c J Een „Zwitserse weg" tussen Londen en het bezette Nederlandse gebied De radio geeft Vrijdag OLD LAVENDER TOILETZEEP Israel en zijn Arabische buren Wereldnieuws Ui tg; Donderdag 27 Juli 1950 Initiatief van dr. W. A. Visser t Hooft leidde tot belangrijke inlichtingenbron Niet alleen via Zweden, ook via Zwitserland heeft gedurende de bezetting een ver binding tussen de regering te Londen en het hezette Nederlandse gebied bestaan. Dit contact, dat vooral in de tweede helft van de oorlog zeer intensief was, is te danken geweest aan het initiatief van dr. W. A. Visser 't Hooft, thans algemeen secretaris van de Wereldraad van Kerken, die toen in Genève woonde. S}Fiat Lihertas" stichtte later de weg-B" Na de Duitse overval op Nederland in Mei 1940 bleef dr. Visser 't Hooft in con tact met personen in het bezette gebied, die hem op de hoogte stelden van hetgeen daar gebeurde. Dr. Visser 't Hooft kwam op de gedachte, de Nederlandse regering in Londen hierover inlichtingen te ver strekken en er ontstond een briefwisseling met minister-president Gerbrandv. In 1942 kreeg dr. Visser 't Hooft het verzoek naar Londen te lcomen. Bij de daar gehouden be spreking vestigde hij er vooral de aandacht op, dat men in Londen zeer slecht op de hoogte was van hetgeen er in de bezette gebieden gebeurde. De toenmalige secretaris-generaal van het departement van Algemene Oorlogvoe ring in Lpnden. de heer Lovink. maakte eer- afspraak met dr. Visser 't Hoort over een beter contact tussen Genève en Londen. Bij zijn terugkomst te Genève ontmoette dr. Visser 't Hooft mej. Kohlbrugge, die zonder enig officieel papier kans had ge zien naar Zwitserland te komen. Dit was in Juli 1942. Zij had veel belangrijk mate riaal uit Nederland meegebracht. Mej. Kohlbrugge werd koerierster tussen Ne derland en Zwitserland en de Zwitserse weg ging. eerst langzaam, werken. Er kwam ook allerlei militair materiaal bin nen en zo ontstond er contact tussen de heer Visser 't Hooft en de militaire attaché te Bern, de heer Van Tricht Bedoeling gedeeltelijk verwezenlijkt De bedoeling, dat, behalve het zenden van berichten via Genève van Nederland naar Londen, de regering van haar kant van dit centrum gebruik zou maken om het bezette gebied in te lichten omtrent haar politiek, is ten aanzien van het eerste gedeelte verwezenlijkt, doch nadat de heer Lovink als secretaris-generaal van het de partement voor Algemene Oorlogvoering was afgetreden, is er van de verwezen lijking van het tweede doel weinig meer terecht gekomen. Daar de heren Lovink en Visser 't Hooft goed op elkaar ingesteld waren, was hun correspondentie van groot belang. Na het aftreden van de heer Lovink beperkte de berichtgeving van Londen uit zich echter tot het geven van bepaalde aanwijzingen van de regering aan het be zette gebied. De Parlementaire Enquête-commissie heeft g-rote waardering voor de wijze, waarop de minister-president na het aan vankelijk initiatief van dr. Visser 't Hooft heeft gereageerd. Op deze wüze werd het mogelijk, dat Londen door de heer Visser ft Hooft, die in nauw contact stond met het bezette gebied, op de hoogte werd gebonden van de verschillende geestelijke en politieke stromingen in Nederland. De commissie betreurt het, dat er tussen de heer Visser 't Hooft en de opvolger van ADVERTENTIE HILVERSUM I, 402 M. 7.00 Nieuws. 7.18 Platen. 8.00 Nieuws. 8.18 Platen. 8.50 Voor de vrouw. 9.00 Platen. 10.00 „Thuis", causerie. 10.05 Morgenwijding. 10.20 Platen. 10.30 Voor de vrouw. 10.45 Alt en piano. 11.10 Voordracht. 11.25 Platen. 12.00 Orkest 12.30 Weerbericht. 12.33 Sportpraatje. 12.45 Platen. 13,00 Nieuws. 13.15 Dansmu ziek. 13.45 Platen. 14.00 Voor de vrouw. 14.20 Platen. 15.00 Voordracht. 15.20 Platen. 16.00 Orgel en zang. 16.30 Voor de jeugd. 17.00 Platen. 17.20 Utrechts stedelijk orkest, koor en solisten. 13.00 Nieuws. 