Speelgoedindustrie is een wetenschap t|| Vindingrijke fx kunstnijverheid De Bijbel in Indonesië Grote mensen - voor werpen in miniatuur Het jasje Oosterse tapijten in Haarlems museum In dienst van de das DIT MAKEN WE ZELF Wandeling langs de winkelramen KERKELIJK LEVEN Dit is Uw Afspraak met bekoorlijkheid Drievoudige moord in Zuid-Frankrijk HOV speelt ten Noorden van de Jan Gijzenvaart ZATERDAG 25 APRIL 1953 10 <v oor 'O uw Op het einde van het vorige jaar, om precies te zijn op 16 December, is in Stockholm een man gestorven, die zijn leven in dienst heeft gesteld van de herenmode, en wel zeer speciaal van een onderdeel daarvan, namelijk van de das. Rudolf Christensen, directeur van de dassenfabriek Amanda Christensen N.V. in Zwedens hoofdstad, was de zoon van een Deense kunstzinnige vader en een Zweedse zakelijke moeder. Van beider karaktereigenschappen erfde Rudolf een portie en zo was hij in staat om de fabriek, waarvan zijn moeder, die oor spronkelijk lerares was, in 1885 de grondslag legde, met beleid en oorspron kelijkheid voort te zetten. Drie jaar lang werkte hij in de tex tielindustrie in Parijs, Lyon, Berlijn en Wenen om gedegen kennis van het vak op te doen. Samen met zijn moeder reisde hij voor en na de Eerste Wereld oorlog weer naar het buitenland, vooral veel naar Zwitserland, om nieuwe ideeën op te doen en zich te verzekeren van de beste materialen, die voor zijn doel geschikt waren. De Europese kunst in het bijzonder de keramische produc ten zijn dikwijls van invloed geweest op de modellen en de dessins, die Chris tensen ontwierp. Nadat zijn moeder in 1928 was ge storven, schreef hij een boek, dat hij aan haar opdroeg, waarin hij onder meer de geschiedenis vertelt van het ontstaan van de das. Tijdens een gevecht in 1636 tussen Fransen en Duitsers hadden zich ook enkele Kroaten in de strijd gewor pen, die meevochten aan de kant van de Duitsers. Deze Kroaten hadden, mis schien uit practisch oogpunt, misschien om zich van de Pruisen te onderschei- den, de uiteinden van hun lange punt- kragen samengebonden. Na de overwin ning brachten de Franse officieren een nieuwe mode mee naar Parijs: samen geknoopte kraagpunten, die zij naar de Kroaten „cravates" noemden. De grootste liefhebberijen van Rudolf Christensen waren kunst en kunstge schiedenis, een voorliefde die zijn pro duct zeer ten goede is gekomen. MARIANNE KRISTIE (Van onze New Yorkse medewerker) Ne w York, April 1953 Als men hoort dat het Amerikaanse volk per jaar ongeveer 800 millioen dollars uitgeeft aan speelgoed, dan kan men begrijpen dat de financiële corres pondent van een New Yorks dagblad laatst schreef: Als u rijk wilt worden, ga dan in de speelgoed-industrie! Geen enkel bedrijf heeft zo'n permanent af zetgebied. Toen er dan ook deze maand een grote speelgoedtentoonstelling in de stad was, toog ik er onmiddellijk naar toe om eens een kijkje te nemen. (Wie weet, speelde het mij door het hoofd, kan ik hier op de hoek een speelgoed zaakje beginnen en in minder dan geen tijd tot het élitecorps der millionnairs behoren).De tentoonstelling was indrukr wekkend. Op acht verdiepingen in een groot hotel stonden de nieuwste snufjes op speelgoedgebied ter inspectie iedere kamer had wat anders. Er was nog een tweede hotel, waar nog meer te kijk was, maar na die eerste acht ver diepingen had ik wel zo'n beetje in de gaten waar die achthonderd millioen naar toeging en daar heb ik het toen maar bij gelaten. Wat de Amerikaanse kinderen ook kunnen verzinnen om cp hun verlang lijstje te zetten, het is wel ergens in dit land te krijgen. We hoeven niet lang stil te staan bij de honderden poppen die er waren, de een al mooier dan de andere: poppen die kunnen lopen en praten, poppen met benijdenswaardige garde robes en poppen die door hun eigenares sen gepermanent kunnen worden drie verschillende coiffures per pop. Als tegenwicht waren er voor de manne lijke afdeling de gebruikelijke