creaties leveren, welke men, als men ze eens heeft gezien, nooit meer vergeet. Ik denk hier bijvoorbeeld aan zijn Odilon Gadaron, den berooiden plattelands geneesheer in het blijspel „Pas op de Verf!" van Fauchois, tintelend van leven en zoo sappig van spel, dat hij heel zijn omgeving als het ware weg speelde. Kostelijk en van rijken humor was ook zijn Manten Boone, het koeboertje in „De Wonder dokter". Ik noem deze twee rollen, omdat ze zoo kenmerkend zijn voor zijn talent. In zulk soort rollen is Elsensohn door niemand in ons land te verbeteren. Na zijn engagement bij het Hofstad-Tooneel ging hij naar Oost-Indië en hij was na zijn terugkeer in ons land een tijd lang zoekend, tot hij eindelijk weer een plaats vond in een milieu, waar hij thuis hoort, namelijk bij het gezelschap van Cor van der Lugt Melsert op het Leidsche Plein. Want een spe ler van zijn kracht behoort bij ons eerste gezelschap. Hij heeft dit bewezen als Ouwe Jan, de ronde bon kige zeeman in „De Ondergang van de Vrijheid", als Kamacho in Don Quichot van Langendijk maar bovenal als Sancho Pancho in Prinses Dulcinea, een rol, die ik na'ast zijn onvergetelijken Manus Speet stel. Hij geeft de roerende aanhankelijkheid van Sancho voor zijn meester met innigen eenvoud, mil- den humor en waarachtigheid. Zijn grootste deugden als acteur natuurlijkheid en warme menschelijk heid komen als Sancho tot uiting en het is be grijpelijk dat men hem in deze prachtige rol bij zijn vijf-en-twintig jarig jubileum wil huldigen Behalve acteur is Elsensohn ook de schrijver van gezonde, goede volksstukken zooals Het Huishouwe van Jan Steen, De Werkster wist het en „Een goede Buur is beter danmaar het is de acteur in de eerste plaats, dien men Zaterdag in de bloemetjes wil zetten. En dat verdient hij, want Elsensohn is een der beste vertegenwoordigers van de zuivere, gezonde, sappige en natuurlijke Hollandsche tooneelspeel kunst, waarop ons land trotsch kan zijn. J. B. SCHUIL. Het Kartelbesluit Ondernemersovereenkomstenwet buiten werking gesteld 's-GRAVENHAGE, 12 Nov. In het Verorde ningenblad van 10 November 1941 no. 46 is afge kondigd een besluit, dat kan worden beschouwd als een voortzetting van de Ondernemersovereenkom stenwet 1935. Deze laatste wet wordt dan ook door het nieuwe besluit buiten werking gesteld. Het nieuwe besluit beoogt, evenals vroeger de onderne mersovereenkomstenwet, eenerziids de totstandko ming en het behoud van goede kartels te bevorde ren en te verzekeren eventueel door gedwongen aansluiting der buitenstaanders, anderzijds kartels, welke voor het algemeen belang schadelijk zouden zijn, te corrigeeren. Óm dit tweeledig doel te bereiken, geeft het kar telbesluit aan den secretaris-generaal van het de partement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart de bevoegdheid om, evenals vroeger op grond van de ondernemersovereenkomstenwet kon geschieden, kartels algemeen verbindend te verklaren en kar tels onverbindend te verklaren. Wat betreft de eerste bevoegdheid is het belang rijkste verschil met de oude wet. dat deze verbin dendverklaring, welke vroeger alleen kon geschie den op verzoek van de belanghebbenden, thans ook zonder een zoodanig verzoek, dus op eigen initia tief van den secretaris-generaal, kan geschieden. Bovendien is> de procedure eenigszms vereenvou digd. De tweede genoemde bevoegdheid, n.l. die tot onverbindendverklaring, is vrijwel ongewijzigd uit de oude wet overgenomen. Behalve deze twee oude bevoegdheden bevat het kartelbesluit echter ook een bevoegdheid, welke nieuw is: de bevoegdheid