DSERaVlT
Litteraire Kaottekeolegein
B
In de Haarlemse duinen ontsproot een
nieuwe loot aan de boom der sporten
Ons volk is weinig geschoold
in buitenlandse politiek"
FOUT
Dr. W. Mengelberg krijgt jaarlijks
f10.000 van de N.V. Het Concertgebouw
ZATERDAG 5 FEBRUARI 1949
3
ERIC KNIGHT: „3oe en Hessie" (Vertaling: Mevr. A. Greshoff-
Brunt). (N.V. Em. Querido's Uitg. Mij, A'dam).
JIJ I-IET LEZEN van dit boek over de
i trouwe vriendschap tussen mens en
hond heb ik herhaaldelijk moeten denken
aan de schoonste bladzijden die destijds R.
N, Roland Holst in zijn „Overpeinzingen
van een Bramenzoeker" heeft geschreven
ter nagedachtenis van zijn grote honden
vriend. „Wanneer ik denk aan al de warmte
die hij mij heeft toegedragen, aan de bonte
vreugde die hij mij heeft gebracht, a8n de
rust met al haar schone openbaringen,
waaruit zijn nabijheid de te grote eenzaam
heid verdreef; wanneer ik aan dit alles te
rugdenk, dan begrijp ik, dat toen hij zacht
gebed lag op een korenwan, uitgestrekt als
op een grote schelp, en de gloed van zijn
leven vloeide van hem af, dat ik toen zéér
goed wist, dat hij mijn meerdere was ge
weest, mijn meerdere althans in altijd hel
dere oprechtheid, mijn meerdere ook in
sterke zelf beslotenheid."
Zo'n meerdere was Lessie, de collie, in
haar majesteitelijke waardigheid, haar on
wrikbare trouw, haar liefde voor naar
kleine baas Joe, een arme mijnwerkerszoon,
een schooljongen nog die zijn hart aan
Lessie had verpand. Mensenziel en honden-
ziel, belichaamd in zo ongelijksoortige ge
stalten, verweven zich tot een verbond van
innige gehechtheid, in vreugde en in leed.
Want leed vanwege trouw kennen de hon
den zowel als de mensen en het menselijke
is vaak hondser dan wat des honds 'is. Ver
driet om het gescheiden-zijn kennen zowel
Joe als Lessie; want Lessie kan niet blij
ven in het door werkloosheid verarmende
mijnwerkersgezin. Ze is een toonbeeld van
haar hondensoort, deze Lessie, een vol
maakte collie, een prinses van schoonheid
en voornaamheid, van. wat R. N. Roland
Holst „sterke zelfbeslotenheid" noemde. En
daarom is ze kostbaar in klinkende munt.
Groot is de zelfstrijd, alvorens Joe's ouders
ertoe besluiten, haar te verkopen aan de
zonderlinge maar menselijke Hertog van
R/udling. Steeds weer zegt de drang van
haar instinct of de liefde van haar honden-
hart haar, dat ze terugmoet; en ze ontsnapt,
twee-,-driemaal, tot de afstand tussen Les
sie en Joe zo groot wordt, dat er van geen
wederzien meer sprake schijnt te zijn: de
Hertog heeft haar van Yorkshire doen bren
gen naar zijn buitengoed in het hoge Noor
den van Schotland en honderden mijlen
scheiden Lessie van Joe. Ze kwijnt en ver
langt, maar sterk blijft ze in haar trouw.
En zo doet ze dan, wat bijna onmogelijk is:
ze ontkomt en vlucht, Zuidwaarts, steeds
Zuidwaarts, honderden mijlen. Ze leert
de mensen kennen in hun domme wreed
heid en hen vrezen; ze wordt gekweld door
honger en dorst; ze moet vechten tegen
haar mede-honden, strijdt in een maal
stroom met de dood maar ze géat,' ge
dreven door de herinnering aan daar, waar
het goed is, daar waar haar hart. is. Gewond
en gekneusd ligt ze in koortsen, uitgeput
door ontbering. Een enkele maal is ze tijde
lijk welgeborgen in de nabijheid van goed-
hartigen. Maar dan gaat ze weer, opgejaagd
als een zwerver, gevangen als een dolle
hond, gestenigd en beschoten, overmeesterd
door de sneeuwstorm. Er is voor haar één
kwade kans: dat zij zal vergeten, waaróm
ze gaat en zoveel ontbering doorstaat, en
dat ze doelloos zal gaan dwalen als een
verlorene. „Maar", schrijft Knight, „hoop
mag dan al sterven in een menselijk wezen,
in een dier sterft ze niet. Zolang als het
leeft, blijft het hopen en vertrouwen." En
zo is het met Lessie: ze vindt haar weg.
terug, over bergpassen en langs stoffige
landwegen,' over warrige heide en door be
dreigende mensensteden.