revolvers, geweren, pistolen, mitrailleurs en wat dies meer zij, allemaal griezelig echt. De achthonderd millioen is voor een belangrijk gedeelte aan deze laatste te danken, want je ziet hier geen jongen op straat zonder één van die wapenen slingerend om zijn heupen. Als je elkaar niet dood kunt maken, is er tenslotte geen aardigheid aan. Overigens kon men opmerken dat de speelgoedfabrikanten op twee dingen de nadruk leggen: het copiëren, tot in de kleinste détails, van „grote mensen"- gebruiksvoorwerpen, machines, enz., en de steeds uitbreidende fabricage van zogenaamd „speelgoed met opvoedkun dige waarde". In deze twee categorieën blinken de Amerikanen uit. Het is onge twijfeld niets nieuws dat men zich op deze specialiteiten toelegt; het zal wel in elk land gebeuren. Maar de Ameri kanen, mede dank zij de hulp van op voeders en kinderpsychologen die nauw met speelgoed-ontwerpers samenwer ken, hebben het hierin toch wel ver ge bracht. De uitgestalde waren zagen er zo aanlokkelijk uit, dat ik een plots opkomende wens om tien kinderen te bezitten om al dat heerlijks voor hen te kopen, niet kon onderdrukken. Grote-mensen-machines Onder de namaak-grote mensen machines was een aantal stevig gebouw de tractors, dat in geen enkel Plan Marshall een slecht figuur hoeft te slaan. Volgens de verzekering van de fabrikant vinden deze een grote aftrek, wat wel te begrijpen is als men nagaat, dat van de 45 millioen Amerikaanse kinderen er verscheidene millioenen op uitgestrekte farms grootgebracht wor den, waar ze weinig anders dan tractors en andere dergelijke machinerie zien. De perfect nagemaakte auto's, vlieg machines en zelfs ruimteschepen zijn te veel om op te noemen. Er er waren zulke prachtige brandweerwagens, dat ik me direct kan voorstellen hoe jongens het brandweer-zijn als heerlijkste van alle beroepen zouden uitkiezen. De ruimteschepen, waarmee als het op aarde te saai wordt, tochten naar andere planeten kunnen worden ondernomen, worden nog avontuurlijker wanneer de kinderen zich kunnen hullen in een laatste model ruimtepak compleet met helm. Het mag dan niet allemaal op de theorieën van Einstein berusten, maar het enthousiasme voor het heelal wordt er bij de jongeren hevig door aangewak kerd. Om ingenieurs in den dop aan te moe digen zijn er hijskranen en, ter ere van de a.s. Kroningsfeesten, dozen met stalen constructiemateriaal, waaruit, met be hulp van aanwijzingen, een kleinere editie van London Bridge gebouwd kan worden. Voor de aspirant-architecten is er een houten huis dat zij zelf in elkaar kunnen zetten en als speel huis inrichten. Het was een van de nieuwste dingen op de tentoonstelling en had veel bekijks. De prijs was niet meer dan veertig dol lar, een redelijk bedrag als men de grootte van het materiaal bekeek; en zeker voor de meeste families te betalen. De prijzen zijn trouwens over het alge meen laag, zelfs voor het meer ingewikkelde speel goed. Voor binnenshuis waren er hele miniatuur-keukens, waarin toekomstige huis vrouwen naar hartelust met op haar maat gemaakte bezems en boenders kunnen vegen en poetsen. Zij kun nen zich ook vermaken met het bakken van taarten uit de „cake mix sets" dozen, waarin alle ingrediënten, van meel via gekleurde suiker tot vormpjes toe, aan wezig zijn. Een handleiding maakt, dat mislukkingen vrijwel uitgesloten zijn. Gelooft men in het oude spreekwoord van de weg naar het hart en de maag, dan is er geen betere opleiding voor het huwelijk te bedenken. Leerzaam zijn ook de kindermedicijnkastjes, gemakke lijk op iedere hoogte aan de muur te bevestigen. Ze bevatten verband en pleisters, tandenborstel, tandpasta, pa pieren zakdoeken, een handdoekje en een plastic bekertje. Deze schijnen, naar horen zeggen, ook erg in trek te zijn. De opvoedwaarde is sterk te zien bij het speelgoed voor kleintjes van twee tot zes jaar. Er werd wetenschappelijk vastgesteld wat het best voor deze leef tijden