Bloemendaalse raad kwam over ontwerp raadhuisbouw niet tot een besluit C Huis vol mysterie ■Clowntje Riek Thans weer in BLIKJES verkrijgbaar Volkswagens zonder chauffeur ie huur ^Brieven aan de redactie HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 7 Betaling abonnementsgeld per giro Jubileum E. Zuiderduin bij de P.T.T. Mededirecteur „De Kondor" in Heemstede overleden Poging tot uitwisseling tussen Haarlem en Aken Bezoek aan de Flora 1953 Voor de kinderen FEUILLETON door Jane England Altijd keurig mét echte boord Haarlem-Hengelo voortaan de gehele dag automatisch Promotie mr. W. Rip Er zijn mensen geweest die voorspeld hebben: een beslissing over het schetsontwerp voor een nieuw Bloemendaals raadhuis van ir. A. M. de Rouville de Meux is tijdens de eerste de beste vergadering waarop dat punt behandeld zal worden niet te ver wachten. Die zaak wordt natuurlijk aangehouden. Deze profeten hebben gelijk ge kregen. Want na een debat van ruim twee uren deelde de voorzitter, burgemeester jlir. mr. C. J. A. den Tex, mede dat wegens het vertrek uit de vergadering van de heren De Jong Schouwenburg en Smidt van Gelder de beraadslagingen zouden wor den voortgezet op 8 Januari. Zo eindigde de discussie, waarvan wethouder Rohling haar uitgestrekt wilde zien ook tot de niet-deskundigen op architectonisch terrein in de raad, met een anti-climax. In de winter van 1947 trok onze medewerker voor beeldende kunst, de schilder Otto B. de Kat, er dagelijks op uit om bij sneeuw en dooiweer tekeningen te maken langs de wegen en in de Bloemendaalse duinen. Uit zijn toen met impressies gevulde schets boek reproduceren wij thans een tekening van het negentiende-eeuwse huis Bloemen heuvel, dat hem aantrok, niet als voorbeeld van een bijzonder schone bouworde, maar als een dierbare herinnering aan een voorbije tijd. De donkere winterlucht, de kale bomen en de heersende stilte gaven aan het geheel een tedere melancholie, zo noteerde de schilder erbij. Hij maakte het schetsje tussen de goudbruin glanzende bladeren in de gesmolten sneeuiv. Het is niet meer dan een snelle notitie van een emotie bij het herkennen van een stukje typisch Bloemendaal. De heer Smidt van Gelder (V.V.D.) be hoorde met de heer De Jong Schouwen burg (Prot. Chr.) tot de twee enige raads leden die zich voor steun aan het project uitspreken. De vergadering was met een korte uit eenzetting van de architect begonnen, die er vooral de nadruk op legde dat hij het aspect van Bloemenheuvel had willen be waren een villa die met de Amster damse grachten tot de schoonste herinne ringen aan Nederland behoorde, zoals een Franse vriend hem had geschreven. Hij zeide ook deze zaak los van zijn persoon lijke belangen te zien of eigen inzicht, maar hij zou het betreuren als door de beslissing van de raad hef park werd ver nield en het huis geschonden door een ge weldige klont, die er t symmetrisch of a- symmetrisch achter zou worden gebouwd. Zulk een besluit zou hij tot vandalisme rekenen en hij liet aan de raadsleden over of zij tot de vandalen zouden willen wor den gerekend of niet. Lange lijst Burgemeester Den Tex somde vervol gens bij wijze van inleiding de lange lijst van pogingen op die sinds het raadsbe sluit van 10 April 1908, waarbij „Kweek- d'uin" voor raadhuisbouw werd aange kocht en Cuijpers en Stuit een opdracht tot ontwerpen kregen, zijn gedaan. Deson danks wilde hij niet met schamperheid spreken over vroegere raden. Wat het huidige project betrof, deelde de heer Den Tex mee, dat een rapport van financiële deskundigen pas bij het voorstel tot ver