Eindhoven maakt goede kans op tweede technische hogeschool fflontM Eisenhower bereid tot ontmoeting met Stalin reken! Agenda voor Haarlem Politieke commissie van de UNO stelt haar agenda op „Lucia di Lammermoor" Dinsdag 3 Maart in Haarlem Q* Klein»Weeeld Morgen verder Voor de eerste keer eeti vrouw achter de regeringstafel milium 3 TWEEDE KAMER „Kunstenaars helpen" heeft erecoraité Geschil over uitkering aan B.B.-noodwachter Ergens halverwege tussen V.S. en Sovjet-Unie Nederlandse letterkunde in honderd schrijvers nu in Amsterdam Concurrentiebeding overtreden? DONDERDAG 26 FEBRUARI 1953 Het ziet er naar uit dat de Tweede Kamer zich in meerderheid zal uitspreken voor de vestiging van de tweede Techische Hogeschool in Eindhoven. Dr. S t ok m a n (K.V.P.) heeft gisteren alle twijfel omtrent de houding van de K.V.P. weggenomen door te vei-klaren dat de decentralisatie van het technisch hoger onderwijs dient te beginnen in het Zuiden en dat de K.V.P. zich met de plannen van de regering ter zake verenigt. Ook de P.v.d.A. heeft zich bij monde van ir. Posthumus met de regerings opvattingen verenigd, zij het met enig voorbehoud. Nu de twee grote fracties geen bezwaar hebben en aangenomen mag worden, dat minister Cals een bevredigend antwoord zal geven op de van de zijde der P. v. d. A. gestelde voorwaarden, schijnt de beslissing ten gunste van Eindhoven wei verzekerd. Dat de regering de door de heer Tilanus aan de hand gedane suggestie geen be slissing over de plaats van vestiging te nemen, maar in de voorbereidingen Eind hoven en Arnhem te betrekken zal op volgen, lijkt niet erg waarschijnlijk. De heer Tilanus (C.H.) kreeg bijval van de A.R., C.P.N. en de Staatkundig-Gerefor meerden, maar de motie, welke hij in uit zicht stelde, zal wel geen meerderheid ver werven. Bovendien is in de Memorie van Antwoord reeds te verstaan gegeven, dat afwijzing van de plaats van vestiging onge twijfeld zou leiden tot schorsing van de behandeling van het wetsontwerp en dus tot verder uitstel. Er is geen aanwijzing, dat minister Cals er anders over denkt dan zijn ambtsvoorganger, van wie deze uit spraak afkomstig is. De heer Tilanus stond thans niet afwij zend tegenover de decentralisatie, al was hij nog niet overtuigd van de noodzakelijk heid. M r. Roosj en (A.R.) was van oordeel, dat de noodzaak van de decentralisatie niet overtuigend is aangetoond. Beide afgevaardigden toonden zich voor stander van een beleid, dat minder op latere beslissingen vooruit loopt en zich minder bij voorbaat vastlegt. Daartegenover beriep d r. Stokman (KVP) zich op de statistieken en op de be volkingsprognoses, welke voor Brabant en Limburg een veel sterker groei doen ver wachten dan voor Overijsel. De heer Wel ter (KNP) constateerde dat er ten aanzien van Brabant, Limburg en Zeeland sprake is van een vacuum met betrekking tot het technisch hoger onder wijs, maar dat dit ook het geval is en wellicht in sterker mate voor Noord- Oost-Nederland. Voor een bevrediging van de verlangens, die zowel Zuid-Nederland als Noord-Oost-Nederland terecht koeste ren zou het naar zijn mening wenselijk zijn zich los te maken van Eindhoven. Er zou dan meer te zeggen zijn voor Arnhem. Ir. Posthumus (Arbeid) stelde de zaak als volgt: wanneer de ontwikkeling zo zou zijn, dat tot in lengte van dagen zou kunnen worden volstaan met één gedecen traliseerd instituut, dan zou Arnhem de voorkeur verdienen. Wordt echter die zekerheid niet verkregen en daarbij gaat het dus niet alleen om een bevolkings prognose, want die is voor de beoordeling niet primair, maar vooral om verwachtin gen met betrekking tot het verloop van de industrialisatie in de eerstvolgende kwart eeuw dan komt het probleem anders te liggen. Stichting van een tweede technische