'O UW Een zowel practisch als „onsterfelijk" kledingstuk „Honderd jaar Kromstaf Xoit HhaaCen Hofjes voor „jongen van dagen Een pyjama naar de laatste mode Tas als sieraad en gebruiksvoorwerp Kruiswoord van zwaar kaliber Een jurk die groeit met het kind In 1 dag retour ZATERDAG 2 MEI 1953 10 Sprookje verwerkelijkt in Leiden EEEEl HET MANTELCOS TUUM Badjasjes op tassenshow KERKELIJK LEVEN 11 T rekhondenbesluit gewijzigd HERENKAPPER Marnixstraat 119 - Tel. 25138 ONZE PUZZLE <v oor de<V, Een eigen com pleet huisje met keukentje, aparte slaapgelegenheid, douche-cel, ver warminghet klinkt haast als een sprookje voor de jonge, werken de vrouwen zoals studenten, ver pleegsters, kan toorbedienden en de talloze an deren, die „op ei gen benen staan" en voor zichzelf zorgen. En het ge heel wordt nog sprookjesachtiger wanneer de huis jes staan in de intieme sfeer van een hofje, rondom een grasgazon met in het midden een dikke boom, die haar beschermen de takken uit spreidt over „huis en liof".... Maar laten we niet langer in raadselen schrij ven: in Leiden, in het centrum van de universiteits stad is namelijk sinds enige maan den dit sprookje werkelijkheid. Waar overal elders hofjes, daterend uit vroeger eeuwen, bevolkt worden door ouden van dagen, die er volgens traditionele regels hun dagen slijten en er alleen nog maar genieten van de rust, die hun in die jaren zo volop wordt geboden, daar heeft men in Lei den een modern hofje gebouwd, waar de hardwerkende, soms nog studerende jonge vrouwen van tegenwoordig, die over het algemeen ieder huiselijk com fort en genot moeten ontberen, haar eigen huishoudentje kunnen voeren. Al, of niet tezamen met 'een collega of vriendin want de huisjes zijn groot ge noeg om door twee mensen bewoond te worden. Een verpleegster woont er naast een lerares, twee meisjes-studenten naast een advocate en verderop huist een se cretaresse naast een assistente van een professor. Het is jammer, dat we slechts be schikken over papier en drukinkt om de sfeer te schilderen, die heerst in dit „Paviljoenshof", waar de frisse, jonge geest der bewoonsters een eigenaardig, maar een o zo charmant contrast vormt met de geest, die nu eenmaal eigen is aan ieder hofje: de geest namelijk van ongedwongen saamhorigheid, van rust en ongeweten harmonie. De bouw en het interieur van de huisjes zijn een openbaring op zich: ieder huisje bestaat uit één ruime zit kamer met aangrenzend keukentje, toilet, een trap naar het platform, waar plaats is voor twee bedden en een douchecel en is 3'/2 bij W2 m. groot. De trap naar het „slaapplatform", dat een oppervlakte heeft van 2.40 bij 2.40 m., staat in de kamer, maar werkt in het geheel niet storend. Integendeel, met de lege ruimte achter de trap kan op verschillende manieren bijvoor beeld door een boekenkast een origi nele entourage bereikt worden. De gashaard is onder de vensterbank geplaatst en neemt dus bijna geen Intérieur van een der hofjes ruimte van de kamer in beslag. Onze vrouwelijke trots ontwaakte en groeide toen wij gewaar werden wat er van dergelijke toch altijd nog beperkte ruimte gemaakt kan worden, wanneer de vrouw zich daar zelf in kan uitle ven zonder gebonden te zijn aan be paalde pensionreglementen of -voor schriften. Wij zagen er huisjes, gemeubileerd aiet degelijke oud-Hollandse meubelen en huisjes, waar als het ware de wind van het existentialisme doorheen heeft gewaaid. De bewoonster van een ander „pand" scheen bij de inrichting van het inte rieur vervuld te zijn geweest van een onstilbaar verlangen naar kleurrijke verschieten van blauwe zeeën en