Problemen en wensen werden
hem openhartig voorgelegd
Haarlemse ambachtsschool
wordt met vleugel uitgebreid
terstond
Fa. B. ENGELENBERG
JAN VAN DER PIGGE
IDEAL
Clowntje Rick
KALENDERS 1953
Boekhandel VEKO
DAMPO
De Twee Zusters
Nieuwe cursussen: 800 leerlingen
Voordrachtsavond van
Rolien Numan
"Brokken
Schoolradio met beelden
in de klas
Prins Bernhard in Zeetizvs-Vlaandereti
Derde jaarlijkse expositie
werken van Van Looy
Santpoortenaar veranderde
zijn spaarbankboekje
Kerkelijk Nieuws
VIRGINIA CIGARETTES
Voor de kinderen
A utomobilisme
Grote Prijs van Nederland
telt voor wereldkam
pioenschap
Kijkdag op het
politiebureau
Burgerlijke Stand
van Haarlem
Niets overtreft
FEUILLETON
DOOR JOS LODEWIJKS
DONDERDAG 16 OCTOBER 1952
HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
(Van onze verslaggever)
Kampend en zwoegend baande de goede oude boot Prins Willem I zich gisterenmiddag
een weg over de woelige Westerschelde om haar koninklijke passagier Prins Bern
hard voor zijn „werkbezoek" naar het vergeten hoekje van Nederland te brengen, dat
Zeeuws Vlaanderen heet. Nauwelijks was aan de schorrenkust van Perkpoldcr de
loopplank van de Willem I uitgelegd, of de kleine optocht van acht auto's snelde met
de prinselijke sportcoupé aan het hoofd de hoge dijk op die naar Hontenisse voert,
de eerste halteplaats op deze tweedaagse tocht van de Prins.
Daar bezocht de Prins allereerst een
betonfabriek, waar hij zich door directie
en arbeiders liet inlichten over de moei
lijkheden van deze industrie, die, zoals zo
vele andere takken van nijverheid in dit
geïsoleerde hoekje, vooral te kampen heeft
met transportmoeilijkheden. Weer wat
verderop in Grauw bezocht de Prins een
kroondomein-boerderij, /waar hij kennis
maakte met twee gezinnen, die deze boer
derij drijven en voor elk der twaalf kin
deren van deze families een hartelijke
handdruk en een vriendelijk woord had.
Langs juichende schoolkinderen, hoe-
denzwaaiende volwassenen, blazende
dorpsharmonieën ging het daarna verder
het Axelse land in, via een tapijtweverij en
breigoederenfabriek in Clinge vlak aan de
grens, waar de fraai bepette Belgische
douaniers de hoge bezoeker al even stram-
stralend salueerden als hun Hollandse col
lega's. Vervolgens door het eindeloze pol
derland naar Nieuw Namen, een vrolijk
miniatuur dorp je uit rood baksteen waar
een klompenmakerij bezichtigd werd. De
directeur van dit familiebedrijfje bracht
met kostelijke vrijmoedigheid zijn pro
blemen voor de Prins op tafel. „Hoogheid",
zo zei hij in sappig Vlaams, „zou u de re
gering niet eens een stootje kunnen geven
dat wij contant geld in handen krijgen om
klompenhout in België te kunnen kopen,
want al deze deviezenpaperassen, daar
willen ze op den Belgique niet aan". De
Prins had veel plezier om deze ronde
klompendirecteur en om de formulering
van zijn wensen en zou het eens bepraten
of er niet wat contante francs af konden
voor dat Belgische hout, als de klompen
handelaar hem ten minste beloven wilde
er niet mee te zullen gaan gokken in de
Belgische casino's.