hogeschool in Arnhem zou de mogelijkheid voor een derde instelling blokkeren. Kiest men nu Eindhoven, dan kan zodra een studentenmaximum van duizend is be reikt, een derde instituut in Twente komen. De P. v. d. A. heeft zich op grond van deze overwegingen verenigd met Eindhoven als vestigingsplaats. Zij heeft daarbij één voorbehoud gemaakt namelijk dat er voor het gehele technisch hoger onderwijs één bestuur komt. Vandaag zal minister Cals aan het woord komen. Dan zal blijken of hij de opvattin gen van zijn voorganger volledig voor zijn rekening neemt. Bloemen voor mej. dr. De Waal Voorzitter dr. Kortenhorst heeft de nieuwe staatssecretaris van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, mej. dr. A. de Waal, die gisteren voor de eerste keer achter de regeringstafel plaats nam, in de Tweede Kamer welkom geheten. De Kamerleden waren nog wat onwennig. Hoe spreekt men over een vrouwelijke staatssecretaris? Is zij een vrouwelijke be windsman of is zij een bewindsvrouw? Dat wordt inderdaad een moeilijke zaak, want het Tweede Kamer-protocol kent geen precedent van een vrouwelijk lid van het kabinet. Dr. Kortenhorst heeft er namens de Ka mer zijn vreugde over uitgesproken, dat ADVERTENTIE SterV AntisePtlsCi^n dadelUk helPen AANGENAAM VA"N SMAAK DONDERDAG 26 FEBRUARI Die Raeckse: Internationale Vereniging Bellamy, filmavond over Nieuw Zeeland, 8 uur. Gebouw Lange Veerstraat 16: Vrijmet selarij voor vrouwen en mannen, lezing over doel en streven, 8 uur. Gebouw St. Bavo: Filmavond over Australië, Canada en Zuid- Afrika, 8 uur. O.R.G.-Centrum, Westerhout- park: Johan van der Woude spreekt over „Via Lissabon", 8 uur. Luxor: „Don Ca- millo", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. Lido: „Storm over Malakka", 14 jaar, 7 en 9.15 uur. City: „F.B.I.-girl", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Spaarne: „Misdaad N.V.", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Frans Hals: „De verboden vrucht", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Minerva: „Les enfants du Paradis", 18 jaar, 8.15 uur. Rembrandt: „Botsende hartstochten", 18 jaar, 7 en 9.15 uur. Palace: „Greatest show on earth", 14 jaar, 8 uur. VRIJDAG 27 FEBRUARI Gebouw Domi: Muzenforum Bloemendaal, Nederlands kamerkoor, 8 uur. Krelagehuis: Haarlemse Voorjaarsbeurs voor de vrouw, 2—5, 7—11 uur. Bioscopen: Middag- en avondvoorstellingen (nieuw programma) een vrouw haar intrede heeft gedaan in het kabinet. Hij wenste haar veel succes toe in haar nieuwe functie. De Kamerleden on derstreepten deze woorden met applaus. Op de regeringstafel stonden bloemen ten wel kom. De Kame"r heeft het de staatssecretaris niet moeilijk gemaakt. De verdediging van een wijziging van de Middelbaar Onder wijswet, de Hoger Onderwijswet en de Pensioenwet 1922 vergde een minimum aan energie en slagvaardigheid. Het was een hamerstuk. Behandeling Zondagswet uitgesteld Doordat de behandeling van het wets ontwerp inzake de tweede technische hoge school enigszins is vertraagd en er deze week ook nog spoedontwerpen onder meer een wijziging van de Kieswet moeten worden afgedaan, is de behande ling van het ontwerp-Zondagswet in het gedrang gekomen. De Kamer zal er deze week niet meer mee beginnen. Vrijdag gaat de Tweede Kamer uiteen tot 17 Maart. In die week zal de Zondagswet weer op de agenda komen. De coördinatiecommissie „Kunstenaars Helpen" (samengesteld uit de Nederland se Federatie van beroepsverenigingen van kunstenaars, in overleg met het Nationaal Rampenfonds) heeft thans een erecomité gekregen, bestaande uit: minister mr. .T. M. L. Th. Cals, mr. H. J. Reinink, dr. N. R. A. Vroom, mr. dr. P. J. Witteman, mr. A. J. d'Ailly, prof. mr. G. J. Wiarda, dr. G. Bolkestein, J. de Bruyn en Willem An dnessen. Het eerste