EO EKEN Afdeling Haarlem van 75-jarige K.N.T.V. gaf jubileum - concert met Nederlandse muziek Cor Ruys in Haarlem hartelijk gehuldigd „Ballet Theatre" danste eindelijk „Fancy Free" President Einaudi tekende ais eerste petitie aan Straatsburg Ijandag 6 November 1950 Zowel do°r centrale jubileumconcerten -•t andere feestelijke bijeenkomsten heeft Koninklijke Nederlandsche Toonkunste- fjariverceniging in de afgelopen zomer Lr 75-jarig bestaan te Amsterdam her- Lchl. In verschillende afdelingen van de •ereniging is 'iet jubileum bovendien djitselUk gevierd. "j)e afdeling Haarlem en omstreken der "N.T.V. is niet achter gebleven. Zaterdag .t'rd in cie geheel bezette Renaissancezaal j,et Frans Halsmuseum een bijzonder «neer! voor cn door haar leden gegeven. Tf voorzitter der afdeling, de heer George Robert, bracht hulde aan allen, die hun •-achten gegeven hadden bij het opbouwen in de K.N.T.V. tot een organisatie, die Lr het gestadig groter wordend ledental f-iCds doeltreffender verbetering kan gaan wngen >n de p°silie van de toonkunste- -iari. In aansluiting hierop wees de heer i (ie'Vogel, lid van het hoofdbestuur, op *>t verheugende stadium, waarin het stre- fjn van de K.N.T.V. naar de wettelijke sseherming van het beroep van toonkun- s'Vnaar is gekomen door de samenstelling vin he: beroepsregister. Spreker toonde nth uiterst voldaan over de uitstekende Menwerking der Haarlemse leden, die Me avond mogelijk had gemaakt. Er was een zeer gevarieerd programma, ..jjrop in letterlijke en figuurlijke zin de "edendaagse muziek de boventoon voerde, amen gesteld. Geheel in overeenstemming »t de doelstellingen der vereniging be tond het uitsluitend uit Nederlandse mu- -ei:. Van Bob van Marken kwam als eer- werk een Trio voor piano, viool en roloncel tot uitvoering. Hei is een variatie werk en werd geschreven in 1938. Bob van Marken stond als jong componist en violon- [e]|lst aan het begin van zijn loopbaan en •jardoor is het zeker verklaarbaar, dat hij Manks de gebondenheid aan het gegeven Mma toch nog niet een gewenste hecht- Md van bouw bereikte. De mogelijkheden M de instrumentale bezetting zijn nog |3ng niet alle in dit trio uitgebuit, er is vaak nog een vlucht naar unisono-spel. Maar er zijn toch bijzonder prijzenswaar- jjec fragmenten, in dit stuk, met name de oiano-variatie en de canonisch bewerkte "variatie voor de viool en de violoncel. Bob an Marken werkte als violoncellist mede ün de uitvoering en verder zorgden de violiste Lida VorenkampLangeveld en oê pianiste Annie Schoen als bekwame «achten mede voor een zeer gewaardeer de vertolking. De zangeres Catharina Hessels bracht ens vervolgens naar een muzikaal ver leden met Psalm 139 van Constantiin Huy- gens (15961687) en twee amoureuze. Ita liaans georiënteerde liedeven van Willem de Fesch (16871760). Een sprong van tweehonderd jaar werd gemaakt met de voordracht van een weemoedig, meer nog melancholisch lied van Max Prick van Wely „Chanson d'automne" en het hier mede sterk con trasterende brill ante „Vil lanelle" van Jan Mul. Catharina Hessels, die zich ontwikkeld heeft tot een uitste kende zangeres, gaf met haar fraaie altstem veel klankschoonheid te genieten en trof vooral met „Chanson d'automne" met door voelde expressie de juiste karakteristiek. In Nel Takken vond de soliste een be trouwbare, muzikale begeleidster. Hierna volgden de voordrachten van de Sonate van Louis Somer en de Sonate van Mön Onthei door de violist Chris van der Glas mét zijn echtgenote, de pianiste Pie van der GlasBoosman als artistiek part ner. Beiden zorgden voor een verrassing, zowel door de muziek, die voor deze in strumentale combinatie uitstekend geschre ven is, als door de perfecte uitvoering die ons de overtuiging gaf dat dit muzikale echtpaar het verdient veel meer in het openbaar te kunnen optreden. De tweede helft van de avond werd be gonnen door de componist-pianist Sas Bunge niet dit jaar door hem geschreven Pastorales, ongecompliceerd Van aard, Bazar Oud-Katholieke Kerk Het 0ud-Katholielce Seminarie te Amers