Dagtaak Het Hek van de Slachtmaand Dam Agenda voor Haarlem Wedergeboorte vao. een dichter In de hoofdstad uit LITTERAIRE KANTTEKENINGEN Verzameld werk van Paul van Ostayen William Green overleden Damstukje Villoresi geett op in Panamericana Nieuwe actie tegen de Mau Mau Glashelder Mijnontploffing in België kost vijf doden Fijn trekje ZATERDAG 22 NOVEMBER 1952 VRIJWEL DEZELFDE dag waarop het stoffelijk overschot van de Vlaamse dichter Paul van Ostayen na bijna een Kwarteeuw te hebben gerust op het vérgelegen kerkhof van Miavoye-Anthée naar Antwerpen overgebracht plechtig in het erepark van „Het Schoonselhof" bijgezet en met een beeld van zijn vriend Oscar Jespers gesierd werd, verschenen de eerste beide delen van zijn Verzamelde Werken zijn poëzie in een uitgave, die deze „heraut van een nieuwe gene ratie" waardiger en duurzamer eert dan enig officieel huldebetoon zou kunnen doen. Ten tweede male begraven, is hij terzelfdertijd herrezen. Hij is opgestaan in zijn werk, dat sinds zijn debuut, de in 1915 verschenen verzenbundel „Music-Hail", één onaf gebroken worsteling is geweest: met de tijd waarin het lot hem plaatste, met en om zichzelf, met en om zijn dichterschap een onafgebroken experiment met de taal als dichterlijk instrument, met het woord, met eiKe letter van het woord, klank voor klank, om het, herbezield door lyrische extase, eens te doen zingen, dansen, trillen, te doen weerklinken van een muziek, die hij in zich gedragen moet hebben; een muziek van beelden, gedachten en gevoelens; een muziek waarin (ach neen: waar achter, vér-weg) zich het eeuwig onzegbare hoorbaar maakte. Het was een steile weg die hij is gegaan, met afgronden aan weerszijden. Het was een avontuurlijke, moedige en trotse tocht die hij volbracht. De poëzie van zijn jeugd jaren af te zweren, waarin nog plaats was voor een „witte blijdschap om de witte boodschap" van een lente, voor de ver tedering van een „eerste liefde" en de pijn van een eerste verlaten-zijn, voor een lichte weemoed om het verloren landschap van zijn jeugd déze luxe-poëzie te offe ren en daarméé de traditionele versvorm prijs te geven, dat mag een noodzaak ge weest zijn, die met de ineenstorting van 1914, met deze eerste gruwelijke cataclysme van onze eeuw onontkoombaar was ge worden, de wijze waarop hij offerde, waar op hij uit de ruïnes van illusies en idealen steen voor steen bij een woelde voor het fundament van „het werkelijke leven", voor een mensengemeenschap en een ge meenschapspoëzie, was van een trotse strijdbaarheid, die in alle tijden de kracht dei- vernieuwing in zich heeft gedragen. Poëzie van het va-banque Hij dichtte het eens en het was hem bloedige ernst: dat hij „va-banque" speel de. Hij brak in zijn expressionistische experimenten, waartoe hij in zijn tweede bundel „het sienjaal" gaf, de zinnen in stukken, de woorden in stukken, tot ze, chaotisch als zijn tijd, uiteenspatten in kreten, in vlammende klanken, in een'Wil de jacht van flitsen en beelden, zich met spitse pijlen in de onheilslucht boorden en ergens trillend doeltroffen: in het klank bord van een gewetenloos-vernietigende en sidderende mensheid. In „Feesten van Angst en Pijn" kraste deze opstandeling met vlijmscherpe pen of als met bot hout op de bladzijden van zijn manuscript zins delen, woorden, woordbrokken, in een af- Xlc ka.