Ameland geïsoleerd door het ijs
Stille
armen
Indisch Debat Tweede Kamer spreekt zich uit
over het accoord van Cheribon
„Overeenkomst is niet
eeuwig," zegt Soekarno
Socialistische regeering in Frankrijk
Gebroeders H. overgebracht
naar Amsterdam
Veiligheidsraad blijft
op de hoogte over Perzië
Weekabonnementen
61e Jaargang No. 18511 TT 1 T"*\ 11 1 Dinsdag 17 December 1946
Bureaux: Groote Houtstr. 93, Tel. Admin. 10724,
14825, Redactie 10600, Directeur-Hoofdredacteur I I j f J f I 111 I J C J C. M I J I C. Jl C. .J Abonnementsprijs per week 31 cent; per
15054. Bijkantoor H.N., Soendaplein 37, Tel. 12230. J» JU JL JL JL Ja JLbS^ JL kwartaal /4,— - Postgiro 273107 - Advertentie-
Drukkerij Z.B. Spaarne 12, TeL 12713, 10132. tarieven op aanvraag b« de Administratie.
Directeur-Hoofdredacteur: Robert Peereboom Uitgave van de Stichting V7oorlichting te Haarlem
Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen.
n E eerste dag van het Tweede Kamer
debat over het accoord, de schets, de
richtlijnen ter verzoening hoe moet men
het noemen? van Linggadjati heeft geen
beslissing maar wel belangrijke redevoe
ringen opgeleverd. Het overzicht van on
zen parlementairen redacteur en het ver
slag in dit nummer geven daarvan een
beeld. Hier worden er enkele opmerkingen
aan toegevoegd.
Die gelden in de eerste plaats de ondui
delijkheid en eigenaardige wijze van pu
blicatie der overeenkomst, waarover op
deze plaats al meermalen geschreven is en
die in de Kamer scherp zijn belicht. Het
scherpst door den fractieleider der K.V.P.,
prof. Romme, die verklaard heeft dat de
overeenkomst geen duidelijkheid bezit, dat
de publicatie feitelijk in twee tempi ge
schied is, dat de toelichting pas een idéé
over het ware Linggadjati heeft gegeven
en dat de algemeene beroering in den lande
te wijten is aan de wijze van publicatie.
De C.-H.-fractieleider Tilanus, tegenstan
der van de overeenkomst, is begonnen met
te zeggen, dat de overeenkomst tal van
vragen openlaat, dat dit voor hem de be-
handeling uiterst moeilijk maakt en dat;
„het een ding is, dat aan alle kanten ram
melt". Hij heeft er bezwaar tegen, dat aan
de Kamer de gehgime bindende notulen
zijn onthouden. En prof. Romme is van
meening, dat de Indonesische republiek de
bindende notulen, de memorie der Com
missie-Generaal en de zeventien punten
moet erkennen! In den enkelen zin van de
zeventien punten kan hij de overeenkomst
niet aannemen. Hij stelt meer voorwaar
den: een afdoende verzekering dat artikel 1
der overeenkomst geen afscheuring van In-
dië beteekent, zooals velen meenen en de
eisch. dat vermindering van de troepen
sterkte niet mag geschieden, voordat rust
en orde hersteld zijn.
Is prof. Romme tegen Linggadjati? Neen.
Maar hij wil niet zonder meer waarborgen
in de aanvaarding van deze verzoenende
richtlijnen berusten. Hij zegt: „Een passend
gebruik moet gemaakt worden van het feit,
dat wij niet langer onder dwang staan. In
Indië beschikken wij over zooveel macht,
dat wij ons gezag zouden kunnen herstellen.
Juist in deze omstandigheid, nu het ook
anders zou kunnen, wil ik tot Indonesië
zeggen: Wij begeeren niet anders, dan u in
uw nationalisme te zien groeien". Want hij
gelooft, dat rijkseenheid op basis van we-
derkeerige vrijwilligheid een bereikbaar
ideaal is.
Het is dus niet onduidelijk, hetgeen dit
Kamerlid bedoelt. Hij wil meer zekerheid,
scherper opheldering, meer zelfbewustzijn.
Hij wil de erkenningen van Indonesische
zijde uitbreiden. Maar hoe staat het met
die geheime, bindende notulen, die hij daar
onder wil laten vallen en die niet aan de
Kamer zijn onthuld? Kent prof. Romme ze
wel? Komt er straks een voorstel, om er
eerst $3e geheele Kamer van op de hoogte
te stellen? Het .blijft hoogst merkwaardig
dat over een bindend document gediscus
sieerd wordt, dat de volksvertegenwoordi
ging niet kent. De eerste dag heeft dan ook
den indruk versterkt, dat het laatste woord
in de Kamer nog geenszins gesproken is.
