Raad voor de Luchtvaart behandelt aan j. Vorrmk overkomen vliegongeluk In de hoofdrol een onzichtbaar konijn jaar Dinsdag 22 November 1949 3 Hoogtemeter van de Cessna PH-NAZ was niet bijgesteld en wees een te grote hoogte aan „Piloot had met mogen vliegen" - Een niet bijgestelde hoogtemeter, het uit de koers raken en het vliegen op te geringe hoogte om zich door grondzicht te kunnen oriënteren, noemde ir. C. A. F. Falkenliagen, vertegenwoordiger van de directeur-gene raal van de Rijksluchtvaartdienst bij de Raad voor de Luchtvaart, als oorzaken van het ongeluk met het Cessna-toestel van Aero-Holland op 17 Januari bij Hesnaes op liet Deense eiland Falstar. De piloten, R. Frotiva en F. de Jong, werden hierbij ge dood. De passagier, de heer J. J. Vorrink, voorzitter van dc Partij van de Arbeid, werd zwaar gewond. liet toestel was van Amsterdam via Kopcnhagete op weg naar Oslo. Bij de behandeling door de Raad voor de Luchtvaart verklaarde ir. Falkenhagen, dat Protiva onder de gegeven omstandigheden niet had mogen vliegen. Dit was hem door zijn maatschappij, Aero-Holland, verboden. Hij is toch gegaan. Ir. Falkenhagen houdt de vlieger Protiva dan ook voor de schuldige aan dit ongeluk. Hij is verdwaald geraakt, heeft zich op ge ringe hoogte trachten te oriënteren en heeft geen rekening gehouden met de barometer stand in het gebied, waarin hij vloog, waar door de hoogtemeter 70 meter meer hoogte aangaf dan in werkelijkheid het geval was. Daarom is de Cessna PH-NAZ in de boom toppen gevlogen en verongelukt. Tien getuigen waren bij dit onderzoek voor de Raad voor de Luchtvaart ver schenen. Een uitvoerig Deens rapport was" aan de Raad overgelegd. De heer Vorrink getuigt De heer Vorrink verklaarde kort na zijn vertrek van Schiphol te zijn ingeslapen. Toen hij wakker werd zag hij de zee en de branding voor de kust, alsook het licht van een vuurtoren ter hoogte van het vliegtuig. Het vliegtuig had met slecht weer te kam pen. De tweede bestuurder, De Jong, kwam de passagiersruimte in en zocht in een tas naar een kaart, die echter niet gevonden werd. Op zijn vraag of er iets bijzonders aan de hand was, kreeg de heer Vorrink een ontkennend antwoord. Hij zag de be stuurder met de radio werken. Voorts zag hij, dat de bestuurders zichzelf vastbonden. Het bevreemdde hem, dat hij niet werd ge waarschuwd, maar heeft zichzelf toen ook vastgebonden. Hij was erg moe en is weer ingeslapen, om, naar hij zeide, in het zie kenhuis wakker te worden. Uitvoerig zijn getuigen en getuigen-des- kundigen ondervraagd over de voorberei dingen voor de vlucht. Geen hunner had er iets van gemerkt, dat de heer Vorrink op een regeringsinstantie aandrang had uit geoefend om de tocht te laten doorgaan. De heer Vorrink verklaarde, dat hij zoiets principieel niet doet. Hij geeft ook nooit dergelijke aanwijzingen aan een chauffeur. Hij zeide dat hij de reis met een belang rijke regeringsopdracht ondernam. Over-de koers via Kopenhagen wist hij niets. Zowel in Ypenburg als op Schiphol heb ben de bestuurders uitvoerige inlichtingen over de weersomstandigheden gekregen, ook over het feit, dat de radio-installatie van het vliegveld Kastrup gestoord was. De Cessna beschikte over een eenvoudige radio-apparatuur. Een deskundige verklaar de, dat deze toereikend was bij normaal weer. Van de koers afgeweken Dan kan men met een dergelijke instal latie veilig vliegen. Deze deskundige ver moedt, dat Protiva via Hamburg heeft ge vlogen. Dit zou een grote afwijking 'in de op Schiphol uitgezette koers betekenen. Aantekeningen op de gevonden kaarten wijzen in deze richting. Piloot De Jong heeft blijkens getuigen verklaringen niet veel zin in de tocht ge had. Een andere eerste piloot op Ypenburg heeft aanvankelijk opdracht gehad de vlucht uit te voeren, doch maakte er be zwaar tégen. Protiva durfde het wel aan. ïlij kreeg echter opdracht niet te vliegen als zich bepaalde ongunstige weersomstan digheden boven Kastrup zouden voordoen. Deze omstandigheden deden zich inderdaad voor, maar Protiva is toch