Bloemendaalse raad kwam over ontwerp
raadhuisbouw niet tot een besluit
C
Huis vol mysterie
■Clowntje Riek
Thans weer in BLIKJES verkrijgbaar
Volkswagens zonder chauffeur ie huur
^Brieven aan
de redactie
HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
7
Betaling
abonnementsgeld
per giro
Jubileum E. Zuiderduin
bij de P.T.T.
Mededirecteur „De
Kondor" in Heemstede
overleden
Poging tot uitwisseling
tussen Haarlem en Aken
Bezoek aan de Flora 1953
Voor de kinderen
FEUILLETON
door Jane England
Altijd keurig mét
echte
boord
Haarlem-Hengelo voortaan
de gehele dag automatisch
Promotie mr. W. Rip
Er zijn mensen geweest die voorspeld hebben: een beslissing over het schetsontwerp
voor een nieuw Bloemendaals raadhuis van ir. A. M. de Rouville de Meux is tijdens
de eerste de beste vergadering waarop dat punt behandeld zal worden niet te ver
wachten. Die zaak wordt natuurlijk aangehouden. Deze profeten hebben gelijk ge
kregen. Want na een debat van ruim twee uren deelde de voorzitter, burgemeester
jlir. mr. C. J. A. den Tex, mede dat wegens het vertrek uit de vergadering van de
heren De Jong Schouwenburg en Smidt van Gelder de beraadslagingen zouden wor
den voortgezet op 8 Januari. Zo eindigde de discussie, waarvan wethouder Rohling
haar uitgestrekt wilde zien ook tot de niet-deskundigen op architectonisch terrein in
de raad, met een anti-climax.
In de winter van 1947 trok onze medewerker voor beeldende kunst, de schilder Otto
B. de Kat, er dagelijks op uit om bij sneeuw en dooiweer tekeningen te maken langs
de wegen en in de Bloemendaalse duinen. Uit zijn toen met impressies gevulde schets
boek reproduceren wij thans een tekening van het negentiende-eeuwse huis Bloemen
heuvel, dat hem aantrok, niet als voorbeeld van een bijzonder schone bouworde, maar
als een dierbare herinnering aan een voorbije tijd. De donkere winterlucht, de kale
bomen en de heersende stilte gaven aan het geheel een tedere melancholie, zo noteerde
de schilder erbij. Hij maakte het schetsje tussen de goudbruin glanzende bladeren
in de gesmolten sneeuiv. Het is niet meer dan een snelle notitie van een emotie bij
het herkennen van een stukje typisch Bloemendaal.
De heer Smidt van Gelder (V.V.D.) be
hoorde met de heer De Jong Schouwen
burg (Prot. Chr.) tot de twee enige raads
leden die zich voor steun aan het project
uitspreken.
De vergadering was met een korte uit
eenzetting van de architect begonnen, die
er vooral de nadruk op legde dat hij het
aspect van Bloemenheuvel had willen be
waren een villa die met de Amster
damse grachten tot de schoonste herinne
ringen aan Nederland behoorde, zoals een
Franse vriend hem had geschreven. Hij
zeide ook deze zaak los van zijn persoon
lijke belangen te zien of eigen inzicht,
maar hij zou het betreuren als door de
beslissing van de raad hef park werd ver
nield en het huis geschonden door een ge
weldige klont, die er t symmetrisch of a-
symmetrisch achter zou worden gebouwd.
Zulk een besluit zou hij tot vandalisme
rekenen en hij liet aan de raadsleden over
of zij tot de vandalen zouden willen wor
den gerekend of niet.
Lange lijst
Burgemeester Den Tex somde vervol
gens bij wijze van inleiding de lange lijst
van pogingen op die sinds het raadsbe
sluit van 10 April 1908, waarbij „Kweek-
d'uin" voor raadhuisbouw werd aange
kocht en Cuijpers en Stuit een opdracht
tot ontwerpen kregen, zijn gedaan. Deson
danks wilde hij niet met schamperheid
spreken over vroegere raden. Wat het
huidige project betrof, deelde de heer Den
Tex mee, dat een rapport van financiële
deskundigen pas bij het voorstel tot ver
lening van een crediet kan worden uit
gebracht.
