Verzoekschrift van de bioscoopondernemers
werd voor kennisgeving aangenomen
5cM~
Haarlem adopteert Oude Tonge
Huis vol mysterie
roken
.Clowntje Rick
Haarlemse raad schaart zich achter B. en W.
AM5RIK/WNS
Vier jonge dichters
in Teisterbant
Ook Uw ingewanden
VERKADE-ARTIKELEN
Fa M. HOOGENDIJK
Voor de kinderen
Burgerlijke Stand
van Haarlem
FEUILLETON
door Jane England
DONDERDAG 19 FEBRUARI 19 53
HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT
Het verzoekschrift van de Haarlemse bioscoopexploitanten, waarin gevraagd werd
om verlaging van de vermakelijkheidsbelasting van 35 tot 20 heeft de gemeente
raad van Haarlem na een uitvoerige gedachtenwisseling voor kennisgeving aange
nomen (256 stemmen) nadat de vergadering met 274 stemmen een motie van
mr. Proper om de vermakelijkheidsbelasting voor bioscopen te verlagen tot 20
had verworpen. Mevrouw Scheltema gaf tijdens de discussie B. en W. in overweging
de mogelijkheid te onderzoeken de belasting voor alle films (voor z.g. culturele films
wordt thans 10 gevraagd) op 25 te stellen. In antwoord op een vraag van de
heer Schippers deelde wethouder Bakker mee, dat het voor kennisgeving aannemen
van het verzoekschrift niet betekent, dat B. en W. niet bereid zijn nader overleg te
plegen met de bioscoopondernemers, mits deze echter bereid zijn de boeken ver
trouwelijk te laten inzien, waardoor een inzicht verkregen kan worden, of de be
drijven inderdaad schade ondervinden en of op de een of andere wijze geholpen
dient te worden.
Ter elfder of twaalf der ure
Alvorens de raad begon aan de behande
ling van dit punt der agenda, deelde bur
gemeester mr. P. O. F. M. Cremers mede,
dat ter elfder ure of beter gezegd ter
twaalfder ure (12.36 uur) een telegram was
binnengekomen van het hoofdbestuur van
de .Nederlandse Bioscoopbond, gericht aan
de gemeenteraad, waarin gevraagd werd
het punt aan te houden, omdat het aan het
college van B. en W. om een dringen ge
hoor had gevraagd. Een half uur tevoren
(12.02 uur) was bij het college een tele
gram binnengekomen, waarin om het on
derhoud verzocht werd.
Enkele leden waren van mening, dat er
geen aanleiding was gevolg te geven aan
het verzoek. Als later het onderhoud heeft
plaats gehad, kan de zaak nogmaals aan de
orde komen.
De raad besloot afwijzend te beschikken
op het verzoek het punt aan te houden.
De heer Spek (A.R.) opende de bespre
kingen over het verzoekschrift en deelde
mee zich te kunnen verenigen met het
prae-advies van B. en W. om afwijzend te
beschikken. In Juli j.l. is de raad reeds
aan de ondernemers tegemoet gekomen
door de belasting op z.g. culturele films tot
10 te verlagen. De toestand wordt in het
verzoekschrift niet uiteengezet, doch gelet
op het feit, dat in korte tijd twee bioscopen
in Haarlem en Heemstede geopend zijn,
kan geconcludeerd worden, dat er nog mo
gelijkheden voor exploitatie zijn. De ver
laging voor culturele films is bovendien in
het belang van de bevolking geweest, door
dat er verwacht mag worden, dat goede
films vertoond zullen worden. Belasting
verlaging komt het publiek echter niet ten
goede.
Fiscale, commerciële en
budgetaire redenen
De heer Schippers (K.V.P.) kon zich
om fiscale (ondernemers, die menen zwaar
getroffen te zijn, beschouwen de belasting
als onkosten), om commerciële (de onder
nemers dienen de toegangsprijzen te ver
hogen) en om budgetaire redenen (het te
kort op de gemeentebegroting is te groot)
verenigen met het afwijzend prae-advies
van B. en W. Toch heeft spreker belang
stelling voor de ondernemers. Als zij de
prijzen verhogen, dan stijgen de inkomsten
van de vermakelijkheidsbelasting. In dat
geval kan nagegaan worden het percentage
te verlagen, waardoor de huidige belasting
inkomsten gelijk blijven.