n.l. om, zonder dat nog eenige particuliere overeenkomst bestaat, de on dernemers uit een bepaalden bedrijfstak tot een kartel aaneen te sluiten. Ook dus als door de direct- belanghebbenden geen regeling is gemaakt, b.v. omdat zij het in het geheel, niet eens kunnen wor den, kan, indien uit het oogpunt van het algemeen belang een regeling toch gewenscht is, een zooda nige regeling worden vastgesteld, die dan verder als een gewoon kartel zal moeten functionneeren. Behalve deze mogelijkheid tot scheppen van dwangkartels is het voornaamste nieuwe element in het kartelbesluit de verplichte 'registratie van alle kartels. Een volledig overzicht over alle kartelafspraken waarbij Nederlandsche ondernemers zijn betrokken kan worden beschouwd als het sluitstuk van de ge- heele regeling, daar eerst door dit overzicht de mo gelijkheid wordt geschapen de gegeven bevoegdhe den op de meest doeltreffende wijze te hanteeren. Om het verkrijgen van deze gegevens te vergemak kelijken is tevens bepaald, dat alle kartels voortaan schriftelijk moeten worden aangegaan, terwijl de secretaris-generaal kan gelasten bestaande monde linge afspraken alsnog op schrift te stellen. Een en ander is reeds uitgewerkt Jn de eerste uit voeringsbeschikking van het kartelbesluit, welke is gepubliceerd in de Nederlandsche. Staatscourant van 12 November 1941. Krachtens deze uitvoeringsbeschikking zullen alle niet op schrift gestelde kartels welke op 1 Januari a.s. nog van kracht zouden zijn alsnog schriftelijk moeten worden opgemaakt en wel voor 1 Januari 1942. Geschiedt dit niet dan zijn zij met ingang van 1 Januari buiten werking. Tevens moeten genoem de kartels zoowel als alle op het tijdstip van in werkingtreding van het kartelbesluit bestaande kartels, voorzoover reeds op schrift gesteld, worden aangemeld. Nieuwe kartels en beëindigingen van kartels dienen binnen 14 dagen te worden opge geven. In het weekblad Economische Voorlichting ver schijnt binnenkort een uitvoerig commentaar op het nieuwe kartelbesluit. Belanghebbenden zullen goed doen daarvan kennis te nemen. Voor bijzonderhe den betreffende de aanmelding worden zij verwe zen naar de in de bladen opgenomen officieele pu blicatie. (A.N.P.) EXAMENS ACADEMISCHE OPLEIDING. Bevorderd aan de Gem. Universiteit van Amster dam tot arts: mej. M. C. Motshagen (Hilversum) en de heer H. Zeylstra (Amsterdam); geslaagd voor het le gedeelte van het artsex.: de heer J. Buys (Am sterdam). Geslaagd voor het doet. ex. pharmacïe, de heer E. D. A. Sinderam OVERSCHRIJVING EN INSCHRIJVING VAN STUKKEN IN OPENBARE REGISTERS. GRAVENHAGE 11 November. In het heden ver schenen verordeningenblad is opgenomen een besluit var de secretarissen-generaal van de departementen van justi tie en van financiën betreffende de overschrijving en in schrijving van stukken in de openbare registers. Hierbij wordt bepaald, dat de secretaris-generaal van het departement van financiën bij in de Nederlandsche Staatscourant bekend te makgn voorschriften kan bepalen, dat bij de aanbieding van een stuk ter overschrijving of inschrijving in de openbare registers steeds of in de ge vallen, in de voorschriften omschreven, een afschrift var heth stuk. voldoende aan bepaalde vormveretschten, moet worden ingeleverd; de overschrijving of inschrijving ge schiedt dan door boeking in het dagregister op den dag der inlevering en door inbewaringneniing van het af schrift. Wordt niet voldaan aan voorschriften, gegeven krachtens bet eerste lid, zoo wordt de overschrijving of inschrijving geweigerd. Dit besluit treedt heden in werking. DONDERDAG 13 NOVEMBER. Zuiderkapel: Spr. Ds. C. J. Hoekendijk, 3 uur. Luxor Theater: „Königswalzer". 