Haarlems Dagblad
De Mi ilia reien
Rijksuitgaven voor 1947
ruim V/4 milliard lager geraamd
Begrootingstekort van 1967 millioen
De helden van Arnhem herdacht
Ernstig Russisch-Amerikaansch incident
61c Jaareang No. 18434
Bureaux: Groote Houtstr. 93
en Soendaplein 37, Haarlem
IJmuiden: Kennemerlaan 154,
Telef. 5437
Tel.: Administratie 10724. Expeditie 14825
Directeur-Hoofdredacteur: Robert Pecreboom
Uitgave Stichting Voorlichting
Abonnementen: p- week 31 et.
per kwartaal f 4.
Postgiro 273107.
Tel.: Redactie 10600 Dir.-Hoofdred. 15054
IN de gisteren geopende zitting van de
Tweede Kamer heeft prof. mr. P. Lief-
tinck, minister van Financiën, de Rijks-
begrooting voor 1947 aangeboden, verge
zeld door de vanouds gebruikelijke Mil
lioenen-nota die helaas veeleer den
.naam van Milliarden-nota verdient. Een
overzicht van den inhoud van dit docu
ment vindt de lezer in dit nummer en de
cijfers zullen hem opnieuw doen duizelen.
Hij zal opmerken dat het tekort op de be
grooting bijna twee milliard gulden be
draagt, ofschoon de vermindering van
raming der Rijksuitgaven, die de minister
in Mei voor zijn begrooting-1947 voorspel
de, overtroffen is. Hij sprak toen van één
en een kwart milliard; het blijkt anderhalf
milliard te zijn. De voor 1946 geraamde
uitgaven van ruim 5)4 milliard zijn voor
1947 gedaald tot 4'/£ milliard. Dit ligt nog
zeer ver boven de werkelijke financieele
capaciteit van ons zoozeer verarmde volk
en het ware onverantwoordelijk, zulks te
verbloemen of erover te schrijven in den
luchtigen trant van: binnen een jaar of
wat zullen wij deze moeilijkheden wel te
boven zijn. Dat zal ik dan ook niet doen
en er veeleer den nadruk op leggen dat de
minister verklaard heeft, dat de economi-
sche toestand des lands in 1946 maar matig
is verbeterd. Het herstel en de uitbreiding
van het productie-apparaat zijn tegenge
vallen. De uitkomsten van het bestaande
productie-apparaat hebben niet tenvolle
bevredigd. Daaruit valt dus af te leiden
dat diegenen, die hun tevredenheid over
het materieele herstel des lands tegenover
ontevredenheid over de traagheid van het
geestelijk herstel hoog plegen op te
vijzelen, de»zaken ook nog veel te mooi
voorstellen. Tevredenheid over het mate
rieele herstel dient zich te beperken tot
sommige gunstige verschijnselen, waartoe
helaas de mate van toeneming van de
productie niet mag worden gerekend.
De minister heeft de hoop uitgesproken
dat de volksvertegenwoordiging en de be
volking zich duidelijk den treurigen finan-
cieelen toestand voor oogen zouden stel
len, waarin ons land verkeert. Of de volks
vertegenwoordiging dat doet, zal bij de
komende debatten over de begrooting-1947
blijken. Dat de bevolking, in het algemeen
gesproken, den aard van den toestand zou
beseffen, behoeft de minister niet te den
ken, Een Millioenen-nota en een rijksbe-
grooting zijn trouwens niet de geschikte
middelen om haar zoover te brengen. Hun
taal moge doordringen tot het besef van
financieele deskundigen en tot zakenlie
den, die hun eigen zorgen opzij willen zet
ten om zich in de rijksfinanciën te ver
diepen, maar voor het groote publiek zou
het een volkomen duistere zaak blijven als
de kranten er hun commentaren niet op
gaven. Dat is nu al meermalen geschied;
ik geloof evenwel niet dat de uitwerking
tot dusver erg groot is geweest. In som
mige kranten-commentaren'is te weinig
nadruk op den ernst van den werkelijken
toestand gelegd. Anderzijds heeft de merk
waardige royaliteit, die het oveiheidsbe-
beheer na de bevrijding heeft geken
merkt, het voor ons moeilijk gemaakt de
bevolking te overtuigen. En bij de ver
kiezingen zijn wenschen en eischen naar
voren gebracht, die met financieele moge
lijkheden nauwelijks rekening schenen te
houden.
