Kippen, konijnen en duiven i n gebouw „St. Bavo" Radio Moors Kort en Bondig SLEUTEL WEG? De man Zaterdag 19 November 1949 Haarlems Dagblad en Oprechte Haarlemse Courant 4 Vandaag en morgen wordt het publiek, dat belangstelling heeft voor pluimvee, in de gelegenheid gesteld duizend dieren te bezichtigen in gebouw „Sint Bavo" aan de Smedestraat. In kooien zijn 185 krielen, 155 grote hoenders, 400 konijnen en 250 duiven in de zaal en op het podium opge steld. Uit alle delen van het land zijn die ren ingezonden, hetgeen voor de Vereni ging voor sportfokkers van pluimvee, ko nijnen en duiven „Haerlem", die de ten toonstelling voorbereid heeft, een bewijs is, dat zij een goede naam heeft. In vergelij king met voorgaande jaren zijn er meer sierduiven te zien. Dat is onder andere te danken aan de Nederlandse Tipplerclub, welke haar tweede clubtentoonstelling in de zaal heeft ondergebracht. Vrijdagavond is de tentoonstelling offi ciéél geopend. De voorzitter, de heer G. Ligtenberg, heette de gasten welkom en dankte de leden van het bestuur, die zich in het bijzonder hebben ingespannen de tentoonstelling voor te bereiden. Namens de Raad van beheer bood de heer C. S. Th. van Gink de gelukwensen aan, de heer J. A. Otten, namens de Leidse vereniging van fokkers, de heer A. H. J. v. Eijkelenburg namens de Nederlandse Tip- plel-club en tenslotte de secretaris-pen ningmeester van de Provinciale vereniging van konijnenfokkers. De heer B. van Asperen Vervenne, rijks- pluimveeconsulent te 's Gravenhage, deelde mee, dat hij in samenwerking met het Pro vinciaal Electriciteitsbedrijf Noordholland proeven neemt met gebruik van electrici- teit bij pluimvee. Vroeger werden kippen hokken met petroleumlampen verlicht, doch nu zijn die vervangen door electrici- teit. Het doel is de leg in het najaar te ver groten. Electriciteit wordt ook gebruikt voor schrikdraad en vervangt de broedende kip. Spreker heeft een boekje samengesteld, dat door het P.E.N. is uitgegeven, waarin liefhebbers zelf een broedmachine en een kunstmoeder kunnen maken. Op de ten toonstelling is een houten broedmachine te zien en een van plastic. Gedurende de ten- toonstellingsdagen zullen pas geboren kui kens te zien zijn. Wegens verhindering van de burgemees ter sprak wethouder D. J. A. Geluk een openingswoord. Hij zeide de indruk te heb ben gekregen, dat de vereniging belangrijk werk verricht. De leden besteden hun vrije tijd goed. Dat verheugde spreker zeer en over dit onderwerp weidde hij nog uit. Met de beste wensen voor het slagen der ten toonstelling verklaarde de heer Geluk haar* voor geopend. Voor de oboï d'amore van de H.O.V. In de lente van dit jaar besloten enige Haarlemse muziekminnaars een actie te beginnen om de Haarlemse Orkest Ver eniging aan twee oboi d'amore te helpen. Men had daarbij speciaal het oog op het komende Bachjaar in 1950 zal het twee honderd jaar geleden zijn, dat de Tnomas- kantor stierf met zijn vele uitvoeringen van Bachs werken, waarvoor deze houten blaasinstrumenten met hun gesluierd tim bre onmisbaar zijn. De moeilijkheden waarvoor de HOV zich deze zomer zag geplaatst zijn er ongetwij feld oorzaak van geweest, dat de activiteit van het comité niet die weerklank heeft gevonden die zij verdiende. Intussen zijn de tijden zeer ten gunste van het orkest gekeerd, de concerten zijn buitengewoon goed bezocht en een ieder verheugt zich over de prachtige artistieke prestaties. Het is dus wel een gunstig ogen blik om nog eens aan het bestaan van het oboï d'amore-fonds te denken. Wij geloven echter en in een onder houd, dat wij met de heer George Robert hadden was deze het daarin met ons eens dat een uitsluitende verwijzing naar het gironummer van de heer Robert (91881) of naar zijn rekening bij de Twentse Bank in Haarlem niet voldoende is. Naar onze mening moet thans gebruik gemaakt worden van de goodwill die de HOV weer bij het publiek bezit. Waarom zou men niet op de eerstvolgende drie con certen (van iedere serie één) in de pauze, na een korte, kernachtige speech, een col lecte houden? Er zijn massa's mensen die wel een kleinigheid kunnen en willen mis sen, doch er nu eenmaal gemakkelijker toe komen enkele pasmunten direct af te dra gen dan deze naar het postkantoor te bren gen voor een giro-overschrijving. Alle kwartjes en dubbeltjes tezamen kunnen het comité evenwel een heel eind op streek brengen. Dat