De Nederlandse Opera is aan
een druk seizoen begonnen
WfBERT
Bezinning op nuchtere feiten
RHEUMIN
IN DE WERELDPOLITIEK
f Hoe is het ontstaand
Blik-
schaarste...
Prof. dr. F. L. Polak over
de cultuurcrisis
Een betoog tegen
de vrijhandel
De H.H.V. jubileert
Een Eeuw geleden
Theo Baylé komt weer zingen en Paul Pella dirigeren
Agenda voor Haarlem
De brand in de
W aarderpolder
De eenwording van
Europa"
Dit woord: BAGATEL
Oprichting van stichting
voor maatschappelijk werk
Boekhouder benadeelde
drie Haarlemmers
Bloemententoonstelling
in Aalsmeer
PINS DAG 6 NOVEMBER 1951
HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
De Nederlandse Opera, die thans vijf
Jaar bestaat, geeft deze maand enige voor
stellingen van „Lohengrin" van Wagner
onder muzikale leiding van Karl Elmen-
dorff uit Wiesbaden, met Franz Lechleit-
ner uit Ziirich in te titelrol. Greet Koeman
zal als Elsa van Brabant optreden. In een
toelichting op deze keuze zei directeur
Abr. van der Vies gisteren op een pers
conferentie, dat Wagner op het vaste réper
toire van een operagezelschap nu eenmaal
niet kan ontbreken, hoe de leiding er verder
persoonlijk ook over mag denken. „Tann-
haüser" en „Lohengrin" zijn de meest ge
vraagde werken van deze componist. Oor
spronkelijk had men het seizoen met „Don
Giovanni" van Mozart willen beginnen,
doch dit plan kon geen doorgang vinden
doordat professor Josef Krips zich niet
meer vrij kon maken toen dat besluit een
maal genomen was zo laat, omdat er
over het voortbestaan van de Nederlandse
Opera deze zomer geen zekerheid bestond.
„Don Giovanni" komt nu in Maart 1952
tot uitvoering onder leiding van de ge
noemde, thans in Londen werkzame diri
gent. Verder zal het répertoire in de loop
van dit seizoen worden uitgebreid met
„Samson et Dalila" van Saint-Saëns en
„Halewijn" van Willem Pijper.
Dit zijn de plannen voor de eerste acht
maanden. Over wat er daarna zal gebeu
ren is nog niets met zekerheid te zeggen.
Voor een deel hangt dat namelijk samen
met het al of niet doorgaan van het Hol
land Festival, doch er zijn belangwekkende
voornemens genoeg. Voorts zullen aan het
répertoire negen werken worden toege
voegd, die hetzij geruime tijd niet uitge
voerd werden, hetzij revisie behoefden of
van de vex-trokken muziekdirecteur moes
ten worden overgenomen. Dit laatste ge
schiedde door Charles Bruck wat betreft
„Jenufa" van Janatsjek, „Rigoletto" van
Verdi, „Hoffmann's Vertellingen" van Of
fenbach en „Faust" van Gounod. Om
„Traviata" en „La Bohème" te dirigeren
komt Mario Cordone uit Milaan over.
Pella nu gastdirigent
In het begin van dit seizoen heeft er een
beleidsconflict plaats gehad tussen de heer
Paul Pella en het bestuur van de Neder
landse Opera, dat de eerstgenoemde er toe
genoopt heeft zijn ontslag als muziekdirec
teur te nemen. Beide partijen stellen ech
ter samenwerking in een andere vorm op
prijs en ter demonsti'atie van deze goede
verstandhouding zal Paul Pella in April
een aantal reprises van „Philomela" van
Hendrik Andriessen dirigeren De laatste
voorstelling van dit werk is in November
1950 gegeven. Waai-schijnlijk zal Paul
Pella ook in het volgende seizoen enige
keren als dirigent optreden. Zijn vertrek
heeft er overigens toe geleid dat er een
groter aantal gastdirigenten dan voorheen
moest worden ingeschakeld. Behalve de
drie reeds genoemden zijn dit Nicolai Mal-
ko uit Chicago en Erich Walter uit Düssel-
dorf, Eduard Flipse uit Rotterdam en
André Rieu uit Maastricht, benevens twee
krachten uit het eigen bedrijf, namelijk
Han van Dalen en de koorrepetitor Cor
Olthuis.