18.40 Piano-duo. 19.00 „Denk om de bocht". 19.15 Platen, 19.30 „Op bezoek bij anderen". 1945 „Vredes- geöachten in deze tijd". 20.00 Nieuws. 20.05 Boekbespreking. 20.10 Platen. 20.35 „Het in ternationaal verbond voor vrijzinnig Chris tendom". 21.00 Verzoekprogramma. 21.35 Gevarieerd Drogramma, 22.00 Buitenlands overzicht. 22.15 Orgel en gemengd koor. 22.40 „Vandaag", causerie. 22.45 Avondwijding. 23.00 Nieuws. 23.15 Platen. HILVERSUM II, 298 31. 7.00 Nieuws. 7.15 Gymnastiek. 7.30 Platen. 7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nieuws. 8.15 Gewijde muziek. 8.45 Sextet. 9.15 Voor zie ken. 930 Platen 10.30 Morgendienst. 11.00 Striiktrio. 11.30 Marinierskapel. 12.00 Platen. 12.30 Weerbericht. 12.33 Dubbelkwartet. 12.55 Reportage. 13.00 Nieuws. 13.15 Symphonie- orkest. 13.45 Strijkorkest. 14.15 Vocaal ensemble. 14,40 Voordracht. 15.00 Kamermu ziek. 15.25 Platen. 15.40 Voordracht. 16.00 Kamerorkest en solist. 16.45 Platen. 17.00 Wetenswaardig allerlei. 17.30 „De Friese wa tersport". 17.45 „Het Nederlands Bijbelge nootschap". 18.00 Geestelijke liederen. 18,15 „Morele herbewapening van de midden stand". 18.30 Strijdkrachten. 19.00 Nieuws. 19.15 Regeringsuitzending. 19.35 Platen. 19.40 Radiokrant. 20.00 Nieuws. 20.05 Platen. 20.15 Residentieorkest en soliste, 21.15 Platen. 21,30 „Canada als nieuw vaderland". 21.50 Metro- pole orkest. 22.20 Platen. 22,30 Oratorium- vereniging, philharmonisch orkest en solis ten. 22.45 Avondoverdenking, 23.00 Nieuws, 23.15 Schaakoverzicht. 23.20 Platen. BRUSSEL, 324 M. 12 on Lichte muziek. 12.30 Weerbericht 12.32 Zïgeunermuziek. 13.00 Nieuws. 13.15 Orce! en zang. 14.00 Moderne muziek. 14.56 Pi.v. r. 15.00 Platen. 2600 18de Eeuwse mu ziek. :7 09 Nieuws. 17.10 Sextet en zang 17.30 Hawaiian muziek. 18.00 Piano 18.15 Pro testantse Causerie. 18.30 Voor soldaten. 19.00 Nieuws. 19.30 Lichte muziek. 19.50 Feuille ton 20.00 Filmmuziek. 20.30 Kunstkalei- doscoop. 20.45 Platen. 20.50 Inleiding Bach- concert. 21.00 Bachconcert. 22.00 Nieuws. 22.15 Verzoekprogramma. 23.00 Nieuws 23.05 Rhythmische pianomuziek. 23,30 Platen. de heer Lovink niet eenzelfde samenwer king heeft bestaan als met laatstgenoemde. Daardoor kwam toen. zoals de heer Visser 't Hooft het uitdrukt, het „weerwerk" uit Londen te ontbreken, hetgeen mede ten gevolge heeft gehad, dat het bezette gebied in geringere mate op de hoogte is gebracht van de strekking van de regeringspolitiek, dan mogelijk zou zijn geweest. Hierdoor kon dr. Visser 't Hooft ook in mindere mate dan voordien beoordelen, welke soort berichten uit Nederland ter voorlichting van Londen dienden te wor den gezonden. Dit is te meer te betreuren, omdat de heer Visser 't Hooft een zeer belangrijk centrum is geworden voor de be richtgeving van Nederland naar Londen, hetgeen de commissie is gebleken uit het archief van de Zwitserse weg, dat te harer beschikking is gesteld. Van deze belang rijke verbindingsmogeüjkheid had voor het verkeer van Nederland naar Londen een nog vruchtbaarder gebruik kunnen wor den gemaakt, terwijl, indien het contact tussen Londen en Genève inniger was ge weest de voorlichting in het bezette gebied daarvan in hoge mate had kunnen profi teren. Lof voor koerierster De commissie wil niet nalaten haar waardering uit te spreken voor het werk van mej. Kohlbrugge. Aan haar flink op treden is het te danken, dat dr. Visser 't Hooft er na zijn terugkomst te Genève in betrekkelijk korte tijd in slaagde de ge wenste verbinding met een verzamelcen- trum in Nederland te krijgen. De heer Visser 't Hooft heeft op deze wijze over eenkomstig zijn wensen contact gekregen, onder andere met de heren Stufkens en Slotemaker de Bruine, die hij beiden goed kende. Aanvankelijk werden de door mej. Kohlbrugge verzamelde stukken in boeken genaaid en op deze wijze naar Genève ge zonden. Ook werd gebruik gemaakt van incidentele