Amateur met enige verdienste
Ontmoeting met Claude Rains
HooljaJranketT
Bestuur Handelsvereniging
geïnstalleerd
TEMPO
-Clowntje Rick
Radio Moors
Amerikaans-aandoende carrière
van noeste arbeidersjongen
Ruim twaalfhonderd
betonconstructies
Ook Thalia speelde
„Van ander ras"
ZATERDAG 24 MEI 19 52
HAARLEMS DAGBLAD
OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
a:
8
A. van Geluk een halve eeuw betonbouwer
Om nooit
fa vergeten
De positie van de vrouw
„De Kondor bestaat
veertig jaar
Amsterdammer had twaalf
inbraken op zijn geweten
A. Biesheuvel overleden
Nachtdienst apotheken
FILMSTER EN LANDBOUWER
Voor de kinderen
Film voor de Vereniging
voor Ruimtevaart in de
Stadsschouwburg
Amateurtoneel
Verkeer over brug bij
Spaarndam gestremd
Filmregisseur Staudte
bezoekt Amsterdam
Toen de jonge Dries van Geluk aan het einde van zijn leerplicht was gekomen, vroeg
meester Binnendijk van de lagere school aan de Grote Wittenburgerstraat te Amster
dam hem wat hij worden wilde. Het antwoord kwam zonder haperen: „Machine-bank
werker in Soerabaja!" De onderwijzer vond hem, omdat hij bewezen had aardig te
kunnen tekenen, meer geschikt voor het beroep van decoratieschilder. Maar het liep
anders. Door toedoen van het hoofd van de school, meester Kat, kwam deze knaap
uit een gewoon arbeidersgezin terecht in het toen betrekkelijk nieuwe vak van be
tonwerker. Zijn eerste werkgever was de Cementijzerfabriek Wittenburg, waar - hij
in 1900 kwam. Hij beurde een loon van f 1.50 per week. Thans, een halve eeuw later,
betaalt hij als directeur van de Aannemingmaatschappij „De Kondor" N.V. per jaar
een bedrag van f 1.200.000 aan salarissen uit. Op 14 Juni bestaat dit mede door hem
opgerichte bedrijf veertig jaar, een jubileum dat dus tevens in hoge mate als een
persoonlijk feit gevierd kan worden. In deze omgeving kent men de heer A. van
Geluk overigens misschien beter als wethouder van Publieke Werken der gemeente
Bloem endaal en als de grondlegger en onvermoeibare bestuurder van het prachtige
Openluchttheater.
Al klinkt deze geschiedenis bijna Ame
rikaans, men moet niet denken dat de
voorspoed als in een sprookje zomaar uit
de lucht is komen vallen. Als we zijn voor
beeldige carrière uitvoerig van stap tot
stap moesten navertellen, zou men een
eentonig loflied vernemen op schier boven
menselijke volharding en van door levens
ervaring verhelderd inzicht. „De jongelui
van tegenwoordig vergeten dat ze ervoor
werken moeten om iets te bereiken", zei
de heer Van Geluk ons, toen we dezer da
gen in zijn prachtige villa aan de Zeeweg
enkele gegevens omtrent zijn loopbaan van
hem te weten probeerden te komen. „Ze
vragen niet wat ze moeten doen, maar al
leen: wat krijg ik?" Needan ging het
in zijn jonge jaren heel anders.
Alles door zelfstudie
Om die 1.50 te verdienen vertrok hij
iedere morgen om vijf uur van huis, te
voet gaande naar zijn werkterrein, waar hij
Een recente foto van de heer A. van Geluk
in zijn eenvoudige loerkkamer.
van 's ochtends zes tot 's avonds zes aan
één stuk door bezig was. Daarna liep hij
een uur naar de Industrieschool, om pas
om tien uur zijn kamertje buiten de Haar
lemmerpoort te bereiken. Dan nuttigde hij
een warme maaltijd, maakte zijn huiswerk
en ging naar bed. Deze ronde werd iedere
werkdag herhaald. Zijn Zaterdagavonden
maakte hij productief door als ambtenaar
op de Bank van Lening een daalder extra
te verdienen. Op Zondagen trok hij er op
uit met het fotografietoestel, dat hij van
zijn moeder had gekregen toen hij beloofde
naar catechisatie te zullen gaan, om opna
men van stalhouderijen en hótelkeukens te
maken. Soms haalde hij daar een gulden
'of vijftien per week mee op, waarvan hij
de lessen betaalde om zijn kennis te ver
groten.