gegaan. Wellicht omdat Kastrup toestemming gaf met de mededeling dat de Cessna op 1500 meter moest vliegen en een speciale radioverbin ding boven Denemarken zou krijgen. Het weer is" zeer slecht geweest. Storm, regen en laaghangende wolkenflarden hebben het de bestuurder niet gemakkelijk gemaakt. Een Deense Dakota, die een uur na Protiva uit Amsterdam startte, is echter zonder moeite op Kastrup aangekomen. Protiva was bij de K.L.M. ontslagen De loopbaan van Protiva kwam nog ter sprake bij het verhoor van de heer F. Die pen, gedelegeerd commissaris van Aero- Holland N.V.. De Tsjechische vlieger Pro tiva heeft tijdens de oorlog ift Engelse dienst gevlogen, waar hij 4000 vlieguren maakte op tweemotorige en zwaardere ma chines. Hij heeft ook deel uitgemaakt van een R.A.F.-onderzoek-afdeling. Na de oor log is hij bij de K.L.M. gekomen. De beoor deling van zijn werk daar was niet onver deeld gunstig. Hij werd, blijkens een schrif telijke verklaring van wijlen de heer Fuchs, beschouwd als iemand met beperkte tech nische capaciteiten en een lastig karakter. Men heeft hem korte vluchten op Brussel bij mooi weer toevertrouwd. Als matig vlie ger, die tevens leed aan zelfoverschatting en die bij minder gunstige weersomstan digheden in de war raakte en dan onverant- Agenda voor Haarlem DINSDAG 22 NOVEMBTR Gein. Concertgebouw: Concert ..Proza en Poezië", 8 uur. Gebouw Nut van 't Algemeen: Religieuze avonddienst, 8 uur. Spaame: „Re- volverjacht", 14 j., 2.30. 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „De prins der bandieten 14 j., 2.30. 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „Het spel gaat be ginnen", alle leeft.. 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Palace: „Ergens in Europa". 18 j„ 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Luxor: „De slaap des doods"', 18 j., 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. City: „Johnny Be linda", 13 j„ 2.15, 4.30, 7 en 9.15 uur. e WOENSDAG 23 NOVEMBER Wijkgebouw, Ged. Oude Gracht 104: lezing dr. A. J. Rasker ..De positie van de Chr. kerk in Indonesië", 8.10 uur. Krelagehuis: Bond Nederland-Israël „De stenen spreken", 8 uur. Bioscopen: Middag- en avondvoorstellingen. woorde beslissingen nam, heeft men Pro tiva in 1946 ontslagen. Op zijn verzoek heeft hij daarna nog een half jaar als tweede piloot bij de K.L.M. gevlogen. De heer Diepen zeide dat hij zich bij de sollicitatie van Protiva in de lente van 1947 met de heer Fuehs in verbinding heeft ge- 'steld. Hij heeft toen niet de indruk gekre gen, dat het ontslag om technische redenen was gegeven, doch veeleer om de karakter kwestie. In die tijd vloog men op Ypenburg nog met kleine luchttaxis bij goed weer. Daarvoor *was Protiva wel geschikt. Hij heeft zonder klachten 1200*uur voor Aero- Holland gevlogen. Hij stond bekend om zijn nauwkeurigheid en had al eens eerder op Oslo gevlogen. Fouten werden niet gecon stateerd, al is wel eens opgevallen, dat hij eigenzinnig was. 4' De heer Diepen heeft niet geweten, dat een der piloten de reis naar Oslo niet had willen malcen. Getuigen van de luchtverkeer-beveiliging op Schiphol verklaarden dat zij indertijd niet het recht hadden, onder de gegeven omstandigheden het vertrek te weigeren. Een toestemming als toen door Kastrup werd verleend zou nimmer op Schiphol zijn gegeven. De voorschriften zijn sindsdien veranderd. Gezien het beperkte radiobereik van deze machine en de toen heersende weersomstandigheden zou thans geen toe stemming tot vertrek meer worden ver leend. Een toen niet dienstdoende ambtenaar had tegen Protiva gezegd: „Moet jij met dat kistje naar Kastrup? Ik zou er liever heen- roeien als ik jou was." Protiva meende ech ter dat hij het wel zou redden. De Raad voor de Luchtvaart zal op 9 Januari uitspraak doen in deze zaak. Aan het begin van de behandeling getuigde de president, mr.