koeriers. Omstreeks October 1943 begon men de verzending over de Zwitserse weg via een vaste estafettedienst, waaraan verschillen de personen hun bes le krachten hebben gewijd. De organisatie daarvan berustte hoofdzakelijk bij de heren Weidner en Le Jeune, die zich hiervoor uitermate ver dienstelijk hebben gemaakt. Het aantal be richten werd steeds groter. De te Genève ontvangen berichten wer den daar bewerkt in een bureau, dat on der leiding van ir. Eisma stond. Op dit bureau werden de politieke en militaire berichten gescheiden. De eerste gingen naar dr. Visser 't Hooft, de laatste naai de heer Van Niftrik, die ook te Genève werkzaam was en als vertegenwoordiger van de militaire attaché de militaire be richten verder verzorgde en doorzond. De politieke stukken werden, na door dr. Visser 't Hooft bekeken te zijn, eventueel met bepaalde beschouwingen naar Londen doorgezonden. Ket geven van beschouwingen over deze stukken was in overeenstemming met de opdracht en de positie van dr. Visser 't Hooit. Er is van sommige zijden wel eens bezwaar tegen gemaakt, dat de heer Vis ser 't Hooft commentaar gaf op de stuk ken, welke hij doorzond. Dit bezwaar is naar het oordeel van de commissie onge fundeerd, daar uit de boven weergegeven getuigenverklaringen duidelijk blijkt, dat dr. Visser 't Hooft hierbij niet anders deed dan zijn regeringsopdracht uitvoeren. Politieke commissie zaaide tweedracht In Nederland werd op een gegeven ogenblik besloten, dat een politieke com missie zich bezig zou houden met het ver zamelen van het te verzenden materiaal en dat mej. Kohlbrugge uitsluitend de techniek van de verbinding 'met Zwitser land zou verzorgen. De laatste achtte de oprichting van de politieke commissie on juist, tenzij men in deze commissie ver tegenwoordigers van alle politieke par tijen in Nederland zitting liet nemen en de regering hiervan op de hoogte stelde. Ook wenste zij niet te aanvaarden, dat zij geheel buiten de politieke commissie werd gehouden. Zij beschouwde de Zwit serse weg als een soort postverbinding met Londen, langs welke alles, waarover de beschikking kon worden verkregen, diende te worden doox-gezonden. In die tijd waren er reeds moeilijkheden tussen de Orde Dienst en de groep-Vrij Neder land ontstaan. Mej. Kohlbrugge had voor haar werk ook contacten met de O.D. Toen zij de leden der politieke commissie niet kon overtuigen van de noodzaak, de organisatie meer in haar geest op te zet ten, heeft zij zich tot de heer Six gewend, die chef-staf was van de O.D. Deze was het met haar eens, nadat hij van haar ADVERTENTIE VIERDAAGSE ORANJEBOOM BIER! inzage had geki-egen van een bepaalde zending, die naai- Genève zou worden doorgezonden. De heer Six was van me ning, dat de regering eenzijdig werd inge licht en vond het zijn plicht haar daarvan in kennis te stellen. Hij heeft zulks ge daan door middel van de agent Van Bors- sum Buisman, die daarover een telegram naar de regering te Londen zond. Hij heeft echter meer gedaan en heeft op dracht gegeven aan de fotograaf van de Zwitserse weg, die als militair meende aan deze opdracht te moeten voldoen, de zendingen van de Zwitserse weg te co- piëren en deze copieën aan hem ter hand te stellen. Dit is van September 1943 tot in het voorjaar van 1944 vöortgezet. De heer Six ging buiten zijn boekje De enquête-commissie acht de handel wijze van de heer Six onjuist. Wanneer deze meende de regering omtrent de gang van zaken te moeten inlichten, was dit zijn volste recht. Toen hij echter verdel ging en zich op slinkse wijze in het bezit stelde van de zendingen van de Zwitserse weg, matigde hij zich een bevoegdheid aan, welke hem niet toekwam. In wezen kwam zijn handelwijze hierop neer, dat het ene gedeelte van de illegaliteit, zon der daartoe enige autoriteit te bezitten, het andere ging bespionneren, een handel wijze, die, naar