Op de lagere school had hij wat Frans
en daarna, bij wijze van bijzondere gunst,
wat Engels geleerd en het Duits kreeg hij
noodgedwongen onder de knie doordat hij
alleen in die taal de voor hem zo nuttige
mechanicaboeken machtig kon worden. Al
zijn wetenschap heeft de heer Van Geluk
aan zelfstudie te danken. De Industrie
school aan de Groenburgwal bezocht hij
slechts zolang hij van de leerstof profijt
voor zijn vak kon trekken.
Salaris van minister
Op de leeftijd van twintig jaar veran
derde hij van betrekking, hoewel hem toen
reeds veertig gulden per maand werd uit
betaald. Maar zijn chef dr. L. A. Sanders,
begon voor zichzelf en stelde hem aan als
hoofd van de tekenkamer op het dubbele
salaris. Kort nadat hij zijn eerste tachtig
gulden had thuisgebracht overleed zijn
moeder en gedurende de eerstkomende ja
ren bekostigde hij de HBS-opleiding van
zijn broer. In 1912 bedroeg zijn salaris
4000 per jaar, evenveel als een minister
destijds kreeg. „Het was veel, maar ik ver
diende het", zegt de heer Van Geluk thans,
terugblikkend op deze periode.
In dat jaar stichtte hij tezamen met de
gewezen wiskundeleraar W. J. Wisselink
(die in 1931 overleed) zijn eigen zaak. Eerst
heette deze „Gewapend betonbouw De Kon-
dor", maar in 1937 werd de naam tot de
tegenwoordige veralgemeend. Aanvanke
lijk werkte men alleen als onder-aanne
mer, doch sinds 1928 voert men alle moge
lijke (ook waterbouwkundige) werken in
hun geheel uit. Het eerste kantoor was
gevestigd in het tegenwoordige gebouw
„Arnhem" aan het Rokin, vlak onder de
kap, in een ruimte die eigenlijk voor een
fotografisch atelier was bestemd. De kan
toren van „De Kondor" zijn altijd sober,
op het pietepeuterige af geweest Thans
zetelt de directie in een noodgebouw bij
de werkplaatsen aan de Duivendrechtse-
kade. Personeel was er niet. Als de tele
foon ging, nam één van de compagnons de
hoorn en zei: „U spreekt met de jongste
bediende". Na een paar maanden kwam er
een boekhouder. Op het ogenblik verzekert
„De Kondor" aan bijna vijfhonderd perso
nen een dagelijkse boterham, waarvan zes
tien ingenieurs.
De heer Van Geluk wist door zijn solidi
teit en doorzettingsvermogen allerwege
vertrouwen in te boezemen. Dr. A. Hel
dring, toentertijd directeur van het Alge
meen Handelsblad, was de eerste president
van het college van commissarissen der
vennootschap. Het kapitaal bedroeg bij de
oprichting 60.000 en is thans 1.350.000
groot, hetgeen nog zeer weinig mag heten
in verhouding tot de hoeveelheid werk,
dank zij een conservatief afschrijfsysteem.
Sinds 1925 zijn de aandelen opgenomen in
de beursnotering. Gedurende veertig jaar
heeft „De Kondor" ruim 1200 objecten uit
gevoerd tot éen totaal bedrag aan aan-
neemsommen van 90.000.000.
Wielrenner en nog meer
De heer Van Geluk is behalve een uit
stekend zakenman ook een veelzijdig sport
beoefenaar. In zijn jeugd deed hij aan
turnen en was hij gewichtheffen In 1908
huurde hij met vier vriendjes een wieler
baan op Zeeburg, waar hij het klaarspeel
de alle grote internationale kampioenen
aan de start te laten verschijnen. Zelf reed
hij ook mee! Men vindt zijn pseudoniem
Driessen vermeld in het boek „Vijftig jaar
wielersport" van George Hogenkamp:
„Amateur met enige resultaten". Later ging
hij race-roeien en nam zonder te kunnen
zwemmen aan wedstrijden deel. Met de
jonge vier van „De Amstel" won hij in de
jaren 1910-1911 zes prijzen.... Des win
ters deed hij aan boksen. Daarna kwamen
paardrijden, jagen en biljarten. „Zondag
heb ik nog een beste beurt op de kleidui
ven gemaakt", zei hij niet zonder trots. „Ik
raakte er vier van de vijf met het eerste
schot!"
