Speciale dienst voor lichamelijke opvoeding en sport op school LAXEERAKKERTJÏS Kop op! Steek 'n sigaar op! Export naarFinland zal sterk dalen Nederigheid Ms. „Safi" Zondag door Spaarndammer sluisje DONDERDAG 13 MAART 1952 HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 3 GEMEENTERAAD HAARLEM Schoolgeldverlaging voor middelbaar onderwijs Een „GELO"-product, verkrijgbaar in de slijterij Koning Gustaaf Adolf als kunstkenner Reinig Uw ingewanden en voorkom verstopping. Neem eens per week 1 of 2 Tabaksnevelen in het Proveniershuis Concertgebouw bij oude en nieuw exploitatie BIJ WINDSTIL WEER Verkeersom legging De Haarlemse gemeenteraad besloot gistermiddag tot oprichting van de „Dienst voor de Lichamelijke Opvoeding, de Sport en de Jeugdzaken" en benoemde met algemene stemmen tot hoofd van deze Dienst de heer S. Heyers, die op het ogen blik de scepter zwaait over de afdeling Lichamelijke Opvoeding der gemeente secretarie. De heer Heyers zal de titel krijgen van inspecteur. Het hacl overigens heel wat voeten in aarde voordat deze benoeming er door was: Verscheidene raadsleden zagen zich voor hun geestesoog al conflicten afspelen tussen deze inspecteur en de vakleraren die het, naar men veronderstelde, aller minst prettig zouden vinden om geïnspec teerd te worden. Enige vroede vaderen meenden bovendien dat zo'n inspecteur niet nodig was, omdat de hoofden der scholen verantwoordelijk zijn voor de stof die op hun onderwijsinstellingen wordt gedoceerd. Omdat er ook nog een inspec teur L.O. zal komen, meende mevrouw S c h e 11 e m a-C o n r a d i (WD) twee kapiteins op andermans schip te zien. Wethouder Geluk zag die niet: De kapitein zit op het stadhuis. Ook de Nederlandse vereniging van leraren in lichamelijke opvoeding bleken weinig prijs te stellen op de benoeming van een inspecteur. Zij richtten tenminste een telegram tijdens de raadsvergadering aan B. en W., met het verzoek om de be noeming aan te houden. Dat gebeurde niet, want de heer Voogd (P. v. d. A.) stelde iets voor waar men zich éénstemmig mee kon verenigen: De inspecteur wordt benoemd en een om schrijving van zijn taak wordt ter kennis van de raad gebracht. Bezwaren tegen de dienst zelf waren er weinig. De raad was het met wethouder Geluk roerend eens dat de dienst er moet komen, teneinde het gemeentebestuur in staat te stellen zijn taak ten aanzien van de lichamelijke opvoeding zo goed mogelijk te vervullen. Waar tot nu toe geen overleg is geweest met de onderwijscommissie, zal haar advies wèl ingewonnen worden bij de uitwerking van de plannen. Toen de heer Geluk bovendien als financiële consequen tie slechts het onderhoud van een kleine staf personeel en de huisvesting had ge noemd, was er niets meer dat de raad er toe zou kunnen brengen tegen te stemmen. Woningbouw Op 18 Maart zal de bouw van 96 wonin gen ten Zuiden van de Dunklerstraat wor den aanbesteed. De Haarlemse Woning stichting „Vooruitgang" gaat die huizen daar bouwen. De gemeente heeft er 1.120.000,voor ter beschikking gesteld. Enige leden zagen haken en ogen aan de plannen. Zo werd onder meer de huur ter sprake gebracht, die gemiddeld 10,40 per week bedraagt. Dat vond men over het algemeen nogal hoog, vooral omdat in die 10,40 de aanleg en het onderhoud van de tuinen nog niet is begrepen. De heer G o e d d e e (P. v. d. A.) vrees de ernstige moeilijkheden. Straks zal een arbeider, als hem een woning wordt aan geboden, wellicht moeten weigeren, omdat hij de huur niet kan betalen. Zulks zou, volgens de heer Goeddee, de oplossing van