geval, waarin de aparte sociale voorzieningen van de Bescherming Burger bevolking (B.B.) moeten worden toegepast, heeft tot een geschil met de Rijksverzeke- ringbank geleid. Een lid van de B.B. te Tilburg, als schoenmaker werkzaam bij een schoen fabriek, werd in de eerste dagen van de ramp als noodwachter van de B.B. naar West-Brabant geconsigneerd. Tijdens zijn werk aldaar brak hij een been. Volgens de sociale voorzieningen van de Bescherming Burgerbevolking wordt hem nu over de periode, waarin hij niet kan werken, een bedrag van 10 gulden per dag uitgekeerd, de Zondagen inbegrepen, zodat hij thans zeventig gulden per week krijgt uitgekeerd. Daar zijn loon 60 gulden per week bedraagt, zou hij bij hetzelfde onge val, hem tijdens zijn normale beroepswerk zaamheden overkomen, 80 procent van zijn loon of 48 gulden ontvangen. De Rijksverzekeringsbank heeft zich met de uitkering van 10 gulden per dag niet accoord verklaard. ADVERTENTIE NEW YORK (A.F.P./Reuter). De po litieke commissie van de UNO heeft Woens dag eenstemmig besloten de Koreaanse kwestie als eerste punt van de agenda te behandelen. Onder meer zal ook de weder opbouw van het land worden besproken. Men besloot een Griekse klacht over het vasthouden van leden der Griekse strijd krachten door buurstaten als tweede punt te behandelen. De stemverhouding was 41 tegen 5 (de Sovjet-groep) en elf onthou dingen. De Poolse afgevaardigde had voorgesteld als tweede punt een Pools vredesvoorstel te behandelen, dat maatregelen bevat, die „ge richt zijn >©p het voorkomen van een nieu we wereldoorlog". Dit voorstel bevat tevens een plan aangaande Korea. WASHINGTON (Reuter). President Eisenhower heeft gisteren op zijn weke lijkse persconferentie verklaard bereid te zijn, een ontmoeting met maarschalk Stalin en iedere andere staatsman te hebben, in dien hieruit iets goeds kan voortvloeien. Hij verbond echter een aantal voorwaarden aan een dergelijke bespreking. Voor een onderhoud met Stalin zou aan de volgen de voorwaarden moeten zijn voldaan: Het zou in overeenstemming moeten zijn met hetgeen het Amerikaanse volk en zijn president wil. Het zou moeten geschieden met mede weten van de bondgenoten en vrienden der Verenigde Staten. Er zou hoop moeten bestaan, dat de be spreking iets tot de vrede bijdraagt. Hij zeide, geografisch gezien, bereid te zijn, Stalin halverwege tussen de Sovjet- Unie en de V.S. te ontmoeten. Aan de president werden vervolgens vele vragen gesteld over zijn voorstel in zake een Resolutie in het Congres voor het verwerpen van alle interpretaties en toe passingen van de overeenkomst van Jalta van 1945, die sindsdien hebben geleid tot „het in slavernij brengen van volkeren". Sprekend over die onderdelen van de overeenkomst van Jalta en andere over eenkomsten uit de oorlog, welke betrek king hebben op de Amerikaanse en de Russische posities in Berlijn en Wenen, zeide Eisenhower, dat opzegging van al cleze overeenkomsten wellicht tot grotere moeilijkheden in deze steden zou leiden. De V.S. verwerpen slechts het denkbeeld, dat zij zouden-instemmen met het in sla vernij houden van enig ander volk, aldus de president. De president weigerde zich in critische zin uit te laten over het tekenen van de overeenkomsten uit de oorlog door zijn voorgangers Truman en Roosevelt. Het heeft geen zin om het verleden op te rake len, tenzij men hieruit een les voor de toe komst wil trekken, aldus Eisenhower. Hij achtte het overigens volkomen juist, dat men in de oorlogsjaren gepoogd had, op basis van een vriendschappelijke verhou ding met de Sovjet-Unie samen te werken. Moskou's visie In de „New York Times" van Woensdag komt een vraaggesprek voor, dat de cor respondent van dit blad te Moskou heeft gehad met de voorzitter van de