lening van een crediet kan worden uit gebracht. U kunt het Uzelf gemakkelijk maken door het abonnementsgeld voor het volgende kwartaal te voldoen op onze postgirorekening no. 273107 ten name van Haarlems Dagblad, U bespaart daarmee incassokosten en vermijdt geloop aan de deur. Het te gireren bedrag is f6.10, post- abonnés f 6.60. U kunt het ons gemakkelijk maken door Uw giro-opdracht te verzenden vóór het eind van de maand. Wij be hoeven dan geen kwitanties uit te zenden. Voor automatische girobetalingen (het allergemakkelijkste) zijn formu lieren op aanvraag gaarne ter be schikking. DE ADMINISTRATIE. Eerste spreker uit de raad was de heer Smidt van Gelder, die hoewel hij eraan herinnerde dat in 1950 bij aan koop van „Bloemenheuvel" besloten was een apart administratiegebouw achter de villa te zetten die het plan dat nu uit de bus gekomen" was niet wilde verwer pen, al had hij wat critiek op détailpun- ten. Voorts bepleitte hij een commissie ad hoc die de binnenarchitectuur en de we genaanleg in het park nader zou bestu deren. Geraamte Het was de heer F ij en (K.V.P.) opge vallen dat het inwendige van „Bloemen heuvel" aanzienlijk uitgebroken zou wor den; van Zochers schepping zou niet meer dan een geraamte overblijven. („Als ik later zo'n geraamte heb, kan ik mij slechts verheugen", zei wethouder Rohling on der hilariteit). De wijze waarop B. en W. hun plannen hebben gepubliceerd kon hij al evenmin waarderen als het feit dat er een ander plan is gekomen dan waar toe in 1950 werd besloten. Voorts had de heer Fijen financiële bedenkingen: aan vaarding van dit plan betekent ook aan vaarding van de latere credieten. Hij meende dat men in deze tijd luxe achter wege moest laten en enig kostenbesef to nen. Tenslotte wenste hij ook aanhouding van het voorstel om het rapport van de Commissie-Ter Veen over de nieuwe ge meentegrenzen in deze streek af te wach ten. De volgende opponent was de heer D e Vassy (Arbeid), die voorop stelde dat hij evenals iedereen overtuigd is van de onvoldoende huisvesting van de secretarie. Hij ging vervolgens ae voorgeschiedenis van het voorstel na, waarbij hij memo reerde dat ir. De Rouville in September 1951 de opdracht had gekregen en dat in October van dit jaar de Woningwetcom missie voor het eerst het schetsplan zag. De principiële wijziging in de opzet was nooit eerder ter kennis van de commissie gebracht. Tegen het ingediende px-oject had hij vooral het bezwaar dat niet tot uitdrukking was gebi-acht dat er hier sprake is van twee in rangorde verschil lende gebouwen: een voor representatieve en een voor administratieve doeleinden. Het zou zeker mogelijk zijn die twee delen te combineren tot een fraai harmonisch geheel en de heer De Vassy beriep zich hier op het oordeel van prof. Zwiers. Nu worden de bouwkosten onnodig hoog, want of er wordt teveel besteed aan het admi nistratieve gedeelte om het niet te zeer te laten afsteken bij het representatieve óf aan het laatste wordt te weinig besteed. Voors leent de vorm van het project-De Rouville zich niet voor uitbreiding, zodat er nu reeds veel kostbare reserveruimte moet worden gemaakt. De heer De Vassy had voorts een globale raming van de bouwkosten gemaakt: tegen een gemiddel de prijs van f 120 per kubieke meter kwam hij tegenvallers meegerekend op niet minder dan 1.4 millioen gulden. „Na ons de zondvloed" Het betoog van de heer De Vassy werd in grote mate ondersteund door dat van de heer Tirion (V.V.D.die de heer De Rouville zeker wel kon waarderen, maar niettemin voor dit plan weinig goede woorden over had. Ook