is hard nodig, want van de twee mille die de aankoop van de instrumenten zal vergen is nog maar een kwart gedeelte bijeen. Wedden, dat een paar lieve meisjes die op het eerstvolgende concert de bezoekers zullen uitnodigen eens in de beurs te tas ten, meer vermogen dan tien roerende stukjes in de krant? De heer D. J. A. Geluk heeft belangstel ling voor een van de bekroonde dieren, namelijk een Plymouth Rocks Columbia van de heer J. van Gend uit Haarlem. Lutherse kerkmuziek De conferentie der werkgroep voor Lu therse kerkmuziek, waarover men in ons blad reeds een mededeling heeft kunnen aantreffen, werd gisteravond in de kerk der Evangelisch Lutherse gemeente te Haarlem geopend met een toespraak dooi de heer W. Mudde, cantor-organist van de Lutherse kerk te Utrecht. Na vier jaren komt thans de werkgroep te Haarlem weer bijeen, ditmaal voor de vijfde conferentie sinds zijn vorming. De vorming van de werkgroep was een uiting van een streven, dat verbetering van de gemeentezang en van de kerkmuziek bedoelde en dat reeds bij het instellen van de werkgroep een interkerkelijk en zelfs een internationaal karakter had verkregen. In Nederland kwam de Vereniging voor Protestantse kerkmuziek tot stand, een groepering van interkerkelijke aard. De li turgie en de belijdenis van de Lutherse kerk echter schiepen ten aanzien van de kerk muziek speciale vraagstukken, waarvan de bestudering en de oplossing in handen ge legd werden van de werkgroep, die dus on afhankelijk van de Vereniging voor Pro testantse Kerkmuziek ging optreden. De Lutherse werkgroep beseft, dat zij aan het begin van een nieuw ingeslagen weg staat. Maar de resultaten beginnen reeds te komen. Zo zijn reeds een vijftal uitgaven van kerkmuziek gepubliceerd, waarvoor kerkkoren veel daadwerkelijke belangstel ling hebben getoond. De heer Mudde deelde mede, dat er voorbereidingen werden ge troffen om in 1951 een internationale con ferentie voor kerkmuziek te houden. De Lutherse werkgroep beschouwt het als haar taak de aandacht van de leden der kerk te vestigen op het rijke muzikale bezit, dat gevormd wordt door de kerkgezangen. Zij beoogt verder het tot stand brengen van een religieus en muzikaal verantwoorde voor dracht der liederen en als een middel hier toe kon men het gemeénschappelijk zingen van een aantal gezangen na de openings toespraak beschouwen. De heer Mudde gaf voor elk lied eerst een toelichting en practische aanwijz'-vten, die bevorderlijk konden zijn voor vlot en rhythmisch buigzaam zingen. En bij het zingen van de mooie, oude melodieën kon den de aanwezigen zich inderdaad bevoor recht gevoelen zich hieraan gezamenlijk te kunnen wijden. Uit de Nederlandse Pro testantse Bond-bundel werd eerst lied 169 met de melodie van het oude „Veni creator spiritus" gekozen, dan lied 3, overgenomen uit Calvinistische kerkmuziek. Met lied 15 kwam eveneens oud-Franse reformatori sche muziek van L. Bourgeois (1510-1572) en de keuze van de liederen 123 en 174 bracht voorbeelden van eigen Lutherse kerkmuziek, gecomponeerd door Philipp Nicolaï (1556-1608). De organiste van de Haarlemse Evange lisch Lutherse Kerk, Annie Offenberg, be geleidde met zorg deze samenzang en het Evangelisch Lutherse Kerkkoor kon hierbij onder leiding van Joke Koeyers goed aan zijn primair streven: ondersteuning van de gemeentezang, beantwoorden. Het koor trad enkele malen zelfstandig op bij het zingen in beurtzang met de aanwezigen. De dirigente grondde de uitvoeringen op een objectief-religieuse expressie, ook ten aanzien van de dynamiek. De plaats van opstelling van het koor bleek niet gunstig voor de koorklank. Bovendien werd het domineren van de orgelklank onvermij delijk door de koorklank-absorberende ruimte naast het orgel. Een andere plaats voor het koor zou eens geprobéerd moeten worden. Een andere oplossing zou kunnen zijn: strenge a-capella zang. De bijeenkomst werd gevolgd door een Vesper-dienst, welke geleid werd door ds. J. B. Rijnders. P. ZWAANSWIJK. Custav Adolf bij „Geloof en Wetenschap" Wanneer de leden van Geloof en Weten schap nog niet geheel en al doordrongen zouden zijn geweest van het dreigende ge vaar dat het bolsjewisme en zijn practische toepassing in Oost-Europa vormen voor het geestelijke en maatschappelijke leven in de wereld, zouden zij na de uiteenzetting van de heer Gustav Adolf uit Brussel zeker volkomen op de hoogte zijn