fSfc
Litteraire kantteekeningen
Linggadjati wordt niet vóór April
onderteekend
Is een Nationale Spaarraad
noodig en doeltreffend
Een groot caricaturist
M
Wereldnieuws
3
ZATERDAG 15 MAART 1947
HAARLEMS DACBLA'D
Weekoverzicht uit Batavia
Batavia, 13 Maart '47.
Vier maanden zijn thans voorbijgegaan
sinds de ontwerp-overeenkomst van Ling
gadjati werd geparafeerd, en nog steeds is
zij niet door dei wederzijdsche autoriteiten
geteekend. Achter de schermen wordt in-
tussehen hard gewerkt aan de oplossing van
de interpretatie-puzzle. Men zoekt naar een
compromis dat misschien zou kunnen lig
gen in aanvaarding door de Republiek
van een toelichting der Commissie-Gene
raal, met kennisneming door de Republiek
van de Nederlandsche interpretatie, zooals
die is gegeven door minister Jonkman. Er
moet nu eenmaal een oplossing worden ge
vonden en die komt er zeker niet wanneer
beide partijen op hun stuk blijven staan.
De tijd dringt. Economische financieele des
kundigen zijn unaniem van oordeel dat de
Nederlandsche deviezenpositie thans uiterst
précair is. Indië kost ons dagelijks millioe-
nen waar niets tegenover staat, behoudens
wat copra en rubber uit de Buitengewesten.
Het buitenland, waarvan wij thans zoo
veel meer afhankelijk zijn dan vóór den
delegatie naar de inter-Aziatische confe
rentie te New Delhi vertrekt. Uiteraard
hebben de republikeinen hooge verwachtin
gen van New Delhi, daar dit de eerste maal
is dat zij zijn uitgenoodigd voor internatio
nale besprekingen in het buitenland. Sjah-
rir zal wel niet terug z.jn voor het einde
dezer maand, zoodat het wel op zijn vroegst
April zal worden voordat Linggadjati kan
worden onderteekend, aangenomen dat
overeenstemming kan worden bereikt over
de interpretatie-kwestie!
In dit verband zij nog vermeld, dat vol
gens betrouwbare informaties Lord Killearn
binnenkort op Java wordt verwacht.
Eén kievit maakt nog
geen lente
De portier van het Bloemendaalsche
P. E. N.-gebouw wreef zich Vrijdag
de aan sneeuwbedekte gazons; ge
wende oogen uit want in- zijn
zichtsveld trippelde een parmsmtige
kievit, kuif in de lucht. Nu Weten
we het zeker: er komt toch voor
jaar deze keer, hoewel die eene
kievit deze lente nog niet direct heeft
kunnen meebrengen. Wat dat aangaat
vertoont de kievit veel overeenstem
ming met de bekende eerste zwaluw.
Onze nationale armoede is thans ook in
den weekstaat van de Nederlandsche Bank
tot uitdrukking gebracht. Tot dusver kwam
daarop nog altijd een actiefpost van ruim
f 4 >'2 milliard voor als „papier op het bui
tenland", welke grootendeels bestond uit
de Markenvorderingen, welke de Bank tij
oorlog, begint ongeduldig 'te worden, gezien j dens het wanbeheer van Rost van Ton-
rlT3 >-• 'nn ön An,o>- i mrTnn lioaft mnofpn nwrrïpmpn ïn ruil
de Britsche en Amerikaansdie démarches,
naar aanleiding van de zoogenaamde econo
mische blokkade van de Republikeinsche
kust. Het geval met de „Martin Behrman"
dat dezer dagen de gemoederen ten zeerste
heeft bezig gehouden, is een illustratie van
het Amerikaansche ongeduld.
De groote Amerikaansche zakenlieden
willen hier rubber en andere grondstoffen
koopen en constateeren met ergernis dat de
door de Singapore-Chineezen gedreven
handel deze producten in het Sterlingblok
terecht doet komen.
Trouwens ook Nederlandsche handels
kringen zien met leede oogen aan hoe Sin
gapore door legalen, zoowel als illegalen
handel een overheerschende positie dreigt
te krijgen als verzamelpunt van Neder-
landsch-Indische exportgoederen.
Anderzijds dringt de tijd evenzeer voor
de Republiek, die verstoken is van allen
import. De republikeinen wekken echter
niet den indruk bijzonder vee: haast te
hebben, :n de meening als zij blijkbaar zijn
dat de internationale belangstelling voor-
deeliger voor hen is dan voor de Neder
landers.
Sjahrir naar New Delhi.