hij herinnerde er aan dat de financiële commissie geen oor deel had gegeve en vroeg zich af of de x-eeds gereserveerde vijf ton voor raadhuisbouw wel voldoende zouden zijn. De door de heer De Vassy gesignaleerde verdubbeling was nooit weersproken en de raad heeft toch het recht thans te weten om welke orde van grootte het bij de bouwkosten zal gaan. Ook vond hij de door B. en W. gevolgde procedure ten opzichte van Wo ningwet- en Schoonheidscommissie niet fraai en hij vroeg zich ook af waarom nog voordat de raad zijn besluit had genomen het project bij de Rijksadviescommissie voor de Monumentenzorg was beland. In de Schoonheidscommissie waren op één uitzondering na slechts accentverschillen in de afkeuring. Bovendien bleken de gevel tekeningen niet met de plattegronden te kloppen en spreker vroeg of dat aan de commissie is meegedeeld. Naar aanleiding van het artikel van de heer H. W. van Kempen in Haarlems Dag blad vroeg de heer Tirion zich trouwens ook af of men zo langzamerhand „Bloe menheuvel" nu tot de kunst of tot de kitsch moet gaan rekenen. Hij vond dat boven dit ontwerp als motto „Après nous le déluge" stond geschreven en meende dat hot verkeerd is architecten bij dergelijke opdrachten alleen te laten werken. Daar om ook onderschreef hij de gedachte om te komen tot een raadhuiscommissie ad hoe. Bekocht Nadat ook de heer Pinxter (K.V.P.) zich tegen het ontwerp had verklaard kwam er eindelijk weer eens een voorstan der aan het woord. Het was de heer D e Jong Schouwenburg, die de argu mentatie wel tot zeer eenvoudige propor ties terugbracht. Hij had in zijn argeloosheid niet ver wacht dat er zo uitvoerig over allerlei architectonische en financiële détails zou worden gesproken; hij was er slechts van uitgegaan dat van de raad een bevestiging werd gevraagd van het vertrouwen dat hij blijkens de in 1951 gegeven opdracht in de architect had gesteld. Hij herinnerde eraan, dat het hier om een keuze was ge gaan uit een voordracht die door de B.. N. A, was opgemaakt; dat leek hem vol doende waarborg voor de competentie van elk der gegadigden. Nu beluistert hij in de critiek een ondertoon' van „Wij zijn be kocht aan die mijnheer". Nu stelde de heer De Jong Schouwenburg zich op het standpunt dat elk plan van welke archi tect dan ook bij de deskundigen alleen maar hevige critiek uitlokt. Volgens hem had hij nog niet horen bestrijden dat de opzet goed is en hij voelde niets voor uit stel, dat alle plannen tot een niet meer te overziene toekomst zou verschuiven. Wan neer men, zo besloot spreker zijn perora- tie, niet blijk wil geven van voortvarend heid, daadkracht en dynamiek, doet men beter zich maar niet meer met raadhuis plannen bézig te houden. Nadat de heer S c h u 1 z (Arbeid) nog betoogd had dat men beter nu de finan ciële kant kan bekijken dan straks, omdat het dan weer moeilijker is onder het plan een streep te zetten, maakte burgemeester Den Tex zich op voor de beantwoording. Ongelukkig huwelijk Hij ontstreed dat een gevoel van bedro- gente zijn bij sommige raadsleden gerecht vaardigd is: hij puurde uit dezelfde notu len als door de heer De Vassy geciteerd juist de vrijheid van de architect om met een ander ontwerp te komen. En de cri tiek op het „publicatiebeleid" van B. en W. wees hij af met de opmerking dat „een halve eeuw van niets doen hem tenslotte wel zwaar moest liggen". De voorzitter legde de nadruk verder op de harmonie die er moest blijven bestaan bij „Bloe menheuvel" en vreesde dat de splitsing in twee „bouwmassa's" zou doen denken aan een ongelukkig huwelijk of een trotse