In diezelfde gemoedelijke toon ging het
ook elders in de bezochte bedrijven. Overal
had de Prins een gewillig oor voor de
wensen en verlangens der grote en kleine
industriëlen en wensen heeft men vele in
dit tot nog toe altijd wat stiefmoederlijk
behandeld stukje Nederland, met zijn nij
pend tekort aan arbeiders en steeds vlot
tende bevolking en zijn vervoermoeilijk-
heden zonder tal. De suikerfabriek in Sas
van Gent bijvoorbeeld klaagde over de
verzilting van het kanaal, waaruit het zijn
water betrekt, over de gebrekkige en
schaarse verkeerswegen en over tal van
andere zaken die dringend nog verbete
ring behoeven. De tapijtweverijen willen
uitbreiden, maar kunnen niet door af
standmoeilijkheden en grensbelemme-
ringen. De landbouw kent weer andere
zwarigheden. Men was dan ook blij dat de
Prins zelf van al deze zaken eens persoon
lijk kennis komt nemen en ze daarvoor
kent men hem ook bij de betreffende
autoriteiten aanhangig zal maken, want
het is hoog tijd dat er hier eens spijkers
met koppen geslagen worden wil Zeeuws
Vlaanderen op den duur de financiële
eindjes aan elkaar kunnen knopen.
Eindpunt Hulst
Het oude stadje Hulst was het eindpunt
van de eerste dag.
Aan de door de Kamer van Koophandel
in het pas gerestaureerde stadhuis van
Hulst aangeboden maaltijd heeft de voor
zitter ir. Horstman, een drong ingesteld op
Prins Bernhard en op de Koningin. In een
korte tafelrede getuigde hij dankbaar te
zijn voor 's Prinsen bezoek.
Daarna heeft de heer Horstman de
Zeeuws-Vlaamse vraagstukken uiteenge
zet, die worden geaccentueerd door de
bijzondere geografische ligging van dit
kleine stukje Nederland. Hij had wensen
met betrekking tot de veren over de
Schelde en onder meer vroeg hij aan
dacht voor de zijns inziens onbillijke ver
deling van rijvergunningen voor inter
nationaal wegtransport. De Zeeuws-
Vlaamse ondernemingen ontmoeten aan de
Noordzijde de handicap van de Schelde
en aan de Zuidzijde zien zij zich door het
niet toepassen van de wederkerigheid door
de Belgische regering ook daar begrensd.
De tarieven voor electriciteit en drinkwa-
ADVERTENTIE
{Meistraat 39 - Haarlem- - 'fel. 13!f!
OFFICIËLE" VERKOOP SIKKENS LAKKEN
ALLE LAKKEN EN VERVEN
voor Huis, Auto en Industrie
ter liggen vergeleken bij overig Neder
land zeer hoog. Spreker betoogde, dat de
middenstand gevaar loopt in grote moei
lijkheden te geraken, wanneer de vesti
gingswet bedrijven wordt aangenomen.
Tenslotte vroeg hij de aandacht voor de
opleiding van vaklieden.
De derde jaarlijkse tentoonsteling van wer
ken van Jacobus van Looy wordt van Zater
dag 18 October tot en met Zondag 16 Novem
ber in het Huis Van Looy, Kleine Houtweg
103 te Haarlem, gehouden.
De secretaris van de Maatschappij der Ne
derlandse Letterkunde, drs. F. P. Huygens,
zal op Donderdag 23 October in het Frans
Halsmuseum over Jacobus van Looy een
voordracht houden.
Wegens valsheid in geschrifte eiste de
officier van justitie bij de Haarlemse recht
bank vanmorgen een gevangenisstraf van
een jaar, waarvan drie maanden voorwaar
delijk tegen de een en dertigjarige bloem
bollenkweker C. A. D. uit Santpoort. Op 24
Mei van dit jaar had hij zich begeven naar
het postagentschap aan de Rijksstraatweg
in Haarlem-Noord met zijn postspaarbank
boekje en verzocht hem een bedrag van
vijfhonderd gulden uit te keren. Aan dit
verzoek werd voldaan. Bij contróle op het
hoofdkantoor van de Postspaarbank bleek,
dat het saldo van de Santpoortenaar, voor
hij de vijfhonderd gulden opvroeg, slechts
1,98 bedroeg. Toen hij het boekje getoond
had, werd een bedrag van 1001,98 ver
meld. De Velser politie werd in de zaak
gemoeid en de bloembollenkweker deelde
mee, dat hij het bedrag in het boekje ver
anderd had. Hij had er duizend gulden bij
geschreven.
Voor de rechtbank verklaarde verdachte,
dat hij geld nodig had, omdat zijn vader,
die tevens zijn werkgever was, hem slechts
enkele guldens zakgeld per week gaf.