Herdenking van Pijper
Eduard Flipse zal het Rotterdams Phil-
harmonisch Orkest dirigeren ter begelei
ding van „Halewijn" van Willem Pijper,
waarvan de première op 28 April 1952 in
Utrecht zal worden gegeven, daar de com
ponist in de gelijknamige provincie is ge
boren en er een stuk van zijn leven heeft
doorgebracht. Ook in Rotterdam, waar hij
geruime tijd woonde, zal een bijzondere
voorstelling van dit werk plaats hebben.
Men hoopt op deze wijze tot een beschei
den Pijper-herdenking te komen. Er zal
voor de pauze toneelmuziek van hem ten
gehore worden gebracht, om daarna de
twee actes van „Halewijn" als één geheel
te vertonen. Dat de pi-emière in Utrecht
plaats heeft, is tevens bedoeld als bewijs
van dankbaarheid voor de acoustische ver
betering die de orkestbak van het theater
aldaar onderging en die er toe leidde dat
ook die van de Amsterdamse Schouwburg
ingrijpend werd gerestaureerd.
Buitenlandse solisten
Het tableau de la troupe is nagenoeg
ongewijzigd gebleven, alleen Theo Baylé
en Jan Duiveman zijn vertrokken de
laatste naar Canada, waartoe hij een aan
trekkelijke studiebeurs heeft gekregen.
Aangaande het heengaan van Theo Baylé
deelde de heer Van der Vies mede, om een
einde aan alle misverstanden hieromtrent
te maken, dat dit een gevolg was van wat
hij „oud zeer" noemde. Indien hij voorzien
had dat de Nederlandse Opei-a onder een
andere leiding zou komen te staan, dan
zou Baylé volgens zijn eigen verklaring
zeker geen afspraken in Wenen hebben ge
maakt. De zanger houdt thans verblijf in
ADVERTENTIE
Wanneer U van
Uw leverancier
Wybert in car-
tonnen doosjes
ontvangt, bedenk
dan, dat kwaliteit
en hoeveelheid
nietzijn gewijzigd.
Ook vsrkrijgbaar: Wybert met menthol.
DINSDAG 6 NOVEMBER
Gebouw Theosofia: Dr. R. Miedema spreekt
over „De Bijbel bij Rembrandt en Van Gogh",
8 uur. Concertgebouw: Concert HOV, 8 uur.
Stadsschouwburg: „Kinderen zijn kinderen"
(Comedia), 8 uur. Rembrandt: „De wolf
van Sila", 18 j., 7 en 9.15 uur. Palace: ,,'n
Slechte jongen", 14 j., 7 en 9.15 uur. Luxor:
..Guncrazy", 18 j., 7 en 9.15 uur. City: „Alles
wel aan boord", alle leeft., -7 en 9.15 uur.
Spaarne: „De zwarte panter", 18 j., 7 en 9.15
uur. Frans Hals: „Verkeerd aangesloten", 18
8 uur.
WOENSDAG 7 NOVEMBER
Stadsschouwburg: Toneelgroep „De Ver
enigde Spelers" „Rebecca", 8 uur. Brink
mann, Humanistisch Verbond, spreker H.
Lips, 8 uur. Rembrandt, Palace en Luxor:
2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: 2.30, 7 en
915 uur. City: 2.15, 4.30, 7 en 9.15 uur.
Spaarne: 2.30, 7 en 9.15 uur. (Zie programma
Van Dinsdag).
Amerika, doch na zijn terugkomst ln De
cember zullen er afspraken voor het ver
vullen van enige gastrollen worden ge
maakt. Dat onze beste solisten in het bui
tenland worden gevraagd (Gré Brouwen -
stijn en Frans Vroons bij voorbeeld) wijst
op een gezonde ontwikkeling van het Ne
derlandse instituut. Zij houden echter hun
contracten en keren dan ook steeds terug.
De heer Van der Vies stelt zich op het
standpunt: alleen door hen te laten gaan
kunnen we hen binden. Otakar Kraus heeft
thans een vast engagement bij Covent Gar
den, zodat hij minder gastvoorstellingen
dan voorheen zal kunnen geven.