het oordeel van de com missie, sterke afkeuring verdient. De commissie kan deze daad van de heer Six niet anders verklaren dan uit een verkeerd begrip zijnerzijds van de onderlinge verhoudingen in de illegaliteit, waarin hij aan de O.D. blijkbaar een uit zonderlijke positie toekende. De rol, welke mej. Kohlbrugge, die van de ene groep naar de andere is overge gaan, hierbij heeft gespeeld, kan de com missie ook niet waarderen. Door haar han delwijze heeft zij stellig de gevaren voor de groep, die zij verlaten had, groter ge maakt. De commissie komt dan ook tot de con clusie, dat hetgeen de heer Six gedaan heeft, niet alleen op geen enkele bevoegd heid berustte, doch ook, gezien de feiten, op geen enkele wijze te verdedigen valt als gevolg van een bepaalde noodtoestand. Een tweede Zwitserse weg In 1944 is naast de Zwitserse {weg, zoals deze voordien had gefunctionneerd, de zgn. Zwitserse weg B ontstaan. Deze vond zijn oorsprong in het werk van de groep „Fiat Libertas". Daar deze groep het wen selijk achtte, dat er, naast de oorspronke lijke Zwitserse weg, een nieuwe werd op gericht, speciaal voor militaire berichten, heeft zij zich tot de militaire attaché te Bern gewend, die zijn medewerking heeft toegezegd. Dr. Visser 't Hooft is weinig enthousiast over deze nieuwe route ge weest. De commissie kan zich dit inden ken. daar uit de aard der zaak dr. Visser 't Hooft eenzijdig georiënteerd was op zijn eigen verbindingsweg en hij vreesde, dat hierdoor moeilijkheden zouden kunnen ontstaan voor zijn eigen route. Het is echter gebleken, dat deze vrees ongegrond is geweest. Tot de zomer van 1944 heeft de „weg B" naast de oorspronkelijke Zwitserse weg gefunctionneerd. Militairen op de „Nelly" komen Zondag thuis Het troepenti-ansportschip „Nelly" wordt Zaterdag 29 Juli des avonds in de haven van Rotterdam verwacht. De ontscheping van de opvarenden begint Zondagmorgen om acht uur. De Clir. Muziekvereniging „Sursum" te Bloemendaal geeft Vrijdagavond een concert in het Bloemendaalse bos met medewerking van Haarlems Postaal Mannenkoor. Verder zal „,Sursum" deelnemen aan een nationaal muziekconcours te Maarssen (U.) op Zater dag 29 Juli. ADVERTENTIE 'n héérlijke drank uit zuiver fruit In Antwerpen gestolen horloges opgespoord Het was de Haagse recherche opgeval len dat in verscheidene winkels Zwitserse horloges van een bepaald merk verkocht werden, hoewel slechts één Haagse firma daarvan het Mleenverkooprecht heeft. Bij navraag aan de fabriek in Zwitserland kwam aan het licht dat onlangs in Antwer pen uit een zending, bestemd voor Amerika, 144 horloges ter waarde van on geveer 16.000 waren ontvreemd. De fabriek kon de nummers van deze horloges opgeven. Zij kwamen overeen met die van de horloges, die in Den Haag, Groningen, Amsterdam, Nijmegen en Breda in beslag genomen werden. De winkeliers konden een signalement geven van de man, die hun de hoiioges had verkocht. Deze, de 49- jarige Amsterdammer J. M., werd in Den Haag geai-resteerd. Hij zei, dat hij de hor loges voor 75 per stuk van een onbekende had gekocht en ze voor 110 aan de winke liers van de hand had gedaan. Vergissing in schakelstation kostte monteur het leven Twee monteurs moesten Woensdagmid dag in het schakelstation van de Provin ciale Noordbrabantse Electriciteitsmaat- schappij te Orthen bij 's Hertogenbosch een isolator in een hoogspanningscel nazien. Zij hadden de stroom in deze cel uitge schakeld, maar gingen door een vergissing een andere cel binnen, waar de geleidingen onder een spanning van tienduizend Volt stonden. Toen zij met hun werkzaamheden wilden beginnen, ontstond kortsluiting. Door de hierbij gevormde steekvlam liep de 46-jarige monteur P. van Seters uit Raamsaonkveer zulke ernstige brandwon den op, dat hij korte tijd later is over leden. Hij laat een vrouw en zes kinderen achter. Zijn 26-jarige