Literaire kanttekeningen
J
Mausoleum op de Paasberg bij Ede
voor gevallen verzetsstrijders
Nieuwe uitgaven
De 9 Muzen
„Zoals hij het zag"
De droogte doet de bomen geen goed;
ook de groente heeft er van te lijden
ZATERDAG 5 JUL! 1947
S. VESTDIJK: Het eeuwige telaat. Dialogen over de Tijd.
Uitgeverij Contact, Amsterdam
Zo vaak is in navolging van Menno
ter Braak Simon Vestdijk een duivels
kunstenaar genoemd, dat het allengs van
weinig oorspronkelijkheid getuigt het te
behalen. Maar ditmaal toch duivels
kunstenaar of niet heeft Vestdijk ons
verrast: hij sdhreef een dialoog over de tijd:
niet over déze tijd in het bijzonder, over
óns tijdsbestek, maar over de tijd in het
algemeen: over ons tijdsbewustzijn, over
een wijsgerig probleem dus, en wel één
van de eerste orde. Dat iemand als Vest
dijk, met een zo scherp ontledend intellect,
met een zo veelzijdig wetenschappelijke,
wijsgerige en zielkundige kennis, na al wat
over het na-elkander van gebeuren en er
varen, dat wij de tijd noemen, is geschre
ven, oorspronkelijke (en niet alleen aforis-
tisch-geestige) dingen zou weten te zeggen,
is niet verwonderlijk. Maar dat hij, zonder
zich te hullen in voor een leek onvatbare
vaktermen, dit diepste aller geheimen: de
tijd, zo dicht tot zijn kern zou weten te
naderen, dat hij het menselijk tijdsbewust
zijn wist te onderkennen als een ervaren,
waaraan wij lijden, is meer dan voldoende,
hem al gaf ook uiteraard hij het uit
eindelijk antwoord niet erkentelijk te
zijn. Vestdijk koos de klassieke vorm van
een dialoog en hij heeft er wèl a'an gedaan:
speels bijna, ondanks alle diepe, bijna tra
gische ernst, wordt draad.na draad van dit
kluwen van vragen, die zozeer ons levens
geluk, onze zielerust raken, ontward. Dat
hij ze niet wist te verweven tot een verlos
send levensschema hetwelk ons verzoenen
kan met de onherroepelijkheid, dat al wat
in ons leven gebeurt gevangen is in de ban
van het onontkoombare na-elkander, is niet
zijn schuld: voor een teruggaan tot een
„tijd", waarin wij ons niet van het tijds-
verloop bewust waren, is het te laat.
Zijn boek is dan ook oneer een diagnose
dan een therapie, een anatomië dan een
genezing. Maar ook dat heeft zijn geeste
lijke waarde: de mensheid is nog niet aan
het einde van zijn voortdurende ontwikke
ling; en misschien keren wij eens daar te
rug, waar we vandaan kwamen: in- de ge
lukzaligheid van een beleven zonder tijds
besef: een toestand van paradijselijk zijn,
waarin er geen na is en geen.vóór, geen
gisteren en vandaag, geen nu en straks
toestand van tijdloosheid, of, als men.'wil:
van eeuwigheid.
