Het kind is koning in Italië
Mijn zoon lucht zijn
kennis over een kat
Eerste hulp bij vlekken
De jeugd groeit erondanks haar buitensporige
vrijheidop tot een beminnelijk volk
„Houdt de lamp
brandende"
Par ij se silhouetten
Verkooplokaal NOTARISHUIS
coupe spéciale
FEUILLETON
De fluistercampagne
ZATERDAG 17 MEI 1952
Van onze correspondent in Rome)
Het woord vlekken zal bij alle lezeressen
heel onaangename herinneringen hebben.
De een denkt weer aan het verre verleden,
toen over haar eerste baljurk een glas li
monade viel, de ander denkt aan een feestje
waar wijn over haar beste japon gestoten
werd, weer iemand anders herinnert zich
een kleedje dat ontsierd werd door een
inktvlek, en zo zouden wij nog een tijdje
kunnen voortgaan. Daarom willen wij u
hier eens enkele aanwijzingen geven, voor
wat u moet doen zodra de vlek gemaakt is.
In het algemeen moet men geen vlekken
halen uit erg vuil goed, want dan blijft er
dikwijls een lichte kring over. De kring
kan behalve door de tegenstelling schoon-
vuil ook ontstaan doordat men teveel vlek-
kenmiddel gebruikt of doordat men na het
ontvlekken het middel niet laat verdampen
of niet wegspoelt. Men moet altijd met een
vlekkenmiddel betten aan de achterkant
van de stof met een niet pluizend lapje. De
goede kant der stof legt men op een opge
vouwen doek. Het is namelijk de bedoeling
om met het vlekkenmiddel van de achter
kant tegen de stof te betten, waardoor het
vuil in de doek terecht komt. Men moet de
vlek dus steeds verleggen op een schoon
gedeelte van de doek. Het betten moet
steeds gebeuren van de omtrek van de vlek
naar binnen toe.
Wanneer u zich bij het naaien in de vin
ger prikt en een bloedvlek je op het naai
werk krijgt, maakt u dit meteen voorzich
tig met een heel klein beetje lauw water
weg. Een methode, die vlugger gaat en in
het geheel geen kringen op nieuw goed kan
geven is een met speeksel bevochtigd
draadje op het vlekje leggen, het bloed
trekt in dit draadje en het vlekje is dus
weg.
Een verse inktvlek zo veel mogelijk op
zuigen met een vloei en dan direct betten
met water en azijn. Is er zo gauw geen
azijn bij de hand, dan kunt u ook oude
melk of karnemelk nemen. U zult zien, dat
de vlek op deze manier al bijna helemaal
weggaat. Daarna het hele stuk liefst was
sen.
Betreft het slechts een vlekje op een
schoon stuk, dan het vlekje nabetten met
schoon water.
Bij een vetvlek moet men eerst het vet
zoveel mogelijk opzuigen met vloeipapier
en daarna met niet te heet strijkijzer uit
strijken tussen vloei- of grauw papier. Een
andere methode is de vetvlek met tetra of
wasbenzine te verwijderen. Bij het werken
met tetra of wasbenzine moet men altijd
zoveel mogelijk buiten werken, en als dit
helemaal onmogelijk is, dan moet men zor
gen dat men voor een open raam werkt
en dat in dat vertrek geen brandende gas
vlam of kachel is.
Een vlek van een ball-point kan men
verwijderen met spiritus. Hierna moet men
de vlek meestal uitspoelen of uitwassen,
daar de spiritus meestal een gekleurde
kring achterlaat. Gebruikt men inplaats
van spiritus alcohol, dan heeft men hier
geen last van. U moet er echter wel reke
ning mee houden dat alcohol een héél duur
vlekkenmiddel is.
Een verse verfvlek wordt gebet met ter
pentijn of terpentina. Terpentina is een
vloeistof, die in het gebruik op terpentijn
lijkt, maar veel goedkoper is.