\ JU*. ptilliftLi lis i.L 1 c*. v J tlx i Ck JU.X. C*. jecx. kui<J. ik ka*. Vwi t'A Ld K«i£- luwd, bundelde hij geen verzen meer. De dood was te rap bij de hand. Van Ostayen keerde tot zichzelf in, tot het wezenlijkste van zichzelf. De dichter, die de „leegte" er op waagde, vond ook de moed tot vergetel heid. Hij herbegon. Hij hervond het kost baarste van zijn dichterstalent: de arge loosheid. Alle hindernissen van zijn zwaar gewapend intellect liet hij ver achter zich orn, bevrijd van zijn buitensporig expres sionisme, van zijn „verklarende" poëzie, open te staan voor de „klare poëzie". Wat er uit voortkwam was een prille rijpheid van klanken, een trachten naar louter .woordmuziek, naar een rhythmisch be wegen van gevoelstonen, naar speelse sprankeling, waarachter een bitterder weten, een diepere wanhoop schuilgaat dan een vluchtig lezer vermoedt. Van Ostayen dong naar het onbereik bare. Maar aan deze onvervulbaarheid danken wij de musische welluidendheid, de stil-warme gloed in de woorden van talloze strofen in zijn nagelaten gedichten, die deze onvolprezen uitgave als werk van een herrezen Van Ostayen overdraagt aan het heden, en méér wellicht nog aan de toekomst. C. J. E. DINAUX Paul van Ostayen: deel I en II van het vierdelige „Verzamelde Werk" („De Sikkel", Antwerpen; N V. Daamens Uitgeversmaatschap pij, Den Haag; G. A. van Oorschot, Amsterdam). ..Paul va.n Ostayen": zeven essays over de dichter (idem). WASHINGTON (Reuter). William Green, de voorzitter van de A.F.L. (Ame rican Federation of Labour), een van de grote Amerikaanse vakverenigingen, is Vrijdag in zijn woning te Conshocton in Ohio overleden. De 81-jarige vakbonds leider was reeds enige tijd ziek. Hij overleed aan een hartaanval. In Oc tober had Green twee weken in een zie kenhuis doorgebracht. Op 23 September was hij herkozen tot voorzitter van de A.F.L. De dood van Green betekent het tweede grote verlies voor de Amerikaanse vak beweging. Op 9 November overleed de leider van het tweede grote Amerikaanse vakverbond, de C.I.O., Philip Murray, na een hartaanval te San Francisco. De ongehuwde ambtenaressen verdedigen hun spaarvarken een muurtje van ongeveer zestig centime ter viel. Voor onderzoek werd het meisje naar het Diaconessenhuis vervoerd, waar bleek, dat een ruggewervel was gekneusd. Later is het naar de woning overgebracht. In de Stadsschouwburg worden de volgende voorstellingen gegeven: door het A.T.G. op Zaterdag van Onder de wilde vijgeboom" en op Donderdag van .Hilda Crane", door het Rotterdams Toneel op Zondag en Maandag van „Bonavcntura" en door de Nederlandse Comedie op Woensdag van „De Koopman van Venetië. Het Ballet van de Nederlandse Ope ra, met Ethéry Pagava en Youli Ai- garoff als solisten, treedt Vrijdag in de Stadsschouwburg op, onder meer met „Quatre Mouvements" en „II Ritorno"- van Adret. Zaterdag en Zondag zijn Hetty Blok en Cruys Voorbergh terug in het Leidseplein Theater met hun pro gramma „Van snotneus tot neon". In de Kleine Koynedie wordt dage lijks „Potasch en Perlemoerver toond, de Hoofdstad Operette gaat in het Centraal Theater door met de voorstellingen van „Geschichten aus dem Wiener Wald". Het Concertgebouw Orkest speelt Zondagmiddag onder leiding van Eduard van Beinum werken van Haydn, Liszt en Debussy. Theo Bruins is solist met zijn eigen piano concert. Woensdag en Donderdag verlenen Elsa Cavelti en Lor enz Fehenberger medewerking aan de uitvoering van „Das Lied von der Erde" van Mahler. Vrijdagavond concerteert het Resi dentie Orkest in het Concertgebouw onder directie van Erich Kleiber. Er DURANGO. (ANP.). De Italiaan Luigi Villoresi heeft tijdens de vijfde c'appe van de Carrera Panamericana opgegeven we gens een defect aan de versnellingsbak van zijn Ferrari. Hij had de vierde étappe gewonnen vóór zijn lanógenoo' Bracco. De uitslag van de vijfde étappe, van Leon naar Durango (537 km.) luidde voor de sportklasse: 1. Kling met Mercedes, 2 uur 58 min. 7 sec.; 2. Bracco met Ferrari, 2.59.13; 3. Lang met Mercedes 3.03.13. In het algemeen klassement behield Bracco de eerste plaats. NAIROBI (Reuter). Britse troepen, versterkt door blanke kolonisten, zijn Vrij dag in actie gekomen tegen een verboden nederzetting van de Kikoejoéstani op een van de hellingen van de Riftvallei ten Westen van Naivasja. Er waren vliegtuigen ingeschakeld om de bewegingen van de Kikoejoes te volgen. Leden van de Masai- stam in volle oor!ogsmtrusting hadden de toegangswegen tot de nederzetting afgezet. Het resultaat van de razzia, die een van de grootste in de acties tegen de Mau Mau wordt genoemd, beantwoordde niet aan de verwachting. Er werden slechts ongeveer 100 Kikoejoes aangehouden. Andere operaties door militairen en politiemannen in de woongebieden der Kikoejoes in de afgelopen 24 uur hadden tot gevolg de arrestatie van ongeveer 300 verdachte personen. 