Kort en bondig Er is haast niets te vinden dat men móét gaan zien Taxi? 18000 Romantisch concert onder Marinus Adam Het kinderkoor van Radio Hamburg Nieuwe uitgaven Minister Albregts over productiviteit Ter leniging van de ramp in Italië Roofoverval bij Bandoeng Een toneelminnaar in Londen Sï' immenaed WOENSDAG 28 NOVEMBER 1951 HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 5 Burgerlijke stand van Haarlem Ook voor Kinderboeken van CITTERT Ontheffing winkelsluiting Onbewoonbaarverklaring pand Spaarnwoud er straat Beroep bij Ged. Staten C. J. Kroon vijftig jaar werkzaam bij de Griffie Utrechtse efficiency dagen geopend Het Rode Kruis collecteert aanstaande Zaterdag Dulles maakt reclame W. D. Rous vermoord In de Vishal is Dinsdagmiddag een Sint Nicolaasbazar begonnen ten bate van de loopschool voor invaliden. De bazar is voorbereid door de afdeling Haarlem van de Algemene Nederlandse Invalidenbond. De Vishal biedt een goede gelegenheid voor het houden van een bazar. Op de banken zijn vele voorwerpen uitgestald. Gister middag is de bazar officieel geopend, waarbij de heer A. G. Degenaar. arts te Heem stede, het woord voerde. Er zijn verscheidene attracties. De bezoekers kunnen een tekening van zich laten maken. Dat liet de heer Degenaar ook doen, zoals uit de foto blijkt. Vanavond wordt de bazar gesloten. In het vierde Dinsdagavondconcert der H.O.V. werd onder leiding van Marinus Adam rijkelijk tol betaald aan de volbloed- romantiek, met werk van Peter Benoit, Mendelssohn en Berlioz. Hoewel de naam van Weber niet op het programma voorkwam, was hij er toch voor een goed deel bij betrokken, want zijn invloed is naar techniek en geest duidelijk waar te nemen in elk der drie uitgevoerde composities. Toen Benoit de komische opera „De Elzenkoning" schreef, waarvan nu de ouverture gespeeld werd, was hij nog verre van zijn grote werken, die (zoals bijvoorbeeld „De Oorlog") opgevat zijn als een soort muzikale strategie; hij was toen nog een jonge man van amper 24, die na zijn studietijd bij Fétis in Brussel als win naar van de „Prix de Rome" in Duitsland en later in Frankrijk zijn licht ging opste ken en blijkbaar onder invloed kwam van Webers „Freischütz", met zijn natuurpoëzie en duivelarijen. De ouverture van „De Elzenkoning" heeft wel reeds de brede melodische allure, die het latere, originelere werk van Benoit kenmerkt, maar de ka rakteristieke effecten die de verschijning van een gewaande spookgestalte muzikaal illustreren, zijn kennelijk aan Weber schat plichtig. Het is niettemin een dankbaar en nog zeer te aanvaarden stuk. Van Berlioz weten we niet alleen, dat hij door de indruk die „Der Freischütz" op hem maakte de studie in de medicijnen vaarwel zei en componist werd. Maar ook menig orchestraal effect in zijn „Symphonie Fantastique" zou zonder Webers invloed ondenkbaar zijn. Het is waar dat de ro mantiek van stonde af aan hand in hand ging met bovenzinnelijkheid, spokerijen en wat dies meer, maar het was niet de mu ziek van de grote fantast E. T. A. Hoff mann, maar die van Weber, welke de weg wees, ook in Frankrijk en vooral aan Ber lioz, die, door deze richting te volgen, de geweldige instrumentator werd, die we nu nog bewonderen, doch waarin we Weber altijd terugvinden, zoals wij er ook de Beethoven van de pastorale symphonie (ook vroeg-romantisch) in ontdekken. En Mendelssohn (Herman Krebbers speelde deze avond zijn Vioolconcert) moge dan al door zijn aristocratische hou ding dichter bij het klassieke ideaal blij ven, de kobolden en nymphen dartelen toch in zijn muziek, die de verwachting wekt dat Öberon er uit te voorschijn zal springen, evenals aan het slot, van de ouverture „Een Midzomernachtdroom", waar de componist het thema