Wijnvlekken moeten direct met zout be
strooid worden, daarna het zout er af vegen
en de stof als het kan uitspoelen met lauw
water of alleen de vlek boven een kom
spannen en doorgieten met lauw water;
wassen in een sopje van huishoudzeep zal
de rest van de vlek wegnemen; ook kan
men alleen de vlek aansmeren met zeep en
dan doorgieten met lauw water; men hoeft
in dit geval niet het hele tafelkleed of kle
dingstuk uit te wassen. Koffie-, thee- en
chocolade-vlekken met lauw water betten.
Is het een wasbare stof, dan daarna liefst
wassen.
Een andere keer kunnen we dan eens de
behandeling van oude vlekken onder de
loupe nemen. Het is echter wel te begrij
pen, dat lang niet alle vlekken hier ge
noemd kunnen worden, maar de meest
voorkomende zullen dan besproken worden.
ADVERTENTIE
Italië is en niet sedert vandaag of gis
teren een land, waar alles om het kind
draait. Wij noemen onze tijd graag „De
eeuw van het Kind". Ten Zuiden van de
Alpen is, voor zover wij kunnen nagaan,
iedere eeuw „de eeuw van het kind" ge
weest.
Wie uit het Noorden komt, verbaasd zich
telkens weer over de wijze, waarop de
Italiaanse republiek eigenlijk geregeerd
wordt door een paar millioen peuters met
kraaiende stemmetjes en lachende ogen.
Nederlandse moeders zouden vaak de
handen wringen van ontzetting, wanneer
zij zouden zien hoe haar Italiaanse zusters
de opvoeding verstaan. Het kind in Italië
mag alles, is centrum van het gezin en zelfs
van het sociale leven.
Cornelia, de moeder der Gracchi, die op
haar kinderen wijzend, trots tot haar rijke
gasten zei: „En dit zijn nu m ij n juwelen",
is kennelijk het voorbeeld van alle Ro
meinse moeders geworden. De gedachte dat
„wanneer er mensen komen" de kinderen
in een kinderkamer moeten worden afge
zonderd, zou in een Italiaans brein een
voudig niet kunnen opkomen. Trouwens de
gasten zelf zouden, nog vóór goedendag te
zeggen, vragen: „waar zijn de kinderen"?
Bezoekt men een Italiaans gezin dan is
het vanzelfsprekend, dat men in de eerste
plaats belang stelt in de kinderen, die zich
allerlei vrijheden veroorloven (zo ziet al
thans de Noordeling het meestal) en die
worden verzocht hun schoolse wijsheid te
luchten, versjes oP te zeggen, te dansen en
wat dies meer zij. De Italiaanse moeder
Met vreugde begroeten wij een fris, eer
lijk en boeiend meisjesboek van de Boe
kenclub „De Muiderkring". „Houdt de
lamp brandende" is een originele beschry-
ving van de studietijd van verpleegsters in
een Amerikaans ziekenhuis. De schrijfster
Sheila Mackay Russell heeft zichzelf in de
plaats van een der leerling-verpleegsters,
Susan, geplaatst en door de ogen van dit
meisje ziet zij de samenleving in 'n zieken
huis, de problemen der zieken. Zij maakt
kennis met leed, met moed en met onbe
daarlijke vrolijkheid. Susan wordt volwas
sen, en rijp genoeg om de lamp die Flo
rence Nightingale eens langs de slagvel
den droeg, brandende te houden. Het boek
is met ernst en gevoel voor humor ge
schreven. Clara Eggink vertaalde het.
D.
In Brindisi, Zuid-Italië, liggen de oesters
bijna voor het oprapen. Deze drie Italiaan
se jongens laten zich dit buitenkansje niet
ontgaan. Vol toewijding zijn zij bezig de
oesters open te maken en te verorberen.
De oestervangst en de verwerking van
deze zeedieren vormen belangrijke midde
len van bestaan voor de bevolking van
deze havenstad.
waakt over haar kinderen als een moeder
kat over haar jongen. De volksvrouw pleegt
al haar „bambini" ook 's avonds mee te
slepen naar een café-terras of een bioscoop.
