Chefarine 4
Oude Haarlemse gevelstenen
Litteraire Kanttekeningen
4 beroemde genees
middelen legen griep
Haarlemmers mogen eigen programma
voor de Bloemenweek samenstellen
ALPHENAAR
mm
VOOR PIANO'S
Eddie Christiani in
kort geding gedagvaard
VIERVOUDIGE WERKING
„Haarlems Bloei" beloont fantasie en vernuft
Geen staatssecretaris
van Financiën
Deze zomer in Kerkrade een
internationaal muziekconcours
„Leren denken en leren doen",
een belangwekkende lezing
BOEKHANDEL H. DE VRIES
KOOPT BOEKEN
Gysbreght van Aemstel komt
Maandagavond in Haarlem
Een wedstrijd van betekenis
voor goede volksmuziek
Horloge met kogellagers
Dijkdoorbraak bij Hoogeveen
ZATERDAG 13 JANUARI 1951
„Herinneringen aan Felix Timmermans" (met acht en twintig
reproducties uit het teken- en schilderwerk van de schrijver).
(N V, Uitgeverij P. Vink, Antwerpen)
WEINIG MODERNE schrijvers zijn
door „de roem" wisselvalliger be
deeld dan Felix Timmermans, dan „de Fé".
Timmermans en „Pallieter" dat gold
voor één: Pallieter als wondermiddel tegen
de „kater" van de oorlog en Timmermans
als de wonderdadige medicijnman. Daar
werd van het leven genoten, gezapig, gul
zig. aanstekelijk. Daar stoeide de wind,
kleurden en geurden de blommekes, dar
telden de dieren van levensdrift; daar rook
het naar vette aarde, naar bloeiende gaar
den, naar kruidige blaren in een welig
Vlaams landschap onder een stralende zo-
mefse hemel. Het was één feest der zin
nen, en een mens liep uit om zich onstui
mig te verzadigen aan zoveel schoonheid,
zoveel geneugten, zoveel blijmoedigheid.
Die mens was de sybariet, de „levensge
nieter" Pallieter en Timmermans, die
he,m deed gaan en spreken en lachen met
iets van die schaterlach van Rabelais, moest
wel zijn evenbeeld, moest zélf zo'n Pallieter
zijn. Pallietcrianen, paliieterser dan Pal
lieter. reisden naar Lier om deze litteraire
tovermeester van het levenselixer ten
minste ééns van aangezicht te hebben ge
zien; „de Fé' 'werd uitgenodigd als spreker,
hier en daar, in Holland het eerst, zijnde
het land waar de eerste druk van het
„succesboek" was verschenen, in Zwitser
land en Duitsland vervolgens. De Fé werd
vertaald! En in Lier, in de werkkamer
op de stille Begijnhof, beleefde een schuch
ter man, een vriend van de stilte, een be
wonderaar van St. Franciscus, een mystiek
mens die de taal Van Ruusbroec verstond,
de „zeer schone uren van Mejuffrouw
Symforosa, Begijntje", tekende haar innige
en ingetogen belevenissen op als drome
rijen van een goed uur en verbaasde er zich
over dat de populariteit zoveel gerucht
kon maken. „Ze moesten eens weten, hoe
ver ik af ben zelf een Pallieter te zijn
Toen al begon men Timmermans mis te
verstaan.
Met zijn „Breughel" kwam de kentering.
Men hacl zich aan Pallieter overeten, men
had geen maat weten te houden. „Pallieter"
was niet een meesterwerk, hoe fris, hoe
nieuw, hoe bekoorlijk geschreven en
Timmermans was niet een Pallieter. Hij
had (wist men dat toen niet?) oog in oog
met de dood gestaan: Wagner vurig be
wonderd, zijn eersteling „Schemering van
den Dood" geschreven, een ernstige ziekte
ADVERTENTIE
Ze Iiebbeii 93 mooie meisjes
gevraagd: boe moet de man
Uwer dromen zijn?
39 hebben
geautwoord:
bii
9
moet in het Nederlands elftal
spelen
34 hebben geantwoord: hij
moet kunnen zingen als Bing
Crosby
19 hebben geantwoord: hij
moet ogen hebben als Charles
Boyer
1 heeft geantwoord: geef mij
maar een goed gehumeur
de, hardwerkende, zorgzame
man, die 's avonds gezellig
bij me zit met een kopje thee
en een pakje Bond Street.