Van dit honden- en mensenleven vertelt
Eric Knight in die grootst mogelijke een
voud, die het kenmerk is van het waarach
tige, het zuiver-menselijke. Hij vertelt er
gevoelig van zonder sentimenteel te wor
den (met uitzondering van het al te vol
maakte „happy ending"), ernstig zonder
zwaar-op-de-hand, geestig zonder grappig
te zijn. Met een onfeilbare tastzin voor
nuances en voor evenwichtigheid weeft hij
beide dooreen: mensen- en hemden-gevoel,
zonder de hond te vermenselijken. En zo
doet hij ons door de hond de mens ver
staan en omgekeerd. Het is soms, of Knight
bij het schrijven de Buff on voor ogen stond,
Voor kinderen die nog
en wel een bladzijde, waarop de hond de
mens tot voorbeeld wordt gesteld en waar
deze zin te lezen staat: „Zonder door de ge
dachte kennis te bezitten gelijk de mens,
heeft de hond alle warmte van het gevoel.
Meer dan de mens kent hij de trouw, de
standvastigheid in genegenheid".
Onder de vele hondenverhalen is er maar
één dat mij met uitzondering van R. N.
Roland Hoist's „Overpeinzingen van een
Bramenzoeker" in gelijke mate getrof
fen heeft als Knight's „Lessie en Joe": een.
vertelling van Leonid Andrejew: „Koussa-
kah", die Russisch-melancholisch wel droe
vig eindigt, maar afgestemd is op dezelfde
deernis en dezelfde liefde, die mens en
hond verbindt.
Eric Knight heeft zijn boek opgedragen
aan een vriend, „een man, die honden be
grijpt" en dus zeker R, N. Roland Holst
verstaan zou hebben, waar hij, in Knight's
geest, schrijft: „Gij roept om wonderen, zie
hier één der vele kleine wonderen die u
omgeven, en die gij te achteloos voorbij
gaat. Want dit toch is een wonder, groter
dan de ontmoeting van twee zielen die el-
kaars noden en deugden na kunnen wegen
tot diep in het eigen hart", het wonder
van hechte vriendschap tussen mens en
hond.
Geeft, zou ik willen besluiten, dit zuivere
en ontroerende boek waar ge kunt: geeft
het uw kind of uw vader, het zal zijn werk
doen, het werk van warme toewijding, van
waardigheid en offervaardigheid en van
beloonde trouw, deugden van het hart
die onze tijd zozeer nodig heeft.
C. J. E. DINAUX.
Luchtbrug voor auto's
van Londen naar Parijs
In afwachting van de Kanaal-tuimel
waarvoor de plannen nog altijd sluimeren
in diverse Franse en Engelse parlemen
taire dossiers zal op 4 April tussen Le
Fouquet (Frankrijk) en Folkestone (En
geland) een'brug worden ingewijd. Een
brug, waarvoor geen kubieke meter beton
of staal behoefde te worden aangevoerd
om de simpele reden dat het enig materiaal
er van uit Bristol-vliegtuigen bestaat. Na
het geslaagde Berlijnse experiment zal er
thans een tweede Europese luchtbrug wor
den opgericht.
Het initiatief werd genomen door een
Engelse maatschappij Silver City Air
ways die zich voorstelt haar Bristols
vooral aan automobilisten ter beschikking
te stellen. Dank zij de nieuwe brug zal een
autorit van Parijs naar Londen niet meer
tijd vereisen dan een willekeurige reis op
het vasteland over een gelijke afstand.
Nauwelijks 20 minuten na het ogenblik
dat men in Frankrijk, achter het stuur
zittend, is opgestegen, wordt men namelijk
in Engeland weer op de vaste grond ge
zet. De douaneformaliteiten zullen tot het
hoog nodige beperkt worden zodat de
maatschappij meent dat het mogelijk zal
zijn de afstand tussen een Parijse ontbijt
tafel en een Londense lunch in één mor
gen per auto af te leggen.
De eerste proeven voor de luchtbrug
zijn vorige zomer genomen en ze bleken
aan de hoogste verwachtingen te voldoen.