In dit blad is menigmaal.de waarschu
wing geuit, dat Vij den vooroorlogsdhen
levensstandaard die voor de groote
meerderheid der bevolking in Nederland
hooger was, dan in verreweg de meeste
andere landen op geen stukken na meer
zullen bereiken. Velen beamen dat in
woorden, zeer weinig voelen het als een
werkelijkheid. Als men hoort welke plan
nen en verwachtingen zoo vaak, en in zeer
verschillenden kring, geuit worden blijkt
dat. Meenen de menschen, dat andere lan
den ons door leeningen in staat zullen
stellen, onze voor-oorlog^che levenswijze
te hervatten? Dan vergissen zij zich deer
lijk. Andere landen zullen ons slechts zoo
veel leenen, als wij op den duur terug
kunnen betalen en dat is gezien onze
enorme staatsschuld niet veel. Zij zul
len ook van ons verwachten, dat wij dien
hoogen levensstandaard van vroeger door
een veel soberder levenswijze zullen ver
vangen en zullen werken als paarden om
er bovenop te komen.
Wij werken nog geenszins als paarden.
De gemiddelde arbeidsproductiviteit blijft
laag. Er is sinds de bevrijding nog maar
heel weinig verbetering in gekomen Bij
velen bestaat blijkbaar nog de gedadhte,
dat zij een soort recht hebben om het
ervan te nemen na de vijf moeilijke be
zettingsjaren. Maar dat gedoogt de toe
stand van Nederland niet. Het is goed om
eens ronduit te zeggen, dat als iemand in
dezen tijd,een lui baantje prefereert, of in
anderen vorm de lijn trekt, hij niet alleen
zichzelf, maar ook het Nederlandsche be
lang schaadt. Er moet veel harder gewerkt
worden. Nogmaals: wij zullen het zelf
moeten doen. anderen zullen het niet voor
ons opknappen.
Dit lijken mij de belangrijkste en noodig-
ste commentaren op de begrooting en de
millioenen-nota voor 1947, Wie er niet in
gelooven mocht zal spoedig en in steeds
toenemende mate gewaar worden hoe
juist ze zijn.
Op de staatsuitgaven zal nog veel meer
bezuinigd moeten worden. Het moge voor
menigeen niet aangenaam zijn dat te lezen,
maar het zal niet te voorkomen zijn. Het
zal moeten. Wij zullen moeten.
R. P.
Der gewoonte getrouw liooft de minister van Financiën de aanbieding van de rijks-
begrooting 1947 in de Tweede Kamer vergezeld doen gaan van een overzicht der
financiën, de Milliocnennota. In deze nota wordt verklaard, dat de op 28 Mei 1946
door den minister van Financiën in een vergadering van de Eerste Kanier uitge
sproken verwachting inzake een vermindering der rijksuitgaven voor liet dienst
jaar 1947 met 1 1/4 milliard wordt overtroffen. In de thans ter beoordeeling
voorgelegde cijfers wordt het totaal der uitgaven voor 1947 geraamd op
4.250.093.693.tegenover 5.582.877.223in 1946.
Ten aanzien van het laatste cijfer is
rekening gehouden met een op 7 Augus
tus 1946 aangeboeden nota van wijzigingen
op de marinebegrooting en met de nota'6
van wijzigingen der overige hoofdstukken,
welke eerstdaags de Tweede Kamer zul
len bereiken.
De nota bevat een beschouwing over de
dienstjaren 1940 tot en met 1945. Daaruit
blijkt, dat de begrootingstekorten over de
jaren 1940 tot en met 1945 (Nederland en
Londen tezamen) in totaal het enorme
bedrag van f 12.6 milliard beloopen.
Voorts wordt in de nota een beschou
wing gegeven over de ontwerp-begrooting
voor 1946, waarin naast de reeds eerder
genoemde wijzigingen van de marinebe
grooting, waardoor het budgetaire beeld
in ongunstigen zin werd beïnvloed, nog
andere wijzigingen worden voorgesteld.
De hoofdschotel der nota wordt ge
vormd door opmerkingen en beschouwin
gen over de ontwerp-begrooting voor 1947
en door een uitvoeringe beschouwing
hiervan, geplaatst in het kader van het
door het Centrale Planbureau ontworpen
nationale budget. Dit budget is eensdeels
gebaseerd op een prognose van de waar
schijnlijke ontwikkeling van den alge-
meenen economischen toestand in 1947,
terwijl voor een ander deel daarin taken
zijn gesteld, welker verwezenlijking voor
de toekomst van ons land van essentieel
belang wordt geacht.