va der met armoedige kinderen. Wat de fi nanciële bezwaren betrof: men moest be denken dat van vijf ton toch geen gebouw voor alle diensten kon worden gemaakt. De heer Den Tex hield tegenover de heer Tirion staaixde dat de heer Noox-denbos, die als deskundige op administratief ge bied adviezen had gegeven, alleszins com petent daartoe was. „Het is toch al een eigenaax-dige situatie dat bux-gemeester en secretaris, die straks dagelijks in het ge bouw moeten wei-ken, niet mogen mee spreken over de vorm". Het argument van de Commissie-Ter Veen wilde spreker liefst zo snel mogelijk begraven zien. De eerste vijftig jaar zal er geen uitbreiding meer nodig zijn en over de geschilpunten in de architectuur die er dan zullen ont staan wilde de burgemeester zich nu nog maar geen zorgen maken. De gedachte van een raadhuis-commissie was overigens door B. en W. niet onwelwillend ont vangen. Wethouder Van Ge luk verklaarde een- vechter te willen zijn om dit piroject tot stand te doen komen en stelde de zaak eenvoudig: „Als ik raadslid was zou ik zeggen: Bouw het maarvoor vijf ton". De heer W i 1 d t M e ij b o o m: „Dat is theorie!" Waarna wethouder Rohling als laatste van het College de verdediging van het schetsplan voerde en de raad bezwoer nu eens alle détailcritiek te laten varen, maar het eens te zijn met de gedachte van het ontwerp. Waarna de in de aanhef vermelde schorsing der beraadslaginngen volgde. Er werden nog twee belangrijke voor stellen tot 8 Januari verdaagd: de nota over de flatbouw aan de Zuidlaan en het voorstel tot verhoging van de subsidie voor het Bijzonder Kleuteronderwijs. Onderwijsraad Het met instemming begroete voorstel tot instelling van een Onderwijsraad deed de heer Vliegen (Arbeid) enige juri- 'dische verbeteringen opperen, maar me- frouw Nol te (K.V.P.) en de heer Wildt Me ij boom wilden de vertegen woordiging daarin uitsluitend aan Bloe mendaalse ouders vooi-behouden zien. Dat vonden wethouder Van Geluk en de heer S c h u 1 z maar eng gezien en de Vöorzitter liet de slagzin „Europees den ken" vallen, hetgeen voor mejuffrouw Nolte echter aanleiding was om te beto gen dat in het federalisme de kleinere ge meenschappen juist grotere zelfstandigheid kunnen verwerven. Men werd het er toch over eens dat er een zekere voorkeur voor Bloemendalers betracht zal worden. Gekozen werden de volgende leden: G. H. Vring en P. Eits (ouders), R. D. La- gendaal en E. J. Joosse (leerkrachten, mevrouw J. G. Lansen-Hai'don (ouders kleuterscholen), mejuffrouw M. P. W. Janssen (leerkrachten kleuterscholen) en mevrouw Fahrenfort als vertegenwoordig ster van de raad. De overige voorstellen werden zonder of met korte discussie aanvaard; van de voordrachten werd de eerste candidaat gekozen. Woensdag herdacht de heer E. Zuider duin de dag dat hij 25 jaar geleden in dienst trad van P.T.T. De heer J. W. van Schaik, directeur van het Postkantoor te Haarlem dankte de jubilaris voor de grote plichtsbetrachting die deze in die jaren had getoond en over handigde hem een geschenk onder couvert. De heer P. Lalleman, chef van het stationspostkantoor aan de Baljuwslaan, richtte eveneens hartelijke woorden tot de heer Zuiderduin. Namens het jubileumfonds sprak de heer D. Zwiersen, seci-etaris, de jubilaris in welgekozen woorden toe en overhandigde een leeslamp en een tafelkleed en bood me vrouw Zuidei'duin bloemen aan. Onder de vele aanwezigen waren o.a. de heren A. Dekker, chef bureel dii-ectie, J. E. de Bont, chef expeditie, en de heer J. H. v. d. Kop, chef afdeling pakketpost. In zijn door vele bloemstukken