foort, dat dateert van 1725, verkeert in zeer bouwvallige staat. Daar herstel niet mogelijk is. moet de Oud-Katholieke Kerk een nieuw Seminarie bouwen. Teneinde het geld hier voor bijeen te brengen wordt reeds geruime tijd in alle Oud-Katholieke Gemeenten gespaard. Daarnaast worden ook andere wegen bewandeld om geld te krijgen. In Haarlem wordt op Woensdag 8 November een bazar gehouden, waarvoor door de Oud-Katholieke Vrouwenvereniging sinds enkele jaren vele fraaie handwerken zijn vervaardigd. Naast deze handwerken zijn nog allerlei praktische artikelen, o.a. levensmiddelen, verkrijgbaar. De bazar wordt gehouden in het gebouw van de kerk aan de Kinderhuissingel. NATIONAAL MUZIEKKORPS VAN LEGER DES HE.TLS WEDEROM IN HAARLEM Op Zaterdag 18 November brengt het ondanks de korte tijd van bestaan reeds een uitstekende reputatie genietende Nationaal Muziekkorps van het Leger der Heils voor de tweede keer een bezoek aan Haarlem, •nans om een uitvoering te geven in de Immanuel-kerk. Het werd opgericht in December 1947 door commandant Charles Durman en bestaat uit 28 leden, geselecteerd jut de diverse korpsen in het Westen des lands, waaronder negen kapelmeesters. De instrumenten zijn vervaardigd op de eigen laoriek van het Leger des Heils in Londen. Da uit te voeren werken zijn alle geschreven af gearrangeerd (naar werken van bekende componisten als Handel en Mozart) door officieren en soldaten van deze instelling, «nöagmiddag 19 November laat het corps ach horen op een bijeenkomst in „Ons Huis" - Zanavoort. ADVERTENTIE DE BOEKPERS Cwte Houtslr. 55 - 57 - Haarlem - Tel. 1939 Agenda voor Haarlem MAANDAG 6 NOVEMBER Gemeentelijk Concertgebouw: Italiaans opera-concert. 8 uur. City: „Christoffer Co lumbus", alle leeft.. 2.15, 4.30, 7 en 9.15 uur. Opaarne: ,,De man die de moed had", 14 j., -30. 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „Gekooide meisjes", 18 j., 2.30, 7 en 9.15 uur. Rembrandt: -Stromboli", 18 j„ 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. "•ace: „Kinderen van de straat", alle leeft., -• 4.15. 7 en 9.15 uur. Luxor: „De weg des verderfs". 18 j„ 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. DINSDAG 7 NOVEMBER Stadsschouwburg: „Leer om Leer" (Ne- uerlandse Comedie), 8 uur. Gemeentelijk toneertgebouw: Concert HOV, 8 uur. Biosco- pen: Middag- en avondvoorstellingen. mooi van klank, mede door de kleurgeven- de toon-vermengingen. Als scherpe tegen stelling vertolkte hij Willem Pijper's Piano sonate uit 1926, een belangrijk werk, dat toch wel degelijk als geïnspireerde muziek klinkt in zijn felle rhythmiek, levendige ontwikkeling en in het korte ogenblik dat het middendeel een kijkje op Pijper's an dere wezen toelaat. Sas Bunge speelde de Sonate voortreffelijk, waarlijk indrukwek kend in kernachtige samenvatting. En tenslotte kwamen de fluitist Frans Vester en de pianiste Miep van Lu in met een Capriccio van Henk Badings (dat meer door de hoekdelen dan door het vrij lange, evenwichtige middendeel capricieus ge noemd kan worden) en met de Fluitsonate uit 1925 van Willem Pijper. Een openbaring van melodische schoonheid werd de prach tige uitvoering die het duo van Pijper's muziek gaf en die met de andere vertol kingen dit jubileumconcert tot een over tuigende manifestatie van Nederlandse scheppende en herscheppende kunst deed worden. P. ZWAANSWIJK. Beeldende kunst Jules Chapon exposeert in het Huis van Looy De gevoelige woorden die mr. F. van dei- Goot bij de opening van de tentoonstelling van het jongste werk van Jules Chapon in het Huis van Looy tot het publiek richtte, betroffen méér de rnens Chapon dan zijn werk. Mr. van der Goot beschreef de jonge commissionnair in effecten, die ongeveer tien jaar geleden zijn beroep vaarwel zegde om zich geheel aan de kunst te wijden. Leed en eenzaamheid werden gedurende de oorlog zijn deel. Uitdrukkelijk onthield de spreker zich van een benadering van het hier ten toon gestelde werk: dertig schil derijen, twaalf gouaches en enige tekenin gen, vrijwel alles uit de jaren 1949—1950. Het