In alle ernst: De sigaret
niet de record omzet l
De Nederlandse zanger Eddie Christiani
is in kort geding gedagvaard voor de Am
sterdamse rechtbank, omdat hij contract
breuk gepleegd zou hebben. De heer Chris
tiani had een contract met een Nederlandse
gramofoonplaten maatschappij gesloten,
waarbij was bepaald dat hij voor de duur
van dit contract niet voor andere maat
schappijen zou optreden. Half December
had hij echter gezongen voor een Belgische
firma.
Eddi Christiani was bij dit kort geding
niet aanwezig. Zijn raadsman, mr. J. Heil,
erkende de contractbreuk. Hij legde uit dat
in het contract een clausule was opgeno
men, waarin vermeld staat, dat bij schen
ding van het contract een schadevergoe
ding van 3000.moest worden betaald.
Volgens mr. Heil had Christiani gemeend
tegen betaling van dit bedrag zonder be
zwaar voor een andere maatschappij te
mogen zingen.
Namens de benadeelde eiste mr. Van
der Feltz, dat de president Christiani
de verplichting tot nakoming van het con
tract zou opleggen met een dwangsom
van 5000.voor iedere opname, die hij
tijdens de duur van het lopende contract
bij een andere maatschappij laat vervaar
digen.
De president zal Dinsdag uitspraak doen
overleefd en in zijn strijd om het leven
Pallieter als vriend gewonnen, als „idee",
als „een stuk natuur". Aan Pallieter had
Timmermans zichzelf gezond gemaakt. De
Wagneriaanse roes was bezworen, een „oc
culte" jeugdbevlieging te boven gekomen:
de man die te midden van het oorlogsru
moer het Kindeke Jezus door Vlaanderen
liet gaan, was al een andere Timmermans,
één misschien die zich nog nauwer aan zijn
Vlaamse land verbonden gevoelde, maar
zeker één die het leven dieper beleed dan
de lichtvoetige, uitbundige Pallieter. Het
werk ging voort: zijn vriend Renaat Vere
mans, de musicus, die als oudste jeugd-
kameraad de belangrijkste en langste bij
drage tot deze bundel „Herinneringen"
leverde, heeft verteld, hoe de „pastoor" van
Timmermans voor het eerst zo mild-
levensblij door „zijn bloeiende wijngaerdt"
was gegaan: dat was op een lauwe, lichte
lentemiddag, na het genot van een fles
geurige geuzenlambik in de hof van zijn
zwager en na een bezoek aan het intiem
kapelletje, waar Renaat Veremans het
orgel bespeelde en daar „moest iets uit
groeien", zo goed als een wandeling op de
Weef berg te Averbode Timmermans' dich-
terlijkste boekje opleverde: „Als het hier
regent", zei Timmermans na een lang stil
zwijgen, „welke druppel zal dan naar de
Demer vloeien, en welke naar de Nethe?"
En deze symbolisch druppel, die links èn
rechts gestuwd kon worden, werd een
kleine parel in het levenswerk van „de Fé":
het werd „Cecilia", die Timmermans „zag
komen en gaan". Dat was geen Pallieter
meer, zomin als „Bouwdewijn" en „Boe
renpsalm" en al het andere dat uit Tim
mermans' boomgaard kwam: „Ooft",
schreef Lode Baekelmans, „dat mijn voor
keur heeft en fruit dat mijn smaak niet
heeft maar mijn bewondering gaat naar
héél de boomgaard. Dat was een eer
lijker, zuiverder waardering dan het voor
oordeel van zekere critici, die het na-Pal-
lielerse fruit al bij voorbaat als te sappig
en te zoet afkeurden. Pallieter had „afge
daan". Timmermans raakte hier en daar
„uit de gunst": de een was hij te heidens,
de andere te Vlaams, te regionaal, te pro
vinciaals, de derde niet breed en zuiver
Vlaams genoeg. Vooringenomenheid is een
slechte gids; ze trok geleidelijk-aan de
lijnen der beoordeling scheef, ze speelde
de populariteit uit tegen de volwaardig-
heid van het kunstenaarschap, ze mis-
tekende het litteraire en menselijke portret
van Felix Timmermans. En in Lier, dat
hem in een mensenleven te lief was ge
worden om de stille eenvoud, de middel
eeuws-vrome sfeer er van te verruilen
tegen de moderne Europese problematiek,
dichtte op zijn ziekbed een vermoeid en
ADVERTENTIE
Bij griep, verkoudheid, legen alle pijnen
enz., is CHEFARINE „4" een bijzonder
krachiig maar toch weldadig middel,
want het bevat vier werkzame bestand
delen, stuk voor stuk in de gehele
wereld al beroemd. Eén bestanddeel -
Chefarox - zorgt dat, al is de werking
zeer krachtig, zelfs een gevoelige maag
niet van streek raakt.