de woningnood in de weg staan. Hij vroeg dan ook naar de mogelijkheid een huur- bijslagregeling in het leven te roepen, welke mogelijkheid naar wethouder An- g e n e n t verklaarde, de belangstelling van B. en W. heeft. De heer Fib be (WD) joeg de wet houder tegen zich in het harnas door te insinueren dat de samenwerking tussen het college en de woningbouwverenigingen slecht was. Zo slecht, dat hij die samen werking formuleerde als „slik of stik". Hij stond een vorm van particuliere bouw ten gerieve van „de kleine man" voor. Voor de bouw van 354 woningen, 12 winkels en een kantoortje ten Zuiden van de Amsterdamsevaart werden voorschotten verleend aan de woningstichtingen „Het Oosten" en „Ons Huis". „Het Oosten" krijgt 1.719.000,voor de bouw van 165 woningen en „Ons Huis" ADVERTENTIE Koning Gustaaf Adolf van Zweden, die een officieel bezoek aan Noorwegen brengt, heeft het Noorse museum van kunstnijverheid bezichtigd. Hij had spe ciale belangstelling voor de verzameling van Oost-Aziatische kunst waarvan hij een kenner is Hij verklaarde dat twee Chinese kommen, die door het personeel van het museum als' „twijfelachtig" op zij waren gezet, echt waren. De beide voorwerpen, waarvan er een uit de Sung- periode (960-1279) of de Yan-periode (1280-1367) dateerde, kregen daarop on middellijk de plaats, die hun krachtens hun nieuw ontdekte waardigheid toe kwam. Als geschenk voor Koningin Louise kreeg de Koning een aantal van de uit 1752 daterende geconserveerde rozen, die het museum rijk is, mee. 1.888.000,voor de bouw van 189 wo ningen en 12 winkels. Schoolgeldverlaging De schoolgeldregeling kreeg de algemene instemming van de raad, hoewel niet alle leden het tarief voor cle Handelsavond school toejuichten. Sommigen constateer den daarin namelijk een relatieve ver hoging en zagen liever dat ook het bezoe ken van deze school goedkoper werd. Het blijft echter zoals door B. en W. is voorge steld. Tot nu toe had men een tarief dat stamt uit 1938. In 1950 zou dit aanvanke lijk gewijzigd woi'den, maar die wijziging werd opgehouden, daar de regeling die nu aan de raad werd voorgelegd, toen al in de pen was. Leerlingen van de Handels avondschool verdienen bovendien zelf, leerlingen van middelbare dagscholen komen geheel ten laste van hun ouders. De tariefsverlaging voor het middelbaar onderwijs kon worden toegepast, omdat van Rijkswege een volledige compensatie zal worden gegeven. Het Sint Elisabeths Gasthuis krijgt er een twee operatiekamer bij. Op de Haar lemse gemeentebegroting 1951 is er 100.000,voor uitgetrokken. De bestaan de operatiekamer zal worden ingericht als onderdeel van de gynaecologische afdeling. Nieuwe leermiddelen De school met de bijbel en de Teyler- school hebben nieuwe leermiddelen nodig. Boeken en leermiddelen die op het ogen blik in gebruik zijn blijken voor een deel verouderd te zijn. Er komen thans nieuwe: De Teylerschool krijgt voor de aanschaf daarvan ƒ3300,de school met de bijbel 1460,—. Hamerstukken Zonder hoofdelijke stemming en zonder enige discussie werd besloten: met de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten te Den Haag een geldlening aan te gaan van 829.624,tot consolidatie van de vlot tende schuld voor stichting c.q. herbouw van enige woningcomplexen; de balansen per 31 December 1950 en de verlies- en winstrekening over datzelfde jaar van de Woningstichting „Ons Belang" en „Het Oosten" goed te keuren; het besluit om het perceel Kleverparkweg 52 te kopen voor 17.500,in te trekken; het besluit om het perceel Wilsonsplein 911 