Haarlems Dagblad Nota biedt geen mogelijkheid voor verdere onderhandelingen Nijverheid en Handel Commissie-Generaal schrijft aan de Republikeinen Beslissing thans overgelaten aan' Nederlandse regering Den Haag zwijgt Onderzeedienst bestaat 40 jaar Republikeinen zijn bereid tot vorming ener interim-regering Weerbericht 61e Jaargang No. 18663 Bureaux: Grote Houtstr. 93, Tel. Admin. 10724, 14825. Redactie 10600. Directeur-Hoofdredacteur 15054. Bijkantoor H.N., Soendaplein 37. TeL 12230. Drukkerij Z. B. Spaarne 12, TeL 12713, 10132. Directeur-Hoofdredacteur: Robert Peereboom Zaterdag 21 Juni 1947 Verschijnt dagelijks behalve Zon- en Feestdagen. Abonnementsprijs per week 31 cent, per kwartaal 4,Franco per post 4.50. Postgiro 273107. Advert,tarieven op aanvraag bfl de Administratie Uitgave van de Stichting Voorlichting te Haarlem MAATSCHAPPIJ voor Nijverheid en Handel heeft haar 164ste jaarvergadering te Haarlem gehou den en het gemeentebestuur heeft de eer waardige, maar krachtig levende instel ling met bijzondere onderscheiding beje gend. Zij^. werd in stijl ontvangen, niet alleen omdat zij uit Haarlem geboortig is en ten alle tijde met deze stad verenigd is gebleven, maar vooral omdat haar be tekenis dat verdient. Het begon met een officiële ontvangst ten Stadhuize en het werd besloten met oen lunch ten Stadhuize, in de oude Ridderzaal, die wij nuchter „de hal" plegen te noemen. Schoonheid en sfeer van die zaal zijn tot het besef van veel twintigste eeuwse Haarlemmers, die haar slechts haastig plachten te doorschrij den, opnieuw doorgedrongen sinds een kunstenaar als Cruys Voorbergh er onder kaarslicht zijn betoverende costuum-show van het verleden tot leven l^acht. Giste ren breidde dit bewustzijn zich uit tot mannen, die van elders gekomen waren en nu, vereend met hun medeleden van het Haarlemse departement, het glas hie ven op Haarlems welzijn, terwijl de oude Graven van Holland uit hun portretlij sten met verwondering op deze honderden mo derne nazaten neerzagen. Dat kon de waar nemende burgemeester van Haarlem, wet houder D. J. A. Geluk, niet ontgaan, want hij bezit Verbeeldingskracht, hetgeen een zegenrijke schoon helaas te weinig voor komende eigenschap in overheidskringen is. Dus vergeleek hij het gezelschap van kopstukken der vaderlandse nijverheid met de edellieden aan de muur en voegde de zwijgende schare in den hoge toe, dat zij ongetwijfeld rumoeriger feestmaaltijden had gehouden. Zodat ik de hoop wil uit spreken (eveneens: om in stijl te blijven) dat de -vertoornde Graven "iet aan des wethouders sponde zullen komen spoken. Hij sprak overigens over Haarlems in- dustrie-terfëinen en Haarlems bereidheid om de vestiging van nieuwe industrieën te bevorderen, zonder er propaganda voor te willen maken, hetgeen hij ondanks deze verzekering prompt deed, met verwijting naar een door Openbare Werken speciaal- ingerichte kleine tentoonstelling van kaar ten en maquettes in de oude Raadzaal. Hetgeen bewijst, da-t ook bij een waarne mend burgemeester de natuur boven de leer gaat. Ter vergadering van de Maatschappij waren 's morgens twee belangrijke refe raten uitgesproken: een door prof. dr. S. Posthuma over de economische betekenis van Indonesië, waarvan wij in ons vorige nummer een kort verslag hebben gegeven en waarop ik spoedig hoop terug te komen en het tweede door prof. dr. P. Kuin, se cretaris-generaal van het departement A-an Economische Zaken, over de Nederlands- Belgisch-Luxemburgse tolunie, die in wor ding is. Evenals de Maatschappij voor Nijverheid en Handel is hij geboortig uit Haarlem: een eenvoudige jongen, oud leerling van de Haarlemse H.B.S. a, die het ver heeft gebracht en die, plotseling uitgenodigd om minister Huysmans als spreker te vervangen, voor de vuist een heldere uiteenzetting gaf van de lopende onderhandelingen met, België en Luxem burg. Daarvan vindt u in