was alsof Mr. van der Goot intuïtief het gevaar voelde dat een nauw vriend schappelijk contact méébrengt voor iemand die een objectief oordeel over het werk van een kunstenaar wil vormen. De persoon lijke sympathie verhindert vaak het tot stand komen van een juiste aesthetische waardering. Een eerste rondgang op deze expositie wekt indrukken van de grote gevoeligheid èn de verzorgdheid dezer schilderijen. In de kleine vóórzaal zijn Franse reisimpres sies smaakvol opgehangen in twee contras terende groepen: stukken met een helder en stukken met een somber coloriet. In de grote middenzaal treft, aan de rechter wand, een schilderij dat de pantomime speler Marcel Marceau voorstelt in zijn creatie van „Bip". De te korte witte broek, de dansschoentjes, de enorme hoge hoed bijna zonder rand, het witgekalkte clowns gezicht met de diepliggende ogen, de han den met uitgespreide vingers, de horizon taal-gestreepte matrozentrui, deze en nog andere details zijn nauwkeurig geobser veerd. Slechts één karaktertrek van Mar ceau ontbreekt en dat. gebrek is kenmer kend voor Chapon: Marceau verrast tel kens door clowneske grapjes, door flauwig heid j es die opluchting brengen. Deze vei ligheidsklep, dit bewijs dat men de ernst in zijn macht heeft, ontbreekt bij Chapon. Zijn ernst wordt een obsessie. Het trieste en tragische dienen een middel te blijven. Wat het picturale betreft heeft Chapon een groot deel van de perspectief overboord ge zet. Zijn contouren omsluiten vlakken die (evenals bij Gauguin) effen worden inge vuld. De richting, de kracht van de pen- seelstrek gaat ook bij hem gehéél verloren. Men denkt bij Chapon vaak aan Picasso's blauwe periode en aan sommige Modiglia- ni-halzen. Het grijs en het blauw over heersen: sommige schilderijen zijn als in-, gelijst, bijna tastbaar geworden maanlicht. Deze leerling van Kees Verwey en Boot De ecrsle na-oorlogsc orchideeënlentoonsteliing die Vrijdag door de Commissaris der Koningin in de provincie Noordhollatid, dr. J. E. baron de Vos van Steenwijk, in het Indisch Instituut ie Amsterdam geopend werd, boekte vandaag reeds haar tietiduizendste bezoeker. Deze expositie van de „aristocraten onder de bloemenzoals dc Commissaris der Koningin de orchideeën in zijn opejiingsrede karakteriseerde, is tot en met Woensdag te bezichtigen. Op de foto: baron De Vos van Steenwijk bewondert een der fraaie inzendingen. Cor Ruys u kon het lezen in het ver slag van het gesprek dat wij onlangs met hem mochten hebben wilde niet jubi leren in wat hij een paraderol noemde en een ouderwetse gewoonte vond, doch me; een ensemblestuk als eerste tussen zijn ge lijken. Bovendien koesterde hij de vrees zo langzamerhand voor een komiek en niets dan een komiek te worden aangezien, re den waarom hij de voorkeur gaf aan een blijspel met een ernstige inslag, dat hem niet alleen de gelegenheid bood als regis seur de juiste psychologische sfeer te be palen. doch tevens om als acteur weer eens oen ander, in de practijk te zelden aan bod komend aspect van zijn ongemeen veelzij dig talent naar voren te halen. Hoezeer men cleze gedachtengang ook kan begrij pen en zelfs toejuichen, velen zullen het toch betreuren dat zijn vertolking van de wazige dominee in de gekozen comcdie „De familie Gregory" van Wynyard Brow ne beneden de maat van zijn vermogen tot karaktertekening bleef. Zijn spel mocht nog zo zuiver zijn, hier was te weinig eer te behalen. Het stuk, dat zich tijdens de Kerstdagen afspeelt in een pastorie te Norfolk, laat de toeschouwers kennis maken met een min zame predikant, die tot de nogal moeilijk te verwerken ontdekking wordt gebracht dat zijn beroep en maatschappelijke positie een beletsel vormen voor het vertrouwen van zijn kinderen. De oudste dochter ziet ging zijn eigen weg. De gevaren voor deze zeer begaafde kunstenaar zijn het manieris me èn het te véél verwijlen bij het litterai re onderwerp. Had zijn oranje-geel-rode „Yvette" iets meer temperament in de ogen gehad, dan zouden we het stuk als het beste hebben aangemerkt. Dat litteraire