Hartendorp w Tussen Oostelijke terreur en Westelijk wantrouwen zoekt de Duitser rust Zeventig jaar geleden werd een begin gemaakt met de aanleg van de spoorlijn naar Zandvoort Zaterdag 9 December 1950 ~3 THEUN DE VRIES: „Hoogverraad" (Van Loghum Slaterus, Arnhem) '7"AS DIT JONGSTE WERK van Theun de Vries, de beknopte roman (of uit gebreide novelle, zo men wil) „Hoogver raad" verschenen als een vertaling, het zou zelfs in de kringen van ingewijden in de Russische litteratuur nauwelijks bevreem ding hebben gewekt. Russisch is niet alleen het gegeven de rebellie van een officier tegen de oekase van Czaar Nicolaas I, die de strijd beveelt legen de Hongaarse vrij heidsscharen van de „opstandeling" Kos suth Russisch tot in zijn kern in deze roman van sfeer, toon, visie van „ziel". Idealistisch van conceptie en realistisch van uitdrukking: een pathos dat zich baan- breekt als een gloeiende gevoelsstroom, als een hevige ontroering, bedwongen door onverbiddelijkheid; een dromerige be schouwelijkheid, afgeschud plotseling uit onstuimige dadendrang: een machteloze onderworpenheid aan het noodlot, aan het schijnbaar onontkoombare, en dan om slaande in de extase van een ideaal; teer heid verkerend in grimmigheid zo speekt zich de Russische ziel uit in haar litteratuur, melancholisch van ondertoon, sociaal van strekking, geladen van ge moedsbeweging, beheerst van vorm. En zo heeft Theun de Vries zijn roman „Hoog verraad" geschreven, die zonder voorbe houd een klein meesterwerk moet worden genoemd. Beschouwt men deze roman in het rui mere verband van het werk van Theun de Vries, dan kan hij als een noodzakelijke aanvulling worden beschouwd van de groots opgezette trilogie „1848" (waarvan de beide eerste delen „Een spook waart door Europa" en „Nieuwe Rivieren" zijn verschenen): van zijn historisch epos der revolutiegolven die in 1848 het „gerestau reerde" West-Europa terugdreven tot zijn sinds 1789 geschiedkundige bestemming: het waarmaken der omwentelingsleuzen „vrijheid, gelijkheid, broederschap". Wat daarvan toen in West-Europa verwezen lijkt werd in democratische constituties moest in de Russische autocratie van de knoet verlangen blijven, smeulend vuur, ideaal, hoog genoeg om er het leven voor te offeren. Men zou er Tschaadajew, Herzen, Be- linskij eens op moeten nalezen negen- tiende-eeuwse baanbrekers der vrijheid, hoe uiteenlopend van beginselen ook om ten volle te kunnen waarderen, hoe voortreffelijk Theun de Vries in de hoofd persoon van „Hoogverraad", cle kapitein Goesew, de geestesgesteldheid heeft samen gevat van de toenmalige „decabristische" Rus, de door de December-opstand van 1825 walckergeschudde of aangemoedigde rebel tegen het czaristische schrikbewind. Zo'n opstandeling sluimert er in de kapi tein Goesew, zoon van een arts, voortge komen dus uit de kringen der „verlichte" intelligentsia, vertx-ouwd met de West- Europese vrijheidsgeest: met St. Simons „utopie", Hegels dialectiek, Feuerbachs materialisme. Er was een keizerlijk bevel voor nodig om deze kapitein Goesew tot bezinning, tot de daad, te brengen. Ze komt, deze oekase, in de vorm van een oorlogs verklaring aan de Hongaarse vrijheids scharen, door Goesew als garnizoenscom mandant voor het front der troepen voor gelezen zonder martiaal enthousiasme niet alleen, maar ook zonder het gebruikelijke eerbetoon aan de Heerser aller Russen, zonder heil-uitroep. liet wapengeweld tegen mannen der vrijheid is een onrecht vaardige zaak en daarmee is de gerech tigheid