Maar prof. Logemann, de oud-minister,
voorstander van Linggadjati, heeft haast
en ziet er zelfs een gevaar in, dat de Sta--
ten-Generaal de overeenkomst nog niet
hebben onderteekend. Zij die meenen, dat
in dezen ons opgedrongen revolutionairen
toestand de grondwettigeweg bewandelt
moet worden, hebben z.i. de verantwoorde
lijkheid voor een langer voortdux-en der
revolutie. Wij 'hebben niet de keus tus-
schen deze regeling en een eigen koers voor
een der partners, maar tusschen deze rege
ling en bemoeiing van buitenaf, zegt de
oud-minister. Hij voelt daar niets voor. Hij
en zijn fractie, de Partij van den Ai'beid,
vragen spoedige onderteekening. De heer
Tilanus daarentegen, ondanks zijn erken
ning dat de behandeling voor hem uiterst
moeilijk is, omdat de ontwerp-overeen-
komst zooveel vragen openlaat, voorziet bij
haar aanneming niet minder dan anarchie,
roof, zeeroof en teiTorisatie. En de Com
missie-Generaal had een expert in staats
recht in haar midden moeten hebben.
Het is op dit laatste punt, dat menigeen
hem zal bijvallen en er aan toevoegen: een
adviseur, die het vak van publicatie ver
staat en de reacties der Nederlandsche
openbare meening voorvoelt, die anders
zijn dan de Engelsche. Hoe het vervolg
'van de Indische onderhandelingen ook
moge zijn, men zou goed doen met de sa
menstelling van de Commissie-Generaal te
wijzigen in den zin van verdieping in ken
nis en versteviging in houding. Mijns in
ziens is, bij het belangrijke dat nog tot op
lossing gebracht moet worden, de beslis
sende phase in de onderhandelingen met
het vage accoord van Linggadjati nog geens
zins bereikt en zal men in den vervolge
minder op het tactisch kompas van een
Engelschen voorzitter, die aan de tastende
en-zoekende methode van zijn eigen land
de voorkeur geeft, moeten varen en de
keiharde, volledige, secure formuleeringen
dienen te bezigen, die de Hollander noodig
heeft om te weten, waar hij aan toe is. Men
heeft onvoldoende met deze dingen reke
ning gehouden. Ook in deze groote zaak
heeft zich in zekeren mate doen gelden,
ondanks goede bedoelingen, hetgeen sinds
de bevrijding op zoo menig gebied van
Nederlandsch beleid op ontstellende wijze
tot uiting is gekomen: dilettantisme. Maar
het is nog tijd- Er is nog geen ramp. Wij
hebben de menschen wel.
R. P.
Grootte der Duitsche bevolking
7 millioen meer vrouwen
dan mannen
Het Amerikaansc'ne militaire bestuur
maakt volgens U.P. bekend, dat op grond
van de onofficieele volkstelling, die de
afgeloopen maanden in Duitschland heeft
plaats gevonden, op 't moment de totale
Duitsche bevolking op 65.911.000 gesteld
kan worden. Er zijn 29.314.000 mannen
en 36.597.000 vrouwen.
In alle vier zönes en ook in Berlijn zijn
er meer vrouwen dan mannen.
Wij teekenen hierbij aan dat het ont
zaglijk verschil tusschen de aantallen
vrouwen en mannen (er zijn 11% meer
vrouwen) verminderd zal worden met de
honderdduizenden krijgsgevangenen, die
nog in het buitenland vertoeven. Het ver
schil blijft ook dan evenwel abnormaal
groot. Bovendien zijn de mannen zeer on
gelijk verdeeld over de leeftijdsgroepen;
juist de groep met de grootste arbeids
kracht is natuurlijk het meest verminderd.
Een overzicht der debatten
(Van onzen parlementairen redacteur).
Het groote debat over Linggadjati werd ge
opend met een waarljjk zeldzaam indrukwek
kende rede van prof. Romme, den leider van
de K.V.P.-fractie. Zooals hij al wat met dit
onderwerp samenhing behandelde, hoort men
slechts hoogst zelden in het Parlement spre
ken. Ook wie het niet met hem eens waren,
moesten erkennen dat hjj een betoog van
groot formaat had ingesproken. Terecht kon
hij aan het slot verklaren allerminst sfinx
achtig geweest te zjjn. Heel duideljjk bleek,
dat zijn standpunt was: tegen het Linggadjati,
gelfjk een groot deel van het publiek het ziet,
tegen wat hfj noemde, het fantoom, maar vóór
„het werkelijke Linggadjati" mits hij op
een aantal vragen een bevredigend antwoord
zou krijgen en onder het „werkelijke Ling
gadjati" verstond hij den trits van: Regee-
ringsverklaring van 10 December j.l. Toe
lichting der Copimissie-Generaal Tekst van
het accoord.