TEGEN PIJNEN EN GRIEP - 20 TABLETTEN F 0.75
ontgoocheld man in een dertigtal verzen
een „Adagio" op het leven, ter voorbe
reiding op de dood „moederziel alleen,
een arme mensch in zak en assche".
Van de andere Timmermans, de mens die
meer was dan een Pallieter, hebben Vlaam
se en buitenlandse vrienden verteld: Ernest
Claes, Lode Baekelmans, Urbain van de
Voorde, Renaat Veremans, verder Zwit
sers en Duitsers, Van Rompay om de
tekenaar-schilder te herdenken en, als
enig Noord-Nederlander, Godfried Bomans.
Het werden geen litteraire studies, geen
analyses. Het bleven getuigenissen, waar
van ook de anecdotische gegevens op
zichzelf al onderhoudend genoeg het
ware beeld van „de Fé" helpen herstellen,
dat achter de mistekening der onwelwil
lenden was schuilgegaan.
Bomans heeft gelijk: „Zijn kans om her
ijkt te worden op zijn waarachtig gewicht
was voortaan gelegen in de enige vorm van
isolement die hem nog overbleef en waar
aan hij niet ontkomen kon: de dood".
De her-ijking van Timmermans is be
gonnen, na Mare Tralbaut's „Zo was de
Fé" is deze voortreffelijk uitgegeven
bundel als „daad van eenvoudige recht
vaardigheid" het beste getuigenis dat aan
Felix Timmermans de plaats kan her
geven die hem litterair toekomt. Misschien
komt het nog eens zo ver, dat men Herman
Teirlinck gelijk geeft: „Ik zie de toekomst",
schreef hij in het Nieuw Vlaams Tijdschrift
na Timmermans' dood, „met droge ogen
en een koude blik. De artistieke boodschap
van Felix Timmermans houdt, gelijk elk
voornaam kunstwerk, de belofte in van
een beter bestaaneen waardiger,
vrijer levensgeluk".
C. J. E. DINAUX
Felix Timmermans: „Adagio" (P. N. v
Kampen Zoen, A'dam).,
Een tientje voor een tip
Nog een half jaar en de Haarlemse Bloemenweek is weer aangebroken. Nu kunnen
dergelijke evenementen, zoals een ieder wel begrijpen zal, niet van de ene dag op de
andere worden georganiseerd en zo is men bij „Haarlems Bloei" alweer bezig met de
voorbereiding van het vijfde Bloemenfeest.
Eigenlijk begint die voorbereiding tegelijkertijd met de nabeschouwing op het pas
verstreken feest: wanneer in September de penningmeester van de stichting de reke
ning opmaakt van de financiële consequenties van het geboden programma, dan be
tekent dat tevens dat de overige leden van het uitvoerend comité daaruit lering
trekken voor de toekomstige weken. Daarbij is men altijd sterk gebonden uit een
beperkt budget: de verliezen op de feestweek mogen het overige werk van de
stichting niet aantasten. Verliezen van drie- tot achtduizend gulden, zoals voorge
komen zijn, moeten vermeden worden.
In zoverre kan men het Bloemenfeest
1950 een succes noemen: er is zonder ver
lies gewerkt, terwijl men er toch in ge
slaagd is tal van evenementen vooral
op muzikaal gebied tegen redelijke of
ronduit lage prijzen aan te bieden.
Bij de critiek op de Haarlemse Bloemen-
weken moet men dit wel goed in het oog
houden: de Spaarnestad is geen wereld
stad en ontbeert ten enenmale de attri
buten, zoals weidse gebouwen, parken en
pleinen, die noodzakelijk zijn voor een
festival a la mode dat bedoeld is als trek
pleister voor een grote schare verwende
vreemdelingen.
Wat wel tot de mogelijkheden behoort is
een intiem, gezellig seizoenfeest, dat familie
en kennissen van Haarlemmers zal aan
lokken om bij vrienden en verwanten in de
Bloemenstad een deel van hun vacantie
juist in de feestweek dit jaar weer van
14 tot 21 Juli door te brengen.
„Haarlem is zo stijf"
Zelfs dan zijn er nog vraagpunten ge
noeg. Want een van de grote moeilijkheden
waarmee het uitvoerend comité worstelt is
die moeilijk te definiëren geestesgesteld
heid, die gemeenlijk als „Haarlemse stijf
heid" wordt aangeduid. Het verhaal gaat
zelfs dat de als traditie bedoelde uitver
kiezing van een Bloemenkoningin aan deze
kwaal een natuurlijke dood gestorven is.