in het geding gebracht, de hurffani- teit, het lang onderdrukte vrijheidsverlan gen, het sociale geweten. Wat volgt: de weerklank van Goesews opstandige onthouding bij zijn minderen (een drietal luitenants, de sergeant-majoor „Oom Wanja", enkele manschappen), de „bittere sympathie" der opstandigen, de voorbereiding van het verzet, het verraad van de luitenant Totleben, de arrestatie dei- rebellen, Goesews celstraf, zijn verhoor, de terechtzitting tenslotte verhaald dit alles met de dramatische, bedwongen geladen heid, die ik hierboven een der kenmerken der Russische letteren noemde zijn stuk voor stuk de consequenties van wat kapi tein Goesew herhaaldelijk als een „tragi- ADVERTENTIE 2-deurs Vraagt de Official Ford Dealer vooral het aardige boekje: „Fantastisch Sterk". U kunt dan meteen afspreken voor een proefrit. NA'. NEDERLANDSCHE FORD AUTOMOBIEL FABRIEK AMSTERDAM Agenda voor Haarlem ZATERDAG 9 DECEMBER Stadsschouwburg: „Oom Wanja" (Comedia), 8 uur. Gem. Concertgebouw: Bandfestival, 8 uur. City: „Westwall 1944", 2.15, 4.30. 7 en 9.15 uur. Spaarne: „Spionnage op de Marti nique", 18 j., 2.30, 7 en 9.15 uur, Frans Hals: „Louter toeval". 18 j., 2.30. 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „Hallo New York", alle leeft., 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Palace: „Jeanne d' Are", 14 j.. 2 en 8 uur. Luxor: „We gaan naar Parijs", alle leeft., 2, 4.1o, 7 en.9.15 uur. ZONDAG 10 DECEMBER Stadsschouwburg: „Oom Wanja" (Comedia), 8 uur. Gcm. Concertgebouw: ..Maria Goretti" (Nederlands Nationaal Toneel). 8 uur. Nassaupleïn 8: Nederlandse vereniging voor Natuurgeneeswijze, dr. P. Nuysink spreekt over „Angst". 2.30 uur. 31A AND AG 11 DECEMBER Bioscopen: Middag- en avondvoorstellingen. sche vergissing" voelt, maar waarvan hem de zin en de aard ontgaat. Schuld en op standigheid, berustend fatalisme en daden drang, kwellen de rebel afwisselend in zijn kerker. Maar niet dit, niet het individuele lot, de tragiek van een falende mens, geeft zin aan Goesews leven, aan deze roman. Een betekenis die boven het persoonlijke uitgaat krijgt Goesews verzet pas, zodra hij in het getuigenis van een eenvoudige ziel, in de woorden van zijn sergeant-majoor, sprekend met de „stem des volks", de weer klank hoort van zijn verlangen naar ge rechtigheid, die hij met zijn (mislukte) daad wilde dienen. Niét Goesews verzet, niét zijn tragiek, niét zijn dood zijn de zin van zijn leven, maar het „sociale effect" van zijn daad, de beroering die hij wekte in het menselijk geweten. En daarmee spitst zich in deze roman „Hoogverraad" het talent van Theun de Vries toe, trekt het zich samen tot een we zenlijke, dat de waarde bepaalt van zijn gehele oeuvre, van „Stiefmoeder Aarde" tot deze roman: het thema van het sociale geweten der mensheid en het daaruit ge boren ideaal der menswaardigheid, der ge rechtigheid, doordacht en bespiegeld door het brein Goesew, vruchtbaar gemaakt door de bezielende kracht van de natuur lijke eenvoud (Oom Wanja) een motief ADVERTENTIE Waarom risico lopen bij een stofzuiger kopen GA NAAR DE STOFZUIGER - SPECIAALZAAK Geu. Cronjéstraat 43 - Kruidbergerweg 51 Telefoon 16990 - 17696 VANAF J 2,50 PER WEEK. Ook voor reparatie en onderdelen van alle merken. dat men herkent uit een ander werk: uit de babylonische roman „Sla de wolven herder!" bijvoorbeeld, waarin de hervor mer Urukagina de „utopische" idee, en de simpele, zwervende schoolmeester Bada de bezieler is. Zo triomfeert deze kapitein Goesew over de