U kunt het Uzelf gemakkelijk maken
door het abonnementsgeld voor het
volgende kwartaal te voldoen op onze
postgirorekening no. 273107 ten name
van Haarlems Dagblad, U bespaart
daarmee incassokosten en vermijdt
geloop aan de deur.
Het te gireren bedrag is f6.10, post-
abonnés f 6.60.
U kunt het ons gemakkelijk maken
door Uw giro-opdracht te verzenden
vóór het eind van de maand. Wij be
hoeven dan geen kwitanties uit te
zenden.
Voor automatische girobetalingen
(het allergemakkelijkste) zijn formu
lieren op aanvraag gaarne ter be
schikking.
DE ADMINISTRATIE.
Eerste spreker uit de raad was de heer
Smidt van Gelder, die hoewel
hij eraan herinnerde dat in 1950 bij aan
koop van „Bloemenheuvel" besloten was
een apart administratiegebouw achter de
villa te zetten die het plan dat nu uit
de bus gekomen" was niet wilde verwer
pen, al had hij wat critiek op détailpun-
ten. Voorts bepleitte hij een commissie ad
hoc die de binnenarchitectuur en de we
genaanleg in het park nader zou bestu
deren.
Geraamte
Het was de heer F ij en (K.V.P.) opge
vallen dat het inwendige van „Bloemen
heuvel" aanzienlijk uitgebroken zou wor
den; van Zochers schepping zou niet meer
dan een geraamte overblijven. („Als ik
later zo'n geraamte heb, kan ik mij slechts
verheugen", zei wethouder Rohling on
der hilariteit). De wijze waarop B. en
W. hun plannen hebben gepubliceerd kon
hij al evenmin waarderen als het feit dat
er een ander plan is gekomen dan waar
toe in 1950 werd besloten. Voorts had de
heer Fijen financiële bedenkingen: aan
vaarding van dit plan betekent ook aan
vaarding van de latere credieten. Hij
meende dat men in deze tijd luxe achter
wege moest laten en enig kostenbesef to
nen. Tenslotte wenste hij ook aanhouding
van het voorstel om het rapport van de
Commissie-Ter Veen over de nieuwe ge
meentegrenzen in deze streek af te wach
ten.
De volgende opponent was de heer D e
Vassy (Arbeid), die voorop stelde dat
hij evenals iedereen overtuigd is van de
onvoldoende huisvesting van de secretarie.
Hij ging vervolgens ae voorgeschiedenis
van het voorstel na, waarbij hij memo
reerde dat ir. De Rouville in September
1951 de opdracht had gekregen en dat in
October van dit jaar de Woningwetcom
missie voor het eerst het schetsplan zag.
De principiële wijziging in de opzet was
nooit eerder ter kennis van de commissie
gebracht. Tegen het ingediende px-oject
had hij vooral het bezwaar dat niet tot
uitdrukking was gebi-acht dat er hier
sprake is van twee in rangorde verschil
lende gebouwen: een voor representatieve
en een voor administratieve doeleinden.
Het zou zeker mogelijk zijn die twee delen
te combineren tot een fraai harmonisch
geheel en de heer De Vassy beriep zich
hier op het oordeel van prof. Zwiers. Nu
worden de bouwkosten onnodig hoog, want
of er wordt teveel besteed aan het admi
nistratieve gedeelte om het niet te zeer te
laten afsteken bij het representatieve óf
aan het laatste wordt te weinig besteed.
Voors leent de vorm van het project-De
Rouville zich niet voor uitbreiding, zodat
er nu reeds veel kostbare reserveruimte
moet worden gemaakt. De heer De Vassy
had voorts een globale raming van de
bouwkosten gemaakt: tegen een gemiddel
de prijs van f 120 per kubieke meter
kwam hij tegenvallers meegerekend
op niet minder dan 1.4 millioen gulden.