geweest. Het ontbreekt de heer Aolf, die door zijn be levenissen als slachtoffer van Gestapo en Gepeoe in staat is de praktijken van totali taire Stelsels duidelijk aan de kaak te stel len, niet aan het talent dat nodig is om een schare toehoorders te boeien. Hij schilderde zij het met tamelijk oppervlakkige pen seelstreken de ontwikkeling van het Sovjet-Russische staatscommunisme, gaf een enigszins onsamenhangend beeld van de gebeurtenissen tijdens de laatste oorlog en eindigde met zijn visie op de toekomst, die de noodzakelijkheid van een eensgezind front tegen „Weltfeind Nummer eins" vol gens zijn mening duidelijk aantoonde. .De heer Adolf gaf herhaaldelijk tijdens zijn uiteenzetting te kennen dat hij niet verwachtte, dat iedereen het eens zou kun nen zijn met zijn opvattingen en overtui gingen. Wegens het late uur waarop hij eindigde bleef er voor vragenstellen geen tijd meer over, zodat dus niet bleek of er inderdaad afwijkende meningen over be paalde détails van zijn uiteerffeetting bij het auditorium bestonden. Zijn bewering dat in feite het communisme verantwoordelijk was voor het uitlokken van de Tweede Wereldoorlog en zijn mening dat er een mogelijkheid had bestaan voor de geallieer den om Duitsland tenslotte een Westelijke vrede te geven en het daardoor in staat te stellen in het Oosten verder te strijden tegen Rusland, zouden anders wellicht nog enigszins duidelijker gemotiveerd hebben kunnen worden. De heer Adolf eindigde zijn uiteenzetting met een waarlijk indrukwekkende oproep tot eensgezind verzet tegen het bolsjewisme en kreeg een hartelijk en waarderend dank woord van de voorzitter, mr. F. Vorstman, die daarbij de gelegenheid aangreep om te wijzen op de in het Westen groeiende een heid en de eensgezinde pogingen om het bolsjewisme een halt toe te roepen, zoals die onder meer door het Atlantisch pact worden gedemonstreerd. Opera-programma door de H.O.V. onder leiding van Marinus Adam Het vierde HÖV-concert van' serie C had Vrijdagavond plaats onder leiding van Marinus Adam, met medewerking van de opera-zangeres Greet Koeman. Er werd een opera-programma uitgevoerd, waarbij de Nederlandse kunst vertegenwoordigd was door een drietal fragmenten uit de kwasi-ernstige opera „De Doge van Vene tië" van Dr. Joh. Wagenaar. Het is wel een zeldzaam voorkomend ge val dat Nederlands componist ook eens mag mee'- "en op het gebied van de opera. En dan geldt het hier nog een persiflage op het genre, een voor-de-gek-houwerij van „de malle en overdreven toestanden die men in sommige opera's aantreft", om de woorden aan te halen waarmee Wagenaar zelf zijn werk verantwoordde bij de eerste opvoering in 1901. Zijn nuchtere schalkse geest die hem belette een echte opera te maken, gaf hem een meesterlijke parodie in de pen. Want zoals bij alle genres die hij parodieerde, overtrof hij ook hier de voor beelden die hij op 't oog had en het is zo goed als zeker dat Wagenaar, indien hij in een land geleefd had waar een heuse opei'a-cultuur bestond, hij een opera-com ponist van formaat zou zijn geworden. Hoe geestig toch wist hij te speculeren met een thematiek die op zich zelf reeds een vondst is, zoals bijvoorbeeld het „moordmotief" waarvan hij in de ouverture een fugato maakte, aanvangende met de fagotten, waarop geleidelijk de klarinetten, de violen en ten slotte fluit en piccolo intreden. Het maakt een oer-komisch effect, evenals het in vijf-kwarts geschreven motief van „de gemoedelijkheid van het volk" en het kwasi statige maar opzettelijk onbeduidende thema van de Doge. En wat een komische sfeer wist hij te weven in het Intermezzo scherzo! Waarlijk zo iemand had een „Fal- staff" kunnen schrijven. Marinus Adam had van het werk van Wagenaar met het orkest veel werk gemaakt. Het genoot een uitvoering die deze opera-avond waardig bekroonde. De meer bekende répertoirenummers: de ouvertures tot Rossini's „Barbier van Se- villa" en tot Webers „Euryanthe", de suite uit Bizets Carmen en de Polowetzer Dansen uit „Prins Igor" van Borodin, alsmede de begeleidingen van de sopraan-aria's, gingen vlot en zwierig, echter niet zonder een paar slordigheden bij de blazers. Greet Koeman vergastte het publiek op de Juwelen-aria uit „Faust" van Gounod. Haar stem had daarbij nog niet de volle glans, die zij later wel vermocht te geven in de grote aria uit „Der Freischiitz"; dat werd met zeldzaam beheerste