Niettemin kan het eerste jaar nog maar
een beperkt aantal vliegtuigen worden
ingezet en zal de dienst slechts van April
tot October worden onderhouden. Ge
middeld worden per Bristol twee auto's
vervoerd en de prijs per overtocht door
de lucht zal die per veerboot nauwelijks
overschrijden.
Parijse „Ome Jan"
heeft het druk
(Van onze correspondent te Parijs)
De Parijse bank van lening, die hier niet
als „Ome Jan" maar als „Mijn Tante" een
bepaalde populariteit geniet, heeft haar
jaarstaat over 1948 bekend gemaakt. Uit
de aard der artikelen, die „Mijn Tante"
ter beschikking werden gesteld, blijkt dat
zij haar clientèle thans in stijgende mate
uit de eertijds „gezeten" klasse recruteert
(een verschijnsel dat overigens na elke
oorlog of revolutie waar valt te nemen).
In de vorige eeuw beleenden gesjochten
studenten en aan lager wal geraakte ar-
tisten hun horloges, stoelen, tafels, bedden
en matrassen (in 1890 bezat „Mijn Tante"
100.000 van die exemplaren). Thans ko
men de klanten met familiesieraden en
diamanten aandragen en het aantal ma
trassen is bijvoorbeeld tot 200 geslonken.
Over het jaar 1948 betaalde de bank 1
milliard 200 millioen francs aan belenin
gen uit, welk bedrag door de stad Parijs
werd voorgeschoten en over 1949 denkt
men 3 milliard (oftewel drie millioen gul
den) nodig te hebben om aan alle aan
vragen te voldoen.
Een flink deel van deze gelden wordt
aan automobieleigenaren uitbetaald. Wan
neer men een wagen bij de bank brengt
toucheert men 25 pet, van de waarde als
onderpand. De auto wordt dan netjes on
derhouden en elk moment dat de eigenaar
er over wil beschikken, kan hij, tegen te
rugbetaling van het bedrag, zijn bezit weer
komen ophalen. Aangezien garagekosten
in Parijs hoog zijn opgelopen, maken vele
automobilisten van de diensten van „Mijn
Tante", vooral 's winters, gaarne gebruik.
Op het ogenblik kost het daarom grote
moeite een vrije plek in de garage van de
bank van lening te vinden, hoewel deze
op stalling van tweeduizend wagens is be
rekend.
MINISTER STIKKER:
Niet het recht geeft in de eerste plaats de doorslag,
maar hetgeen verschillende volken als hun belang
beschouwen
In de stille duingebieden tussen de Brou
werskolk, de Zanderij vaart, de Blinkert en
het Visserspad, doen al tientallen jaren
vele groepen jongens hün indianen-
spelen. Een dezer groepen kwam er al
spelende toe om zich in lopen, springen en
speerwerpen te gaan oefenen. Ge zoudt de
lantraanplaatjes van Jan P. Strijbos, die
een dier Winnetou's was, moeten zien om
te begrijpen hoe romantisch deze pioniers
der athletiek in de natuur speelden en
oefenden. In dit groepje, dat later sterk
onder de geestelijke invloed van de onver
getelijke kunstenaar van Zuid-Schalkwijk:
Co Donker, stond, werd ten slotte de grond
slag gelegd voor de latere H.A.V. Haarlem,
die tot aan zijn dood in Hil van der Mey
een groot activator vond. Bekwame gym
nastiekleraren als Van 't Lam, Admiraal,
Verwers, Van der Putte, Korver en Rinkel
hebben deze athletiek in de natuur als win-
tertraining voor de wedstrijdathleten ge
leid.
Deels door het feit dat daar in die duinen
de grondslag voor de twaalf Club-Kam
pioenschappen van Nederland, die Haarlem
won werd gelegd en niet minder dank zij
een intensieve propaganda door sportpae-
dagogische artikelen en sportrijmen in „De
Athletiekwereld", het ICNAU-orgaan, door
lezingen in het hele land en uitnodigingen
om dit eens persoonlijk mee te maken is
in de laatste tien jaren deze vorm van
conditie-training door talloze atletiek
verenigingen in vele plaatsen nagevolgd.
De vreugde brengende, gezonde en de ge
hele mens verfrissende oefeningen in het
lopen, dribbelen, hellingen op- en afstor
men, hoog-, vèr- en diep-springen; de sen
saties van een snelle bosloop tussen bomen
en struiken, de gymnastiek-oefeningen, de
talloze vormen van hordenloop en werp
spel maken deze wintertraining der athle-
ten tot een aparte tak van sport, die tot een
volwaardige vorm van lichamelijke oefe
ning in de open lucht is uitgegroeid.