Sjahrir keerde pas Woensdag in Batavia
terug na drie weken in het binnenland te
zijn geweest. Hij zal hier trouwens slechts
enkele dagen blijven daar hij begin vol
gende week als leider der Indonesische
ningen heeft moeten overnemen in ruil
voor de waardevolle goederen, welke onze
bezetters wel zoo vriendelijk waren van
ons te „koopen". Zoo prijkte op de balans
van onze circulatiebank een actiefpost, die
in werkelijkheid geen actiefpost was en die
dan thans als oorlogsschade door den Staat
is overgenomen. Voor een gering deel kon
compensatie worden gevonden in de
„winst", welke ontstaan was door de her
waardeering van het goud per 1 Juli 1943
en 2 Juli 1945, totaal ca. f 260 millioen,
voorts in de niet opgekomen bankbiljetten
van f 500 en f 1000 toen die moesten wor
den ingeleverd (f 110 millioen) en de bil
jetten van f 100 (f 97 millioen), maar het
leeuwendeel van het „papier op het bui
tenland" is vervangen door f 2100 millioen
schatkistpapier van den Staat en een on-
opvorderbare vordering op den Staat met
een rente van 1/8% van f 1500 millioen.
Doordat een paar weken geleden circa
f 180 millioen aan de Bank werd onttrok
ken voor de storting van het Koninkrijk
„additioneele" besparingen sprake kan zijn.
Uit een onderzoek in Amsterdam naar de
kosten van levensonderhoud van 75 gezin
nen met een gemiddeld inkomen van
f 57.71 per week, is gebleken dat f 64.50
per week werd uitgegeven en al zal er on
tegenzeggelijk nog een categorie der be
volking zijn, die thans sparen kan, hebben
we daarvoor thans een nieuwe spaarinstel-
ling noodig naast de Rijkspostspaarbank,
de particuliere Spaarbanken en de Boeren
leenbanken?
En zal die nieuwe spaarinstelling aan
haar doel kunnen beantwoorden zonder de
bestaande banken concurrentie aan te doen?
Het komt ons vooralsnog voor dat aan een
Nationalen Spaarraad in ons land geen
behoefte bestaat en dat het door den Mi
nister beoogde doel evengoed en beter
kan worden bereikt door het scheppen van
zoodanige voorwaarden voor sparen en be
leggen, dat de bevolking daardoor tot spa
ren en beleggen wordt geprikkeld. In de
allereerste plaats is daarvoor noodig een
terugkeer van volkomen vertrouwen in de
solvabiliteit van den Staat, in de waarde
vastheid van ons geld en in de rechtszeker
heid van het kapitaal, waartoe de Overheid
wel in de allereerste plaats kan bijdragen
en waarop zij zich in veel sterkere mate zal
der Nederlanden in het Monetaire Fonds, moeten richten dan tot dusver het geval is.
Want naarmate dit vertrouwen terugkeert,
zullen, waar mogelijk, ook de besparingen
terugkeeren, omdat de spaarzin, één onzer
oude volksdeugden, bij een groot deel van
onze bevolking nog niet verloren is ge
gaan.
„Smokkelkoningen" blijven
buiten schot
Winst van één nacht:
75.000.-.
De strijd tegen de veesmokkelarij duurt
onverminderd voort. Regelmatig worden
nieuwe arrestaties verricht. De politie is
thans weer een nieuwe bende op het spoor
gekomen. Deze had haar zetel in Baarle-
Nassau. Eenige arrestaties zijn reeds ver
richt, maar verschillende leden der bende
zijn naar België gevlucht.
In de meeste gevallen zijn de gearres
teerden eigenlijk hulpjes, ofschoon zij een
massa geld aan den smokkel verdienen. Zij
zijn het, die de beesten een stalplaats ge
ven totdat het moment is aangebroken om
kommiezen en politie te verschalken en
de dieren bij nacht en ontij over de grens
smokkelen. De mannen, die aan de touw
tjes trekken bevinden zich een heel eind
buiten de gevaarlijke zóne. Zoo is komen
vast te staan, dat 75 procent van het ge
smokkelde vee van boven de rivieren naar
Brabant wordt gebracht met de bedoe
ling, dat het naar België wordt gesmok
keld. Het spreekt vanzelf, dat zij, die aan
de touwtjes trekken de grootste winsten
inpalmen. Dat is niet alleen in ons land
zoo, maar in België eveneens. Daar leven
smokkelkoningen in paleizen van huizen,'
zooals in Aerle en Weelde. Een smokkel-
koning in Aerle heeft kans gezien, volgens
de verhalen, in één nacht een winst van
75.000 gulden te maken. Men vraagt zich
in het Zuiden af, of er van de zijde van de
Belgische regeering niet afdoende maat
regelen getroffen zouden kunnen worden.
De radio geeft Zondag
HILVERSUM I, 301.5 M.
9.45. 13.00. 19.30, 23.00 uur Nieuws. 10.00 Kerk
dienst. 11.30 Jeugddienst. 11.45 ..Het Kerklied".
12.15 In *t Boeckhuys. 12 30 Lunchconcert. 12.55
Zonnewijzer. 13.15 Lunchconcert. 13.30 Apologie.
13.45 ..Jubilate Deo". 14.30 U.O.V. 14.45 Het
atoomgevaar. 15.00 L'.O V. 15.20 Vloeibaar goud.