Indiase vredesraad, dr. Kitsjloe, die in December in de Russische hoofdstad aankwam voor het in ontvangst nemen van een Stalinprijs voor de vrede en die vorige week een on derhoud van een uur met maarschalk Sta lin heeft gehad. Daar dr. Kitsjloe zich niet gerechtigd voelde, rechtstreeks aanhalingen te doen uit het gesprek, dat hij met het Russische staatshoofd had, volstond hij er mee, enige „indrukken" weer te geven. Volgens dr. Kitsjloe heerst de volgende mening in Russische kringen te Moskou: Engeland had de Sovjet-Unie moeten steu nen, omdat het Russische leger Engeland heeft gered, doch Engeland speelt geen eerlijk spel. Indien echter de V.S. hun hui dige politiek blijven volgen, zullen Enge land en Frankrijk toch met Amerika bre ken, omdat zij niet een politiek willen steunen, die in feite leidt tot een oorlog tussen Amerika en Rusland. Ten aanzien van Korea zegt dr. Kitsjloe, dat de woorden van Stalin in zijn antwoord van 24 December op vragen van de cor respondent van de „New York Times" Reston niet zonder inhoud zijn: Moskou is bereid om mee te werken langs diploma tieke weg de Koreaanse oorlog te beëindi gen. Dit is, aldus dr. Kitsjloe, een actief en geen passief belang van de Russen. De Amerikanen worden, aldus dr. Kitsjloe, in Rusland beschouwd als een volk, dat veel heeft bijgedragen tot de ontwikkeling van de wereld. Over de Ame rikaanse regering wordt echter een geheel andere mening gekoesterd. Het deelnemen aan twee wereldoorlogen heeft de Ameri kaanse kapitalisten laten zien, welke voor delen een oorlog kan opleveren. Deze krin- gen worden dan ook beschouwd als de slechte raadgevers van president Eisen hower, die zelf gezien wordt als een goed militair, die in de tweede wereldoorlog van zijn bekwaamheid en karakter blijk heeft gegeven. Ook ex-president Truman wordt in de kern van de zaak niet als een slecht mens beschouwd, maar ook hij stond onder slechte invloed waarschijnlijk van de Britse premier Churchill, aldus de indruk ken, die dr. Kitsjloe bij zijn verblijf in de Sovjet-Unie heeft opgedaan. De Sovjet-minister van Buitenlandse Zaken, Andrej Wysjinski, die de Poolse af gevaardigde steunde, zeide, dat er „een zeer werkelijke bedreiging is, indien men de moeite neemt de politieke gebeurtenissen van het huidige wereldbeeld te beschou wen". De politieke commissie verwierp met 35 tegen 16 stemmen bij zes onthoudingen een Sovjet-voorst el om Noord-Koreaanse afge vaardigden uit te nodigen deel te nemen aan de debatten. Nadat de commissie had bepaald, dat de Griekse klacht het tweede agendapunt zou vormen, drong Wysjinski er op aan het Poolse vredesvoorstel dan als derde punt op te nemen. Zijn hiertoe strekkend voor stel werd evenwel met 33 tegen 8 stemmen bij 18 onthoudingen verworpen. De Israëlische vertegenwoordiger, Eban, verklaarde dat zijn delegatie had ingestemd met een spoedige behandeling van het Poolse vredesvoorstel, „daar wij dan enige opmerkingen van zeer ernstige aard te ma ken zullen hebben". De agenda van door de politieke com missie te behandelen punten is thans als volgt samengesteld: Korea, de Griekse klacht, ontwapening, gemeenschappelijk door de UNO te nemen maatregelen, de Tsjechoslowaakse klacht, dat de Verenigde Staten zich met de binnenlandse aange legenheden van andere staten zouden in laten, het Poolse vredesvoorstel, de bac teriologische oorlogvoering, benoeming van een secretaris-generaal, het rapport van de secretaris-generaal over de personeels politiek van de UNO. Tenslotte hield de Amerikaanse afge vaardigde,Henry Cabotlodge,een rede waar in hij een felle aanval deed op het Russi sche beleid in de Koreaanse kwestie. Hij beschuldigde de Sovjet-Unie, dat zij op grote schaal wapens aan de Noordelijken leverde en zei, dat als de