techniek in voordracht een magistrale vertolking van een geniaal opera-fragment. Ook in Elsa's droom uit „Lohengrin" was het zingen van Greet Koeman van voornaam gehalte, klankschoon en extatisch. JOS. DE KLERK Een nieuwe strijd onder bakkers te Haarlem? Wat de voorzitter van de Unie daarover mededeelde De Bedrijfsunie voor Voedings- en Ge- notmiddelenbedrijven te Haarlem hield een vergadering, welke onder leiding stond van de heer J. Geerlings. voorzitter van de afdeling Haarlem van de Algemene Bond van Voedings- en Genotmiddelenbedrijven. Bij zijn inleiding zei de voorzitter dat hij de samenwerkende organisaties van werknemers in het bakkersbedrijf had bijeengeroepen, om de zeer slechte toestand in het bakkersbedrijf te bespreken. Als on derwerp voor zijn causerie had hij gekozen: „Hoe staat het in Haarlem met het bak kersbedrijf?" Spreker begon met de herinnering aan de grote protestvergadering welke in Fe bruari '49 met de werkers uit de bakkers bedrijven te Haarlem werd gehouden, in verband met de broodoorlog die toen was ontstaan, omdat een groot werkgever, zon der enig overleg met z'n collega's hier t.er stede meende, de broodprijs met 4 cent te moeten verlagen, hetgeen tot gevolg had dat er een grote chaos ontstond. De Bedrijfsunie zag in deze verlaging van de broodprijs een direct gevaar voor de sociale positie der werknemers: o.a. ontslag en een langere arbeidstijd. Toen dan medio Maart de partijen der Haarlemse werkgevers, de Ned. Bakkerij stichting en de Bedrijfsunie, elkaar hadden gevonden, kwam men overeen de prijs voor het wittebrood met één cent en de prijs voor het volksbrood met twee cent te ver hogen. Een zeer scherpe prijsberekening wel iswaar, maar er kwam weer een sociale rust in de bedrijven, welke voor ons land zo onontbeerlijk is. De werknemers waren over deze gang van zaken enthousiast en dachten dat de strijdbijl nu wel voorgoed zou zijn opge borgen en dat wederzijds vertrouwen en redelijk overleg daarvoor in de plaats zouden komen. Wat ons zo vervolgde spreker de laatste tijd ter ore komt, wijst er nog niet erg op dat in het kamp van de werkge vers de vredespijp wordt gerookt, integen deel, de strijd is weer even hevig als in Februari '49, al is het dan een „koude bx-oodoorlog". In de meeste gevallen is men van me ning, gezien de hogere uitgaven voor grondstoffen en alle andere bedx-ijfslasten. een hogere broodprijs te moeten bedingen in evenredige vex-houding tot de prijzen der grondstoffen. Nu zijn het niet de grote werkgevers, maar is het een ander deel der patroons, dat meent de strijd te moeten gaan aan binden met de grote werkgevers in het bakkersbedrijf. Door deze gang van zaken worden de bakkersgezellen weer in de hoek gezet Watersport „De Hoop" krijgt een nieuw clubgebouw De minister van Volkshuisvesting en We deropbouw. mr. J. In 't Veld. heeft de goed keuring verleend aan de plannen van de Koninklijke Amsterdamse Roei- en Zeil vereniging „De Hoop" tot het bouwen van een nieuw clubgebouw aan de Amstel, naar een ontwerp van architect Komter. De Duit sers hebben tijdens de bezetting alle club gebouwen van de roei- en zeilverenigingen te Amsterdam langs de Amstel afgebroken. Met de bouw zal zo spoedig mogelijk wor den begonnen. Het bestuur van „De Hoop" denkt dat het mogelijk zal zijn nog dit jaar de eerste paal in de grond te doen slaan voor het nieuwe clubhuis, dat in de loop van het volgend jaar gereed moet komen. ADVERTENTIE Wees niet langer ontevreden wanneer Uw meubelen en vloeren niet naar Uw zin glim men. Vraagt Uw leverancier eens de Lincol Polish en Lincol linoleumwas waar de klappen zullen vallen, getuige de ontslagaanvragen en het maken van lange re arbeidstijden, waarover de Arbeids inspectie zou kunnen getuigen. Het publiek vergeet gauw, maar is het nu al vergeten zó vroeg spreker dat het de bakkersgezel is geweest, die met gevaar voor eigen leven gedurende de be zetting heeft zorggedragen dat het dage lijks brood, hoe klein dit ook moge zijn geweest, op tafel kwam? Thans vragen de bakkersgezellen aan het publiek medewerking om met hen de strijd te voeren voor het rechtvaardige loon en een arbeidstijd die de wettelijke grens niet overschrijdt. De bakkersgezellen willen de strijd niet, maar indien hun de strijd wordt opge drongen, dan zullen zij die strijd nood wendig aanvaarden met alle gevolgen van dien. Wij hopen, zo riep