Wij kunnen ons, betoogt Vestdijk, hoe
bewust we leven, niet ontdoen van onze
jeugd, dat onvolprezen jarental zonder tijds
besef, omdat wij mi eenmaal -een geheu
gen hebben; wij kunnen ons niet ontdoen
van het kind-in-ons, „waarin iedere waar
de zich baadt in een natuurlijke glans van
duurzaamheid en eeuwigheid." Toen nog,
in die tijdloze kinderjaren, was het onze
vitaliteit, onze onverwoestbare levenskracht
die ons van Vergankelijkheid, van nu en
straks, niet deed weten. Maar met de jaren
neemt, aldus ^Vestdijk, het bewustworden
een trager tempo aan, terwijl, de oerlevens-
kracht in ons zijn drang behoudt: en daar
is het conflict: de rangorde die de tijd
schept, het na-elkaar, geeft ons het besef
te-laat te zijn 'het Eeuwig Telaat. Levens
tempo en bewustzijn, gebeuren en tijds-
ervaring, ze vallen niet meer samen, ze zijn
gesdheiden, onherroepelijk gescheiden
we zijn gedoemd tot de angst voor het Te
laat. Het is onze tragedie, waai-van de
Griekse mythologie Prometheus en Epi-
metheus niet onkundig was. En we ko
men hoe onbewust ook in vex-zet:
tegen de tijd, tegen ons voortdurend te
laat. De verstandsmens (Pi-ometheus voor-
op) tracht zich te redden in de techniek en
de moeder daaivan: de natuurwetenschap,
om eens weer „op tijd" te zijn; de gevoels
mens zoekt zijn 'heil. in de herinnering: ihij
herschept wat was tot een levend Nü^ in
de verbeelding, in de droom. Maar géén
van beiden duldt de erkenning, dat „het
Leven" hem voorbij gaat,' dat hij le laat
lcomt, omdat de Tijd nu eenmaal niet om-
keeibaar is. Geen aanvaaxm, als mens le
vende tussen een begin en een einde, zon
der smart de erkenning, dat het Leven, de
Tijd, 'hem vóór was en dat hij zich daarvan
nas bewust wordt als het te- laat is
Het Eeuwig Telaat. En vaSg, vaag flitst
hem te laat een herinnering, door het hoofd
van de-kinderlijke tijdloosheid, vaag ltenf
;hij de notie, dat het menselijk einde geen
einde kan zijn: ihet' is de onbewuste zeker
heid, niet te kunnen sterven; een gevoel,
opgenomen te zijn in dat, wat boven de Tijd
uitgaat: de Eeuwigheid. Dan duldt men de
Tijd, dan heeft men vriendschap met hem
gesloten; dan is imen „op tijd", dat wil zeg
gen: kind van de tijdloosheid. Vei'leden en
(toekomst vallen samen in het Eeuwige Nu,
zoals Vestdijk het noemt. In een enkel
begenadigd ogenblik komt dit bewustzijn
tot ons, meer als gevoel dan als gedachte:
in d^t ogenblik zijn we verlost, staan we
buiten de Tijd, zijn we bevrijd van het
kwellend Te Laat, maar misschien te laat
om ons leven er nog naar in te riohten. Dat
is, sinds Pi'ometheus aldus Vestdijk
omze tragedie. En dat begenadigde ogen
blik komt wellicht niet eerder dan nadat
men „voldoende gemarteld zou zijn, ver-
nedei-d, eenzaam en uitgeput, aan het ein
de van de laatste reserves aan zielskracht"'
om wat meer is dan berusten te ge
loven aan de van God uitgaande .stralen,
tot in het alledaagse leven, als vaag ver
trouwen, als weldadig besef", dat alles goed
is, zoals het is. Want dan, dan eerst, is men
op tijd: de angst voor het Eeuwig Telaat is
gevlucht voor een zich verbonden-weten
met de Eeuwigheid, die niet haast, omdat
daar, en daar alleen, niets was, niets zijn
zal, maar is: het Eeuwige NU.
Vestdijk's boek is, hoe eenvoudig gehour
den, geen geschrift voor een ieder, maar
dank zij een meesterlijk-lichte schrijftrant
wel voor velen. En voor die velen wellicht
méér dan een boek: stof tot overpeinzing
van een levensleer. Dat men er niette
laat voor kóme!
C. J. E. DINAUX.
Meerderheid voor handhaving
van de persoonsbewijzen
Het Nederlands Instituut voor de Publieke
Opinie heeft onderzocht hoe ons volk denkt over
het behouden of afschaffen van de Persoonsbe
wijzen.
Gevraagd werd:
„Vindt u dat het gebruik van de Persoonsbe
wijzen gehandhaafd moet blijven of afgeschaft
worden?"
50 pet. zegt: handhaven,
34 pet. zegt: afschaffen.
16 pet. heeft geen voorkeur.
De vrouwen voelen echter wat meer voor af
schaffen (35 pet.) en minder voor handhaving
(47 pet.) dan de mannen (53 pet.).
Mensen uit de middenklasse en welgestelden
voelen meer voor handhaving (53 pet. en 54 pet.)
dan de arbeiders (48 pet.)