Een ander ding, waar vreemdelingen
meestal niets van begrijpen, is dat de wei
nige zitplaatsen in trams en autobussen
voor het grootste deel bezet plegen te zijn
door kinderen tussen drie en twaalf jaar.
Zodra zij de tram binnenkomen, stormen
zij naar een plaatsje. Moeder blijft natuur
lijk staan, zo goed als tientallen andere
volwassenen, in wier hoofd het zelfs niet
zal opkomen een aanmerking te maken op
dit privilege der jeugd.
In Italië is het heel gewoon, dat een vol
wassene opstaat om zijn plaats af te staan
aan een kind. Is dit verkeerd? Wij geloven
het niet. Het kind in de groeiperiode is
waarschijnlijk minder goed besfan# tegen
het lange staan en het heen-en-weer ge
schokt worden dan een volwassene. En wat
het egoïsme betreft, dezelfde jonge Italiaan
die als kind altijd mocht zitten, zal als
jonge man spontaan zijn plaats afstaan aan
dames, aan moeders met kinderen en aan
heren op leeftijd.
Kastijding onbekend
Daar men van kinderen nu eenmaal alles
duldt, is het grote uitzondering, dat iemand
een kind een klap geeft.
Ook de armste moeder kleedt haar kin
deren zo goed als haar enigszins mogelijk
is en meer welgestelde moeders vinden het
vaak van meer belang, dat hun zoontje of
dochtertje „elegant" wordt gevonden dan
dat zij zelf aanspraak kunnen maken op
dit waarderend oordeel. Italiaanse kinde
ren, vooral in steden als Rome, Florence,
Milaan en Turijn, zijn kleine dametjes en
heertjes, voor het Noordelijk oog misschien
wel wat al te verzorgd. Het vreemde is
echter, dat die kinderen, levendig en druk,
al hebben zij weinig gemeen met onze rob
bedoezen, toch bijzonder aantrekkelijk zijn.
Zij spelen wat minder ruw dan hun leef
tijdgenootjes in het Noorden, zeggen „par
don" tegen elkaar, wanneer zij een kame
raadje hebben tegengesproken of ongewild
gehinderd, maar zij geven bij hun spel en
hun gesprekken blijk van veel fantasie,
waardoor ze toch weer heel dicht bij onze
eigen Pietjes en Annetjes komen. En het
meest verwonderlijke is, dat ondanks een
opvoeding waaraan volgens ons begrip alle
systeem ontbreekt, uit die verwende, maar
nooit zeurende en hoogst zelden verlegen
kinderen, tenslotte volwassenen groeien,
die een volk vormen, dat in zijn geheel ge
nomen zeker een der beminnelijke volke
ren ter wereld is.
In Frankryk wordt de jacht op certificaten en diploma's, indien dat mogelijk is, nóg
wat intenser gevoerd dan in ons eigen lieve vaderlandje en dat wil wel iets zeggen.
Nauwelijks zijn de kinderen de luiers ontwassen, of er worden, om zo te zeggen, in
Franse kleuterklasjes en soortgelijke etablissementen al rapporten uitgedeeld aan de
hand waarvan de ouders de vorderingen hunner telgjes kunnen controleren. Het netjes-
in-de-rij-lopen, het rechtop-zitten-in-een-bank, het niet-of-nauwelijks-meer bevuilen-
van-een-broekje, het zijn alle prestaties die hier blijkbaar in cijfers kunnen worden
uitgedrukt, wat ik op zichzelf wel heel knap vind van die Franse leerkrachten.
Dit eenvoudige jurkje is uitgevoerd in lin
nen jersey, een heel sterk materiaal dat
makkelijk te wassen is. Een hoedje en
handschoentjes van witte piqué geven er
een fleurige noot aan.