versierde woning kwamen vele collega's de jubilaris met deze heuglijke dag complimenteren. ADVERTENTIE "°*0£* SUI**" '«FfliMl» sms In zijn woning te Heemstede is na een langdurig ziekbed op 56-jarige leeftijd overleden ir. J. H. F. Sollewijn Gelpke, sinds 1 Juni 1947 mededirecteur van de N.V. Aannemingsmaatschappij „De Kon- dor" te Amsterdam. De thans ontslapene werkte voor de oorlog gedurende vele jaren bij de Inter nationale Gewapend Betonbouw te Breda aan welke maatschappij ook de tunnel bouw te Rotterdam was opgedragen. Ir. Sollewijn Gelpke maakte toen deel uit van het driemanschap dat met de dagelijkse leiding was belast. In 1945 was hij enige tijd commissaris van het Militair Gezag te Groningen, daar na gedurende twee jaar hoofdingenieur bij de Rotterdamse Gemeentewerken. Op zijn naam staan vele publicaties in vaktijdschriften. Ook was hij lid van het bestuur van „Meer en Bosch". Dr. E. Ullrich, voorzitter van de afdeling Aken van de Europese Beweging in West- Duitsland, heeft het initiatief genomen tot een uitwisseling tussen inwoners van zijn stad en Haarlemmers. Hij stelt voor dat de laatsten op Zondag 15 en Maandag 16 Febrpari te gast zijn, want dan wordt daar het Rijnlandse carnaval gevierd. In de bollentijd zouden die van Aken dan een weekeind in Haarlem kunnen dooi-brengen. Het is de bedoeling dat de deelnemers aan de uitwisseling bij elkaar worden gehuisvest en de maaltijden gebruiken, di om kosten te sparen. Het adres van dr. Ullrich luidt: Casionstraat 3, Aken. De directie van de Flora 1953 deelt ons mede dat zij zich, ondanks andei-sluidende verwachtingen die van verschillende zij den geuit worden, nog steeds bij de voor bereidingen van deze grote bloementen toonstelling blijft baseren op een bezoe- kei-scijfer van 600.000, wat de „sterkte" was van de Flora 1935. Dit cijfer is aan de vooi-zichtige kant, doch de directie stelt zich op het standpunt dat het noemen van grotere getallen zoals dat gebeurde in ons blad van Woensdag een slag in de lucht is. De mogelijkheid is geenszins uit gesloten, dat deze 600.000 zullen worden overtroffen, doch het wordt iri-eëel geacht zich aan dergelijke voorspellingen te wagen. ADVERTENTIE ,T A X 1-13000" PLE8N 33 TEL. 13000 Als de bus na zo'n hele dag ergens stilhield om de nacht door te brengen, dan maakte tante Liezebertha nog een lekker kopje chocolade klaar, dat ze uitdronken onder een gezellig babbeltje over alles, wat ze die dag weer gezien en beleefd hadden. Dan was het tijd voor de jongens om naar bed te gaan. En geloof maar, dat ze dan lekker sliepen.' Ze gingen naar hun slaapkamertje en kropen in hun kooien. Dan praat ten ze nog wel even, maar dat duurde niet lang. Hun ogen vielen gauw genoeg van zelf dicht. Maar als 's morgens vroeg het zonnetje weer aan de hemel stond, dan waren ze weer wakker. Soms was Bunkie het eerst wakker; dan lag hij even wat te kijken, rekte zich uit en vond, dat het tijd was om uit de veren te komen. Hij keek naar de kooi beneden hem; daar lag Rick nog stevig te slapen Bunkie boog zich over de rand van zijn kooi en keek naar beneden. Toen tikte hij tegen Rick's neus. „Hé! Luilak! Het is alweer tijd om op de staan!", lachte hij. Rick knorde wat, rimpelde zijn neus en knipperde met zijn ogen. Hij keek verbaasd op en zag het lachende gezicht van Bunkie boven zich. zei hij. „Ja, hoor, ik ben al wakker!" En dan sprongen ze gauw uit hun bed en gingen zich wassen. Dan was er weer een fijne vacantiedag begonnen ADVERTENTIE „Kom morgen even op kantoor bij me iangs", zei Parkinson, „dan zal ik je geld geven om je