'Vo.uet*of U «k tn j*. ik (-d-. (if uJt u,e*jC-. ha.aX£ tk. i iLot «-«*•"«1 7l'uu* fffzoxctk Li jk u>:( U)t tl uil Vui Handschrift van Paul van Ostayen. wisselend bloed-rood, dood-zwart, hel blauw, in een wild-rhythmische verdeling over het blanke papier. Het was een ex pressieve ontploffing van emotioneel geladen denkspanningen, zoals de littera tuur van ons taalgebied vóór noch na hem gekend heeft. Deze poëzie voor zover deze uiterste poging om dichterlijk tot oor èn oog te spreken nog poëzie kan heten voltrekt zich letterlijk zienderogen: ze „gebeurt". Woorden rekken, buigen, storten zich over de bladzijden, breken, versmelten weer in een schouwspel, dat deze zojuist versche nen uitgave met onvolprezen typografische zorg weergeeft. In „Bezette Stad" (1918) herhaalt zich deze uitbeelding van „een nieuwe werke lijkheidsaanschouwing" in het gedrukte woord, minder persoonlijk allicht dan het handschrift, maar niet minder overrom pelend. Maar de flarden van gedachten, van gewaardwordingen, zijn bitter-zwart geworden: de vloek van de tijd had ook de laatste schuilhoek getroffen: het geloof aan de „morgenstond van een nieuwe mensheid", waarvoor hij als zijn Duits- Oostenrijkse expressionistische vrienden zijn poëzie had ingezet. Ge zult weten, ge zult zien, ge zult horen en diep in uw éigen ogen, in uw geweten zien, om eindelijk te beseffen, wat ge brouwde in deze wereld die u is gegeven ge zult wéten dat ge het laatste der idealen hebt vertreden: dat is de zin van deze verscheurde bazuinsstoten. Positieve wanhoop Nihilisme? Inderdaad. Een dodelijk nihi lisme zelfs, zowel voor Van Ostayens levensgevoel als voor zijn poëzie, die hij met halsstarrig-methodische trefzekerheid ontbond in een veld van krachten. Maar als het explosief tumult een ogenblik zwijgt, hoor dan naar de stem die klinkt in enkele regels, waarin de zuiverste poëzie is binnengeslopen. Deze mens weet men dan had het leven zielslief, hoe wrang hij het verfoeide. Hij had het lief uit posi tieve wanhoop. Met dit expressionistische Niets was de dichter noch de mens Van Ostayen aan zijn einde gekomen. Dat hij met zijn experi menten „niets nieuws" deed, niemand wist het beter dan hij, die een zo voortreffelijke studie over het expressionisme schreef. Maar dat hij met nieuwe middelen aan een nieuw wereldaspect op een hoogst persoon lijk vernieuwende wijze een zo volstrekt mogelijke uitdrukking had gegeven, daar van bleef hij, met het recht dat wel zeer laat en nog steeds onvoldoende wordt erkend, rotsvast overtuigd, ook al verwierp hij zijn vroegere bundels als Jongelings- poëzie van het overwonnen standpunt." Sinds de storm om en in hem was ge Wij willen wel verklaren, dat wij ge troffen zijn door het besluit om de min der belangrijke voorronden van het wereldkampioenschap dammen in Am sterdam te doen verspelen, zulks ken nelijk met de bedoeling ons in de ge legenheid te stellen er een stukje over te schrijven, dat gezien de titel van deze rubriek uitermate toepasselijk kan zijn. In deze keuze hebben trouwens nog enkele overwegingen van folkloristische aard meegespeeld, want Amsterdam is zeer rijk aan dammen. Chauvinisten uit Klein-Mokum (zoals volgens Van Dale Rotterdam zo treffend is geheten) die de Maasstad als strijdtoneel zouden hebben verkozen, willen wij er opmerkzaam op maken, dat dit een zeer ongelukkige keuze zou zijn geweest. Het