Ruim een kwart-eeuw geleden is de H.A.
V. Haarlem als eerste, atletiekvereniging
in het land met indoor- en outdoortraining
begonnen. Elke athletiek vereniging van
enige betekenis in het land volgt thans
haar voorbeeld na.
De H.A.V. bood ook in de laatste jaren
aan diverse nationale kampioenen op het
gebied van andere sporten (o.a. boksen,
kano-sport) de gelegenheid om hun con
ditie door dit thans tot een kunstige metho
diek ontwikkeld trainingssysteem te verbe
teren. Jan Stender, de befaamde zwemcoach
der Robben leerde bij de H.A.V. de koste
lijke waarden van de bos- en duintraining
kennen en past deze dankbaar en met suc
ces voor zijn zwem-kampioenen toe. De
navolging wordt steeds groter.
Thans ziet'men in onze duinen dan ook
naast een geweldige troep H.A.V.-ers, ook
drommen athleten van „Gita", athleten
van „Holland", wielrenners van „De Kam
pioen" en zo nu en dan handbalsters van
Concordia en andere sportlieden trainen.
Ook de Olympische athleten van 1948
hebben in de duinen de grondslag voor hun
conditie, gelegd.
De sportechnische waarde ervan is dan
ook groot. De coach kan hier de kunst van
het trainen volledig beoefenen.
De sportpaedagoog, de man dus die niet
alleen naar kortstondige wedstrijd-toppres
taties kijkt, vindt hier een niet minder
ideaal werkterrein.
Het „Zwarte Woud" met zijn harde en
rulle paden, bochten en rechte stukken,
steile hellingen, afgegraven duinen en on
verwachte natuurlijke hindernissen is een
Iedere Zondagmorgen komen leden van de
H.A.V. Haarlemin de duinen van Overveen
bijeen voor een gezonde training.
lustoord voor de ontwikkeling van gezon
de, robuste sportjongens en njgisjes.
Daarbij komen als sportieve factor dan
nog de weerstanden van ons ldimstat, de
altijd andere weersgesteldheid, die tot strijd
tegen wind en storm, sneeuw en regenvla
gen, dwingen en bij zonnig, vrieshelder
weer met gladde wegen en betonharde
duinvlakten de spieren en gewrichten, het
uithoudingsvermogen en de durf, de be
hendigheid en vaardigheid extra, op de
proef stellen.
Het is daar altijd mooi tussen de dennen
en de berken, in de bemoste duinvalleien
en op de hoge toppen, die door de opko
mende zon menigmaal sprookjesachtig ver
licht worden. Opkomende zon? zult u vra
gen. Zo is het van November tot Februari.
Als duizenden jongeren nog te bed lig
gen dan vullen de athleten hun longen
reeds met de ozonrijke zuivere zeelucht en
klinken hun kwinkslagen ergens in dat
stille duingebied.
Gekleed in het sobere trainingspak der
athleten of de veelkleurige jumpers der
dames en meisjes wordt door die sportjeugd
volop genoten van de natuur en de moder
ne wetenschap der lichamelijke opvoeding.
Er wordt sport gepleegd'van de beste kwa
liteit.
Er wordt hier ook een kostelijk brok
geestelijke, morele en lichamelijke hygiëne
aan de jeugd geschonken.
De duinen tussen Brouwerskolk en Blin
kert hebben een nieuwe loot aan de rijke
boom der sporten doen ontwikkelen.
Nederland zal over tien jaar tienduizen
den trainende jongens en meisjes in bos
en hei, langs duin en strand zien oefenen
en trainen in de natuur.
Haarlem was daarvan dan de bakermat,
JAN HUT.
(Van onze parlementaire redacteur)
Minister Stikker toonde, toen hij zijn op
papier gestelde rede ter verdediging van
zijn beleid voordroeg, dat hij een man is,
die aan nuchtere redenering voorkeur geeft.
Dit bleek vooral uit de nuttige lessen,
welke hij via 's lands vergaderzaal aan het
op het gebied van de buitenlandse politiek
weinig geschoolde Nederlandse volk gaf.