15.45 Gr.pl. 16.05 Radiofanlasie. 16.25 Gr.pl. 1630
Ziekenlof. 17.00 Jeugddienst. 18.30 Strijdkr.pi
19.00 Spangenskoor. 19.15 Kent gij uw Bijbel?.
19.45 Weerpraatje. 19.43 Sport. 20.07 Gewone man.
20.15 Zilvervloot. 21.15 ..De man, die Donderdag
was (hoorspel IV). 22.15 Kath. nieuws. 22.20 Ge
bed. 22.35 Viool en piano.
HILVERSUM II, 414.5 M., 218 M. en 1875 M.
9.45, 13.00, 18.00. 20.00. 23.00 uur Nieuws, 10,00
Zondaghalfuur. 10.30 Kerkdienst. 12.00 Parijs
1947. 12.30 Zondagclub. 12.40 Gemengd koor. 13.15
Orgel en zang. 13.50 Spoorwegen spreken. 14.00
Gr.pl. 14.05 Boekenhalfuur. 14.30 Kamerorkest.
15.30 Gemengd koor „Canlenni del Ceresio" uit
Lugano. 15.45 Filmprraatje 16.00 „Het nieuwe
vers". 17.10 Gespr. met luisteraars. 17.30 Oome
Kc-csje. 18.45 Sport. 18.30 Stradiva-sextet. 19.00
Radiolympus. 19.30 Camera Obscura. 20.05 Actua
liteiten. 20.15 „Ballo In Maschera". 21.15 Dombey
en Zoon. 31 50 Speeldoos. 22.10 Carte Blanche.
22.30 Muziek-mozaick.
Maandag
HILVERSUM I. 301.5 M.
9.45. 13.00. 19.00. 20 00, 22.00 uur Nieuws. 10.00
Gr.pl. 10.30 Morgendienst. 11.00 Piano. 11.15 Lite
ratuur. 11.35 „Top Hal" 11.45 Familieberichten.
12.00 Orgel. 12.20 Mandolinata. 13.15 Concert. 14.00
Voor jonge moeders 14,20 Rhapsodia-sextet. 15.00
Vroolijke klanken bij de thee. 15.30 Dameskoor.
16.00 Bijbellezing 16.45 Orgel. 17,25 Voor de jeugd.
17.45 Rijk over zee. ^18.00 Sport. 18.15 Sport. 18.30
Strijdkr.pr. 19.15 NCRV-leeslamp. 19.35 Gr.pl.
19.45 Landbouw in Zeeuwseh Vlaanderen. 20.05
Weerpraatje. 20.08 Orkest. 31.15 Vermogens-aan-
wasbclasting 21.35 NCRV-kwartet. 22.15 Actueel
geluld. 22.30 Gr.pl.
HILVERSUM II, 414.5 M„ 218 M. en 1875 M.
9.45, 13.00. 18,00. 20JK). 23.00 uur Nieuws 9.50
Arbeidsvitaminen. 10.30 Voor de vrouw. 10.35
Opera's. 11.00 Op den uitkijk. 11.15 Clarinet en
piano. 11.45 Musette. 12 00 Lyra-trio. 12.30 In 't
spionnetje 12.35 stafmuziek. 13 15 Stafmuzlek.
13 50 Orgei en zang. 14.20 Zuld-Afrikaanschc
poëzie. 14.40 Solisten. 15 05 Boribonnière. 16.30
Opera. 17Balalaika. 17.15 Hoort, zegt het
vooit. 17.30 Skymaster. 18.15 Dlsco-promenadc.
19.00 En nu naar bed 19.05 ..Hlck 't Sijne". 19.45
Muziek-causerie. 20.05 Radioscoop met o.m. een
hoorspel. 22.45 Vocaal kwartet. 22.45 Studenten-
teven.
waaruit te zijner tijd voor viermaal het be
drag der storting credieten zullen kunnen
worden opgenomen, is de goudvoorraad
der Nederlandsche Bank thans gedaald tot
f 630 millioen, zoodat het uitstaand bedrag
bankpapier ad f 2722 millioen en de reke-
ning-courantsaldi ad f 1478 millioen thans
voor 90% „gedekt" zijn door vorderingen op
den Staat.
Het is dus opnieuw duidelijk geworden
dat de Staat de groote schuldenaar der be
volking is, want ook het van de Neder
landsche Bank overgenomen bedrag komt
weer bij de Staatsschuld, die daardoor tot
ca. f 27 milliard stijgt.
Het is daarom van het grootste belang
dat de Nederlandsche Staat een solvabeie
debiteur blijft en dat kan hij alleen wan
neer de volkshuishouding bij machte is een
zoodanig bedrag uit haar inkomsten aan
den Staat af te staan, dat deze aan zijn ver
plichtingen kan voldoen. Theoretisch is het
natuurlijk mogelijk dat de Staat een zoo
groot deel van de baten der volkshuishou
ding tot zich trekt, dat zijn budget geen
tekort aanwijst, maar dat zou dan weer tot
gevolg hebben dat de volkshuishouding zou
worden ondermijnd, hetgeen tenslotte ook
de staatsfinanciën zou ruïneeren.