De aanhangers van vier van de zes grote poli
tieke partijen zijn in meerderheid vóór de per
soonsbewijzen, onder de Anti-revolutlonnalren
en de Communisten vindt men echter meer men
sen, die de persoonsbewijzen willen afschaffen
(resp. 45 pet. en 52 pet.).
Franse oorlogsschepen
komen naar Amsterdam
Op 31 Juli zal voor het eerst na de be
vrijding een drietal Franse oorlogsschepen
in de Amsterdamse haven aankomen voor
een officieel bedoek. Aan boord bevinden
zich 36 officieren, 97 adelborsten en onge
veer 350 matrozen. Het eskader komt uit
Kopenhagen.
Doedelzak spelende Schotsp
padvinders komen in Amsterdam
De doedelzak-band van dfe 148ste Edin
burgh Scout Troop brengt van 6 tot 18
Juli een bezoek aan ons land. Deze band
behoort tot de beste padvindersbands in
Schotland. Met het gezelschap, onder lei
ding van scmitmaster Cunningham, komen
ook een aantal Schotse dansers mede.
De Schotse padvinders zullen Amster
dam, Den Haag^ Rotterdam en Arnhem
bezoeken.
Het .Schotse gezelschap arriveert Zon
dag 6 Juli in de hoofdstad. Om 12 uur
wordt in optocht van het Centi'aaJ Station
gemarcheerd naar het Schapenburgerpad,
waar de Schotten tijdens hun verblijf in
Amsterdam in een gi-oepshuis logeren.
Maandagmorgen om half elf wordt de
band ten stadhuize door burgemeester
d'Ailly ontvangen, bij1 welke gelegenheid
op de binnenplaats van het Prinsenhof
enkele demonstraties zullen worden ge
geven.
Prins Bernhard
zal symbolisch
beeldhouwwerk onthullen
Reeds vrij spoedig na de bevrijding kwam
uit de illegaliteit het denkbeeld naar voren
een blijvende herinnering aan de verzets
strijd in het leven te roepen en daarmede
het groot aantal gevallenen uit de gemeen
te Ede te eren. Na besprekingen gaf de
toenmalige districtscommandant der B. S.,
de heer D. Wildeboer te Ede, aan een in
middels gevormd comité opdracht plannen
te doen ontwerpen en uit te voeren.
Het comité vond in de heer Jan Brands,
bouwkundige te Ede, de man, die met
voortvarendheid en toewijding deze taak
op zich nam. Een fraaie plaats "vond men
op de Paasberg, een heuvel aan de Oost
zijde van het dorp, waar men een prachtig
panorama heeft over de Gelderse vallei.
Een gelukkig toeval was het, dat de in
Ede gelegerde Canadezen in deze dagen
het was Augustus 1945 naar werkobjec-
ten zochten en het comité greep deze kans
met beide handen aan. Met hun bulldozei'S
togen de manschappen van de 7e Infantry
Brigade aan het werk: Bomen werden ge
veld, stompen gerooid en het hoogste pla
teau werd „bouwrijp" gemaakt.
De aanvankelijke .plannen, een gemeen
schappelijk graf aan te leggen en daarop
een gedenksteen te plaatsen, werden ge
wijzigd, toen bij de geldinzameling, die
door het comité werd gehouden, een bui
tengewone offervaardigheid aan de dag
werd gelegd. Men besloot toen tot het bou
wen van een mausoleum.
Het mausoleum, dat thans ten naaste bij
voltooid is, werd gedacht als een reusach
tige grafheuvel, aan de voorzijde afgesloten
door een muur, waarin de namen der ge
vallen verzetstrijders gebeiteld zijn. De
ontwerper heeft hierbij voor ogen gestaan
ae muur, waarvoor zovelen in de laatste
minuten van hun leven weerloos stonden,
de lopen van het vuurpeloton op zich
gericht.
De muur eindigt aan de rechterzijde in
een platform. Men besloot dit te bekronen
met een drie meter grote bronzen mans
figuur, bezig zich op te richten. Symbolisch
gezien: de neergeslagen strijder, die zich
weer verheft.