dood. Zijn vergissing werd zijn noodlot, zijn noodlot werd tot inzicht, zijn inzicht werd woord, tot zijn laatste woord, zijn ge tuigenis, waarmee de aangeklaagde de aan klager aanklaagt. En „een woord", schreef Dostojewski, „is soms meer dan een daad". In die zin is „Hoogverraad" zowel het his torisch complement van de trilogie „1348" als de litteraire concentratie van Theun de Vries' schrijverstalent. De harmonische vereniging van deze beide kwaliteiten leverde een meesterlijke historische roman op. C. J. E. DINAUX. In de Oranjerie van het Kensington Palace te Londen zal binnenkort een tontoon- stelling van werken van de Vlaamse meester Pieler Paul Rubens worden gehouden. Een aantal grote panelen van de schilder wordt thans voor deze expositie gerestau reerd. Een fragment van het paneel „De verheerlijking van James V' wordt onder'' handen genomen. In Duitsland branden reeds Kerstkaarsen (Van onze correspondent te Bonn) Op 3 December was de eerste advents zondag. Terwijl in Nederland van Kerst sfeer nog weinig of niets is te bespeuren, staan hier op straat reeds de kestbomen en wordt binnenshuis de eerste kaars van de adventskrans ontstoken. Er groeit al een stemming van afwachten. Op straat is het niet druk en in de restaurants eet men vaak alleen. Het gezin treedt in zijn rechten. Ook de natuur heeft haar bijdrage ge leverd. Op en tegen het zevengebergte ligt weer sneeuw, die misschien tot het voor jaar zal blijven liggen. De stomp van de Drachenfels tekent zich vaag af tegen de grijze lucht. Beneden stroomt de Rijn. Een sleep werkt zich stroomopwaarts. Het gaat moeizaam, want de Rijn is sterk gewassen en het water spoedt zich met kracht zee waarts. Meer dan eens schijnt de zware sleper zijn lange staart bijna niet te kun nen houden en zwaaien de aken van rechts naar links. Maar dan blaast hij steunend stoom af en zwoegt weer voort. De Rijn landers kennen deze worsteling met het water en wijden er amper een blik aan. Zij hebben hun eigen zorgen. Juist in dagen als deze bemerkt men, hoe ernstig en hoe weinig vreugdevol de Duitser eigenlijk nog is en vooral hoe ver moeid en vaal de gezichten van de meeste vrouwen zijn. In het buitenland is men. onder de indruk van de berichten over de West-Duitse economische opleving; mis schien geneigd te veronderstellen dat de Duitser wel weer luidruchtig zijn weg zal gaan. Deze opleving gaat gepaard met rijke nachtclubs, glanzende auto's en preten- tieuse zakenmensen. Maar men vergeet dat slechts een zeer klein gedeelte van de bevolking aan dit Matergoud deel heeft. De meesten werken hard. of het nu de directeur van een fabriek, de ambtenaar Octrooi inzake kogelvulpennen geschonden De president van de Rotterdamse recht bank zal Maandag uitspraak doen in een procedure, die in kort geding voor hem diende. Een Rotterdams winkelbedrijf werd beticht van inbreuk op het Nederlandse octrooi 66531 betreffende een bepaalde ko gelvulpenhouder. Octrooihoudster, een Uruguese vennoot schap, stelt zich op het standpunt, dat vrij wel alle hier te lande op het ogenblik ver krijgbare kogelvulpennen, voor zover niet afkomstig van de octrooihoudster of haar licentiehouders, inbreuk op haar octrooi maken. Het ligt in de bedoeling van de octrooihoudster om hier te lande op grote schaal diegenen, die weigeren de betrok ken kogel vulpenhouders uit de verkoop te nemen, in kort geding te doen dagvaarden. Öp 10 December 18'80, morgen dus juist zeventig jaar geleden, werden zelden betreden duinen tussen Overveen