Voor alle films 25
Mevrouw mr. Scheltema (V.V.D.)
herinnerde aan een circulaire van de rege
ring van 1948, waarin aangedrongen werd
de vermakelijkheidsbelasting te verhogen,
anders zou er een rijksbelasting worden in
gevoerd of de rijksbijdrage aan de gemeen
te zou verminderd worden. Hoewel de ge
hele raad bezwaren had, nam hij een be
sluit. De verhoging voor de bioscopen vhn
20 tot 35 is nog van kracht. Nu is er
gelegenheid op het besluit terug te komen.
Dat zou een schade voor de gemeente van
150.000 betekenen. Zover wilde spreekster
niet gaan en zij gaf in overweging de be
lasting voor alle films (dus ook voor de
ADVERTENTIE
z.g. culturele, waarvoor 10 geheven
wordt) op 25 te stellen. Daardoor lonen
de belastingen tot 60.000 terug. Mogelijk
kan eerst overleg worden gepleegd met
Gedeputeerde S'aten en het rijk of een der
gelijk besluit niet op bezwaren stuit. Haar
lem is het centrum van een grote streek,
waar veel gedaan wordt om vreemdelingen
te trekken (Lichtstad, orgelconcours, corso,
enz.). Waarom kan de raad de bioscoop
ondernemers niet ter wille zijn?
De heer Me n s i n k (Arbeid) merkte on.
dat de regering het de gemeenten in 1948
niet gemakkelijk heeft gemaakt. Thans
heeft zij echter niet meegedeeld wat er
moet worden gedaan met het al of niet. op
het oude peil brengen van de vermakelijk
heidsbelasting. Het vaststellen van plaat
selijke belastingen blijft altijd een penibele
zaak. De regering beschikt bij de belasting
wetgeving over objectieve gegevens. Haar
lem heeft geen gegevens over de bioscoop
bedrijven, omdat de ondernemers nagelaten
hebben de situatie voldoende duidelijk te
maken. Wanneer het nog mogelijk is een
bioscoop te openen, zoals in April 1952 is
geschied, dan moeten de ondernemers mo
gelijkheden voor de toekomst zien. Voorts
informeerde hij wie een eventuele verla
ging ten goede komt.
Mr. Proper (Comm.) deelde mee, dat
andere gemeenten Haarlem zijn voorgegaan
in het verlagen der belasting. Het innemen
van een uitzonderingspositie is niet meer
verantwoord. Hij wilde de oude toestand
(20 herstellen.
Boerenbedrieger
Wethouder Bakker merkte op, dat de
raadsvergadering de plaats is, waar B. en
W. zich verdedigen tegen aantijgingen in
de pers. In het maandblad van de Bioscoop
bond heeft men spreker een „boerenbedrie
ger" genoemd. Het college is daarmee ook
geblameerd. In het artikel was de schrijver
teleurgesteld over het feit, dat de raads
leden gegevens onthouden zouden zijn. De
raadsleden hebben echter wel kennis kun
nen nemen van de gegevens. Spreker acht
te het een plicht zich van de blaam te
zuiveren. De raad moet weten of hij al of
niet een „boerenbedrieger" is geweest.
Dwang was betrekkelijk
Wat het besluit van 1948 betreft, was de
heer Bakker van mening, dat de dwang
om de belasting voor vermakelijkheden te
verhogen, betrekkelijk was. De verhoging
werd in overweging gegeven, anders zou
een bedrag van de rijksbijdrage afgenomen
worden. Nooit is officieel meegedeeld, dat
de belasting verlaagd kon worden. Zou de
raad daartoe besluiten dan vermoedde spre
ker dat het rijk dat niet zal goedkeuren,
omdat Haarlem een groot tekort heeft op
de begroting.
De raad is de bioscoopondernemers al
aardig tegemoet gekomen door de belasting
voor z.g. culturele films te verlagen. De
bioscopen hebben daardoor 31.541 extra
verdiend, waarvan één (de hoogste)
14.848 en een ander (de laagste) 1343.