Dit beeld werd vervaardigd door de Am
sterdamse beeldhouwer V. P. Semeyn Es-
fer. Terwijl men nog bezig was met de
aanleg van wegen en het aanbrengen van
beplantingen, geschiedden reeds de eerste
bijzettingen.
Op 2 Augustus zal Prins Bernhard, als
oud-opperbevelhebber der Binnenlandse.
Strijdkrachten, het sluitstuk, het bronzen
beeld van de kunstenaar Esser, onthullen.
Het monument zal daarna worden overge
dragen aan de burgemeester van Ede en
aanbevolen in de zorgen der gemeenschap.
Shipping and Trading.
Reeds ruim een jaar verschijnt om de veertien
dagen het tijdschrift „Holland shipping and
Trading" in het Engels, dat in alle delen dei-
wereld wordt gelezen. Het doel Van het blad is
de handelsbelangen van Nederland te bevorde
ren en reeds meermalen- zijn zeer vruchtbare
relaties tussen Nederlandse en buitenlandse
zakenlieden, die het blad lazen, tot stand geko
men. Teneinde ook de handel met Latijns
Amerika te bevorderen is thans ook een zeer
verzorgde uitgave in de Portugese en Spaanse
taal verschenen. Uitgever is de fa. Van Koute
ren te Rotterdam,
De bijen zwermen uit
Turkse druivenoogst. Zon, blauwe luchtwitte druiven en de genoeglijke grijns op
het gebruinde gezicht van deze Turkse wijnboer doen ons .een ogenblik vergeten,
dat ons eigen land óók schoon is en wekken in ons een onredelijk verlangen, om ons
spoorslags naar dit zondoor stoofde land te begeven en de Nederlandse deviezenpositie
in gevaar te brengendoor het verorberen van overmatige hoeveelheden van deze zoete
sappigheid.
Onze vrouwen hebben zich de
smaak der Papoea's eigen gemaakt
De prijzen, welke een Amsterdams wa
renhuis zijn cliënten berekende voor vul
pennen, papierwaren en bijouterieën
werden gisteren door de Amsterdamse
tuchtrechter aan een nadere beschouwing
onderworpen. Het resultaat was, dat vast
gesteld werd, dat vulpennen met stalen
pen, die voor de oorlog drie kwartjes
kostten en thans getaxeerd worden op
f 3,50 in het warenhuis geprijsd waren
voor 9,95,. 10,95, 12,95 en 14,50.
De inkoopfacturen waren in de admi
nistratie aanwezig, doch de firma's van
wie het warenhuis de pennen had afge
nomen, hadden het wijzer geacht op hun
factuur een andere naam en adres te ver
melden dan in overeenstemming met de
werkelijkheid was.
Hetzelfde bleek het geval bij het nagaan
van de leveranciers van papierwaren.
Toen de Prijsbeheersingsambtenaren een
adres op de Keizersgracht te Amsterdam
wilden bezoeken, waar een firma geves
tigd zou zyn, die aan het warenhuis pak
papier had geleverd, wreven de ambtena
ren wel even him ogen uit: op dit adres
bleek namelijk de verdediger van de
warenhuisdirectie te wonen die al -even
verwonderd was toen hij het doel der
komst van de Prijsbeheersingsambtenaren
vernam
Bij de behandeling van de bijoute
rieën gaf de tuchtrechter zeer kort zijn
mening over deze artikelen te ken
nen: „voor de oorlog kochten we
zulke dingen voor een paar kwartjes
van Tsjechoslowakije. Ze werden weer
uitgevoerd naar de Oost, waar ze met
de Papoea's geruild werden tegen
paradijsvogels, hetgeen een goede
handel was". Daar deze zelfde dingen
thans door Nederlandse vrouwen ge
kocht worden voor een paar tientjes,
meende de steller slechts te kunnen
vaststellen, dat onze vrouwen zich de
sniaak der Papoea's hebben eigen ge
maakt
Een deskundige van het warenhuis be
toogde, dat niemand de prijs van bijoute-
Elliot Roosevelt:
De oudste zoon van de overleden pre
sident der Verenigde Staten. Elliot, heeft
een boek geschreven over zijn ervaringen
gedurende de tijd, dat hij in de onmiddel
lijke nabijheid van zijn vader de ontwik
keling meemaakte van de Brits-Ameri
kaanse alliante, die haar bekroning vond
in de Amerikaanse intrede in de oorlog.