letterlijk van Weber overnam. Zo regeerde de geest van een niet aan de orde zijnde componist op deze romantische avond. Herman Krebbers liet zich vooraf ver ontschuldigen, daar hij wegens ongesteld heid niet volkomen fit was. Inderdaad was zijn spel in het begin wel een beetje mat, doch correct en technisch verantwoord als altijd. In de finale scheen hij echter alle remmingen te hebben overwonnen en liet HAARLEM, 27 November 1951 ONDERTROUWD: 27 Nov., A. van den Berg en L. M. van de Kerkhof; H. Koppers en B. Fiege. GEHUWD: 27 Nov., A. P. L. M. Neelissen en A, C. M. Bos; C. Bossers en E. van der Barre. BEVALLEN van een zoon: 26 Nov., J. W. D. Vermeulenvan Kleef; W. A. Bachofner ■-Korebrits; R. van der VeenMolenaar; C. B- VreenegoorLestrade; A. M. Planteijdt van Gogh; J. P. HaasLangeveldG. Ak kermans—Br andsen; P. M. MetzOckers. BEVALLEN van een dochter: 26 Nov., M. J. Content—Balk; B. Knook—Diekmann; H. van Baekel—.Schoon; J. G. Heitlager—den Ronden; A. C. Booij—van Schouten; 27 Nov., L. G. HeemskerkGeppert. OVERLEDEN: 24 Nov., C. Speelman, 85 j., Muiderslotweg; G Steeman, 89 j., Midden man; 25 Nov., J. de Goede, 62 j., Magdalena- straat; 26 Nov., A. de Roos, 78 j., Gasthuis- Vest; 27 Nov., P. Brander, 71 j., Kerkhofstraat. hij zich stuwen door de wondere kracht dezer onvergankelijke frisse muziek. Solist en orkest hadden daar de vonk te pakken en het resultaat was een meesterlijke her schepping, waar het publiek zeer hartelijk op reageerde. Het orkest, dat ook op zijn best was in de melodieuze gedeelten van de Benoit-ouverture, gaf een bijzonder ge slaagde uitvoering van de Symphonie Fan tastique. Opvallend was het wisselspel van hobo en Engelse hoorn in dé „Scène aux champs", maar van bijzondere beteke nis was toch het onderling sterk gebonden en toch vlotte samenspel, waar een wel begrepen „tempo rubato" dit vereiste. Om dit meesterwerk van Berlioz waar te ma ken moet men fantasie genoeg hebben om er in te kunnen geloven, benevens een technische vaardigheid die niet te onder schatten is. Marinus Adam heeft deze avond getoond er volledig tegen opgewas sen te zijn. Het publiek loonde de dirigent en het orkest met een ovationeel applaus. JOS, DE KLERK ADVERTENTIE SPEKSTRAAT 14 - TEL. 10839 Voor het kinderkoor van de Nordwest- deutsche Rundfunk, Radio Hamburg, is in de maand November een tournée door ons land georganiseerd. Het koor bezocht ook Haarlem, ifraar het in de gemeentelijke Concertzaal voor slechts weinig belang stellenden voortreffelijke kinderzang heeft doen horen. De leider, Erich Bender, heeft van de veertig meisjes, die het koor vor men, een prachtig ensemble gemaakt. Het is daarbij een echt kinderkoor gebleven, gelukkig niet star-gedisciplineerd of afge richt als zang-automaat, maar volkomen natuurlijk, reagerend op de gezond-muzi- kale inzichten van de dirigent. Even na tuurlijk is het gevoel van saamhorigheid, de ware team-geest, die dit kinderkoor be zielt. Met glasheldere, ongerept zuivere stemmen brachten de jeugdige zangeresjes een uitgebreid programma van vrijwel voortdurend belangrijke rrtuziek ten ge hore. Werken van Hans Leo Haszler (1564-1612) Adam de la Halle (1220-1287), Antonio Scandello, het beroemde „Landsknechts- standchen" van Orlando di Lasso, „Inns bruck, ich muss dich lassen" van Heinrich Isaac (1450-1517), werden in een voortref felijke stijl, tintelend-levendig, geestig of verfijnd expressief vertolkt. Een sober „Jesu meine Freude" van J. S. Bach werd gevolgd door een klankschoon „Hebe dei- ne Rugen auf" van Felix Mendelssohn Bartholdy. Een buitengewone prestatie werd de uitvoering van Psalm 23 van Franz Schubert, een compositie, die qua toonzuiverheid vele moeilijkheden biedt, die prachtig werden