Het Comité doet voor dit jaar een poging
om dat moeilijk tot ontdooiing te brengen
Haarlemse publiek meer te interesseren
voor zijn activiteit door het daar zelf deel
aan te laten hebben. Het Comité heeft zich
afgevraagd: Wat zouden die Haarlemmers
nu eigenlijk zelf graag willen dat we deden?
Wat hebben we in het verleden verkeerd
gedaan en wat goed? Welke gedachten
leven er nu eigenlijk over de opzet van zo'n
week?
Overleg tussen het comité en journa
listen van de te Haarlem verschijnende
bladen heeft er tot geleid, dat men de
Spaarnestedelingen kort en goed vandaag
deze vraag voorlegt: Hoe zou u nu graag
willen dat het programma van de Bloemen
week 1951 eruit ziet? Welke denkbeelden
heeft u en welke tips kunt u ons geven?
Antwoorden op die vragen kunnen voor
lopig tot 15 Februari aan de redactie van
ons blad worden gezonden, onder het
motto „Bloemenfeest".
Daar het uitvoerend comité van „Haar
lems Bloei" niet voor niets van al uw vin
dingrijkheid wil profiteren, heeft het een
tiental geldprijzen van tien gulden beschik
baar gesteld voor de aanwijzingen waarvan
het het meeste profijt kan trekken.
West-Friese bruiloft?
Zo is er eens iemand geweest, die voor
stelde op de Grote Markt een West-Friese
bruiloft te enscèneren, een kleurig en gra
cieus schouwspel dat niet zal nalaten grote
belangstelling tot van ver buiten de stad
te trekken. Zo'n inval kan een waardevolle
bijdrage vormen tot een geslaagd program
ma en zo zullen er nog wel meer Haar
lemmers met fantasie en humor zijn, die
de organisatoren aan nieuwe ideeën kunnen
helpen.
Bovendien is er voor de jeugd aan deze
actie een aardige opstellenwedstrijd ver
bonden, waarvoor boeken als prijzen be
schikbaar zullen worden gesteld. Meisjes en
jongens van de Haarlemse scholen zullen
opstellen kunnen inzenden, waarin zij ant
woord geven op de vraag: „Hoe zou je zelf
graag willen feesten?"
De beste suggesties zullen in de bladen
worden gepubliceerd hetgeen op zichzelf
aanleiding kan geven tot een vruchtbare
discussie, zoals dat indertijd ook het geval
is geweest met de slagzinnenwedstrijd van
het comité „Plantsoenbescherming".
Wat nu van de Bloemenweek 1951 reeds
vast staat is dat er weer een Corso zal wor
den gehouden, dat voor bepaalde punten
van de stad nog grotere aandacht aan de
versiering zal worden besteed (de rotonde
op de Grote Markt bijvoorbeeld) en dat
er naar gestreefd wordt het Haarlemse feest
niet te doen samenvallen met gebeurte
nissen op het Zandvoortse circuit of met
een zomeruitverkoop, zoals verleden jaar
het geval was. Voor dat laatste zal contact
met de Kamer van Koophandel worden
gezocht.
ADVERTENTIE
VERHUUR - REPARATIE
Kruisweg 49 - Tel. 11532 - Haarlem
Kruisweg 49, HaarlemTel. 11532
Wel een sterke bezetting der
topfuncties aan het ministerie
Naar aanleiding van opmerkingen van
Kamerleden over de aanstelling op het
ministerie van Financiën van een staats
secretaris deelt de minister van Financiën
mede, dat hij zich persoonlijk verantwoor
delijk acht voor het algemene financiële
beleid en zich om die reden verplicht acht
alle voorstellen en maatregelen, die hierop
van invloed zijn, zelf te beoordelen. Het
aanstellen van een staatssecretaris bij zijn
departement zou naar zijn mening dan ook
niet tot belangrijke werkbesparing leiden
en ligt daarom niet in het voornemen. Een
sterke bezetting van de tonfuncties is, al
dus de minister, echter onontbeerlijk.
Eeuwen geleden werden in veel huizen,
vooral in winkels en bij inrichtingen van
weldadigheid, gevelstenen gemetseld. In
veel gevallen als (en dikwijls heel mooie!)
versiering van de gevel, maar er werden
ook stenen gemaakt die de voorbijganger
in beeld lieten zien wat zich in die voor
gevel, dus achter de gesloten deuren, af
speelde. Menig winkelier liet de beeldhou
wer reclame maken voor de waren die hij
verkocht.