spreker uit, dat het verstand der onwillige werkgevers het zal winnen, hetgeen een oplossing zal zijn voor de Haarlemse bakkersbedrijven in het algemeen, maar in het bijzonder voor de gezellen. Een der aanwezigen dankte de voorzitter voor zijn betoog, waaruit, naar hij consta teerde, duidelijk is komen vast te staan dat de bakkers voor een rechtvaax'dige zaak strijden: namelijk de sociale positie van de bakkersgezellen die in de C.A.O. is vastgelegd. HET LOON- EN PRIJSVRAAGSTUK De Stichting van de Arbeid deelt mede, dat het overleg over het loon- en prijs vraagstuk thans in een zodanig stadium is gekomen, dat het N.V.V., de K.A.B. en het C.N.V. concrete compensatievoorstellen bij de stichting hebben ingediend. Het Spel gaat beginnen (Rembrandt). „Schitterende muziek en zang in een komi sche film" hebt u in de advertentie kunnen lezen en als u daarbij bedenkelijk het hoofd hebt geschud, dan kunnen wij dat volkomen begrijpen. De conbinatie is inderdaad onge woon, maar dat was voor de Italianen, die deze film maakten, geen bezwaar. Zij zagen kans een wel amusant, maar onwaarschijnlijk verhaal te larderen met opera-aria's en -muziek op een zodanige manier, dat men zich er heus niet bij zal vervelen, zeker niet als men een bewondei'aar is van de vocale prestaties van" Tito Schipa, Benjamino Gigli, Gino Bechï, Tito Gobbi en Maria Caniglia. Dat deze beroemdheden slechte acteurs zijn ziet men gaarne door de vingers. De hoofdfiguur in het verhaaltje is een jongmens, dat kans ziet tijdens een staking van theaterpersoneel een oude turnzaal in recox'dtijd te metamorphoseren in een opera theater. Hij laat er de voornaamste opera sterren optreden met als resultaat dat zowel geld als liefdesgeluk hem ten deel vallen. En daarom was het hem ook te doen. S. K. De Prins der bandieten (Frans Hals). De naam Robin Hood leeft nog voort en gaarne hoort men vooral in de Engels spre kende landen nog de verhalen van deze rover, wiens streven het was, de rijken te benadelen en de armen te helpen. In de film „De Prins der bandieten" kan men weer genieten van de avonturen van deze figuur, die in de middeleeuwen geleefd zou hebben. Hij keert zich tegen de bewoners van een groot kasteel in afgelegen streken en wil ook een dochter van de kasteelheer helpen die door haar vader voor een huwelijk bestemd is met een voor wie zij slechts afschuw heeft. Met spanning volgt de bezoeker het verhaal waarin Robin Hood en zijn mannen ten strij de trekken tegen de bewoners van het kasteel. Heftig wordt er geduelleerd en ge vochten, waarbij Robin Hood met twee van zijn trouwe kameraden uiteraard steeds de Van ouds bekend. Tel. 14609 Officieel Philips-reparateur Kruisstraat 38 Haarlem (Adv.) zege behaalt. John Hall en Patricia Morison vervullen in deze technicolor de hoofd rollen. A. O. „Revolverjaelit" (Spaarne). Buster Crabbe is een zeer geziene figuur van lief hebbers van 'films, welke avonturen bevatten, waarbij een druk gebruik gemaakt wordt van revolvers. Hij wil meewerken, het grote aan tal misdrijven, dat in afgelegen streken wordt gepleegd, te verminderen en zet een scène in elkaar, waarbij een aanslag wordt gepleegd op een'koets. Dat doet hij in samen werking met Al St. Joan. Maar in plaats van een goede daad te doen wordt hij verdacht van een moord en een strop wordt in het vooruitzicht gesteld. Als hij in de, gevange nis is opgesloten bevrijdt zijn vriend hem. De taak is dan de echte moordenaar op te sporen, waarin het tweetal slaagfr door het wapen te vinden, waarmee geschoten is. S. K. De slaap des doods (Lux or). Een niet onverdienstelijke, maar wat geforceerde intrigue, goed camerawerk en een vrijwel constant half-duister hebben van deze „Slaap des doods" een film gemaakt, die uitmunt in een soort griezelige spanning. Claudette Colbert en Don Ameche (die beter past als veroveraar in een showfilm) proberen zich zoveel mogelijk aan te passen aan deze sfeer, die door regisseur Douglas Sirk vrij zorgvul dig van Hitchcock werd nagebootst, Het ver haal is nu en dan vooral in het begin niet geheel begrijpelijk, maar -: verder de film komt, hoe meer de toeschouwer begint te begrijpen hoe de vork in de steel zit. En hoe meer hij ook gegx-epen begint te worden in de angstige sfeer, die deze film iets heeft verheven boven de grote massa van „thrillers", die Hollywood ons met gulle hand zendt. Het is niet groots, het