overwonnen. Paul Hindemith schreef in 1930 een „spel voor kinderen" onder de titel: „Wij bou wen een stad". De tekstdichter Robert Seitz en ook de componist zijn met dit spel geheel in de sfeer van het kind gebleven. Het past bij zijn fantasie en ook bij zijn uitingsdrang in spel en in nabootsingen. Al was het voor volwassenen wel amusant het gedoe op het podium gade te slaan, het bleef toch, overeenkomstig Hindemiths be doeling met dit toneelwerkje, meer voor de kinderen zelf aantrekkelijk. Ongewoon belangwekkend is echter de muziek, die het spel vaart verleent en een heel eigen sfeer. Na de pauze kwam er weer een lange reeks kleine koorliederen, canons van Mozart, volksliederen of composities in volkslied- trant. Ook zong het koor zeer geslaagd werkjes van Erich Bender zelve, waarbij een paar zangstertjes met heel mooie sopraan- en alt-stemmen zich bijzonder konden onderscheiden. Zeer in de smaak vielen de uitvoeringen van de Franse volksliedjes „Sur le pont d'Avignon" en „Au clair de la lune". Er volgde nog een paar fragmenten uit de opera „Hans en Grietje" van Humperdinck, waarna het koor met een gevoelig gezongen „Guten abend, gut' Nacht" van Joh. Bramhs af scheid wilde nemen. Maar de toehoorders lieten het koor pas gaan, nadat vijf toegif ten waren gezongen. Het koor, dat op dit concert grotendeels a cappella zong, werd voor enkele werken begeleid door de pianiste Fraute Pallet. Zij verrichtte haar taak uitstekend. Speciaal mag haar aandeel bij de opvoering van Hindemiths toneelspel genoemd worden. P. ZWAANSWIJK B. en W. hebben bepaald, dat op 29 en 30 November en op 1, 3, 4, 20, 21 en 22 De cember alle winkels open mogen zijn en de de straat- en markthandel is toegestaan tot 9 uur des avonds en dat op 24 en 31 De cember alleen de winkels waarin uitslui tend of in hoofdzaak banket, suikerwerk of chocolade ten verkoop in voorraad is, tot des avonds 9 uur open mogen zijn. B. en W. van Bloemendaal hebben be sloten dat op bovengenoemde data alle winkels tot negen uur geopend mogen zijn. Jan Helder: Pieter Dourlein, Ridder M.W.O. De Bezige Bij, Amsterdam. In dit boekje worden de avonturen verteld van de matroos Dourlein, die in 1941 naar Engeland ontsnapte, toen tot September 1942 op de torpedojager Isaac Sweers voer, in Maart '43 als geheim agent in Nederland terugkeerde, als slachtoffer van het England- spiel gevangen genomen werd, uit Haaren weer ontsnapte en het eind van de oorlog zag als korporaal-vliegtuigschutter in de R.A.F. De schrijver heeft zich uitvoerig laten in lichten over wederwaardigheden en omstan digheden en hij gebruikt weinig kunst matig effect bij het presenteren van zijn held; zo is het een levendig verhaal gewor den, dat de lezer met gulle hand stof biedt om door zijn eigen verbeelding te laten be werken. „In Brussel moeten zij een paar uur wachten. Ze nemen plaats in de stations wachtkamer en drinken een glas bier. Ze zien wel verscheidene Duitse militairen, maar van een of andere controle is niets te bespeuren. In de loop van de middag komen zij in Mons aan. Niet dat er overal zó spaarzaam verteld wordt, maar het scheelt niet veel; de gebeur tenissen zelf, niet de ondervindingen die Dourlein er bij op doet, zorgen voor de afwisseling. Als hij na zijn tweede ontsnapping in Engeland terug is, wordt Dourlein in ruil voor zijn verdiensten zijn geheim-agentsrang van sergeant ontnomen en daarna dient hij weer als korporaal bij de luchtmacht. Dat staaltje van officiële waardering komt aan het slot van het verhaal zeer goed tot zijn recht. Maar goed, in 1950 is Dourlein dan toch tot ridder 4e klasse van de Militaire' Wil lemsorde benoemd. S. M. De gemeenteraad van Haarlem heeft op 29 Augustus besloten tot onbewoonbaar verklaring