De gestadige pogingen om een groter
aantal Nederlandse vocalisten in het werk
van de Opera te betrekken hebben geleid
tot proef-engagementen in het vorige sei
zoen van Corry van Beckum, Cora Meyer
en Annie Delorie, die thans vaste aanstel
lingen hebben gekregen. Verder werden
Gé Genemans en Gé Smith opgenomen in
het ensemble. De moeilijkheid met jonge
krachten is dat de muzikale opleiding wel
goed is, doch dat er sinds de dood van
Lothar Wallenstein aan de toneeltechni
sche kant te weinig aandacht kan worden
geschonken. Men overweegt nu een rege
ling van volontaii'schap tijdens de studie
aan een consexwatorium. Om de lege plaat
sen te vullen zijn contracten met de vol
gende buitenlandse zangers gesloten: Ales-
sandro Barollo (die men in „De barbier
van Sevilla" heeft kunnen horen) uit Mi
laan, Hélène Bouvier uit Parijs, Paola
Gorin uit Tel Aviv, Claude Hector uit Brus
sel, Hanns Hoffmann uit Hamburg, Daniza
Ilitsch uit Wenen, Germaine de Jonghe
uit Antwerpen, Otakar Kraus uit Londen,
Franz Lechleitner uit Zürich en Solange
Michel uit Parijs.
ADVERTENTIE
Bij hoofd-, klet- of
keolpljn, vorkoudhodon,
maandpijnon am. bron
gen de volstrekt be
trouwbare Rheumin-
t bietten uitkomst I
Bovendien populair »■-
prijsd20 tabletten et
Over de oorzaak van de brand die gis
teren in een der gebouwen van de Chemi
sche Industrie Rids in de Waarder polder
heeft gewoed, vernemen wij nog:
Toen in de distelleerkolommen, die in het
hoge bijgebouw staan, een verstopping ont
stond, werden deze kolommen, zoals in
dergelijke gevallen te doen gebruikelijk is,
buiten werking gesteld en vervolgens tot
40 graden Celsius afgekoeld. De arbeiders
schroefden vervolgens het bovengedeelte
van de kolommen af en kwamen toen tot
de ontdekking dat de verstopping groter
was dan men aanvankelijk meende. Grote
hoeveelheden benzol dropen naar beneden
en verdampten. Deze verdampte benzol is
tot ontploffing gekomen en had brand tot
gevolg.
De politie deelt mee dat de explosies die
tot ver in de omtrek te horen waren, ont
ploffingen waren die zich tijdens de brand
binnen en buiten het gebouw voordeden.
In de toestand van de 38-jarige W. Huis
man, die zwaar gewond naar de Maria-
stichting te Haarlem is overgebracht, is
nog geen verandering gekomen.
Dezer dagen is een aanvang gemaakt met het ontroesten, „gronden" en bijschilderen
van de viaducten in Haarlem. Bijzonder lastig is het werk onder het viaduct aan de
Schotersingel bij het Kenaupark, waar de arbeiders op een steiger boven het water
hun werk moeten verrichten. Tot half December zullen deze karweitjes duren en
zolang is het dus oppassen voor verfspatten onder de viaducten.
De Volksuniversiteit voor Haarlem en
omstreken organiseert deze en volgende
maand in het Frans Halsmuseum een serie
referaten over de crisis der cultuur, welke
lezingenreeks gisteravond door prof. dr. F.
L. Polak geopend werd met een belang
wekkend betoog over het hedendaagse cul
tuurpessimisme. Hij zag de cultuurhistorie
als een vrij regelmatige golfbeweging van
geestelijke hoogte- en dieptepunten, waar
in nu eens een zwartgallige levens- en toe
komstbeschouwing, dan weer een optimis
tische overtuiging de boventoon voerden
en onderwierp, ter staving van deze theo
rie, een aantal oude beschavings-„klima-
ten" aan een grondige beschouwing. De
oud-Helleense tijd zag prof. Polak bijvoor
beeld, ondanks zijn rijkdom aan „onheils-
zware" cultuurvormen (de klassieke tra
gediën, de met noodlotsmachten, schik
godinnen en furiën overladen mythologie
e.d.) niet als overwegend pessimistisch,
omdat in al die sombere duidingen de mens
toch steeds als de moreel sterkere te voor
schijn treedt zelfs wanneer hij, als bij
Sophokles, Aischylos en Euripides, de strijd
tegen het „blinde noodlot" verliest. Het is
namelijk niet de uitkomst van die strijd,
die telt, maar alleen de geest van zelfver
trouwen, waarin hij begonnen en volbracht
werd. In de vroege Middeleeuwen ontbrak
het vertrouwen in die kracht tot eigen toe-
komst-beïnvloeding, wijl aardse lotverbete-
ring toen onbelangrijk geacht werd en het
ook overigens geen zin had, tegen de be
staande strenge hiërarchie van mensen en
dingen te rebelleren. Deze beschavings
tijdgeest wilde spreker derhalve als passief
en pessimistisch kwalificeren.