en Zand voort het toonbeeld van een ongekende bedrijvigheid. Werklieden met spaden en houwelen baanden zich een weg door diepe duinkommeh en over hoge heuvels, inge nieurs waren druk in de weer met water passen, en langzaam maar zeker ontstond in deze nog woeste duinen een kronkelende weg, waarop dwarsliggers en rails ver schenen. Het was de aanvang van een enorm werk, dat het beeld van Zandvoort radicaal zou veranderen, dat van vissers plaats één van Neerlands bekendste en geliefste badplaatsen zou worden. Het was de voorbereiding van de spoor verbinding tussen Haarlem en Zandvoort, welke aansloot op de lijn naar Amsterdam. Het werk viel niet mee. De winter van '80 op '81 was bar koud en grimmig. Een win ter, die zich meer dan ooit deed gelden door ongekend hevige sneeuwstormen en felle vorst. Maar men zette dóór, omdat men vóór het seizoen 1881 de spoorweg gereed wilde hebben. Het was de heer Schram, aannemer te Amsterdam, die het werk had aangenomen in opdracht van de naamloze vennootschap van koophandel „Haarlem Zandvoort spoorwegmaatschappij". Wij lezen in de voor de heer mr. Frederik Wertheim, notaris te Amsterdam, gepas seerde acte, dat de heren Gustav Eltz- bacher, koopman te Amsterdam en Eduard Johan Kuinders verklaard hebben, op het ontwerp, waaraan de koninklijke bewilli ging bij besluit van 20 November 1880 No. 20 is verleend, tot oprichting van genoemde N.V. over te gaan. De uitgebreide statuten vingen aan met het volgende artikel: De „Haarlem Zandvoort Spoorwegmaatschappij" stelt zich ten doel, het aanleggen en exploiteren van een spoorweg, zich aansluitende aan de lijnen der Hollandse IJzeren Spoorweg maatschappij, in de nabijheid van het sta tion Haarlem en vandaar lopende naar Zandvoort, waarvoor door Zijne Excellentie de minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid, in dato 27 Augustus 1879 con cessie is verleend aan de H.H. E. J. J. Kuin ders, C. Smit en Vermeer Co.. welke concessie later bij ministeriële beschikking van 21 Januari 1880 No. 40, is beschouwd als te zijn verleend alleen aan de heer Kuinders. Hieruit blijkt dus. dat de spoorbaan „HaarlemZandvoort" een zuiver particu liere onderneming was, losstaande van de H.IJ.S.M. De nieuwe verbinding met Zandvoort strekte zich uit over een lengte van onge veer acht kilometer en eindigde niet op het station te Haarlem, doch liep van het sta tion Zandvoort, dat toen gelegen was op de plaats waar zich nu het goederenstation bevindt, terwijl een tussenbatte lag even vóór het tegenwoordige station de Halte straat ontleent aan deze stopplaats haar naam via het station Overveen tot aan de Westelijke overweg over de Stadsingel- gracht te Haarlem. Ten Westen van die overweg werd door aanbrenging van duin zand eer terrein geschikt gemaakt, waarop zich het station „Bolwerk-Haarlem" be vond met nevengebouwen, dat wil zeggen op de plaats, waai' thans het gebouw Olym- pia staat. De oprit naar het vroegere „Bol- werk-siation" is daar nog altijd aanwezig. De aansluiting van de spoorbaan aan de lijnen der H.IJ.S.M. berustte op een con tract, waarin was beschreven, dat de trei nen der HaarlemZandvoort maatschap pen mochten doorrijden tot het station Haarlem van de H.IJ.S.M. en vandaar óók verstrekken, met dien verstande, dat men aan elk station kon in- of uitstappen. Buffetten met keurige bediening In een beschrijving uit die dagen lezen we: „Van 't Station „Bolwerk-Haarlem" Westwaarts door de Schoterveenpolder tot aan station Overveen, in welk