van de woning aan de Spaarn- wouderstraat 128 rd. De eigenaar, de heer H. F. van der Zwet, was tegen dit besluit in beroep gegaan bij Gedeputeerde Staten van Noordholland. Een commissie uit dit college heeft vanmorgen een onderzoek in de woning ingesteld en daarna in een open bare vergadering in het gebouw van de Provinciale Griffie gelegenheid geboden bezwaren mondeling toe te lichten. Namens de eigenaar trad de heer H. J. van Goor, voorzitter van de Bond van Huiseigenaren, afdeling Haarlem, op. Hij herinnerde er aan, dat de vroegere bewo ners evacués waren. Deze waren niet te vreden over de woning en trachtten elders huisvesting te verkrijgen. Dat gelukte niet, omdat er geen woningen beschikbaar wa ren. Om zo vlug mogelijk aan een beter huis te komen hebben de bewoners, vol gens de heer Van Goor, aan Bouw- en Wo ningtoezicht klachten meegedeeld. Boven dien hebben zij door het maken van gaten lekkage veroorzaakt. Later werden pan nen van het dak gehaald en de bewoners wendden zich dan weer tot Bouw- en Woningtoezicht. Er ontstond een gespan nen verhouding tussen verhuurder en huurder. De spreker merkte op, dat Bouw en Woningtoezicht er tenslotte geen raad meer mee wist en daarom heeft de dienst geadviseerd de woning onbewoonbaar te verklaren. Er woont op het ogenblik een dame in het huis; zij heeft geen klachten. De heer Van Goor besloot met te zeggen, dat het raadsbesluit een gevolg is van het doordrijven van Bouw- en Woningtoezicht. Ir. R. G. Ve en enb o s, directeur van Bouw- en Woningtoezicht, lichtte het standpunt van het gemeentebestuur toe. Hij gaf toe, dat er inderdaad vele klachten van de vroegere bewoners bij de dienst zijn ingekomen, doch of de aanleiding er van was, dat zij zelf dakpannen weghaal den en gaten maakten, kon hij niet zeg gen. De dienst is echter zodanig ingericht, dat hij wel weet of een huis goed of slecht wordt onderhouden en al of niet bewoon baar is. De woning is voor bewoning niet meer geschikt. Er zijn vele gebreken, o.a. te kleine kamers, weinig licht en lucht, een ongeschikte keuken en de zolderruimte en de trap daarheen zijn niet in overeen stemming met de voorschriften in de bouwverordening. De kap van het huis is niet goed meer en de pannen zijn oud. Het besluit de woning onbewoonbaar te ver klaren is niet een gevolg van de klachten. In 1938 heeft de gemeente een lijst van zes a zevenhonderd woningen, welke in de toekomst voor onbewoonbaarverklaring in aanmerking zouden komen. Op die lijst stond ook het huis in de Spaarnwouder- straat. Nadat nog verschillende vragen beant woord waren, waarbij bleek, dat de tegen woordige bewoonster in de woning mag blijven wonen, mits er geen klachten komen, deelde de voorzitster, mejuffrouw mr. A. E. Ribbius Peletier, mee, dat de beslissing van Gedeputeerde Staten later bekend gemaakt zal worden. I December zal de heer C. J. Kroon, re ferendaris ter Provinciale Griffie, vijftig jaren in dienst van de Provincie Noord- holland werkzaam zijn. Na in 1901 zijn ambtelijke loopbaan te zijn begonnen, is hij de eerste helft van dit langdurige tijd vak in hoofdzaak verbonden geweest aan de afdeling Onderwijs. Daarna heeft hij, als hoofd van het in 1927 opgerichte Bu reau rij- en nummerbewijzen, opnieuw ge durende bijna een kwart eeuw zijn arbeids kracht in dienst van de provincie gesteld en daarmede tevens de belangen van het publiek op uitstekende wijze behartigd. Nog steeds leidt hij zijn bureau, waar zeer omvangrijke arbeid is en wordt verricht, met toewijding en onverflauwde energie. Zijn verdiensten vonden, behalve door belangrijke bevorderingen in rang mede erkenning door zijn benoeming, enkele jaren geleden, tot ridder in de Orde van De minister zonder portefeuille, belast