Aan de Regeering verweet hij, dat zij drie
weken lang de openbare meening alleen ken
nis had laten hebben van dien tekst, want
pas door en na de Regeeringsverklaring als
mede de Toelichting was het duidelijk gewor
den, dat in werkelijkheid zeer veel belang
rijke dingen heel anders waren als men alleen
uit de tekst van het accoord had kunnen op
maken. Vandaar dan ook, dat spr. voorop stel
de, dat vast moet komen te staan, dat de Indo
nesische delegatie Regeeringsverklaring en
Toelichting insgelijks beschouwt als een ge
heel met de basis-overeenkomst te vormen,
als bindend dus Vandaar zijn suggestie zulks
eventueel te doen blijken door dat nog bij de
onderteekening van het accoord op papier
vast te leggen, methode die hij eveneens aan
bevelenswaardig achtte met betrekking tot
nog door de Regeering in het debat op som
mige vragen te geven antwoorden.
Na eerst gewezen te hebben op de waarde
van thans zonder dwang door ons aan Indo
nesië te geven vrijheid op voet van gelijkheid
met het koninkrijk, en zulks als lichtend voor
beeld van samenwerking tusschen volkeren
ter behartiging in gemeenschapsverband van
hun geestelijk en stoffelijk welzijn, een en
ander op den grondslag van de beginselen
van de Koninklijke rede van 7 December 1942
(gelijkwaardigheid van de deelen en samen
werking in vrijwilligheid), toetste hij den in
houd van het ontwerp-accoord aan die begin
selen. Omtrent het artikel inzake de gewapen
de macht in Indië, vroeg hij, of de aanwezige
machtsmiddelen met het oog op de verzorging
van de rechtsorde op de vereischte sterkte
zullen blijven en verlangde hij de uitdrukke
lijke toezegging, dat die taak zal worden voort
gezet tot haar vervulling. Dat de Vereenigde
Staten van Indonesië een souverein karakter
zouden hebben, was logisch. Reeds geruimen
tijd had men hier aanvaard hun lidmaatschap
van de Vereenigde Volken te zullen bevorde
ren en dat kan alleen als zij een souverein
staatskarakter hebben, terwijl bovendien van
wege de gelijkwaardigheid met het Koninkrijk
Nederland, dat immers zelf een souvereine
staat is en wil blijven, de Vereenigde Staten
van Indonesië insgelijks souverein moeten
zijn. Onbetwistbaar vaststaand achtte prof.
Romme, dat de Unie een Koninklijke Unie zal
wezen. Aangaande het vitale punt of zij ook
een souvereine staat is, diende de Regeering
te verklaren, of nu al vaststaat dat de Unie
de souvereine behartiging zal hebben van ge-
meene belangen die op een hooger plan staan
dan die der onderdeden, althans of Lingga
djati die mogelijkheid openlaat. En nu de er
kenning van de Republiek. Velen zagen in het
betreffende artikel 1 der overeenkomst, zelfs
na Regeeringsverklaring en Toelichting, een
afscheiding nu van de Republiek. Indien
dit waar zou zijn, zou prof. Romme niet mee
doen, want dat ware in strijd met de Grond
wet. Hij zag het echter zoo, dat men hiér
slechts te maken heeft met een de facto-er-
kenning, en dat in den overgangstijd de sou-
vereiniteit principieel bij Nederland blijft.
Ook hierop moest de minister hem duidelijk
antwoorden en ook dit moest tevens vast
staan dóór de Indonesische delegatie aan
vaard te zijn.
Heel andere geluiden volgden hierna bij
monde van dr. Bruins Slot (A.R.) wiens con
clusie na een juridische ontleding van de
overeenkomst was, dat uit de verschillende
stukken bleek, dat Linggadjati een in zichzelf
verdeeld huis was, dat erkenning van de Re
publiek slechts de erkenning van een preten
tie beteekende en dat /ulks voor ons neer
kwam op zeltmoord. Even verwerpelijk achtte
zijn fractiegenoot Meyering datgene wat de
Commissie-Generaal had geparafeerd; hij
gruwde van het doo- hem gelaakte „eenzijdig
overleg met de mannen der revolutie".