collega kreeg brand wonden aan de handen. Faillissementen De rechtbank te Haarlem heeft in staat van faillissement verklaard: D. A. van der Tuin, electro-lechniker. Ged. Oude Gracht 38 te Haarlem. Rechter-commis saris: mr C. W. de Visser. Curator: mej. mr. Cleveringa te Haarlem. D. J. A. van de Vijver, impresario, Burcht 10a A, te Zaandam. Rechter-commïs- sarïs: mr. C. W. de Visser. Curator: mej. mr. Cleveringa te Haarlem. J. Rijnierse, plasticbewerker, wonende Vooruitstraat 100 te Purmerend. Rechter commissaris: ïxxr. C. W. de Visser. Curator: mr, J. O. Baron te Beverwijk. Wegens het verbindend worden der enige uitdelingslijst zijn geëindigd de faillisse menten van: C. C. J. van Vianen. anker wikkelaar. Corn. Matersweg 89 te Beverwijk. Rechter-com- missaris: mr. J. P. Petersen. Curator: mr. J. H. Ekering te Haarlem. B. Hartman, houtbewerker. Ben Viljoen- straat 15 te Haarlem. Rechler-commissaris: mr J. P. Petersen. Curator: mr. J. H. van •Wijk te Haarlem. j. F. Jongenelen, fabrieksarbeider, Jacob Geelstraat 6, te Haarlem. Rechter-commissa- ris: mr. C, G. Bijleveld. Curator: mr. B. E. van Tijn, te Haarlem. Financiering van ziekenhuisbouw De minister van Sociale Zaken heeft een commissie ingesteld, die tot taak heeft het opstellen van een voorontwerp voor 'een wettelijke régeling van de financiering van de ziekenhuisbouw. Zulks naar aanleiding van een door de heer Mol (KVP) ingedien de motie bij de behandeling van de supple- toire begroting van sociale zaken. Voorzit ter van deze commissie is mr. J. Wilkens, directeur der Fries-Groningse hypotheek bank en voorzitter der afdeling van het Nederlandse Rode Kruis te 's-Gravenhage. Smokkelarij van uranium De Duitse grenspolitie heeft medegedeeld dat zij te Helmstedt in de Britse zóne twee mannen heeft gearresteerd, die er van ver dacht worden gepoogd te hebben een kilo gram uranium naar de Russische zone van Duitsland te smokkelen. Het uranium, dat naar men gelooft verscheidene millioenen mark waard is, werd in beslag genomen. Geallieerde functionarissen verklaarden dat dit tot nog toe „een van de grootste pogixxgen tot smokkelarij van deze soort" was. Later werd medegedeeld, dat er ook twee vrouwen gearresteerd zijn. ADVERTENTIE mét bon voor GOAL voetbalfoto Generaal Riley heeft goede verwachtingen ten aanzien van een uiteindelijke vreedzame oplossing Uit de aard van de zaak is in verband met Israel's intei-nationale positie wel een van de allerbelangrijkste punten:. De be trekkingen tussen de jonge staat en zijn Arabische buren. Eén in het King David-Hötel te Jeru zalem tussen de Amerikaanse generaal .Riley en mij geveerd gesprek het vond plaats vóór de Koreaanse verwikkelingen tot gemeenschappelijk ingrijpen van de UNO leidden! kan in dit verband leer zaam zijn. Riley, de voorzitter van de te Jeruzalem zetelende „staakt het vuren" commissie van de UNO, gaf me allereerst onomwonden te kennen, dat de kans op het binnen betrekkelijk korte tijd bereiken van werkelijke vrede tussen Israel en zijn buurstaten vrij groot moet worden ge acht. „Ongeveer een half jaar geleden, vóór het optreden van het nieuwe Egyptische bewind, zag ik die mogelijkheid nog opti mistischer in. Toch koester ik nu goede hoop op het tot stand komen van ovei-een- komsten, die in feite met vredesverdragen gelijk zullen staan". Toen we het hadden over de vroegere militaire verwikkelingen tussen Israel en de Arabische staten, waar bij over en weer gehandeld was in strijd met de aanbevelingen en voorschriften van de UNO, kwam het op het vraagstuk van een internationale politiemacht. Daarvoor bleek generaal Riley, die zich een over tuigd vredesvriend noemde, in het alge meen niets te voelen. „Voor mij" zo merkte hij op (nogmaals, Korea trok toen nog niet de aandacht) „ligt juist de vredesgedachte aan gans de UNO ten grondslag. Daarom moet men niet