stationsge bouw zich tevens een restauratie bevindt, terwijl het station Bolwerk alleen maar een buffet bezit. Ge behoeft dus tijdens de reis geen gebrek te lijden, terwijl de bediening keurig net is. Van Overveen wendt de spoorbaan zich wederom Westwaarts langs het bekende „Kolkje" en het mogelijk nog méér bekende „Kraantjelek" door de duin streek om natuurlijk, na eerst nog een halte te hebben aangelopen, die directe toegang geeft tot het dorp, te eindigen aan het station „Bad-Zandvoort", en wel in de on middellijke nabijheid van de terreinen der „Bouwgrond-onderneming Zandvoort". Die terreinen bestaan in een aanzienlijke uitge strektheid duingrond langs het strand en zijn door de zo even genoemde maatschap pij aangekocht met het doel ze ter bebou wing geschikt te maken, er wegen en stra ten op aan te leggen en er gebouwen op le plaatsen. De plannen hiervoor werden ont worpen door de heer J. C. van Wijk, archi tect te Rotterdam, bouwmeester van de alom en terecht geroemde „Passage" al daar." Op de 7e Mei 1881 vond de eerste proef rit plaats, waarna de spoorlijn met grote feestelijkheden officieel werd geopend op 3 Juni 1881. De argumenten van de tegenstanders van de spoorweg kwamen in hoofdzaak van de zijde der oude „stamgasten" van Zandvoort, waarvan wij in geschriften uit die tijd lezen „dat zij niet dan niet leedwezen de door bijna iedereen gewenste spoorbaan zien aanleggen, niet uit afkeer ervan, maar om zijn onvermijdelijke gevolgen. Zij be grijpen immers terecht, dat wat zij tot dus ver het idyllische noemden van de hun om haai' eenvoud zoo dierbare badplaats, van lieverlede zal verdwijnen, dat Zand voort weldra een verbazende uitbreiding en verandering zal ondergaan; dat ei* villa's zullen verrijzen en casino's, restauratiën en winkelgalerijen; dat de duinen, waar zij onbespied en ongedwongen in bescheiden toilet konden ronddwalen of zich neer- vleien, bevolkt zullen worden door een bonte groep van sprekenden in alle talen der wereld: dat het strand niet meer die stemmige kalmte zal behouden, welke hen steeds zoo byzonder aantrok; kortom, dat Zandvoort welhaast hun Zandvoort niet meer zal zijn." ffDiakonale" vervoermiddelen De voorstanders uitten zich niet minder bloemrijk. Zo schreef de Amsterdamse courant van 9 Januari 1881: „Is Zandvoort als badplaats al zeer primitief geworden, even primitief is de reisgelegenheid om zich van Amsterdam en Haarlem of ook van elders naar Zandvooris strand te ver plaatsen. De middelen van vervoer zijn inderdaad te akelig, te ellendig, we zouden haast zeggen te diakonaal, om er zich en vooral ten overstaan van vreemdelingen niet over te schamen. Wie heeft geen kennis gemaakt met de hortende, pijnlijk stotende „rammelkasten", die de liefhebber in een kleine anderhalf uur van 't Stations plein te Haarlem naar Zandvoort's frisse zeestrand hotsen en wie verging de lust dan bijna niet om fi'isse zeelucht te happen aan het meer dan elders zuivere Zand- voortse strand als hij'in de rammelende en -rijk gestoffeerde, d.w.z. stofrijke omnibus sen gezeterf, de blik sloeg op de twee of drie rossinanten die soms schier amechtig ne- derzegen als om protest aan te tekenen tegen de vereniging tot dierenbescherming, wegens gebrek aan belangstelling. Was het een wonder, dat men aan het einde van zulk een Hobbeldebobbelde hotspartij bij Driehuizen te Zandvoort afgestapt, neerge- klommen of uitgestegen, schier uit elke mond en als uit 's harten diepste diepte de verzuchting hoorde: „Dat was me het ritje wel!" Aan dit alles komt nu. een einde. Nog enkele maanden en dan klinkt het: „Komt, stapt in, dames en heren! 