Welke opvatting in zooverre niet gedeeld
werd door prof. Logemann (P.v.d.A.), dat deze
juist uiteenzette, waarom wij nu eenmaal het
feit van de revolutie als zoodanig hadden te
aanvaarden. Deze afgevaardigde, die de aan
dacht vestigde op den algemeenen ommekeer
in de maatschappelijke structuur in Indië
zelf, zag in het accoord van Linggadjati, in
de basis-overeenkomst een acte van pacifica
tie. In zijn oogen maakt de Unie een staats
verband uit, en is het een Koninkrijk, waarin
de Kroon geen ornament is, doch iéts reëels.
Van verbreking of vermoording \*an het
Koninkrijk is dus geen sprake, doch van om
vorming. Deze zienswijze hield jhr. mr. Ruys
de Beerenbrouck (K.V.P.) er allerminst op na,
gelijk bleek uit zijn rede, waarin hij naar eer
en geweten inging tegen het 6tandpunt van
Voldoening over UNO-stap
Inzake wereldontwapening
Bij zijn vertrek naar Amsterdam aan boord
van een K.L.M.-toestel, verklaarde het lid
van de Nederlandsche U.N.O.-delegatie. Ema
nuel Sassen: „Ik geloof, dat de Assemblée een
belangrijke stap op den weg naar de ont
wapening heeft gezet. Het is een lange weg,
maar de eerste stap is onder gelukkige om
standigheden gedaan."
Ten aanzien van de rede van Byrnes zeide
de heer Sassen: „Door gespecificeerde cijfers
over de Amerikaansche troepen in het buiten
land te geven heeft minister Byrnes in hooge
mate zijn „goodwill" getoond en de bereid
heid der Vereenigde Staten tot „open diplo
matie". Zijn rede was een eerlijke poging om
den vrede te behouden en algeheele ontwape
ning te bereiken."
Voor zijn vertrek naar Europa aan boord
van de Queen Elizabeth verklaarde Molotof,
dat hij vol vertrouwen was dat de bijeenkomst
der groote vier in Moskou even succesvol zal
zijn als de bijeenkomst die zoo juist in New
York geëindigd is. Molotof zeide dat het nog
te vroeg was om commentaar te verleenen op
de verrichtingen van de Algemeene Vergade
ring daar deze haar werk nog niet beëindigd
heeft. Molotof voegde hier echter aan toe:
„Het besluit dat inzake de ontwapening ge
nomen is, is van het allergrootste belang voor
alle volkeren, hetzij groot of klein."
Weerbericht
AANHOUDENDE VORST
Verwachting: geldig tot Woensdagavond:
Slechts enkele overdrijvende wolkenvel
den. Des nachts matige tot strenge,
overdag matige tot lichte vorst. Tijdelijk
nog krachtige Noordoostelijke tot Oos
telijken wind.
De Tweede Kamer tijdens de bespreking
van de Indische kwestie.
zijn fractieleider. Men heeft, zoo besloot hij,
het tusschenstation van de federale gedachte
binnen het Koninkrijk overgeslagen. De ge
kozen constructie was ook in strijd met het
programma van de K.V.P. Het liefst zag hij
eigenlijk een uitspraak van de Kamer (voor-
loopig zou hij het echter niet voorstellen) dat
men zeer vérgaande herziening, gegrond op
de Koninkrijke rede, dus met behoud van het
Koninkrijk, wil en daarom tegen Linggadjati
is, welke overeenkomst de mogelijkheid van
liquidatie in zich bergt. Vermeld zij nog, dat
mr. Vonk (P.v.d.Vzich bepaalde, aangezien
zijn gewéten hem daartoe drong, tot een re
quisitoir tegen de Commissie-Generaal en den
Luitenant-Gouverneur-Generaal, welke hun
boekje op allerlei strafbare wijzen te buiten
waren gegaan prof. Logemann bracht hun
juist hulde en dat hij en zijn fractie de
overeenkomst volkomen verwerpelijk vonden,
doch voor het plan-Welter waren. Als felle
tegenstander trad ook de heer Tilanus (C.H.)
op, welke het steeds verder afglijden van de
Gezagsidec laakte en voorts allerlei kritiek
liet hooren, waarna mr. Stokvis (Comm.) zijn
blijdschap uitte over het erkennen van de
revojutie en voorts de ontwerp-overeenkomst
het belangrijkste noemde; Regeeringsverkla
ring en Toelichting achtte bij slechts secun
dair. deze waren ook niet, gelijk wel het ge
val was met het accoord, door beide partijen
geparafeerd.