-J. E. van der Meulen, namens de Raad van de belangstelling in het nog onbekende lot van de vermiste Dakota van Aero-Holland. „Pin-up girl" anno 500 voor Christus. Deze vijf-en-twintig eeuwen oude muur schildering is door een Franse archeoloog, de geestelijke Breuil, ontdekt in een grot hij Brandberg in Zuid Wesl-Afrika. Hij beweert dat de afbeelding een vrouw van het mediterrane type bewijst dat bl'anke rassen reeds omstreeks 500 jaar voor Christus in Afrika doorge drongen waren. Vijf centrale gasbedrijven in Nederland De positie van het Haarlemse gasbedrijf Indertijd hebben wij reeds medegedeeld dat er plannen worden uitgewerkt om te komen tot concentratie van de gasbedrijven in Nederland. De commissie Sterson heeft dit zeer omvangrijke en ingrijpende plan breedvoerig bestudeerd, waardoor er vastere lijn gekomen is in de opzet. De opzet is dat er vijf centrale gasbedrij ven komen: le. de Hoogovens in Velsen (bestemd voor de gasvoorziening van Noordholland): 2e. Rotterdam (voor Zuid holland); 3e. Sluiskil (voor Zeeland); 4e. Beek (voor de voorziening van Limburg en Noor Brabant) en 5e. Drenthe (voor het Noordelijk deel van ons land). De „Volkskrant" heeft vernomen dat er meer gas uit Duitsland zal komen voor de voorziening van de Achterhoek. Reeds nu leveren de Hoogovens gas aan verschillende gemeenten in Noordholland. Nog dezer dagen hebben wij medegedeeld dat maatregelen genomen zijn om binnen kort ook Hoogovengas aan een deel van Amsterdam te leveren. Het is de bedoeling dat de Hoogovens een nieuw kolenveredelingsbedrijf zullen op richten. Met de bouw van nieuwe cokes ovens en andere installaties zullen enkele jaren gemoeid zijn. Er zal - zo verzekert de Volkskrant - voor al deze objecten ter verbetering van de gas voorziening in ons land, een kapitaal van 300 millioen gulden moeten worden geïnves teerd. De gasproductie in ons land die nu ongeveer 1000 millioen kubieke meter per jaar bedraagt, zal dan opgevoerd kunnen worden tot ruim 2800 millioen kubieke meter. De verwachting is dat de werken in 1960 voltooid zullen zijn. De bedoeling is dat dan 130 bestaande gasbedrijven in ons land buiten werking zullen komen. De toekomst van het Haar lemse gasbedrijf Wij vernemen dat nog geen zekerheid be staat over de vraag wat de toekomst van het Haarlemse gasbedrijf zal zijn. Voorlopig blijft het bedrijf gewoon doorwerken. Als de nieuwe inrichtingen eenmaal gebouwd zijn, zal door de gemeente Haarlem de vraag onder ogen gezien moeten worden wat economischer is: zelf gas te blijven produceren of dit te betrekken van de cen trale gaslevering. Er bestaan in ons land klachten over een minder goede kwaliteit van het gas dat door sommige bedrijven geleverd vfordt, wat zelfs invloed zou hebben op de productie van bedrijven die dit gas gebruiken. Die klacht geldt evenwel zo werd ons ver zekerd niet voor het Haarlemse gas, want dat is van goede kwaliteit en heeft steeds voldoende calorische waarde. Indische pensioenbond vergaderde In Den Haag heeft de „Bond van gepen- sionneerde burgerlijke landsdienaren en locale ambtenaren in Nederlands-lndië" vergaderd onder voorzitterschap van de heer Th. F. de Korte. De voorzitter constateerde dat de zeker heidstelling voor de pensioenen nog altijd in een précaire toestand verkeert, doch spreker noemde het gelukkig dat er Kamer leden zijn die voor de belangen van de gepensionneerden waken. De actie voor verbetering van de duurtetoeslag is tot dus- i/er weinig succesvol geweest. Het ledental van de bond is in een jaar van 2716 tot bijna 5000 gestegen. Het jaarverslag van de secretaris en de rekening enverantwoording van de pen ningmeester werden, evenals de begroting voor 1950 goedgekeurd. Bij de bestuursverkiezing werd inplaats van de heer Dopp'enberg, die'zich wegens hoge leeftijd niet herkiesbaar stelde, tot penningmeester gekozen de heer W. Stein- buch, commissaris. De droom die iedere hengelaar koestertis voor dc heer A. Bogerd uit Haarlem-Noord in vervulling gegaan. Hij ving deze snoek die ruim een meter lang was en zestien pond woogZondag in het Noorderbuitenspaarne. Cadeau heeft hij het overigens niet gekregenwant Lucius Esox leverde drie fcuiartier hardnekkig strijd. Comedia" gaf een voorstelling