Terecht voerde hij als verklaring voor die
ongeschooldheid aan, dat wij zo lang ge
zworen hadden bij een politiek van „als wij
maar met rust gelaten worden". Een beetje
hooghartig haddon wij uit een zijloge onze
blik geworpen op de arena van de inter
nationale staatkunde. Nu zagen wij er on-s
zelf plotseling middenin geplaatst. Wij
dienden wat meer begrip te hebben voor
het feit, dat helaas in deze wereld
nog lang niet alleen of in de eerste plaats
het recht, gelijk het zijn moet, de boven
toon heeft, maar dat dikwerf veel meer
datgene, wat verschillende volken voor hun
belangen aanzien, de doorslag geeft.
Natuurlijk betekent dit niet, aldus de
minister, dat wij, wanneer de Veiligheids
raad zijn bevoegdheid verre te buiten gaat,
daarvoor zouden moeten buigen. Maar wij
hebben er ons wel rekenschap van te
geven, hoe bijvoorbeeld landen, welke van
mening zijn, dat alles moet worden gedaan
om botsingen tussen het Westen en het
Oosten te voorkomen, niets willen weten
van handelingen, welke die botsingen
eventueel zouden kunnen bevorderen,
evenmin als volkeren, die boven alles ver
weer tegen communistische gevaren op de
voorgrond plaatsen, gaarne iets zien ge
beuren wat een daarop gericht beleid zou
kunnen doorkruisen. In elk geval achtte de
bewindsman het volkomen verkeerd voor
een land als het onze om nu maar zijn toe
vlucht tot een isolementspolitiek te nemen
en de Verenigde Volken gegriefd en mok
kend te verlaten, want dat gedoogt ons be
lang niet.
Omtrent de te vormen Europese raad
gevende vergadering zeide hij, dat nog niet
beslóten is, hoe zij precies zal moeten wor
den samengesteld en evenmin hoe het daar
met stemmen zal moeten gaan, maar wel
dat men in Londen reeds heeft uitgemaakt,
dat de Raad van Europese Ministers zich
eventueel door een veto zal kunnen ver
zetten tegen het door diq vergadering aan
snijden van kwesties, welke die ministers
daar niet behandeld wensen te zien en dat
bij voorbaat reeds defensievraagstukken
taboe voor bespreking in dat lichaam zullen
zijn.
Bij de replieken diende mr. Van der Goes
van Naters (Arbeid) een motie in ten einde
de Kamer zich te doen uitspreken voor de
nodige volksinvloed in het Europees parle
ment.
Minister Stikker, die veel bleek te voelen
voor een spoedige totstandkoming van een
Atlantische Unie, stipte nog aan, waarom
men zijns inziens de West-Europese Unie
niet als bedenkelijke blokvorming kan be
schouwen.
Schaatsen rijden
Loting voor het Europese
kampioenschap
Donderdag en Vrijdag hebben de vier
vertegenwoordigers van Nederland bij de
Europese kampioenschappen zoveel moge
lijk rust gehouden. Op beide dagen hebben
zij een zeer korte periode op het ijs gestaan
teneinde de spieren los te houden, maar van
training en het op tijd rijden van ronden
was geen sprake meer. De lichamelijke
conditie van Broekman, Van der Voort,
Huiskens en Langedijk is voortreffelijk.
Broekman heeft weinig of geen hinder
meer van zijn valpartij op Woensdagmor
gen. Ook de dijbeenblessure van Langedijk
is geheel genezen, al moet op de lange af
standen nog blijken of hij er geen hinder
van zal ondervinden.
Vrijdagavond laat is in het restaurant
van de IJsclub Davos de loting gehouden
van de 500 m en de 5000 m, welke respec
tievelijk Zaterdagmorgen en -middag wor
den gereden. Een'en dertig rijders nemen
deel van negen verschillende landen. De
coach van de Nederlandse Ploeg, dr. ir. A.
F. van der Scheer, lootte voor onze land
genoten en over het algemeen mocht deze
loting niet ongunstig worden genoemd.
Het resultaat voor de Nederlanders was.
500 meter elfde rit: Langedijk tegen Werth
(Oostenrijk): vijftiende rit: Merenyi (Hon
garije) tegen Huiskes; zeven en twintigste
rit: Broekman tegen Marshall (Groot Brit-
tannië)een en dertigste rit: Van der Voort
rijdt alleen.
5000 meter elfde rit: Pajor (Hongarije)
tegen Huiskes; dertiende rit: Strepel (Oos
tenrijk) tegen Van der Voort; zeventiende
rit: Catterio (Italië) tegen Langedijk: vijf
en twintigste rit: Janemar (Zweden) tegen
Broekman.