De Tweede Kamer zal naar alle waar
schijnlijkheid in de avondzitting van heden
niet de Indische kwestie, doch onderw.ijs-
aangelegenheden behandelen.
Men verwacht dat de debatten over Ling
gadjati vandaag zullen vorderen tot aan de
ministerieele antwoorden. De minister zou
dan in de volgende zitting, die nog niet is
vastgesteld doch waarschijnlijk Donderdag
zal worden gehouden, aan het woord ko
men.
Een volledige weergeving der debatten
vindt men op pag. twee van dit blad
Naar het Fi-ansche persbureau AFP
mededeelt heeft Soekarno in een radiorede
uitgesproken voor radio-Soerakarta ver
klaard, dat om het accoord te beoordee-
len, men rekening moet houden met de in
ternationale tendenties, de internationale
grootmachten, den Nederlandschen invloed
en de Indonesische krachten. Soekanxo
zeide «nog, dat de ontwerp-overeenkomst
■•voor het Indonesische volk aanvaardbaar
zou zijn, indien het ideaal van de absolute
onafhankelijkheid gewaarborgd was. Ten
slotte, zoo eindigde Soekarno, is alleen God
eeuwig, dit verdrag zal niet eeuwig zijn.
Alleen het handhaven van onze eenheid
is van belang. Het zou beter zijn, dat het
verdrag verworpen werd en onze een
heid bewaard, dan dat het ontwerp aan-
vaard, maar wij verdeeld werden".
C.P.N. feliciteert Sjahrir.
Het republikeinsche „Nieuwsblad" publi
ceert een brief van de Nederlandsche
Communistische Partij aan Sjahrir, waar
in het bestuur der partij Sjahrir geluk-
wenscht met het bereiken van de ontwerp
overeenkomst van Linggadjati.
De brief zegt verder, dat van deze ont
werpovereenkomst naar de volledige on
afhankelijkheid zoowel in politiek als in
economisch opzicht nog een lange weg
moet worden afgelegd. Hardnekkige tegen
stand zal moeten worden overwonnen,
want het koloniale imperialisme is niet
ontwapend. De krachten van het Indo
nesische volk zijn echter groot en zij zul
len steeds grooter worden. De brief ein
digt met de woorden: „In de moeilijke tij
den, die ongetwijfeld nog komen zullen,
zeggen wij de regeering van de republiek
Indonesië van harte steun toe".
Blum neemt Buitenlandsche Zaken
Léon Blum, de Fransche premier, lieeft
een uit louter socialisten bestaand kabinet,
waarin hij zelf de portefeuille van Buiten
landsche Zaken waarneemt, geformeerd.
André le Troquer, voor den oorlog een
op den voorgrond tredend socialist, is mi
nister van Defensie.
Minister van Financiën is André Philip,
lid van het Eerste Nationale Comité van
Het eerste olie-station van Nederland is gereed
w«--
De olie-spoorweg" tusschen Nieuw-Amsterdam en Schoonebeek, in Oost Drenthe, is
klaar gekomen en de eerste trein van tankwagons is in Schoonebeek aangekomen om
olie uit eigen bodem te laden en over te brengen naar de raffinaderij in Pernis.
Bevrijding en ook tijdens het kabinet van
de Gaulle minister vaa Financiën.
Felix Gouin, voormalig voorzitter van de
nationale vergadering en later opvolger
van de Gaulle als hoofd der Fransche re
geering, is minister voor Planning. Marius
Moutet blijft minister van Overzeesche Ge-
biedsdeelen.
De volledige lijst van nieuwe Fransche
ministers luidt:
Premier en minister van Buitenlandsche
Zaken: Léon Blum: ministers van Staat:
Guy Mollet en Augustin Laurent; Justitie:
Paul Ramadier: Binnenlandsche Zaken:
Edouard Dépreux; Nationale Verdediging:
André le Troquer: Ontwerpen van Plan
nen: Felix Gouin; Nationale Economie en
Financiën: André Philip: Landbouw: Tan-
guy Prigent: Industrieele Productie: Ro
bert Lacoste: Onderwijs: Marcel Naegelen:
Publieke Werken, Vervoer en Wederop
bouw: Jules Moch; Fransche Overzeesche
Gebieden: Marius Moutet: Arbeid en So
ciale zekerheid: Daniel Maver: Posterijen.
Telegrafie en Telefonie: Eugène Thomas.
Oud-strijders en Oorlogsslachtoffers:
Max Lejeune: Openbare Gezondheid en
Bevolking: Segelle.