technisch peil van het damspel is toch al niet meer wat het geweest is. En bovendien kun nen de Maasstedelingen zich altijd ti-oosten met de gedachte: „Geen Rotter dam dan Amsterdam". Waar op het ogenblik de belangrijkste partijen van dit tournooi in Haarlem zélf worden gespeeld, leek het ons wel opportuun uw kennis van de spelregels nog even wat op te frissen. En de onze daarbij. Want wij weten natuurlijk wel, dat damslag altijd voor steenslag gaat, maar of méérslag nu prioriteit heeft boven damslag, daar wisten we werke lijk geen precies antwoord meer op. Ook het uitermate ernstige probleem van het zogenaamde „blazen" bleef ons kwellen. Wij willen wel zeggen, dat wij teleur gesteld waren, toen wij vernamen, dat blazen tegenwoordig niet meer je dat is. Wij hebben er namelijk altijd een groot plezier in geschept wanneer onze tegen stander een mogelijkheid tot slaan over het hoofd zag, gauw zijn steen van het bord te pikken. In „Hoe leer ik dammen" van B. Springer lazen wij echter: „Kort maar krachtig wordt hier gezegd, dat de han deling „blazen" misschien veel nut kan hebben bij het nuttigen van één of ander gere.cht, doch in het damspel niet thuishoort." Spijtig. Maar om bij het begin te beginnen, in artikel negen van de spelregels (hoofd stuk: de loop der stukken) van het alleraardigste boekje „Het Damspel", wonderlijk genoeg geschreven door de heer A. K. W. Damme, lezen wij: „De schijf gaat schuin vooruit." Die schijf toch! Een hoofdstuk dat ons in de spelregels werkelijk gefascineerd heeft, was dat over „onregelmatigheden" en wel spe ciaal artikel 20, dat uitmuntte door korte en bondige zeggingskracht. Het luidt: Heeft een speler in plaats van een eigen stuk, een stuk van de tegenspeler opgespeeld en losgelaten, of wel na een slag te veel, te weinig of verkeerde stukken van het bord genomen, of zelfs een slag in het geheel niet uitgevoerd, maar een ander stuk gespeeld, of einde lijk, indien door een speler een of meer- Luitenant-kolonel volksvertegenwoordi ger J. J. Fens heeft in de Tweede Kamer gezegd: „Het is juist dat de soldaten geen behoorlijke dagtaak hebben. Men laat hen maar poetsen en gedurende deze tijd heb ben zij zich een grote kennis eigen gemaakt van zwikken en klaverjassen". Als oud- dienstplichtig-soldaat-op-het-laatste-nip- pertje-net-niet-bevorderd-tot-korporaal- titulair, gediend hebbende in de Morspoort- kazerne te Leiden anno 1924, moet ik ern stig bezwaar maken tegen deze aantijging door een persoon die zich, helaas, verbergt achter zijn parlementaire onschendbaar heid. Want uit de strekking van zijn op merking heb ik begrepen dat er in de laat ste 28 jaar niets veranderd is in het sol datenleven en uit de détails maak ik op dat hier onrecht geschiedt jegens hen die poet sen. Dacht de heer J. J. Fens nu werkelijk dat de dienstplicht nodig is om de man zich een grote kennis eigen te doen maken van zwikken en klaverjassen? Dacht hij, dat wij, de poetsers, deze grote kennis niet al reeds bezaten toen wij voor het eerst de chambrée betraden? En dacht hij dat wij, de mannen, alleen maar poetsen als wij niet zwikken, als wij niet klaverjassen? Hoevele uren worden besteed voor wij het perfecte wolletje onder de knie en op onze matras hebben? Dacht u dat dit architec tonische wonder ons komt aangewaaid, overste?En de onderdelen van het machine geweer? Bodem deksel„bij de brug staan zes lummels"weet u 't nog van dat ezelsbruggetje? Hoeveel slapeloze nach ten na theoretische dagen heeft ons dat bezorgd? Klaverjassen en zwikken, zei u, hè over ste? En het eten halen? En het exerceren? En de theorie-groeten? En de theorie-ran gen? In mijn tijd had je dan ook nog de theorie-poetjes, de practijk-spuwbakken en het schoonmaken van de fiets van de adju dant. Als er dan nog een uur of viif, zes overblijft voor klaverjassen, zal het veel zijn, overste! U