Natuurlijk gruwt de bewindsman van
godsdienstvervolgingen, hetgeen niet weg
nam, dat hij niet veel scheen te zien in een
motie als de heer Serrarens had voorgesteld
en dat hij prof. Gerbrandy er op moest
wijzen, dat wanneer men wegens dergelijke
aangelegenheden actief zou willen ingrij
pen, men licht de souvereiniteit van een
land zou gaan aantasten, iets waarvan juist
de Anti-Revolutionnaire afgevaardigde in
ander opzicht bleek te gruwen.
Vérmeid zij nog, dat de minister van Bui
tenlandse Zaken met warmte hulde bracht
aan de ijver en toewijding van zijn staf, die
oyer het algemeen veel te karig bezoldigd
wordt, zodat hij daarin gaarne nog verdere
verbeteringen wil aanbrengen, al heeft hij
natuurlijk de beperkte mogelijkheden met
uit het oog te verliezen. Prettig deed ook
zijn verklaring, dat hij al het zijne wil doen
om het contact met de Kamer en de betref
fende commissie over het buitenlands be
leid te bevorderen. Dinsdag zal minister
Stikker nog dupliceren.
Zonder hoofdelijke stemming ging een
wijzigingswet je van de regeling afwikke-
ling^B zuivering er door evenals het wets-
onty^p, dat de mogelijkheid opent om in
gemeenten boven de 20.000 kiezers een
andere verdeling der kieskringen te maken.
Voetbal
K. van der Meer zal Engeland
Schotland niet leiden
De Schotse Voetbalbond heeft het voor
stel van de Engelse bond, om de Nederlan
der K. L. van der Meer als scheidsrechter
aan te wijzen voor de wedstrijd Engeland-
Schotland in het Wembley Stadion, ver
worpen. De Schotten stellen voor de Ierse
bond of de bond van Wales te verzoeken
een scheidsrechter aan te wijzen.
Programma voor Zondag
blijft gehandhaafd
Het hoofdconsulaat van de KNVB deelt
het volgende mede: Gezien het buitenge
woon fraaie weer en de gunstige tempera
tuur overdag, zal het programma van de
KNVB van Zondag in zijn geheel worden
gehandhaafd. In eerste instantie worden de
speelvelden door de consuls gekeurd, ter
wijl de uiteindelijke beslissing bij de be
treffende scheidsrechters ligt.
Alle, door de KNVB voor Za t e r d a g
vastgestelde wedstrijden zullen daaren
tegen géén doorgang vinden.
De afdelingJiaarlem van de KNVB heeft
hetzelfde besluit genomen. Vanmiddag
gaan de wedstrijden niet door en de be
slissing voor Zondag wordt overgelaten aan
de consuls en scheidsrechters.
Wedstrijden voor Zondag
Daar het niet zeker is, dal het volledige
programma afgewerkt wordt, zullen wij
geen voetbaloverzicht geven, doch her
inneren aan enkele belangrijke wedstrijden
in Haarlem. EDO ontvangt in het Noorder
Sportpark de kampioensploeg VSV.
TYBB kan kampioen worden, als op
eigen terrein minstens één punt veroverd
wordt tegen RKVVA en in Heemstede zal
een felle strijd gevoerd worden tussen HBC
en Hillinen in de derde klas A van district
2. Beide -elftallen komen nog in aanmer
king voor degradatiewedstrijden.
Korfbal
Zondag geen korfbal en hockey
De besturen van de Koninklijke Neder
landse Korfbalbond, van de Haarlemse
Korfbalbond en van de Koninklijke Neder
landse Hockeybond hebben de voor
Zaterdag en Zondag vastgestelde wedstrij
den afgelast. Voor de korf bal wedstrijden in
Overijssel is echter een uitzondering ge
maakt.
OVER MUZIEK
Dezer dagen las ik in een weekblad het
volgende bericht.
„De Weensche componist Heinrich
Tschuppik heeft het manuscript van een
„Preludium voor Orkest" gevonden dat
waarschijnlijk van Bruckner is. De parti
tuur is ter wetenschappelijke bestudering
voorgelegd aan prof. Leopold Nowack;
mocht deze het werk voor authentiek ver
klaren dan zal de Weense Philharmonie
weldra de wereldpremière geven".