2.30, 6.30 en 1.45 uur. Frans Hals Theater: „Frau Luna", 2.30, 6.30 en 1.45 uur. Rembrandt Theater: „Pantserkruiser Sebastopol" 1.50, Palace: 1.45 uur. Moviac: 2, 6.30 en Gevarieerd programma van 12 uur af. VRIJDAG 14 NOVEMBER. Concertgebouw: Openbare Vergadering N.S.B., S ar. Bioscoop Theaters: Voorstellingen des middags en fes avonds. Nieuw programma. Nachtdienst Apotheken volgende apotheken te Haarlem zijn van des Wonds acht tot des morgens acht uur (ook op Zondag) geopend: Fa. Duym en Keur, Keizerstraat 6, Tel. 10378. Firma Begeman en Sneltjes. Kruisweg 30, Tel 10043. Marnix Apotheek. Marnixstraat 65, Tel. 23525. Te Heemstede is geopend: Apotheek Schotsman, Binnenweg 206, Tel. 2S320, IKLET3PRAATJ E... AET^ FUNESTE GEVOLGEN C" (Polyaoon-Seym) in Haarlem en omgeving. DE STER EN HET ZWAARD Ieder Haarlemmer kent natuurlijk het wapen van zijn stad, dat, wat het voornaamste gedeelte be treft, uit een wapenschild bestaat, dat een zwaard draagt, welk wapen door vier sterren en een kruis is omgeven. Dat wapen heeft onze stad al meer dan 700 jaar. Voordien was het een ontwortelde boom, zooals men hier en daar nog kan zien, o.m. aan de Nieuwe Kerk waaraan het oude en het nieuwe wapen is aange bracht. Ook wordt deze dorre boom wei achter het nieuwe wapen geplaatst en dan voorzien van een paar klokjes, die natuurlijk de Damiaatjes moeten verbeelden. Intusschen heeft de overlevering zich al vroeg meester gemaakt van het tegenwoordige wapen. Vol gens dit niet geschiedkundig bewezen verhaal is Haarlem van den dorren boom afgestapt op een an der wapen en wel een rood schild met vier sterren. Dat duurde tot het jaar 1219, het jaar van den be roemden tocht naar Damiate, waarbij de Haarlem mers zich zoo moedig gedroegen, dat de keizer van Duitschland, leenheer van de Hollandsche gewesten, aan het Haarlemsche wapen het zwaard schonk, waaraan de patriarch van Jerusalem het kruis toe voegde. Aldus kwam het Haarlemsche wapen tot zijn samenstelling van zwaard, sterren en kruis. (Archief H. D.) Er is over deze overlevering al heel wat geschre ven. Middeleeuwsche chroniqueurs gewagen er reeds van en tot in onze dagen zijn er lezenswaar dige Verhandelingen over verschenen. En Pieter Jrebber, de vermaarde Haarlemsche schilder, verhief het verhaal tot onderwerp voor een zijner schilde rijen, dat ge hierbij in reproductie ziet en dat een der vele aantrekkelijkheden uitmaakt van de oude Raadzaal, waar het boven den schouw is aange bracht. De groenten- en fruitprijzen Vele zware boeten opgelegd 's-GRAVENHAGE. 13 November. Het A.N.P. meldt: De gemachtigde voor de prijzen hamert reeds geruimen tijd met groote hardnekkigheid op het aarpbeeld der groenten- en fruitprijzen. Het hand haven dezer prijzen op een voor de groote massa van de verbruikers bereikbaar niveau is een kwestie, die zeker onder de huidige distributie-omstandigheden het allergrootste belang moet worden geacht. Met kracht is er opgetreden tegen vele overtreders van de op dit gebied gegeven voorschriften. Bij de inspecteurs voor de prijsbeheersching zijn dan ook zeer veel processen-verbaal binnengekomen en reeds werd een 1000-tal hiervan berecht, terwijl een nog grooter aantal in de komende weken zal worden behandeld. Uiteraard werden de meeste overtredin gen geconstateerd bij de detaillisten, waarvan er bijna 800 zijn veroordeeld tot boeten, die dikwijls f 50 tot f 75 beliepen. Echter hebben zich ook reeds ruim 125 grossiers in groenten en fruit, die van