Bij de verbouwingen die later werden
uitgevoerd, zijh de gevelstenen vaak op
geofferd. Vooral in de vorige eeuw, toen er
in het algemeen wéinig piëteit tegenover
het oude getoond werd, zijn er veel gevel
stenen verloren gegaan. Nu worden de
gevelstenen die weggebroken worden ge
lukkig niet meer tot puin geslagen, maal
ais zij althans historische- of kunstwaarde
hebben, aan het Frans Halsmuseum ge
schonken, waar zij dan in de muren van de
binnenplaats een plaatsje krijgen.
Op de oorspronkelijke plaats vindt men
in Haarlems oude binnenstad nog slechts
enkele dozijnen oude gevelstenen.
Het poortje in de Jansstraat met gevelsteen
van het vroegere St. Barbaragasthuis.
Voor de mooiste en interessantste daar
van willen wij in een reeks artikelen de
aandacht vragen.
Wij beginnen met de gevelsteen die in
het poortje van het perceel Jansstraat 54
zit. Vroeger was daar het St. Barbara Gast
huis gevestigd, dat in 1435 door Hugo van
Assendelft aan het stadsbestuur werd op
gedragen. Deze inrichting van weldadig
heid was bestemd voor de verpleging van
oude hulpbehoevenden. De beeldhouwer
heeft in steen een kijkje in een ziekenzaal
gehakt. Het gedichtje dat daaronder staat
luidt:
Omdat wij-out ende behoeftigh schenen
verlaten,
Heeft Hugo van Assendelf hier gesticht
tonser baten.
Aanvankelijk werden alleen oude men
sen in het St. Barbara-gasthuis opgenomen
als zij niet meer voor zichzelf konden zor
gen. Nu verbinden wij aan het begrip gast
huis de verpleging van zieken, maar dat
was in cle 15de eeuw niet zo. Toen be
tekende gasthuis een huis waar gastvrijheid
werd genoten. Natuurlijk kwamen er onder
de oudjes in verhouding veel ziekte en
gebrekkigheid voor. zodat er wel afzonder
lijke zaaltjes voor de verpleging van zieken
bestemd waren. Een dezer ziekenzaaltjes in
het St. Barbara Gasthuis werd hier afge
beeld. Er werden in zo'n gasthuis ook wel
mensen opgenomen die het verpleeggeld
konden betalen. Zij waren dan vrijgesteld
van de plicht die op de andere verpleegden
rustte, om, zo zij daartoe in staat waren,
arbeid te verrichten.
Men moet natuurlijk geen al te hoge
dunk koesteren van de verpleging van zie
ken in vroeger eeuwen, want dit liet nog
vrijwel alles te wensen over. De genees
kunde stond nog in haar kinderschoenen en
zelfs in een ziekenhuis werd weinig gedaan
om de zieken van hun kwalen en ongemak
ken af te helpen. Zelfs in de 17e eeuw
kwam de combinatie barbier-chirurgijn
nog vaak voor. Uit die tijden stammen de
In Kerkrade wordt van 3 tot 20 Augustus
een internationaal muziekconcours gehou
den, waaraan volgens de verwachtingen
tachtig corpsen met in totaal drieduizend
muzikanten deel zullen nemen. Uitnodi
gingen hiervoor zijn gestuurd aan duizen
den harmoniekorpsen en fanfares in Euro
pa en Amerika. Tot dusver kwamen er
reeds dertig buitenlandse inschrijvingen
binnen uit Duitsland, Engeland, Portugal,
Frankrijk, Denemarken, Oostenrijk, Noor
wegen, Ierland en Zwitserland. Verder
heeft men al twee gezelschappen uit de
Verenigde Staten en een corps uit Canada
geregistreerd.
Het concours zal in afwijking van het in
ons land gebruikelijke stelsel in vier klas
sen .worden verdeeld. Aan elk korps, dat
in een daarvan het hoogste aantal punten
bereikt, wordt het wereldkampioenschap
1951 toegekend. De beste binnenlandse
korpsen worden uitgeroepen tot kampioen
van Nederland. Voor de jury zullen drie
bekende musici van verschillende nationa
liteit worden aangezocht.
Het initiatief voor dit concours is van de
gezamenlijke plaatselijke muziekcorpsen
uitgegaan. Hoge buitenlandse autoriteiten,
onder wie de president van Frankrijk en
de groothertogin van Luxemburg, hebben
reeds prijzen beschikbaar gesteld. Tijdens
het concours wordt in Kerkrade een con
gres gehouden, waarvoor onder meer de
oprichting van een algemene federatie ter
overkoepeling van de drie Nederlandse
bonden op de agenda staat. Verder zullen
er allerlei festiviteiten worden georgani
seerd, waartoe de stichting „Kerkraadse
feestweken" in het leven is geroepen. Deze
heeft reeds ver gevorderde plannen voor
een internationale nijverheidstentoonstel
ling en een lunapark.