Nadat de officier van justitie wegens
valsheid in geschrifte een gevangenisstraf
van een jaar had geëist, waarvan drie
maanden voorwaardelijk, deelde de ver
dediger mr. dr. A. F. H. Schreurs mee, dat
de verloofde van verdachte inmiddels het
geld terug betaald heeft. Hij drong aan op
een korte onvoorwaardelijke straf en bo
vendien een voorwaardelijke straf.
De rechtbank zal op 30 October uitspraak
doen.
ADVERTENTIE
Hofleverancier
Wij brengen een NIEUWE 16 CENT SIGAAR
in de handel onder het merk:
De ideale Corona EEN OPVALLEND GOEDE SIGAAR
Kisten van 50 8.—.
Grote Houtstraat 81
Tien in een doos 1.60
Anno 1800
Naar wij yernemen zal de Haarlemse
Ambachtsschool een belangrijke uitbrei
ding ondergaan, niet alleen in het aantal
opleidingen, maar ook in ruimte.
Aan de architect H. Tuninga is reeds op
dracht gegeven tot het ontwerpen van een
nieuwe vleugel aan het gebouw, die aan de
achterzijde, dus aan de Brakenburgstraat,
zal verrijzen.
Met ingang van 1 Januari zullen cursus
sen worden geopend in brood-/banketbak-
ken en in banketbakken respectievelijk ter
opleiding tot halfwas en gezel in de brood-/
banketbakkerij en tot derde bediende en
verder in de banketbakkerij.
Voorts is er sprake van dat in Septem
ber een- cursus scheepswerktuigkunde
wordt geopend.
Wat de bakkersopleidingen betreft stond
Haarlem nog steeds achter bij andere
plaatsen in Nederland. De tegenwoordige
directeur der Ambachtsschool voerde reeds
in 1938 die leergang in op de Ambachts
school van Den Briel. De heer I. Hubregt-
sen verwacht een belangstelling van ten
minste vijftig leerlingen per jaar. De cur
sus is belangrijk omdat daardoor de moge
lijkheid voor de aspirant-bakkers wordt
geschapen tot het verwerven van de theo
retische kennis die de vestigingswet ver
eist.
Het lerarenkorps van de Ambachtsschool
wordt uitgebreid met een bakker met een
volledig aantal lesuren en een tweede, die
voorlopig een halve week bezet is, maar
wanneer de bakkersopleidingen op volle
toeren zijn gekomen zullen drie bijna vol
ledig bezette leraren nodig zijn.
Achthonderd leerlingen
De heer Hubregtsen verwacht dat bin
nen anderhalf jaar zijn school achthonderd
leerlingen zal tellen. Thans bedraagt dat
aantal 570 leerlingen en bovendien nog 430
voor de avondschool.
De nieuwe vleugel aan de achterzijde
komt op de plaats waar nu nog een houten
Ter gelegenheid van het vijftigjarig be
staan van de Nederlandse Kamer van Koop
handel voor België en Luxemburg te Brus
sel zal het Concertgebouworkest onder lei
ding van Eduard van Beinum op Woensdag
12 November een gala-concert uitvoeren in
het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel.
Na afloop daarvan zal het bestuur der Kamer
recipiëren in een der zalen van het paleis.
keet staat. Hij zal voor een gedeelte uit
twee, voor een ander deel uit drie ver
diepingen bestaan en drie werkplaatsen,
een gymnastieklokaal (waarover de school
nog niet beschikte) een overblijflokaal en
enkele theorielokalen omvatten.
Op het ogenblik is men ook druk bezig
de inventaris te vernieuwen. Reeds is voor
185.000 gulden aan niéuwe machines aan
geschaft. Leerlingen van de afdeling elec-
tromontage zijn vol geestdrift bezig met
het aanleggen van een geheel nieuwe licht
installatie, die binnenkort in gebruik ge
nomen zal worden: een lichtende voorbode
van de grote verfrissing die de Ambachts
school ondergaat.