Elliot Roosevelt- geeft er blijk van, een
grenzenloze verering voor zijn vader en
diens werk te koesteren, een verering
die millioenen met hem zullen delen. Dit
heeft echter zijn stempel op het boek:
„Zoals hij het zag" gedrukt, zodat het een
zeer subjectieve kijk geeft op de kwesties,
die in het tijdsbestek dat dit boek omvat,
tot ontwikkeling en oplossing kwamen.
Anderzijds bevat het verschillende be
schrijvingen „uit de eerste hand" van ge
beurtenissen, waarvan de wereld voordien
slechts door middel van officiële commu
niqués kermis nam: de conférentie van
Casablanca en de daarvoor voorafgaande
ontmoeting van Roosevelt en Churchill op
de Oceaan.
Elliot Roosevelt onthult in interessante
gespreksfragmenten de verbeten strijd
tussen Churchill en Roosevelt over de
voorwaarden der Amerikaanse hulp. Dat
is een der merkwaardigheden van dit, in
tamelijk naïeve stijl zonder litteraire be
tekenis geschreven document. De ver
houding tot Rusland wordt oppervlakkig
gesignaleerd, doch duidelijk genoeg om de
dood van de président ook in politiek op
dicht te betreuren.
rïeën kan bepalen. Het is een modearti
kel, waarvan de prijs door de smaak vaft
het publiek wordt bepaald. Als voorbeeld
haalde hij aan de Lucky Strike-doosjes",
welke maandenlang geweldige aftrek heb
ben gevonden.. De verkoopprijs bedroeg
1,25, doch in werkelijkheid was de waar
de niet meer dan ttvee cent....
Professor Frans de Backer werd tijdens een
algemene vergadering van de Vlaamse P.E.N.-
club benoemd lot voorzitter als opvolger van
wijlen Tooussaint van Boelaere; Stijn Streuvels
en Herman Telrllnck werden tot ere-voorzitters
gekozen.
Unesco-boekenwurm. Mr. Emerson Gree-
naway maakt in opdracht van de Unesco een
studiereis door Zwitserland, TJsechoslowakiJe,
Oostenrijk en Polen om de toestand van de
openbare bibliotheken aldaar in ogenschouw te
nemen.
Willem pypcr-hutde. Het tijdschrift „Mens
en Melodie" publiceert- een aflevering, die ge
wijd is aan de nagedachtenis van de onlangs
overleden componist Willen» Pijper. Onder de
mederwerkers vinden wij de namen van Hen
drik Andriessen. Henriette Bosmans. Hans Hen-
kemans. Bertus van Lier. Karei Mengelberg, dr.
P. H. Ritter Jr., Paul F. Sanders, Berthe Seroen,
Eric van der Steen, Piet Tiggers en S. Vestdijk.
Onversaagd Salzburg. Het zomerfestival
dat op 27 Juli geopend wordt met een op
voering van „Jedermann" onder regie van Hele-
ne Thlmtg. de weduwe van Max Reinhard, bevat
als hoogtepunt de première van de opera „Dan-
tons Tod" van G. V. Einem onder directie van
Otto Klemperer. Verder brengen Prof. Lothar
Wallenstein en Hans Knappertsbusch een nieuwe
„Bruiloft van Figaro" en een „Cosi fan tutte"
bok zal de opera „Arabella" van Rich. Strauss
op het programma staan.
Edwin Fischer. Vacla Talich, Wilhelm Furt-
wangler. Charles Münch, Jolin Barbirolli, Otto
Klemperer. Ernst Ansermet en Hans Knap-
pertsbuch zullen symphonieconcerten dirigeren,
waarvoor als solist onder andere v~x 11
nuhin geëngageerd is.