bent bijna even ondankbaar jegens de Nederlandse soldaat als de heer Chester Wilmot, die onlangs gezegd heeft dat de minste Belgische soldaat altijd nog éven beter is dan de beste Nederlandse. Wij nemen het tegen iedere Belg op met zwikken, overste. Dat verzeker ik u. ELIAS. BRUSSEL (ANP). Gistermiddag heeft zich in de mijn „Les Liègeois" te Zwart berg (België) een ernstige mijnontploffing voorgedaan. Hierbij werd, volgens de eer ste gegevens, een vijftal mijnwerkers op slag gedood. Negen anderen liepen zware brandwonden op. De ministers van Arbeid en Economische Zaken hebben zich naar de plaats van het ongeluk begeven. De ontploffing deed zich omstreeks twee uur voor. Reddingsdiensten begaven zich onmiddellijk ter plaatse om de slachtoffers hulp te bieden. De lijken van vijf om het leven gekomen mijnwerkers zijn reeds aan de oppervlakte gebx-aeht. Ook zes gewon den zijn naar boven gebracht. Gevreesd wordt dat er nog meer slachtoffers zijn. De ontploffing is door mijngas veroor zaakt. dere stukken verkeerdelijk van het bord worden genomen in al deze gevallen kan de tegenspeler vorderen, dat dit zo blijve en als een gedane zet zal gelden, of wel, dat de stand geheel en al her steld en in het eerste geval opnieuw ge speeld of in de andere gevallen juist geslagen en weggenomen zal worden. Welaan, leest u dit nog maar eens een paar keer over, dan schrijven wij in middels rustig verder. Oplossingen bin nen vijf jaar in te zenden aan „Exwen Puzzlerubriek Hek van de Dam". Goede inzendingen worden beloond met de Nobelprijs voor letterkunde. Een bekend trekje in de regels trof fen wij aan in de rubriek „De uitslag" waar vermeld wordt, wanneer het spel voor de speler verloren is. Op dit punt zijn wij expei-t, want in die positie be vinden wij ons onvex-anderlijk. Men heeft volgens de officiële regels onder andere verloren, wanneer men de stuk ken dooreen werpt, het spel opgeeft, het spel laat varen of weigert door te spelen. Bij ons houdt het spel altijd gewoon op, wanneer wij geen enkele steen meer overhebben en de tegenstan der nog een stuk of tachtig. Zonder ons op het voetstuk der wereldtitelcandidaten te willen plaatsen, geloven wij toch, dat wij onlangs een partij hebben gespeeld, die de zoge naamde damwereld zal onthutsen. Onze Fiep was er bij om dit grootste treffen met de flits-camera te vereeuwigen en voor de beginnende en geroutineerde dammers hebben wij er enige annota ties bij gemaakt, die de situatie kunnen verduidelijken. Wij willen er de aan dacht op vestigen, dat het niet een klas sieke partij was, maar integendeel een gedurfd fantasie-gambiet. Om te be- Leerlingen van de Prinses Ireneschool aan de Anthony Fokkei'laan in Haarlem- Nooi'd waren Dondei-dagmiddag aan het stoeien voor de school. Een jongen botste tegen e_n dertienjarig meisje op, dat over ginnen speelden beide partijen met wit om zodoende ieder het voordeel van de openingszet te gunnen. Aan de rechter kant van het bord ziet ge een zogeheten Dubbeldam, waarmee men zelfs de tegenstander persoonlijk mag slaan. De geoefende toeschouwer zal voorts geen moeite hebben om in de witte stenen, die naast het bord staan opgesteld de reservespelers te onderkennen. Met de twee zwarte stenen aan de linkerkant wilde onze vijand een omtrekkende be weging maken, doch hij had buiten onze buitenspelval gerekend. Een van de fijnste tactische trekjes, die wij toepasten was wel het plaat sen van het bord „Verboden voor auto's" waarmee wij het doorstoten van een gemotoriseerde vijandelijke colonne wisten te verijdelen. Het spel werd ten slotte beslist door de nijptangbeweging, die wij uitvoerden en die op de tekening wordt aangegeven door de twee vette, zwarte pijlen. De hele wedstrijd was namelijk op de witte velden gespeeld instede van op de zwarte, zoals het reglement dat voorschrijft. Toen wij dit beseften, was