Deze bedragen zijn echter niet ten goede
gekomen aan de ondernemers, doch voor
40 aan (buitenlandse) filmverhuurmaat-
schappijen. Het publiek profiteert er niet
van en is zelfs bereid een hogere toegangs
prijs te betalen. Dat is gebleken bij de ver
toning van bijzondere films, die steeds volle
zalen trokken. De ondernemers hebben ge
schreven, dat zij hun bioscopen willen ver
beteren. Dat streven achtte spreker loffe
lijk. De gemeente is echter ook niet in staat
eigen gebouwen te verbeteren.
De raad is niet verantwoordelijk als het
in bepaalde bedrijven niet gunstig verloopt.
Hier ligt een taak bij de ondernemers.
Voorts merkte de wethouder op, dat de
budgetaire positie der gemeente het niet
mogelijk maakt de post vermakelijkheids
belasting met 150.000 te verlagen.
Mr. Proper diende een voorstel in de
vermakelijkheidsbelasting voor films te
verlagen tot" 20 Met de stemmen der
communisten voor werd het voorstel ver
worpen.
Hierna werd het afwijzend prae-advies
van B. en W. met 25 tegen 6 stemmen aan
vaard. Tegen stemden mevrouw mr. Schel
tema en de heren Fibbe (beiden V.V.D.
mr. Proper, Hennevelt, Vooren en Mol
(Comm.).
De raad besloot een crediet van 83.000
beschikbaar te stellen voor aankoop
52.000) en het inrichten (het restant)
van perceel Florapark 5 voor het bui-eau
van politie. De bedoeling is de gebouwen
aan het Nassauplein te verlaten.
Wethouder Angenent (K.V.P.) deelde
de heer Wensing (C.H.) mee, dat de koop
prijs van het perceel (3000 m3) met de
grond (1000 m2) niet te hoog te noemen is.
Het is noodzakelijk de gebouwen aan het
Nassaunlein zo spoedig mogelijk te ver
laten. De heer Van Velsen (K.V.P.) kreeg
van de wethouder te horen, dat het stichten
van een nieuw bureau van politie urgent
blijft.
Gezondheidshuis
in Haarlem-Noord
Mevrouw Kerkhoff (Arbeid) herin
nerde er aan, dat voor de elfde maal be
sloten wordt percelen aan de Jan Gijzen-
kade en de Rijksstraatweg te huren ten be
hoeve van de Gemeentelijke Geneeskun
dige Dienst. Kan de gemeente geen gezond
heidshuis bouwen, waarin gevestigd wor
den het consultatiebureau voor t.b.c., een
polikliniek en een afdeling van de G.G.D.?
Wethouder Bakker was van mening,
dat deze zaak niet eenvoudig is. Het con
sultatiebureau zal gebouwd worden aan de
Orionweg tussen de Delftlaan en het Pla-
netenplein en onderzocht wordt de moge
lijkheid op de noordelijke punt van de Pla-
netenlaan (bij de Rijksstraatweg) een z.g.
gezondheidshuis te bouwen.
Basketball in de buitenwijken
Naar aanleiding van een voorstel verbe
tering aan te brengen in het gebouw „De
Doelen", waar de basketballsport beoefend
wordt, zegde wethouder Geluk (Arbeid)
de heer Van Turnhout (K.V.P.) toe te on
derzoeken de accommodatie voor het be
oefenen van sport in de buitenwijken te
verbeteren.
Ongeval in de Rozenstraat
De heer Voogd (Arbeid) had vragen
gesteld over een ongeval in de ochtend van
26 Januari in de Rozenstraat.
Wethouder Bakker antwoordde, dat de
diensten goed gewerkt hebben. Het betrof
geen ongeval, maar een wielrijder kreeg
een zenuwtoeval. Een lid van de Ongeval-
lendienst is bij hem gebleven, hetgeen al
leen noodzakelijk was. Doktershulp is wel
ingeroepen en het heeft enige tijd geduurd
voor een dokter verscheen, doch onjuiste
dingen zijn niet gebeurd.
Personalia
De raad benoemde tot bestuurslid van
de Vereniging voor Nijverheidsonderwijs de
heer P. H. van Essen te Haarlemmerliede,
tot onderwijzer aan de A. H. Gerhardschool
voor Mulo, de heer M. J. O. Branse te Bla-
ricurq en tot onderwiizer aan de Anslijn-
school de heer F. J. C.Terwee te Zandvooid.
De leden van de Sportraad werden over
eenkomstig het voorstel van B. en W. be
noemd.