„Na ons de zondvloed"
Het betoog van de heer De Vassy werd
in grote mate ondersteund door dat van
de heer Tirion (V.V.D.die de heer
De Rouville zeker wel kon waarderen,
maar niettemin voor dit plan weinig goede
woorden over had. Ook hij herinnerde er
aan dat de financiële commissie geen oor
deel had gegeve en vroeg zich af of de x-eeds
gereserveerde vijf ton voor raadhuisbouw
wel voldoende zouden zijn. De door de
heer De Vassy gesignaleerde verdubbeling
was nooit weersproken en de raad heeft
toch het recht thans te weten om welke
orde van grootte het bij de bouwkosten
zal gaan. Ook vond hij de door B. en W.
gevolgde procedure ten opzichte van Wo
ningwet- en Schoonheidscommissie niet
fraai en hij vroeg zich ook af waarom nog
voordat de raad zijn besluit had genomen
het project bij de Rijksadviescommissie
voor de Monumentenzorg was beland. In
de Schoonheidscommissie waren op één
uitzondering na slechts accentverschillen
in de afkeuring. Bovendien bleken de gevel
tekeningen niet met de plattegronden te
kloppen en spreker vroeg of dat aan de
commissie is meegedeeld.
Naar aanleiding van het artikel van de
heer H. W. van Kempen in Haarlems Dag
blad vroeg de heer Tirion zich trouwens
ook af of men zo langzamerhand „Bloe
menheuvel" nu tot de kunst of tot de kitsch
moet gaan rekenen. Hij vond dat boven
dit ontwerp als motto „Après nous le
déluge" stond geschreven en meende dat
hot verkeerd is architecten bij dergelijke
opdrachten alleen te laten werken. Daar
om ook onderschreef hij de gedachte om
te komen tot een raadhuiscommissie ad
hoe.
Bekocht
Nadat ook de heer Pinxter (K.V.P.)
zich tegen het ontwerp had verklaard
kwam er eindelijk weer eens een voorstan
der aan het woord. Het was de heer D e
Jong Schouwenburg, die de argu
mentatie wel tot zeer eenvoudige propor
ties terugbracht.
Hij had in zijn argeloosheid niet ver
wacht dat er zo uitvoerig over allerlei
architectonische en financiële détails zou
worden gesproken; hij was er slechts van
uitgegaan dat van de raad een bevestiging
werd gevraagd van het vertrouwen dat hij
blijkens de in 1951 gegeven opdracht in
de architect had gesteld. Hij herinnerde
eraan, dat het hier om een keuze was ge
gaan uit een voordracht die door de B..
N. A, was opgemaakt; dat leek hem vol
doende waarborg voor de competentie van
elk der gegadigden. Nu beluistert hij in de
critiek een ondertoon' van „Wij zijn be
kocht aan die mijnheer". Nu stelde de
heer De Jong Schouwenburg zich op het
standpunt dat elk plan van welke archi
tect dan ook bij de deskundigen alleen
maar hevige critiek uitlokt. Volgens hem
had hij nog niet horen bestrijden dat de
opzet goed is en hij voelde niets voor uit
stel, dat alle plannen tot een niet meer te
overziene toekomst zou verschuiven. Wan
neer men, zo besloot spreker zijn perora-
tie, niet blijk wil geven van voortvarend
heid, daadkracht en dynamiek, doet men
beter zich maar niet meer met raadhuis
plannen bézig te houden.
Nadat de heer S c h u 1 z (Arbeid) nog
betoogd had dat men beter nu de finan
ciële kant kan bekijken dan straks, omdat
het dan weer moeilijker is onder het plan
een streep te zetten, maakte burgemeester
Den Tex zich op voor de beantwoording.
Ongelukkig huwelijk
Hij ontstreed dat een gevoel van bedro-
gente zijn bij sommige raadsleden gerecht
vaardigd is: hij puurde uit dezelfde notu
len als door de heer De Vassy geciteerd
juist de vrijheid van de architect om met
een ander ontwerp te komen. En de cri
tiek op het „publicatiebeleid" van B. en
W. wees hij af met de opmerking dat „een
halve eeuw van niets doen hem tenslotte
wel zwaar moest liggen". De voorzitter
legde de nadruk verder op de harmonie
die er moest blijven bestaan bij „Bloe
menheuvel" en vreesde dat de splitsing in
twee „bouwmassa's" zou doen denken aan
een ongelukkig huwelijk of een trotse va
der met armoedige kinderen. Wat de fi
nanciële bezwaren betrof: men moest be
denken dat van vijf ton toch geen gebouw
voor alle diensten kon worden gemaakt.