het spel voor de tegen standers verloren. Wij plaatsen eenvou dig twee stenen op de zwarte velden en waren derhalve minder in overtreding dan onze tegenstander, die als een ge slagen man het veld moest ruimen. Wij zijn er tenslotte van overtuigd, dat wij met de analyse van deze forse partij, het damspel in het algemeen en de dammers om de wereldtitel in het bijzonder een waardevolle dienst hebben worden werken van Beethoven, Schubert en Richard Strauss ten ge hore gebracht. De pianist Hans Henkemans geeft Vrijdagavond een recital in de kleine zaal van het Concertgebouw. Zijn programma vermeldt werken van Mozart, Fauré en Debussy. „Mors et Vita" van Gounod wordt Dinsdag in het Concertgebouw ver tolkt door de Koninklijke Christelijke Oratoriumvereniging onder leiding van Simon C. Jansen, met medewer king van Greet Koeman en vele an dere solisten, benevens het U.S.O. Raoul Hynckes exposeert nieuwe werken bij Van Wisselingh aan het Rokin. In de galerie Le Canard in de Spui straat stelt de groep Creatie goua ches, kleinplastiek en grafisch werk ten toon. Houtsneden en etsen van Edgard Tytgat worden van 22 No vember tot 25 December in kunst handel Martinet aan de O.Z. Voor burgwal geëxposeerd. bewezen. Zij duidt er immers onafwijs baar op, dat gebroken moet worden met het starre systeemspel, met het fantasie loos volgen van de platgetreden paden van de valluik-zetten, de hielslag-serie, de kaatsing-zetten en de Kikke-serie. Wanneer onze Piet Roozenbui'g zo zijn fantasie kan laten doorbreken, dan gaat Dagenais onherroepelijk naar de Keiler. BOEDA ZATERDAG 22 NOVEMBER Stadsschouwburg: „Hilde Crane" (A. T. G.), 8 uur. Luxor: „Het testament van dr. Mabuse", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Lido: „De dood van een handelsreiziger", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. City: „Singing Guns", 14 jaar. 7 en 9.15 uur. Spaarne: „Mannen van staal", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Minerva: „Küssen ist kein Sünd, alle leeft., 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „Het tovertapijt", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „De dokter en het meisje", 14 jaar, 7 en 9.15 uur Palace: „O. K. Nero", 13 jaar, 7 en 9.15 uur. ZONDAG 23 NOVEMBER Stadsschouwburg: „Hilde Crane" (A. T. G.>, 8 uur. Luxor: „Het testament van dr. Mabuse", 18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Lido: Zondagmorgenvoorstelling, „Jane Eyre", 14 jaar, 11 uur. „De dood van een handelsreizi ger", 18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. City: „Singing Guns", 14 jaar, 2.15, 4.30, 7 en 9.15 uur. Spaarne: „Mannen van staal". 14 jaar, 2, 4.15. 7 en 9.15 uur. Minerva: „Küssen ist kein Sünd", alle leeft., 7 en 9.15 uur. Frans Frans Hals: „Het tovertapijt", 14 jaar, 2. 4.30, 7 en 9.15 uur. Rembrandt: Zondagmorgen voorstelling, „Een onvergetelijke melodie", alle leeft., 11 uur. „De dokter en het meisje", 14 jaar, 2, 4.30, 7 en 9.15 uur. Palace: „O. K. Nero", 18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. MAANDAG 24 NOVEMBER Stadsschouwburg: „Majoor Barbara" (De Nederlandse Comedie), 8 uur. Haarlemse Kegelbond: Vertoning der film „Met de Jo- han van Oldenbarnevelt naar Australië", 8 uur. Luxor: „Het testament van dr. Mabuse", 18 jaar, 2, 7 en 9.15 uur. Lido: „De dood van een handelsreiziger", 18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. City: „De wolf van Silc" 18 jaar, 2.15 4.30, 7 en 9.15 uur. Spaarne: „Mannen van staal". 14 jaar. 2.30, 7 en 9.15 uur. Minerva: „Küssen is kein Sünd". alle leeft., 2.30 en 8.15 uut. Frans Hals: „Het to .rtapijt", 14 jaar, 2.30, 7 en 9.15 uur. Rembrandt: „De dokter en het meisje", 14 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur. Palace: „O. K. Nero", 18 jaar, 2, 4.15, 7 en 9.15 uur.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1952 | | pagina 9