is. Dit gebeurt op het Carnegie Institute of Technology, waar, onder auspiciën van het „Educational Toy In stitute" sinds drie jaar experimenten aan de gang zijn. Deskundigen slaan spelende kinderen door onzichtbare schermen gade en kunnen zo zien welk soort speelgoed hen het langste bezig houdt en dus het leerzaamst is. Het resultaat is bijvoorbeeld een houten vliegtuig dat uit elkaar kgn worden ge haald, gekleurde houten ringen die om een paaltje passen, houten wagons die aan elkaar gekoppeld moeten worden en ballen die met een hamertje door een opening moeten worden geslagen. Er wordt dus van de speelgoedindus trie een hele wetenschap gemaakt, wat de kinderen zeker geen kwaad kan doen. Misschien is het wel de reden waarom Amerikaanse kinderen, al zijn ze vaak verwend, reeds zo vroeg zelf standig zijn. Ze leren zoveel van hun speelgoed! Hoe het ook zij, de tentoonstelling was een groot succes en het was plezierig een paar uurtjes tussen speelgoed door te brengen. Het is weer eens wat anders dan de atoombommen waar we iedere dag in de krant over lezen. En, als men het tóch over opvoeding heeft, heel wat leerzamer ook. ILONA RICARDO. Een vorige maal gaven wij u het patroon voor de broek van deze pyjama, nu volgt dan, zoals we beloofden het patroon voor het jasje. We gaan weer eerst het patroon op ware grote natekenen, uitknippen en op de stof leggen zoals de tekening dit aangeeft. Rechts bovenin ziet u het tweede mouwtje met stippellijntjes aan gegeven. Alle delen worden met-naad uitgeknipt. Voor de zak neemt u een lapje van 11 bij 13 cm en schuint de andere kant iets af. Op het voorpand is langs de hals aangegeven een bies van 4 cm breed. Nadat we 't voorpand ge knipt hebben, knippen we deze bies er af en gebruiken dit als patroontje. Naast het rugpand of van de resten van de broek kunnen we deze biezen gemak kelijk knippen. L. S. F'fy/i - - "f 1 T Mijn wandeling langs de winkel ramen maak ik tegenwoordig maar voor alle zekerheid zonder mijn geldbeurs. De verzoeking is al herhaaldelijk te groot gebleken Er zijn dan ook wel bij zonder veel schone en plezierige dingen te zien als je er op gaat letten. Deze keer trokken vooral de kunsthandels mijn aandacht. Zo zag ik bijvoorbeeld een sierlijk zwart poesje dat uit Australië naar onze bloemenstad was overgewipt. Zijn glad de lijfje ietwat gebogen, het zwarte kopje met kopergele ogen een beetje schuin en zijn behaarde staart omhoog gekruld, zo stond hij op zijn ranke pootjes de aandacht te trekken. Bij nadere beschouwing bleek hij niet al leen maar „sierpoes" te zijn. De stevige dicht-op-elkaar staande haren van zijn staart doen namelijk dienst als schuier: tafelschuier of kleerborstel. Het katje was van massief zwart geverfd koper. Naast de poes stor.d een merkwaardig gevormd bakje van hetzelfde materiaal. Het is een rond kommetje waarvan de wand op één plaats uitgesneden is in een slordige v-vorm. Dit moet het bakje zijn waarnaar de pijprokers al jaren hebben uitgezien. Het is een pijpen houder waarin de pijp (ook brandend) kan worden neergelegd. Het leuke is dat door de vreemdgevormde wand de pijpenkop niet omrollen kan, zoals dat in nagenoeg iedere asbak gebeurt. Het lijkt een practisch voorwerp, ideaal om op het geschenkenlijstje voor de pijp rokende man te plaatsen. Van hetzelfde zware koper stond in deze kunsthandel een eigenwijze teckel, die zich als presse-papier aanbood. Wie van solide eierdopjes houdt kan ze van massief koper krijgen, onbreekbaar, onverslijt baar en kunstzinnig uitgevoerd. De eiermutsen zijn van vilt, allemaal kleurige vrouwtjes die het ei onder de rokjes warm houden. Er zijn ook zo maar mannetjes en vrouwtjes waarvan het enige nut is dat ze grappig zijn om naar te kijken. Hun kurken body is ge huld in zomerse kledij en moeder aarde is een grote dikke ronde kurk. De au teur van deze vrolijke wezentjes is dezelfde die ook de bekende schenk- kurken maakt: een