dit nummer een korte samenvatting. Te kortwij zijn er ons wel bewust van. Van zulke referaten als Vrijdag gehouden zijn, die zaken van eminent belang scherp belichten, zouden wij zo gaarne volledig verslag willen uitbren gen. Het is helaas niet mogelijk bij een dag blad-ruimte, die slechts éen derde van de vooroorlogse vertegenwoordigt en waarbij zich niettemin de noodzaak voordoet, zo groot mogelijke veelzijdigheid van inhoud toe te passen. Hier wil ik verzekerend dat wij ook op deze belangrijke zaak herhaaldelijk terug zullen komen enkele punten in prof. Kuïn's betoog in het bijzonder aan stippen. Hij heeft ons een indruk gegeven van het uiterst moeilijke en ingewikkelde voorbereidende werk, dat gedaan is en nog gedaan moet worden om een tolunie tot practische verwezenlijking te brengen. Des te moeilijker is dat omdat zowel de stelsels als de tarieven der verschillende invoerrechten zeer sterk uiteenlopen, om dat hetzelfde het geval is met de accijnzen en de methoden van voorziening en omdat de structuur en ontwikkeling van in dustrie en landbouw in de betrokken lan den eveneens sterk verschillen. De inlei der gaf ons de indruk, dat van alle zijden met groot begrip en toewijding gewerkt wordt om. dit alles op te lossen. Ten aan zien van het gelijk-maken van de invoer rechten is men reeds zover en na ratifi catie door de parlementen zal die reeds in dit najaar werkelijkheid kunnen wor den. De oplietfing der douane-grens tus sen Nederland enerzijds en België en Luxemburg anderzijds hoopt men in Sep tember 1948 of uiterlijk op I Januari 1949 te bereiken. De schepping ener economi sche unie tussen de drie landen zal aan merkelijk versneld kunnen worden door uitvoering van het plan-Marshall tot ver strekking van Amerikaanse economische steun aan Europa. Prof. Kuin legde er de nadruk op dat ondanks het kleine gebied, dat zij gedrieën beslaan, zij met hun 18 millioen inwoners tengevolge van de in tensiteit van hun arbeidsmethoden en hun hoge ontwikkeling de derde handelsmacht ter wereld zullen vormen. Hetzelfde wij hebben het gisteren vermeld heeft de Britse oud-minister Anthony Eden Don derdag in het Lagerhuis voorspeld. Het moge ons allen moed geven en het besef, dat het oude Europa nog lang niet uitge speeld is en grote mogelijkheden blijft opleveren, als het bijtijds de bakens verzet en samenwerking inplaats van versplin terde verdeeldheid stelt. Geen wonder dat men in Amerika en Engeland de Neder lands-Belgisch-Luxemburgse onderhande lingen toejuicht als een veelbelovend teken van nieuw beleid. Wij zijn vroeger gedu rende korte tijd met België verenigd ge weest. Het werd. door voorbarige en on doordachte opzet, een mislukking die tot de scheiding der beide landen in 1830 leidde. Dat gebeurde na de Napoleontische oorlogen. Nu, na de wereldoorlogen van de eerste helft der twintigste eeuw, zijn wij op weg naar^een nieuwe vereniging met onze Zuiderburen, met wie de ver standhouding beter is dan wij haar sinds 1830 ooit gekend hebben. Ik zeg: een nieu we vereniging, omdat ik verwacht en ver trouw dat zij zich in de vorm van Federale Unie de inzet van veel groter federale samenwerking van volken ook in staat kundige zin zal voltrekken. Utopie? Hoe' Onwelwillendetendentieuze en onwaarachtige voorstelling van zakenin Republikeinse antwoordnota. De Commissie-Generaal heeft in antwoord op de tegen-nota der Republikeinse delegatie een uitvoerige brief aan deze delegatie doen toekomen, waarin op de ver schillen van zienswijze gedetailleerd wordt ingegaan. Samenvattend acht de Commissie-Generaal de Republikeinse voorstellen zodanig onbevredigend, dat vrijwel van een afwijzing van haar nota kan worden gesproken. Zij negeren de rechtspositie, zoals die in de overeenkomst van Linggadjati was aan vaard. Zij stellen een algemeen overwicht van de Republiek tegenover de federale constructie. Zij verwerpen