Het gaat dus in de eerste plaats om een
gezonde volkshuishouding, waaraan door
den Staat niet méér mag worden onttrok
ken dan uiterst noodzakelijk is voor het
budgetair evenwicht en waaruit ook de ka
pitaalsuitgaven moeten worden gefinan
cierd voor het instandhouden en vernieu
wen van het productie-apparaat onzer be
drijven, met andere woorden, behalve dat
uit dit volksinkomen de bevolking moet le
ven en de staatsuitgaven moet bekostigen,
dient er te worden gespaard.
Minister Lieftinck heeft by verschillende
gelegenheden op de noodzaak daarvan ge
wezen en wil nu den spaarzin der bevol
king bevorderen door het instellen van
een Nationalen Spaarraad blijkens zijn
jongste legislatieve creatie, de Spaarwet
1947.
Zijn toelichting daarop zal ieder welden
kend burger kunnen onderschrijven. Het is
noodig, zoo zegt hij, dat een belangrijk deel
van het nationaal inkomen niet wordt be
steed voor consumptieve doeleinden, doch
in plaats daarvan voor de financiering van
den wederopbouw. Ieder moet in zijn eigen
belang niet méér aanschaffen dan hij
dringend noodig heeft, hetgeen hem het
voordeel van rentewinst brengt en tot la
gere prijzen en een betere kwaliteit der
goederen kan leiden.
Volkomen eens, Excellentie!
Maar we vragen ons toch af of het daar
toe noodig is dat weer een nieuw staats
orgaan wordt geschapen met twee daaraan
ondergeschikte instanties, een bureau en
een Commissie van Toezie
we formatie ambtenaren en een aantal kan
toren, een en apder uiteraard ten soste
van de Staatsbegrooting.
Is het waarlijk noodzakelijk en verant
woord dat in dit geval de kost voor de baat
uitgaat? De minister wil de bestaande
Spaarbanken geen concurrentie aandoen,
en spreekt van „additioneele" besparingen,
maar wanneer men ziet dat de totale spaar-
inleg bij de spaarbanken en boerenleen
banken in 1946 van f 5226 millioen tot
f 4285 millioen is teruggeloopen en dat ook
in Januari per saldo bij de Rijkspostspaar
bank weer meer is terugbetaald dan inge
legd, komt de vraag op of er thans van
Op 17 Maart is het 70 jaar
geleden dat Albert Hahn
werd geboren
Op 17 Maart zal het zeventig jaar ge
leden zijn dat te Groningen Albert Hahn
geboren werd, een van onze grootste cari-
oatuur-teekenaars wiens rake en eenvou
dige en soms zeer decoratieve prenten
groote bekendheid hebben verworven.
Hahn studeerde aan de Akademie Miner
va in Groningen, aan de Kunstnijverheid
school in Amsterdam en ook aan de Rijks
academie in de hoofdstad. Hij werkte als
ontwerper van affiches en ex libris, maar
zijn reputatie heeft hij te danken aan <je
groote hoeveelheid spotprenten, die hij
ontwierp. Zijn oorspronkelijke opleiding
als decoratief teekenaar bleef zich in zijn
werk manifesteeren; Hahn schiep geen
realistische tafereelen, maar probeerde
zich in een gestyleerden vorm uit te druk
ken en bereikte daardoor de symbolisee-
ring, die de grootste verdienste van zijn
prenten was.
Van 1902 af verschenen zijn teekeningen
regelmatig in Het Volk en vooral in De
Notenkraker: verder werkte hij voor De
Ware Jacob en de Hollandsche Revue. Hij
hing de socialistische opvatting met vuur
aan en vooral zijn charges van dr. Abra
ham Kuyper waren veelvuldig en ver
dienstelijk. Toch was hij geen fel satyrist;
zijn werk getuigde van waardigheid en
bleef, hoe raak en koud het soms was, al
tijd van een nobele geaardheid. Hij
schuwde sentimentaliteit en effectbejag
en deed daardoor in zijn werk soms wat
stroef aan.
Vele reeksen teekeningen heeft Hahn
nagelaten: Onder Zwart Régime, In Abra
ham's Schoot, Het Land van Rembrandt,
Van de Dorpspastorie naar het Torentje,
zijn eenige der bekendste. Hahns gezond
heid was zeer slecht en hij werd slechts
41 jaar. Zijn werkkracht heeft echter
nooit onder zijn lichamelijke moeilijk
heden geleden.
Hahns werk werd algemeen gewaar
deerd. Zelfs dr. Kuyper, dien hij zelden on-
gespaard liet, had de grootste bewondering
voor Hahns spotprenten en placht aan zijn
teleurstelling uiting te geven wanneer
de Notenkraker geen geteekenden aanval op
hem bevatte. Kuyper zeide wel, dat Hahn
de eenige was, die in staat was om hem
juist te teekenen.