allerlei met behulp van militaire acties willen re gelen. Overreding in de eerste plaats, en desnoods vreedzame sancties, die zijn in mijn ogen de liefst te bewandelen wegen". Intussen gaf mijn gastheer toe, dat econo mische sancties soms uiteindelijk militair optreden tengevolge kunnen hebben. Maar juist daarom had hij het destijds achter wege laten van sancties tegen Israel, toen het zich met behulp van zijn strijdkrachten gevestigd had op gebieden buiten de gren- PANDA EN DE MEESTER - EDELMAN 47. Panda voelde zich natuurlijk ernstig ontstemd toen hij na zijn val weer over eind krabbelde. Gelukkig was het tapijt nogal dik en zacht, maar anders zou hij werkelijk lelijk gevallen zijn! Hij had Joris wel eens willen vragen hoe dat zo gekomen was, maar daar kreeg hij geen kans toe, want Joris was nu al in druk gesprek ge wikkeld met de Koning, en Panda begreep wel, dat hij niet in de rede mocht vallen. „Dat is heel aardigdat u hier bent, Baron Malpertus," zei de koning. „Dat behaagt ons! Wat voert u hier?" „Mijn plichtsge voel, Majesteit!" sprak Joris eenvoudig. „Wie voelt zich niet het bloed bruisend door de aderen vlieden, wanneer de ure des gevaars het vaderland benart? Men zegt mij, dat zorgrimpels Uwer geliefde Majesteits edel voorhoofd doorploegen, om dat een zekere Gemaskerde het land met roverijen teistert. Een extremist, om kort te gaan! Ik snel toe om uwe Majesteit mijn diensten aan te bieden!" „Heel best! Dat j behaagt ons!" riep de Koning blij. „Ga dan, mijn waarde Malpertus, en vang hem! Waarom draalt u nog?" Ehdralen. dat is te zeggenzei Joris bescheiden, „is er nog niet een kleinigheid te regelen. Majesteitiets van een beloning? Het is zeer onbelangrijk natuurlijk, doch gelijk uwe goede Majesteit bekend is, luidt de wapenspreuk van Malperus: Nulii ii sine punctum":" „Beloning? O, maar dat is wel te regelen!" riep de goede Majesteit. „No teer even. Meester Martinus; wanneer Ba ron Malpertus de Gemaskerde vangt, krijgt hij een medaille!" „Medaille.herhaal de Joris. Dat scheen hem tegen te vallen. zen van het oorspronkelijke delingsplan, heel verstandig gevonden. Dit in het licht van de overige internationale verhoudingen. Maar ook, en niet in de laatste plaats, om dat er volgens Riley toen wel degelijk een en ander voor Israels standpunt te zeggen viel. Dit belette hem echter geenszins ook oog te hebben voor de Arabische kant van het pi'obleem-Israël. Dat bleek bijvoorbeeld wel uit zijn opmerkingen over het vraagstuk van de Arabische vluchtelingen. Hij stelde voorop juist te achten, dat gelijk de Israëlische regering wenst over deze aangelegenheid, tegelijkertijd met hetgeen verder in te treffen accoorden 'aan de oi'de hoort te komen, onderhandeld zal worden. Ofschoon men op dit ogenblik nog steeds van Arabische zijde vóóraf 't vluch telingenvraagstuk afzonderliik opgelost wil zien, achtte generaal Riley de waarschijn lijkheid toegenomen en nog groeiend, dat men in het genoemde kamp tenslotte be reid zal zijn dit standpunt te laten varen. Terwijl de regering van Israel nog steeds betoogt boven de 200.000 Arabieren, welke nu in de jonge staat leven als gelijk gerechtigden met het Joodse volksdeel, be paald niet meer dan ten hoogste 60.000 Arabieren er bij te kunnen opnemen, scheen generaal Riley van oordeel, dat er over dat getal nog wel te praten viel en het bij voorbeeld wel een 50.000 meer zou kunnen worden. „Ingrijpende grenswijzigingen", aldus het antwoord op een andere vraag, „kunnen mijns inziens achterwege blijven. Wel zul len hier en daar lichte verbeteringen ge wenst zijn. Hei'haaldelijk zijn bijvoorbeeld bepaalde dorpen aan de Arabieren, de on middellijk daarbij gelegen landbouwgron den aan Israel toegewezen. In dat opzicht meen ik, dat er inderdaad wel een en an der te verbeteren valt". Van een door Israel tegelijkertijd met alle tot de Arabische