Yehudi Me-
Laatste beletselen voor de „zeven
de faculteit" worden weggenomen
De minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen heeft aan het gemeente
bestuur van Amsterdam medegedeeld, dat-
de Kroon tegen de door de gemeentèraad
vastgestelde verordening, betreffende de
instelling van een faculteit voor de poli
tieke en sociale wetenschappen geen be
zwaar meer zal maken, indien enkele be
palingen van deze verordening zullen wor
den gewijzigd.
De belangrijkste van de verlangde wijzi
gingen is de wens om de regeling van de
toelating niet te doen afwijken van de al
gemene regeling op dit punt in de Hoger--
Onderwijswet.
Burgemeester en Wethouders zullen op
korte termijn voorstellen in de door de
minister gewenste zin aan de gemeente
raad doen toekomen, opdat zo mogelijk bij
het begin van het studiejaar 1947/48 of
kort daarna de nieuwe faculteit kan gaan
functioneren.
Restaurants krijgen
geen eieren meer
Met ingang van 6 Juli zal de verstrak
king van eieren aan restaurants worden
stopgezet. In Maart werd aan restaurants
een toewijzing van één ei per twee maal
tijden verstrekt. De seizoenschaarste aan
eiei-en en de behoefte aan export maakten
het onmogelijk de verstrekking aan restau
rants voort te zetten.
GROENTE EN FRUIT IN Ï)E LAGE LANDEN
Wanneer wij terugzien op- de voor land
en tuinbouw zo belangrijke maanden Mei
en Juni, dan valt natuurlijk op, dat in
Mei de temperatuur belangrijk hoger dan
normaal was. Dit blijkt wel uit het fó't
dat de gemiddelde maandtemperatuur in
De Bilt een record hoogte van 15.10° C be-
reikfce (noi'maal 12.6'-'), wat sinds 1889
niet het geval is geweest. De neerslag was
in deze maand veel lager dan normaal;
vooral in het Noorden des lands was het
droog en bedroeg de regenval 6070%
minder dan de normale hoeveelheid. In
-Noordholland viel 40% minder regen, in
Gelderland 30%, in Zeeland 10%; daaren
tegen was de regenval in Utrecht, Noord-
Limburg en Oost Noordbrabant 10% en
in Zuid-Limburg 20% boven het gemid
delde. Dit laatste werd mede veroorzaakt
door een zéér zware regenval in het et
maal van 10 op 11 Mei.
Wel begon Juni uitermate warm. maar
omstreeks de vierde der maand zakte de
temperatuur belangrijk (5 6° onder nor
maal), zodat het gemiddelde in de eerste
twee weken weinig boven het normale
peil lag. De regenval nam toe. het aantal
uren zonneschijn bleef normaal. Enkele
hagelbuien brachten plaatselijk - schade
aan de gewassen toe.
De vrij langdurige droogte heeft de ont
wikkeling van verschillende gewassen on
gunstig beïnvloed. Bloemkool, sluitkool,
erwten, peulen, px-incessebonen, snij- -en
tuinbonen hebben in meer- of mindere
mate door het droge weer geleden en in
de koolteelt is tevens een aantasting door
de koolmade te merken. De ontwikkeling
van verschillende andere gi'oenten als an
dijvie, sla, -pronkbonen, peen en glaspro
ducten als komkommers, meloenen, toma
ten. heeft echter een gunstig verloop. Ook
met betrekking tot de vroege aardappelen
luiden de \moruitzichten gunstig. Aard
beien blij vel# teleurstellen.
FRUIT LOOPT TERUG.
De fruitteeltgewassen ontwikkelen zich
normaal maar de aanvankelijk zeer goede
vooruitzichten, welke waren gebaseerd op
de rijkq bloei, ^zullen, mede ten gevolge
•an de droogte," niet geheel en al in ver
vulling gaar.. Ten aanzien van enkele
fruitsoorten als appelen en peren, die een
sterke vroegtijdige val vertoonden, als
mede van 'pruimen zyn de verwachtingen
minder hoog gesteld, vooral Wat betreft de
pruimen. Niettemin zal de oogst van ap
pelen en peren dit jaar hoger uitvallen
dan in het vorig jaar. Kersen dragen goed:
het zogenaamd kleine fruit zoals bessen en
frambozen is normaal bezet, en de ont
wikkeling van de druiven verloopt alles
zins oevrxligend.