ADVERTENTIE
Dir. W. N. WOLTERINK
Bilderdijkstraat bij de Zijlweg
Haarlem - Tel. (K 2500) 11928
INBOEDELVEILING 27/28 MEI
Inzendingen van huisraad worden dagelijks
aangenomen. Eigen afhaaldienst
Meester ging niet
accoord met opstel
Maar om op mijn a propos te komen: ook
wij zijn nu onder de druk der examenspan
ningen geplaatst, omdat mijn ene negen
jarige zoon binnenkort een proeve van be
kwaamheid en verstandelijke ontwikkeling
af zal moeten leggen om tot het lyceum te
De Parijse mode-ontwerpster Carven is
een specialiste op het gebied van de zomer-
mode. Deze fleurige zomercreatie is uitge
voerd in witte shantung en met zachtrode
margrieten in open borduurwerk
gegarneerd.
worden toegelaten. De leeftijdsgrens tussen
het gewone en het middelbare onderwijs
ligt in Frankrijk namelijk een paar jaar
lager dan in Holland. Maar intussen is dat
dan toch maar een lyceum, een inrichting
van voorbereidend hoger onderwijs. U moet
het ventje kennen, dat daar nu heen zal
moeten. Het vorig jaar geloofde hij nog
onwrikbaar in Père Noël („Vader Kerst
mis") en ik ben er zelfs niet helemaal zeker
van dat hij het mysterie vandaag wel vol
komen doorziet. Een dat zal dan nu examen
moeten doen. Ten overstaan van heren die
hij niet kent en die wel verschrikkelijk
plechtig zullen zijn. Die hem een dictée
moeten geven en een onderwerp voor een
opstel en verder van die vreselijke sommen
over mannen die zo en zo vroeg hun huis
verlaten om zo en zo laat 's avonds weer
terug te komen en van wie je dan maar
even vertellen moet wat ze voor hun mid
dagmaal hebben uitgegeven indien ze zo en
zoveel hebben verteerd met inbegrip van
spoorkaartjes over die en die afstand. Voor
zulke rebussen draait hij zijn hand nauwe
lijks om, ofschoon zijn voorkeur er nog niet
eens naar uitgaat. Hij houdt meer van op
stellen.
Maar ter zake. De grote gebeurtenis dan
vindt begin Juni plaats, zodat we dus in
het pre-examinale tijdperk der dagelijkse
proefwerken zijn getreden. Ik kan overi
gens niet zeggen, dat die voorbereidende
beproevingen hem erg veel deden, want
van koortsachtige nachtmerries en andere
'opgewonden begeleidingsverschijnselen had
ik tot gisteren nog niets kunnen bespeuren.
Tot gisteren zeg ik, toen hij in tranen thuis
kwam. Zijn meester had hem zwaar de les
gelezen en nog wel naar aanleiding van een
opstel dat hij zelf nu juist met zoveel ge
noegen had gemaakt. Hij gaf me zijn proef
stuk te lezen dat zijn onderwijzer van ver
scheidene rode strepen had voorzien.
Niet rijp genoeg
En eronder stond, als commentaar voor
mij dat het kind van een onvoldoende rijp
heid van geest getuigenis had afgelegd zo
dat hij, die meester, zich afvroeg of het
maar niet beter was nog maar een jaartje
met dat examen te wachten. Ik zei tegen
mijn zoontje, dat wél iets over stuur was,
dat hij zich van die opmerking maar niets
aan moest trekken, omdat in deze tijd van
het jaar alle meesters nu eenmaal wat ner
veus beginnen te worden; een verschijnsel
dat later in de vacantie wel weer terecht
komt. En waarom die plotselinge twijfel
van de meester? De kinderen hadden dus
een opstel moeten schrijven over een kat,
een onderwerp dat mijn zoontje sterk had
aangetrokken. We hebben zelf namelijk
zo'n genoeglijk huisdier en daarmee brengt
hij uren zoek, overigens niet altijd tot vol
maakte bevrediging van de wederpartij.