Om der wille van het zout
Door het dichtvriezen van de waterwe
gen kon de productie van de Koninklijke
Nederlandsche Zoutindustrie niet ver
scheept worden, zoodat de fabriek op het
oogenblik over een zeer grooten voorraad
zout beschikt. Als de dooi niet was inge
treden, zou de productie wegens gebrek
aan opslagruimte zijn stop gezet. IJsbre
kers komen het dooiproces thans een
handje heipen en zijn begonnen met het
openbreken van het Twenthe-kanaal, den
waterweg, die zoo belangrijk is voor het
transport der zoutproductie en het vervoer
van kolen naar de Twentsche industrieën.
CHIN. IND. REST. „HONGKONG
SMEDESTRAAT 21 - TEL. 21375
LOEMPIA 50 CTS. BAMI GORENG f 1.50
IND. RIJSTTAFEL VAN 8 GERECHTEN f 3.75
Alle gerechten kunnen ook gehaald worden.
(Adv.)
zelf-portret van Albert Hahn
uit het jaar 1915.
Kunst-smppers
Het bekende Engelsche pianoduo Ethel
Bartlett en Rae Robertson zal op Woensdag 19
Maart in de kamermuztekreeks, die door de
.Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst ge
organiseerd werd, in het Gem. Concertgebouw
Ke Haarlem optreden. Ethel Bartlett stamt uit
muzikale ouders en legde ook zelf reeds op jeug
digen leeftijd muzikale talenten aan den dag. Zij
genoot haar opleiding op de Royal Academy of
Music te Londen, waartoe zij gedurende vier
jaar door een studiebeurs in staat werd gesteld.
Ethel Bartlett en Rae Robertson.
Maar eerst na haar huwelijk met Rae Robertson
kwam haar talent tot volle ontwikkeling. Haar
echtgenoot studeerde oorspronkelijk moderne
talen en ging zeer tegen den wil zijner ouders
„in de muziek". Ook hij werd door een studie
beurs in staat gesteld een opleiding aan de
Royal Academy of Music te genieten. Hij ont
moette zijn toekomstige vrouw bij hun gezamen-
lijken leeraar Tobias Matthay. In 1928 gaven zij
hun eerste concert voor twee piano's, dat een
doorslaand succes werd. Hun samenspel wordt
door een groote gevoeligheid voor toonwaarde
gekarakteriseerd.
draagt het een sterk plaatselijk karakter, maar
Shaw wil zich niet uit laten over het thema voor
het opgevoerd is. Menschen. die het weten kun
nen, beweren echter dat de 90-jarige Ier op zijn
wijze commentaar heeft geleverd op den na-
oorlogschen tijd.
Het Resldentielooneel zal met ingang van
het nieuwe speelseizoen niet langer met de
Haagsche kunststichting samengaan. Het gezel
schap. dat onder leiding van Dirk Verbeek en
Cor van der Lugt Melsert komt te staan, zal
gedurende vijf maanden het nieuwe Amsterdam-
sche theater, dat in het gebouw ..Salvatori" aan
den Amstel gevestigd zal worden en dat den
naam zal dragen van ..De kleine Comedie", be
spelen.
GERARD WALSCHAP: Ons Geluk.
P. N. v. Kampen Zn., Amsterdam.
„Van alles wat geschreven is heb ik
alleen datgene lief, dat met bloed geschre
ven is". Dit is een uitspraak van Nietzsche.
Nu, dit boek is met hartebloed geschreven,
ik hèb het lief en zoo kan ik er dus moei
lijk anders over schrijven dan met mijn
hart, omdat het zich daarin met alle weer
haken van zijn genadelooze belijdenis h,eeft
vastgeslagen, dieper nog dan eenig ander
werk van Walschap. Ik heb „Celibaat", de
geschiedenis van een geslacht dat in een
laatste nakomeling ten onder gaat uit
levensonmacht om alleen het gaafste
van Walschap's vroegere romans te noe
men waarin hij, die zoo nauw verbonden
is met het Vlaamsche provincialisme, een
Europeesch peil bereikt bewonderd om
het zeldzaam samengaan van verhalend
vermogen en psychologischen tastzin, om
dat zeer eigen stijlprocédé van versobe
ring: een krachtig geladen proza, vurig van
gang zooals een raspaard loopt, gespeend
van eiken litteraïren opsmuk en elk effect
bejag. Door dien uiterst persoonlijken
schrijftrant, die in één volzin verhaal en
„indirecte rede" weet te versmelten, be
reikte Walschap een onmiddellijkheid van
zegging die toomeloos meevoerde naar een
hoogtepunt van spanning, om daar ineens
af te breken en den lezer alleen te laten
met de bewogen verwarring van het eigen
gedachtenspel.