den rechten weg waren af geweken, te verantwoorden gehad. De zwaarste der hun opgelegde straffen was f 1000. Verder zijn 75 telers, die hun producten te duur verkocht hadden, beboet met bedragen tot ten hoogste f 250. Een 15—tal veilingen, die zich niet aan de voor haar geldende be palingen op prijzengebied hadden gestoord, werden eveneens veroordeeld. Een ernstige overtreding be zorgde één van hen f 2000 boete. Ook wegens onvolledige of in sommige gevallen zelfs geheel ontbrekende prijsaanduiding werden vele groenten- en fruithandelaren geverbaliseerd. Reeds zijn tegen overtreders van dit voor de controle door den kooper zelf zoo buitengewoon nuttige voorschrift 700 tot 800 tuchtbeschikkingen gewezen. De hoogste hierbij opgelegde boete bedroeg f 35. 300 dergelijke verbalen, een aantal, dat nog dagelijks groeit, wach ten nog op berechting. DE ARBEIDSDIENST. Binnenkort gedeeltelijk verplicht. In een te Leiden gehouden persconferentie ter ge legenheid van de tentoonstelling van den Duitschen Reichsarbeitsdienst en den Nederlandschen arbeids dienst, is medegedeeld, dat over eenige maanden de deelneming aan den arbeidsdienst \qor de manne lijke jeugd in Nederland gedeeltelijk verplicht zal worden gesteld. (N.R.Crt.) HAARLEMSCHE RECHTBANK FIETSENDIEFSTAL Acht maanden gevangenisstraf had de officier ge- eischt tegen een jeugdigen Haarlemschen schilder, die twee fietsen liad gestolen. De Rechtbank veroor deelde hem tot zes maanden gevangenisstraf. DIEFSTAL VAN IJZEREN VATEN Wegens diefstal van ijzeren vaten had de officier 4 maanden geëïsclit tegen een los werkman en een jaar tegen een chauffeur. De chauffeur werd tot 1 jaar veroordeeld en de los werkman tot vier maanden. ^WETHOUDER BELEEDIGD. Een inwoner van Bloemendaal. die wethouder Ouwehand van Bloemendaal had beleedigd hoorde f 15 tegen zich eischen. Door de Rechtbank werd hij tot een geldboete van f 10 subs. 6 dagen veroordeeld. Insluiper.. /o Psychologie en Sport Dat het boek van Joris van den Bergh en Karei Lotsy. dat onder den ietwat-luidruchtigen titel „Mysterieuze krachten in de sport" een pleidooi voert voor uitbreiding van de sportieve voorberei ding op het geestelijke terrein, zekere opschudding in sportkringen zou wekken, was te voorzien. Niet alleen omdat het geestdriftige tweetal de dusdanige behandeling van het Nederlandsch Elftal, door Lotsy gedurende eenige jaren met zooveel succes toe gepast, nu tot alle sportsmen en alle takken van sport wil uitbreiden. Maar ook omdat de heele his torie hier zwart op wit is gesteld en daarmee het gevaar van doordrijven en overdrijven duidelijk aan den dag is getreden. Er zijn trouwens van die aangelegenheden, die bij practische toepassing alleen geen verzet uitlokken, omdat zij dan door anderen slechts naar haar goede uitkomsten be oordeeld worden de minder goede merkt het publiek niet op maar die disputen ontketenen zoodra erover geschreven wordt. Een nuchter man zei mij dezer dagen, dat dit vooral met de paeda- gogie en de psychologie het geval is en ik geloof dat hij gelijk heeft. Hij drukte het zeer eenvoudig uit. Jé kunt die dingen wel doen, zei hij, maar je moet er niet over gaan praten. De overtreffende trap, die Joris en Karei met hun mysterieuze krachten beklommen hebben en die ons in onze beoordeeling van het boek ook al aanleiding gaf tot het toedienen van eenige kal- meerende opmerkingen en het aanvoeren van be perkende overwegingen, heeft dr. C. Spoelder er toe gebracht krachtig tegen hen van leer te trek ken. In een rede, gehouden voor de Haarlemsche voetbal-scheidsrechters