De burgemeester van Haarlem is mor
gen en Vrijdag 27 Februari vei-hinderd
spreekuur te houden. In plaats hiervan houdt
hij Donderdag 26 Februari spreekuur.
'ADVERTENTIE
Uitsluitend
PASTILLES (Dessert kwaliteit)
los uitgewogen 75 ct. per 100 gr.
in dozen van1-35, 2-40, 4-00
PASTILLES (Mocca Melk)
los uitgewogen 75 ct. per 100 gr.
Gen. Cjronjéstraat 123 - Haarlem-N.
J. v. Goycnst. 17, Heemstede - Tel. 34339
Vier jonge dichters allen geboren tus
sen de jaren 1920 en 1925hebben gis
teravond onder de gewelven van de Haar
lemse sociëteit Teisterbant voor een grote
schare van aandachtige toehoorders voor
gelezen uit eigen, gedeeltelijk nog ongepu
bliceerd werk. Na een korte inleiding van
president Godfried Bomans kreeg als eer
ste de journalist en letterkundige Nico
Verhoeven uit Epe het woord. Deze bracht
liet laatste gedeelte van zijn zojuist in re
geringsopdracht geschreven lange gedicht
„Torso van den tijdgenoot" ten gehore,
waarin een man, gekweld door reminiscen
ties aan de slechts uit de verte beleefde
oorlogsjaren, mediteert over de liefde als
enige mogelijkheid tot redding van zijn
gebroken menszijn.
Hierna kwam Harriët Laurey aan de
beurt met enkele verzen uit haar pas her
drukte bundel „Loreley". Deze redactrice
van het katholiek-litteraire tijdschrift Roe
ping slaagde er wonderwel in de persoon
lijke toon van haar gedichten in haar voor
dracht te laten doorklinken. Zij verraste
het auditorium voorts met enkele in lichte
toets geschreven kwatrijnen. Michael Deak
(pseudoniem van Simon Kapteyn) heeft
tot dusver de bundels Vrouwenval, Aphro-
ditis en Rederijk het licht doen zien. Met
citaten hieruit bewees hij vooral zijn tech
nische virtuositeit. De meeste indruk wist,
hij te wekken behalve op een geheel
andere manier met zijn Ballade van de
likkebroer, met de kostelijke stokregel:
„Wie niet blussen wil, moet branden"
met zijn merkwaardig gevoelige „In me-
moriam matris". Hij besloot zijn optreden
met enkele Preciosa en de proloog tot een
binnenkort verschijnende reeks Kruisweg
sonnetten.
De belangrijkste figuur van het kwartet
is ongetwijfeld de productieve Wim van
der Molen, de dichter van Ballast van de
dood, Bezeten orkest, Gered voor vannacht,
Sousterrain en Voor dovemansoren. Men
kon na deze kennismaking niet anders dan
wensen dat zijn werk in bredere kring zal
doordringen. Op het eerste gehoor ken
merkt het zich door een navrante toon, die
aan humor zeer verwant is, zij het dan een
soort galgenhumor. Opvallend is de ver
regaande versobering van taalgebruik, het
kunnen missen van ieder versierings
motief. Doch aangezien dit verslag geen
litteraire kroniek kan worden, moeten wij
het hierbij laten. Van der Molen las ook
een gedeelte van het laatste hoofdstuk van
zijn ter perse zijnde roman „Tien vingers,
elf ribben" voor.
ADVERTENTIE
moeten op tijd „gewassen worden.
Neem eens per week éèn of twee
Rick en-Bunkie, uit school komend, stonden bij een oud gebouw, waar een groot werk
werd uitgevoerd. Mannen groeven de grond open en liepen bedrijvig heen en weer
met schoppen en kruiwagens.
,.\Vat zouden ze hier gaan doen?", vroeg Bunkie.
Rick keek aandachtig toe.
„Ik denk, dat ze de muren van dat oude gebouw in de grond steviger gaan maken",
meende hij. „Misschien was het te gevaarlijk en zou het anders weieens kunnen in
storten; dat gebouw is al zo oud!"
Natuurlijk bleven ze er een poos bij staan kijken. Zoiets is net iets voor jongens,
die graag overal bij zijn en overal het naadje van de kous willen weten.