Dit nieuwe werk heeft geen van de
vroegere kwaliteiten verloren, er zelfs één
bij gewonnen, door een nieuwe synthese:
van epische ingetogenheid en open-men-
schelijken hartegloed gloeiende sober
heid, zoo zou ik het willen noemen. En
dat geeft het uitzonderlijke recht, van een
meesterwerk te spreken.
René Hox, een in strijd en volharding
geslaagd kunstschilder, zoon van Tist de
Keyser en zatte Trien die beschonken op
de hondekar vodden inzamelden, stelt voor
zijn gehuwde dochter Els, zijn laatstge-
borene en liefste, omdat zij in beproefde
liefde gegeven en ontvangen is, zijn le
vensbiecht te boek: o, die verwarring van.
het menschelijk hart, dat vat vol tegen
strijdigheden wat klein en nederig moet
het worden, om groot te zijn! Wat een
illusies, die een mensch als brood zoo
noodig heeft, moet het prijsgeven, opdat
het zal hongeren. Want alleen in een hon
gerende ziel rijpen de wrange vruchten
der beproeving tot een zoo goeden levens-
oogst: tot „ons geluk". Wer nie sein Brot
mit Tranen aszEét het met tranen,
sta bêrooid in een ontluisterd leven, wéés
verloren, opdat je jezelf vindt, die naakte
kem waarmee God je op deze aarde heeft
gezonden, je eenig bezit dat je niet ont
vallen kan, maar zoo onherkenbaar inge
kapseld is door schijn en valsche schaamte
grond. „Kijk in den spiegel en wees op
recht", laat Walschap René Hox schrijven.
En wat ziet Hox? „Een man zonder talent,
zonder hart, klein, vulgair en gemeen".
Lever een gevecht met jezelf, met God,
met de wereld, zie gering wat je deed
en heb dei} moed, een tijdlang als een
schip zonder anker en roer in vliegenden
storm te zijn en dan, beroofd van alles
van je waan, je ijdelheid, je illusies, je
eigendunk op je naakte knieën te lig
gen, vergruizeld in wanhoop, omdat je al
wat je meende te bezitten, bedreigd of
verloren zag: je talent, je huwelijk,
kind, je dierbare, ach zoo dierbare be
schonken ouders die tenminste de vrijheid
des levens en de eenvoud des harten ken
den, je vriend- en maagschap. Ondervind
het onrecht van de wereld en de misver
standen tusschen liefhebbende harten; sta
aan den rand van den dood en zelfs van
de misdaad: wees verguisd om je werk en
je doen eh je geringe afkomst, die je
verloochenen kunt noch wilt; verteer in
den gloed van je ziel tot asch van je
verleden. Doe en doorleef dat alles en
vind dan als Walschap's Hox den moed te
zeggen: „werkelijk den grond onder de
voeten verliezen, echt, diep, in zichzelven
beschaamd wanhopen en toch voort wer
kentrachten eenvoudig te zijn, waar,
oprecht, o God!" Dan pas heb je als René
Hox het recht in de levensbiecht aan je
dochter te schrijven: „Leed moet geleden
worden, niet afgeschud. Wat u, jonge
vrouw beangstigt, het ongewone, nooit
genoemde, dat u duizelig grond doet ver
liezen, wij kennen het. Vrees het niet. Durf
leven, fel, en schaam u niet. Lijd, strijd,
bemin".
Dan ook kun je, zelf welgesteld, aan
het sterfbed van je berooiden vader staan
en je verzoend voelen met den dood, als
je omringd, bent door vier trouwe karre-
honden, voor die de doode dierbaarder
was dan voor vele menschenkinderen; dan
kun je een ontzielde wezenlijker dingen
zeggen dan in een plechtstatig rouwge
waad achter den lijkwagen. Dan, maar ook
eerst dan. Heeft één zijn moeder hooger
geëerd dan René Hox, die in haar, de zatte
Trien, meer liefde en geluk en vrijheid en
onverdorvenheid vond dan tien deftige
moeders ooit aan een kind meegaven?
Heeft één beter de opofferende, duldende
én dienende liefde van een vrouw leeren
verstaan, ondanks alle menschelijk tekort,
dan René Hox in zijn Leontine, die in
haar volharding en rotsvast geloof, met
tranen en zorgen, van een dilettant een
kunstenaar maakte?
Brengt deze roman, genadeloos als hij
is, een verlossing, een bevrijding? Natuur
lijk brengt hij. dit: heet hij niet: „Ons
Geluk"? Tracht dan niet de plooien en
rimpels in het gezicht van dit boek glad
te strijken met de vergevensgezindheid
van een welwillende moraal. Laat ze. Ze
en conventie en zelfbedrog, dat je het
fte?fVKd?- W>e?S sieren. Zoo is de mensch. Zoo kun je hem
met genadig, durf af te breken tot op den hefc best verstaan jn uitersten, terwijl je
hem over het hoofd zie', in de middelmaat.