Het Engeland van de 15de eeuw tot en
met de industriële revolutie zag hij echter
weer als overwegend „cultuur-optimis
tisch", omdat de populariteit van Chaucer,
van de vele „political poems and songs" en
andere werken met „pre-soeialistische"
inslag, alsmede de conceptie van Moore's
„Utopia" bewijzen zouden, dat de wil tot
eigen lots-verbetering het Engelse volk
ook in de zwartste periode zijner historie
allerminst verlaten had. Die tijdgeest was
tevens, aldus prof. Polak, de inleiding tot
de ultra-optimistische levensbeschouwing
der jongere geschiedenis, die in Amerika
en Rusland in bepaalde vormen nog voort
leeft (het liberalistische credo der V.S. en
de Marxistische dialectiek in de Sovjet-
Unie), maar voor Europa sedert Spengler
in haar tegendeel is verkeerd. De mens
en vooral de Europese mens beseft, gelijk
de tovenaarsleerling, machten te hebben
opgeroepen die hij niet meer baas kan;
hij is de slaaf geworden van zijn dienaar:
de techniek en heeft, met zijn aanbidding
van de rede, ook de bruggen naar ethiek
en godsdienst achter zich verbrand.
Nu dus alle geloof, zowel in de gods
dienst als in de eigen kracht, is weggeval
len, staat de mens voor het vacuum: het
nihilisme, dat zich afspiegelt in de existen
tialistische levensleer (het „zijn ten dode")
en in een litteratuur die slechts onmacht,
walging en levensangst baart. Hij kan
vluchten in het di'oombeeld van een terug
keer naar de „veilige" beslotenheid van
de Middeleeuwen, het Machiavellisme om
helzen of in een nieuwe mystiek soulaas
zoeken, maar in al deze gevallen ver
loochent hij het geloof aan zichzelf en zijn
verantwoordelijkheden als mens. En zon
der die verantwoordelijkheid en dat geloof
aan eigen kracht tot toekomst-verbetering,
zal er geen uitweg zijn uit de huidige cul
tuur-crisis.
Prof. Polak, die na afloop van zijn be
toog vele vragen en ook vrij wat critiek te
beantwoorden kreeg, zal 16 November zijn
referaat voortzetten met een analyse van
„toekomst-i-omans" van Huxley, Georghiu
en Orwell.
VAN VANDAAG AF lopen de draden der internationale contacten alle
naar Parijs, waar de Algemene UNO-vergadering het knooppunt ervan
vormt. In het Palais de Chaillot heeft heden de openingszitting plaats en
zullen morgen de debatten een aanvang nemen, die in de eerste plaats de
samenstelling van de agenda tot onderwerp zullen hebben. Wel zelden heeft
een UNO-vergadering zich verzameld onder zulke boeiende voortekenen als
thans het geval is. De atmosfeer waarin de zitting geopend wordt is vol
van onbestemde spanningen, veroorzaakt door mededelingen, geruchten en
aankondigingen der laatste dagen. Wat op de tafel der UNO-vergadering
officieel aan de orde zal komen zijn de min of meer van ouds bekende con
flicten en problemen, doch wat in Parijs achter de schermen besproken en
afgesproken zal worden is waarschijnlijk van groter belang. Het feit dat
alle kopstukken van de wereldpolitiek in Parijs bijeen zijn, opent de directe
mogelijkheid van ingrijpende ontwikkelingen. Misschien vormt de rede van
president Truman, die morgen openbaar zal worden, een aanwijzing van de
richting die deze ontwikkelingen zouden kunnen nemen. Volgens minister
Schuman zullen nieuwe plannen der Westelijke mogendheden opschudding
verwekken. De wereld hoopt dat het eindelijk eens een prettige opschud
ding zal zijn.
Onder dwang der omstandigheden lijken
de grote mogendheden de Oostelijke
zowel als de Westelijke tot de conclusie
te zijn gekomen dat zij ten aanzien van
twee grote problemen die hun onderlinge
betrekkingen vertroebelen in een doodlo
pende straat aan het bekvechten zijn ge
raakt. Aangezien een dergelijke situatie
voor geen der beide partijen enig voordeel
belooft, is de tijd rijp voor een nieuw over
leg, een nieuwe positiekeuze, een nieuw
uitgangspunt. Die twee grote problemen
zijn de atoombom en Duitsland.