Maar hij meende niettemin, dat de kat geen
geheimen meer voor hem bezat en de te
leurstelling over de meer dan koele waar-
Dit zomerjurkje is vervaardigd van Ever-
glaze", een katoenen stofje met een geca
pitonneerd effect, dat voor een zomergar-
derobe wel bijzonder practisch is. Het
kreukt in het geheel niet en hoeft zelfs na
het wassen niet gestreken te worden.
dering van de meester was dan ook wel
wat begrijpelijk.
Maar laat ik zijn proeve van katbeschrij-
ving u liever zèif voorleggen.
De kat, zo merkt hij dan op is een beest
met twee poten van voren, twee poten van
achteren, twee poten links en twee poten
rechts. De voorpoten gebruikt hij om hard
mee te rennen en de achterpoten om weer
tot stilstand te komen. De kat heeft een
staart die achter aan zijn lijf zit en dan
plotseling ophoudt. Hij heeft haren onder
zijn neus, die stijf zijn als ijzerdraad. Van
tijd tot tijd wil de kat poesjes hebben. Om
die te maken wordt hij eerst een vrouwtje.
Tot zover zijn verhandeling. Zijn meester
vond dus dat dit stukje proza geen vol
doende waard was. Zowel uit biologisch
als uit mathematisch oogpunt was mijn
zoontje in zijn ogen tekort geschoten. Het
zij zo. Van paedagogie weet ik niet zo
héél veel af en ik zal het geval dus wel
weer helemaal verkeerd hebben aangepakt
door dat kind tegen zijn onderwijzer in be
scherming te nemen. Ik heb hem niet eens
gevraagd op hoeveel hij het totaal aantal
kattekoppen schatte, noch heb ik aan die
passage over kleintjes krijgen een lesje in
sexuele voorlichting vastgeknoopt. Slechte
beurten van me. Maar ik vind het nog al
aanbiddelijk, dat een jongetje, dat op de
drempel van het lyceum staat een nog zo
onbevangen kijk op het wonder der voort
planting heeft weten te bewaren. Er moet
daaraan natuurlijk toch iets worden ge
daan. Maar voorlopig kan ik 't nog niet
over mijn hart krijgen om eraan mee te
werken die poëzie en die onschuld voor
wat nuchtere kennis te doen wijken. Of
schoon er tóch iets gebeuren moet. ève
ADVERTENTIE
Wagenweg 29. Tél. 20518
L'essentiel pour
la Coiffure 1952 est une
que nous exécutons selon
les indications du
Syndicat Haute
Coiffure frangaise
door Andrew Mackenzie
Vertaald uit het Engels
44)
Mijn veiligheid is toch van geen belang
vergeleken bij de herboorte van Frankrijk!
Ik reis dag in, dag uit, rond om allen, die
mijn ideeën aanhangen, moed in te spre
ken.
Daarom heeft de Süreté u natuurlijk
niet kunnen vinden, merkte Brannigan op.
De kolonel reageerde enigszins eigen
aardig op deze woorden.
Ach, de politie! Zij loopt aan de lei
band van iedere regering.
Frankrijk wordt door het communisme
bedreigd. Hun agenten zijn overal: in de
fabrieken, in de scholen, op de boerderijen,
op de kantoren en departementen en ook
in het leger. Als zij óóit aan de macht zou
den komen, moeten er verzetsgroepen zijn
om te saboteren, totdat het volk verstan
dig genoeg geworden zal zijn om de onder
drukkers het land uit te gooien.
Daarom hebben mijn tegenstanders na
tuurlijk iemand omgekocht om een fluister
campagne tegen mij te beginnen. Tegen
mij, kolonel Oudinot. Ik heb notabene in de
verzetsbeweging tegen de Duitsers gevoch
ten en ik zou nu wéér gaan vechten, als het
zou gaan om de vrijheid van Frankrijk!
De kolonel, die zijn woorden zo drama
tisch mogelijk had laten klinken, maakte
een pathetisch gebaar.
We waren enigszins ongerust, dat u
misschien een ongeluk overkpmen zou zijn,
merkte Brannigan tactvol op.'