de gropdslag van samenwerking, die in wederzijdse zeg gingschap behoort gelegen te zijn en zü bieden ten slotte geen waarborg voor een werkelijk veilige en rechtmatige terugkeer van hen, die uit het Republikeinse gebied verdreven zijn of voor de positie van die tallozen, die met de Nederlands-Indische regering hebben samengewerkt. De Commissie-Generaal meent derhalve, dat de Republikeinse nota haar geen mogelijkheid tot verdere onderhandeling biedt heeft, overeenkomstig de slotzin van haar nota, de vraag, wat er verder te gebeuren staat, voorgelegd aan de Nederlandse regering. In haar brief aan de Republikeinen spreekt de Commissie-Generaal als haar mening uit, dat de Republikeinse ant woordnota op de meest essentiële punten onbevredigend moet worden genoemd en geen basis oplevert, waarop een goede uit voering van Linggadjati kan worden on dernomen. Zij wil niet treden in een weer legging punt voor punt van de onwelwillen de, tendentieuze en onwaarachtige voor stelling van zaken, in de aanhef van het Republikeinse antwoord gegeven, waaruit blijkt, hoe groot de kloof is tussen de Repu blikeinse gedachtenwereld en hen, die aan Nederlandse zijde met de grootste toewij ding en oprechtheid het bereiken van een voor beide landen aanvaardbare en nood zakelijke overeenstemming hebben nage streefd. De Commissie-Generaal -wijst erop, dat in de antwoord-nota het besef van weder kerigheid ontbreekt. Zij zal de Republi keinse delegatie op deze weg niet volgen en zich beperken tot de aanwijzing van de is voorts de handhaving van organisaties aldaar, welke nog zijn voortgegaan ijiet het steunen van gewelddadige acties ten behoeve van de Republiek, alsmede het zitting hebben van afgevaardigden van die gebieden in het K.Ni.P. Gehéél onbegrijpelijk is, dat de Repu bliek de opheffing van deze functies en organisaties afhankelijk stelt van de in trekking aan Nederlandse zijde van met het de facto gezag der Republiek strijdige instanties, welke de C.-G. onbekend zijn. en van de uitwisseling van vertegenwoor digers met de andere staten. Het Republikeinse voorstel om in alle. centrale colleges aan de Republiek ten min ste de helft v311 het ledental toe te kermen duidt opnieuw op gemis aan besef van we derkerigheid en is in strijd met federale structuur. Het uitschakelen van de beslissings bevoegdheid van de vertegenwoordiger van de Kroon ontneemt aan de andere sta ten iedere waarborg voor eerbiediging Hei kabinet heeft gisteren lol omstreeks één uur vergaderd. De regering heeft hier mede haar onderling overleg over de In dische aangelegenheid voorlopig besloten. Zü heeft vooralsnog geen aanleiding ge vonden tot het doen van nadere medede lingen. Verwacht wordt, dat liet kabinet deze week niet meer zal bijeenkomen. De minister-president en minister Jonk man zijn gistermiddag door H.M. de Ko ningin in audiëntie ontvangen. Trumail naar Brazilië De president van de Verenigde Staten, Harry Truman heeft, blijkens een mede deling van de Braziliaanse ambassadeur in Noord Amerika, Carlos Martinez, de uit nodiging om een bezoek aan Brazilië te irengen, aangenomen. JOEGOSLAVIë KLAAGT BIJ DE VEILIGHEIDSRAAD. De Joegoslavische regering heeft in een memorandum, gericht aan de Veiligheids raad wegens „Monarchofascistische provo caties" aan de Joegoslavische grens op 12 en 13 Juni verzocht ter plaatse een on derzoek in te stellen. BRAND IN DE STEFANUS- KATHEDRAAL. De arbeiders, die met brandende sigaret ten in de mond aan het herstel van de Sint Stefanuskathedraal te Boedapest •erkten, hebben een brand veroorzaakt, die de eeuwenoude koepel voor het groot ste deel verwoestte. Het woord is aan....i Wilhelm Busch: De ingetogenheid, dat'is zich te verhengen in al wat prettig is, maar wij niet hebben mengen. Dollars voor Perzië De regering van de Verenigde Staten heeft aan de Perzische regering een crediet van vijfentwintig