voor vijf jaar te huren tegen ƒ4.000,per jaar eveneens in te trekken; de verordening op de heffing en invordering van een vuilnis emmerretributie te doen ingaan op 1 Februari 1952; het bedrag van 20.000, die was uitgetrokken voor het aanschaffen van een tractor met oplegger voor het ADVERTENTIE ADVERTENTIE Energiebedrijf te verhogen tot 22.950, voor het ophogen van gronden ten Zuiden van het Slachthuiskwartier 639.000, beschikbaar te stellen; aan mevrouw M. E. Jonker van der Meer een stuk grond van ongeveer 756 viei'kante meter aan de Crayenesterlaan te verkopen voor 12, per vierkante meter; aan de heer A. de Haan 936,71 als schadevergoeding toe te kennen voor een ongeval dat hem is over komen; de woningen Amsterdamsevaart 122, 124 en 126 onbewoonbaar te verkla ren; subsidie toe te kennen aan enige in Haarlem werkende organisaties; de heer K. Dillingh te Naarden voor één jaar te benoemen tot scheikundige bij de Keu ringsdienst van Waren. De werkloosheid Naar aanleiding van enige vragen, die de heren Jansen en Goeddee (P. v. d. A.) B. en W. over de werkloosheid had den gesteld, ontstond een langdurig debat nadat de heer Jansen zijn vragen had toe gelicht. De heer Jansen betoogde onder meer dat de kern van de huidige werk loosheid gezocht moet worden in de acti viteit van de bouwnijverheid. Hij vroeg welke maatregelen B. en W. kunnen nemen om de bouwactiviteit sterker te stimuleren dan tot nu toe het geval is geweest. Wethouder H a p p toonde zich opti mistischer dan de heer Jansen. En is geen sprake van een werkloosheid die een per manent karakter draagt of die alarmerend is. Ten aanzien van de bouwactiviteit was hij evenmin pessimistisch: Er staan nog heel wat woningbouwplannen op uitvoe ring te wachten en bovendien zal ook in dustriële bouw de aandacht gaan vragen. De heer Happé zag een spoedige vermin dering van de werklooseid niet alleen in de bouwnijverheid, maar ook in de aan verwante bedrijven. De heer Happé gaf de raad de verzekering dat B. en W. het hunne er toe zullen bijdragen om de werk loosheid te verminderen. Als een van de middelen ter bestrijding noemde hij de werkverschaffing en hij voegde er aan toe dat in de werkzaamheden der G.W.S. meer continuïteit moet komen. Normaal werk tegen normale voorwaarden, moet volgens de wethouder echter voorrang hebben boven werk van de werkverschaffing. De directeur van Openbare Werken is inmid dels om advies gevraagd in hoeverre er werkverschaffingsmogelijkheden in Haar lem zijn. De communistische fractie diende hier op van repliek. Ze achtte het niet uitge sloten dat de vragenstellers een verkie zingsstunt aan het uithalen waren en haalde er de regerings- en de wereldpoli tiek er bij om aan te tonen dat iedereen het bij het verkeerde einde had; behalve de Communistische partij. In het Haagse gemeentemuseum wordt van 20 Maart tot 4 Mei een Joegoslavische goodwill-tentoonstelling van Volkskunst gehouden. De tentoonstellingsstukken, die een indruk willen geven van de rijke schakeringen in het Joegoslavische volksleven, heslaan een oppervlakte van 15Ó0 m2 en vertegenwoordigen een waarde van 20 millioen Dinar. Het uitpakken van de levensgrote poppen, die in de klederdrachten uit verschillende delen van Joegoslavië gestoken zullen worden. De costziums werden door de bevolking zelf vervaardigd. Een sigaar is toch maar je ware 1 Als het leven u boven het hoofd groeit, geeft een geurige si gaar u troost en nieuwe moed. En een sigaren- roker zal nooit een slachtoffer worden van 'INHALOSE'. „Finland, dat in 1951 een