't Is maar een wipje en 't hotst of botst niet! Komt, stapt in en over twintig minuten bruist de open zee U tegen!" Driedubbel gelijk Anderen bekeken de aanleg van de nieu we spoorlijn meer van de zakelijke kant. Zij maakten hun berekening als volgt: Om streeks 1830 vertoefden in Zandvoort elk seizoen gemiddeld 2000 badgasten,terwijl er jaarlijks tussen de 13 en 14.000 dagbezoe kers arriveerden. „Zou men ons nu wel van enige zucht tot overschatting kunnen be schuldigen", zo spraken zij, „zo wij aan nemen, dat met de verbeterde en versnelde spoorgemeenschap, welke bovendien nog goedkoper zal zijn, het aantal bezoekers en badgasten minstens tot het viervoud zal stijgen?" Zij kregen gelijk, deze optimisten, en meer dan dat. Want met de bouw van deze spoorlijn ging gepaard de bebouwing van de Noord-Boulevard. Het station te Zand voort mondde uit in de Passage, die in die zelfde jaren werd gebouwd, evenals het Casino en vele andere gebouwen. We ervaren in deze Decembermaand hoe de historie zich herhaalt. In 1880 het begin van uitvoering van een project dat aanzien en karakter van Zandvoort grondig wijzig de en een geheel nieuwe uitbreiding in luidde. In 1950 is de hand geslagen aan het grote plan van de wederopbouw, dat Zand voort een nieuwe gesialte zal geven. van een departement, een minister of een huisvrouw is. De hardwerkende Duitser zwijgt het liefst en laat de anderen praten. Hij zou ook de politici laten praten als het toeval lig niet over dingen ging, waarvan ook voor hem leven en toekomst afhangt. Korea, herbewapening, atoombom. Inder daad, er valt geen ontkomen aan, men moet zich er meer bezig houden. Maar was het maar anders, want de voortdurende gedachte daaraan vermoeit. Maar nu is tenminste Weihnachten in aantocht, een feest dat men op velerlei wijze kan zien, maar dat zeker een intiem feest is. Het is een feest waarbij de mensen elkaar met rust plegen te laten, waarbij men werkelijk eens eVen neutraal kan zijn. En dat is voor het Duitse volk, verscheurd als het is tussen Oost en West, bestookt als hel wordt door Westers wantrouwen en Oosterse terreur, nu de extra-betekenis van Weihnachten. ADVERTENTIE Ze hebben 31 zakkenrollers gevraagd, wat zij bet liefst pikken. 30 hebben geantwoord: portefeuilles 1 beeft geantwoord: Bond Street sigaretten! In alle ernstDe sigaret niet de record omzet Subsidies voor onderwijs, film en opera De minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen heeft bij de Tweede Ka mer een wetsontwerp ingediend tot wij ziging van de begroting voor 1949 van zijn departement. Hierin wordt alsnog een bedrag van ƒ21.3 millioen aangevraagd. Hiervan is 6.7 millioen bestemd voor een subsidie aan het R.K. Centraal Bu reau voor Onderwijs en Opvoeding, welke wordt verleend op verzoek van het Ne derlands Episcopaat ten behoeve van de besturen van R.K. scholen. In de toe lichting wordt gezegd dat het bedrag een tegemoetkoming is wegens het derven van de rijksvergoeding voor de leerkrachten die in communauleit plegen le leven en aan wie in de bezettingstijd zestig percent van de bezoldiging werd uitbetaald. Verder blijkt uit het wetsontwerp, dat het Nederlands Filminstituut te Amster dam een subsidie van 21.470 ontvangt, de Van Eyck-Academie in Maastricht 25.000 en de Nederlandse Opera 119.800. De subsidies ten behoeve van de orkesten konden op de begroting 1949 met een gelijk