De heer Den Tex hield tegenover de heer
Tirion staaixde dat de heer Noox-denbos,
die als deskundige op administratief ge
bied adviezen had gegeven, alleszins com
petent daartoe was. „Het is toch al een
eigenaax-dige situatie dat bux-gemeester en
secretaris, die straks dagelijks in het ge
bouw moeten wei-ken, niet mogen mee
spreken over de vorm". Het argument van
de Commissie-Ter Veen wilde spreker
liefst zo snel mogelijk begraven zien. De
eerste vijftig jaar zal er geen uitbreiding
meer nodig zijn en over de geschilpunten
in de architectuur die er dan zullen ont
staan wilde de burgemeester zich nu nog
maar geen zorgen maken. De gedachte
van een raadhuis-commissie was overigens
door B. en W. niet onwelwillend ont
vangen.
Wethouder Van Ge luk verklaarde een-
vechter te willen zijn om dit piroject tot
stand te doen komen en stelde de zaak
eenvoudig: „Als ik raadslid was zou ik
zeggen: Bouw het maarvoor vijf ton".
De heer W i 1 d t M e ij b o o m: „Dat is
theorie!"
Waarna wethouder Rohling als laatste
van het College de verdediging van het
schetsplan voerde en de raad bezwoer nu
eens alle détailcritiek te laten varen,
maar het eens te zijn met de gedachte van
het ontwerp.
Waarna de in de aanhef vermelde
schorsing der beraadslaginngen volgde.
Er werden nog twee belangrijke voor
stellen tot 8 Januari verdaagd: de nota
over de flatbouw aan de Zuidlaan en het
voorstel tot verhoging van de subsidie voor
het Bijzonder Kleuteronderwijs.
Onderwijsraad
Het met instemming begroete voorstel
tot instelling van een Onderwijsraad deed
de heer Vliegen (Arbeid) enige juri-
'dische verbeteringen opperen, maar me-
frouw Nol te (K.V.P.) en de heer
Wildt Me ij boom wilden de vertegen
woordiging daarin uitsluitend aan Bloe
mendaalse ouders vooi-behouden zien. Dat
vonden wethouder Van Geluk en de
heer S c h u 1 z maar eng gezien en de
Vöorzitter liet de slagzin „Europees den
ken" vallen, hetgeen voor mejuffrouw
Nolte echter aanleiding was om te beto
gen dat in het federalisme de kleinere ge
meenschappen juist grotere zelfstandigheid
kunnen verwerven.
Men werd het er toch over eens dat er
een zekere voorkeur voor Bloemendalers
betracht zal worden.
Gekozen werden de volgende leden: G.
H. Vring en P. Eits (ouders), R. D. La-
gendaal en E. J. Joosse (leerkrachten,
mevrouw J. G. Lansen-Hai'don (ouders
kleuterscholen), mejuffrouw M. P. W.
Janssen (leerkrachten kleuterscholen) en
mevrouw Fahrenfort als vertegenwoordig
ster van de raad.
De overige voorstellen werden zonder
of met korte discussie aanvaard; van de
voordrachten werd de eerste candidaat
gekozen.
Woensdag herdacht de heer E. Zuider
duin de dag dat hij 25 jaar geleden in
dienst trad van P.T.T.
De heer J. W. van Schaik, directeur van
het Postkantoor te Haarlem dankte de
jubilaris voor de grote plichtsbetrachting
die deze in die jaren had getoond en over
handigde hem een geschenk onder couvert.
De heer P. Lalleman, chef van het
stationspostkantoor aan de Baljuwslaan,
richtte eveneens hartelijke woorden tot de
heer Zuiderduin.
Namens het jubileumfonds sprak de heer
D. Zwiersen, seci-etaris, de jubilaris in
welgekozen woorden toe en overhandigde
een leeslamp en een tafelkleed en bood me
vrouw Zuidei'duin bloemen aan.
Onder de vele aanwezigen waren o.a.
de heren A. Dekker, chef bureel dii-ectie,
J. E. de Bont, chef expeditie, en de heer
J. H. v. d. Kop, chef afdeling pakketpost.
In zijn door vele bloemstukken versierde
woning kwamen vele collega's de jubilaris
met deze heuglijke dag complimenteren.
ADVERTENTIE
"°*0£* SUI**"
'«FfliMl»
sms
In zijn woning te Heemstede is na een
langdurig ziekbed op 56-jarige leeftijd
overleden ir. J. H. F. Sollewijn Gelpke,
sinds 1 Juni 1947 mededirecteur van de
N.V. Aannemingsmaatschappij „De Kon-
dor" te Amsterdam.