Zomtievlekkq
Een kribbig heer zei: „het doet er
niets meer toe dooi of geen dqoi
vorst of geen vorst over een mf
of drie worden de dagen toch al weer
ter". R
Dat was in een koffiehuis, met een rcj o
de tafel waar vreemdelingen met elkJ b
praten kunnen: waar de burger zijn hi p
kan uitstorten voor den medeburger. Zt| h
zonder kennis van diens naam. j
Ik heb mijn koffie betaald en „middj b
heeren" gezegd en lang heb ik over j ti
woorden van den kribbigen heer najj j
dacht, onder het omzichtige loopen oij
gladde ijsbobbels en door diepe, kotj b
plassen. v
Wie loopt zie toe dat hij niet vall':
op!; maar had die heer gelijk? En doet
er toch niets meer toe? De heer was ke
nelijk kwaad op de natuur. En hij ze:
het haar bij voorbaat: „Wanneer ge
nog mooi weer gaat spelen, dan is het
laat, jongedame. U hebt het grondig
dorven. Kom nu maar niet meer. met
zon en je warmte- Te laat, tante. Het
luk is al verspeeld. Voordat het lente,
is het alweer herfst. Ik lust je niet me
Blijf maar weg. Het is niet meer goed
maken".
Ik waadde door een plas.
Ik gleed langs een bobbel. i;
En voor ik de veiligheid van het zq 1:
op de stoep voor den winkel van Sina d
had bereikt, had een vent in een glanza z
de nieuwe „slee" mijn broekspijpen nj i
een klodder bruine pap bespat. r
„Het doet er toch niets meer toe" hj e
de man gezegd. I
De man was boos op het weer.
Hij hing den grooten Piet uit. I
Met hem was het niet meer goed j t
maken. j s
Anderen zouden, wanneer eindelijk i c
zomer kwam, in het licht van de zon hl
aangedane leed snel vergeten en verzj 1
ligd door de late warmte gaan hy ni^
deze man niet- Hem zult ge niet er tu>
schen nemen met tenslotte en bij wijl 1
van late gunst nog wat zomer. „Over él 3
maand of drie worden de dagen toch 3
weer korter". Jegens dezen heer heeft 3
natuur haar plicht verzuimd. En deze htj 3
is streng. Deze wintersche winter was e4 1
persoonlijk affront jegens dezen heer. Hf
zal er toch niks meer toe doen. j 1
Er kwam toen weer een stuk' zondi
zand. 4
Een spiegelglad endje-
Een groote soldaat gleed, wankelde 4 1
smakte neer. i
De krijgsman zeide een kort en ij J
woord.
„Bezeerd?" vroeg ik meewarig.
De soldaat keek mij nijdig aan. 1
„Integendeel" zei hij „het was heerlijk)
Ik waadde door weer een plas. Het ws«
ter siepelde door mijn vetergaatjes. i
Leuk zijn de menschen.
Nijdig zijn ze.
Wie vallen vloeken en zijn onaardig
gen den man, die van zijn belangstelli
blijken doet.
Wie om een ronde tafel zitten,
atavistisch geworden. Wat zomer,
doet er toch niks meer toe.
„Hét komt allemaal van Hirosjima" h;
een heer in de tram gezegd- „Die
atoombom veroorzaakt zonnevlekken
jarenlang -winter". Zijn dame knikte.
dame heeft een menschenleven tegen dit
heer geknikt. Wat vadep zegt is alles recht
wat pappie is immer goed. Misschien w;
er nog wel twijfel aan het verband tus
schen Hirosjima en winter op den bodi.
van het hart van de dame. Doch waaroi
zou men van dien twijfel doen blijker
wanneer vader groeit in de erkenning vaJ
zijn wijsheid? Ja, knikte de dame. „Zon]
nevlekken?" zei ze, „Zonnevlekken"
pappie. En daarmee uit-
Maar ondanks Hirosjima, de dagen dij
of-er drie maanden alweer korter wordei
vaders wijsheid in de tram en het atavisi
van een heer aan tafel zal ik over een wees
of wat de zomerzon welkom heeten.
met behaaglijke oogjes de blauw-en-gou]
den hemel ïnstaren.
„Hola, hebt u zich bezeerd?" zei eet
heer.
Ik krabbelde overeind.
„Integendeel" zei ik cynisch, „het wal
heerlijk".
ELIAS.
I tb
II ia
tten, zjji
rhij
Panda en de Meester*dief
69. „Weer hebt gij de schat van Ermeric
gevonden?" bromde de hofmaarschalk
dreigend. Waarom tvilt ge dat weten,
goede vriend?" vroeg Joris verbaasd. „Dat
kan ik U niet zeggen, dat is een geheim'
Immers, wanneer iedereen die vindplaats
wist zou er geen kunst meer zijn aan het
schatgraven.' Oliebus non viribus!" zoals
wij latinisten zeggen!" „Ach wat! Lati
nisten!" riep de schatbewaarder. „Je weet
niet eens, wat Latijn is. Je bent een
dief! Jij bent degene die hier heeft in
gebroken!" „Foei!" zei Joris afkeurend.