Er is een tijd geweest dat de regering
der Verenigde Staten in nauwe verbon
denheid haar voornaamste geallieerden
haar politiek tegenover de Sovjet-Unie
vaststelde volgens de theorie, dat het bezit
van de atoombom haar een mogelijkheid
gaf om haar tegenstandei-s te overtroeven
en in bedwang te houden. Die tijd is thans
voorbij. De Sovjet-Unie bezit het gevreesde
wapen insgelijks en daarmee zijn de com
municerende vaten van de bewapenings
wedloop weer op gelijk niveau al ge
waagt deze of gene Amerikaanse senator
nog wel eens van de kans dat Amerika
meer en beter atoomwapens heeft dan de
Sovjet-Unie. Deze laatste kans is echter
onvoldoende om er een politieke gedrags
lijn op te trekken en daarom heeft de po
litiek van Amerika en zijn bondgenoten de
laatste tijd een geleidelijke verandering
ondergaan.
Wanneer beide partijen de atoombom
hebben is men, wat de doorslaggevende
betekenis ervan betreft, teruggekeerd tot
de situatie van voorheen, toen er van
atoombommen nog geen sprake was. Een
dergelijke terugkeer heeft de geschiedenis
der bewapening al meermalen te zien ge
geven. Dan is het nieuwe wapen nog
slechts een nieuwe, dure last, die geen be
voorrechte positie meer met zich brengt
doch alleen een nutteloze, helaas niet te
ontduiken uitbreiding van de kosten der
oorlogvoering veroorzaakt.
De verandering in de Amerikaanse poli
tiek betreft hoofdzakelijk het in acht ne
men van een grotere omzichtigheid ten
aanzien van de problemen, waarvan een
zijdige rigoureuze oplossing de tegenstan
ders zou kunnen nopen tot overijlde, on
herstelbare daden. Bovendien is er een
grotere geneigdheid te Washington te con
stateren om op basis van de gelijkwaar
dige toestand, waarin de beide kampen
verkeren, te komen tot een afspraak die
de oorlog zou moeten uitsluiten. Dat men
daartoe bereid is bleek wel heel duidelijk
uit de gedragslijn die de Westelijke ge
allieerden ten aanzien van Duitsland de
laatste tijd hebben gevolgd. Zij zijn niet
verder gegaan met hun concessies aan de
West-Duitsers en hebben nagelaten het
probleem van de West-Duitse inschakeling
bij,het Westen te forceren.
Duitsland is het tweede grote probleem,
ten aanzien waarvan de tegenstanders in
een slop zijn geraakt en dat oorzaak is ge
worden van een neiging tot toenadering.
Merkwaardig is dat de Engelse politiek
ten opzichte van Duitsland blijkbaar ver
anderd is nadat Churchill aan het bewind
is gekomen. De invloed van Churchill op
de houding der Westelijke geallieerden in
de kwestie-Duitsland moet niet gering
worden geacht. Er zijn tekenen die wijzen
op een grotere Engelse steun aan de Fran
se opvatting, die nog steeds sterk afwij
zend staat tegenover een Duitse herbewa
pening, zo zelfs dat Engeland thans niet
meer dan een symbolisch leger aan West-
Duitsland wil toestaan. Dit houdt onge
twijfeld verband met een plan van gene
raal Eisenhower om de grootse doch fan
tastische plannen tot opbouw van een
Europees leger van 60 divisies te vervan
gen door een realistischer plan van 20
goedgeoefende en modern-uitgeruste divi
sies. Een drastische vermindering van de
West-Europese defensieplannen dus, waar
in Duitsland dan een zeer ondergeschikte
rol zou spelen. Dit zal zeer wel naar de
zin zijn van de Sovjet-Unie die in de Duit
se herbewapening een zo dreigend gevaar
ziet dat zij volgens waarnemers er een
derde wereldoorlog voor zou over hebben
om het te bezweren.
Wat de atoombom betreft, wil Washing
ton thans met de Sovjet-Unie een accoord
bereiken. Beheer en controle van dit wa
pen zijn reeds vaak tevergeefs in de UNO
bespi-oken, doch thans zijn beide partijen
waarschijnlijk meer dan ooit overtuigd
van de betrekkelijke ontwaarding van dit
vernietigingsmiddel in de bewapenings
wedloop. Het wapen zou onder het alleen
beschikkingsrecht van de UNO moeten
worden gesteld, die tegelijk over een eigen
strijdmacht, uit de legers der leden-landen
gerecruteerd, zou moeten beschikken om
aggressie tegen te gaan.