van Harvey" Op 15 Januari 1949 kwam na bijna vijf jaar een einde aan de reeks van 1775 ach tereenvolgende voorstellingen in hetzelfde theater op Broadway van het blijspel „Har vey" door Mary Chase, die daarmede- niet alleen (in 1945) de Pulitzerprijs verdiende doch tevens een flink vermogen, dat nog eens verdubbeld werd door de opbrengst van een niet minder legendarisch aantal provinciale opvoeringen en van een Ame rikaans filmcontract. Gisteravond bracht de toneelgroep Comedia onder regie van Cor Hermus (nadat het reeds enkele weken, hoewel aanzienlijk korter dan men ver wachtte, het publiek in de hoofdstad had vermaakt) er de eerste opvoering van in de met abonnementhouders gevulde Haar lemse Schouwburg. Het succes was zeker niet mager, want de bevolking van de zaal gaf blijken van hartelijk amusement in overvloed, doch geenszins sensationeel. Daar zijn twee oor zaken voor aan te wijzen. In de eerste plaats geldt het verschil in mentaliteit. Men reageert hier te lande blijkbaar geheel an ders op de lotgevallen van een vriendelijke doch aan sterke drank verslaafde heer van zeer beschaafde huize, die een zo innige kameraadschap onderhoudt met een on zichtbaar konijn, dat ook zijn aanvankelijk vijandige omgeving, met inbegrip van een vermaarde psychiater, gaandeweg gechar meerd raakt van deze denkbeeldige schuts patroon. Misschien is het dagelijks tumult in de lage landen nog niet verbijsterend en beklemmend genoeg om het verlangen te wekken naar een witte, donzige levensgezel van één meter tachtig, die iedere gedachte deelt en wiens gezelschap volstaat om het aanzien der wereld beminnelijk en het be staan gelukzalig te maken. Met één enkele injectie, laat Mary Chase de geneesheer in het laatste bedrijf zeggen, kan de zonder linge Elwood P. Dowd genezen worden MEESTER PIANISTEN-SERIE In de grote zaal van het gemeentelijk Concertgebouw te Haarlem wordt een serie van drie piano-avonden gegeven, die op Maandag 28 November begint met het op treden van Cor de Groot. Het tweede ge deelte van diens propramma zal geheel uit walsen van verschillende componisten be staan. Op de tweede avond van deze meester- pianisten-serie (12 December) speelt Alfred Cortot onder meer de 24 Preludes opus- 28 van Chopin, de tweede Hongaarse Rhap- sodie van Liszt en „Gaspard de la nuit" van Ravel. De Poolse meester Jan Smeter- lin besluit de reeks op 23 December met een Chopin-recital. Zijn werk is een langdurige bekentenis van strijd tussen heidens ideaal en evangelische plicht In een Frans letterkundig weekblad is uitmaken, steeds in het ogenblik leven, onlangs een deel der correspondentie ge- voortdurend zijn geest openstellen voor publiceerd, die twee grote schrijvers met elkaar gevoerd hebben tussen 1899 en 1926, en die een licht werpt op hun levenshou ding, waaraan beiden sedert dien trouw zijn gebleven. Deze schrijvers, Paul Clau- del en André Gide, geestelijk eikaars tegen- nieuwe denkbeelden; men moet zich voort durend „disponible" houden. Zoals de broer van de Verloren Zoon moet men steeds be vrijd en „vacant" zijn, om zijn leven, zijn vrije leven te kunnen leiden. Waartoe deze behoefte tot volledige vrijheid kan leiden stelling, hebben de Franse letteren tot ver toont Lafcadio uit „Les Caves du Vatican" over de grenzen van hun land beroemd maakt; de eerste is verleden jaar 80 jaar geworden, de tweede, winnaar van de Nobelprijs voor letterkunde in 1947, bereikt heden die leeftijd. André Gide is geboren in Parijs 22 No- o.a. Claudél. vember 1869. Zijn vader was een Hugenoot uit de Cevennen, zijn moeder een Norman- aische. In dit Calvinistisch milieu en, na de tot de „Acte gratuit", d.w.z. tol de wille keurige daad zonder moreel öoel, tot de daad, die door niets gemotiveerd wordt. Het is te begrijpen, dat deze „ethica" Gide vele heftige tegenstanders bezorgd heeft, Het lijkt wel, of deze opstandige tegen het puriteinse van zijn jeugd voortdurend dood van zijn vader, in de broeikas der n)e' le B«bel blii.ft «"«telen of er steeds moederlijke bezorgdheid, kreeg de jonge stl'«d f. 