Sovjet-Unie zulks wenst, de oorlog in Korea morgen afgelo pen kan zijn. De Compagnia d'Opera Italiana, die zich gedurende haar tournées van de laatste jaren (met De Barbier van Sevilla, La Traviata en Rigoletto) ook in Nederland zovele vrienden heeft verworven, is op nieuw in ons land. Ditmaal staat „Lucia di Lammermoor" op het réportoire, een drama tische opera in drie bedrijven (zes tafe relen) van Gaetono Donizetti. Zondagavond 1 Februari gaf het gezel schap de première in Den Haag in het Ge bouw voor Kunsten en Wetenschappen voor een enthousiast publiek. Dinsdag avond 3 Maart is er een voorstelling te Haarlem, in de Stadsschouwburg. In totaal tieedt het ensemble in Februari en Maart met dertig voorstellingen in alle delen van ons land op onder muzikale leiding van Gino Barsanti. „Lucia di Lammermoor" is gekozen om zijn grote muzikale waarde. Het is misschien wat minder bekend dan de opera's, die het gezelschap tot nu toe in ons land ten ge hore bracht, maar het bevat verscheidene populaire melodieën en is bij uitstek ge schikt om de Italiaanse zangers te laten schitteren in hun onvolprenzen bel canto, dat te onzent 7.0 uitermate geliefd is. Het vertelt een romantisch verhaal, dat doet denken aan de geschiedenis van Romeo en Julia, waarvoor de stof werd ontleend aan de wereldberoemde roman van Sir Walter Scott. De opera werd in 1835 geschreven en in datzelfde jaar voor het eerst uitge voerd. Op een tweetal voorstellingen na, die kort na de oorlog door een gel'egen- heidsensemble in Den Haag zijn gegeven, is zij sinds tientallen jaren niet in ons land gespeeld. Het werk vormt de enige „opera seria" van Donizetti, die de tijd heeft over- ADVERTENTIE leefd. De muziek ervan kan men in con- certvorm dikwijls door de radio horen. De titelrol, die de hoogste eisen stelt op het gebied van de coloratuur, zal worden gezongen door Magda Piccarolo. De „waan zin-aria" behoort tot de beroemdste liede ren uit de gehele operalitteratuur. Magda Piccarolo is herhaaldelijk opgetreden in de beroemde Scala van Milaan en zal in de komende zomer, eveneens te Milaan, in openluchtvoorstellingen de vrouwelijke hoofdrol zingen in „Traviata" en „Rigo letto". In de andere hoofdrollen treden op Vit- torio Benetti van het Teatro Nuovo te Milaan en Alessandro Barollo, die gast- Ge kunt kleine kinderen veel gewend maken, behalve het vlot naar bed gaan zonder tier- lantijntjes. Als de klok des avonds weer het uur nadert waarop alle kinderen ter we reld het minst slaperig van de ganse dag schijnen te zijn, beginnen zij met hun kleine spitsvondigheden. Eerst nog dit en eerst nog dat, dan nog wat anders en eindelijk nóg iets. Zij rekken de laatste ogenblik ken van hun dag met de ge wiekste diplomatie, die de kin- ders als wapen tegen de groten is meegegeven. Ge moet dat niet zien als een verzet tegen de regelingen des huizes, die voor hun eigen bestwil getroffen zijn. Een kind is nooit moeilijk te regeren uit zichzelf, maar het zijn de regels die zo moeilijk zijn. Ge dient de omstandigheden en de gewaarwordingen in de gaten te houden, als ge daarover oor delen wilt. Hoe zoudt ge het vinden als grote man, wanneer ge geno digd zoudt worden op een vro lijk feest, en men zou u mid den onder het plezier oppak ken en een bed indraaien, of schoon ge gans geen slaap hadt? Dan kunnen ze u duizend maal vertellen dat het voor uw best wil is, omdat ge anders slaap tekort komt, maar ge zoudt daar tegen inbrengen dat ge liever wat slaap dan een helft feest tekort komt, omdat ge iedere avond slapen doch slechts één avond feesten kunt. Niettemin, kinderen moeten orde en regelmaat leren, ze moeten slapen op commando en niet steeds maar doen wat zij het plezierigst vinden. Doch hoe kunt ge een kleine jongen weigeren, iedere