jongelieden dus, die ex professo het hoofd koel moeten houden en onpar tijdig blijven heeft hij niet alleen tegen de ge varen van sportoverdrijvïng gewaarschuwd. Hij heeft vierkant verklaard dat de schrijvers vgn het mysterieuze krachten-boek de beteekenis van de sport verkeerd inzien en haar tot doel verklaren inplaats van tot het middel, dat zii slechts is. Het middel om onze taak in het maatschappelijk leven beter te vervullen. Dr. Spoelder erkent dat de verdienste van de schrijvers is dat zij de ook bij de sport onmisbare geestesconcentratie scherp in het licht hebben gesteld. Maar hri waarschuwt, al staat er veel wetenswaardigs van dien aard in het boek, tegen overdrijving van geestestraining in de sport. Die zou het element van ontspanning eruit doen verdwijnen en veel ongelukken kunnen stichten. Een scholier zou bijvoorbeeld zijn aan dacht uitsluitend op de sport gaan richten en niet op zijn huiswerk. De ouders van zijn leerlingen, tot wie ik behoor, zullen den rector gymnasii dankbaar zijn voor dit waarschuwend woord. En de ouders van andere leerlingen ook. Laat ons van harte instemmen met het verzet tegen wedstrijd- en record-overdrijving, die al zoo vaak tot de malste opschroeverij aan leiding hebben gegevenalsof het heil van de gemeenschap en de eer van een natie afhingen van den uitslag van een partijtje voetbal of hockey, de snelheid van een hardlooper of de eindspurt van de een of andere zwemmende bakvisch. Dat is in dit blad al vaak gezegd en als dr. Spoelder Lotsy wraakt omdat die beweerd heeft, dat een sportbe oefenaar in internationale ontmoetingen als „ge zant van zijn land" optreedt stem ik in met dat protest. Des rectors beschouwing over de sport niet als doel maar als middel, gesteld tegenover de lichte lijk gezwollen taal van Joris van den Bergh en Karei Lotsy, voert evenwel in de sfeer van de scheidsrechters, die naar dr. Spoelder's betoog hebben geluisterd. Ge denkt aan een woordenwis seling tusschen twee spelers, waarin de arbiter zich mengt en hen met een bemiddelend woord tot elkaar brengt. Ts het niet zóo met de sport gesteld, dat zij zoowel doel als middel is? Doel: niet om wedstrijden te winnen en tiende seconden van re cords af te peuteren, maar om der menschen le vensvreugde te verhoogen, hetgeen toch als een doel aangemerkt mag worden, waarin iedereen gaarne wil scoren. Middel... inderdaad om door verhooging van lichaamscultuur, nevens de cultuur van den geest, den mensch geschikter voor ziin maatschappelijke taak en in het algemeen voor zijn levensroeping te doen zijn. Dr. Spoelder heeft nog een woord van erken ning gewijd-aan het publiek bil sportwedstrijden, dat van meer belang is dan men vaak veronder stelt, omdat ook dit in de snort ontspanning vindt en aan den dagelijksehen sleur onttrokken wordt. Dat is natuurlijk waar. Overigens blijft het doen belangrijker dan het toekijken En zelfs als men het aantal kijkers bij het aantal doeners telt komt men nog maar tot een laag percentage van de be volking, Maar clat is weer een ander onderwerp, dat hier ook al eerder is aangeroerd maar dat niet tot het gebied der mysterieuze krachten in de sport behoort. Wel tot dat der afwezige krachten. DE GOOISCHE HEIDEVELDEN WORDEN VERBETERD. BUSSUM, 12 November. De Gooische heide velden zijn wijd en zijd bekend. Velen in ons land hebben meer dan eens een uitstapje naar de Gooische heide gemaakt en de schoonheid er van bewonlerd. Het is echter weinigen bekend, dat deze heidevelden ook verzorging behoeven om hun schoonheid te be houden. Zoo kunnen de vliegdennen b.v. een ontsie ring zijn. Daarom heeft men reeds de z.g. Limieten- heide aan de Naarderstroolc te Huizen onderhanden genomen. Zeer groote vliegdennen opslagen zijn hier reeds uitgekapt en als brandhout verkocht. Men heeft er voor zorg gedragen dat hier en daar aar dige groepen dennen zijn blijven staan, zoodat men een behoorlijk heidelandschap heeft verkregen. 