Het concours wordt gehouden in een
grote tent voor vierduizend personen,welke
wordt opgericht op een hoog plateau dicht
bij het station Kerkrade-centrum. In de
omgeving daarvan komt tegen die tijd ook
een openluchttheater gereed.
verhalen van aderlaten en het leggen van
mosterdpleisters!
Als binnenkort de gevelsteen aan de beurt
komt die in het poortje van het St. Elisa
beths Gasthuis is aangebracht, zullen wij
over de oude toestand in zo'n inrichting
nog iets meer mededelen.
In 1814 werd in dit perceel in de Jans
straat een bewaarschool geopend. Voor
zover wij weten was dit de eerste school
voor kleuteronderwijs die te Haarlem ge
opend werd. Het waren in de eerste tijd
echt inrichtingen waar de jonge kinderen
bewaard werden, omdat de moeder er
thuis niet op kon passen, daar zij uit wer
ken ging. Nu tracht men de kleuters, al is
het dan natuurlijk op bescheiden wijze, nog
iets te leren.
Hoezeer de ..Vereniging voor Paedagogiek"
afdeling Haarlem tegemoet komt aan het
geen in ouders, bedrijfsleiders en leerkrach
ten leeft inzake kennis van opvoeding en
onderwijs, bleek opnieuw toen Donderdag
avond een groot aantal mensen storm en re
gen had getrotseerd om in een zaal van het
Krelagehuis een lezing met discussie bij te
wonen, Dr. H'. Nieuwenhuis, leider van het
Paedagogisch Centrum der gemeente 's Gra-
venhage, sprak over het probleem van
„Leren denken en leren doen". Spreker,
achtte het juist, dat zijn voordracht in het
midden vibl van de negen lozingen, waar
van drie het gezin, drie de school en drie
de maatschappij betreffen. Immers: de school
is het tussenstadium, dat elk kind, in de
eerste jaren opgegroeid .in het gezin, moet
doorlopen om later in het maatschappelijk
leven een plaats te krijgen. Het ..leren den
ken" en „leren doen" zijn de twee doelen,
waarop goed onderricht en juiste opvoeding
in de school gericht moeten zijn. Hij wees
op de ongelooflijke prestatie die 't kind in
hoofdzaak van binnen uit en op eigen kracht
verricht in de eerste levensjaren. Het
brengt zijn spieren onder controle, al pro
berend. oefenend en spelend en stelt zijn
denkapparaat in werking, al voordat het kan
spreken. De taalontwikkeling maakt het
denken eerst ten volle mogelijk en zo komt
het kind de school in. als een wezentje, dat
reeds een wonderlijk rijke ontwikkeling
heeft doorgemaakt.
De grote fout van onze scholen is nu. dat
we daar te zeer de kinderen als het ware
aan de hand nemen en allen hetzelfde
voorgeschreven werk methodisch laten ver
richten, zonder ons af te vragen of elk kind
rijp is voor dat opzettelijke doen en denken.
Moderne onderzoekingen hebben uitge
maakt, dat in iedere klasse de ontwikke
lingsgraad ruim drie jaren uiteenloopt, zodat
de een nog niet rijp is, de ander de gevoe
ligste periode reeds is gepasseerd. Niet de
leeftijd, maar de rijpheid moet beslissen
of het kind bepaalde arbeids- en denk-
prestaties aan kan. Zo is het rekenen in de
eerste en veelal ook nog in de tweede klasse
van de lagere school voor vele kinderen te
moeilijk. Terwille van het (schijn-) resultaat
dat bereikt moet worden in een bepaalde
tijd gaat men het kind nu automatiseren en
mechanische handelingen bijbrengen zonder
voldoende rekening te houden met een rus
tige afwikkeling van het denkproces. Hoe
wel veel „doen" tenslotte tot automatisch
handelen wordt (lopen, fietsen en bepaalde
arbeidsprestaties) moet niet te vroeg en
zeker niet opzettelijk het aanvankelijk
noodzakelijke denkproces worden uitgescha
keld. Ook de hogere functies van het den
ken lijden daaronder, het denkvermogen
verschrompelt.
Men denke zich in, hoe moeilijk het daar
door de jonge mens wordt, zelf in de veel
heid der situaties die het gecompliceerde
moderne leven hem stelt, de weg te vinden.