'Vsscn '''l heidens ideaal en de Gide een streng puriteinse opvoeding. Het e! angelische moraal. Aan ae Bijbel, die hij all oppn anrlpi-p cphrnupr Iron* hooft hu noodzakelijk daarop te wijzen, omdat een belangrijk deel van Gide's werk is voortge komen uit een reactie op deze puriteinse dwang, die hij o.a. beschreven heeft in zijn autobiografie „Si le grain ne meurt (1926). Op 24-jarige leeftijd, tijdens een reis in Afrika, bevrijdt Gide zich van die beklemming van zijn jeugd. „Les Nourri- iures Terrestres" (1898, De Spijzen der Aarde) en „L'Immoraliste" (1902, De Im- moralist, vertaald door Marsman) zijn een lofzang op het leven en de wereld, die de jonge schrijver dan ontdekt. En in "t kostelijk satirische „Paludes" (1896, Moed, door Nijhoff vertaald) bespot de schrijver alles wat in 't leven gewoon, leeg, vervelend, conventioneel is. In al zijn volgende talrijke werken, in zijn Dagboek bladen en zijn bundels beschouwingen, kunnen wij de schrijver volgen op zoek naar „zijn" waarheid en zien hoe hij zich met volledige oprechtheid jegens zichzelf wijdt aan een voortdurend onderzoek van eigen geweten en van de beweegredenen der menselijke handelingen. Zijn werk is één gedurige bekentenis. Hierdoor leert men dan ook het „Gidisme" kennen: om tot deze zuivere oprechtheid te geraken moet men zich bevrijden van deze dwang van traditie, conventie, omgeving. Men moet het verleden en alles wat de mens bindt afwijzen; alle ideeën het recht van bestaan toekennen: elke daad verwerpen in de mate, waarin zij iets definitiefs schept en elke bewering, voor zover zij verplicht' partij te kiezen. Men moet van niets deel als geen andere schrijver kent, heeft hij een persoonlijke interpretatie gegeven cr« er de mogelijkheid in gevonden tot een aards geluk: „Ik word getroffen, telkens als ik het Evangelie lees, door de nadruk, waarmee deze woorden terugkomen: Et nunc Nu reeds." Door het gelijkelijk openstaan voor alle ideeën, door het steeds zien van zijde en keerzijde, is Gide niet in staat te conclu deren en een in 't ene boek schijnbaar ge vonden waarheid wordt in 't andere weer twijfelachtig gemaakt. Dit is geheel in overeenstemming met zijn opvatting van kunst: „De Kunstenaar is noch in 't ené kamp, noch in 't. andere; hij staat overal waar conflict is." En verder: „Het Kunst werk moet in zichzelf zijn doel en bestaans reden vinden." De bron van Gide's Kunst is: de individuele oprechtheid. Dit niet kiezen, omdat kiezen verarming betekent, is echter een rem voor de kunstenaar. Gide's werken zijn dan ook lineaire ver halen (alleen „De Valse Munters" is een echte roman), dialogen tussen speler en toeschouwer, die beiden in eenzelfde per soon verenigd zijn. Dat maakt zijn boeken enigszins vlak, ondanks de prachtige, zui vere taal en ondanks de scherpte, waarmee de schrijver de duistere diepten van zijn helder, doorvorst. In de jaren 19251934, toen zovele Franse schrijvers stelling namen in de politiek, is ook Gide in 't publieke strijd perk getreden. In 1925 schreef hij zijn ..Voyage au Congo", een aanklacht tegen 't Koloniale bewmd. Hij werd communist en sprak op vergaderingen. Maar in 1936 be zocht hij Rusland („Retour de i'U.R.S.S.") cn keerde zich af van een partij, die van de persoonlijkheid niets overlaat. Tevens verwierp Gide, geheel in zijn lijn, lerwille van de oprechtheid de aan een partij of idéé gebonden literatuur. Gide bleef de, verdediger van een individualisme, dac ge grondvest is op zijn opvatting van persoon lijkheid en vrijheid, dat echter de vrijwil lige en volledige aanvaarding van efen plicht niet uitsluit. In zijn laatst verschenen werk Thésée (1946; zegt hij nog steeds: „onder de mensen telt alleen het individu'". De invloed van de 80-jarige schrijver, door Ter Braak „hét geweten van Europa" genoemd, is thans veel geringer. Onze tijd bekommert zicii minder om het gescha keerde innerlijk van een individu dan om de mens en diens lot in de gemeenschap. De jongeren van thans wenden zich tot schrijvers, die hun een