is niets ver rassend nieuws, maar het is het aanzien wel waax-d. E. P. Johnny Belinda (City). Wie nog eens onder de indruk wil komen van het zui vere gebarenspel, dat de jonge actrice Jane Wyman in haar uitbeelding van het doof stomme meisje Belinda laat zien, krijgt daar toe in het City-theater een week lang de gelegenheid. Wij hebben ter gelegenheid van de première in Amsterdam en van de verto ning onlangs in Haarlem de verdiensten van dit werk van John Negulesco reeds breed uitgemeten. Ergens in Europa (Cinema Palace). De Hongaarse film „Ergens in Europa", die ons met grote ovex-tuigingskracht en zonder sentimentaliteit het leed van de ontheemde kinderen uit het midden en Oosten van ons werelddeel laat meebeleven, werd in on3 blad van Donderdag j.l. reeds warm aan bevolen. De Reina Prinsen Geerlings-prys 1949 voor debuterende letterkundigen wordt op Donderdagmiddag 24 November in de aufa van de Amsterdamse universiteit uitgereikt aan de dan bekend gemaakte winnaar of Het bestuur van het Algemeen Werk loosheidsfonds, het orgaan, dat met de be drijfsverenigingen de Werkloosheidswet zal uitvoeren en tevens op de uitvoering door de bedrijfsverenigingen toezicht zal houden, is Vrijdag geïnstalleerd door de minister van Sociale Zaken, mr. A. M. Joekes. Het Centraal Stembureau heeft in de vacature-Van Voorst tot Voorst (K.V.P.) de heer H, J. Kuiper te Maartensdijk benoemd verklaax*d tot lid der Eerste Kamer. In het Bouwcentrum te Rotterdam is een vergadering gehouden van de Vereniging van directeuren van gemeentewerken. Prof. ir. H. T. Zwiers, voorzitter van het Bouw centrum. gaf een uiteenzetting over de archi tectonische aspecten van de montage woningen. HAARLEM EN OMGEVING De afd. Heemstede van de Ned. Pro testantenbond houdt haar tweede gemeente avond op Donderdag 24 November in het gebouw aan de Postlaan. Ds. A. R. de Jong voorganger O.R.G. in Haarlem houdt dan een lezing over: „Het slangenmotief door de eeuwen" (vanaf de pharaokroon tot het doktersembleem) Voor de Religieuze Kring in Aerdenhout zal de heer W. Berkhemer op Woensdag 23 November een voordracht houden over de geschiedenis van Absalom. Maandagavond 21 November zal do sportleider de heer J. J. P. Hut voor leden en donateurs van H.S.V. „De Kampioen" in café Du Nord, Rijksstraatweg, Haarlem-N. een lezing houden. De koienhandelaar... doet alles voor zijn klant Maar verlangt betaling a contant Vakgroep Detailhandel in Brand stoffen Haarlem en Omstreken (Adv.) Diamantsmokkelarij kostte Engeland 600.000 dollar Een Londens gerechtshof is begonnen met het behandelen van 47 aanklachten tegen drie maatschappijen, een bank, een direc teur exx een procuratiehouder, die ervan worden beschuldigd betrokken te zijn in een plan om ruwe diamanten tot een hoe veelheid van 19.451 karaat uit Engeland te verzenden, waarbij de deviezenwet werd ontdoken. De openbare aanklager vex-klaarde dat de Britse regering, als gevolg van het heime lijk verzenden van ruwe diamant uit Lon den naar Tanger, waar de edelsteen weer verder verkocht werd naar de Verenigde Staten, x-eeds een bedrag van zes honderd duizend dollar heeft verloren. Het complot kwam uit, doordat op het hoofdpostkantoor te Londen drie postpakketten werden ge opend, die diamanten ter waarde van 75.254 pond stex-ling bleken te bevatten. De opzet van het plan was de diamanten niet rechtstreeks naar de Verenigde Staten te verkopen in dat geval had Engeland ér dollars voor ontvangen doch via de> omweg van Tanger, waar een stroman zorg de voor de wederverkoop naar Amerikaan-, se diamanthandelaren. De koers van het pond sterling was destijds nog 4.2 dollar voor een pond, doch de notering bedroeg te Tanger slechts om en bij 3.2 dollar. Op deze wijze wisten de Amerikaanse diamant handelaren een onwettige extra-winst van 20 tot 25 procent te boeken. Het had de aandacht van de douane ge trokken dat zich een grote uitvoer van diamanten uit Engeland naar Tanger be gon te ontwikkelen, ofschoon geen der Lon- dense diamant-deskundigen iets wist van een markt voor diamanten in deze Noord- Afrikaanse haven. Vervolgt de staat de staat? Wegens overtreding der distributiebepa lingen is destijds een fabriek van signaal apparaten in Hengelo beboet met 1000. De fabriek die vroeger grotendeels Duits eigendom was, stond, toen de overtreding werd begaan, onder beheer van het Be heersinstituut. Bij de