millioen dollar verleend voor de aankoop van kanonnen, tanks, vrachtauto's, gemechaniseerd materiaal en kleding voor het Perzische leger. Dit crediet staat volgens de Perzische ambassade in Washington niet in verband met de „Truman-leer" betreffende de hulpverlening aan landen, welke door com munistische infiltratie worden bedreigd. fundamentele verschillen tussen de beide handhaving van hun rechten. De stelling, nota's. Deze verschillen acht zij terug tel dat de grote vraagstukken van uitvoering van Linggadjati aan de beide delegaties voei^n tot twee oorzaken: de feitelijke verwerping door de Repu blikeinse regering van sommige van de be langrijkste grondslagen van de overeen komst van Linggadjati en de afwijzing door haar van een samen werking op de voet van wederkerigheid. De C.-G. stuit bij de beantwoording van de tegennota op de moeilijkheid, dat daar in verschillende van de door haar gefor muleerde voorstellen stilzwijgend zijn voorbijgegaan, waarbij het niet altijd dui delijk is of de Republikeinse delegatie die voorstellen verwerpt of aanvaardt. Vervolgens k<Jmt de C.-G. tot de kern punten. ,Het centrale gezag in Indonesië gedurende de overgangstijd. In wezen werd het'voorstel van de vor ming van een interim-regering verwor pen. De Republikeinse voorstellen tot her vorming en aanpassing van de Indische regering komen neer op een uitschakeling daarvan. De vertegenwoordiger van de Kroon moet volgens het Republikeinse voorstel slechts een vaag omschreven be voegdheid bezitten om zijn instemming te onthouden aan beslissingen, die hij strijdig acht met zuiver Nederlandse belangen. Dit is niet meer verenigbaar met artikel 2 van Linggadjati. Bovendien komt de zetelver deling. door de Republiek voor de interim regering voorgesteld, neer op de macht iedere beslissing, die niet geheel met de wensen van de Republiek strookt, te ver hinderen en op een miskenning van het feit, dat een federatieve gedachte onver enigbaar is met die van juridische onge lijkheid der gefedereerde delen. Ook wordt de Nederlandse medewerking aan de opbouw van de Verenigde Staten van Indonesië terzijde geschoven en iedere werkelijke invloed aan Nederland, dat gedurende de overgangstijd de jure blijft voorbehouden, versterkt de C.-G. haar oordeel, dat de Republiek de deelne ming en het medezeggenschap in die be- sluiteg van vertegenwoordigers van Oost- Indonësië en Borneo verwerpt. Buitenlandse betrekkingen Het blijkt, dat de Republikeinse delega tie de voorstellen van de C.-G. over de buitenlandse betrekkingen vrijwel geheel verwerpt. Zij streeft naar onmiddellijke eigen vertegenwoordiging van Indonesië in de overgangstijd .waarvoor geen grondslag te vinden is in artikelen 2 en 13 van Ling gadjati. Voorts is uit een mededeling van de Egyptische regering gebleken, dat de Re publiek na de ondertekening van Ling gadjati is voortgegaan met pogingen rechtstreeks buitenlandse betrekkingen aan te knopen. Militaire samenwerking en bin nenlandse veiligheid. In het Republikeinse antwoord op de punten van militaire samenwerking komt, aldus de C.-G., het streven naar „nieuwe vormen van vrijwillige samenwerking' waarvan de preambule van Linggadjati spreekt, wel zeer weinig tot zijn recht. Het Indonesische delegatie naar Arabische landen De Republikeinse onder-minister van buitenlandse zaken, Hadji Agoes Salim wordt de volgende week in Irak verwacht aan het hooM van een delegatie, welke dank zal uitbrengen aan de regering van Irak voor haar welwillende houding je gens de Republiek en welke diplomatieke jbetrekkingen met^de regering van Irak zal verantwoordelijkheid blijft dragen, ontno- aanknopen, men, ondanks het feit, dat millioenen Indo nesiërs en de overgrote meerderheid der minderheden de verzekering van hun rech ten en vrijheden van de Nederlandse re gering verwachten. De posities van de luitenant gouverneur- generaal en van de Nederlandse regering worden door de clausule van de eindbe slissing bij de interimregering, door de Republiek fot vrijwel niets gereduceerd. Dit leidt tot een geheel andere beoorde ling van de economische voorstellen der republikeinse delegatie. De verhouding tot de andere staten De C.