uitgangspunt vindt men bij voorbeeld in het schilderij „1950": een ietwat traditio neel beulstype met drankfles in de hand staat voor een kerkhof. Rechts wordt het prikkeldraad van een concentratiekamp aangeduid. Gelukkig zijn de gouaches veel kleuriger en vrolijker (vooral die met de grote gele tuin-parasols). Ook bij de tekeningen is menige gelukkige weergave te vinden: bij voorbeeld van de Seinebrug in Parijs. Wij zijn ervan overtuigd dat deze ten toonstelling, die tot 27 November duurt, niet zal nalaten veel indruk op het publiek te maken. Deze ernstige, begaafde kunste naar verdient het tenvolle dat, men belang stelling voor zijn werken toont. H. SCHMIDT DEGENER. Op de tweede voorstelling te 's-Graven- hage heeft het Amerikaanse Ballet Theatre eindelijk het langverwachte, reeds een op zienbarende reput'atie genietende „Fancy Free" laten zien, het vrolijke verhaal van drie matrozen met verlof aan wal tijdens een warme zomeravond. Kostelijk zijn reeds aanstonds de scènes waarmede zij het passagieren beginnen: de uitbundige staaltjes van levensvreugde en ongecom pliceerde verstandhouding, met daarna het gestoei om het rode tasje van de eerste de beste voorbij gangster, zich uitslovend om hun aantrekkelijkheid te bewijzen. Het hoogtepunt van dit frisse, originele ballet wordt bereikt als de drie zeemannen in sportieve wedijver ieder een dans uitvoe ren teneinde een beslissing te forceren over de vraag wie er verder met de twee aan wezige meisjes op stap mogen gaan. De eerste solo, een burleske parodie op de klassieke variaties uit de balletten van Petipa, is bepaald sensationeel door de demonstratie van kracht en lenigheid. De tweede mededinger tracht op een senti mentele „blues" vooral zijn verliefdheid Een scène uit Fancy Free" met van links naar rechts John Kriza, Paul Godkin en Eric Braun als de passagierende matrozen. Het décor is van Oliver Smith. tot uiting te laten komen en de laatste matroos, eep beetje onzeker van zijn zaak, voert een soort rumba uit. Maar het zijn niet alleen staaltjes van virtuositeit, geheel voortbouwend op de beginselen der acade mische techniek in allerlei verbluffende parafrases, deze dansen onthullen boven dien zeer treffend de verschillen in geaard heid van de vitale hoofdpersonen, die des ondanks een eenheid vormen door hpn warm gevoel van kameraadschap. Het aardige van „Fancy Free" is de ver eniging van luchtige trant en eenvoudige emotionele ondergrond. Het is beurtelings ontwapenend geestig en vertederend, altijd jong en menselijk. Men zou zich dit ka rakterballet heel goed kunnen voorstellen als onderdeel van een revue, temeer daar het wemelt van acrobatische toeren en op scherpe waarneming van alledaagse eigen aardigheden berustende komische trekjes, doch het wordt op een hoger plan getild door de klassieke techniek.. Bovendien is het bij al zijn nonchalance doortrokken van een gezond-optimistische geest. De choreografie is van Jerome Robbins, die toen hij dit werk schreef nog deel van het corps de ballet uitmaakte, de muziek van Leonard Bernstein, destijds een onbekend componist, die deze zomer tijdens het Holland Festival het Residentie-orkest di rigeerde, dat thans de begeleiding ver zorgde. DAVID KONING. zich aanvankelijk gedwongen haar ver moedelijk laatste kans op een huweiijk te laten varen, omdat er buiten haar niemand te vinden is om haar vader naar wens te verzorgen, daar haar jongere en aan de drank verslaafd geraakte zuster, die in Londen het leven in al zijn hardheid heeft leren kennen, het in de ouderlijke woning niet meer kan uithouden. De nog niet we tende wat te beginnen zoon Mick worstelt zo'n beetje met het probleem dat je een man met het blijkbaar wereldvreemde ambt van geestelijke nu eenmaal altijd de waarheid moet besparen. Met de onthul ling van deze verhoudingen worden de eer ste bedrijven van dit door en door Engelse, na enige licht-ontroerende scènes blij-ein- digende spel min of meer tot vervelens toe gevuld. Voor ons is de schrijver Wynyard Browne geen onbekende, want ongeveer