met de verhoging van de productiviteit, prof. dr. A. H. M. Albregts, heeft heden morgen in Urecht de door het Nederlands Instituut voor Efficiency georganiseerde „,efficiency-dagen" geopend. „Het schijnt niet lichtvaardig", zo zei de minister in een toespraak, „als kinderen van deze tijd te spreken van een tweede industriële revolutie van verder reikende aard dan de eerste, die aan het einde der 18e eeuw begon. Het gaat in de diepste zin om de bepaling van de verantwoorde lijke plaats van de arbeidende mens in het moderne bedrijfsleven, die niet alleen van beslissende betekenis zal blijken te zijn voor de ontwikkeling van de industriële verhoudingen, maar, meer-omvattend, van de gehele gemeenschap". Minister Albregts waarschuwde voor het gevaar van een eenzijdig streven naar op voering der productiviteit, dat de mense lijke waardigheid geweld aandoet. De juiste geestelijke instelling voor de bevordering van de productiviteit, die naar hij zeide, haar basis vindt in doelgerichte samenwerking, houdt de opvatting in, dat de productiviteit, die in economisch en so ciaal opzicht goed is, ook goed is in alge meen menselijk opzicht. Indien de mens in dit opzicht zijn macht om de natuur te beheersen ziet toenemen, groeit hij ook zelf in gelijke mate. „De productiviteit kan er dus toe medewerken het leven van de arbeidende mens in en buiten het bedrijf gelukkiger te maken", aldus minister Al bregts, „maar daartoe vraagt zij om een versterking van de gemeenschapsgeest in de vervulling van de taak". Hij deed tenslotte een beroep op de aan wezigen om de samenwerking juist wat betreft de opvoering der productiviteit zo veel mogelijk te bevorderen en te verdie pen. De „harde" middelen, die gelegen zijn in winst- en loonprikkel, achtte hij even min toereikend voor het welslagen als overheidsdwang. Wegens de watersnood, welke thans de Po-vlakte in Italië teistert, zal het Neder landse Rode Kruis in Haarlem en omstre ken een collecte organiseren op Zaterdag 1 December. Waar deze ramp ons Nederlanders wel in het bijzonder aanspreekt, omdat ook ons land meermalen door een watersnood is geteisterd, meent het Rode Kruis, dat het Nederlandse volk verplicht is op ruime wijze aan de actie „Helpt Italië" deel te nemen. ADVERTENTIE DETROIT (Reuter). John Foster Dul les, reizend ambassadeur der Verenigde Staten, heeft Dinsdagavond aangedrongen op het opbouwen van een machtige strijd macht om een Russische aggressie af te schrikken door de bedreiging met een ver nietigende tegenaanval. Dulles stelde dit voor als „stok achter de deur", ingeval in ternationale overeenstemming over beper king van de bewapening tenslotte zou uit blijven. De voorgestelde strijdmacht zou in staat moeten zijn het binnenlandse com municatiestelsel van de Sovjet-Unie zoda nig te treffen, dat „haar uiterst gecentra liseerde, despotische politiestaat uiteen zou vallen". Uiteraard, aldus Dulles, zou duide lijk gemaakt moeten worden, dat de strijd macht op zichzelf nimmer een bedreiging zou zijn, doch slechts gebruikt zou worden bij wijze van représaille voor „openlijke, onuitgelokte aggressie". Dulles verklaarde een en ander in een toespraak tot een vergadering van verte genwoordigers van reclame-bureaux te Detroit. BINNENLAND Multlfllm te Haarlem heeft in opdracht van de VW „Nijmegen Vooruit" (financieel) gesteund door het gemeentebestuur en enkele grote bedrijven) een toeristische propaganda film onder de titel „De stad aan de rivier" vervaardigd. Handel, industrie en verkeer nemen een belangrijke plaats in, doch natuur en cultuur zijn evenmin vergeten. Dinsdagmiddag is de eerste electrische locomotief der Nederlandse Spoorwegen van de serie 1200 in gebruik genomen. Deze serie bestaat uit 25 