De thans ontslapene werkte voor de
oorlog gedurende vele jaren bij de Inter
nationale Gewapend Betonbouw te Breda
aan welke maatschappij ook de tunnel
bouw te Rotterdam was opgedragen. Ir.
Sollewijn Gelpke maakte toen deel uit van
het driemanschap dat met de dagelijkse
leiding was belast.
In 1945 was hij enige tijd commissaris
van het Militair Gezag te Groningen, daar
na gedurende twee jaar hoofdingenieur bij
de Rotterdamse Gemeentewerken.
Op zijn naam staan vele publicaties in
vaktijdschriften. Ook was hij lid van het
bestuur van „Meer en Bosch".
Dr. E. Ullrich, voorzitter van de afdeling
Aken van de Europese Beweging in West-
Duitsland, heeft het initiatief genomen tot
een uitwisseling tussen inwoners van zijn
stad en Haarlemmers.
Hij stelt voor dat de laatsten op Zondag 15
en Maandag 16 Febrpari te gast zijn, want
dan wordt daar het Rijnlandse carnaval
gevierd.
In de bollentijd zouden die van Aken
dan een weekeind in Haarlem kunnen
dooi-brengen. Het is de bedoeling dat de
deelnemers aan de uitwisseling bij elkaar
worden gehuisvest en de maaltijden
gebruiken, di om kosten te sparen. Het
adres van dr. Ullrich luidt: Casionstraat 3,
Aken.
De directie van de Flora 1953 deelt ons
mede dat zij zich, ondanks andei-sluidende
verwachtingen die van verschillende zij
den geuit worden, nog steeds bij de voor
bereidingen van deze grote bloementen
toonstelling blijft baseren op een bezoe-
kei-scijfer van 600.000, wat de „sterkte"
was van de Flora 1935. Dit cijfer is aan
de vooi-zichtige kant, doch de directie stelt
zich op het standpunt dat het noemen van
grotere getallen zoals dat gebeurde in
ons blad van Woensdag een slag in de
lucht is. De mogelijkheid is geenszins uit
gesloten, dat deze 600.000 zullen worden
overtroffen, doch het wordt iri-eëel geacht
zich aan dergelijke voorspellingen te
wagen.
ADVERTENTIE
,T A X 1-13000"
PLE8N 33 TEL. 13000
Als de bus na zo'n hele dag ergens stilhield om de nacht door te brengen, dan maakte
tante Liezebertha nog een lekker kopje chocolade klaar, dat ze uitdronken onder een
gezellig babbeltje over alles, wat ze die dag weer gezien en beleefd hadden.
Dan was het tijd voor de jongens om naar bed te gaan. En geloof maar, dat ze dan
lekker sliepen.' Ze gingen naar hun slaapkamertje en kropen in hun kooien. Dan praat
ten ze nog wel even, maar dat duurde niet lang. Hun ogen vielen gauw genoeg van
zelf dicht.
Maar als 's morgens vroeg het zonnetje weer aan de hemel stond, dan waren ze weer
wakker.
Soms was Bunkie het eerst wakker; dan lag hij even wat te kijken, rekte zich uit en
vond, dat het tijd was om uit de veren te komen. Hij keek naar de kooi beneden hem;
daar lag Rick nog stevig te slapen
Bunkie boog zich over de rand van zijn kooi en keek naar beneden. Toen tikte hij
tegen Rick's neus.
„Hé! Luilak! Het is alweer tijd om op de staan!", lachte hij.
Rick knorde wat, rimpelde zijn neus en knipperde met zijn ogen. Hij keek verbaasd
op en zag het lachende gezicht van Bunkie boven zich.
zei hij. „Ja, hoor, ik ben al wakker!"
En dan sprongen ze gauw uit hun bed en gingen zich wassen.
Dan was er weer een fijne vacantiedag begonnen
ADVERTENTIE
„Kom morgen even op kantoor bij me
iangs", zei Parkinson, „dan zal ik je
geld geven om je onkosten te betalen, en
kan ik je nog verdere inlichtingen ver
strekken. Zullen we nu verder niet meer
over zaken praten, maar ons amuseren?
Het cabaret begint net en het is hier prima.
Er is een negerdanseres.