leidsman kunnen zijn om uit de geestelijke en maatschappe lijke chaos te geraken. Het is tekenend, dat naast Gide André Malraux als candidaat voor de Nobelprijs genoemd werd. Maar, elke generatie ontdekt een nieuw beeld van de mens en ook Gide ontkomt niet aan de terugslag. Hij zal zich op deze dag echter de woorden herinneren, die zijn Theseus spreekt: „Het doet mij goed te denken, dat na mij, dank zij mij. de mensen zich beter en vrijer zullen voelen.... Ik heb mijn werk gedaan." Voor ons is 't te hopen, dat deze nog vitale, geestelijk heldere, onrus tige 80-jarige voort zal gaan te zoeken naar v/at hij „waarheid" meent te zijn. E. van zijn waan, maar het gevolg zal zijn dat hij weer gaat lijden aan de veel onaange namere verdwazing die alle normale ster velingen bezielt. Om deze kinderlijke romantiek in de practijk te brengen moet men kunnen be schikken over een onuitputtelijk banksaldo, nog afgezien van het feit dat er wel vrucht- dragen der bezigheden te bedenken zijn. Maar daar gaat het natuurlijk niet om, al schijnt er in New York een zodanige Har- vey-cultus te hebben bestaan, dat cr iedere avond bossen peen en ander voedsel voor het begeerde konijn aan het theater werden bezorgd. Misschien heeft de schrijfster niets anders gewild dan het leveren van een humoristisch voorbeeld van de wijze waar op de gewone man zich zou gedragen in een absurd geval hetgeen teltieer waarschijn lijk is, omdat zij aanvankelijk het konijn ook in levende lijve wilde laten verschijnen, hetgeen de oorspronkelijke regisseur, Broek Pemberton, haar ontried. Overigens werkte zij haar kostelijke gegeven toch al noncha lant genoeg uit, daarbij helaas telkens het komische boven het poëtische verkiezende. Ten tweede was de Nederlandse voor stelling reddeloos onevenwichtig. In New York hebben acht zeer uiteenlopende spe lers (onder meer de filmacteurs Joe Brown en James Stewart) de rol van deze Elwood P. Dowd vertolkt, ieder op zijn eigen ma nier. Er zijn van dit stuk allerlei opvattin gen mogelijk, mits er maar eenheid heerst. Die was bij Comedia echter ver te zoeken. Han Bentz van den Berg kwam het to neel opwandelen, volmaakt naar wens, als een keurige en bedaarde man met zwarte jas en hoed, die zich altijd en overal ge lukkig" voelt en iedereen onder zijn beko ring brengt door zijn innemende, bijna ouderwets-beleefde manieren. Maar zijn droomverloren kalmte, zijn argeloos slva- lende openhartigheid lagen als een soort vernis op zijn gezicht gestreken. Al brach ten de situaties mede dat men hem zijn grote vriend het konijn benijdde, men kon toch niet helemaal geloven dat hij die wer kelijk bezat, althans bij zich had. Dit ver hinderde niet dat hij de hartveroverende dwaasheid soms ontroerend-geestig aan tipte, zij het ook dat hij zich van de uit werking daarvan te zeer bewust was. In eerste instantie door toedoen van de schrijfster, maar vooral door schuld van de regisseur verkeerde deze onverstoor bare dromer in een kring van luidruchtige kluchtspelfiguren (John Gobau, Lucas 'vVensing, John Soer, Truus Dekker) waar hij zinloos in rondtolde. Ook Magda Jans- sens' als de radeloze zuster zou hier eigen lijk toe gerekend moeten worden, ware net niet dat zij de overdreven bedoelingen zo onweerstaanbaar komisch uitbuitte. Lous Hensen en vooral Ton Lutz betrachtten echter de soberheid, nodig om de fantasie ongerept te houden. DAVID KONING Uitvoering door leerlingen der Muziekschool van Toonkunst Maandagavond had in de Muziekschool der Maatschappij tot bevordering dér Toonkunst, aan de Nieuwe Gracht, onder veel belangstelling een uitvoering plaats door piano-leerlingen van de heer P. Vin cent, die, zoals men weet, sinds 1 Septem ber directeur van de school is. Vier discipelen van deze uitstekende pae- dagoog, die reeds vele jaren aan de school verbonden is, kregen de gelegenheid hun kunnen te tonen en het bleek dat zij in staat waren een verrassende demonstratie te geven van het klavier-onderwijs aan de school. Meermalen konden zij doen verge ten dat men prestaties van