Het is niet doenlijk om in dit bestek al
zijn organisatorische functies op te sommen.
Laten wij volstaan met te vermelden dat
de heer A. van Geluk, die zich in 1930 te
Bloemendaal vestigde, tot de mede-oprich
ters van het Bedrijfspensioenfonds behoort
en dat hij al een kwart eeuw voorzitter van
de Beton-Aannemersbond is. Zijn activiteit
is onuitputtelijk. Eigenlijk heeft hij overal
verstand van (tussen de bedrijven door
exploiteerde hij enige hotels en nu is hij
bovendien nog zoiets als schouwburgdirec
teur) en acht hij, die carrière maakte dank
zij een grootse visie en doelbewuste inspan
ning, zich voor het kleinste werk niet te
goed. Van de zomer zal hij wel weer toe-
Zicht houden op alles wat het Openlucht
theater betreft, van de artistieke leiding
tot het toezicht op de kaartverkoop en de
plantsoenen toe. Hij houdt van zijn werk.
D. K.
ADVERTENTIE
zegt de /oocfgieter
Maandagavond houdt de Plaatselijke
raad Haarlem een oriënteringsbijeenkomst
in restaurant Brinkmann naar aanleiding
van de komende verkiezingen. Spreeksters
van vijf politieke partijen zullen het be
ginselprogramma uiteenzetten over „De
positie van de vrouw".
De 27-jarige bankwerker J. S. uit
Hoensbroek is in een steengang van de
staatsmijn „Emma" door een los geraakt ge
deelte van een kolentrein aangereden. Hij
was op slag dood. Hij was gehuwd en vader
van één kind.
Het eerste werk dat „De Kondor" veertig
jaar geleden uitvoerde, was een vloer op
eerste-verdiepingshoogte voor een glazen
wasserij in de Quellijnstraat, een verbin
ding met vierkante glastegels, die licht naar
beneden doorlieten, tussen twee gebouwen.
Werk nummer 14 (de heer Van Geluk weet
al deze bijzonderheden uit het hoofd!) was
een stunt: de constructie van het nieuwe
perceel van Peek en Cl oppenburg op de
Dam werd in drie dagen (en nachten) be
rekend. In 1914 volgde werk nummer 21:
het oude stadion aan de Amstelveenseweg,
120 meter lang met de dunne kolommetjes,
die velen zich nog wel herinneren zullen.
„Bij de eerste interlandwedstrijd zaten we
'm te knijpen", vertelt de heer Van Geluk
glunderend, „want één amphitheater stond
nog in de bekisting. En de mensen maar
juichen bij een doelpunt, stampend van
vreugde, alsof er niet het minste gevaar
bestond".
Maar beton is stevig. Toen de Engelsen in
de laatste oorlog de door de Duitsers als
uitkijkpost gebruikte, door „De Kondor"
gebouwde watertoren van Doesburg be
schoten, kwamen er wel gaten in, maar het
gevaarte hield stand. Later probeerden de
Duitsers het op te blazen. Er vloog een stuk
van twaalf meter tussenuit, maar de top
ging loodrecht omlaag, kwam op het onder
stuk terecht en bleef op die puinhoop staan!
Van de andere der ruim 1200 werken
moeten genoemd worden: de fundering van
de eerste hangar op Schiphol, de kolen-
torens voor de Staatsmijnen, bruggen voor
de Rijkswaterstaat, silo's aan de Zaan, de
270 bakstenen woningen van professor
Zwiers in 1928 op het Olympiaplein, de
helling van de Nederlandse Scheepsbouw
maatschappij, het geraamte van de wolken
krabber op het tegenwoordige Victorieplein
en het Industriegebouw te Rotterdam in de
herrijzende binnenstad. Het grootste beton
werk was de Raad van Arbeid op de plaats
van het vroegere Weesperpoortstation te
Amsterdam.