Zo was de avond met Parkinson ver
lopen en tegen middernacht had hij haar
thuisgebracht naar het kleine, goedver
zorgde huis, waar ze met Sara woonde. Er
waren nadelen aan het samenwonen met
Sara verbonden. Sara meende, dat ze Con
stance, omdat ze deze nu eenmaal sinds
haar 12e jaar kende, kon becritiseren. Aan
de andere kant was er het voordeel, dat
het Constance weinig kostte, omdat Sara
nu eenmaal graag iemand bij zich in had
wonen, en was het een behoorlijk adres in
een goede buurt, wat op sommige mensen
indruk maakte. Sara was heel goed bekend
met Constance's opvattingen omtrent het
nuttig gebruik maken van mensen. Ze
glimlachte echter toegeeflijk en liet het
toe, dat er van haar op deze wijze gebruik
gemaakt werd. Ze wist dat Constance he
lemaal niet zo geweldig onkwetsbaar was
als ze zich voordeed. Ze nam deze houding
aan uit zelf-verdediging. Haar moeder was
een zachtaardig, hulpeloos wezen geweest,
van wie iedereen, die met haar in aanra
king kwam, misbruik had weten te maken,
en Constance, die gevoelig en veeleisend
was, had geleden onder de vernederingen,
die men haar moeder aandeed. Toen haar
moeder stierf kwam ze bij Sara inwonen.
Het was niet helemaal te verwonderen,
dat het jonge meisje zich een levensbe
schouwing eigen had gemaakt, die voor
namelijk hieriin bestond, dat iemand boven
alles voor zichzelf moest zorgen, en dat
geld en succes het allerbelangrijkste in het
leven waren.
Op de moi-gen, dat Constance bezig was
met het pakken van haar bagage, had Sara,
die haar gadesloeg, dus de opmerking ge
maakt: „Dat nieuwe baantje lijkt me al
lesbehalve aantrekkelijk". En toen Con
stance antwoordde: „Het is heel winstge
vend", had ze er aan toegevoegd: „Ik heb
een zeker wantrouwen in alles wat buiten
normale proporties betaald wordt. David
Parkinson verkoopt voor geld zijn eigen
ziel' en die van andere mensen. De jouwe
inbegrepen.
Constance antwoordde niet. Diep in haar
hart vond ze Sara melodramatisch en ou
derwets. Natuurlijk was David Parkinson
gesteld op geld. Hij was er zich terdege
van bewust, dat het in de tegenwoordige
samenleving van het allergrootste behing
was. Als je over een behoorlijke hoeveel
heid geld beschikte, kon je iedere situatie
aan.
„Ik ben van plan", vervolgde Sara na
enkele ogenblikken peinzend, „over een
week of wat eens in Courtney Devitt te
komen kijken. Ik kan me dan op de hoogte
stellen, hoe je het er af brengt".
„Sara", drong Constance met klem aan,
„doe in vredesnaam niet zo dwaas! Het
zou bespottelijk zijn! Ik zal eenvoudig
doen alsof ik je niet ken. Ik zal zeggen
dat je een aardige oude dame bent, maar
niet helemaal goed in het hoofd".
Sara grinnikte vrolijk. „Zelfs iemand als
jij zou niet in staat zijn de mensen te
overtuigen, dat ik niet helemaal wijs ben,
Constance", merkte ze op.
Constance keek fronsend naar een rode
linnen driekwart broek. „Ik vraag me af,
of ik dit ding mee zal nemen of niet",
mompelde ze.
„Waarom niet?" vroeg Sara droogjes.
„Ik kan me geen geschikter dracht voor
stellen voor een privé-secretaresse van een
oude dame op een landgoed. Buitenhuizen
vragen eenvoudig om zulke zonderlinge
kleren".
„Lieve engel, wat kun je bij tijden af
schuwelijk venijnig zijn", zei Constance en
lachtte.
Sax-a zweeg verder. Ze moest opeens aan
Constance denken, toen ze nog een klein
meisje was. Een allerliefst klein meisje met
een wai^me aanhaxikelijkheid en gx-ote ver
beeldingskracht. Ze was ook een nerveus
kind geweest en het was wonderlijk haar
te zien opgroeien tot een jonge vrouw met
een ijzeren zelfbeheersing, die zich door
geen menselijke emoties het meeslepen.