Ik ben niet bang! Maar ik ben het met
u eens, dat men die onbeschaamde honden
beter uit de buurt kan blijven. Ik blijf dan
ook in iedere plaats nooilt langer dan ten
hoogste twee dagen. Soms werd ik wel eens
gevolgd, maar ik ben er gelukkig altijd in
geslaagd m'n achtervolgers te ontlopen.
Brannigan dacht even na.
Wanneer bent u hier gekomen?' vroeg
de hoofdinspecteur.
Gistermiddag. Ik reisde over Calais
en Dover. Ik logeer in het Grosvenor
Hotel. Zodra ik hoorde, dat Scotland Yard
inlichtingen over mij trachtte in te win
nen, kwam ik naar Engeland. U vindt het
zeker wel goed, dat ik nu weer naar Frank
rijk terug ga? U heeft me gezien, en u
weet dus dat alles met me in orde is. De
kolonel zweeg even en ging toen verder:
Ik weet nog niet precies, wat ik in Frank
rijk ga doen. Waarschijnlijk zal ik weer
rondreizen om mijn volgelingen met raad
en daad bij te staan.
Vermoedelijk bent u hier in Enge
land veiliger, merkte Brannigan op.
Waarom?
Die misdadiger van de bovenste
plank, Simpkins is hier in het land, maar
hij heeft heel wat medewerkers en die zijn
werkelijk óveral! In Londen kunnen we u
behoorlijke bescherming bieden.
Simpkins boezemt me geen vrees in.
Als ik hem mocht ontmoeten, dan zal ik
hem tonen hoe een dappere Fransman han
delt!
Kolonel Oudinot wond zich enigszins op
en kreeg toen plotseling een hevige hoest
bui, waardoor hij enige benauwde ogen
blikken doormaakte. Ten slotte veegde hij
enkele tranen weg.
Het spijt me. De oorlog heeft me geen
goed gedaan. Mijn longen zijn niet meer
in orde. In de eerste wereldoorlog liep ik
een gasvergiftiging op. Nee, ik kan hier
niet blijven. Er wacht in Frankrijk heel
wat werk op me.
Heeft u in Frankrijk gemerkt dat er
roddelpraatjes over u werden rondge
strooid?
Kolonel Oudinot aarzelde even.
Ik zelf reis zó veelvuldig, dat ik ze
meestal niet hoor maar enkele van mijn
medestrijders voelden zich niet al te pret
tig, toen zij die nonsens hoorden. Ik ver
telde hun toen, dat onze vijanden die
praatjes de wereld instuurden.
Ik blijf er bij, dat het beter zou zijn
als u niet naar Frankrijk terugkeerde,
drong Brannigan wederom aan. Ik zal
open kaart met u spelen, kolonel Oudinot.
Ik wil die kolonel Simpkins in een valstrik
lokken. Als hij het zou proberen u van het
leven te beroven, dan kunnen we hem ar
resteren. Er blijft natuurlijk een zeker
risico voor u aan verbonden, maar u bent
er de man niet naar om dat erg zwaar op
te nemen.
Kolonel Oudinot boog in de richting van
de hoofdinspecteur uit erkentelijkheid voor
Brannigans woorden.
Indien ik niet zo dringend mijn werk
in Frankrijk moest hervatten, zou ik
gaarne blijven, maar ik móét nu eenmaal
terugkeren.
Zoals u wenst. Maar zoudt u me soms
wat meer willen vertellen over de oppositie
tegen u in Frankrijk? Indien zij heftig is,
betekent dat namelijk, dat Simpkins' man
nen in Frankrijk erg actief zijn, is zij dat
niet, dan is hij waarschijnlijk hier in En
geland druk in de weer.
Het is nog nooit zo erg geweest als in
Monte Carlo. Maar als ik niet steeds zó
rusteloos zou rondreizen, zou ik misschien
wat meer opvangen. Zelfs in Perigueux
bleef ik maar kort.