Het batig saldo op den gewonen dienst
voor 1947 wordt geraamd op 90.783.527
gulden, welk bedrag bestemd is als bij
drage aan den buitengewonen dienst. Deze
sluit uiteindelijk met een nadeelig saldo
van 1.651.117.009 gulden. Voegt men hierbij
het nadeelige saldo van het Landbouw
crisisfonds dan komt men tot een totaal
begrootingstekort van f 1.967.399.992.
Duizenden zijn gisteren getuige geweest
van drie plechtigheden in Arnhem en
Oosterbeek, ter herdenking van den zwa-
ren strijd, dien de mannen van de Britsche
„first airborne division" daar in 1944 heb
ben geleverd.
Onder de aanwezigen waren vele bede
vaartgangers uit Engeland.
De herdenking begon vroeg in den och
tend onder een triesten regen met gods
dienstoefeningen in de openlucht te Oos
terbeek. Een mis door pastoor Bruggeman
van Oosterbeek. geassisteerd door pastoor
Hagen van Doorwerth als diaken en „fa
ther" Dijker, den Hollandschen priester,
die in de Septèmberdagen van 1944 gees
telijken bijstand heeft verleend aan de
strijders der Engelsche troepen.
Ook in den Roomsch-Kaihtolieken dienst
die volgde, werden deze signalen gegeven.
Indrukwekkend was het naar voren ko
men van de Oosterbeeksche schoolkinderen
en anderen, die een graf van een soldaat
geadopteerd hebben en die in stilte op
ieder der 1800 graven bloemen legden. Tal
van autoriteiten woonden de plechtigheid
bij. Generaal Urquhart was de eerste, die
een krans legde op het midden van het
kerkhof, aan den voet van de hooge vlag-
gemast met de Union Jack.
Monument onthuld.
Hierna bega'f de menigte van genoodig-
den zich naar het Airborne-monument, dat
verrezen is tegenover Hotel Hartenstein,
eens de plaats, waar het hoofdkwartier
van de Airborne troepen gevestigd was.
Het monument is een zuil uit baksteen op
getrokken, waarop onderaan in relief
eenige vliegtuigen en aan parachuten han
gende soldaten zijn aangebracht en levens
op symbolische wijze tot uitdrukking is
gekomen de daadwerkelijke hulp van de
burgers van Oosterbeek aan de strijdende
soldaten. Het is vervaardigd door den
beeldhouwer Jan Maris, een kleinzoon van
den grooten landschapschilder Jacob Ma-
ris. De kosten van dit monument werden
bestreden uit een fonds, mede bijeen ge
bracht door de bevolking van de gemeente
Renkum.
Om klokslag twaalf uur arriveerde H.M.
de Koningin per auto bij het monument.
Onder groote stilte betrad de vorstin het
podium, dat bij het monument was opge
trokken. De voorzitter van het Oosterbeek
sche Airborne-comité, de heer S. Maas,
hield hierna een toespraak, waarin hij den
strijd in Arnhem herdacht en vervolgens
het monument wijdde aan generaal Ur
quhart en de zorg ervoor toevertrouwde
aan den burgemeester van Renkum.
H. M. de Koningin legde onder doodsche
stilte een krans, bij het monument.
Vervolgens trad generaal Urquhart naar
voren, die verklaarde door al deze teeke
nen van onderlinge vriendschap zeer ge
roerd te zijn. Hij uitte zijn bewondering
voor hét monument en dankte H. M. de
Koningin voor de groote eer, welke Zij
door Haar aanwezigheid aan de Airbornes
bewees. Bij de Rijnbrug.
De derde plechtigheid werd bij de Arn-
hemsche Rijnbrug gehouden op de ruïnes
van de Van Limburg Stirumschool, waar
zoo vele Airborners het leven lieten. Ook
hier was H. M. de Koningin aanwezig.
Hier sprak jhr. Quarles van Ufford,
Commissaris der Koningin in de provincie
Gelderland.
Burgemeester J. J. Matser, burgemees
ter van Arnhem, bracht in zijn rede dank
aan H. M. de Koningin en generaal Ur
quhart voor hun komst. Na hem sprak
generaal R. E. Urquhart.