Buitengewoon stratenmaker
Ook een merkwaardig staaltje van zake
lijke durf mag niet ontbreken. „De Kon
dor" deed in Amsterdam mee aan een in
schrijving voor een grote houtbestrating en
kreeg de opdracht. Toen men de heer Van
Geluk vroeg hoe hij zich voorstelde dat te
doen, moest hij antwoorden: „Dat weet ik
niet". Maar hij ging bij zijn Engelse can-
currentën, die een soort monopolie van dit
systeem van wegenbouw hadden, in de leer
en fungeerde zelfs als stratenmaker om
precies te weten te komen hoe het giing.
Gedurende drie jaar heeft hij .met deze
firma samengewerkt. Geen wonder dat „De
Kondor" in al die veertig jaren, van de
oprichting af, zonder ook maar één keer
over te slaan, gemiddeld 10 dividend
heeft uitgekeerd, zelfs in bezettingstijd,
hoewel men geen spijker voor de Duitsers
heeft geslagen en al het materiaal (behalve
wat verborgen kon worden) in beslag werd
genomen.
In 1938 vestigde „De Kondor" ook een
afdeling in het toenmalige Batavia onder
leiding van de mededirecteur professor A.
Keverling Buisman, die in een Japans
kamp om het leven kwam. Van 1931 tot
1935 en van 1939 tot 1947 voerde de heer
Van Geluk de directie alleen, in het laatst
genoemde jaar werd ir. J. H. F. Sollewijn
Gelpke te Heemstede tot zijn mede-direc
teur benoemd.
Gisteren deelden wij mee, dat een agent
van politie te Bloemendaal een vijfender
tig-jarige Amsterdammer had aangehou
den die ingebroken had in de Koningin
Wilhelminaschool te Overveen. Het blijkt,
dat de agent een goede vangst heeft ge
daan, want uit een onderzoek is gebleken,
dat hij in tien scholen in de bloembollen
streek, in Limburg en in Velsen had inge
broken. De bult bestond meestal uit geld
en gereedschappen. De man had geen
vaste woonplaats. Het gestolen geld had
hij al uitgegeven en de gereedschappen
verkocht. De aangehoudene is aan de
justitie te Haarlem overgegeven.
Het nieuwe bestuur van de algemene Mid
denstandorganisatie der Haarlemse Handels
vereniging is dezer dagen geïnstalleerd door
de erevoorzitter, de heer B. W, Lasschuit. In
het bestuur hebben zitting drie vertegenwoor
digers uit de secties ambacht en industrie, de
tailhandel en vrije beroepen en bijzondere be
roepen. Door deze reorganisatie zal de oudste
Haarlemse middenstandsorganisatie op breder
basis met verjongde kracht haar diensten aan
de middenstand kunnen wijden. De functies
zijn als volgt verdeeld: P. Barend, voorzitter,
F. W. Lichtenveldt jr., secretaris, R. Godthelp,
penningmeester, J. Spaander, vice-voorzitter,
B. Blom, M. A. van Zurk, P. Blokker, A. G.
Spaargaren, K. de Vries en H. C. Vermeulen,
beshiursleden.
De heer Lasschuit noemde bet een groot
voorrecht, dat hij als eerste officiële daad, in
zijn boedanigheid van erevoorzitter van de H.
II. V., een opdracht mocht uitvoeren die voor
het welzijn en de uitbouw van de organisatie
niet alleen uiterst belangrijk zal blijken te zijn,
maar tevens een met vérstrekkende gevolgen.
Er is een tijd geweest, zeide de heer Las
schuit, dat de middenstandsorganisatie in bet
middelpunt van de belangstelling stond, zowel
van de overheid als ook van de middenstan
der. Dat is van korte tijd geweest, want toen
het de middenstander goed ging, verflauwde
zijn belangstelling. Hij leefde weer in zijn
eigen kringetje en dacht er niet aan om de or
ganisatie, welke steeds voor zijn middenstands-
belangen op de bres had gestaan en nog stond,
met zijn morele en daadwerkelijke steun bij te
staan. Het economisch leven ging in rustig
tempo voort.
De nood der tijden beeft er echter voor ge
zorgd, dat de middenstander meer belangstel
ling gaat krijgen voor de zaken die betzij door
de overheid dwingend zijn voorgeschreven of
voor de organisatie in het leven zijn geroepen.