Liga behorende lan den te sluiten verdrag hoefde, volgens generaal Riley, helemaal geen sprake te zijn. Langs de weg van tweezijdige accoor den kon men er best komen en blijkbaar achtte hij liet op het ogenblik het waar schijnlijkst, dat eerst Israel en Trans,jor- danië elkaar zouden vinden. Tegen mijn oorspronkelijke verwachting in, had het gesprek vooral een uitgespro ken politiek karakter gekregen, terwijl de Amerikaanse generaal toch als eigen taak heeft het letten op en bevorderen van na koming van hetgeen bij en na het „staakt het vuren" is overeengekomen. Zijn er varing op dit gebied bleek steeds gunstiger geworden te zijn. En zo zag hij geleidelijk aan de mogelijkheid toenemen om de par tijen zelf, en dit allengs meer en meer met behulp van gewone politie, kwesties van grensoverschrijdingen enzovoorts tot een goed einde te laten brengen. Heb ik het wel, dan berustte juist zijn vrij optimisti sche kijk op wat nu verder de ontwikke ling der politieke verhoudingen tussen Israel en zijn naburen kon zijn, op de zoven opgedane ervaring. Overigens mag ik tot besluit van deze weergave in grote trekken van de loop van het onderhoud nog wel aanstippen dat in het algemeen generaal Riley de indruk maakte van een man met enerzijds een reële kijk op de dingen en anderzijds met een onverwoest baar idealisme, tevens optimisme. „Zodra ik mijn goed humeur en mijn vertrouwen in de door mij gekoesterde idealen zou verliezen, zou ik mijn post hier neerleg gen", zeide hij bij het afscheid nemen, waar op ik natuurlijk de oprechte wens uitte, dai hij zijn taak zou blijven vervullen, totdat een overeenstemming als door hem ge schetst, werkelijkheid zal zijn geworden Dr. E. VAN KAALTE. Verplichte kameraden. Met ingang van 1 October zal in het Tsjechoslowaakse leger de betiteling „kameraad" verplicht gesteld worden. JongbJ.ocds kunstliarl. Tijdens het 3de in ternationale medische congres, dat van 25 tot 30 Augustus te Ostende wordt gehouden, zal voor de eerste keer in België een internationaal college van medici het „kunsthart" kunnen bestu deren. Professor Jongbloed van de Utrechtse universiteit, uitvinder van dit toestel, zal hierover een uiteenzetting geven. Bescheidenheid. George Bernard Shaw heeft zich zelf ter gelegenheid van zijn 94ste verjaardag op bescheiden wijze geprezen ais „één van de beste honderd toneelschrijvers ter wei'eld, hetgeen nauwelijks een hoge eer is". Shaw zeide dit in een boodschap ter gelegenheid van de stichting van de Amei'ikaanse Shawveréniging. „Ik kan alleen maar hopen," zo vervolg de hij, „dat het „Shawianisme" in andere handen zal worden overgedra gen en wel zo, dat toekomstige genera ties zullèn zeggen: „Wij zijn het met de leer eens, maar wie voor de duivel was Bernhard Shaw?" Straf. De Britse Labour-partij heeft be kend gemaakt, dat zij de Öost-Europese communistische leiders er voor waar schuwt, dat zij „gestraft zullen worden voor hun misdaden tegen de arbeidei's indien de vrijheid in ere hersteld is". Critiek. De communistische Hongaarse ax'beidei'spartij heeft de leiders van de communistische Hongaarse vakbeweging grove politieke fouten en nalatigheid verweten. Het politieke bureau van de partij publiceei'de een resolutie waarin critiek wordt geoefend zowel op de vakverenigingsraden als op de leiders persoonlijk wegens „ernstige nalatigheid bij de uitvoering van de radicale ver- andei'ingen, die noodzakelijk zijn om de volksdemonstratie te versterken en met succes het socialisme op te bouwen". Geen clementie. Mevrouw Jankovcova, de Tsjechoslowaakse minister van Voed selvoorziening, heeft in een toespraak tot functionarissen van coöperatieve boerderijen te Jihlava in Moravië ver klaard, dat de klassenstrijd op het Tsjechoslowaakse platteland intensie ver zal worden. Zij waarschuwde dat er geen clementie zou worden betracht jegeixs