Het Instituut voor Arbeidersontwikke
ling afdeling Haarlem opende Woensdag
avond zijn winterprogramma met een drie
tal voordrachten van Rolien Numan, die
door de heer De Graaf, solofluitist en Bets
Nederkoorn, piano, muzikaal werden om
lijst. De plaats der bijeenkomst leende zich
uitstekend èn voor de voordracht èn voor
deze muzikale verfraaiing, zijnde deze de
Renaissance-zaal van het Frans Halsmu
seum. Bijna was de zaal te klein, want de
opkomst der leden van het instituut was
dermate groot, dat het meubilair niet toe
reikend was om hen allen te bevatten. In
deze leemte werd echter voorzien.
Wat nu het programma betreft: voor de
pauze droeg Rolien Numan voor uit de
werken van de gevierde Duitse schrijver
Thomas Mann en na de pauze vertelde zij
over het leven van de socialistische, door
zijn „Oproerige krabbels" in het dagblad
„Het Volk" bekend geworden, A. B. K.
(Kleerkoper). Enige dezer krabbels ston
den eveneens op haar repertoire. Men kan
van deze keuze zeggen, dat zij goed ge
maakt was. Rolien Numans talent ligt niet
direct in wat ik de lyrische sector van de
voordrachtskunst zou willen noemen. Het
is alles nogal strijdbaar van karakter, wat
verbeten en soms een tikje martiaal, tiaar
werk is er daarom niet minder om, maar
er ligt een zekere beperktheid aan ten
grondslag. Er is wat minder hemel in dan
men zou verwachten of misschien wensen,
het blijft met enige nadruk aan de aarde
gebonden en het zal u moeilijk vermur
wen, hoogstens blijft het een poging tot
verzoening. Zo tenminste meen ik de kunst
van het voordragen, zoals Rolien Numan
ze beoefent, te moeten karakteriseren.
De wijze, waarop zij de gebeurtenissen
schildert in „Koninklijke Hoogheid" van
Thomas Mann, is kenmerkend voor heel
haar stijl. De figuren komen er goed tot
hun recht, zolang zij de volwassenen be
treffen. Deze figuren zijn niet zonder ironie
getekend en hun uitlatingen zijn dienover
eenkomstig. Het gaat meer om de manier,
waarop men ze laat spreken dan om de
feitelijke inhoud hunner woorden, meer om
de achtergrond dan om de woorden zelf. Die
achtergrond op te roepen is Rolien Numan
best toevertrouwd. Alleen wanneer kinde
ren hun intrede doen in het verhaal mist
zij de aansluiting. De klankbodem wordt
wel geraakt, maar zij resonneert niet. De
techniek moet dat gemis opvangen. Rolien
Numan speelt dat knap klaar. Nochtans
blijft het tekort voelbaar. De contrastwer
king, die Mann met dit verhaal van de on
wezenlijke verhouding van vorstenkinderen
tot de buitenwereld, bewust oproept, komt
daardoor niet geheel tot haar recht. Zo
hinderlijk, dat de voordracht er haar kracht
door verliest is het evenwel niet.
P. W. FRANSE.
Ned. Herv. Kerk
Beroepen tot predikant voor buitenge
wone werkzaamheden te Paramaribo: H.
P. Schouten, cand. te Wassenaar.
Benoemd tot hulppred. te Werkendam,
A. J. Poeiert, cand. en hulppred. te
's-Gravendeel.
Aangenomen naar Ouwerkerk (Zee
land) E. P. Kluin, thans vicaris aldaar.
Bedankt voor Holten, N. Warns te Wan-
neperveen; voor Kampen (toez.) G. H.
van Kooten te Brandwijk.
Geref. Kerken
Beroepen te 's-Gravenhage-Moerdijk,
(2e pred.pl.) H. Pol te Boskoop.
Geref. Kerken onderh. art. 31 K.O.
Beroepen te Alkmaar, W. Borgdorff,
cand. te Overschie.
ADVERTENTIE
CLASS
In een stofwolk stormde het paard met Bunkie op de draak af. Bunkie hield de
scherpe lans recht vooruit gestoken
Toen ze bij het beest kwamen, deed het monster wijd zijn grote bek met de scherpe
tanden open.Maar Bunkie mikte goed, en hij gaf de draak een flinke por met de
scherpe punt.
„Euwwww!", jankte de draak.