„Het gesprek dreigt te ontaarden! We
gaan ons verwijderen, Panda! Volg me,
tnakkertje!" Op het zelfde moment gaf hij
een geweldige ruk aan een zwaar gordijn,
dat daar hing. Met een luid gekraak en
een doffe plof kwam het omlaag en be
dolf den hofinaarschalk en den schatbe
waarder onder zijn plooien. „Kom vriend
je!" zei Joris, „we hebben nu even haast!"
Hoe dieper het hart, hoe bedreigender
zijn afgrondelijke duisternis. Maar hoe
zegenender een zonnestraal, ook al is het
er één van een bezonnen herfst: Ons Ge
luk, ons eindelijk geluk geen geschenk,
een verovering. Is het niet zoo, dat alleen
dat geluk stand houdt, dat op het leed is
gewonnen? Is dat niet hechter levensgrond
dat de al te nadrukkelijke en dus verdach
te lofzang op de vreugden des levens der
oogenschijnlijk bekoorlijke pallieterij?
Laat Els het ter harte nemen, dit: „Leed
moet geleden worden, niet afgeschud.
Vrees het niet. Lijd, strijd, bemin". En
ook dat andere: „Ja, ik geloof dat alleen
liefde de electriciteit is die genie doet
gloeien door de kronkels van de hersenen,
gelijk neonlicht door glazen letterbuisjes".
Dank zij zoo een liefde wer<J dit boek een
meesterwerk.
C. J. E. DINAUX.
MEER „PIEREMENTEN" IN
AMSTERDAM.
Het neuzelend geluid van het draaiorgel
heeft geruimen tijd niet mogen klinken op
de Amsterdamsche grachten.
Thans heeft de politie bepaald, dat het
aantal straatorgels mag worden uitgebreid
van acht tot vijftien en dat de grachten
niet langer vérboden terrein zijn.
Vurige vreugde. Een menigte van duizenden
Atheners paradeerde gisterenochtend voor de
Amerikaansche ambassade onder het geroep
van ..Leve Truman" en „Leve Macveagh'
(de Amerikaansche ambassadeur). Tevem
boden zij een boodschap voor Truman en hel
Amerikaansche volk aan.
Zoo weinig? volgens het Sovjet-Russische
nieuwsbureau Tass bevinden zich op
oogenblik 890 352 Duitsche krijgsgevangenen
in Rusland. Sinds de overgave van Duitsch-
land zouden 1.003.974 Duitsche krijgsgevan
genen zijn vrijgelaten.
Vliegrampen. Een Chineesch militair vliegtuig
is tengevolge van den mist bij Sjanghai neer
gestort. Zeven dooden. Een C-G4 van de
Amerikaansche luchtmacht wordt sinds gis
teren vermist. Het toestel was onderweg van
Goose bay naar Cape Harrison.
Alweer verplaatst. Het Amerikaansche militaire;
hoofdkwartier in Frankfurt heeft verklaard,!
dal de Belgische regeering een overeenkomst!
heeft aangegaan om 20.000 „verplaatste per
sonen" uit de Amerikaansche zóne vani
Duttschland voor werk in de mijnen ln België
toe te laten.
Drukke patient. Het hoofdbestuur van het
..Jewish Agency" (het Joodsche bureau) ls
in het Hadassah-ziekenhuis in Jeruzalem bij-;
een gekomen, onder voorzitterschap van
David Ben Goeriom, die daar verpleegd
wordt.
Aardig. De vroegere Duitsche onderminister van
Luchtvaart Generaal Milch, die in Neuren
berg onder beschuldiging van oorlogsmisda
den terecht staat, heeft verklaard, dat hij op
5 Maart 1943 een vredesplan aan Hitier heeft
voorgelegd, dat een onmiddelüjken vrede met
Frankrijk, Nederland, België en Noorwegen
zonder territoriale eischen inhield.
Vurige smart. Van Grleksch-communlstische
zijde was het commentaar op Truman's rede:
Truman's plannen zullen nieuwe puinhoopen
doen ontstaan, het aantal kerkhoven doen
vermeerderen en tenslotte nog een anti
liberale smet op Amerika's eer werpen.
Tusschen twee vuren. De UNO-commlssie van
onderzoek voor den Balkan kwam. toen zij
onderweg was naar het guerilla-hoofdkwar-
tier van Generaal Markos in een onplezierige
situatie. Zij raakte namelijk precies in een
hevig kruisvuur van regeerings- en guerilla-
troepen verzeild. Gelukkig werd er geen en
kel commissie-lid getroffen.
Liquidatie. De Voor-Indische minister van defen
sie heeft medegedeeld, dat de Voor-Indische
troepen in Palestina en Egypte onmiddellijk
zullen worden teruggetrokken. Tevens zullen,
na overleg met de betrokken partijen, de
Voor-Indische troepen worden leruggetroks
ken uit Japan, Birma en Malakka.