-G. is van oordeel, dat de republiek op dit punt bevoegdheden opeist, welke geen rechtvaardiging vinden in de over eenkomst van Linggadjati en dat zij streeft naar een overheersende plaats, ook ten op zichte van niet onder haar feitelijk gezag staande gebieden. De C.-G. verwerpt het betoog, dat de totstandkoming van de staat Oost-Indonesië niet in de geest van Ling gadjati is geschied en -dat de Republiek medezeggingschap toekomt omtrent de sta tus van Borneo. Zij acht de staatkundige organisatie van deze gebieden een zaak van de bevolking daarvan. Volslagen in strijd met de overeenkomst velen noemden zo, nog maar enkele maan den geleden, de kans op een dergelijk Ame rikaans initiatief als in het plan-Marshall tot uiting is gekomen en de krachtige be reidwilligheid die het reeds in Nederland, België en Luxemburg (gezamenlijk ant woordend) in Engeland en blijkbaar ook in Frankrijk heeft ontmoet. Hetgeen men voelde in de vergadering van de Maatschappij voor Nijverheid en Handel tijdens en na de rede van prof. Kuin was: de blijde spanning van nieuwe vooruitzichten, van mogelijkheden tot nieuwe ontplooiing van energie. Dat was de sfeer waarin de oude edelen ten Stad huize, uit hun portretlijsten, Hollands mo derne leiders van Nijverheid en Handel bijeen zagen, R. P. Naar verluidt zal de delegatie bespre kingen voeren over een handelsaccoord. De delegatie zal voorts een reis maken door de Arabische landen. is duidelijk, dat van bijzondere samenwer king nauwelijks meer sprake is in het Re publikeinse ontwerp. Het voorstel tot vor ming van een gemengde sendarmerje wordt van de hand gewezen met voorbij gaan van de in Linggadjati verankerde ge zamenlijke verantwoordelijkheid geduren de de overgangsperiode voor de veiligheid van alle ingezetenen en bevolkingsgroepen. De C.-G. kan hier tegenover alleen feiten stellen. De aanvallen op Modjokerto duren voort. De Suikercommissie kon verschei dene streken niet bezoeken, omdat de Re publikeinse regering haar veiligheid daar niet waarborgen kon. Nog dagelijks zijn mensen, die met de Nederlanders samen werken, aan allerlei gevaren blootgesteld en de rehabilitatie en de hervatting van de productie der niet-lndonesische bedrijven op Republikeins gebied zijn in hoge mate 'afhankelijk van de waarborgen van vei ligheid. Economische samenwerking. Ook ten aanzien van het centrale devie- zenfonds en het toezicht op in- en uitvoer behoudt zich de republiek een overwegen de plaats voor. Het door de Republiek voor gestelde systeem van stemming ontneemt aan de andere staten en ook aan de ver tegenwoordiger van de Kroon iedere wer kelijke zeggingschap De eisen tot voorafgaande inventarisatie en tot het in dienst houden van alle op de ondernemingen werkzame arbeiders legt ernstige hinderpalen in de weg aan de her vatting van de economische productie. Zo wel rechtsherstel als economische nood zaak dringen tot spoed. Voortdurend blij ven berichten binnenkomen van verder gaande vernieling van deze bedrijven in het republikeinse binnenland. In een slotparagraaf spreekt de C.