'Thans is men overgegaan tot verbetering van een ander gedeelte van de uitgestrekte Gooische heide nl. de z.g. Fransche Kampheide, een bij de hoofd stedelingen zeer geliefkoosde plek. Na de Fransche Kampheide waarvan het vrijko mende hout eveneens als brandhout zal dienen, gaat men weer terug naar de limieten onder Huizen, mits de vergunning tot kappen van dennen door het Staatsboschbeheer blijft voortduren. Hier kunnen nog groote heide terreinen vernieuwd worden. Een klein gedeelte van het hout is geschikt om als mijn- hout gebruikt te worden een ander klein deel met een behoorlijke doorsnede gaat als timmerhout van de hand. (A.N.P.) C. Verwey. De uitweg uit den socialen nood. Uitg. van Loghum Slaterus' Uitg. Mij. N.V., Arnhem. De schrijver van het hierboven aangekondigde werk je ziet, om het in enkele zinsneden te zeggen, de mo gelijkheid tot weder gezondmaking van. de maatschap pij in haar grondslag, d.i. haar arbeidsgemeenschap, in het verbreken van het grondmonopolie en in het verleenen van werkelijke economische vrijheid aan ieder. Onder grondmonopolie wordt bij deze beschou wing verstaan, dat de massale grootgrondeigendom den boer den vrijen toegang tot en het vrije gebruik van den grond belet en een inkomen uit den arbeid van den boer trekt. De heer Verwey vindt de verkla ring van de werkloosheid in de afsluiting der (daar door) bezitlooze massa van den vrijen toegang tot den grond en hij acht dit het eenige dat absoluut onmis baar voor de bezitlooze massa is om haar arbeid ten eigen bate, in eigen dienst naar eigen keus aan te wenden. Aan het slot van een beschouwing over het vraag stuk der crises komt de schrijver tot de conclusie, dat werkloosheid en crisis uit één wortel voortkomen, den hierboven reeds genoemden: het bestaan van het grondmonopolie. Zooals de opheffing van dit mono polie het einde van de werkloosheid moet brengen, moet het volgens den schrijver ook een einde maken aan de economische crises welke de wereld voortdu rend teisteren. Nadat de schrijver heeft getracht vast te stellen hoe een gezonde wereld er moet uitzien, behandelt hij het vraagstuk der binnenlandsche kolonisatie. Deze kolo nisatie is een gevolg van het breken van het grond monopolie en hij verstaat er onder: „het tot econo mische zelfstandigheid brengen van de geheele land bouwende bevolking door haar vestiging op eigen hoe ven". zoodat zij onttrokken wordt aan de macht van den grondeigenaar-monopolist. Wordt de binnenland sche kolonisatie met kracht aangepakt, dan zullen de grondprijzen dalen en de uitbreiding der kolonisatie worden vergemakkelijkt. Het gevolg van een en ander zal naar het oordeel van den heer Verwey zijn: ver meerderde vraag naar artikelen door de tot welstand komende boerenbevolking; beëindiging van de vlucht van het land naar de stad; terugvloeiïng van bekwame handwerkslieden uit de stad naar het land. Hierdoor zal weer het loon der arbeiders stijgen en ook in de stad het overschot voor de kapitalisten meer en meer verminderen. Ter bevestiging van de waarheid zijner stellingen beschrijft de heer Verwey nog in het laatste hoofd stuk „het wonder: Finland".

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1941 | | pagina 5