De mannen werkten hard. Er waren al diepe kuilen gegraven en het zand werd op
de kruiwagens weggereden en op grote hopen gestort. Je kon de fundamenten van
de muren een heel eind zien: dikke stenen, tot een eind in de grond.
„Dat gebouw zal wel heel oud zijn", meende Bunkie.
„Vast wel 'n paar honderd jaar!", dacht Rick.
,,Ja", zei Bunkie. Dat kun je wel zien".
Ze liepen eens in het rond en om het gebouiv heen. Overal waren de muren vandie
oude, zware stenen gebouwd; het zag er stevig uit, maar er waren hier en daar scheu
ren in. Je kon zien, dat het gebouw gevaar liep, te verzakken, en dat mocht natuurlijk
niet.
De gemeenteraad van Haarlem heeft Woensdagmiddag besloten de gemeente Oude
Tonge op Flakkee te adopteren. Burgemeester mr. P. O. F. M. Cremers deelde mee,
dat kort tevoren het berient van het bestuur van de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten was binnengekomen, waarin Haarlem verzocht werd Oude Tonge, een der
zwaarst getroffen gemeen'.en, te adopteren. De gemeente is vrijwel geheel geëvacu
eerd. Aan Oude Tonge zal gevraagd worden op welke wijze hulp verleend moet wor
den. Vermoedelijk zal technisch en politiepersoneel naar Oude Tonge gezonden moeten
worden en later zal nagegaan moeten worden op welke wijze'de Haarlemse bevolking
de bevolking van de getroffen gemeente kan helpen. Het door de raad toegestane
crëdiet van f 15.000 zal later verhoogd moeten worden. Namens de leden van de
gemeenteraad deelde mevrouw mr. Scheltema mee dat de raad reeds in principe
besloten had een gemeente te adopteren en dat men accoord gaat met het plan. Zij
hoopte, dat Haarlem in staat zal zijn de nood te verlichten.
Toestand sedert 1 Februari
Oude Tonge op het Zuidoostelijk deel
van Flakkee wordt als de zwaarst getroffen
gemeente in het gehele rampgebied be
schouwd. Uit Stavenisse op Tholen en uit
deze gemeente kwamen al spoedig opgaven
binnen van ruim tweehonderd vermisten.
In Oude Tonge blijkt het aantal tussen de
twee- en driehonderd te liggen. Er zijn tot
nu toe 72 doden geborgen en ongeveer 180
moeten nog worden opgespoord. Zij zijn
begraven in de Spuidijk, dezelfde dijk die
duizenden in de hoogste nood tot redding
is gebleken. Van deze dijk zijn de over
levenden van de in totaal 31Ó0 bewoners
op een kern van ongeveer 150 na met
schepen en helicoptères afgevoerd.
De burgemeester van Oude Tonge, de
heer A. D. van Dijk, die voor de oprui
mingswerkzaamheden en de arbeid aan de
dijken over te weinig volwaardige werk
krachten beschikte, kreeg militaire bijstand,
die ook' thans nog voortduurt. Koningin
Juliana heeft bij een van haar rondreizen
langs de Zeeuwse en Zuidhollandse eilan
den ook Oude Tonge bezocht.
Bij het bergingswerk verrichten kikvors
mannen van de marine nuttige diensten.
Er staat nog water op de puinhopen, waar
door het bergingswerk aanzienlijk wordt
bemoeilijkt. Er bevinden zich nog ongeveer
150 burgers in hun huizen, bijna van alles
verstoken.
De plaats is vrijwel nog onbereikbaar. Men
kan er via AchthuizenSluishaven komen,
maar het gaat met veel moeite gepaard.
Vroeger ook door storm geteisterd
Reeds in vroeger eeuwen is Oude Tonge
herhaaldelijk door storm en watervloed
geteisterd. Zo woedde er op 26 September
1477 een hevige storm, die acht uur aan
hield. Geheel Oude Tonge werd omspoeld
en vele polders in de omgeving liepen on
der. Kort na de storm begon men met de
aanleg *van nieuwe dijken.
Ruim vijftig jaar later, op 5 December
1530, woedde er wederom een storm. Vele
dijken braken opnieuw door en het gehele
dorp kwam onder water te staan. Met de
allergrootste moeite werden de geschonden
dijken weer hersteld.