-G. dan nog haar grote teleurstelling erover uit, dat zü heeft moeten ervaren, dat haar streven naar volledige en ruime toepassing van de beginselen van Linggadjati/ als blijvende grondslag van het Nederlandse beleid ten opzichte van Indonesië door het Nederlandse volk aanvaard, ondanks maan den van overleg en volharding, bij de Re publikeinse regering onvoldoende weer klank heeft kunnen vinden. De Franse regering vraagt prijs1 en belastingverhoging De Franse ministerraad heeft nieuwe voorstellen van de minister van Financiën, Robert Schumann, op het gebied van de belastingen en het economisch leven goed gekeurd. De voorstellen zullen aan de na tionale vergadering voorgelegd worden. De nieuwe financiële maatregelen zullen omvatten: vijf-en-zeventig procent prijs verhoging voor tabaksartikelen en een paardekrachtenbelasting voor auto's van meer dan twaalf paardekrachten. Voorts hogere prijzen voor brood, melk, spoorrei- zen en benzine. De rantsoenering van tabaksartikelen, kleding en benzine zal opgeheven worden. Verdere financiële maatregelen, waar over het kabinet het is een; geworden, zijn: grote bezuinigingen fp de militaire uitgaven en een verhoging met 25 procent van de nationale solidariteitsbelasting, welke twee jaren geleden is ingevoerd. Voorts heeft Schuipann twee nieuwe regeringsbesluiten aangekondigd. Bij het eerste besluit wordt de Franse Bank gemachtigd de limiet van de voor schotten aan de staat te verhogen van 100 milliard tot 200 milliard francs. De tweede maatregel voorziet in de overdracht van goud ter waarde van 250 millioen dollar 1 /3 gedeelte van de resterende goudvoor raad van de bank) van de Franse bank aan het valuta-egalisatie fonds teneinde in de komende maanden te voldoen aan dk? uit de import voortvloeiende dollar verplich tingen. De Koningin reikt onderscheidingen uit Ter gelegenheid van het veertigjarig be staan van de Onderzeebootdienst heeft de Koningin de daden van diegenen, die gedu rende de oorlogsjaren het vaderland ge diend hebben aan boord van onderzeeboten, beloond door aan de Onderzeebootdienst in zijn geheel de Militaire Willemsorde Vierde Klasse toe te kennen voor uitstekende da den van moed, beleid en trouw. Voordat de Landsvrouwe overging tot de uitreiking van deze onderscheiding aan de commandant van de Onderzeedienst, de luitenant ter zee eerste klasse J. K. van Deelen, onthulde Zij een monument voor hen, die in de jaren 1940 tot 1945 hun leven lieten in Nederlandse onderzeeboten: een bakstenen muur met zeven bronzen platen, waarin de namen zijn gegraveerd van de gesneuvelde bemanningen van de 0-13, de 0-16, de O-20, de 0-22, de K-16, de K-17 en de K-7. Na de onthulling legde de Ko ningin een fraaie krans bij 't gedenkteken. Nadat officieren aan de Koningin een exemplaar van het gedenkboek hadden overhandigd, onderhield Hare Majesteit zich geruime tijd met de nabestaanden van de gevallenen en met hoge militaire en civiele autoriteiten. Omstreeks kwart voor één vertrok de Landsvrouwe. Luitenant-admiraal C. E. L. Helfrich. de bevelhebber der zeestrijdkrachten wenste hierna de onderzeedienst namens de minis ter van Marine, die onverwacht verhinderd was en namerfs de gehele Koninklijke Marine geluk met het jubileum en met de hoge oorlogsonderscheiding. Tijdens de* herdenking van het veertigjarig bestaan van de Onderzeedienst heeft de Koningin gisteren ih Rotterdam een monu ment onthuld ter nagedachtenis van de tij dens de tweede wereldoorlog omgekomen bemanningen van Nederlandse onderzee boten. Het filmfestival in Brussel krij-gt bezoek van vele bekende figuren. Ook Sarah Chur chill verscheen er en toonde veel belangstelling voor een merkwaardige tentoonstel ling, gewijd aan René Clairs film „Le silence est d'or". EEN BRIEF VAN SJAHRIR Com missie-Generaal antwoordt dat op alle andere punten de standpunten elkaar niet genaderd zijn De Republikeinse delegatie heeft giste ren een brief aan.de Commissie-Generaal overhandigd waarin zü zoals reeds in het kort is gemeld de Commissie-Generaal officieel in kennis stelt van de zakelijke inhoud van de radiorede van Sjahrir. Daarin wordt gezegd: Wij stemmen in met de instelling zo spoedig mogelijk van een interim-regering. Wij stemmen er mede in, dat de positie van de vertegenwoordiger van de kroon de jure en formeel zal zijn als voorge steld in de nota van uwe delegatie van 27 Mei 1947. Wij hopen, dat