stuks, die alle vóór Mei zullen zijn afgeleverd. De electrische locomotieven zijn bestemd voor het trekken van zware goederentreinen. Aan de heer L. van Sterkenburg, direc teur van de N.V. Nederlandse Verenigde Hotels, is bij decreet van de Franse minister van Openbare Werken, Transport en Touris me het „Croix de Chevalier du Mérite Tou- ristique" Verleend. Deze onderscheiding wordt verleend- aan personen, die zich voor de bevordering van het touristen-verkeer bijzonder hebben onderscheiden. Op de Weteringschans in Amsterdam is Dinsdagavond een wielrijdster onder een pas serende vrachtauto met aanhangwagen ge raakt en om het leven gekomen. In de 514e Staatsloterij, 5e klasse, derde lijst, is op nummer 8060 een prijs van f 50.000 gevallen. HAARLEM EN OMGEVING Als advocaat en procureur bij de recht bank te Haarlem werd beëdigd mr. J. P'. M. Hermans te Haarlem. DJAKARTA (Aneta). Op enkele kilo meters van de plek, waar verleden jaar de Amerikanen Doyle en. Kennedy werden vermoord, namelijk tussen Bandoeng en Cheribon nabij kampong Boegol, werd Dinsdag door een bende van 200 man een hinderlaag gelegd. De bende hield acht auto's aan die werden geplunderd en ver moordde de bekende sportvlieger W. D. Rous. De heer Rous, die vertegenwoordiger was van de „General Motors", weigerde te voldoen aan de sommatie om te stoppen, waarna de bendeleden de weg versperden met een brandende vrachtauto. Toen de heer Rous uit zijn auto sprong en trachtte te ontvluchten, werd hij door acht kogels getroffen en op slag gedood. De inzittenden der acht aangehouden auto's, waaronder drie autobussen, in totaal ongeveer 100 personen, werden door de bende de djatibossen ingedreven. Vol gens de eerste berichten op Woensdag ochtend zijn allen terecht. Vermoed wordt, dat de bende deel uit maakt van de „Tentera Islam Indonesia" en dat deze daad is verricht door dezelfde groep, die onlangs een aanslag pleegde op de expressetrein van Soerabaja naar Dja karta. Van officiële zijde vernam Aneta, dat de achtervolging is ingezet door een mo biele brigade van leger en politie. De bende nam de wijk in de richting van Indrama- joe, uit welke richting zij ook gekomen was. De heer Rous wordt hedenmiddag ter aarde besteld. Deze bekende sportvlieger was de eerste, die met een „Hermoth Moth" in September 1936 van Indonesië naar Nederland vloog. Hij was drager van een kruis van verdienste voor tijdens de oorlog verrichte daden. ffl tegenwoordigheid van hoge Noorse en Nederlandse autoriteiten is heden het atoomreactor-instituut, dat in Nederlands-Noorse samenwerking in Kjeller bij Oslo tot stand is gekomen, officieel geopend. Wij zien hier dr. Laurence R. Haf stad (links), directeur van de afdeling „Ontwikkeling Atoomreactors" van de Amerikaanse Com missie voor Atoomenergie, en de Noorse ingenieur Hilde voor het contrölebord van de atoomreactor in het instituut te Kjeller. Staande op Piccadilly Circus, voor de met foto's en affiches volgehangen étalage van één der talrijke bespreekbureaux voor de ruim veertig schouwburgen in het West-End van Londen, kregen mijn verwachtingen een gevoelige knauw, want on danks al die min of meer beroemde namen en veelbelovende slagzinnen kon ik de indruk niet van mij afzetten dat er bij dit alles zo goed als niets te vinden was dat ik nu beslist moést gaan zien. Misschien was dit een natuurlijke reactie na de uit zonderlijk verhoogde inspanning van de beste krachten van het Engelse toneel ter gelegenheid van het Festival of Britain, aldus mijn eerste gedachtengang. Maar die overweging hield niet lang stand, want waarmee worden deze zomer de grote successen geboekt? Met stukken van Shakespeare, Tsjechof en Shaw in hoofdzaak. Het zojuist gepubliceerde zesde