Wil de middenstand zijn rechtmatige plaats in
de samenleving blijven behouden, wil hij in
staat zijn aan de steeds toenemende eisen van
de zich meer en meer ontwikkelende maat
schappelijke toestanden het hoofd te bieden,
wil hij komen, oprecht en duidelijk, dat de
taak, die hij voor de samenleving vervult van
grote sociale waarde is en als onmisbaar is te
beschouwen, dan moet hij zich organiseren,
merkte de spreker op. Voor de nieuwe be
stuursleden is het ogenblik aangebroken alle
krachten bij te zetten om dit doel te bereiken.
De nieuwe bestuursvorm in de organisatie is
een middel om de leden daarbij behulpzaam
te zijn. Volgens de spreker is het nodig behal
ve het standsverband ook het vakverband in
een organisatie te verenigen.
Hierna installeerde de heer Lasschuit de
nieuwe bestuursleden.
Te Spaarndam is in de ouderdom van
69 jaar overladen de heer A. Biesheuvel,
een bekende figuur in kringen van boeren
en tuinders. Meer dan dertig jaar maakte
hij deel uit van de gemeenteraad van
Haarlemmerliede en Spaarnwoude, als
vertegenwoordiger van de A.R. Partij. Ook
was hij enige jaren wethouder.
De heer Biesheuvel behoorde tot de op
richters van de Christelijke Boeren- en
Tuindersbond. Hij had zitting in het be
stuur van de afdeling Noordholland-Zuid
en van de Christelijke Boeren- en Tuin
dersbond Holland-Brabant.
Mede door zijn arbeid kwam in 1921 de
Christelijke Landbouwschool te Hoofddorp
tot stand. Een aantal jaren was hij voor
zitter van het bestuur dezer school.
Vorig jaar zijn zijn verdiensten erkend
door de benoeming tot ridder in de orde
van Oranje Nassau.
Maandagmiddag om half één zal in de
Gereformeerde kerk te Hoofddorp een
rouwdienst worden gehouden en om half
drie geschiedt de begrafenis op de Alge
mene Begraafplaats te Hoofddorp.
Th. A. Klinkhamer, Koninginneweg 69, te
lefoon 11596.
Grijsseels en Van Hees, Lange Veerstraat
19. telefoon 11000.
Frans Hals-Apotheek, Frans Halsplein 1,
telefoon 11180.
Woensdag 28 Mei zal het veertig jaar
geleden zijn, dat de heer C. A. Fransen, Rijn
straat 13 te Heemstede in dienst trad van de
Kaashandelmaatschappij „Gouda". De jubi
laris is thans procuratiehouder.
Breed lachend toont generaal Eisenhower aan zijn echtgenote en aan mevrouw Auriol
(rechts) echtgenote van Frankrijks president, de „médaille militaire", die hij ontving
aan de vooravond van zijn vertrek naar Washington. Deze onderscheiding, welke
oorspronkelijk door Napoleon werd ingesteld, wordt slechts aan weinigen toegekend.
Pinay, de Franse minister-president, Winston Churchill, Franklin Delano Roosevelt
en maarschalk Delattre de Tassigny zijn of waren dragers van de
„médaille militaire".
In de serre van hotel Duin en Daal, ge
nietend van het fraaie uitzicht, heeft de
Engels-Amerikaanse toneelspeler en film
ster Claude Rains mij gisteravond gedu
rende anderhalf uur zoveel van zijn leven
verteld, dat ik welhaast een biografie van
hem zou kunnen schrijven. Een merkwaar
dig man. Behalve acteur is hij landbouwer.
Hij woont in Pennsylvania (een paar hon
derd kilometer van New York), namelijk
op een boerderij, met een uitgestrekt
grondgebied, die hij zelf exploiteert. „Het
is een echt bedrijf", verzekert hij nadruk
kelijk. „Al gedurende achttien jaar werk
ik de helft van de tijd in de filmstudio's
en de overige zes maanden in de moestuin.
Mijn vrouw belast zich met de bloemen-
kwekerij. Voor landbouw en veeteelt heb
ik twee knechten en de modernste uitrus
ting die men zich denken kan. Het is een
degelijke, welvarende onderneming. Het
woonhuis, heerlijk afgelegen, werd in 1747
door Hollandse emigranten gebouwd."