twee jaar geleden heeft een Engels gezelschap, de Company of Four, diens eersteling „Dark Summer" in Haarlem vertoond. Naar aan leiding daarvan merkten wij op dat deze auteur zijn reputatie als romancier geens zins verloochende en wezen wij voorts op het typisch Engelse van de zedenschilde ring. Daarin is weinig of geen verandering gekomen, integendeel: nog sterker dan het voorgaande gelijkt dit stuk een eerbied waardige familieroman in een verouderd genre, niet zozeer in bedrijven dan wel in hoofdstukken verdeeld. Het grootste be zwaar daarvan was de afwezigheid van dramatische ontwikkeling, of liever gezegd van voldoende handeling om de karakters aan een behoorlijk formaat te helpen. Dit laatste geldt speciaal ten aanzien van de tekening van wa' thans in het licht van een jubileum voor een hoofdrol moest door gaan. Overigens had Cor Ruys als regisseur voor een zorgvuldig afgestemde opvoering gezorgd, waarin de natuurlijke zuiverheid rechtstreeks uit de eenvoud van middelen voortkwam. De prachtige actrice Caro van Eyclc verleende als gast haar medewerking ter vertolking van de dochter Margaret, wélke zij terecht zeer strak hield. Haar aandoenlijk gesprek met Cor Ruys in het laatste bedrijf betekende het hoogtepunt van de voorstelling, waaraan ook Nell Koppen (als de oudste dochter) en Ton van Duinhoven (als de zoon) waar ook maar enigszins mogelijk een glans van warme menselijkheid verleenden. Sara Heyblom en Kitty Kluppell gaven beheerste typerin gen van twee oude tantes met eigen menin gen, Gijsbert Tersteeg en Wim van den Brink completeerden de bezetting. Bloemen en bloemrijke woorden Na de pauze stonden de leden van het gezelschap zeer stijlvol de dames in avondjurk en de heren in rok tussen de muisgrijze gordijnen aangetreden als décor voor de huldiging, die na het ver stommen van een langdurig applaus begon met een toespraak door wethouder- Geluk als voorzitter van het Haarlemse comité. Deze schetste Cor Ruys als de grootste acteur van ons land in het komische genre en bood hem, behalve de traditionele enveloppe met inhoud, een reusachtige lauwerkrans met een lint in de stedelijke kleuren aan. Daarna trad de oud-criticus en toneel schrijver J. B. Schuil voor het voetlicht, die toestemming vroeg de jubilaris bij zijn voornaam te mogen noemen. „Bijna veertig jaar geleden heb ik hier Royaards toege sproken. Stel je voor dat ik tegen die Napo leon van het toneel gewoon Willem zou hebben gezegd! Maar bij Cor Ruys kan dat wel. Hij is ook als directeur van zijn gezel schap een eenvoudig mens, zonder pose". Vervolgens bracht de heer Schuil in herin nering dat hij Ruys al in 1909 had leren kennen, toen deze nog hospiteerde en als invaller een rol in zijn comedie „Fatsoen" vervulde. Na afloop daarvan had Ternooy Apèl gezegd: „Als die jongen pas achttien jaar is. dan belooft-ie wat voor de toe komst!" Dat is ook uitgekomen. We hebben nadien tranen van plezier, maar ook van ontroering om hem gestort, aldus spreker, die daaraan toevoegde dat hij hem toch het liefst zag in grote karakterrollen- Verder werd het woord gevoerd door de arts Tjebbo Franken als persoonlijk vriend en door de heer Hm. Deinum, directeur van de schouwburg, die gewaagde van niets dan prettige ervaringen met deze altijd op gewekte leider van een prettig gezelschap. Als vertegenwoordiger van het personeel bood toneelmeester H. C. Voskuilen een kistje sigaren aan. De heer H. G. Canne- gieter las een telegram van mevrouw Anna van Gogh Kaulbach voor en tenslotte kwa men er bloemen op de planken van de Haarlemse familie Gregory, die in de zaal aanwezig was. Cor Ruys dankte iedereen voor de harte lijke woorden, in het bijzonder ae Commis saris der Koningin in de provincie Noord holland voor diens aanwezigheid en ver klaarde voorts altijd gaarne in Haarlem te spelen. Toen er niets meer te zeggen viel, zwaaide Cor Ruys zijn be wonderaars vaarwel met de mondelinge toevoeging: „U komt er wel uit, hè?" Omstreeks middernacht werden de gebroe ders Cor en Anton Ruys met hun echtge noten ontvangen