Niet het enige kwaad
Dat de kansen op een atoom-ac-
coord door de détailkwesties tamelijk pro
blematisch zijn, behoeft niet als een direct
onderdeel van de oorlogsdreiging te wor
den beschouwd. Immers, een beheer en
een controle van de atoomwapenen, in
houdende dat dit wapen bij een eventuele
oorlog niet zou worden gebruikt, verhoogt
de oorlogskansen inplaats van hen te ver
minderen. Er kan zeer wel een verschrik
kelijke, onmenselijke strijd worden gestre
den zonder atoomenergie. Er zijn talloze
wapenen die de burgerbevolking groter lij
den kunnen doen ondei'gaan dan een mas
sale, plotselinge vernietiging. Bovendien,
welke afspraken worden in oorlogstijd ge
honoreerd? De illusie dat er van atoom
bommen geen gebruik zal worden gemaakt
zou een der grootste factoren van de af
keer der volken van oorlog valselijk on
dermijnen. Niet de afschaffing van bepaal
de wapens, niet de illusie van „humaner"
ooi'logvoering, doch de zekerheid dat de
oorlog volstrekt onbruikbaar en ondoelma
tig is geworden zal de basis moeten zijn
waarop de geschillen der mogendheden
moeten worden ontleed en opgelost.
De komende dagen zullen misschien le
ren of deze overtuiging reeds is doorge
drongen tot „het hoogste niveau" en of dat
de aanleiding is geweest om opnieuw de
mogelijkheid tot een vredesregeling onder
ogen te zien.
Zowel wat de atoomenergie als wat de
kwestie-Duitsland betreft zijn er aanwij
zingen te over dat men zich heeft bezon
nen op de nuchtere feiten. En aangezien
een mogelijkheid van ooi-log in dit tijds
gewricht onmogelijk langer tot de „nuch
tere feiten" kan worden gerekend, is er
opnieuw een periode van hoop aangebro
ken. J. L.
Voor het Genootschap Nederland-Enge-
larud heeft gisteravond in Brinkmann de
Britse consul-generaal in Nederland, de
heer E. Cable, een lezing gehouden over
internationaal handelsverkeer en daarbij de
bilaterale handel verdedigd tegenover de
voorstanders van onbeperkte vrijhandel.
Hij begon met de voorloorlogse situatie,
toen Engeland een import-surplus had
van 300 millioen pond en sterling een in
ternationale valuta was, te vergelijken met
die van na de oorlog. Nu immers heeft
het belangrijkste handelsland, de V.S., een
export-surplus en de dollar is geen inter
nationale valuta, omdat vrijwel geen enkel
land er voldoende van bezit. Hierdoor is
er een eind gekomen aan de multi-laterale
handel. Hij vestigde er overigens de nadruk
op, dat zelfs in de vooroorlogse periode
80 van de internationale handel bilate
raal was.
Hij stelde daarna de vraag of vrijhandel
inderdaad zo'n weldoende invloed heeft. Zij
heeft die inderdaad voor de enkeling en
dan nog voor de uitzonderlijke enkeling,
die de capaciteiten en het initiatief heeft.
Vrijhandel stelt d'ie enkeling in staat om
te kopen op de goedkoopste en te verkopen
op de duurste markt. Hetgeen volgens de
spreker een groot aantal sociale misstan
den met zich mee heeft gebracht.
Nu echter, zo zei de heer Cable, zorgen
de regeringen voor de 99 van hun be
volkingen .Zij wensen volledige werkge
legenheid te scheppen, hun industrieën te
beschermen, zelf de dingen te maken, die
zij nodig hebben en op die manier periodes
van hoog- en laag-conjunctuur te vermij
den. En bovendien mag niet uit het oog
worden verloren, dat de buitenlandse han
del slechts een klein deel van de nationale
rijkdom uitmaakt. In de gunstigste periode
in Engeland zorgde zij voor slechts een
kwart van h,et nationale inkomen.
De heer Cable zei, dat men de nood
kreten der zakenlieden dat invoervergun
ningen en quota's hun het handeldrijven
onmogelijk maken, niet te zwaar moet op
nemen. Zii die voldoende initiatief hebben,
maken ook gebruik van de mogelijkheden,
die dit systeem hun biedt.
Hij vergeleek tenslotte de vrijhandel met
een wilde rivier, die soms hele gebieden
overstroomt en een andere keer droog
staat, wanneer men juist water nodig
heeft. De geleide handel zag hij als een
gekanaliseerde, geleidelijk vloeiende stroom.