bedrag worden verlaagd. De politierechter voor economische zaken te Rotterdam heeft de 54-jarige Ameri kaan K. B. tot negen maanden gevangenis straf veroordeeld. Toen hij op 13 September per schip uit New York in Rotterdam aan kwam, had hij 13 goudstaven verborgen in zijn koffersbij zich. De politierechter heeft dit goud, dat f 86.000 waard is, verbeurd verklaard. Twee jonge skileraren, een Zwitser en ecu Fransman, hebben in Marokko een ..zand- skischool" opgericht die veel belangstelling trekt. Op de foto: een groepje leerlingen tijdens een les in ski-joringachter de kamelen. OVER MUZIEK COUPERIN Een der pelgrimsplaatsen voor organis ten en orgelliefhebbers is de grote kerk St. Gervais in Parijs, waarin gedurende een deel der 17e en 18de eeuw niet min der dan zeven leden der roemrijke familie Couperin het orgel bespeelden. Eeuwen lang hebben de orgels in Frankrijk com ponisten en organisten bezield en het is op de dag van heden nog niet anders. In ons land is de artistieke waarde der Franse orgelkunst nauwelijks bekend; ten eerste heeft gedurende de negentiende eeuw de Duitse muziek dermate geheerst in de mu zikaliteit der Hollanders dat van voldoen de bekendheid en erkenning der schoon heid in de Franse kunstbeoefening nau welijks sprake kon zijn en ten tweede stond de geest der Nederlandse organis ten en liefhebbers vreemd tegenover het wezen der Franse kunst. Er is in ons land in de loop der twintigste eeuw wel be langstelling voor de toenmaals moderne muziek van Debussy er. Ravel gekomen en wij mogen ook niet vergeten dat Ri chard Hol indertijd al aandacht vroeg voor de Beatitudes van Franck en dat enige werken van Berlioz hier niet on bekend bleven. Ik vergeet ook niet dat Antor. Tierie en de Roberts in Haarlem hebben gestreden voor werken van d'Indy en Pierné en ik mag ook sommige orga^ nisten niet miskennen die met de Franss orgelstijl meeleven, maar ook zij hebben niet alles in hun macht. Een belangrijke factor welke het klinken der Franse orgel muziek in ons land belemmert'is het feit dat de goede orgels in Nederland in hoofdzaak oude instrumenten zijn. Dit is voor de vertolking van de Massieke stijl van de Couperins en hun tijdgenoten geen bezwaar, maar voor de latere muziek wel. De stroming onder de organisten om het wezen van het oude barok-orgel als het enig-goede en juiste te beschouwen, is niet te verantwoorden. Hoe fraai het klank-ideaal dezer orgels ook is, voor de vertolking der latere stijlen zijn deze in strumenten niet geschikt. De vrees voor romantiek leeft ook onder vele organisten als een knagende ziekte, tot schade van de vrije ontwikkeling der orgelkunst. Maar laat ik niet afdwalen van mijn eigenlijke onderwerp. Het zijn enige pun ten over de illustere familie Couperin welke ik wilde meedelen. Vaders, zoons, dochters, ooms, enzovoorts, genoten in hun tijd een grote waardering als artisten, maar het is vooral Frangois Couperin van wie de composities de wisselende tijden hebben getrotseerd. Hij was in 1668 in Parijs geboren. Niet alleen als organist aan de église St. Gervais was hij werk zaam. hij speelde ook in de KoninMijke Kapel en had de titel van „organiste du Roi". Hij moet zich verheugd hebben in de gunst van de kunstlievende vorst en musiceerde ook als clavecinist aan het hof. Ik weet niet of het lesgeven aan de jon gere leden der vorstelijke familie hem eveneens veel plezier bezorgde, maar hij heeft het in ieder geval gedaan. Interes santer is het te weten, dat de muziek der Couperins