Bunkie stuurde het paard in een boog weer terug, voordat de draak hen had kunnen
bijten; toen vuurde hij het paard weer aan, en opnieuw stormden ze op het monster af.
Prik. Dat was wéér raak!
De draak gaf een schreeuw en beet naar Bunkie, maar die was alweer vlug buiten
zijn bereik. En opnieuw kwam hij woedend op het monster af.
„Ilc zal je net zo lang met mijn lans porren, tot je er genoeg van hebt!", riep hij.
En wat gebeurde er toenDe draak kreeg het opeens benauwd.hij werd bang voor
dat ijzeren mannetje op zijn paard, dat telkens weer als een stormwind op hem af
rende en hem van die pijnlijke, harde prikken gaf!
En toen Bunkie weer dicht bij hem was, werd de draak opeens zó bang, dat hij zich
omkeerde en als de wind op de vlucht sloeg!
„Kom hier, lafaard!", riep Bunkie.
Maar hij kon de draak al niet meer te pakken krijgen, zo hard nam die de benen.
De NCRV is de eerste omroepvereniging
die in ons land uitzendingen heeft ver
zorgd voor de scholen. Zij is voornemens
het werk in het begin van het volgend
jaar uit te breiden met een uitzending om
de veertien dagen op Vrijdagmiddag en
dan toelichtingen te geven bij gekleurde
beelden die in de klassen vertoond wor
den. Bij de afdeling schoolradio van de
omroep is reeds gebleken dat onderwij
zend personeel grote belangstelling heeft
voor de nieuwe soort uitzendingen en het
aantal aanvragen overtreft reeds het getal
dat de afdeling zich had voorgesteld.
Om een indruk te geven van hetgeen
de nieuwe uitzending biedt heeft de
NCRV een serie gekleurde foto's van
Zwitserland laten maken en een geluids
band opgenomen, waarbij de heer Gerard
Hoek als verteller optreedt. Op haar be
zoeken in verschillende delen van het
land heeft de NCRV reeds blijken van in
stemming ondervonden.
Op verzoek van de heer J. Mol, hoofd
van de Prinses Marijkeschool (Christelijke
school voor buitengewoon lager onderwijs)
is de NCRV Woensdagmiddag naar Haar
lem gekomen om de beelden over Zwit
serland voor de kinderen van de hoogste
groep te vertonen en de band te laten ho
ren. Het was de eerste keer, dat de heer
H. A. Weber, leider van de schoolradio,
een bezoek bracht aan een school voor
buitengewoon lager onderwijs. Na afloop
vernam hij van enkele onderwijs-autori-
teiten, die de voorstelling bijwoonden, dat
hetgeen op het doek was gebracht en het
geen de heer Hoek verteld had zeer ge
slaagd was en ook geschikt is voor leer
lingen van het B.L.O. Deze kunnen van
het gesproken woord der gewone school-
uitzendingen niet alles begrijpen. Nu er
beelden op het doek gebracht worden is
aan te nemen, dat de meisjes en jongens
van de uitzendingen kunnen leren.
De aandacht, waarmee de kinderen in
de Prinses Marijkeschool gisteren luister
den en belangstelling toonden voor de
prachtige beelden waren van dien aard,
dat de heer Mol tot de conclusie kwam,
dat deze soort uitzendingen voor zijn
school vruchten kunnen afwerpen. Hij
hoopt daarom dat het mogelijk is een
radio voor de nieuwe uitzending van de
NCRV aan te schaffen.
De sportcommissie van de Internationale
Automobiel Federatie heeft besloten dat de
Grote Prijs van Nederland, die op 7 Juni op
het Zandvoorts circuit zal worden verreden,
wederom voor het wereldkampioenschap zal
gelden.
De andere Grote Prijzen die voor dit kam
pioenschap tellen, zijn die van Argentinië,
Indianapolis, België, Frankrijk, Groot-Brit-
tannië, Duitsland, Zwitserland, Spanje en
Italië.
ADVERTENTIE
zijn nu reeds in fraaie sortering voorhandea
Wij zorgen ook voor verzending
naar het buitenland.