in de sociëteit Teister- bant, waar zij op geestige wijze door voor zitter Godfried Bomans werden toegespro ken. Hierop volgde een gezellig souper, in het begin waarvan mr. P. O. F. M Cremers, burgemeester van Haarlem, zijn hulde in een toast tot uitdrukking bracht. DAVID KONING. Italiaanse federalisten zijn actief (Van onze correspondent te Rome) Italië staat in deze dagen in het teken van de Europese federale gedachte. Ener zijds v/as er de bijeenkomst van de minis ters van de Raad van Europa te Rome en daarnaast hebben de federalisten in alle grote steden van het land bijeenkomsten belegd ter afsluiting van hun campagne voor een petitie aan de Italiaanse regering en aan Straatsburg, om ten spoedigste de grondslagen te willen leggen voor een boven-nationale, Europese politieke auto riteit. De Raad van Europa heeft een tastbaar resultaat bereikt, dat Zaterdag 4 Novem ber plechtiglijk door de vertegenwoordi gers van dertien mogendheden de conven tie voor menselijke rechten werd onder tekend. Deze conventie zal de naam dra gen van conventie van Rome. De aangesloten staten waarborgen aan hun burgers bepaalde rechten, zoals vrij heid van pers, vrijheid van godsdienst en politieke mening, vrijheid van woord en geschrift, vrijheid van vergadering. Zoals reeds voorzien werd, heeft het eerste punt van de agenda (bespreking over een Europees leger) de ministers niet lang bezig gehouden. Het viel de vertegen woordiger van Engeland gemakkelijk aan de hand van het statuut te bewijzen, dat de Raad van Europa zich niet moet mengen in aangelegenheden van defensie. Daarvoor zijn andere organen. Men heeft er 2ich dus toe bepaald kennis te nemen van de inge komen stukken en de hoop uit te spreken, dat de regeringen van Europa het spoedig eens mogen worden over het vraagstuk dei- defensie van ons werelddeel. Het voorstel van Churchill inzake een Europees leger gaat nu eenmaal verder dan het statuut van Straatsburg gedoogt. Bij de besprekingen te Rome bleek dat Nederland het enige land is waar een Ka merdebat werd gehouden over de Raad van Europa. Dit maakt, dat minister Stikker met wat meer stelligheid kan spreken dan de andere ministers. Oude woorden van Einaudi. Van de verschillende bijeenkomsten der federalisten was die te Rome van bijzonder belang. In een der grootste theaters dei- stad waren duizenden bijeengekomen om te luisteren naar een rede over de nood zaak om ten spoedigste te komen tot de Verenigde Staten van Europa, hetzij met, hetzij voorlopig zonder deelneming van het verenigd koninkrijk. In een ereloge zaten de president der republiek Luigi Einaudi, groot voorvechter van de federale gedachte, de voorzitters van senaat en parlement, minister-president de Gasperi en vijf an dere ministers. Op het podium een groot aantal Senatoren en Kamerleden en voor aanstaande personen op cultureel en eco nomisch terrein. Spreker was dr. Nicolo Carandini, oud-ambassadeur te Londen, die voor deze gelegenheid per vliegtuig uit San Francisco was gekomen. Na de gloed volle rede van Carandini, een belangrijke figuur van de links-liberalen en een der beste redenaars van Italië, betrad de Gas peri het podium om na een korte toespraak zijn handtekening te plaatsen onder de pe titie. Vijf andere ministers volgden dit voorbeeld. Minister Sfor2a, die niet aanwe zig kon zijn, had een brief gezonden met verzoek „een regeltje voor hem open te houden". Nadat ook de andere personen, die op liet podium gezeten waren, hun handtekening hadden geplaatst, werd de bijeenkomst gesloten met het voorlezen van een passage uit een artikel, dat Luigi Einaudi, thans president der republiek, op 4 April' 1948 in de „Corriere Delia Sera" heeft gepubliceerd: „Wanneer wij hen die vrienden zijn van de vrede willen afscheiden van hen, die als vijanden van de vrede moeten worden beschouwd, moeten wij niet letten op af gelegde verklaringen, die met temeer na- Weense bonte avond van Haarlems Gemengd Koor Er was een vrij goed bezette zaal voor het Zaterdagavond gegeven bonte Weense programma van Haarlems