En dat zal hij moeten kunnen, 't Is een fictie
thans nog allen alles te willen leren. Men
kweekt er slechts de interessenloze cn vorm
loze massamens mee. Een democratische
samenleving vereist bewust levende mannen
en vrouwen, die hun daden door zelf te
denken besturen. De toekomst zij weggelegd
voor gerijpte persoonlijkheden, niet in we
zen ongeschoolden in het denken.
ADVERTENTIE
Afd. Antiquariaat
Ged. Oude Gracht 27 - Haarlem
enkele stuks, zowel als gehele bibliotheken.
Aan huis te ontbieden.
Maandagavond geeft het Amsterdams
Toneelgezelschap een openbare voorstel
ling in de Haarlemse Schouwburg van
Vondels treurspel „Gysbreght van Aemstel,
d'ondergang van zijn stad en zijne bal
lingschap" onder regie van Albert van
Dalsum, die zelf de'rei over de huwelijks
trouw vertolkt. Johan Schmitz speelt de
titelrol. De grote verrassing is de hierbij
afgebeelde Badeloch van Elise Hoomans.
De andere medewerkers zijn Paul Huf als
bisschop Gozewyn, Robert de Vries als
Arcnt van Aemstel, Louis Saalborn als
de bode, Henk Schaer als vader Wille-
bord, Jacques Snoek als broer Peter, Ben
Groenier als Vosmeer de spie, Kees van
Iersel als Willem van Egmont, Louis van
Gasteren als Diederik van Haerlem en de
heer Van Vooren, Jacqueline Royaards-
Sandberg als Rafaël en Jo Sternheim als
de vluchteling. De rei van Amsterdamse
Maeghden wordt gezegd door Jenny van
Maerlant, die van Edelinghen door Ben
Royaards, die van Klaerissen door Char
lotte Kohier. Wij plaatsten van deze voor
stelling een bespreking na de première op
Nieuwjaarsdag in de Amsterdamse Stads
schouwburg.
Onze korpsen zijn binnen
beter dan buiten
„Men moge wel begrijpen, dat het ar
tistieke leven van een natie niet uitsluitend
afhankelijk is van cle manifestaties en pro
ducties van zijn vakkunstenaars". Deze
woorden van de Franse componist Gustave
Charpentier schieten ons te bimien naar
aanleiding van de groots opgezette muziek-
wedstrijd van dilettantenkorpsen, die op
cle Zondagen 14 cn 21 Januari en 11 Fe
bruari gehouden zal worden in de gemeen
telijke Concertzaal te Haarlem. Dit con
cours is georganiseerd door de afdeling
Noordholland van de „Algemene Neder
landse Unie van Muziekverenigingen" en is
plaatselijk voorbereid door cle Haarlemse
verenigingen Harmonie-Crescendo en Ex
celsior, alsmede Excelsior uit Heemstede.
Er zullen ongeveer vijftig korpsen aan de
wedstrijd deelnemen, waaronder een vier
tal Haarlemse, het puikje van cle Zaan
streek, West-Friesland en Kennemerland.
De grote deelneming is te danken aan het
feit dat ook niet aangeslotenen bij de
„Unie" uitgenodigd zijn.
1-Iet worden dus clrie Zondagen van
harmonie- en fanfaremuziek, prestaties
van ernstig strevende dilettanten: volks
muziek bij uitstek. Velen in onze grote ste
den kennen deze soort muziekbeoefening
alleen van de buitenkant. Ze merken er
alleen wat van op als bij feestelijke gele
genheden onze korpsen door de straten
trekken en met een vrolijke marsmuziek,
met getrommel en getoeter (zoals dat dan
wel eens heet) wat rhythmische stuwing
trachten te geven aan onze volksfeest-
stemming. Men vindt het aardig, maar
neemt van cle muzikale inhoud doorgaans
niet veel meer mee clan de herinnering aan
het gedreun van de grote trom en aan de
opgeblazen wangen van de bombardon-
spelers, wanneer die bij een „bas-reprise"
alles op alles mogen zetten. Laten wij ech
ter vertellen dat, naar onze overtuiging, in
dergelijke prestaties niet de sterkste zijde
van onze Noorclhollandse korpsen te zien
en te horen is. De korpsen cloen weliswaar
hun best en geven zich de laatste tijd zelfs
buitengewoon veel moeite om door wat
„show" van een uitgebreid tamboerskorps
en andere uit Engeland overgewaaide at
tracties (denk aan de „bok" van wijlen de
Prins Bernhardkapel) goed te maken wat er
in de kern aan hun marcherend musiceren
in feite zwak is: cle houding, de elastische
stap, die de rhythmische beheersing be
paalt. Afgezien nog van hun natuurlijke
aanleg, kunnen onze mensen zich ook te
weinig trainen op dit gebied, omdat de ge
legenheid om met muziek op straat te ko
men in onze streken te weinig voorkomt.