Zijlstraat 98 - Telefoon 117W
In de loop van het jaar zijn op het bil'
reau van politie een aantal fietsen verza
meld, waarvan de eigenaars onbekend zijn,
Verzuimd is aan de politie mee te delen
dat men zijn fiets vermiste. Zaterdagmid
dag van twee tot zes uur bestaat er op he!
bureau van politie gelegenheid de fietsen
te bekijken. Zij die hun fiets missen hebben
een kans hun fiets terug te krijgen.
HAARLEM, 15 October
ONDERTROUWD: 15 Oct., M. van der fa
en J. van Dijck; J. F. Riteco en E. M. Felix;
Th. Veenings en G. J. F. Meier; P. Joosten
en Th. J. van Baar; J. Kok en J. Jacobs; S,
B. J. Kietselaer en E. Leendertz; J. Tuijn en
L. A. J. Elstgeest; H. Daim en F. C. M. Mul
ders; P. Maerten en J. A. M. Slewe; J. CaS'
pers en J. Valk; A. A. de Vries en T. Lou
rens; J. Melet en M. H. van Dansik; M. B.
de Graaf en B. C. Woolthuis; J. Maarsen er.
L. H. Posthumus; C. L. H. Janus en H. M.
van Dam; H. L. A. Roseboom en E. C. Ko>
ning; A. Spreeuw en J. van Bentem; J. A
van Breda en H. Wijnands; J. Kiekens ec
K. van der Aar; J. H. J. M. van Schie en G.
H. Hermans; A. Pen en J. van Excel; J. Dek'
ker en J. Teutscher; W. J. Zonneveld en E
Th. Daams.
GEHUWD: 15 Oct., H. B. Kersten en G. A
Hoogendijk; J. A. A. M. van der Pligt en M
Groot; S. Klinkenberg en J. Schraal; N.
Borst en M. C. Hoogeboom; H. van der Kas
en D. Heijdenrijk; G. H. van Haaster en M
C. Eising; C. W. van der Veldt en E. A. G
Heeres; R. J. Fenne en S. Brouwer; H. N.
Serné en E. Coule; J. A. Hesseling en C. J.
M. Veldhuizen; C. Kuyt en N. Bout.
BEVALLEN van een zoon: 14 Oct., C. V.
van MeursLanfermeijer; J. C. Honhoff-
van den Aarssen; A. OnrustWyckelsma.
BEVALLEN van een dochter: 14 Oct., J. G,
de Vriesvan Essen; G. KornelissenSwak-
man; M. PeuteLasschuit.
OVERLEDEN: 13 Oct., H. Luijten, 62 j,
Spaarnoogstraat; G. W. Fortgens—Akersloot
69 j., President Steijnstraat; 14 Oct., E. Mo
lenkampPieterman, 69 j„ Korte Poellaan
ONDERTROUWD
In de opgave van de Haarlemse Burgerlijke
stand vermeldden wij gisteren abusievelijk
dat mej. S. Bos ondertrouwd was met de
heer L. J. Overveen. Dit moet zijn de heer
Overmars.
ADVERTENTIE
bi] allerlei verkoudheden.
Wonderlijk zoals dat helpt!
Voor Vader, Moeder en Kind
13)
Hij had Eli moeten afzeggen voor van
avond. Ze zouden samen naar een operette
zijn gegaan en ze was erg teleurgesteld ge
weest toen hij haar opbelde. Ze had willen
weten wat er aan de hand was. Joris was
niet erg sterk in het verzinnen van uit
vluchten. Hij had erg onsamenhangend iets
gezegd over een kennis, die bij hem op be
zoek kwam en over hoofdpijn en verder was
het een jammerlijk verhaal vol ongeloof
waardige smoesjes geweest. Eli geloofde hem
niet, dat was duidelijk. Ze had plotseling
afgebroken en Joris bleef doodongelukkig
in zijn kantoortje bij het telefoontoestel
zitten, in de hoop dat zij nog terug zou
bellen om hem tenminste iets te zeggen dat
hem troosten kon. Maar de telefoon bleef
stom en hij had niet de moed om zelf nog
eens haar nummer te draaien.
En bij dat alles moet die vervelende juf
frouw Molebeek nota bene nog komen
klagen dat hij niet at! Welk mens zou kun
nen eten bij al die ellende?