De hoge watervloed van 26 Januari 1682,
die zich over Noordholland, Zuidholland
en Zeeland uitstrekte, veroorzaakte ook in
Oude Tonge grote schade. Op drie plaatsen
brak de dijk van de Suisenpolder door en
een groot gedeelte van deze dijk werd door
de hevige storm meegesleurd. Hetzelfde
let trof de dijken van de Zuiderlandse- en
Heerenpolder waarin vijf gaten geslagen
werden.
Tengevolge van deze doorbraken ver
loren een vrouw en vijfhonderd schapen
het leven.
Na de watervloed van 1825, die de Sui-
sen- en Lodewijkspolder "onder water
zette, werd in de dijk van de Suisenpolder
een kostbare sluis aangebracht. In dat-
Oude. Ton de
zelfde jaar besteedde de gemeente grote
sommen gelds dan doelmatige bekistingen.
Ook voor andere rampen is Oude Tonge
in de loop der eeuwen niet gespaard ge
bleven. Zo woedde er op 21 en 22 Juli 1647
een hevige brand, die honderdvijftig
woningen met huisraad, schuren en stallen
vernietigde. Men berekende de geleden
schade op 200.000,
HAARLEM, 18 Februari 1953
ONDERTROUWD: 18 Febr., M. Mentjox
en W. M. Sindorf; J. ter Haak en E. de Bon
te; W. Hoep en H. de Jong; H. Veldkamp en
L. N. Jonker; W. Kops en C. C. Smit; C. N.
de Vos en H. E. van Velzen; A. A. F. Bel-
laart en E. F. van Huizen; A. J. J. Sanders
en A. C. Balm; Th. B. J. van Rijn en A. J.
Broers; Ch. I-I. Nijhove en M. E. Wesseling;
E. van Veen en H. Veldmeijer; J. Warners
en C. M. Kottman; J. J. Hoogervorst en Th.
Lamboo; W. Bogaard en A. A. Neve; B.
Dirks en M. P. F. J. Beccari; E. G. J. van der
Werff en B. Chr. Balk; A. J. Driessen en P.
van den Oosterkamp; Th. J. J. van Brest en
C. J. Backer; L. P. H. Gerhards en Th. M.
Breukel; A. Rol en W. A. van Hoof.
GEHUWD: 18 Febr., B. ter Smitten. en L.
C. Turk; J. J. Dijt en W. A. Breems; H. Fon-
tijn en J. M. Schuijt; P. Hartman en E. H.
Zorge; J. J. Deen en E. Rijkers; M. J. A. Th.
van de Graaf en F. Wanmaker.
BEVALLEN van een zoon: 16 Febr., M. A.
Jansen—van Lieshout; 17 Febr., Y. de Rooij
Huisman; J. HoekmanBlaauwbroek; L.
NoppeZijlstra; J. P. RezelJousma; 18
Febr., J. Holdorpde Wolff.
BEVALLEN van een dochter: 16 Febr., G.
J. van Opzeeland—Veldhuizen; 17 Febr., L.
J. HooglandGroen.
OVERLEDEN: 16 Febr., H. D. F. Rebel, 67
j., Geweerstraat; 17 Febr., A. A. C. M. Smit,
71 j„ Maerten van Heemskerkstraat: A. Duij-
vis—Heijman, 71 j., Breestraat; G. Koper,
73 j., Kamperlaan.
52)
„Houd 't alsjeblieft nog even vol. Ik ga
nu naar haar terug en zal haar kalmeren"
„Dat behoeft niet", antwoordde Con
stance. „Ik heb er genoeg van".
„Dat kan wel zijn", zei hij, „maar tóch
zal ze je haar excuses aanbieden, daar sta
ik op".
„Nee", zei Constance heftig. „Nee, Phi
lip! Ze behoeft me geen excuses aan te
bieden. Dat zou tè erg zijn! Ze is niet hele
maal verantwoordelijk voor wat ze zo nu
en dan zegt.... en ik wil niet dat zon
oude zielige vrouw mij haar excuses aan
biedt.
Zijn heldere. bl3uwe ogen keken haar
vol tederheid en warme sympathie aan.
Ze beet zich op haar lip en er sprongen
tranen in haar ogen. „O, Philip", zei ze
fluisterend.