dominé, een zee man, een boer, een rechter. De fles on der de kurk legt men in een rieten flessenmandje waarin de fles schuin ligt. Presenteren wij meerdere dranken dan zullen wij een pitrieten flessen- standaard prefereren. Ik zag er een voor drie flessen. Ze staan rechtop in pitrie ten bakjes die ondersteund worden door een houten plankje. Een der gezellige kurkenmannetjes, die n de kunsthandel in verscheidene vor men te krijgen zijn; deze koksmaat slaat een prettig figuur in het intérieur. Pitriet is een verrukkelijk materi aal. Het weegt haast niets en is on breekbaar. De mogelijkheden schijnen onbegrensd voor de kunstzinnige be werker ervan. Er worden prulleman- den en -mandjes van gemaakt, pulle tjes, vaasjes, bloempothouders, mandjes, doosjes en bakjes in oneindig veel ver scheidene vormen. Als de vorm gereed is wordt het voorwerp aan de binnen zijde gelakt of gevernist en wordt de buitenzijde met een verfje bespoten. De buitenkant kan nog op andere ma nier artistiek worden bewerkt. In een kunstzaak zag ik een hoge pitrieten pul waarop prachtige Egyptische figuren geschilderd waren. Behalve pitriet en kurk wordt het doodgewone touw onder de handen van een begaafde kunstnijverheidman tot een fraaie versiering. Ik heb een kogel ronde aardewerk kruik gezien met een kabeldik touwen „oor" en een prach tige houten brievenbak waardoorheen met touw figuren waren geweven. Er komen langzamerhand steeds meer practische meubelstukken uit handen van de ontwerpers, die berekend zijn op de beperkte woonruimte. In een kunst meubelzaak staat in de toonkamer een naaitafeltje, dat niet - zoals de meeste- wordt opengeklapt, maar waarvan het bovenblad weggeschoven wordt. Onder het blad is een bak die in verschillende grote en kleine vakken is Verdeeld en één vak heeft Over de lengte van de tafelruimte voor de breipennen. Het blad kan zo als tafel dienst blijven doen, ook als men de naaibak wil gebruiken. Ik zag een driekante mimi-tafeltje met een lange en twee korte kanten, geschikt voor een kamer met een bank en twee fauteuils. Zo'n driekante tafel neemt zoals van zelf spreekt minder plaats in dan een even grote vierkan te. Een ander idee is het tafeltje waar van het blad de vorm van een vallen de druppel heeft. Men zou hier van eigenlijk meteen twee exemplaren moeten nemen, want schuift men de twee „druppel-tafeltjes" op de goede nanier tegen elkaar dan is het een ronde tafel. Voor mensen met emigratieplannen stond in die zelfde meubelzaak een kleine fauteuil, die met 'n enkele hand greep in twee delen uit elkaar genomen wordt. Heel gemakkelijk en de stoel zH bovendien verrukkelijk. ANNEKE ADVERTENTIE Welk een verscheidenheid de kerken ook vaak tonen, er zijn toch instellingen waarbij het duidelijk wordt, dat men bij een hoort. Dat dit zo is bij de Bijbelge nootschappen behoeft niemand te verwon deren. Het oude, maar toch altijd weer nieuwe Woord vormt het punt, waarop men elkaar ontmoet. De gang van dit Woord door de wereld blijft altijd belangwekkend. Het lijkt ons daarom goed ditmaal iets te vertellen van de bijbelverspreiding in Indonesië, waar over de secretaris-generaal van het Indo nesisch Bijbelgenootschap, Giok P. Khouw mededelingen doet in het bulletin van de Verenigde Bijbelgenootschappen. Nadat de heer Giok P. Khouw er op heeft gewezen dat Indonesië op de leeftijd der kinderziekten is, waardoor er soms sprake is van wanorde, zegt hij, dat er een enorm verlangen naar litteratuur is. Het jonge volk leest van alles, klassiek en modern, goede en slechte lectuur. Ei bestaat een ware honger naar kennis en daardoor een behoefte aan boeken. Om hieraan tegemoet te komen heeft de rege ring een regeling vastgesteld, waardoor het niet al te moeilijk wordt gemaakt aan boeken te komen. Door het toekennen van subsidies moedigt de regering de invoer van boeken aan, die voor het volk van waarde worden geacht. Door deze subsidie worden de prijzen van