Ja, dat weet ik. Ik meen overigens,
dat u juist daar vrij veilig zou zijn.
't Is mogelijk. Maar kan men wel er
gens veilig zijn? Hoe kleiner de plaats, des
te intensiever de praatjes. Maar vertelt u
nu eens wat over u zelf. Ik heb me vaak
afgevraagd, wat voor vorderingen u al niet
gemaakt zou hebben. Nu en dan denk ik
nog wel eens terug aan die avond op de
heuvel, toen ik die schoten hoorde en
iemand langs mij heen rende. Had ik die
man toen maar gegrepen!
Brannigan scheen plotseling een idee
gekregen te hebben.
Zoudt u vanavond met mij willen
dineren? Ik zou u dan uitvoerig over mijn
avonturen kunnen vertellen.
Dat is prachtig!
Afgesproken dan. Zal ik Bob Arlen en
zijn vrouw ook vragen? U weet wel, die
jonge mensen, die u in Monte Carlo hebt
ontmoet?
Natuurlijk.... Nee, toch liever niet.
Ik vind het gemakkelijker om onder man
nen alleen te praten. U kunt natuurlijk
niet alleen mijnheer Arlen vragen.
Zoals u wenst. Ik zal u aan uw hotel
laten afhalen. Zou zeven uur u schikken?
Dat zou prachtig uitkomen.
De kolonel was nog geen minuut ver
trokken, of Brannigan was reeds aan het
telefoneren. Het bleek de hoofdinspecteur,
dat de feiten, zoals kolonel Oudinot hem
deze had geschetst, met de werkelijkheid
overeenstemden. Hij was inderdaad pas
gistermiddag aangekomen en had in het
Grosvenor Hotel, vlak bij Victoria Station,
waar de internationale treinen aankwa
men, kamers genomen en de Süreté beves
tigde, dat Oudinot op de Champs Elysées
gezien was, toen hij daar een kopje koffie
zat te drinken. Hij weigerde toen echter
een nauwkeurig verslag te geven van zijn
doen en laten van de laatste weken. Hij zei
alleen, dat hij steeds op reis was geweest.
Brannigan besprak een tafel in het
Franse restaurant in Jermyn Street, waar
hij het liefst at. Kolonel Oudinot scheen dit
zeer te appreciëren. Hij bekende tegenover
zijn gastheer, dat hij de Engelse keuken
had leren haten sedert zijn verblijf in En
geland gedurende de oorlog. Eerlijk gezegd
had hij het niet zo prettig gevonden om
ergens in de stad te gaan eten, maar hij
had natuurlijk niet kunnen weten, dat de
hoofdinspecteur een Frans restaurant zou
uitkiezen.
Onder het genot van een goed glas
Graves spraken de beide mannen over de
oorlogsjaren. Alhoewel Oudinot niet hele
maal los kwam, was hij toch veel minder
stijf dan anders. Toen het gesprek toeval
lig kwam op de Franse politiek, werd hij
nijdig, zodat Brannigan maar snel een
ander onderwerp aansneed.
Het bleek, dat kolonel Oudinot in de
oorlog enkele bijzonder sensationele avon
turen had meegemaakt. Terwijl de militair
nu en dan een slok nam, vertelde hij over
z'n parachuteren in Frankrijk, het aanleg
gen van hinderlagen, gevaarlijke opdrach
ten en z'n zwerftochten door de bei-gen.
Toen de twee mannen over het dure
leven in Parijs spraken, kreeg Oudinot een
onrustige blik in z'n ogen.
Wie is dat daar? Ik heb hem meer
gezien.
Brannigan keek in de richting, die Oudi
not hem aanduidde.
Dat is Hector Blair, de Amerikaanse
criminalist. U herinnert zich toch nog wel,
dat hij bij ons was, toen die affaire in Men
ton plaats vond?
Ja, nu u het zegt. Inderdaad, ik her
ken hem nu. Maar wat zou hij hier doen?
(Wordt vervolgd).