jaarverslag van de invloedrijke Arts Council bevat trouwens de volgende, niets aan duidelijkheid te wensen latende passage: „Onze toneelkunstenaars hebben bev/ezen over buitengewone capaciteiten te beschikken. Aan de andere kant was het bepaald teleurstellend dat het répertoire met zo weinig nieuwe aanwinsten van enige betekenis werd verrijkt!" Zo ongeveer het enige stuk dat tot op heden heeft standgehouden is de hier te lande door het A.T.G. gespeelde tragi-comedie „Het man netje in de maan" (Waters of the moon) van N. C. Hunter in het vanouds vermaarde Haymarket Theatre, maar dit succes komt voornamelijk op rekening (alweer!) van de schitterende bezetting. De beide zo rijk met talent gezegende en met de eretitel „Dame" onderscheiden actrices Edith Evans en Sybil Thomdike vervullen er onder regie van Frith Banbury de voornaamste rollen in. En nu moet men uit deze enigszins som ber ten aanzien van de hedendaagse dra maturgie gestemde inleiding niet de gevolg trekking maken dat de schrijvers stil zou den zitten en het aan ernstige pogingen ontbreekt. De import van talrijke middel matigheden van overzee door de Neder landse gezelschappen kan reeds het tegen deel bewijzen. Maar sterker nog spreekt de mededeling van Ronald Adam, de directeur van het Embassy Theatre, in zijn inleiding tot de nieuwste bundel der onder zijn be heer vertoonde werken, dat hij na de oor log per jaar gemiddeld 1500 stukken kreeg aangeboden, waarvan er misschien tien bruikbaar waren. Evenmin mag men zeg gen: „Nu ja, dit geldt speciaal voor het West End, waar het alleen om het winnen gaat. Het wagen gebeurt elders." Want wat de naar vernieuwing strevende, finan cieel onafhankelijke theaterclubs de laatste tijd te zien hebben gegeven was weinig be langwekkend, al mag men de ontdekking nu alweer enige jaren geleden van de woordenrijke, zeer dichterlijke Christo pher Fry natuurlijk niet vergeten. In de kleine schouwburg The Lyrie, Hammer smith, werd eind September diens spel over het doorbreken van het Christendom in Engeland onder de titel „Thor, with angels" met Jack Hawkins in de hoofdrol ten doop gehouden, in één programma met de bijzonder amusante schets „A Phoenix too frequent", die binnenkort door een ensemble met Jean Wilson en Walter Hudd ook in Haarlem zal worden vertoond. Twee nieuwe stukken van de nog jonge Peter Uskinov, die „toneel voor de gewone man" wenst te schrijven en van wie men voort durend niet geringe verwachtingen blijft koesteren, maken het weinig opzienbarende lijstje vol. Oude zorg en glorie Doch dit alles biedt gelukkig nog geen aanleiding om het vertrouwen in de toe komst van het toneel te verliezen. Derge lijke zwartgallige balansen worden nu een maal altijd opgemaakt zolang men de pe riode waarin men verkeert niet kan over zien en met een voorgaande vergelijken. Tot vertroosting moge verder de eens door Bernard Shaw gemaakte opmerking gelden: „Het theater is er onder alle omstandig heden beroerd aan toe." In de loop van de vorige eeuw zijn er trouwens in Frankrijk, volgens een opgave van Sarcey, tientallen brochures verschenen over de vraag of de dramatische kunst nog wel te redden zou zijn. Daarbij kwam in twaalf alarmerende titels het woord „achteruitgang" voor! En omstreeks 1840 schreef de Engelse geschied schrijver Thomas Carlyle: „Al twintig jaar lang horen wij bijna dagelijks zeggen dat het toneel dood is, althans op apegapen ligt!" Maar wie nu als belangstellend waar nemer door de straten van Westminster loopt, bemerkt hoeveel er intussen deson danks tot stand werd gebracht. In talrijke theaters immers wordt de herinnering aan het roemrijke verleden levend gehouden. Bij het zien van die over het algemeen van buiten zeer lelijke gebouwen