We zijn trouwens geen volk dat processies
en optochten als natuurlijke uitingen kent;
als we er aan meedoen, lijkt het altijd wat
geforceerd.
Maar ons volk heeft wel de gave om, zo
tussen vier wanden, met hardnekkig door
zettingsvermogen op moeilijke muzikale
opgaven te ploeteren en te blokken, tot een
bevredigend resultaat bereikt is. Voeg
daarbij dan het sportieve element, waarvan
geen Hollander afkerig is en dat in het
korpsleven hier te lande meer dan ergens
elders een grote rol speelt, dan is meteen
aangegeven waar en op welk terrein men
onze harmonie- en fanfarekorpsen moet
gaan beluisteren, wil men een juiste indruk
van hun betekenis krijgen. Dat is dan
vooral op hun concoursen, die maanden
lang voorbereid zijn en die hun soms harde
noten te kraken geven en hoe langer hoe
meer tot zuivere artistieke prestaties dwin
gen. Het is waar, dat er op het gebied der
harmonie- en fanfaremuziek ontzettend
veel knoeiwerk in omloop is; doch er wor
den in cle laatste tijd ook heel veel goede
stukken voor deze bezetting gecomponeerd,
ook hier in Holland. Wat bijvoorbeeld
Gerard Boedijn op dit gebied levert, mag
wel bijzonder met ere vermeld worden. En
het is dan ook op de goede concoursen,
waar het artistieke element een woordje
meespreekt, dat een smaak-vormend ré
pertoire aan bod komt.
Men denke het zich eens in wat het be
tekent voor een arbeider, die na een hele
dag werken op fabriek of atelier, des
avonds zijn partij kan zitten spelen in een
goed geleid orkest en claar mag opgaan in
cle geheime werkingen van de muziek, die
de groei van een stuk geleidelijk meemaakt,
tot het een verrassend artistiek geheel
geworden is. Gunnen wij hem deze verhe
ven geestelijke ontspanning. Maar gunnen
wij hem ook de belangstelling, die hij als
onderdeel van zijn korps en als vertegen
woordiger van een gezonde actie voor
goede volksmuziek waard is.
Ons muziekleven heeft vele aspecten;
daaronder is ook dat van het dilettantisme.
Dit laatste heeft zelfs een maatschappelijke
beschavingsrol, die men niet mag onder
schatten. En het is dan ook in deze zin dat
de componist van „Louise" en indertijd
stichter van het volksconservatorium
„Mimi Pinson", de hierboven geciteerde
woorden te pas bracht.
Een concours als dit Noorclhollandse, dat
Zondagmiddag begint en des avonds wordt
voortgezet, is in zijn soort een muziekfeest
dat ten volle belangstelling verdient.
JOS. DE KLERK.
Duizend kogeltjes in één gram
Een Zwitserse uurwerkfabriek heeft een
polshorloge vervaardigd, waarvan de veer
wordt opgewonden door een roterend ge
wichtje. Het asje daarvan loopt op kogel
lagers. Elk kogellager bevat 5 microsco
pisch kleine stalen kogeltjes met een door
snede van 0.65 millimeter. Duizend dezer
kogeltjes wegen slechts één gram. Deze
kogeltjes zijn zo licht, dat zij op het water
blijven drijven.
Het horloge heeft een gangreserve van
40 uren, dat wil zeggen, dat wanneer het
horloge niet wordt gedragen het nog veer
tig uur blijft doorlopen. Draagt men hét
horloge daarna weer, dan komt het vanzelf
op gang.
Het voordeel van een kogellager is, dat
het onbreekbaar is in tegenstelling met het
systeem van asjes, gelagerd in een steentje.
Deze asjes lopen uiterst dun uit, om de
wrijving zo gering mogelijk te maken en
zijn daardoor bij vallen of stoten zeer
kwetsbaar.
Het opwindgewicht kan linksom en
rechtsom draaien en windt in beide rich
tingen de veer op bij de geringste bewe
ging. Het horloge is niet alleen het eerste
automatische horloge met kogellagers,
maar tevens het kleinste en platste van
alle automatische horloges met een cen
trale secondewijzer.
Vrijdagavond is bij Hoogeveen de dijk
van de Hoogeveense Vaart doorgebroken.,
waardoor vele landerijen onder water zijn
gelopen.
In Meppel stonden gisteravond enkele
straten blank. Hier en daar stroomde het
water de huizen binnen.