gouden tijd beleefde, zal waaschijnlijk op ernstige wijze de terugslag ondervinden, van de economische maatregelen in Engeland en van soortgelijke moeilijkheden in Frank rijk en Argentinië. Dit zal in 1952 zonder twijfel zijn nadelige invloed doen gevoelen op de invoer van Nederlandse producten in Finland", aldus de heer A. J. Th. van der Vlugt, Nederlands gezant in Helsinki, die in Amsterdam voor leden van de Ne derlandse Maatschappij voor Nijverheid en Handel een causerie hield over Finland. De totale Nederlands-Finse handels- omzet bedroeg het vorig jaar 350 millioen gulden. Dit jaar kan het uitgesloten worden geacht, dat dit bedrag ook maar zal worden benaderd. De economische verhouding zal dit jaar voor zover het Nederland aangaat op zuiver bilateraal peil moeten staan. Een devaluatie achtte de gezant in de toekomst wel denkbaar, omdat de Finse productiekosten, mede door de inflatie, zo hoog zijn geworden, dat deze 20 tot 25 percent boven het peil van Zweden liggen en bovendien, omdat de officiële koers van de Finse mark de werkelijke verre over treft. Met nadruk betoogde de gezant, dat Fin land in geen enkel opzicht mag worden be schouwd als een satelliet van de Sovjet Unie. Het is niet waar, dat Finland zich zoals wel eens wordt verondersteld in geval van oorlog aan Russische zijde zou moeten scharen. Het mag zich dan afzijdig houden, ook volgens het Fins-Russische vriendschapspact. Bij hét sluiten van dit verdrag hebben de Finnen destijds diverse eisen gesteld, waarbij Rusland zich heeft neergelegd. Verscheidene malen heeft de Sovjet Unie volgens de heer Van der Vlugt de gelegenheid gehad Finland te bezetten, maar het heeft dit nimmer gedaan. Als een van de vermoedelijke politieke redenen daarvoor zag hij dat Finland een politiek vacuum vormt in die zin, dat Finland een absolute neutraliteit in acht neemt. Woensdagmiddag in een Haarlemse ta bakshandelaar de gezelligheid in de UVV- sociëteit voor ouden van dagen in het Proveniershuis komen verhogen met een vermaak, dat in Purmerend werd herbo ren, namelijk: het wedstrijdroken. Hij had een hoeveelheid tabak meegebracht, die wel voor zes sociëteiten voldoende zou zijn, en liet de bejaarde deelnemers aanrukken met hun pijpen. Waar het er om ging, wie het langst rook aan de vulling van zijn pijpekop zou kunnen ontlokken, leverden de verschillende grootten van de pijpen natuurlijk enige moeilijkheden op. Maar daar had de organisator op gerekend door in de uitslag ruimte te laten voor tien win naars. Hij wilde de oudjes niet vermoeien met allerlei minutieuze wedstrijdbepalin gen en voorzorgen zoals het meten van de vochtigheidsgraad van de tabak, maar vol stond met enig toezicht. Toen alle pijpe- koppen waren volgepropt commandeerde hij „lucifers gereedhouden" en vervolgens gaf hij het startsein door middel van een schril fluitsignaal. Knetterend brandden aan alle kanten de zwavelkopjes los en schalks huppelden de vlammetjes op en neer toen de tabak werd „aangezogen". Van alle zijden kringelden de eerste wolk jes omhoog om zich later met de volgende te vermenigvuldigen tot een steeds dichter wordende blauwe damp. Een van de oudjes controleerde naarstig of er stiekum geen pijpen ten tweede male werden aangestoken en keerde daartoe steeds terug bij een man, die zolang met trekken wachtte, dat het vuur in zijn pijp bijna gedoofd was. Maar steeds weer opnieuw wist hij nog juist op tijd het vuur aan te wakkeren en dan keek hij triomfantelijk rond. Sommige mannen hadden nog gepro beerd om ook de vrouwen tot deelneming