Uitgezonderd in de Beemster, waar het
gewas er matig voor staat, vertonen de
appelen een goede tot zéér goede stand.
De oogst-verwachtingen ten aanzien van
de peren zijn achteruitgegaan; de vroeg
tijdige val der jonge vruchten is veel
sterker geweest dan bij de appelen. Niet
temin zijn de bomen nog goed beladen.
De aanvankelijk gunstige stand der prui
men is in de laatste weken sterk vermin
derd; bovendien komt ©en vrij ernstige
aantasting door de pruimenzaagwesp voor.
in een enkel gebied als de Bangert staat
het gewaè er nog zéér goed voor. Ook in
Zeeland en Limburg en op de Zuidholland
se. eilanden wordt een goede oogst ver
wacht; in de Betuwe, de Tieler- en Bom-
melerwaard, Utrecht en de Lijmers is de
stand matig, in het land van Maas gn
Waal matig tot goed.
Hoewel de jamfabrieken grote hoeveel
heden fruit zullen opeisen, komen er voor
de dii*ecte consumptie voldoende voorra
den los, al zal ook dit jaar de prijzen-
kwestie een netelige blijken te zijn.
Wethouderskwestie99
in Rotterdam opgelost
Rotterdam was tot dusverre de enige ge
meente in Nederland, waar de wethou
ders hun zetels niet naast die van de
burgemeester hadden, doch bij hun
fracties in de raad zaten. - Daarin komt
nu verandering, maar het heeft heel wat
-voeten in de aarde gehad, voor het zo
ver was. Reeds meermalen hadden B.
en W. een voorstel ingediend om de
indeling van de'raadszaal te verandej-en,
maar steeds stemde de meerderheid van
de raad tegen. Nu is eindelijk de kogel
door de kerk en zullen de wethouders
linksm en rechts van de burgemeester
hun zetels krijgen. Toch kreeg het voor
stel slechts achttien van de een-en-der
tig uitgebrachte stemmen.
Over Muziek
Is het hopeloos?
De componist Willem Pijper schreef in
dertijd een aantal zeer lezenswaardige ar
tikelen over muziek. Een daarvan heet: „De
anti-muzikaliteit van den Hollander". Ik
schrijf er een paar zinnen uit over om
daarbij op z'n echt-Hóllands! nog
wat na te mopperen over het een en an
der.
Pijper schrijft: „En toch moet men de
mentaliteit van deze Hollanders, -die alle
concerten nalopen, die een brokje muzikale
opvoeding hebben genoten, die ene opinie
hebben over Bach en de Jazz, die de theo
rieën van Wagner over het Gesammtkunst-
werk hebben overdacht, voor wie concert
programma's met analysen en notenvoor
beelden dagelijkse lectuur zijn, die in de
muzieklexica thuis zijn als onze voor
vaders in de concordantie van Trommius:
anti-muzikaal noemen."
En even verder merkt de schrijver opt
„Niet door de interesse voor een kunst
verraadt een volk ook dispositie voor die
■kunst"
Ik geloof niet zo zeker ir. deze anti-
muzikaliteit, maar als ik de beide aange
haalde opmerkingen van Püper bij elkaar
lees, doemt er een spook op dat dreigend
alle idealen in gevaar brengt. Het is waar
dat interesse voor een kunst geen bewijs is
voor geschiktheid voor die kunst. Pijper
erkpr.t en bespot de Hollandse hebbelijk
heid van weten en oordelen en schrijft:
„Musiceren, muziek maken terwille van
de muziek („omdat het zo mooi klinkt"
of zo fel, of zo vals) doet de Hollander niet
Dat kan hy nog niet of: niet meer
en wat hij niet kan, wat hem niet is voor
gedaan, en uitgelegd, deugt niet. Hij doet
misschien graag alsof, hij houdt zich mu
zikaal. Maar hij verstaat de muziek (de
niet-amusante muziek zonder handels
waarde, de muziek van Mozart, Chopin,
Debussy, Bruckner of Franck) slechts niet
behulp van zyn theoIogiSche of aesthetische
dictionnaire".