onkosten te betalen, en kan ik je nog verdere inlichtingen ver strekken. Zullen we nu verder niet meer over zaken praten, maar ons amuseren? Het cabaret begint net en het is hier prima. Er is een negerdanseres. Zo was de avond met Parkinson ver lopen en tegen middernacht had hij haar thuisgebracht naar het kleine, goedver zorgde huis, waar ze met Sara woonde. Er waren nadelen aan het samenwonen met Sara verbonden. Sara meende, dat ze Con stance, omdat ze deze nu eenmaal sinds haar 12e jaar kende, kon becritiseren. Aan de andere kant was er het voordeel, dat het Constance weinig kostte, omdat Sara nu eenmaal graag iemand bij zich in had wonen, en was het een behoorlijk adres in een goede buurt, wat op sommige mensen indruk maakte. Sara was heel goed bekend met Constance's opvattingen omtrent het nuttig gebruik maken van mensen. Ze glimlachte echter toegeeflijk en liet het toe, dat er van haar op deze wijze gebruik gemaakt werd. Ze wist dat Constance he lemaal niet zo geweldig onkwetsbaar was als ze zich voordeed. Ze nam deze houding aan uit zelf-verdediging. Haar moeder was een zachtaardig, hulpeloos wezen geweest, van wie iedereen, die met haar in aanra king kwam, misbruik had weten te maken, en Constance, die gevoelig en veeleisend was, had geleden onder de vernederingen, die men haar moeder aandeed. Toen haar moeder stierf kwam ze bij Sara inwonen. Het was niet helemaal te verwonderen, dat het jonge meisje zich een levensbe schouwing eigen had gemaakt, die voor namelijk hieriin bestond, dat iemand boven alles voor zichzelf moest zorgen, en dat geld en succes het allerbelangrijkste in het leven waren. Op de moi-gen, dat Constance bezig was met het pakken van haar bagage, had Sara, die haar gadesloeg, dus de opmerking ge maakt: „Dat nieuwe baantje lijkt me al lesbehalve aantrekkelijk". En toen Con stance antwoordde: „Het is heel winstge vend", had ze er aan toegevoegd: „Ik heb een zeker wantrouwen in alles wat buiten normale proporties betaald wordt. David Parkinson verkoopt voor geld zijn eigen ziel' en die van andere mensen. De jouwe inbegrepen. Constance antwoordde niet. Diep in haar hart vond ze Sara melodramatisch en ou derwets. Natuurlijk was David Parkinson gesteld op geld. Hij was er zich terdege van bewust, dat het in de tegenwoordige samenleving van het allergrootste behing was. Als je over een behoorlijke hoeveel heid geld beschikte, kon je iedere situatie aan. „Ik ben van plan", vervolgde Sara na enkele ogenblikken peinzend, „over een week of wat eens in Courtney Devitt te komen kijken. Ik kan me dan op de hoogte stellen, hoe je het er af brengt". „Sara", drong Constance met klem aan, „doe in vredesnaam niet zo dwaas! Het zou bespottelijk zijn! Ik zal eenvoudig doen alsof ik je niet ken. Ik zal zeggen dat je een aardige oude dame bent, maar niet helemaal goed in het hoofd". Sara grinnikte vrolijk. „Zelfs iemand als jij zou niet in staat zijn de mensen te overtuigen, dat ik niet helemaal wijs ben, Constance", merkte ze op. Constance keek fronsend naar een rode linnen driekwart broek. „Ik vraag me af, of ik dit ding mee zal nemen of niet", mompelde ze. „Waarom niet?" vroeg Sara droogjes. „Ik kan me geen geschikter dracht voor stellen voor een privé-secretaresse van een oude dame op een landgoed. Buitenhuizen vragen eenvoudig om zulke zonderlinge kleren". „Lieve engel, wat kun je bij tijden af schuwelijk venijnig zijn", zei Constance en lachtte. Sax-a zweeg verder. Ze moest opeens aan Constance denken, toen ze nog een klein meisje was. Een allerliefst klein meisje met een wai^me