aan te zetten, maar die wendden zich hoog hartig af met de woorden: „dan moet je maar met sigaretten aankomen". Men had de tabakshandelaar ook verzocht om eens een pruim wedstrijd te organiseren maar hij deelde mede dat dit teveel technische moeilijkheden zou ontmoeten en dat 'een rookwedstrijd tenslotte al gezellig genoeg was. Af en toe zag men elkaar eens taxerend of een beetje wantrouwig aan, maar dat hoort bij alle wedstrijden. Hinderen deed men elkaar niet. Dit is namelijk bij het ro- kon wel mogelijk, door bijvoorbeeld, zoals de tabakshandelaar zeide te hebben mee gemaakt, met petten elkander de pijpen uit de mond te werpen. Dit is gelukkig niet gebeurd want alle petten hingen aan de kapstok. De tien winnaars zijn beloond met een pakje tabak. Het dezer dagen verschenen „verslag omtrent de toestand" van het Concertge bouw N.V. te Amsterdam begint aldus: „Met het seizoen 19501951 wordt een hoofdstuk afgesloten in de geschiedenis van onze vennootschap. Het orkest immers, dat sedert de oprichting gedurende ruim zestig jaren het voornaamste onderdeel vormde van onze bemoeiingen en niet alleen het artistieke beeld, maar ook de financiële positie wezenlijk bepaalde, maakt tot ons groot leedwezen geen deel meer uit van de organische structuur onzer instelling". Gehoopt wordt dat de con- nuïteit en de waarden der traditie in cul tureel opzicht zoveel mogelijk bewaard mogen blijven. De balans sluit op een bedrag van 1.722.230,07 en het tekort op de verlies- en winstrekening 229.479,64. Nu de omstandigheden er toe geleid hebben, zo wordt tenslotte opgemerkt, dat de exploitatie van het orkest door Het Concertgebouw N.V. werd afgesloten, is tevens een einde gekomen aan de finan cieel onhoudbaar geworden situatie, dat de N.V. de steeds stijgende lasten dezer ex ploitatie zelfs met behulp van belangrijke overheidsbijdragen niet meer vermocht te dekken. „Dat men bij het onvermijdelijk toenemen van financiële steun van de overheid de rechtstreekse band tussen overheid en orkest heeft verkozen in plaats van de traditionele constructie, zal stellig door velen uit artistieke en organisatori sche overwegingen worden betreurd. In de financiële positie van Het Concertgebouw N.V. kan deze keuze in de toekomst ech ter enige verlichting teweegbrengen." Er is eens een gouden tijd ge weest voor mensen die zichzelf in de hoogte wilden steken, dat was toen de wereld nog ge legenheid tot indrukwekkende daden bood. Er stonden toen wat kastelen op bergtoppen temidden van een ongeregelde maatschappij, en ge behoefde er maar op uit te trekken op een paard, en met een ijzeren pak aan. De ridders daalden langs de kronkelpaden uit hun kastelen neer en zochten de roem daar beneden, waar hij te grijp lag. Ge woont als ridderzoon op een kasteel en ge hebt uw jeugd lang slechts slaan, ste ken en boogschieten geleerd waarom zoudt ge dan op een schone dag niet daarbuiten eens gaan zien of er niets te slaan, te steken of te schieten valt? De zoon kiest een sterk paard uit de stallen, hij trekt zijn Zondagse maliënkolder aan en zegt tot vader en moeder Rid der: Kom, ik ga eens wat roem zien te vergaren. Zo gaat dat. Met thuiszitten en lezenleren wordt ge geen held. De vader heeft in zijn jeugd ook een aardig partijtje mee- geslagen, gestoken en gescho len, hij ziet zijn nazaat de eer van het huis hooghouden en heeft er plezier in. Daaronder aan de berg, waar op de hoogste top het kasteel zijn transen verheft, zitten monniken in hun lage behui zing in boeken te neuzen en te tekenen. Zij zien