behandeling in hoger beroep voor het gerechtshof te Arnhem betoogde de verdediger dat het Beheersinstituut een fout heeft gemaakt bij het invullen van formulieren. Het Beheersinstituut is een Staatsinstelling, zei pleiter, zodat in dit ge val de Staat de Staat vex-volgt. De procureur-generaal was het echter niet met deze opvatting eens. Het Hof zal over veertien dagen uitspraak doen. TEL. 11493 - LANGE VEERSTRAAT 10 DE „SLEUTELSPECIALIST" (Adv.) FEUILLETON die zijn geheugen verloor DOOR PATRICIA WENTWORTH Vertaald uit het Engels 20) Ze staarde hem aan. Hy herinnerde zich, hoe ze dat vroeger ook kon doen en hoe het toen heel aantrekkelijk was geweest. Haar ogen waren lichtblauw en als ze verbaasd was of van haar stuk gebracht, leken ze kolossaal. Ik heb er geen idee van, liefje. Ik had hem nooit eerder gezien en heb hem daarna ook nooit meer ontmoet. Maar ze noemden hem Bill en hij kon erg aardig katten en honden en pinguïns tekenen achterop de menu's werkelijk zeer bij zonder, herinner ik me. Ik heb het menu jaren bewaard, maar tenslotte kun je niet alles met je mee blijven slepen. Weet je heel zeker, dat je zijn ach ternaam niet kent? Ik geloof niet, dat ik die ooit gehoord heb. Meestal hoor je die niet goed, als iemand de eerste keer aan jë voorgesteld wordt. Maar ik weet wel, dat ik hem erg aardig vond, en ik heb me wel eens afge vraagd, of hij door de oorlog gekomen zou zijn. Je vertelt me echter, dat dat niet het geval is. Dat heb ik niet gezegd. Wel, je zei, dat hij vermist werd. Ik vond hem erg aardig en George lxxistert toch niet ik kan je als een geheimpje vertellen, dat ik destijds dat meisje Lester nogal benijdde. Wie was dat meisje Lester? Vrouwen boven de dertig moeten geen pruilmondje zetten. George had Mildred moeten vertellen, dat die tijd voor haar voorbij was. Ze trok nu een gezicht, dat charmant en aantrekkelijk was geweest, toen ze twintig was, en zei: Maar je herinnerde je haar toch! Je zei, dat ze een goudkleurige jurk aan had. Heette ze niet Lester? Ik weet haar naam niet. Wie was ze, en waarom benijdde je haar? Wel, ze was de dochter van een vriendin van Tante Sophie. Tenminste ik geloof wel, dat het tante Sophie was. In ieder geval was ze de dochter van een vriendin van iemand, en iedereen vond haar zeer bijzonder. Maar nu ik er goed over nadenk geloof ik toch niet, dat ze I Lester heette, want zo heetten de mensen, 1 bij wie ze logeerde. Het begon geloof ik wel met een L, maar het kan ook Lyall, of Linklater geweest zijn, of Satterbee... Frank trok zijn wenkbrauwen op. Satterbee begint rxiet bepaald met een L, merkte hij ironisch op. Nee, dat is waar, zei ze vrolijk. Na men zijn altijd moeilijk, vind je niet? Mis schien denk je, dat ik ze allemaal door elkaar haal. Hoe dan ook, ik weet in ieder geval zeker, dat het een feest van de Latimex's was. Ja, dat zei je al. Maar ik begrijp niet, hoe je opeens op die naam Satterbee kwam. Ik weet het ook niet. Misschien begon haar naam tenslotte toch niet met een L. De naam Manriott valt me ook opeens in. Maar nee, dat was de naam van nicht Barbara's gezelschapsjuffrouw, die opeens tijdens een theevisite haar positieven kwijt raakte en vier beeldige antieke groe ne koppen brak. Vreselijk hè! Nee, het was dus niet Marriott. Was het misschien Carton? Nee, ook niet. Het moet me op eens te binnen schieten, anders lukt het niet. Ze hield even op en haalde diep adem. Dan begon ze weer vol twy'fel: Ik zit er over te piekeren, of het tóch niet de naam Lester was Frank keek haar met een spottend lach je aan. We komen niet veel verder. Mildred trok opnieuw een pruilmondje. Hoe het ook zij, ik herinner me heel goed, dat George zóveel notitie van haar nam, dat ik bijna mijn verlpving had ver broken. Weet je nog wel, George? George Darcy, die juist een onderhoud over het menu met de ober, dat al zijn aandacht opgeëist had, beëindigde, vroeg verstrooid aan zijn vrouw: Wat moet ik nog weten? Dat ik'bijna m'n verloving met jou verbrak, omdat je zoveel aandacht aan dat meisje Lester schonk die avond van dat feest van de Latimers, vlak voordat we trouwden. George keek enigszins onthutst. Ik herinner me er niets van. Wel, het is toch heus waar. En ze zag er allerliefst uit, dat is ook een feit. Ze wendde zich weer tot Frank: Hij kan nu we! doen alsof, maar hij had wer kelijk even moeite zijn hoofd koel te hou den. Maar ze was nu