aanbevolen boeken zo laag mogelijk gehouden. Verheugend was het, dat tot deze boeken aanvankelijk ook de Bijbel behoorde, die in verschil lende talen verscheen. Als gevolg van fi nanciële zorgen, waarmee de regering heeft te kampen, moesten helaas onlangs de subsidie voor school- en studieboeken worden ingekrompen. Eén der gevolgen hiervan is, dat nu nog slechts subsidie wordt verleend voor de Bijbel in de Indo nesische taal. Geen achteruitgang Giok P. Khouw zou het niet te verwon deren vinden, wanneer gezien de wan orde in het land de bijbelverspreiding achteruit zou gaan. Toch is hiervan geen sprake. Eerder is het tegendeel waar: van alle zijden toont men belangstelling voor de Bijbel. Er komen zelfs verzoeken van leerlingen van Mohammedaanse scholen om er aan mee te werken, dat zij meer aan de weet komen over de inhoud van de Heilige Schrift. Overigens moet men uit dit laatste nu ook weer niet te veel willen afleiden. De Mohammedaanse acti viteit is namelijk de laatste jaren aanzien lijk toegenomen. Onder de leus: „In ieder Mohammedaans gezin een Koran" is on langs veel propaganda gemaakt. Van Ja pan uit, waar hij tegen lage prijs wordt gedrukt, wordt de Koran in grote getale geïmporteerd. De gevoerde actie leverde in ieder geval tot tastbaar resultaat op. dat de Mohammedaanse soldaten in het leger uitsluitend een Koran krijgen. De Protestantse Christenen in het leger werden niet vergeten, want aan hen wer den Bijbels uitgereikt. Het duurde hier door slechts korte tijd, of de gehele voor raad nieuwe Testamenteh in het Indone sisch was uitverkocht. Niet overal in In donesië gaat de verspreiding zo vlot. Er zijn streken zegt Giok P. Khouw waar tengevolge van de na-oorlogse moei lijkheden, in twee jaar geen Bijbel is verkocht. Hij acht het echter zeer goed mogelijk om met een goede organisatie en financiële steun ook in deze streken wel het een en ander te bereiken. Een ander probleem wordt gevormd door de geweldige afstanden tussen de verschillende eilanden, waardoor er vaak slechts een geringe communicatie is tussen de gemeenten. Zonder overdrijving kan gezegd worden, dat hierdoor het werk van het Indonesisch Bijbelgenootschap vaak zeer moeilijk voortgang kan vinden. De belangstelling voor het werk is hier en daar toegenomen nadat men de kerken had bezocht en tijdens samenkomsten filmstroken had vertoond. Inmiddels ziet de regering zich genood zaakt steeds meer aan te dringen op natio nale productie. Hierdoor wordt de invoer van vele artikelen, ook van Bijbels, be moeilijkt. De kosten van drukken zijn in Indonesië zeer hoog. Men ziet het: problemen genoeg. Het Indonesisch Bijbelgenootschap laat zich er evenwel niet door ontmoedigen. Getrouw aan de roeping der kerk zet men het werk, zij het op beperkte schaal, voort. Men is er zich van bewust, dat voorkomen moet worden, dat men achter komt in het geven van lectuur aan de Indonesische bevolking. De Bijbel kan er nog niet worden gemist. ADVERTENTIE ■■■■■■■■a*A De persoonlijke vertegen woordigster van komt ons bezoeken van 7—13 Mei. om U in de gelegenheid te stellen. U op deskundige wijze te laten voorlichten. Een consult is gratis en zon der enige verplichting. Wagenweg 29 - Haarlem Telefoon 20518 Het typisch „Hollandse intérieur" uit de zeventiende eeuw is dank zij onze grote schilders een begrip geworden in vrijwel de gehele wereld. Door Vermeer van Delft, door Piefer de Hoogh, door Terborgh en vele anderen heeft men een duidelijk beeld van de aankleding der huizen, de kleding der mensen. Niet steeds bedenkt men, hoe veel Oosterse schoonheid het leven in het Westen kwam verfraaien. Wij zijn zo ge wend geraakt aan de vele Oosterse voor werpen, die in die rijke eeuw ons land binnenstroomden, dat wij een Perzisch of Klein-Aziatisch kleed, Chinees porselein en Indische stoffen tot onze gewone inven taris zijn gaan rekenen. Ons oog is er mee vertrouwd en we denken maar zelden aan het land