Een systeem, dat weliswaar geen exorbi
tante winsten of periodes van duizeling
wekkende bloei met zich meebrengt, maar
voor een solide, weinig-schommelende
welvaart zorgt.
11
Op een Maandagmiddag in de aula van
Teylers Museum gehouden bijeenkomst
van de afdeling Haarlem van de Neder
landse Vereniging van Huisvrouwen heeft
mr. C. C. van Helsdingen Sr., voorzitter
van de afdeling Haarlem van de Beweging
van Europese Federalisten, gesproken over
„De eenwording van Europa".
In zijn inleiding gaf de spreker een toe
lichting op „eenwording" en op „Europa"
en merkte op, dat het doel van de bewe
ging is een federale staat te stichten, waar
bij de deelstaten hun zelfstandigheid be
houden. Als er gesproken wordt over
Europa dan worden daarmee alle Europese
landen bedoeld. Wanneer deze samenge
bundeld zijn dan kan verwacht worden, dat
er iets bereikt is, waarmee andere wereld
machten rekening moeten houden. De
spreker zeide, dat men op het ogenblik nog
niet zo ver is, dat alle Europese landen zich
achter de beweging stellen. Engeland bij
voorbeeld volgt wel met belangstelling de
werkzaamheden, doch neemt niet aan alles
actief deel.
Uitvoerig besprak mr. Van Helsdingen
de actie vén de beweging na de bevrijding
en de vorderingen welke in de loop der
iaren zijn gemaakt. In ons land bestaat de
Nederlandse Raad der Europese Beweging
en de spreker wekte de dames op belang
stelling te tonen hiervoor en zich als lid
aan te sluiten.
In het tweede gedeelte van de bijeen
komst beantwoordde mr. Van Helsdingen
een aantal vragen, waarbij hij gelegenheid
had nader op enige punten in te gaan.
Een bagatel is een kleinigheid, iets van
weinig betekenis en inzonderheid: een
geldsom van geringe waarde. Het is via
het Frans overgenomen uit het Italiaans,
waar het bagatello luidt. Wat het woord
belangwekkend maakt, is dat het pre
cies hetzelfde is als: bagage, waarmee
men het niet zo gauw in verband zou
brengen. In het zogenaamde Middel
latijn bestond het woord baga: zak, pak.
Alle pakken bij elkaar vormen de ba
gage. Het verkleinwoord betekent na
tuurlijk: pakje, vandaar: kleinigheid.
sy
Wij hebben reeds mededelingen gedaan
over de plannen in Noordholland een stich
ting voor maatschappelijk werk op te rich
ten en over de te verwachten medewerking
van de provincie. Thans is verschenen het
voorstel van Gedeputeerde Staten aan de
Provinciale Staten. Voorgesteld wordt voor
het jaar 1952 een subsidie van ten hoogste
25.000 te verlenen, met dien verstande,
dat van dit bedrag niet meer zal worden
uitgekeerd dan de stichting aan subsidie
van het rijk zal ontvangen.
In hun toelichting delen Gedeputeerde
Staten mee, dat met de toeneming van het
aantal en de activiteit der verschillende in
stellingen, die zich op het gebied van het
maatschappelijk werk bewegen, ook het
belang van een goede coördinatie en samen
werking en een doelmatige taakverdeling
tussen deze instellingen gegroeid is. Daar
om zijn in enige delen van het land zoge
naamde opbouworganen opgericht. Deze
organen zijn alle als stichtingen opgezet,
die elk een provincie tot arbeidsterrein
hebben. Het streven is er in beginsel niet
op gericht de instellingen en haar werk aan
te tasten; wel om te trachten de verdere
ontplooiing daarvan te bevorderen, met
vrijwillige medewerking van de hierbij be
trokkenen. De inkomsten der stichtingen
bestaan over het algemeen uit bijdragen
van particuliere instellingen en personen
en voorts uit subsidies van de overheid. Op
de rijksbegroting 1952 is een bedrag van
220.000 uitgetrokken.
Indien de vergadering van de Provin
ciale Staten in beginsel tot het verlenen
van een subsidie besluit, dan zal de voor
zitter van Gedeputeerde Staten de totstand
koming van de stichting bevorderen.
ADVERTENTIE
Op 11 November hoopt de oudste inwoner
van Den Haag, mevrouw J. J. de Calonne-
Weister, haar 102de verjaardag te vieren.
Mevrouw Calonne helpt nog graag mee in
de huishouding. De krasse dame bij de
verzorging har er bloemen.