Gemengd Koor, met medewerking van het mannenkoor „Proza en Poëzie", de sopraan Erna Spoo- renberg, de pianiste Emmy van Eden en de liedjeszanger Hans Grünhut met zijn „Schrammel-Quartett". Het sprak vanzelf dat men op een dergelijke avond geen weerklank te horen zou krijgen van het stervende Wenen van heden, maar dat men zich zou kunnen vermeien in de luchtige en gemoedelijke sfeer uit de tijden toen Wenen de hoofdstad van een keizer rijk was, een sfeer die een brok romantiek vertegenwoordigt, waarin componisten als Franz Schubert en Johann Strauss een belangrijke rol spelen. Charmerende melodieën in driedelige maat waren dan ook niet van de lucht. Door zijn uitgebreid gemengd koor en dc pianiste Emmy van Eden liet de dirigent Jan Booda de avond openen met de Strauss-wals „Morgenblatter". Het klonk tamelijk fors, maar met enkele zeer mooi getroffen gedeelten in halve stem. „Proza en Poëzie" maakte een aardige beurt met „Der Gondelfahrer" van Schubert, maar overtrof deze prestatie met de glansrijk en pittig gezongen Strauss-wals „Geschichten aus dem Wienerwald". De dames van Haarlems Gemengd Koor vonden een dankbare stof in een reeks Duitse Dansen van Schubert ïn koorbewerking. Het goede gehalte der stemmen bleek vooral uit het tweede en het laatste nummer. Veel succes verwierf het dameskoor ook met „Wien, du Stadt meiner Traume" van Siecryr.ski. Operette-melodieën en walsen van Strauss schonken aan Erna Spoorenberg ten volle gelegenheid haar fraaie coloratuur zang te laten horen en er veel bijval mee te oogsten. Hans Grünhut en zijn „Schram - mel Quartett" zorgden voor een paar luch tige kwartiertjes. Deze Weense zanger, die blijkbaar bezig is zich bij het Hollandse klimaat aan te passen, zoals hij toonde met zijn tussentijdse praatjes tot het publiek, is een goed vocalist en zou in de operette een goede kracht zijn. Aan het slot van de avond klonk „De mooie blauwe Donau" van Strauss, fris ge zongen door het gemengde koor en met bravour gespeeld door Emmy van Eden. Maar wat de gezongen tekst betreft (waar Strauss niets mee te maken heeft!), zou het wel wenselijk geweest zijn voor het derde couplet eens wat anders te verzin nen dan die zinspeling op „Die Wacht am Rhein". JOS. DE KLERK druk worden uitgesproken naarmate zij minder ernstig worden bedoeld. Maar wij moeten de vraag stellen: Wilt gij de vol ledige souvereiniteit handhaven van de staat, waarin gij leeft? Wie daarop bevesti gend antwoordt is een uitgesproken vijand van de vrede. Of wel zijt gij bereid uw stem en uw steun te geven aan diegene, die be looft dat hij werken zal voor de overdra ging van een deel der nationale souvereini teit aan een nieuw orgaan, dat der „Ver enigde Staten van Europa?" Als gij daarop bevestigend antwoordt en op dc woorden ook dc daden volgen laat, don. maar ook dan alleen, kunt gil in waarheid zeggen eon voorstander van de vrede te zijn. Al het andere is leugen". President Einaukl knikte goedkeurend en met instemming toen deze woorden, door hem geschreven kort voor hij tot zijn hoge ambt werd geroepen, door de zaal klonken. Regeling van het brandweerwezen Advies der commissie- De Vos van Steenwijk De commissie, welke in 1948 is ingesfeld door de minister van Binnenlandse Zaken met de opdracht het bij de Tweede Kamer ingediende ontwerp tot wijziging van de Gemeentewet ter regeling van het brand weerwezen nogmaals te bestuderen en die onder voorzitterschap staat van dr. J. E. baron de Vos van Steenwijk, Commissaris der Koningin in de provincie Noordhol land, heeft haar verslag uitgebracht. De commissie zegt, dat het desbetref fende wetsontwerp in menig opzicht in druist tegen de algemene beginselen vol gens welke zij de zorg der overheid ten aanzien van de brandweer gaarne geregeld zou willen zien. Zij is tot de slotsom geko men, dat de nodig geachte wijzigingen zo veelomvattend en diep ingrijpend zouden zijn, dat het de voorkeur zou verdienen hét ontwerp in te trekken. De commissie legt daarom een nieuw ontwerp over. Zij is van oordeel, dat de zorg voor de