van herkomst waar deze kleden geknoopt, waar dit aardewerk gebakken, waar deze stoffen geweven worden. De antieke Oosterse tapijten, afkomstig uit een particuliere Nederlandse collectie, die tot 10 Mei in het Frans Halsmuseum zijn tentoongesteld, vestigen onze aandacht eens extra op wat men hier te lande ver trouwelijk een „Persje" pleegt te noemen. Dit meestal ten onrechte, zoals de heer P. Otten ons in de catalogus vertelt, daar het merendeel der tapijten uit Klein-Azië komt. Antieke tapijten zijn zeldzaam. De reden ligt voor de hand: zij zijn in het gebruik versleten. Maar dankzij enige verzamelaars zijn er toch fraaie exempla ren bewaard gebleven, zelfs uit de zes tiende eeuw. Suggestieve versiering Als men in een der vertrekken in ons prachtige museum een Kaukasische kasak op een tafel ziet liggen, dan denkt men on willekeurig aan een schilderij van Vermeer en begrijpt men pas goed hoe inspirerend deze pracht van Oosterse kleuren op onze zeventiende-eeuwse kunstenaars gewerkt heeft. Ik zal hier niet alles opnoemen wat mer. op deze rijke expositie zien kan. In de in structieve catalogus kan men dat allemaal vinden. Ieder tapijt is uitvoerig beschre ven, zowel de motieven van ornament en bloemen als de kleur kunt u er in naslaan. Men vindt er de vele bidkleden, die men herkennen kan aan een in een vernauwing of punt uitlopend vlak in het midden van het kleed. De eigenaar van zo'n kleedje nam het mee naar de Moskee om er op te knielen, de handen vooruit gestrekt, het voorhoofd tegen de grond gedrukt. Eén van de opmerkelijkste vond ik een 18de-eeuwse kula uit Klein-Azië (catalo gusnummer 31) met de suggestieve randen in zwart, wit en geel. Het middenstuk ver sierd met gele anjermotieven op een blauw veld. Wie ontvankelijk is voor de werking van kleuren, kan zijn hart. hier ophalen. Vooral twee kleden uit Bergamo (38 en 40) zijn een feest voor het oog. Speciaal het laatste is met zijn rijk met rozetten versier de randen en het prachtige middenstuk een verrukkelijk kleed. We zijn jaloers, op de bezitter van zoveel schoons, maar we waarderen het toch ook dat hij ons alles zo gul laat zien. Enkele achttiende-eeuwse tegels uit Klein-Azië, een dertiende-eeuws lampje en een zeventiende-eeuws ijzeren schild, benevens enkele zeer fraaie schotels, vul len de expositie op zinrijke wijze aan. OTTO B. DE KAT. ADVERTENTIE Verkooplokaal NOTARISHUIS Dir. W N WOLTER1NK Bilderdijkstraat bij de Zijlweg Haarlem - Tel. (K 2500) 11928 INBOEDELVEILING 5/6 MEI 1953 Inzendingen van huisraad worden dagelijks aangenomen Eigen afhaaldienst TOULOUSE (Reuter). De politie te Toulouse heeft Vrijdag medegedeeld, dat Louis Brassat, de zestienjarige zoon van de burgemeester van het Franse dorp Es- palion, heeft bekend zijn vader, moeder en oudere broer te hebben gedood en de boerderij in brand te hebben gestoken. De jongen Brassat deelde de politie mede, dat hij zijn ouders had aangevallen, nadat zijn moeder hem een standje had gegeven omdat hij hun koeien niet goed weidde. Na zijn ouders met een schoffel te hebben toegetakeld begaf hij zich naar buiten, waar hij zijn 24-jarige broer Joseph met de schoffel zo ernstig verwondde, dat hij korte tijd later overleed. Vervolgens stak Louis de boerderij in brand. Politiemannen en brandweerlieden, die het huis binnendrongen, troffen er het lijk van mevrouw Bragsat en de zwaar gewonde burgemeester aan. Op de vraag van een politieman, wie hen had aangeval len, antwoordde de burgemeester: „Het was.niemand". Dadelijk daarop stierf hij. Op uitnodiging van de commissie bijzon der kerkewerk der Nederlands Hervormde Gemeente van Spaarndam zal de Haarlem se Orkest Vereniging onder leiding van Toon Verhey op 7 Mei een concert geven in de Sionskerk aan de Eksterstraat. Frans Vester verleent daaraan medewerking, king. Ds. G. van de Woord zal een korte toespraak houden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1953 | | pagina 12