leèrlingen hoor de. Dit was stellig het geval met de vertol king van het eerste deel uit het derde Piano-concert van Beethoven, die niet alleen technisch knap was, maar waarvan ook het karakter met een natuurlijke muzi kaliteit getroffen werd. Deze talentvolle leerling zal men nog wel eens op het grote podium ontmoeten. Zijn bijzondere aanleg werd bevestigd door twee Brahms-inter- pretaties (Intermezzo op. 119 no. 1 en Bal lade op. 118 no. 3), waarvan de poëtische expressie van een zuiver aanvoelen ge tuigde. De leerling die het eerste deel van Piano concert in C van Beethoven speelde, is ook op de goede weg, al zijn er nog remmingen te overwinnen. De zeer "knap gespeelde cadens gaf een goedé indruk van gezonde muzikaliteit. Weer een andere discipel gaf met „Auf- schwung" van Schumann en „Suite de Cla vecin" van Voormolen een interessante kijk op het rijpingsproces, dat het evenwicht betracht tussen techniek, stijl en uitdruk king. Romantische geestdrift bij Schumann en een zoeken naar precieuze tinten in de Raveliaanse suite van Voormolen, waren hierbij treffende kenmerken. Tenslotte hoorde men een opmerkelijke pianistiek in de vertolking van de Wals in Ges en het Schei-zo in bes van Chopin. Deze openbaarde zich in een parelend klare, toon en in een technische gaafheid, die ook de lastige passages als doorwerking en coda. volkomen de baas was. Directeur Vincent, die in een openings woord onder meer het ijverige bestuur van „Toonkunst" geprezen had, kreeg na afloop van het concert een hartelijk wederwoord, bij monde van de heer J. Jolles. Het was een rondborstig antwoord, dat getuigde van vertrouwen in de nieuwe directeur, die met frisse initiatieven zijn taak begonnen is en die, niet het minst als ervaren paedagoog, de geschikte persoonlijkheid blijkt te zijn om de aloude faam van de Toonkunst Amateurtoneel „Vliegersvrouwen" „Vliegersvrouwen" (geschreven in sa menwerking met de piloot W. van V eenen- daal. die de ruwe opzet leverde) is stellig één van de beste stukken van Henk Bakker, doch wordt in verhou ding tot zijn talloze kluchten veel minder opgevoerd (althans in Haarlem) dan wen selijk geacht moet worden.In elk geval hebben „De verenigde spelers" er Zondag avond in De Leeuwerik te Haarlem een stevig succes mee behaald, mede dank zij het vaak treffende spel. Het stuk behandelt de spanningen waar aan het huwelijk bloot staat van een vlie ger, die zich laat meeslepen door de xecord- waanzin en in een éénmotorig toestel, zon der radio aan boord, een solovlucht van New York naar Amsterdam onderneemt. Als nevenintrige aanschouwt men de ver leiding waaraan de echtgenote bloot staat als zij een vriend leert kennen, die begrip voor haar moeilijkheden toont en haar zijn liefde verklaart. Vooral het tweede bedrijf is knap geschreven en psychologisch ver antwoord. Voor de spelers liggen de kansen hier voor het grijpen. Het waren niet de vertolkers van de hoofdrollen evenwel die de beste indruk maakten, doch Bep Kuiters-Bruins als de er maar lustig op los levende vriendin en Herman Serné als de vriend van mevrouw, die zijn veroveringspoging betaald krijgt met een klap in het gezicht. Laatstgenoem de zorgde voor het zout in de enigszins taaie brei van het eerste bedrijf. In de ern stige conversatie was hij soms wat mat. Een aardige typering leverde voorts Wim Gar dien, die er in slaagde zowel in woord als houding een oud-zeeman te suggereren. Ook Cees van Dijk en Wim Kuiters, respec tievelijk als directeur van een vliegtuig fabriek en chef van de luchthaven, kweten zich bevredigend van hun taken. Bepaald onvoldoende was de invaller, die voor journalist moest doorgaan en tamelijk zwak Leo Soetens als de mecanicien. Zeker niet onvermeld mag blijven het aardige dienst meisje in dc gedaante van Jo van Zwieten- Broere. Jo Cats-van Hamburg kon vooral in het begin moeilijk het bezwaar overwinnen, dat voortvloeide uit haar voor de eerste vrouwelijke rol ongeschikte type, maar haar toast op het nationale heldendom, waarin zij al haar gekwetste gevoelens