Na de lijst met nieuwe ministers te heb
ben bekend gemaakt zeide de Fransche
Premier Blum gisteravond: „Ik heb tot
iederen prijs een kabinet gevormd omdat
het verlangen van de crisis een gevaar zou
hebben beteekend voor onze republikein
sche instellingen. De constitutioneele perio
de van deze regeering zal binnen vijf we
ken zijn afgeloopen. maar ik hoop dat zelfs
in dezen korten tijd wij in staat zullen zijn
iets te verrichten dat de natie nieuwe
geestkracht geeft".
WIJZIGING TIJDELIJK PERSBESLUIT.
De regeering heeft ingetrokken het wets
ontwerp tot wijziging van het tijdelijk
Persbesluit 1945, aan de Tweede Kamer
der Staten-Generaal aangeboden 25 Maart
1946.
De moord in de Warmoesstraat
De gebroeders Hoogenboom, die onder
verdenking van moord in Frankfurt am
Main wegens het illegaal overschrijden
van de Duitsche grens door de geallieerde
bezettingsautoriteiten zijn gearresteerd,
zijn op verzoek van de Amsterdamsche re
cherche met een politiek transport naar
Nederland teruggev oerd en in het inter-
neeringskamp te Vught gearriveerd. Later
zijn zij per auto naar Amsterdam overge
bracht. waar in het hoofdbureau van poli
tie, bij ontstentenis van hoofdinspecteur H.
Dijkstra, de adjudant bij de recherche R.
Versteeg zich met het verhoor belastte.
Naar men zich zal herinneren werd op
2 November jl. de 61-jarige mej. A. M.
Marsman gewurgd aangetroffen in het
pand, dat zij in de Warmoesstraat te Am
sterdam beheerde- Twee dagen later ar
resteerde de Haagsche recherche den 24-
jarigen L. M. v. d. H., die den bewusten
nacht in het huis had doorgebracht. Van
der H. beschuldigde toen de gebr. Hoogen
boom van den moord. Kort na zijn arresta
tie kreeg hij een ernstige infectie en werd
in een ziekenhuis opgenomen. Nadat men
aanvankelijk voor zijn leven vreesde, werd
de infectie bedwongen. Hij is thans bijna
volledig hersteld en zal over enkele dagen
naar het Huis van Bewaring worden over
gebracht. Kruisverhooren tusschen de drie
jonge mannen zullen wellicht de waarheid
aan het licht brengen.
Het woord is aan..
Dr. A. M. Meerloo:
Democratie leert de menschen,
hoe zij veel van hun vrijheden
moeten offeren om harmonisch
met anderen te kunnen leven.
(Uit: De moeilijke vrede).
Volgens radio Teheran heeft de Perzi
sche minister van Arbeid medegedeeld, dat
Azerbeidsjaansche functionarissen, die
„worden beschouwd, verantwoordelijk te
zün voor hetgeen in Tebris heeft plaats
gehad", gestraft zullen worden. Er is nog
niet besloten of alle leden van de links
georiënteerde Toedeh-partij gerechtelijk
vervolgd zullen worden. De verkiezingen
in Azerbeidsjan zullen, nadat een nieuwe
gouverneur voor Azerbeidsjan zal zijn be
noemd, zoo spoedig mogelijk worden ge
houden. De minister verklaarde vervolgens,
dat de staat van beleg in Tebris geen be
zwaar zou zijn voor het houden van vrije
verkiezingen en dat de Perzische ambas
sadeur in Washington opdracht had gekre
gen den Veiligheidsraad op de hoogte te
stellen van de jongste gebeurtenissen in
Azerbeidsjan.
Geheel Europa in den tireep van de vorst
Luchtstrijdkrachten onderhouden het verkeer
Geheel Europa ligt in de boeien van de
heerschende vorst en het ziet er nog niet naar
uit. dat hierin spoedig een wijziging komt.
In de eerste dagen wordt geen wijziging in
den toestand verwacht. Daarna zal een alge
meene wijziging in de circulatie der lucht
lagen ontstaan, doch het is nog onzeker, in
welke richting het weer zich zal ontwikkelen.
Het K.N.M.I. te De Bilt ontving uit ver
schillende plaatsen gegevens, waaruit heden-
morgèn om zeven uur het volgende tempera-
tuurbeeld in graden Celcius kon worden
samengesteld: Groningen —7, Leeuwarden —7
Twente 5, Maastricht 8, Eindhoven 7. De
Bilt —8. Den Helder —5, Vlissingen —7. Haar
lem 8.
Enkele groote Europeesche steden meldden
temperaturen van: Berlijn 8 gr.. Hamburg
7. Parijs 6, Bordeaux 5. Madrid 4.
Turijn 2. Moskou 24.