Claude Rains ziet er helemaal niet artis
tiek uit. Hij heeft werkelijk iets van een
boer met zijn tamelijk forse, enigszins ge
drongen gestalte. En toch, hoe majestueus
was hij niet in de film „Caesar en Cleo
patra". Hij raakte met zijn tiende jaar in
het theater verzeild, ook al op een onge
wone manier. Omdat hij niet van leren
hield, liep hij van school weg en werd koor
knaap in een katholieke kerk, ofschoon hij
helemaal niet katholiek was en bovendien
geen woord Latijn kende. Zijn zangleraar
nodigde hem eens uit als figurant mee te
werken in het Haymarket Theatre in Lon
den en daar bleef hij hangen onder de be
koring van de schminklucht.
Achtereenvolgens was hij piccolo, souf
fleur, décorschilder en inspiciënt. In laatst
genoemde functie ging hij met een gezel
schap op tournée naar Australië, maar de
helft van het ensemble keerde in allerijl
naar Engeland terug, toen het gekozen stuk
als een baksteen viel. De overgeblevenen
besloten toen maar „Je kunt het nooit
weten" van Shaw te spelen, doch men
kwam één mannetje tekort en zo begon
Claude Rains zijn carrière.
In 1913 ging hij voor het eerst naar
Amerika, echter slechts voor kort, want hij
werd opgeroepen in militaire dienst. Al
weer gebeurde er iets bijzonders, want hij
kwam terecht in Frankrijk in een kilt, om
dat hij werd ingedeeld bij het London-
Scottish regiment! In 1919 hervatte hij zijn
toneelspelersloopbaan met veel artistieke
successen en financiële mislukkingen. Aan
de pseudo-titelrol in „De Revisor" van Go
gol bewaart hij kostelijke herinneringen,
maar hij was toch blij toen de gelegenheid
zich voordeed andermaal naar Amerika
over te steken, ditkeer voorgoed. Geduren
de vijf jaar werkte hij bij het befaamde
Theatre Guild in New York en toen ging
hij naar Hollywood, waarin 1933 „De ont-
zichtbare man" zijn eerste film werd.
Rains houdt van het werken voor de
film, omdat de camera onmiddellijk iedere
tekortkoming ontdekt. Het is intrigerend
en stimulerend, zegt hij. Met Bette Davis
trad hij op in „Deception" en daarna volg
den talrijke andere rolprenten, waarvan
speciaal „Casablanca" hem dierbaar is. Na
ADVERTENTIE
Verhuist U vlug en voordelig
Meubel- en Pianotransport
door geheel Nederland.
Goederen zonder prijsverhoging verzekerd.
Tel. 20020 - ROZENSTRAAT 13 - Tel. 12525
c
Met volle vaart ging het vliegtuig de lucht door. Speelgoedland verdween uit liet
gezicht, het vliegtuig ging nu over de zee.
Het was natuurlijk een lange reis, want Zwartjesland lag heel ver weg. Maar oom
Tripje had die reis al meer gemaakt en hij was er aan gewend. Overdag las hij wat
of hij keek naar de zeeën en landen, die onder hem door gleden; als het donker werd,
ging hij slapen.
En het vliegtuig, met brommende motoren, vloog maar ongestoord verder.
Eindelijk kwam Zwartjesland in zichtHet vliegtuig cirkelde boven het groene
eiland, dat daar beneden lag tussen de glinsterende golven. Oom Tripje kon al duide
lijk de palmbomen zien, die hun lange stammen h ven het groen der bossen uitstaken.
Toen daalde het vliegtuig, het stond stil op een vlakte. Van alle kanten draafden
de Zwartjes juichend op het vliegtuig toe, ze h :n oom Tripje bij het uitstappen
en droegen zijn koffers naar buiten.
„Haja ha, Tiripial", juichten ze, want ze hielden veel van oom Tripje.,.,,
Claude Rains, gefotografeerd na
aankomst op Schiphol.
zijn
zeventien jaar keerde hij terug op de
planken in de hoofdrol van „Nacht in de
middag" van Arthur Koestier, een zware
opgave omdat hij daarin slechts anderhalve
minuut niet voor het voetlicht kwam. In
liet volgende seizoen gaat hij in een stuk
van Robert Nathan over Jonas na diens
avontuur in de maag van de walvis op
treden. Hij heeft daar hoge verwachtingen
van.