„Maar u moet begrijpen, tante Sara", had
ze eer.s op haar veertiende jaar met grote
ernst gezegd, „dat ik vooruit moét zien.
Moeder is volkomen hulpeloos en voelt
zich ongelukkig. Daarom moet ik voor ons
beiden denken en handelen, en als ik groot
ben, ga ik geld verdienen, een heleboel
geld. Dat moét ik
„Lieve kind", had Sara gezegd, „geld is
heus niet alles. Je kunt er geen geluk mee
kopen". „Nee," had de kleine Constance
geantwoox-d, „maar geld geeft je een veilig
gevoel".
De warme aanhankelijkheid en de ver
beeldingskracht waren stellig nog aan
wezig in de jonge vrouw, die Constance
thans was, daarvan was Sara overtuigd,
maar een en ander was verborgen onder
haar uiterlijk van onafhankelijke, moderne
vrouw-met-een-baan.
Constance sloot de laatste koffer. „Ziezo,
dat is voor elkaar", zei ze. Sara glimlachte.
„Hoe oud ben je ook weer?" vroeg ze.
„Dat weet je heel goed, 25", antwoordde
Constance.
„Je ziet er jong uit voor je leeftijd, won
derlijk jong", zei Sara.
Constance lachte en zweeg. Met haar 25
jax-en veiirouwde David Pax-kinson haar
dan toch maar allerlei moeilijke en delicate
zaken toe. Die goede oude Sara! Ze scheen
te denken, dat alleen maar getrouwde
vrouwen met kinderen iets van het leven
wisten! Ze vond natuurlijk, dat het be
langrijkste, wat een vrouw kon overkomen,
de liefde was. Maar ze was dan ook een
ouderwetse en bovendien ongetx-ouwde
vrouw, die eigenlijk niet in deze moderne
tijd paste. Ze droomde waarschijnlijk over
babies en zag mannen als steunpilaren van
de zwakke vrouw..! Het lieve oudje.. Ze
had geen notie van het moderne leven!
„Ik moet een taxi opbellen", zei Con
stance.
„Finchain", peinsde Sara hardop. „Fin-
cham in Coux-tney Devitt. De naam komt
me bekend voor, maar ik kan 'm toch niet
thuisbrengen. Het zal me wel weer te bin
nen schieten
Eén der hinderlijkste dingen van Sara
Goodwood was haar bijzonder accurate
geheugen en daarnaast haar eindeloze
kennissenkring. Ze had een vrolijk leven
geleid, toen ze jong was, totdat ze een he
vig schandaal veroorzaakt had door op
haar 26ste jaar plotseling haar leven in de
uitgaaixde kringen vaarwel te zeggen en in
het East End van Londen te gaan wonen
om sociaal werk onder de armen te doen.
Ze had er zelfs een salaris voor geaccep
teerd!
Haar familie was buiten zichzelf van er
gernis geweest. Nog steeds gaf ze, nu ze ge-
erfd had en over haar eigen geld kon be
schikken, een groot deel ervan weg. Ze
vond bet mooie huis, waarin zij woonde,
eigenlijk een zondige luxe, maar aan dé
andere kant gaf ze toe, dat ze op haar ze
„TtubensjS
tffTTtG G4M' w
Een echte „Trubenijs" boord zit
net zo keurig als een stijve en
zo gemakkelijk als een slappe.
Zij zijn permanent half-stijf,
„kreukvrij" en behoeven niet ge
steven te v/orden. Let op bet
merk in de boord. Alleen din
krijgt U de échte
TwbeW'i
1TUV6**
ONt£*°
ut**
Bet wettig gedep. handelsmerk „Trubenijs"
staat op samengesmolten halfstijve kleding
stoffen, welke 'aldus vervaardigd sifn met
toestemming van de eigenaren van het merk.,
Op Maandag 22 December zal de be
staande AZZ-koppeling HaarlemHengelo
(Ov.) worden vervangen door een volledi
ge koppeling.
De aangeslotenen in het telefoondistrict
Haarlem kunnen dan alle nummers in de
geautomatiseerde netten van het district
Hengelo doorlopend rechtstreeks kiezen.