Ameland is plotseling door de vorst
overvallen. Kon de postboot Zaterdag
nog met moeite over het wad komen,
nu is de waterstand op de Wadden zoo
laag geworden, dat de postboot niet
meer vlot tp krijgen was. Er bevindt
zich veel ijs tusschen het eiland en den
vasten wal en er bestaat geen vooruit
zicht, dat de boot de eerste dagen zal
kunnen varen.
Dank zij het initiatief van den burge
meester, den heer R. Walda, is het vlieg
veld met hulp van de Ballumer bevolking
zoodanig vergroot, dat er thans ook groote
vliegtuigen kunnen landen. De burgemees
ter heeft een overeenkomst gesloten met
de Ned. Luchtstrijdkrachten voor den duur
van de isolatie, die inhoudt, dat om den
dag een vliegdienst tusschen Ameland en
den vasten wal wordt onderhouden. Het is
de bedoeling, dat behalve post, ook pas
sagiers vervoerd zullen worde„n zoover de
ruimte zulks toelaat.
Gisteren brachten twee vliegtuigen een
passagier naar het eiland en namen negen
personen op de terugvlucht mede.
Te beginnen met Woensdag 18 December
a-s. zal er om den anderen dag, onvoor
ziene omstandigheden voorbehouden, op
dit traject worden gevlogen. Degenen, die
van den vasten wal zich naar Ameland
moeten begeven, kunnen zich vervoegen
bij het bureau van den Rijkswaterstaat,
Ee-wal te Leeuwarden.
Scheepvaart gestremd.
Blijkens de ijsinlichtingen van den rijks
waterstaat is op het IJselmeer, bij Mar
ken en op de Gouwzee scheepvaart alleen
nog mogelijk voor krachtige stoom- en mo
torschepen.
Voor scheepvaart gesloten is reeds het
Winschoter Diep (Rensel).
Ook heden ondervond de scheepvaart in
Haarlem en omgeving nog geen hinder van
het ijs.
Denk om de auto's.
De K.N.A.C. waarschuwt de automobi
listen: Automobielen welke geregeld ook
in de vorstperiode worden gebruikt kun
nen door toevoeging van een anti-vries
middel woi-den beveiligd tegen stukvrie-
zen. Maar bij wagens, die om welke reden
ook buiten gebruik zijn, zal men goed doen
het koelwater af te tappen, waartoe zich
als regel onder aan de radiateur een aftap
kraantje bevindt. Ook op den wand van
het blok zijn een of meer kraantjes aan
gebracht, door middel waarvan men dat
water moet laten wegloopen.
Ijs-wedstrijden.
Indien de weersomstandigheden gunstig
zijn, zullen Zondag a-s. op de Zuidpoolbaan
te Zaandam de kampioenschappen-kunst
rijden van Noord-Holland voor dajnes en
heeren verreden worden. Om 1 uur 's mid
dags worden voorwedstrijden voor junio
res gehouden. Het programma vermeldt
verder een ijshockeywedstrijd. Daarna zal
een twintigtal kunstrijders(sters) een de
monstratie geven. o.a. van de verplichte
figuren voor het Europeesche kampioen
schap. Het geheel wordt met een „IJsbal"
besloten.
Ijsbanen open. maar geen tochten.
Ondanks den feilen wind uit het Oosten
hebben talloozen Maandag de schaatsen aan
gebonden en reden een baantje op de tennis-
Het kau uog kouder
De koudste plaats ter wereld is thans
Kolyma Taiga bij de nederzetting
Oimekon aan de rivier Indigirka te
Noord-Siberië, waar men een tempe
ratuur heeft geregistreerd van 70,2
graden onder nul.
banen, welke thans ijsbanen genoemd wor
den of op de slooten in Haarlem en omgeving.
De groote vaarten zijn nog onbetrouwbaar,
omdat in den eersten nacht door den wind het
water niet kon bevriezen. Gelegenheid tot het
maken van tochten is er niet, omdat er een
vaargeul is opengehouden voor het scheep
vaartverkeer.
Het bestuur van de afdeeling Haarlem van
den Ijsbond Hollandsch Noorderkwartier
wijst er nog eens extra op. dat er nog geen
tochten kunnen worden aangegeven, omdat
het ijs op vele plaatsen gevaarlijk is.
dienen uiterlijk 's Woensdags te zijn
betaald, daar de bezorgers op Don
derdag moeten afrekenen.