Hoelang hij in Holland blijft, hangt ge
heel af van de weersomstandigheden, want
hij is hier, zoals wij gisteren al hebben be
richt, alleen om in en nabij Haarlem
enkele opnamen voor de film „The man
who watched the trains go by" naar het
gelijknamige boek van Georges Simenon
te maken. Tezamen met de Zweedse actrice
Martha Toren, de vrouw met de mooiste
ogen van de wereld. Het gaat om de eerste
scènes van de film, die in Holland spelen
(eigenlijk in Groningen), want de rest is
reeds te Londen en Parijs gereed gekomen.
Claude Rains is van 1949 af bezig geweest
om mensen voor de verfilming van dit
fascinerende boek te interesseren. De Ame
rikaanse promotor Josef Shaftel slaagde er
tenslotte in een Engelse combinatie hier
voor warm te krijgen. Het is een merk
waardige ervaring Claude Rains de ge
schiedenis van de voortvluchtige Kees
Popinga, de hoofdguur, te horen vertellen:
al luisterend ziet men het karakter volledig
voor zich opdoemen. En men voelt de
situaties waarin hij komt te verkeren, de
man die meent dat de politie hem achter
volgd om zijn lichaam te arresteren, terwijl
het er in werkelijkheid om gaat zijn ziel te
x-edden. Een ongewoon onderwerp voor de
bioscoop voegt hij er aan toe. De film
wordt onder productieleiding van Raymond
Stross geregisseerd door Harold French,
die medewerkte aan de drie laatste rol
prenten naar werken van Somerset
Maugham.
Het verhaal van de film wijkt nogal sterk
af van de inhoud van het boek, maar de
geschiedenis is er niet minder interessant
door geworden. Doch daarover krijgen wij
het te zijner tijd wel eens, als wij de Am
sterdamsevaart en de Kalkovenbrug te Hil-
legom op het witte doek hebben gezien.
D. K.
Een rets naar de maan
Leden van de Nederlandse Vereniging
voor Ruimtevaart hebben Vrijdagmiddag
in de Stadsschouwburg te Haarlem een
voorstelling bijgewoond van de Amerikaan-
se kleurenfilm „Destination Moon" (Reis
naar de maan). Deze film is vervaardigd
naar een boek van de schrijver R. Hein-
lein.
Dr. J. J. Raimond uit 's-Gravenhage,
voorzitter van de Nederlandse Vereniging
voor Weer- en SteiTekunde, hield een korte
inleiding bij de film. Hij zei, dat ,een reis
naar de maan en later naar verder ver
wijderde hemellichamen niet onmogelijk
wordt geacht. De moeilijkheid is alleen,
aldus dr. Raimond, een beginsnelheid van
meer dan 11,2 km per seconde te bereiken
teneinde aan de aantrekkingskracht van
de aarde te kunnen ontkomen. Voor een
vaart van de maan naar de aarde is een
geringere beginsnelheid nodig, namelijk 3
km. per seconde. Een dergelijke snelheid
kan thans van de aarde af al worden
bereikt.
Over de film zeide dr. Raimond dat de
daarin voorgestelde wijze van vervoer van
de aarde naar de maan wat de principes
betreft wetenschappelijk aanvaardbaar
wordt geacht.
De film geeft een beeld van een reis naar
de maan met een door vier personen be
mande vuurpijl.
Sinds het enigszins theatrale spel van ras
senhaat „Van ander ras", dat nu Jpist vijf jaar
geleden door de stichting Amsterdams Rotter
dams Toneelgezelschap met Paul Kuf en
Louis Saalborn in ons land werd geïntrodu
ceerd, voor het dilettantentoneel is vrij gege
ven, hebben onze amateurs voor dit stuk een
merkwaardige voorkeur aan de dag gelegd.
Alleen in deze omgeving zag ik het nu reeds
voor de vijfde keer en ook voor hedenavond
staat dit toneelspel weer in mijn agenda. Toch
is deze duidelijke voorliefde niet zo moeilijk
te verklaren. Het stuk is geheel op formida
bele effecten berekend, waarbij de onschuld
heftig wordt belaagd, het recht zijn loop
neemt en de misdaad tenslotte haar gerechte
straf niet ontgaat. Dit geschiedt in een vrijwel
onafgebroken reeks van sterke speelscènes,
waarop het publiek voorlopig niet uitgekeken
raakt. Van niet minder belang is, dat het stuk
enkele rollen bevat, waarbij, elke rechtgeaarde
amateur-toneelspeler het bloed voelt tintelen.