brand weer principieel een onderdeel behoort uit te maken van de zelfwerkzaamheid der gemeenten, zij het ook, dat een pro vinciaal orgaan toezicht behoort te hou den. Voor het rijk is in hoofdzaak een ad viserende taak weggelegd. Het opnemen van de gehele regeling in de Gemeentewet dient dan ook te worden losgelaten. Het oorspronkelijke ontwerp overweegt, dat de zorg voor de brandweer onderdeel zou moeten uitmaken van de handhaving van de openbare orde, rust en veiligheid cn mitsdien aan de burgemeester en niet aan B. en W. zou moeten worden opgedi-a- gen. Deze gedachtengang acht de commis sie minder juist. De commissie wenst in beginsel terug te keren naar hetgeen vóór 1940 was bepaald en de zorg voor de brandweer behoudens het opperbevel aan B. en W. op te dragen. Als toezicht houdend orgaan dient het college van Ge deputeerde Staten te worden aangewezen. Goedkeuring der plaatselijke verordenin gen dient eveneens door dat college te worden gegeven en niet door de Kroon, die een rijksorgaan is. Minister Rutten wenste jubilerende VARA geluk Secretaris-penningmeester Lebon geridderd Zeer velen hebben Zaterdag in het Mi- nervapaviljoen te Amsterdam het hoofd bestuur van de V.A.R.A. met het 25-jarig bestaan van deze omroepvereniging geluk gewenst. De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, prof. dr. F. J. Th. Rutten, roemde de V.A.R.A. om het vele culturele werk, dat zij in de afgelopen 25 jaar heeft verricht. Hij prees de leiding en in het bijzonder de secretaris-penning meester de heer J. W. Lebon. De minister herinnerde er aan, dat de heer Lebon be halve zijn werk voor de V.A.R.A. ook zit ting heeft in vele organisaties op radio- gebied en dat hij in de oorlog mede gezorgd heeft, dat hier de stem van Nederland uit Londen kon worden gehoord. De minister deelde mede dat de Koningin de heer Lebon had benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Vele andere sprekers voerden het woord op de receptie, onder wie prof. dr. J. B. Kors, voorzitter van de Nederlandse Radio Unie en van de K.R.O. en de burgemeester van Hilversum, mr. J. A. G. M. van Hel- lenberg Hubar, die met voldoening sprak over de aangename samenwerking, die er tussen het Hilversumse gemeentebestuur en de omroep bestaat. De receptie werd onder anderen bezocht door de voorzitter van de N.C.R.V., de directeuren van de A.V.R.O. en de Wereld omroep en de adjunct-commissaris van het radiowezen. Zaterdagavond gaf het Radio Philhar- monisch Orkest onder leiding van Pierre Monteux in het Concertgebouw te Am sterdam een jubileumconcert, dat ook werd bijgewoond door de minister van Verkeer en Waterstaat, mr. D. G. W. Spitzen, de directeur-generaal van de P.T.T.. de heer L. Neher. de Commissaris der Koningin in de provincie Zuidholland en regèrings- commissaris voor het radiowezen, mr. L. A. Kesper. prof. mr. R. Kranenburg, voor zitter der Eerste Kamer, de heer M. A. Reinalda. Commissaris der Koningin in de provincie Utrecht en de burgemeester van Hilversum, mr. J. A. G. M. Hellenberg Hubar. Benelux-boomplantdag op Walcheren Ook in België zijn aanzienlijke bedragen bijeengebracht voor herbeplanting van het eiland Walcheren. Dit geschiedde te Brus sel door het door oud-minister Hoste ge vormde Hoste-comité en verder door boom- plantcomités in Brugge. Oster.de en Gent, door de Belgische Touringclub en de Ka mer van Koophandel te Antwerpen. Hier door droeg ae Zaterdag evenals vorige jaren op Walcheren gehouden boomplant- dag een uitgesproken Benelux-karakter. Te Middelburg werden de eerste bomen geplant voor het toekomstige recreatie oord „Toorenvliedt", in Vlissingen voor het „Nollebos". dat in 1944 verwoest werd. De vorige week zUn in Den Haag niet minder dan 220 verkeersongevallen gebeurd. Hierbij werd een persoon gedood, 18 per sonen werden ernstig en 53 personen licht gewond. De oorzaken waren volgens de politie geen voorrang verlenen, onvoorzichtig oversteken en geen teken van richtingvei> andenng geven.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1950 | | pagina 7