Hierna begaven allen zich, onder het
spelen der volksliederen te voet naar het
monument, dat bij de splitsing van de
wegen naar den oprit van de Rijnbrug
staat, temidden van dat gedeelte van Arn
hem dat wel buitengewoon geleden heeft
door de gevechtshandelingen van 1944. Nog
steeds bestaat het monument uit een ge
deelte van een pilaar van het totaal ver
woeste paleis van Justitie. Voor dit zeer
eenvoudige monument legde H. M. de
Koningin als eerste een zeer grooten krans.
„Theirs is the glory".
Des avonds werd in het Arnhemsche
Luxor Theater de wereldpremière gegeven
van de film „Theirs is the glory", voor de
deelnemers aan de „Arnhem pilgrimage",
hun Arnhemsche vrienden en andere ge-
noodigden. Na een film van het Canadee-
sche leger over de gevechten in Nederland
en de bevrijding, zong „Jetje" van Radio
Oranje eenige toepasselijke liedjes en toen
De voorberei-
zag men de gebeurtenissen van September
1944 weer voorbij trekken.
Het woord is aan
J. L. C. W o r t m a tl.
Men kan alleen dan voor
zijn medemensch een leids
man zijn, wanneer men zelf
over innerlijke waarden en
niet over schijn-waarden
beschikt.
De „Weitevreden" in Rotterdam
Hedenmorgen is te Rotterdam aangeko
men het m.s. „Weltevreden" van de Rot-
terdamsche Lloyd met 775 repatrieerenden
uit Java aan boord. Men verwacht, dat
alle passagiers, onder wie zich heel weinig
zieken bevinden, vandaag nog de plaats
hunner bestemming zullen bereiken.
De herdenking van den slag otn
Arnhem heeft zoowel in Engeland alt
op het slagveld met grootsche plechtig
heden jilaats gehad. H.M. de Koningin
legde een krans bij het monument der
gevallenen te Oosterbeek tijdens de al
daar gehouden herdenkingsplechtigheid*
(hierboven).
In Salisbury (Eng.) had een groote mi
litaire parade plaats, waarbij gedefi
leerd werd voor de oudstrijders van
Arnhem. Overlevenden van den bloedi-
gen slag (hieronder) slaan het défilé
gade.
Bloedvergieten te nauwernood voorkomen
Naar gisteren te Berlijn door hoogge
plaatste autoriteiten van de Amerikaan-
selie Intelligence Service is meegedeeld,
hebben vijf soldaten van het Russische
leger, gewapend met stenguns en on
der leiding van iemand, die bij de
Sovjet-Russische bezettingsautoriteiten
in dienst is, Zaterdagavond een aanval
gedaan op den Amerikaanschen militai
ren politiepost bij Tempelhof (Berlijn).
„Bloedvergieten werd ternauwernood
voorkomen".
Kapitein Feldman, die met de leiding
van dezen post belast was. stelde 7
Amerikaansche soldaten insgelijks met
een stengun in een kring om de Russen
op, toen deze op het punt stonden het
vuur te openen. Vervolgens liet hij het
gebouw afzetten door een afdeeling
lichte pantserwagens, een peloton mi-
traillisten en gewapende militaire po
litie.
Het incident begon, toen de Russen
onder luitenant Morosof, uitlevering
vroegen van „twee verraders van de
Sovjets", naar het heette een man van
Poolsche afkomst en zijn vrouw, een
Oekrainsche, die ter ondervraging naar
den politiepost waren gebracht. Toen
hem gezegd werd. dat het verzoek langs
de gebruikelijke officieele kanalen ge
leid moest worden, gaf Morosof zijn
manschappen bevel, den man en de
vrouw met geweld te verwijderen. Na
dat het Amerikaansche vliegende es
kader uitgerukt was en Morosof een te
lefoontje had gekregen van het hoofd
kwartier. koos hij een rustiger weg. De
kwestie is volgens bovengenoemde
woordvoerders sinds dien in normale
banen geleid. De Sovjet-Russische pro
voost-generaal te Berlijn heeft aan de
Amerikaansche autoriteiten excuus
aangeboden en de vrouw is aan de
Sovjet-poli tie uitgeleverd. De Ameri
kanen hebben echter geweigerd den
man uit te leveren, daar er. naar hun
meening. een „aanzienlijke twijfel" be
staat. aangaande ziin nationaliteit.