avond voor het slapen gaan een bladzij voor te lezen uit een kleine- kinderenboek, dat hij zelf nog moeilijk lezen kan? Hij begint met te bedelen om een halve bladzij, en de volgende avond doet hij er een halve bij.' Het worden er twee op den duur, tot ge hem streng aanziet en dreigt met niets meer te zul len lezen, als. hij niet tevreden kan leren zijn. Het kan een bezoeking zijn, de flauwiteiten te moeten lezen die in zo een kinderboekje bij eengefantaseerd staan. Doch de jongen luistert ernaar alsof hij muziek hoort en hij gaat sla pen met zonnige beelden van vrolijke onmogelijkheden, die hem doen glimlachen in zijn droom. Alia, één bladzij is de moeite niet, daar moet het nochtans bij blijven. Geen zeuren om méér, geen sombere gezichten omdat die ene bladzij zo in een muggezucht is uitgelezen. Het is een hard gelag voor hem, niets meer te horen voor de volgende avond over dat elfje, dat door een boze sprinkhaan gevangen wordt gehouden in een onderaards hol. Doch er wordt voet bij stuk gehouden, dat elfje blijft een nacht en een dag in de grond tot wij morgen weer verder zullen zien. Op een avond zijn we met lezen genaderd tot het ver schrikkelijke feit, dat het tere elfje bij haar verdere avontu ren vastgeklemd komt te zitten tussen de taaie stengels van een boterbloem op een einde loos grote wei. Een grazende koe komt met lome passen in haar richting, terwijl de lompe bek pol na pol afrukt en naar binnen maalt. Het elfje ziet de kolos naderbij komen, zij ziet de domme ogen die niet kijken naar wat de domme tanden nemen. De grond dreunt van iedere stap der zware koeien- poten die het vleeslijf nader brengen, meter 11a meter. Het elfje schreit dikke tranen als dauwdroppels en schreeuwt om erbarmen, doch haar geluid is voor de koe als het zingen van een vlieg, waar zij zich niet aan storen kan. Nog twee passen en de stompe koeien- tanden zullen het elfje tot ver leden tijd maken. Nog één pas. Dan is de bladzij uit. Morgen verder, jongen, en nu naar bed. Maar de jongen kan met al zijn goede wil zich niet losrukken uit het spannend avontuur. Nog een paar regels, bedelt hij, om te zien hoe het afloopt. Er komt geen kwestie van in, moi-gen verder en naar bed. Dat is mannentaal, die niet mis te verstaan is. Nog één regel, nog een halve regel? Het is hard, maar rechtvaar dig. Neen. En als ge blijft vragen, komt er morgen hele maal niets van. Nog een héél klein stukje? Neen, en morgen evenmin. Tranen helpen niet, ge moet tevreden zijn en begrijpen dat ge uw mond moet houden als dat gezegd wordt. Hij gaat naar bed, maar zon der veel plezier in het leven. Naderhand, in de stille kamer, waar het volledig avond is geworden, moet ge aan dat elfje denken. Ge kunt eigen lijk wel enigszins begrijpen dat de jongen weten wilde of zij verpletterd dan wel gered zou worden. Maar regel is regel, en als ge één vinger geeft Ge zoekt het boekje nog even op en bladert er kwansuis in. Toch wel een aardig boekje, al is het fantasie en onzin, van volwassen standpunt bekeken. Elfjes bestaan niet en daar om heeft men over hun wel en wee niet benauwd te wezen. Hier is de bladzij waar we op gehouden zijn. Nog één pas... Aan de andere kant zullen we morgen, nee, overmorgen ver der lezen. Dat elfje zal na tuurlijk loskomen op het laatste moment. Zo gaat het altijd. Moeilijkheden scheppen en er dan gauw een draai aan geven. We zouden wel even kunnen kijken hóe ze er een draai aan gegeven hebben. Wel, dat is aardig, een klein meisje plukt de bloem voor de bolle neus van het koebeest weg en neemt haar mee naar huis. En dan? Thuis wordt het elfje ontdekt en bevrijd, en het krijgt een poppenkamer om in te wonen, en. Als het boekje is uitgelezen, valt ge met een schok terug op de wereld. Een uur lang