Zo is het precies; er is in de hoofden der
Hollanders een overbelasting aan beoor-
delingszucht die de onbevangenheid regel
recht in de weg staat. Maar betreft dit al
léén de muziek? Is het niet juister om aan
te nemen, dat een zeker zelfgenoegzaam
intellectualisme de spontaneïteit doodt? De
Hollanders hebben sinds het verlpop der
zestiende eeuw het musiceren verworpen
of voor een deel gecjassificeerd en zich
verder volgens een zelfbewuste verstande
lijkheid intellectueel en commercieel ge
vormd en de duivel der verwaandheid heeft
in alle verdere tijden solide successen ge
boekt. Wij iveten nu alles en bij alle levens
verschijnselen is onze eerste en enige be
zigheid het beoordelen dezer verschijnse
len. De Hollander maakt geen sprong op
goed geluk, maar staat stil op beide benen
en beoordeelt en beoordeelt. Hij beoordeelt
de natuur, de bovennatuur, de kunst, het
kunstwerk, de kunstenaar, enfin alles. Zijn
tweede zorg, die aan de eerste gelijk is, is
de aandacht er voor te waken dat hij geen
fout maakt, dat hij niet door andere veel
weters voor iets minder intellectueel zal
worden gehouden. Het komt er voor de
Hollander op aan dat hij „op de hoogte"
blykt te zijn, dit wil zeggen dat hij kan
oordelen! De vraag is niet in hoeverre hij
spontaan en geestig in levenskunst is, maar
of hij mee kan in de algemene beoordelings
race.
Ik geloof dat onder deze twijfelachtige
historische ontwikkeling der Hollanders
het leven der litteratuur en der beeldende
kunsten minder heeft geleden dan de mu
ziek en dan ligt Pijper's bittere conclusie:
de Hollander is anti-muzikaal, voor de
hand. Ik herinner mij heel goed dat Pijper,
die de Hollandse bourgeoisie grondig ver
achtte, niet veel verwachting had van de
muzikaliteit ih de toekomst; de laatste
zin van zijn artikel luidt: „Misschien is
onze volgende generatie wat ondegelijker
het zou ons muziekbegrip ten goede
komen
Moeten wij de mogelijkheid uitsluiten
dat in een volgend of weer later volgend
geslacht de geestelijke zelfgenoegzaamheid
zal worden onttroond door een natuurlijke
zin voor humor en de al-oude behoefte aan
musiceren en onbevangen luisteren mtar
muziek, zonder de geest van wikken en
wegen, van oordeelsnoodzaak?
In ieder geval zal de verandering door
ons geslacht niet meer beleefd worden. Wij
zullen wel beleven dat de muzikale opvoe
ding in de scholen herzien wordt, maar wie
kan dc zekerheid hebben dat ook hier weer
niet de wetenschap en het systeem hoogtij
zullen vieren? Me dunkt, de Hollander
moet leren dat de muziek er is om er vol
komen vrij geluk en plezier van te hebben
zonder intellectuele afrekening. Een deel
van het Hollandse wezen is anti-muzikaal,
maar een ander, dieper deel niet.
Pijper schrijft: „Met de musische kun
sten, die van het geluid en van de bewe
ging, weet een' Hollander niet goed raad.
De kunst der welsprekendheid was hier
nimmer inheems; het karakter onzer volks
dansen is stug en ruw: een tooneelschrijf-
kunst heeft hier nooit bestaan na de „duis
tere" middeleeuwen: en de muzikale com
positie is na Sweelinck's dood precies drie
honderd jaar vergeten gebleven."
Als over honderd jaar Pijper, gearmd met
een tijdgenoot in een Hollandse musice
rende familie terugkomt, hoop ik dat hij
zeggen zal: „had je dat nu ooit gedacht?"
HENDRIK ANDRIESSEN.
Zwoegers langs dc straat. - De peinzende moede koppen van. stoere paarden hebben
door de eeuwen heen schilders en poëten geïnspireerd. Ook dc fotograaf vindt er ia
de moderne tijd van auto en traetor een welkom onderwerp voor een stemmig plaatje
in