Maar het is niet minder merkwaardig, hoe zij
daarbij steeds de moeilijkheden onderschatten,
welke de juiste typering van een neger voor
een Europeaan oplevert.
Ook bij de laatste der drie opvoeringen,
welke de R.K. Toneelvereniging „Thalia" Vrij
dagavond in de Stadsschouwburg te Haarlem
voor haar donateurs gaf, waren de drie neger
types stellig de zwakke plekken. De beide da
mes trachtten de vereiste illusies op te wekken
door kleine dribbelpasjes en het verhaspelen
van onze moedertaal. De hoofdpersoon Brett
wendde echter geen enkele poging in die rich
ting aan en leek daardoor precies wat hij was,
namelijk een blanke met een zwart gemaakt
gezicht. En dit was jammer, want speltech-
nisch kon hij deze rol zeker aan. Maar dit vol
komen vergeeflijke falen werd volledig gecom
penseerd door de opmerkelijke creatie,
welke
sena-
Martien Langeveld van de schurkachtige
tor Langdon gaf. De wijze waarop hij deze
aristocraat met zijn vlagen van opgekropte ne-
gerhaat wist uit te heelden, was voortreffelijk.
Na hem dient onmiddellijk To Klein-Kruup te
worden genoemd, die de spontane Genevra
precies de beweeglijke flair vei'schafte, welke
dit meisje zo aantrekkelijk maakt. Ans Sens-
Assendelft gaf de oudste dochter Alice een
voldoende ingetogenheid en spelbeheersing
om het vereiste contrast met haar tot stand te
brengen. H'an van der Veldt bleek van het
goede hout te zijn, waaruit sympathieke jeune-
premiers gesneden worden. Tenslotte was de
advocaat van Rcné Bosman bevredigend,
maar ook niet meer.
Evenals bij elke andere opvoering van dit
stuk gaf het publiek zich ook hier weer volle
dig gewonnen. De volle zaal liet na ieder be
drijf een dermate enthousiast applaus horen,
dat de spelers voor alle genomen moeite niet
overtuigender konden worden beloond.
J. v. D.
ADVERTENTIE
Van ouds bekend. Tel. 14609
Officieel Philips - reparateur
KRUISSTRAAT 38 - HAARLEM
De brug bij de sluis van Spaarndam zax
in de nacht van Zaterdag op Zondag en een
groot gedeelte van de Zondag opnieuw
voor het verkeer gesloten zijn. Een schip,
gebouwd door de Haarlemse Scheepsbouw
Maatschappij, heeft namelijk een te grote
breedte om normaal onder de brug door te
kunnen varen.
In de nacht van Zaterdag op Zon
dag zal de brug verwijderd worden en
pas Zondagmiddag omstreeks drie uur in
de normale toestand zijn.
Ter gelegenheid van de Nederlandse
première van zijn film „De Onderdaan"
naar de roman van Heinrich Mann ver
toeft de Duitse regisseur Wolfgang Staudte
in ons land. Overigens niet voor de eerste
keer. Ongeveer twintig jaar geleden de
regisseur was toen nog toneelspeler
heeft hij onder leiding van Cor van der
Lugt Melsert samen met Fientje de la
Mar en Adolph Engers in Amsterdam op
de planken gestaan. Lachend bij de herin
nering vertelde de heer Staudte, dat hij
toen in acht dagen tijd stepdansen en
Nederlands moest leren.
Na de laatste wereldoorlog heeft hij be
kendheid gekregen als regisseur, vooral
door zijn film „De moordenaars zijn in ons
midden" waarvoor hij het scenai-io
reeds in de laatste maanden van de oor
log, toen de Russen bij de Oder stonden,
heeft geschreven. „Hoe ik op de idèe was
gekomen? Het was. geen idéé, het was
werkelijkheid".
Staudte heeft nu het draaiboek geschre
ven voor de verfilming van Bert Bi-echts
toneelstuk „Moeder Courage".
Tot burgemeester van Vierlingsbeek is
benoemd de heer G. Ch. M. van Hexxsden,
thans secretaris ded gemeente Cuyk.