de ridderzoon langs gaan en denken aan de maatschappij, die na hen ko men zal waarin er voor ridderzonen nuttiger dingen te doen zullen zijn. Maar zij kij ken snel weer neer op hun ar beid, want zij vrezen het boek niet uit of af te zullen krijgen vóór hun dood. Zij zoeken geen roem, maar wijsheid. En als er geslagen of geschoten moet worden, mui zen zij weg in hun cellen met trillende knieën. Maar hun boeken bestaan heden nóg. De ridderzoon komt terug en het is geen kleinigheid, wat hij in de wereld bruingebakken heeft. Er zijn vijanden gemaakt en vervolgens verslagen, er zijn kastelen in brand gestoken en schatten geroofd. Hij brengt een wagen vol goud en zilver en een blazoen vol wapenfei ten mee, dat moet ge niet uit vlakken. Als hij voorbij het klooster komt, zegt hij be scheidener is hij niet gewor den dat de monniken hem eens goed moeten aankijken, want zo een held zien ze niet alle dagen. De monniken kij ken om hem een plezier te doen, want zij hebben het niet op zijn scherp zwaard begre pen. Maar zij denken er inge togen het hunne van. Dat kon toen ook al daar is nooit iets tegen uitgevonden. Maar de abt is een kordaat man, hij loopt op zijn laatste benen en heeft al zijn boeken uit. Wat kan mij gebeuren, denkt hij en hij zegt: Ge zijt geen groot man, jongen. Want alle grote mannen zijn beschei den. En dat leert ge nooit, al wordt ge duizend jaar. Zie, dat trekt de ridderzoon op zijn fatsoen en hij peinst er over, zonder zijn zwaard te trekken. De abt kan nog wat langer op zijn laatste benen lopen en opnieuw aan wat boeken beginnen. De ridderzoon peinst zolang, tot hij weet wat er gebeuren moet. Hij trekt een doorde weeks gewaad aan en klopt aan de kloosterpoort, zonder zwaard of lans. Ik ben een groot man, zegt hij, en daarom wil ik bescheiden heid leren. Laat mij hier wat wonen, dan kunt ge me zeggen hoe ik zover komen kan. Grote mannen worden gebo ren, niet gemaakt, zegt de abt, maar ge kunt het proberen. Komt erin en doet alsof ge thuis zijt. Ge kunt hier voor spek en bonen een poos blijven wonen, ik zal u een pij en een cel geven. En begin met te bedenken, dat ge nederig moet zijn. Nederig ot ge u zelve niet meer ziet. Het is een hard leven. Bij het ochtendgrauwen uit bed en met de kippen op stok. Er wordt niet gesproken of ge vloekt, niet met degens ge meesterd of met sporen geram meld. Er wordt gelezen, ge schreven, gemediteerd en ge peinsd, gebeden en geduld ge oefend. Het is een huis van geesten in bruine gewaden, van sobere koele gangen en harde britsen. Een huis van bruine bonen en grauw brood. De ridderzoon loopt daar wat rond te treuzelen en zich te vervelen, hij heeft gedurig honger en slaap op de verkeer de momenten. Maar hij houdt vol, hij wordt met de dag ne deriger. En de monniken zien het met verwondering, zij had den dat niet achter hem ge zocht. Er komt een dag waarop de abt hem een examen in de ne derigheid afneemt en hij slaagt met een ruime voldoende. Hij laat een knecht uit het kasteel komen met zijn Zon dagse pak en zijn beste paard. Hij trekt zijn pij uit en zijn fluwelen costuum aan. En hij neemt afscheid van de mon niken, die blij zijn voortaan weer vijf bonen méér op hun bord te krijgen. Hij stijgt op en zegt: Kijk maar eens goed, want hier vertrekt een groot man een man die nederiger is dan gij allen te- samen. Er is nooit een nederi ger man geweest dan ik. En niet voor het een of ander, maar ik zal zorgen dat ieder een het te weten komt. De monniken gaan weer naar hun boeken en de abt kijkt de ruiter na, die fier over