Dit bericht moet natuurlijk voorstellen
de mededeling te zijn van een zeer ernstige
aangelegenheid, waarbij een paar eveneens
ernstige mannen uiterst fatsoenlijk en ge
wetens-nauw een stuk nalatenschap van
een groot man onder 't oog neemt. Maar ik
kan 't zo mooi niet vinden; ik vind het
belachelijk. Een zeker componist ontdekt
ergens een manuscript, blijkbaar de parti
tuur van een ouverture voor orkest. Nu
zou men verwachten dat de man. na aan
dachtige lezing van het werk, eens ging
praten met een dirigent. Ik stel mij voor
dat de dirigent het stuk mooi vindt en
daarom besluit het uit te voeren. Het is
ook mogelijk dat de dirigent de ouverture
niet van betekenis acht en dus niet denkt
over studie en uitvoering. Nemen wij aan
dat de ontdekker zelf het werk zeer mooi
vindt, dan zal hij bij andere dirigenten
aankloppen, want als hij werkelijk enthou
siast is over de muziek, zal hij niet rusten
eer het stuk klinkend tot zijn recht komt.
Ik lees niet in het bericht, dat zich een
dergelijk proces heeft afgespeeld. De kwes
tie was blijkbaar alleen, of het stuk door
Bruckner was gecomponeerd. Als dit zo is
zal het worden uitgevoerd, en wel zo gauw
mogelijk; en als 't niet zo is.wordt het
dan niet uitgevoerd? Gesteld dat het een
jeugdwerk van de grote symphonicus is,
dat het weinig te betekenen heeft, is het
dan de moeite waard om uit te voeren?
En als 't een mooi werk is, gecomponeerd
door Piet Jansen, wordt het dan niet uit-
geyóörd? Wat is dit voor een ontdekker,
deze heer Tschuppik, die zich wel bekom
mert om de naam, maar niet om de schoon
heid? Kunnen de Weense dirigenten en de
componist Tschuppik niet met elkaar uit
maken, of - een stuk de moeite waard is
om te studeren en uit te voeren? Blijkbaar
bestaat deze kwestie niet voor hen; zij
willen alleen maar weten of het werk van
Bruckner is, dan zijn zij gedekt! Mooi
of niet mooi, daar hebben zij niet mee te
maken.
Wat doet deze ontdekker, die nota bene
zelf componist is? Hij laat het manuscript
voorleggen aan professor Leopold Nowack
en die moet nu, geleerd en wel, uitmaken
of het al of niet van Bruckner is. Het wordt
zoals 't heet, „wetenschappelijk bestu
deerd". Deze enorme bezigheid zal zich
uitstrekken over vergelijkende studies, bïo-
graphische onderzoekingen, misschien wel
autogvaphische en inkt-analyses. Enfin, het
zal zeer gewichtig zijn. En stelt u zich nu
voor dat Bruckner uitgeschakeld wordt en
dat het werk door Piet Jansen (weet ik
veel) blijkt geschreven te zijn! Weg alle
betekenis: al zou 't nog zo de moeite waard
zijn, het zou alleen uitgevoerd worden
als 't van Bruckner was, mooi of niet mooi.
Het is belachelijk, maar het is ook treu
rig. Men moet zich verwonderen over een
componist-ontdekker, die op een dergelijke
wijze te werk gaat en over een professor,
die geen onderscheid weet te maken. Want
deze geleerde moet wel bereid zijn om te
onderzoeken of hij de componist kan ont
dekken, maar de hoofdzaak. de bepaling
der werkelijke muzikale waarde moet
hij aan de musici overlaten. De voornaam
ste vraag is: hoe is de muziek; een andere
vraag is wie is de maker Is Piet Jansen
de componist van een mooi stuk, dan: hulde
aan Piet Jansen wegens zijn werk. Is de
muziek mooi en blijkt 't stuk van Bruckner
te zijn, dan zal het bijdragen tot de oude
roem van de symphonicus.
De composities danken hun roem niet
aan de componisten, maar de componisten
danken hun roem aan de composities. De
uitvoerende musici strijden voor de muzi
kale schoonheid en zij verdienen daarvoor
gehuldigd te worden. En als zij zich bij
geval vergissen is het niet aan prof. Leopold
Nowack om dit uit te maken.
Het is zeer goed mogelijk dat wij nooit
meer iets horen over bovengenoemd ma
nuscript. Dan was 't dus niet van Bruckner.
Maar als 't nu eens een heel mooi stuk was?
HENDRIK ANDRIESSEN.