Aan de Vrije Universiteit te Amsterdam
promoveerde heden tot' doctor in de rechts
geleerdheid mr. W. Rip, lid van de Eex-ste
Kamer en algemeen adviseur van de Ned
Chr. Boeren- en Tuindersbond te 's-Gra-
venhage. De px-omotie geschiedde op een
dissertatie getiteld „Landbouw en pu-
bliekx-echtelijke bedrijfsorganisatie".
Mr. Rip werd op 13 November 1903 te
Vijfhuizen geboren en was aanvankelijk
werkzaam bij zijn vader in het landbouw
bedrijf. Op 22-jax-ige leeftijd ging hij naar
de vierde klas van het Chr. Lyceum te
Haarlem en in 1930 werd hij student aan
de Vrije Universiteit. Van 1934 tot 1951
was hij secx-etaris van de C.B.T. en sedert
dien adviseux-. Van 19341951 was hij ook
voorzitter van de Bond van Chr. Jonge
Boeren en Tuinder*:. Ia 1MB kreeg mr.
Rip voof de A.-R.-pax-tij zitti'n'g inffÉf Eer
ste 'Kamer. Hij is lid van de Assemblée
van de Kolen- en' Staalgemeenschap en de
Assemblée ad hoe. Sinds 1949 is hij plaats
vervangend lid van de Raad van Europa
en lid van de Landbouwcommissie van die
Raad.
(Verkort weergegeven)
Redding. Wanneer het zo hard waait
als in de laatste week, en tegelijk hagelt,
dan vax-en de reddingboten van de Noord
en Zuidhollandse Redding Maatschappij
(Amsterdam) toch in zee, met hun beman
ning van vrijwilligers, „opstappers". En in
dat weer zoeken zij buiten naar het schip
dat om hulp heeft gevraagd, en redden,
zo nodig met extra gevaar, de mensen aan
boord. Bedenk dat, lezer, wanneer de
storm aan uw vensters rukt en u bij de
kachel zit.
En denk dan ook aan de penningmeester
van die Maatschappij, die jaarlijks zijn ba
lans moet afsluiten met een nadelig saldo
van f20.000 of f40.000. Want de Maat
schappij ontvangt geen subsidie van het
rijk; zij leeft van giften van particulieren.
Er zijn een paar duizend Nedex-landers die
zich verbonden hebben jaarlijks f6 of f3
(het minimum) op postgiro 26363 van de
Maatschappij te storten. Samen maakt dat
f 60.000 per jaar, dus per inwoner van
Nederland een halve cent! (De Nox*en ge
ven voor dit doel 14 cent per jaar; de IJs-
landers f2!)
Indien u nu eens allen ging meedoen dan
zouden wij Nederlandex-s misschien wel
één cent per jaar bereiken, zonder dat u in
de kou komt zoals die „opstappers", of in
een tekort, zoals die penningmeester.
F. M. V. B.
ventigste jaar toch wel behoorlijk mocht
wonen.
„Sara", zei Constarice streng, (ze had
al heel lang niet meer „tante Sax-a" gezegd,
op de een of andere manier scheen dat niet
in hun verhouding te passen), „Sara, pro
beer alsjeblieft geen herinneringen aan
lang vervlogen schandaaltjes op te halen.
Dat is werkelijk een afschuwelijke 'ge
woonte van je".
„De schandalen uit mijn tijd waren nog
échte schandalen", zei Sax~a met een lachje.
„In die tijd was er nog moed voor nodig
om een schandaal te ontketenen".
Constance moest lachen en sloeg opeens
haar armen om de hals van de oude vrouw.
„Je hebt zelf ook heel wat deining ver
oorzaakt, hè?" zei ze.
„Index-daad", gaf Sara toe. „En ik heb
er geen ogenblik spijt van gehad, Con
stance. Ik zal tenminste niet sterven zoal--
zovele van mijn tijdgenoten, met een bli!-
vol spijt gericht op het verleden. Ik za
tot het laatste moment écht geleefd heb
ben en niet jaren lang al geestelijk do^-
geweest zijn".
Ze omhelsde Constance en zei enigsz:
kortaf: „Als je in moeilijkheden kor
waarschuw me dan". En toen Const a'r
de telefoon van de haak nam, om een 1
te bellen, voegde ze er aan toe: „Ik
uitstekend omspringen met onhandelb
jongemannen. Beter dan jij, durf ik v
zeggen. Je weet eigenlijk zo héél wr
van mannen".
(Wordt