De sombere gedachten van Joris werden
ruw verstoord door de deurbel. Beneden
scharrelde juffrouw Molebeek in de gang,
ze opende de deur en even later klonk een
forse stap op de trap.
Joris stond op. Hij hoorde een harde tik
op zijn kamerdeur en riep met vaste stem:
„Binnen!" De deur ging open en inspecteur
Tak stond op de drempel.
„Kijk eens hier, waarde heer", zei Tak,
terwijl hij zich behagelijk nestelde in de
fauteuil die Joris voor hem had aange
schoven, „u moet heel goed luisteren naar
wat ik zeg. Uw zaak staat er beroerd voor
en vandaag heb ik commissaris Falkner
met moeite kunnen weerhouden van zijn
voornemen om u in verzekerde bewaring
te stellen. Ik heb dat gedaan omdat ik
eerst met u wilde praten. Van dit onder
houd hangt heel veel af. Ik zeg ronduit dat
ik hier gekomen ben met de verwachting
van twee mogelijkheden: de eerste is, dat
u mij zonder enig voorbehoud precies ver
telt wat u weet, de tweede, dat u mij om
de tuin probeert te leiden en me verhaal
tjes op de mouw spelt. In het eerste ge
val kunt u op mijn volledige steun reke
nen. wat het ook moge zijn. In geval num
mer twee -trek ik mijn handen van u af
en laat Falkner morgen zijn gang gaan.
Welke keus doet u?"
Joris keek naar de man tegenover hem.
Tak was ^oals gewoonlijk gekleed in zijn
donkere pak van ouderwetse snit en zag
er uit als een dominee op huisbezoek. Zijn
bleek gezicht was zonder enige uitdruk
king, doch zijn merkwaardig scherpe ogen
tintelden. Er was iets in die ogen dat Joris
plotseling het gevoel van een sterke steun
gaf.
„Er is voor ipij geen keus", zei hij zacht.
„Ik heb niets op mijn geweten waarvoor
ik mij schamen moet en ik wil u zonder
enige omweg alles vertellen wat u weten
wilt. Maar vóór alles moet ik u vragen mij
te geloven. Ik ben volkomen onschuldig.
Geloof me, ik ben volkomen onschuldig
Tak zweeg en bewoog bijna onmerkbaar
zijn hoofd, alsof hij knikte. Na een poosje
zei hij:
„Ik zal u enkele vragen stellen om de
kwestie op gang te brengen. Allereerst: u
bent bevrind met twee mensen die bekend
staan als Kees en Sjakie?"
„Ik heb u al eerder verteld dat zij bij
mij op bezoek zijn geweest enkele dagen
vóór die inbraak", zei Joris mat. „Ik ben
met hen opgegroeid in het weeshuis. Zij
waren mijn beste vrienden indertijd. Later
verloor ik hen uit het oog. Zij blijken niet
erg goed terecht gekomen te zijn".
„Wanneer had u het laatst contact met
hen vóór hun bezoek?"
„Ik weet het niet meer. Dat moet jaren
geleden zijn geweest. Ik heb hun nog eens
geschreven en pakketjes gestuurd toen zij
gevangen zaten. Nadien zijn ze me komen
bedanken, maar dat is jaren geleden".
„Hebt u hun niet gevraagd bij u te ko
men?"
„Neen! Ik stond stomverbaasd toen ze
plotseling kwamen binnen wandelen".
„Wat kwamen zij doen?"
„Ik weet het niet. Zij hadden geen spe
ciale bedoeling, geloof ik. Zij waren zwer
vende en misschien hoopten zij dat ik hen
helpen kon. Ik gaf hun wat geld
„Maakte u een afspraak met hen?"
„Neen.... Dat wil zeggen, ik liet hen
eerst weggaan. Maar later, toen ik de win
kel sloot, ontmoette ik hen weer. Ik was
blij dat ik hen ontmoette. Misschien be
grijpt u dat niet, maar dat kan ik u niet
kwalijk nemen. Ik heb in mijn jeugd geen
ouders gehad die iets voor me betekenden.
Zij tweeën betekenden wel wat voor me.