Het is koud, de felle Oostenwind striemt
en jaagt ieder, die niet op den weg moet
zijn, in huis. Achter de kachel. Tenminste
als deze brandt. Er zijn evenwel vele Stille
Armen die geen brandstof hebben. Bonnen
bezitten ze wel, maar geen geld om den
kolenhandelaar te betalen. Met Kerstmis
moet in alle gezinnen van de Stille Armen
de kachel branden! Dit is alleen mogelijk
als nog velen een bijdrage geven om de
inzameling te doen slagen. Er is nog veel
noodig!
Achtste verantwoording
v. V. N. 5.—, V. d. H. 2.50, N. N. 1,—, B.
V. H. 10,—. Mevr. ZK. 10.—, M. C. S.
5,—. M. Z. 2.—. Mej. E. 2.—. Rlrorex 6.—,
J. W. 2.50. Mevr. v. E. 1.—. H. v. H. te Hst.
10.—. A. H. 10.—, J. S. K. O. 5,—v. E.
1,—, E. J. L. 2.50. C. D. B 1,—, H. B. 5,—,
C. B. 10,—, Mej. W. K. 2,50, A. v. d. B.—H.
ƒ5,—. C. J. v. d. B. 10,—, H J v. V. 10.—,
Mevr. A. R. 2,—. J. J. K. 10,—. C. de V.
2.—. N v. S. 5.—. Mevr. J. S. K. 10.—,
Dames B. v. M. G. 17.50, Fam. v. H. 10,—,
C. P. B. 10.—, R. W. 3.—. Mevr. W. 10,—,
Mevr. T. 1.—, Wed. C. K. 2,50. G. P. 2,50,
S. 1,50, Mevr. M. K. 2.—, Mevr. M. 5.—, J.
W. B. 2,50, Ph. J. J. K. 25,—, Rusthuis C.
30.—, Mevr. H. 10.—, J. v. d. B. 5.—, W. C.
B. 10,—, N. N. 2,—. N N. 5,—. N. N. O.
ƒ3,50, St. ƒ10,—, J. de J. ƒ5,—, J. V. ƒ1.—, M.
de N. 5.—. Gebrs. B. 100,—, Mevr, v. H.
2,50, K. G B. S. 1.—, W. v. WK. 10.—,
v. W, 1.—. Sch. 2.50, Marnlx 5.—. J. K.
6.—, Benjo 2.50, E. v. D. 2,50. H. H. 0,50,
J. v. G B. 1.50. N. N. 10.—. Totaal achtste
verantwoording 472. In het geheel is thans
bij ons binnengekomen 3767,25.
Gestort is op de Twentsche Bank door: A. B.
5.—. N. N. f 10.—, J. T. 5,—, Mevr. M T. v.
A. 5.-. N. N. 1.-
Ingekomen is bij het Comité: N. N. ƒ25,—, N.
N. 25,—. N. N. 1,50, N. N. 5.—. N. N.
5,—, Personeel Incassodienst 39,—, Huize
„Parkzicht" 14,50.
Van Mook naar Den Pasar
Pessimisme over de resultaten
in republikeinsche kringen
Dr. H. J. van Mook is hedenmorgen uit
Batavia naar Den Pasar vertrokken.
Naar een speciale correspondent van het
Fransche persbureau AFP seint, heerscht
er in officieele republikeinsche kringen
een zeker pessimisme over de conferentie
te Den Pasar, die binnenkort geopend zal
worden. Dit pessimisme berust op het feit,
dat volgens deze kringen de afgevaardig
den grootendeels „vertrouwenslieden" van
de Nederlanders zijn en tevens de eenige
intellectueelen van de Groote Oost vormen.
Slechts een man, aldus deze kringen, zou
een zekere zelfstandige houding aangeno
men hebben, namelijk dr. Ratulangi, de
republikeinsche gouverneur van Celebes,
die destijds wegens zjjn verzet tegen de
Nederlandsche maatregelen werd geïnter
neerd, doch thans weer vrijgelaten is. De
opvatting van de officieele republikeinsche
kringen te Batavia onder de constitutie
van de Groote Oost verschilt aanmerkelijk
van die der afgevaardigden te Bali. De
laatsten vreezen de toenemende macht van
de republiek en zouden gaarne een staat
stichten, die zoowel geestelijk als materieel
van haar volkomen onafhankelijk is. De
republikeinen willen zich houden aan de
in eerste instantie genomen beslissingen, te
weten, dat de Groote Oost een integree
rend deel uitmaakt van de Vereenigde
Staten van Indonesië. De uitwijzing van de
drie republikeinsche journalisten door dr.
Hoven wordt door de republikeinen uitge
legd als indruischend tegen de vrijheid vaa
meeningsuiting.