het bergpad naar boven rijdt. En hij wil tevreden naar binnen gaan, als hem plotseling de waarheid te binnen schiet. Hij geeft een schreeuw dat de monniken naar de kelder vluchten en zegt: Ik had hem dat nog moeten vertellen. Dat alle grote mannen nederig zijn is niet genoeg. Er hoort nog wat bij. Zij mogen het zélf niet weten. J. L. Een Amsterdamse specialist i?i het repare ren van antieke uurwerken reviseert hier een zeldzame Franse „cartelklok"een kasteelklok uit het laatst van de zeven tiende eeuw, afkomstig uit Lyon. De klok is 1,50 m. hoog, 80 cm. breed en 30 cm. diep. Aan de buitenkant is zij geheel bedekt met een laag bladgoud van 18 karaat. Het glas is met de hand gegoten. De van goud ver vaardigde wijzers zijn met de hand gegra veerd. Het uurwerk heeft een gong-slag werk en kan dertig dagen lopen. Het is in zijn soort het enige ter wereld. Rechts van deze klok, hierboven afgebeeld, hangt een Chinees wandklokje, vervaardigd van palissanderhout. Het is van het zogenaamde spillegang-type; de aandrijving geschiedt door een gewicht dat aan een snaar is ver bonden. In het gewicht bevindt zich een speel- en slagwerk. Indien het voldoende windstil is zal Zondag het nieuwe motorschip „Safi", een product van de Haarlemse Scheeps bouwmaatschappij voor Indochina, met grote voorzichtigheid door het sluisje in Spaarndam naar buiten worden getrok ken. Het was tot nu toe dit nauwe sluisje, dat uitmaakte welke de maat zou zijn van de zeeschepen, die op de Haarlemse wer ven van stapel liepen. Maar met de bouw van de „Safi" heeft de Haarlemse Scheeps bouwmaatschappij de rollen omgedraaid. Dit schip, dat breder is geworden dan het sluisje gedoogde, heeft nu uitgemaakt hoe breed dit sluisje moest worden. En er zijn steenhouwers uit Amsterdam gekomen, die maandenlang elke Zaterdag en Zondag, wanneer er geen schepen hoefden te wor den geschut de walbeschoeiïng met hun beitels hebben bewerkt, totdat de sluis breed genoeg was (12,07 meter) om het schip (11,99 meter) door te laten. Deze verruiming van de sluiskolk is echter nog niet voldoende. Want ook de ophaalbrug over dit water staat in de weg. De draag vlakken en de balansen van de brug zul len daarom even tevoren door mannen van de genoemde werf met behulp van een drijvende bok worden gedemonteerd en na de doorvaart weer worden bevestigd. De ankers van de „Safi" zijn reeds aan de buitenkant van de sluis bevestigd en Zon dag worden de staaldraden, die er aan zijn bevestigd verbonden aan de winch van het schip dat daardoor zichzelf aan zijn ankèrs langzaam door de sluis zal trekken. Hoe voorzichtig dit karwei moet gebeuren en waarom de aanwezigheid van de wind niet op prijs wordt gesteld wordt wel duidelijk geïllustreerd door de ruimte die het schip aan weerszijden zal hebben: vier centimeter. Daarna vaart de „Safi" eerst naar Amsterdam, waar hij in het dok van de Amsterdamse Droogdokmaatschap pij nog een verfje aan de kiel krijgt en indien alles naar wens verloopt maakt het vaartuig Woensdag uit IJmuiden zijn proef vaart naar Rotterdam, waar de Franse vlag er op wordt gehesen. Het wegverkeer over de IJ-dijk in Spaarn dam zal, naar de politie ons mededeelt, Zondag van 's morgens zeven uur af ge stremd zijn. tot hoelang is uiteraard moei lijk te voorzien. Zaterdag nog wordt be oordeeld of het, gezien het weer, verant woord is om de volgende dag de „Safi" door het sluisje te slepen. Is het te winde rig, dan zal de onderneming moeten wor den uitgesteld.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1952 | | pagina 5