„Con, lieveling", zei Philip, terwijl hij
zijn armen om haar heen sloeg en haar
dicht tegen zich aan drukte.
„O, Philip, 't kan niet, 't kan toch im
mers'niet", stribbelde ze tegen, „dat weet
je zelf ook".
„Daarover zullen we het later nog wel
hebben", antwoordde hij, terwijl hij haar
zachtjes op haar mond kuste. „En nu laat
ik je alleen", zei hij, haar tenslotte losla
tend, „en zal ik die oude vrouw eens even
de les gaan lezen".
Hij ging snel terug naar de zitkamer en
sloot de deur achter zich. Constance bleef
doodstil staan. Wat moet ik nu doen? vroeg
ze zich ongelukkig af. Zelfs al houd ik van
hem, of verbeeld ik me van hem te hou
den, dan nog heeft het immers geen zin.
Het zou betekenen, dat ik een leven zou
krijgen, dat ik altijd heb trachten te ver
mijden: een klein saai leven in moeilijke
financiële omstandigheden.En hoe zou
ik het op zo'n boerderij uithouden? Ik moet
werkelijk gek zijn.... Helemaal stapel
gek
De deur van de zitkamer ging weer
open en Philip wenkte haar. „Kom binnen,
Con", zei hij. Mevrouw Fincham wil een
lekker glas sherry met ons drinken".
Ze staarde hem aan en hij lachte vrolijk.
Zijn lach had iets aanstekelijks, niemand
kon die lach weerstaanZe lachte te
gen hem en voelde zich opeens weer intens
gelukkig.
Hij stak een hand uit en trok haar de
kamer binnen. Mevrouw Fincham zat
weggezakt in haar stoel met een wat ver
legen gezicht. In haar hand hield ze een
glas sherry. „Het spijt me, het spijt me",
mompelde ze. „Ik was wat zenuwachtig.
Dat ben ik bij tijden, Philip begrijpt het".
„O., het hindert niets", zei Constance,
zich niet op haar gemak voelend.
„En je mag niet weggaan! Philip zegt
ook, dat je niet mag weggaan", vervolgde
mevrouw Fincham. „Beloof het me, be
loof het me!"
„Beloof het", drong Philip aan. Hij zat
op de sofa en keek naar Constance.
Ze lachte even vaag. ,,'t Is goed, ik zal
niet morgen weggaan", zei ze langzaam.
„Maar verder kan ik niets beloven, het
spijt me, verder kan ik werkelijk niets be
loven".
„Goed, Con", zei Philip „Beloof dan
maar niets, maar laten we het zo uitdruk
ken: we houden vol, is dat afgesproken?"
„Ja", antwoordde Constance, terwijl ze
hem recht in de ogen keek.
Hij schudde even zijn hoofd. „Verdenk
je me nog steeds?" vroeg hij zacht.
„Wat? Verdenkt ze jou?" kwam me
vrouw Fincham tussenbeide. „Jou, Philip?
Ze is gek, volkomen gek.
„Lijkt het u niet beter om op dit mo
ment verder over andere dingen te pra
ten?", stelde Philip voor. „Kunnen we niet
net doen alsof we drie mensen zijn die ge
zellig met elkaar gaan dineren?"
„O ja", zei Constance, „laten we eens
even alle vervelende dingen vergeten en
doen alsof er geen zorgen zijn".
Mevrouw Fincham klapte in haar han
den op kinderlijk enthousiaste manier.
„Ja, ja, ja", stemde zij in, „dat lijkt me
enig! Werkelijk enig! We gaan champagne
drinken, Philip. Herinnei je nog, dat we.
toen je hier pas was, ook zo nu en dan sa
men champagne dronken?"
„Ja, dat herinner ik me heel goed", ant
woordde Philip. „Dat was heel plezierig.
Er was toen nog geen geheimzinnige dief,
die de sfeer hier bedierf.
Mevrouw Fincham hief waarschuwend
haar vinger op. „Denk erom, daarover
spreken we vanavond niet meer. Constan
ce, zeg jij even aan Mary, dat ze champag-
pagne voor de dag haalt".
„Ik zal daar wel voor zorgen", zei Phi
lip. „Mary is te oud om die keldertrap af
te strompelen, ik zou bang zijn, dat ze
haar nek brak".