zijt ge ongemerkt met het elfje op stap geweest, het waren avonturen om uw tenen bij elkaar te knijpen. Maar het is goed afgelopen allemaal. Ge denkt aan de jongen, die benauwd is slapen gegaan en grijnzende koeientanden in zijn droom op elfjes ziet pruimen. Hij weet niet hoe het verder ging. En morgen ook nog niet, want dan wordt er niet ge lezen voor straf. Regel is regel, en orde is orde. En volwassen barbarendom is volwassen barbarendom. Ge gaat naar zijn slaapkamer tje en schudt hem wakker. Nu zal hij morgen wat slaap tekort komen. Ge vertelt hem en zijn grote ogen worden zachter bij het vernemen van de goede tijding dat het in orde komen zal met zijn elfje, en dat er morgen wèl zal worden gelezen. Hij slaapt in met de vrede van' een gelukkig klein mens op zijn gezicht, dat wit is van slaap. Maar voor hij gans en al naar zijn droomwereld vertrokken is, gluurt hij met halve ogen naar de deur en vraagt: En leest ge er dan morgen twéé? De diplomatie is het kind meegegeven als wapen tegen de groten. Maar soms slaat het u zonder diplomatie met Uw eigen kindsheid om de oren. J. L. Bruno Ciono, Vittoria Benetti en Renato Guerra in „Lucia di Lammermoor". Cos- tuums van Sartoria-Fassi te Milaan. rollen hééft gezongen bij de Nederlandsche Opera. Voorts werken aan deze voorstel lingen mede de solisten Silvia la Monaco, Bruno Ciorii, Alberto Giulli die ook de regie voert) en Renato Guerra, benevens koor en orkest. Fredy Salten, de dirigent van de Hoofdstad Operette, was belast met de muzikale voorbereiding. Met een rede door de Vlaamse litterator Karei Jonckheere over „De les van het handschrift" en door prof. dr. W. Assel- bergs (Anton van Duinkerken) over da vraag „Is honderd te veel, te weinig of ge noeg?" wordt vandaag in het Rijksmuseum de tot 7 April durende tentoonstelling „De Nederlandse letterkunde in honderd schrij vers" geopend. Deze expositie, georgani seerd door het Haagse Cultureel Centrum wordt in Amsterdam gehouden ter gelegen heid van de Boekenweek en gaat vervol gens naar Brussel, Antwerpen en Gent. Karakteristieke handschriften, zeer zeld zame drukken, aantekeningen en brieven van auteurs, benevens talrijke grotendeels onbekende portretten van de middeleeuwen tot heden zijn in zeven zalen van de Ooste lijke vleugel van het museum bijeenge bracht. Was de Haagse inrichting zeer sober, in Amsterdam heeft men de expositie „aangekleed" met schilderijen uit de di- vei-se vertegenwoordigde tijdperken De tentoonstelling is door dit alles zowel litte rair als kunsthistorisch belangrijk. Ook van de ontwikkeling der typografische verzor ging van het boek kan men zich eefi goed beeld vormen. Een beschrijving van de collectie gaven wij reeds vorige zomer, toen de tentoonstelling in Den Haag werd ge houden. I11 hoger beroep is voor het gerechtshof te Leeuwarden behandeld het door de heer B. V. te Leeuwarden ingestelde beroep tegen de beschikking van de president van de rechtbank aldaar, die hem op 22 De cember veroordeelde tot lijfsdwang bij overtreding van het tussen hem en de coöperatieve condensfabriek „Friesland" gesloten concurrentiebeding door het aan vaarden van een functie bij de zuivelfa briek „De Ommelanden" te Grorïingen. De heer V. is gedurende 14 dagen gegijzeld. Mr. B. D. van Raaij trad op voor de heer V. Hij was van mening dat de president van de rechtbank niet bevoegd was kennis te nemen van deze zaak, dat de heer V. geen ontslag heeft genomen, maar gekregen en dat de condensfabriek geen fabrieks geheimen bezit. Pleiter vroeg het hof het vonnis van de president te vernietigen en de condensfabriek niet ontvankelijk te ver klaren in haar vordering. Over acht weken zal het hof uitspraak doen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1953 | | pagina 5