een belangrijke invloed had op Joh. Seb. Bach. Wie de mooie Franse Suites van Bach bestudeert, herkent de resultaten. Toen het beroemde werk „L'Art de toucher le Clavecin" van Fran gois Couperin in Bach's handen kwam, las hij daarin niet alleen technische uitvoe ringszaken maar ook muziek: acht prélu des welke het meest de dansvorm Couran te bij Bach beïnvloedden. Deze Frangois Couperin, die ook als „Couperin le grand" bekend is, had zelf met grote bewonde ring de muziek van den Italiaan Corelli bestudeerd. Zijn „Grande Sonate en Trio" gaf hij als extra titel: Le Parnasse ou l'apothéose de Carelli. Deze vorm: de zo genaamde Trio-sonate was door de oudere Italianen gevormd en het is bekend hoe ook Joh. Seb. Bach zich verdiepte in deze kunst en deze kamermuziekvorm meer malen toepaste. Het was toen nog niet de gewoonte dergelijke stukken precies voor bepaalde instrumenten voor te schrijven. Het v as evenzeer mogelijk twee partijen door twee violen, door fluit en hobo, door een viool en fluit of hobo le laten spelen. De ka rakteristiek der instrumenten nam toen niet zo'n streng-eisende plaats in bij de muzikale gedachtengang' van de compo nist. Men zou kunnen zeggen dat de mu zikale psychologie der blaasinstrumenten in het algemeen pas met Haydn levens kracht ging bezitten. En zo was er in zekere zin tussen de muziek voor orgel en de muziek voor clavecimbel bij de Cou perins geen diepgaand verschil, al profi teerden de componisten natuurlijk van de register-verschillen op de orgels. In 1722 verschenen van Frangois Couperin „Quatre Concerts Royaux". In een voor woord schrijft de componist dat hij deze stukken maakte voor de zogenaamde Mei- ne kamerconcerten van Lodewijk XIV die hem voor bijna alle Zondagen van het jaar vroeg te komen spelen. De „nouveaux concerts" (door Couperin ook genaamd „Les Gouts Réunis") werden geschreven voor verschillende instrumenten, dat wil zeggen strijkers of blazers naar keuze, maar altijd met hel clavecimbel. Ongeveer 230 werken schreef Couperin le grand voor solo-clavecïmbel; de meeste van deze fraai-gevormde composities hebben titels welke de aard der muziek toelichten. Het zijn muzikale gedichten waarbij alie poëzie zuiver muzikaal is. Wie aanneemt dat de titel elegant is omdat de muziek elegant is en niet omgekeerd, heeft de artistieke situatie goed begrepen. Er bestaat een indeling van Couperins orgelcomposities in twee verzamelingen: 21 stukken onder de titel „Messe pour les Paroisses" en evenveel stukken onder de naam „Messe pour les couvents". Behalve al deze in strumentale muziek componeerde Fran gois Couperin nog enige koorwerken en solo-liederen, onder andere: Airs serieux en Airs a boire, benevens duetten: Legons de Ténèbres. Couperin le grand stierf op 68-jarige leeftijd. De laatste organist in deze fami lie was Gervais Francois. Deze speelde eveneens in de kerk van St. Gervais en overleed in 1826. HENDRIK ANDRIESSEN Troepenschip „Cyrenia" brengt zijn passagiers naar Marseille Het troepenschip „Cyrenia", dat op 22 November de haven.van Soerabaja verliet met circa 700 militairen (Dersoneel van de Koninklijk Marine, het Korps Mariniers en van net Marine-établissement) wordt op Zaterdag 16 December in de haven van Marseille verwacht. De repatriërenden zullen op Zondag 17 December te Marseille worden ontscheept en per speciale trein doorreizen naar Ne derland, waar zij op Maandag 18 December worden verwacht.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1950 | | pagina 5