Amsterdamse raad verlaagt
het subsidie met dit bedrag
Jorwerd wenst geen toren a la Pisa. Provinciale Staten van Friesland hebben een groot bedrag
beschikbaar gesteld voor de restauratie van kerk en toren-der Ned. Herv. Gemeente te Jorwerd
in Friesland. Deze toren is volgens deskundigen de fraaiste dorpsioren in Romaanse stijl
Bij de behandeling van de begroting
voor 1949 in de gemeenteraad van Amster
dam is bezwaar gemaakt tegen het subsidie
aan de N.V. Het Concertgebouw, omdat
gebleken is dat dr. W. Mengelberg jaar
lijks een bedrag van 10.000 van deze in
stelling ontvangt.
Mevrouw Heyermans (Onafhankelijk)
diende een motie in, beogende de raad te
do.en uitspreken, dat het subsidie aan het
Concertgebouw gegeven wordt „om het
muziekleven te stimuleren en niet om mede
onderstand te verlenen aan een collabora
teur".
In de motie worden B. en W. uitgenodigd
de waarborgen te verkrijgen, dat het ge
meentesubsidie alleen gebruikt zal worden
voor het doel, waarvoor het bestemd is.
De wethouder van Onderwijs, mr. A. de
Roos, verklaarde dat B. en W. direct, na de
bevrijding op instigatie van Militair Gezag
aan het bestuur van het Concertgebouw
Stanley moet Engeland uit
Een ambtenaar van de Poolse ambassade
te Londen heeft gisteren medegedeeld, dat
een ambtenaar van het Britse ministerie
van Binnenlandse Zaken Donderdag j.l. een
bezoek heeft gebracht aan het Poolse con
sulaat, teneinde de consulaire autoriteiten
mede te delen, dat de Britse minister van
Binnenlandse Zaken, James Chuter Ede,
heeft besloten dat Sydney Stanley.de hoofd
getuige in het onderzoek, dat kortgeleden
werd ingesteld n,aar beweerde corruptie in
regeringskringen, Engeland moet verlaten.
Volgens de ambtenaar van de Poolse am
bassade deelde de vertegenwoordiger van
hebben medegedeeld, dat aan dr. W.
Mengelberg geen salaris mocht worden
uitbetaald, opdat niet ten onrechte ver
mogensbestanddelen van het Concertge
bouw aan die van dr. Mengelberg zouden
worden toegevoegd. Gebleken is nadien,
dat het bestuur van het Concertgebouw
zich tegenover dr. W. Mengelberg con
tractueel verbonden had tot uitbetaling van
dit „pensioen" als hij niet als dirigent zou
optreden. Juridisch is de plicht tot uitbe-
ling vastgesteld. Vandaar dat deze post op
de begroting in de rekening van het Con
certgebouw voorkomt. B. en W. noch de
raad hebben de bevoegdheid die post te
schrappen.
In een geheime zitting welke bijna an
derhalf uur duurde, beraadslaagde de raad
over de motie van mevrouw Heyermans.
Na heropening van de vergadering
deelde de voorzitter mede, dat de heer Le
Cavelier (V.V.D.) de volgende motie had
ingediend:
„De raad. bekend met het feit, dat
een commissie in ingesteld om het al
gemeen beleid van de N V. het Con
certgebouw te onderzoeken, overwe
gende, dat dit rapport nog niet is uit
gebracht en een kennisneming hiervan
eerst het gewenste inzicht in de zaken
van de N.V. Het Concertgebouw kan
verschaffen, ontstemd over het feit, te
zijner kennis gekomen, dat aan dr.
Willem Mengelberg een uitkering van
10.000 per jaar wordt gedaan, be
sluit niet over te gaan het definitieve
subsidie voor het seizoen 1948-1949
vast te stellen, doch teneinde de uit
betaling van lonen niet in gevaar te
brengen zolang dit rapport nog niet
door de raad zal zijn behandeld, een
voorschot op het voorgestelde subsidie
te verstrekken, verminderd met
10.000".
Van elk der fracties verklaarde
het Britse ministerie van Binnenlandse j woordvoerder deze motie te ondersteunen
Zaken de Poolse consulaire autoriteiten j Nadat mevrouw Heyermans haar motie
i -. - ^ede, dat Stanley m 1899 te Oswiecim, in i had ingetrokken, nam de raad zonder
Friesland. In de loop der aren is de toren verzakt en naar het Westen gaan overhellen. Opper-Silezie, is geboren en dat hij in 1913 j hoofdelijke stemming de motie-Le Cavelier
Als. gevolg hiervan zipi de torenmuren gescheurd. jnaar Engeland is gekomen. aan.