liet mee spreken, betekende niettemin het hoogte punt van de voorstelling. Afgezien van de overdreven smartelijkheid en enkele regie fouten (vooral betreffende het zitten en opstaan, dat nogal eens op verkeerde mo menten gebeurde) was ook het laatste be drijf goed. Bert van den Born maakte een zwakke, beter gezegd te weke entrée, doch gaf gaandeweg aan de eerzuchtige piloot het gewenste formaat. Zo langzamerhand hebben deze verenig de amateurs onder de deskundige leiding van Ton var Otterloo een dusdanig peil be reikt. dat zij moeten gaan uitzien naar een breder toneel om hun spel ten volle te ont plooien. DAVID KONING De tulp „Stalin" gestolen Er was enige tijd geleden een bloembol lenkweker, die een nieuwe tulp had ge kweekt. Het was een fraaie tulp en hij noemde haar de „Generalissimus Stalin". Maar daar was nog een andere bollenkwe- ker, die deze tulp cck vol bewondering had bekeken. En niet alleen dat hij keek, maar ook zette hij een van zijn knechten op om voor een beloning van honderd gulden deze tulp te stelen. De knecht ging op dit voor stel in, stal 150 „Generalissimi Stalin" en kreeg zijn honderd gulden. Maar de vreugde over de tulp Stalin was maar van korte vreugde; de politie mengde zich in deze zaak en gisteren stonden de oneerlijke kweker J. B. B. en zijn knecht J. P. van V. in het verdachtenbankje voor de Haarlemse politierechter. De Officier van Justitie mr. G. W. F. van der Valk Bouman achtte dit geval zeer ernstig cn eiste tegen Van V. een gevange nisstraf van een maand. De politierechter maakte er veertig gulden of 24 dagen en een maand voorwaardelijk met een proef tijd van twee jaar van. Tegen B., die aan stoker van deze diefstal was geweest,, eiste de Officier een gevangenisstraf van twee maanden. B. kreeg er tenslotte één. De honderdduizend is er uit! In de heden gehouden trekking van de Staatsloterij is de hoofdprijs van 100.000 gevallen op nummer 2396. Voetbal Derby County beboet Derby County heeft een boete van 500 pond sterling gekregen. Een der directeuren, Rotshaw, is voor onbepaalde tijd geschorst en de vroegere secretaris-penningmeester Catterall, is voor goed uitgesloten van het vervullen van welke functie in de voetbal sport dan ook. Deze maatregelen zijn door de Football Association genomen nadat een commissie van onderzoek afgaande op geruchten, aan het licht heeft gebracht, dat door middel van geknoei in de boeken voor een bedrag van 2710 pond sterling aan belasting in ont doken. waarbij tevens enkele handte- kening-n van spelers zijn vervalst. Bovendien is gebleken, dat de spelers van Derby tijdens de tournée door Tsjechoslo- wakije in 1946 salarissen cn premies hebben ontvangen, die ver boven de toegestane maxima liggen. Deze extra uitgaven waren op de post onkosten geboekt, hoewel geen enkele declaratie kon worden overgelegd. Hoewel de secretaris-penningmeester Cat terall onmiddellijk was ontslagen toen de fraude door de directie van Derby werd ont dekt, achtte de commissie de leiding van de club mede schuldig aan de onregelmatighe den, aangezien hier te kort is geschoten in de verantwoordelijkheid betreffende het toe zicht op het financieel beheer. Dressuurwedstrijden H.RJ.V. De Haarlemse Rij- en Jachtvereniging zal Zaterdagmiddag 26 November haar eerste dressuurwedstrijden van dit seizoen houden voor seniores en juniores. De wedstrijden zullen plaats hebben in de Haarlemse Manége. Sinterklaas-rit van Fit De Haarlemse jeugdrijvereniging „Fit"' houdt op Zondag 27 November een Sint Nico- laas-rit. Na afloop van deze rit zal de ruiterschare, voorafgegaan door Sinterklaas en Zwarte Piet. naar restaurant Groenendaal in Heemstede trekken, om daar tesamen met een aantal minder bedeelde kinderen de gaven van de goed heilig man in ontvangst te nemen. Sport in 't kort JAN DE BREIN WINT VAN SERGE BARTHELEMY. Maandagavond heeft de Rotterdammer Jan de Bruin (middengewicht) na tien ronden op punten getvonnen van Serge Barthelemy (Quadelou«e).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1949 | | pagina 5