aanhaxikelijkheid en gx-ote ver beeldingskracht. Ze was ook een nerveus kind geweest en het was wonderlijk haar te zien opgroeien tot een jonge vrouw met een ijzeren zelfbeheersing, die zich door geen menselijke emoties het meeslepen. „Maar u moet begrijpen, tante Sara", had ze eer.s op haar veertiende jaar met grote ernst gezegd, „dat ik vooruit moét zien. Moeder is volkomen hulpeloos en voelt zich ongelukkig. Daarom moet ik voor ons beiden denken en handelen, en als ik groot ben, ga ik geld verdienen, een heleboel geld. Dat moét ik „Lieve kind", had Sara gezegd, „geld is heus niet alles. Je kunt er geen geluk mee kopen". „Nee," had de kleine Constance geantwoox-d, „maar geld geeft je een veilig gevoel". De warme aanhankelijkheid en de ver beeldingskracht waren stellig nog aan wezig in de jonge vrouw, die Constance thans was, daarvan was Sara overtuigd, maar een en ander was verborgen onder haar uiterlijk van onafhankelijke, moderne vrouw-met-een-baan. Constance sloot de laatste koffer. „Ziezo, dat is voor elkaar", zei ze. Sara glimlachte. „Hoe oud ben je ook weer?" vroeg ze. „Dat weet je heel goed, 25", antwoordde Constance. „Je ziet er jong uit voor je leeftijd, won derlijk jong", zei Sara. Constance lachte en zweeg. Met haar 25 jax-en veiirouwde David Pax-kinson haar dan toch maar allerlei moeilijke en delicate zaken toe. Die goede oude Sara! Ze scheen te denken, dat alleen maar getrouwde vrouwen met kinderen iets van het leven wisten! Ze vond natuurlijk, dat het be langrijkste, wat een vrouw kon overkomen, de liefde was. Maar ze was dan ook een ouderwetse en bovendien ongetx-ouwde vrouw, die eigenlijk niet in deze moderne tijd paste. Ze droomde waarschijnlijk over babies en zag mannen als steunpilaren van de zwakke vrouw..! Het lieve oudje.. Ze had geen notie van het moderne leven! „Ik moet een taxi opbellen", zei Con stance. „Finchain", peinsde Sara hardop. „Fin- cham in Coux-tney Devitt. De naam komt me bekend voor, maar ik kan 'm toch niet thuisbrengen. Het zal me wel weer te bin nen schieten Eén der hinderlijkste dingen van Sara Goodwood was haar bijzonder accurate geheugen en daarnaast haar eindeloze kennissenkring. Ze had een vrolijk leven geleid, toen ze jong was, totdat ze een he vig schandaal veroorzaakt had door op haar 26ste jaar plotseling haar leven in de uitgaaixde kringen vaarwel te zeggen en in het East End van Londen te gaan wonen om sociaal werk onder de armen te doen. Ze had er zelfs een salaris voor geaccep teerd! Haar familie was buiten zichzelf van er gernis geweest. Nog steeds gaf ze, nu ze ge- erfd had en over haar eigen geld kon be schikken, een groot deel ervan weg. Ze vond bet mooie huis, waarin zij woonde, eigenlijk een zondige luxe, maar aan dé andere kant gaf ze toe, dat ze op haar ze „TtubensjS tffTTtG G4M' w Een echte „Trubenijs" boord zit net zo keurig als een stijve en zo gemakkelijk als een slappe. Zij zijn permanent half-stijf, „kreukvrij" en behoeven niet ge steven te v/orden. Let op bet merk in de boord. Alleen din krijgt U de échte TwbeW'i 1TUV6** ONt£*° ut** Bet wettig gedep. handelsmerk „Trubenijs" staat op samengesmolten halfstijve kleding stoffen, welke 'aldus vervaardigd sifn met toestemming van de eigenaren van het merk., Op Maandag 22 December zal de be staande AZZ-koppeling HaarlemHengelo (Ov.) worden vervangen door een volledi ge koppeling. De aangeslotenen in het telefoondistrict Haarlem kunnen dan alle nummers in de geautomatiseerde netten van het district Hengelo doorlopend rechtstreeks kiezen. Aan de Vrije Universiteit te Amsterdam