„Nee, Philip", fluisterde Constance hem
toe, „laat me niet met haar alleen op dit
moment. Het is dwaas, maar ik durf niet
met haar aljeen te zijn".
Mevrouw" Fincham schudde intussen al
heftig haar hoofd. „Nee, nee, nee, Mary
kan het heel goed doen Vooruit Constan
ce,, zeg haar, dat ze champagne moet ha
len".
„Ik zal even naar haar toegaan", ant
woordde Constance en haastte zich het
vertrek uit, voordat Philip Bagnet verder
nog iets in het midden had kunnen bren
gen. Het zou vreselijk zijn als Mary een
ongeluk overkwam, maar dat was natuur
lijk overdreven. Ze liep snel naar de keu
kenafdeling. Anna roerde in de soep en
Mary was bezig de soepkommen op een
blad aan het zetten. Ze keken beideh ont
stemd op toen Constance binnen kwam en
ze vroeg zich af, waarom zé toch een hekel
aan haar hadden....
Ze wes tenslotte altijd heel vriendelijk
tegen hen geweest en had ervoor gezorgd,
dat hun loon weer regelmatig werd uit
betaald en dat ze goed voedsel kregen.
„Mary", begon ze enigszins hijgend van
het snelle lopen, „mevrouw Fincham wil
vanavond champagne drinken, wil.jij even
een fles uit de kelder halen?"
Anna en Mary keken elkaar aan met
een blik van verstandhouding, die Cap-
stance razend maakte.
„Champagne, juffrouw Fairlie?" her
haalde Mary ongelovig.
„Als je het moeilijk vind om de trap
naar de kelder af te dalen", zei Constance
zo kalm mogelijk, „ga ik wel met je mee
om je te helpen".
Mary keek weer naar Anna. „Nae, dank
u, juffrouw", zei ze, terwijl ze een afwe
rend gebaar maakte.
„Is het eten al gauw klaar?", vroeg Con
stance, zich tot de keuKenmeid wendend.
„Zoals u ziet, sta ik op het punt de soep
op te scheppen", antwoordde deze. „Maar
als Mary eerst nog champagne uit de kel
der moet halen, zal ik nog even wachten
met opdienen".
Merkwaardig, dat ik nooit aan het be
staan van een kelder gedacht heb, peinsde
Constance. Natuurlijk was er een kelder.
Maar waarom huiverde ze bij de ge
dachte? Waarschijnlijk had dat met de
angst uit haar kinderjaren voor donkere
kolenkelders te maken De dienstbo
den. die haar moeder had gehad, waren
niet bepaald grote paedagogen geweest.
„Ik zal mevrouw Fincham op de hoogte
stellen", zei ze vriendelijk. „Die soep
ruikt heerlijk!"
Mary liet een verachtelijk geluid horen,
„Dank u, juffrouw", antwoordde ze, en
toen ze Mary opnieuw hoorde snuiven,
voegde ze deze toe. „Nee, Mary, het is on
billijk dit meisje er een verwijt van te
maken, dat ze hier is Ze doet haar best
en is voor ons erg aardig geweest, dat
weet je héél goed".
„Dat weet ik inderdaad", gaf Mary toe,
„maar haar aanwezigheid hier zal allerlei
onaangename dingen meebrengen. Ik voel
het in mijn botten. Er komt niet anders
dan ellende van".
„O, jij met je dwaze voorgevoelens",
zei Anna lachend, „De moeilijkheid is, juf
frouw, dat Mary altijd wonderlijke dro
men heeft en sinds u er bent, schijnt ze er
erger dan ooit te voren last van te hebben.
Ze voelt zich er angstig door, maar ik heb
haar gezegd, dat het komt doordat ze
weer goed gevoed wordt en dat het over
zal gaan, als ze weer helemaal aan goede
voeding gewend is...."
„Misschien is dat wel zo, Mary", zei
Constance.
„Ik geloof het niet, juffrouw", zei Mary
koppig. „Er is altijd narigheid op komst,
als ik zo raar droomaltijd".
Ze haalde onder haar schort een bos
sleutels te voorschijn en terwijl ze een
grote ouderwetse sleutel uitzocht, mom
pelde ze met een bezorgd gezicht voor
zich uit: „Er komt allemaal ellende van.
(Wordt vervolgd).