voelt men tal loze associaties opkomen met beroemde na men uit wat men thans als bloeiperioden erkent. Meestal zijn dit namen vanac teurs, slechts een en'kele keer van schrij vers. Zo is het onmogelijk langs de konink lijke schouwburg in Drury Lane te komen zonder te denken aan de brillante maar onbetrouwbare Sheridan, die hier na zijn eerste successen in Covent Garden de scep ter zwaaide en in 1777 zijn meesterwerk „Lessen in laster" (The school for scandal) schreef en onder toezicht van David Gar- rick liet opvoeren. De repetities waren al begonnen, toen het stuk nog lang niet ge reed was. Daardoor ontstonden er vaak heel wat moeilijkheden als er geen nieuw materiaal voor de spelers uit zijn pen vloeide. Maar Sheridan, vast besloten het succes van zijn leven te boeken, liet zich door niets en niemand overhaasten. Toen hij eindelijk in zijn grote werkkamer (die men ondanks de grote brand van 1809 en de verbouwingen nog steeds bezichtigen kan, want de Engelsen houden van zulke monumenten) de laatste zinnen haastig had neergepend, voegde hij daar de woor den aan toe: „Eindelijk klaar. Gode zij dank." De souffleur Hopkins nam het ma nuscript direct mee naar zijn hok en schreef er, na de tekst te hebben gelezen, nog één woord bij: „Amen!" Van datzelfde Drury Lane zouden nog tientallen historische anecdotes te vertel len zijn als daar ruimte voor beschikbaar was. Het theater is gesticht door Thomas Killigrew in 1663, de man die vijf jaar later echte paarden ten tonele liet ver schijnen onder het motto: „Geef het publiek wat het buiten voor niets kan zien en het succes is verzekerd." Wie een paar jaar terug Comedia het blijspel „De roep van de tortel" heeft zien opvoeren, weet uit er varing hoe waar dit nog altijd is, want de daarin vertoonde echt-werkende keuken inrichting met water, gas en licht, oogstte luide kreten van verbazing uit de zaal! In de tijd van Killigrew werden de stukken van de onlangs door T. S. Eliot warm ver dedigde John Dry den voor het eerst opge voerd, met als ster de aantrekkelijke Nell Gwynne, die ieders hart veroverde en na als sinaasappelenverkoopster begonnen te zijn tenslotte de minnares van koning Char les de Tweede werd.Tegenwoordig is Drury Lane een theater voor pantomime en muzi kale shows, dat zich vooral dank zij de kort geleden gestorven Ivor Novello nieuwe roem verwierf. Met het „Lyceum" van Henry Irving die iedere Zaterdagavond zijn toespraak tot het publiek besloot met de woorden: „uw nederige, zeer verplichte en gehoor zame dienaar" is het minder gunstig ge steld, want dat eens zo hoog in aanzien staande theater is thans een mondaine dansgelegenheid. Is de belangstelling voor het toneel misschien aan het afnemen? Ik geloof het niet, al kan men voor alle voor stellingen gemakkelijk plaatsen krijgen, op een enkele uitzondering na. En al zijn op het ogenblik zestig van de honderd acteurs in Londen zonder werkOf wordt er zoveel minder goed gespeeld? Wij zullen het gaan zien. DAVID KONING. LOONCOMPENSATIE VOOR IIET OVERHEIDSPERSONEEL Naar het A.N.P. verneemt is te verwach ten, dat ook voor het overheidspersoneel compensatie zal worden gegeven voor de loonachterstand over het tijdvak van April 1951 tot nu toe. Vermoedelijk zal door het rijk een bedrag worden gegeven, dat na af trek der loonbelasting uniform is over de gehele linie. In de Waalhaven in Rotterdam is Dins dagnacht een 38-jarige Engelse stoker van het Britsche stoomschip „Wychwood" bij het overstappen van een bootje, dat hem naar zijn schip bracht in het water gevallen eu verdronken. Maar dan met zo'n exclusieve wollen van: S K 11 A lVi-t HERENMODES Spaarnwouderstraat 47-80 Haarlem

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1951 | | pagina 7