De HHV, de vereniging van oud-leer
lingen der HBS a, gaat haar veertig-jarig
bestaan vieren. En het wordt een feest,
dat niet mis zal zijn. Het begint met een
Jubileum-Cabaret-revue op 9 November in
de Stadsschouwburg, die wordt verzorgd
door het HHV-cabaret „De Toverlantaarn"
onder leiding van Leo van Kuyk en Bob
de Buisonjé. Zaterdag recipieert de HHV
in Brinkmann en die receptie wordt ge
volgd door een jubileum-diner, 's Avonds
is er een grote soirée in het Concertge
bouw en Zondagmiddag wordt het feest
besloten met een thé-dansant in Brinkmann.
Dat de HHV het feesten dus nog niet
verleerd is, zal niemand verbazen, die deze
springlevende oud-leerlingen-vereniging
van nabij kent. Maar afgezien van deze ac
tiviteit is de HHV ook op ander gebied
voortdurend bezig om de saamhorigheid
die leerlingen en oud-leerlingen van de
HBS a bindt, nog sterker te maken.
Zij zorgt er voor, dat ook na het eind
examen de leden zich leerling van de
HBS a blijven voelen en haar bemoeiingen
ten dienste van de leden zijn velerlei. De
Academie voor Voortgezet Economisch
onderwijs is er een voorbeeld van.
De leden van de HHV zijn over de hele
I wereld verspreid, maar men kan er zeker
van zijn, dat zij allen öf in levenden lijve
öf in gedachten in Haarlem aanwezig zul
len zijn, wanneer hier de dag wordt her
dacht, waarop door een groepje leerlingen
van de Handelsschool de HHV werd opge
richt als vereniging voor leerlingen en oud
leerlingen.
In de nacht van Woensdag op Donder
dag heeft de Haarlemse recherche de 38-
jarige boekhouder S. P. uit Haarlemmer
meer aangehouden, als verdacht van op
lichting en verduistering. Hij had een 75-
jarige winkelier een bedrag van 175 af
handig gemaakt, onder voorwendsel dat hij
dit nodig had voor een kennis die in staat
van faillissement verkeerde. Hij wendde
het geld echter ten eigen bate aan.
In de loop van het onderzoek kwam
voorts aan het licht dat P. van een bouw
kundige en van een sigarenwinkelier 400
had gekregen, nadat hij een omstandig ver
haal had gedaan over een handeltje waar
voor hij dringend handgeld nodig had.
Aan de speciale cyclamen-expositie, annex
maandelijkse keuring V.K.C. te houden op
15 en 16 November in het nieuwe gedeelte
van de „Centrale Aalsmeerse Veiling" zal
ook dit jaar weer op ruime schaal worden
deelgenomen. Het wordt deze keer zelfs
passen en meten om alle inzendingen be
hoorlijk onder te brengen. De prominenten
der Cyclamen-cultuur uit den lande zullen
hun beste teeltproducten brengen; ook de
verplichte inzendingen voor de Cyclamen-
rassenvergelijking komen. Maar ook vele en
belangrijke inzendingen Chrysanten, waar
onder talrijke nieuwe variëteiten, winter-
bloeiende Begonia's, bladbegonia's nephro-
lepis-soorten. enz., vallende onder de maan
delijkse keuringen der Kon. Ned. Mij. voor
Tuinbouw en Plantkunde, zullen er zijn.
Voor iedereen is deze belangrijke show
van tuinbouwproducten kosteloos te bezich
tigen, de le dag van 12 uur af tot des avonds
9 uur; de 2e en laatste dag van 9 uur 's mor
gens tot des avonds 9 uur.
Uit de Opregte Haarlemsche Courant
van 5 November 1851
Uit Limmen wordt ons het volgende
medegedeeld: Heden had de onderwijzer
der jeugd dezer gemeente, de heer
Wm. Metz, het bijzonder voorregt, zijne
zestig-jarige vervulling der betrekking
van onderwijzer, o-p 84-jarigen leeftijd,
in welstand te vieren. Ruim 56'/2 jaar
was hij onafgebroken met lust en ijver
als zoodanig in deze gemeente werk
zaam, en hij gaat daarmede nog steeds
(zonder hulp-onderwijzer) met warme
belangstelling voort Een gToot deel der
bevolking mogt alzoo hare eerste maat
schappelijke opleiding van hem genie
ten, die bij haar voorzeker in aange
name herinnering zal blijven, en haar
doen instemmen met het gevoel van
da. '.Sbaarheid des onderwijzers.