boeren, die in gebreke blijven de voor hen vastgestelde hoeveelheden af te leveren. Men neemt aan dat zij doelde op de „Koelakken", boeren die meer dan 15 hec taren land bezitten. Er is reeds enige tijd een felle campagne tegen hen gaande. Begrafenis. De begrafenisplechtigheid van de voormalige eerste minister van Canada, Mackenzie King, is Woensdag gehouden in de Protestantse kerk van St. Andrews waar behalve talrijke Canadese persoonlijkheden ook de te Ottawa geaccrediteerde diplomaten aanwezig waren. Men schat de menigte, die voorbij het stoffelijk overschot van de Canadese staatsman voor het parle mentsgebouw gedefileerd heeft, op ten minste 30.000 mensen. Sabotage. De parlementaire secretaris van de Bi'itse admiraliteit heeft in het La gerhuis meegedeeld dat de gevallen van sabotage op Britse oorlogsschepen de laatste maanden waren toegenomen. Hij verklaarde dat deze sabotagedaden slechts geringe schade hadden veroor zaakt' en onhandig waren uitgevoerd. Naar alle waarschijnlijkheid waren het acties van ontevreden individuen en er was1 geen reden te veronderstellen, dat zij deel uitmaakten van een voorop gezette campagne. EXAMENS HOOFDACTE Geëxamineerd voor gedeelte A, 8 candi dates afgewezen 4 candidates Geslaagd de dames A. G. Hijlkema, Haarlem; E. M. Vooys, Katwijk a.d. Rijn; M. L. Menting, Amster dam en de heer B. Iiogeweg, Amsterdam. Geëxamineerd voor gedeelte B, 8 candida tes afgewezen 5 candidates Geslaagd de heren P. Penning, Amsterdam; C. C. F. W. Hollander, Amsterdam en A. G. van Leeu wen, Amsterdam. HAARLEMSE AVONDMULO Na de heden gehouden examens voor het Mulodiploma werd aan de volgende leerlin gen het diploma uitgereikt: N. Lekx, A. Hof man. J. de Man. Een leerling werd afgewezen. Ueiuwe laven Dr. C. Serrurier. De hoofse gaarde nier, André le Nótre Van Loghum Slaterus, Arnhem. Als de historicus van deze tijd zich gaat bezighouden met de periode van Lodewijlc XIV raakt hij in ernstige moeilijkheden met zijn eigen gevoel voor sociale rechtvaardig heid, die zich tegenwoordig voordoet als eerste voorwaax-de voor het verlenen van de naam beschaving: want daar staat het tijd vak van de Zonnekoning als een toonbeeld van sociale gewetenloosheid, en niettemin is men gedwongen het als een van de grote perioden van de Franse cultuur te erkennen. Is hij daarmee eenmaal in het reine gekomen met andere woorden, houdt hij zich dit verschil voortdurend helder voor ogen dan worden hem de kostelijkste kansen ge boden tot genieting, interpretatie en beeld vorming. Maar zover lijkt de Serrurier niet gekomen te zijn. Als gevolg daarvan dringt zijn boekje, dat meer de hele periode dan de tuinarchitect van Versailles (Le Nótre) wil behandelen, eigenlijk in geen enkele kwestie door. Voorbeelden daarvan zijn er teveel: „Lodewijks hooghartige houding tegenover de pauswas een uiting van zijn rivali- teïtsgevoel", alsof hij, behept met dat rare gevoel, twisten met de paus voor het eerst als motief in de Franse geschiedenis bracht; Eoileau verstrekt een .aanprijzing van het werk van Bossuet, omdat zij beiden ge ïnteresseerd waren in „echte gevoelens"; het volk, dat hier iedereen omvat buiten de tui nen van Versailles, begon tijdens de Spaanse successie-oorlog de koning „te haten en ver wensen". en „Vauban schrijft in zijn her inneringen. dat het geen drie keer per jaar vlees at". Wanneer vermeld wordt dat Mme de Montespan de gifmengster La Voisin olacht te ontvangen, kom: de lezer niet te weten wat die twee samen uitvoerden. „Men herinnert zich de feiten", schrijft de Serrurier als hij de arrestatie van Fouquet behandelt. Als hij zijn lezers wil vinden onder wie zich die feiten herinneren moet hij zich meer zorg geven, waai- degenen, die er vergeefs hun geheugen naar afzoeken, ook wel bij zullen varen. S. M,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1950 | | pagina 2