promoveerde heden tot' doctor in de rechts geleerdheid mr. W. Rip, lid van de Eex-ste Kamer en algemeen adviseur van de Ned Chr. Boeren- en Tuindersbond te 's-Gra- venhage. De px-omotie geschiedde op een dissertatie getiteld „Landbouw en pu- bliekx-echtelijke bedrijfsorganisatie". Mr. Rip werd op 13 November 1903 te Vijfhuizen geboren en was aanvankelijk werkzaam bij zijn vader in het landbouw bedrijf. Op 22-jax-ige leeftijd ging hij naar de vierde klas van het Chr. Lyceum te Haarlem en in 1930 werd hij student aan de Vrije Universiteit. Van 1934 tot 1951 was hij secx-etaris van de C.B.T. en sedert dien adviseux-. Van 19341951 was hij ook voorzitter van de Bond van Chr. Jonge Boeren en Tuinder*:. Ia 1MB kreeg mr. Rip voof de A.-R.-pax-tij zitti'n'g inffÉf Eer ste 'Kamer. Hij is lid van de Assemblée van de Kolen- en' Staalgemeenschap en de Assemblée ad hoe. Sinds 1949 is hij plaats vervangend lid van de Raad van Europa en lid van de Landbouwcommissie van die Raad. (Verkort weergegeven) Redding. Wanneer het zo hard waait als in de laatste week, en tegelijk hagelt, dan vax-en de reddingboten van de Noord en Zuidhollandse Redding Maatschappij (Amsterdam) toch in zee, met hun beman ning van vrijwilligers, „opstappers". En in dat weer zoeken zij buiten naar het schip dat om hulp heeft gevraagd, en redden, zo nodig met extra gevaar, de mensen aan boord. Bedenk dat, lezer, wanneer de storm aan uw vensters rukt en u bij de kachel zit. En denk dan ook aan de penningmeester van die Maatschappij, die jaarlijks zijn ba lans moet afsluiten met een nadelig saldo van f20.000 of f40.000. Want de Maat schappij ontvangt geen subsidie van het rijk; zij leeft van giften van particulieren. Er zijn een paar duizend Nedex-landers die zich verbonden hebben jaarlijks f6 of f3 (het minimum) op postgiro 26363 van de Maatschappij te storten. Samen maakt dat f 60.000 per jaar, dus per inwoner van Nederland een halve cent! (De Nox*en ge ven voor dit doel 14 cent per jaar; de IJs- landers f2!) Indien u nu eens allen ging meedoen dan zouden wij Nederlandex-s misschien wel één cent per jaar bereiken, zonder dat u in de kou komt zoals die „opstappers", of in een tekort, zoals die penningmeester. F. M. V. B. ventigste jaar toch wel behoorlijk mocht wonen. „Sara", zei Constarice streng, (ze had al heel lang niet meer „tante Sax-a" gezegd, op de een of andere manier scheen dat niet in hun verhouding te passen), „Sara, pro beer alsjeblieft geen herinneringen aan lang vervlogen schandaaltjes op te halen. Dat is werkelijk een afschuwelijke 'ge woonte van je". „De schandalen uit mijn tijd waren nog échte schandalen", zei Sax~a met een lachje. „In die tijd was er nog moed voor nodig om een schandaal te ontketenen". Constance moest lachen en sloeg opeens haar armen om de hals van de oude vrouw. „Je hebt zelf ook heel wat deining ver oorzaakt, hè?" zei ze. „Index-daad", gaf Sara toe. „En ik heb er geen ogenblik spijt van gehad, Con stance. Ik zal tenminste niet sterven zoal-- zovele van mijn tijdgenoten, met een bli!- vol spijt gericht op het verleden. Ik za tot het laatste moment écht geleefd heb ben en niet jaren lang al geestelijk do^- geweest zijn". Ze omhelsde Constance en zei enigsz: kortaf: „Als je in moeilijkheden kor waarschuw me dan". En toen Const a'r de telefoon van de haak nam, om een 1 te bellen, voegde ze er aan toe: „Ik uitstekend omspringen met onhandelb jongemannen. Beter dan jij, durf ik v zeggen. Je weet eigenlijk zo héél wr van mannen". (Wordt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1952 | | pagina 11