eenmaal verloofd met die Bill en niemand kreeg een kans. Ze dansten practisch de hele avond samen. Ik herinner me ixiet of ze al énige tijd verloofd waren of dat ze zich juist die avond verloofden, maar ik weet nog wel, dat ze spoedig daarna getrouwd zijn, om dat tante Sophie me dat vertelde. Het kan ook wel nicht Barbara of juffrouw Macintosh zijn geweest, van wie ik het hoorde, want die kwamen toentertijd ook overal. Met zijn, iedereen bekende, gave om altijd op het minst belangrijke punt in een verhaal terug te komen, vroeg George: Wie was juffrouw Mackintosh? Waarop Mildred hem een uitgebreid verhaal over deze dame deed, die oud bleek te zijn, poedels had, die iedere dag gekamd moes ten worden, en die bij njder inzien toch niet degene geweest k#i zijn, die haar dat nieuws over het huflvelijk van Bill en het meisje in de goudkleurige jurk ver teld had. Frank Abbott begon iets van irritatie te voelen, maar zijn gevoel voor hxxmor won het en hij liet van deze irritatie niets blijken. Het vervelende was echter, dat hij niet veel verder kwam met inlichtingen over William Smith. Aan het eind van de avond, bij het afscheid nemen, zei hij: Luister eens, Mildred, weet je heel zeker, dat die Bill inderdaad met dat meisje getrouwd is? Haar naam doet er niet zoveel toe, maar concentreer je her innering er even op, of ze al of niet ge trouwd zijn. Ze keek hem weifelend aan. Wel, ik geloof, dat hij indei'daad Waarom? Omdat ik me herinner, dat tante Sophie me schreef, dat ze hun wat antiek porcelein wilde geven. Ze had een gewel dige verzameling antiek. Weet je dat heel zeker? Ja, ik weet nog, dat ik me afvroeg, wat ze hxxn zou geven. Er was namelijk één stel porcelein, dat ik zélf zo graag wilde hebben, en ik hoopte altijd, dat ze me dat na zou laten. Als ze je schreef, dat ze hun een huwelijkscadeau wilde geven, moet ze toch ook hun namén genoemd hebben. O ja, dat deed ze inderdaad. Wel.... Ze trok diepe rimpels in haar voorhoofd, een gewoonte, die binnen niet al te lange tijd lelijke lijnen tot gevolg 'zou hebben, en zei: Weet je, ik dacht toen eigenlijk méér aan het porcelein. Ik had m'n zinnen gezet op een schattig theestelletje, met rose bloemetjes en een blauw randje, en ik schonk niet veel aandacht aan die namen, maar ze moet ze natuurlijk wel genoemd hebben. Denk eens goed na, wat schreef ze? Ze deelde me mee, dat ze hun een van haar Chinese theeserviesjes wilde geven. Frank beet zich op zijn lippen en tracht te zich te beheex-sen. Dat theeservies kan me niets schelen. Ze begon daar toch zeker niet mee! O nee. ze zei, dat ik wel geïnteres seerd zou zijn te horen, dat ze gingen trouwen, omdat ik Bill zo aardig had ge vonden dat vertelde ik haar namelijk en Schreef ze de naam Bill? Ja, dat heb ik je toch al gezegd. Dan heeft ze de naam van het meisje natuurlijk ook genoemd. Hoe luidde die? Liefje, ik weet het niet meer. Ben je er zeker van, dat het over diè Bill en dat meisje ging? O, ja! Dit keer scheen ze niet te twijfelen. Het is dus een feit, dat ze getrouwd zijn? Ja, want tante Sophie ging naar de trouwplechtigheid en dat kon ze toch niet doen, als die plechtigheid niet had plaats gevonden, is 't wel? Ik herinner me dat ze er heen ging, omdat ze haar vossencape dx-oeg, en toen ik haar brief kreeg, waarin ze me dat allemaal vertelde was het smoorheet en ik krèèg haast wat van de voorstelling van tante Sophie in een vossencapevreselijk En kun je je nu werkelijk die namen helemaal niet herinneren? Wel, Bill was de ene. Dank je, die naam Bill weet ik ook wel. Het gaat me om zijn achternaam en de namen van het meisje. Als je die zelf niet meer weet, zou je tante Sophie ons misschien. Liefje, tante Sophie is vijf jaar ge leden gestorven. En ze schijnt me een theeservies nagelaten te hebben, maar ik ben er nog niet achter, of het wel datgene is, wat ik hebben wilde. Kun je iemand anders bedenken, die zich de namen zou kunnen herinneren? Ze trok opnieuw diepe rimpels en schud de haar hoofd. Werkelijk niet, liefje. Er zijn intussen zoveel mensen gestorven. Nicht Barbara en de Latimers en Jim en Bob Barrett ik herinner me dat die er ook waren, want Jim zei, dat ik eruit zag als een rozenknop, en George was daar woedend over Is het van zoveel belang voor je die namen te weten? Misschien wel, antwoordde Frank Abbott. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1949 | | pagina 6