in de loop van de overgangsperiode de regering op dit punt meer gelijkenis zal gaan vertonen met hetgeen in onze antwoord-nota werd gesteld, zodat ten slotte deze regering overgaat in de regering van de souvereine verenigde Statiën van Indonesië. De bespreking omtrent de vorm van de interim-regering, zoals door uwe dele gatie voorgesteld als „nader overleg" die nen plaats te hebben met vertegenwoor digers van Indonesia, Timor en Borneo. Dezfe besprekingen zullen zo spoedig mogelijk moeten beginnen, opdat de inte'- rim-regering reels vóór Juli kan gaan wer ken. Taak van deze interim-regering zal on der meer zijn het instellen van federale organen, zoals vermeld in de bijlagen van de nota van uwe delegatie. Bijzonder ur gent wordt hierbij beschouwd een zo snel mogelijke instelling van de federale eco nomische* organen. Met dit voorstel ver trouwen wij, dat aanstonds de samenwer king, zoals de overeenkomst van Lingga djati deze bedoelt en wenst, gerealiseerd kan worden. Wanneer ook uwe delegatie hiermede kan instemmen, verwachten wij van u zo spoe dig mogelijk het initiatief te willen nemen tot besprekingen. De brief is getekend door de voorzitter van de Indonesische delega tie, §jahrir. De CommisSie-Generaal heeft aan de delegatie geantwoord dat haar brief, waar in ingegaan wordt op de Republikeinse antwoordnota (en die in dit nummer is weergegeven. Red.)en deze brief van de delegatie elkaar gekruist hebben. Wij menen zo zegt de C.-G. in dit laatste schrijven een poging te mogen zien tot het overbruggen van de grote afstand, welke tussen de door onze delegaties ge wisselde nota's bestaat. De Commissie-Generaal constateert met oldoening, dat ten aanzien van de posi tie van de vertegenwoordiger van de kroon haar voorstellen, zowel ten aanzien van zyn de jure bijzondere positie met be- slissings-bevoegdheid, als ten aanzien van de vorm van zijn optreden in de overgangs regering tezamen met de vertegenwoordi gingen van de staatkundige organisaties in Indonesië worden aanvaard. De aanvaarding van dit ene punt neemt echter niet weg, dat op alle andere punten uw voorstellen de onze niet zijn genaderd. Een andere conclusie ware slechts mo gelijk wanneer punt 4 van uw schrijven aldus gelezen zou mogen worden, dat de Republikeinse regering instemt met de in stelling van al die federale organen, welke in de bijlagen onzer nota worden ge noemd, en uit het woord ^oals" onder punt 4 zou mogen worden afgeleid, dat hetgeen in onze bijlagen omtrent deze federale organen wordt gesteld, alsnog door genoemde regering ten volle wordt onderschreven. De Commissie-Generaal meent in dit verband te moeten opmerken, dat het nimmer in de bedoeling kan liggen de vaststelling van de algemene regelingen der uitvoering van de overeenkomst van Linggadjati te ontnemen aan de delegaties en toe te vertrouwen aan de interim regering. Aangezien ook uw schrijven van 20 Juni aan de Nederlandse regering werd voorge legd, stelt de Commissie-Generaal het op prys uw antwoord op het bovenstaande ten spoedigste te mogen vernemen, opdat ook dit bij de beoordeling van uw schrij ven in aanmerking kan komen". De Olympische Spelen in 1952 niet in Amsterdam Het Olympisch^Comilé deelt mede, dat besloten is de Olympische Spelen van het jaar 1952 in Helsinki te doen plaats hebben. VRIJ KOF.L. Verwachting, medegedeeld door het K.N.M.I. te De Bilt, geldig van Zater dagavond tot Zondagavond: Matige, aan de kust tijdelijk vrij krachtige wind tussen West en Noord. Vrij koel. In het Noord-Oosten van het land meest zwaar bewolkt met nu en dan regen. In het overige gedeelte van het land wisselende bewolking met en kele verspreide regenbuien. 22 Juni: 4.19 uur, onder 21.04 uur 8 20 uur. onder 0 18 uur Zon op Maan op 23 Juni: 4.20 uur, onder 21.04 uur 9.48 uur, onder 0.38 uur

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1947 | | pagina 1