Zij waren bezorgd voor me en deelden hun
kleine vreugden met me. En ik met hen,
begrijpt u? Ik was blij dat ik hen weer
terugzag op straat. En ik bedacht dat ik
hen iets zou kunnen laten verdienen. Ik
moest hulp hebben om die ijskast naar het
huis van mijn verloofde te brengen. Ik
sprak met hen af, dat zij die avond om
half elf bij mij zouden komen. Ik had een
handkar gehuurd en wij sjouwden ge
drieën die zware kast op de kar. Daarna
reden wij het geval naar de straat waar
Kamerlingh woont. De ouders van mijn
verloofde waren op de hoogte en zij dach
ten dat Kees en Sjakie mannen van de
verhuurinrichting waren. Ik vertelde niet
dat ik hen vroeger gekend had. Zij kregen
een kop koffie en brachten daarna de kar
naar de achterkant van mijn winkel, om
dat het te laat was om haar die avond
nog naar de verhuurder terug te bren
gen. Ik heb haar de volgende morgen te-
ïuggebracht. Er was een hangslot bij, dus
het leek me geen bezwaar om het ding een
nacht buiten te laten. Wie zal er nu een
handkar stelen
„Tja, wie zal er een handkar stelen
zei Tak peinzend. Toen vroeg hij: „En
daarna? Wat deed u daarna?"
„Ik bleef later dan zij bij de familie Ka
merlingh en ging pas tegen enen naar huis.
Voordat Kees en Sjakie met de kar weg
gingen had ik hen betaald wat we afge
sproken hadden. Ik.... ik vroeg hun nu
en dan nog eens aan te komen om te ho
ren of ik misschien iets voor hen te doen
had. Ik sta namelijk voor een verhuizing
en ik dacht dat ik hen misschien nog wel
wat te doen kon geven".
„Juist. Weet u dat die twee gearresteerd
zijn?"
„Joris schrok. Hij keek Tak onzeker aan
en barstte toen los:
„Gearresteerd? Waarom in 's hemels
naam?"
„Onder verdenking van medeplichtigheid
aan de inbraak in de bank. Denk eens na,
mijnheer Helleboom, en wees niet naïef.
Die twee hebben een abominabele reputa
tie. Zij zaten zwaar aan de grond en ken
den de kunst om ergens binnen te geraken
waar wat te halen valt. Zij kenden de si
tuatie aan de achterzijde van de bank,
want u was zo vriendelijk hen die uit te
leggen. Zij hadden de beschikking over een
handkar en ze zijn allebei nogal potig, al
hoewel die ene, Sjakie, de indruk maakt
van een slappeling. En tot overmaat: Zij
konden niet vertellen waar zij die nacht
gezeten hadden, sterker nog, zij logen dat
het er duimen dik bovenop lag. De een
beweerde dat ze in een loods geslapen
hadden (die er plotseling niet meer bleek
te staan toen we eens gingen kijken) en
de ander hield bij hoog en laag vol dat
zehadden zitten vissen. Waar wist hij
niet meer en hoe ze aan een hengel geko
men waren bleek ook aan zijn geheugen
ontschoten. Nu vraag ik u: Is het u dui
delijk waarom zij zijn gearresteerd?"
Joris dacht ingespannen na. Die twee
stommelingen hadden zich natuurlijk in
een of ander wespennest gestoken en zagen
nu geen kans meer om er uit te komen.
Maar wat voor wespennest? Hadden zij
werkelijk iets uit te staan gehad met die
bankroof?
„Ja", zei hij zacht, „ik veronderstel dat
de politie moeilijk iets anders had kunnen
doen. Maar ik geloof dat u toch op de ver
keerde weg bent, mijnheer Tak. Ik ken die
twee jongens. Ik geloof vast dat u zich ver
gist".
Tak haalde de schouders op. Hij was in
gedachten bezig deze Helleboom te taxeren
en te analyseren. De man maakte een op
rechte indruk, maar het kon comedie zijn,
„Het is mogelijk", zei hij. „De politie
vergist zich vaker. Maar op den duur komt
de aap toch altijd uit de mouw, dat is ze
ker. Ik wou dat u mij kon bewijzen, wat
u allemaal verteld hebt. Een alibi voor die
nacht hebt u ook eigenlijk niet, tenminste
niet na enen. Want uw hospita heeft u
natuurlijk niet binnen horen komen".
(Wordt vervolgd).