een stralende zon op Zuidelijke stranden; de felgekleurde kussens, op het blauwe bankstel met de rotanmeubeltjes gaven hiervan een duidelijker bewijs dan ieder lang betoog over opvatting en idealen vermag. Welk een voorrecht voor het tot op- camers-wonende-gedoemde meisje om ió haar eigen huishouding te kunnen voeren; niet driehoog op een achter kamer (of voorkamer, zo u wilt), waar ieder overbodig geluid angstvallig ver meden moet worden en waar van de zon zo die al schijnt slechts ach ter glas genoten kan worden (een tuin is voor kamerbewoonsters meestal ta boe), maar in een heel eigen huisje, dat helemaal van haar zelf is en waar zij zelf de scepter zwaait. Een voorrecht weliswaar, dat tot he den nog maar voor enkelen is wegge legd, want het hele hofje is verhuurd en er staan momenteel niet minder dan dertig naar een dergelijke woning ver langenden op een wachtlijst. Maar wie zal zeggen, wat de toekomst nog voor mogelijkheden in petto heeft? Niets is tenslotte onmogelijk en ook in Haarlem en omgeving is nog wel bouwgrond vrijJ. S. A-*-) E' StOfimo-W ("•*—)- S Of het nieuwe model van pyjama met de driekwart pantalon voor een ieder geschikt en aantrekkelijk is, willen wij in het midden laten, maar ongetwijfeld zullen er onder u zijn, die hun lingeriebezit graag met dit model voor het warmere seizoen willen verrijken. Maten en werkwijze staan duidelijk op de hierbij afgebeelde werktekening aangegeven. F G Lengte midden- Zak: 10 bij 12 cm 3 cm overslag voor 1/4 Heupwijdte Lengte halve armwijdle 1 /2 schouder breedte 3 cm 1/4 Halswijdte F J Halve armwijdte K L Split (links) 15 cm Pantalon: E Ei Lengte (taille tot knieholte) Taillewijdte 4 (achterzijde 4 cm extra op knippen) Kruiswijdte 1/4 taillewijdte 4- 5 cm 23 cm (wordt later 19 cm door dichtmaken van figuurnaadjes) (2 cm) F H H— I G J G K E A C D El B Benodigde stof: 2 m donkerblauwe lingerie katoen 1.25 m grof linnen (wit) 1 streng wit merkgaren voor monogram op zak Den Engelse confectie-industrie is met een buitengewoon practisch idee voor kinderkleren uitgekomen. Het is een jurkje, dat met vrijwel geen naai werk groter kan worden gemaakt, als de dochter sedert het vorige seizoen de nodige centimeters blijkt te zijn ge groeid. Zelfs de moeder, die niet erg handig is met de naald, kan deze kle dingstukken uitleggen en wel zo, dat er niets van te zien is. Het probleem: kleren kopen, die passen en dus in een minimum van tijd te kort zijn of kle dingstukken aanschaffen, die te groot zijn, zodat men er onmiddellijk zelf aan moet gaan prutsen, is hiermede voor goed van de baan. De rok wordt verlengd door de naad op taillehoogte los te tornen, waarna er een nieuwe naad te voorschijn komt, die al door de voorzienende fabrikant is aangebracht. De zijnaad moet men lostornen en hier komt dan het eerste stiksel, dat men zelf moet aanbrengen, om de rok te verwijden. De naden zijn ruim geknipt, zodat er voldoende stof is, om de rok een paar centimeter te laten schieten. Nu wordt er een tweede taillenaad losgetornd, waardoor het bovenstuk een paar centimeter langer wordt en precies aansluit bij het patroon van de verleng de rok. Als de blouse te nauw is, kan men de overslag, die in een naad ver werkt is op de rug, uitleggen. Voor de erg handigen is het niet meer dan een half uur werk, voor de minder geoefenden ten hoogste twee uur, maar daar houdt het dan ook wel mee op. Het behoeft geen betoog, dat de jurk na dit verander-proces gewassen en zorg vuldig gestreken moet worden om de laatste sporen van de vroegere maten te niet te doen. En hoe denken de Nederlandse con- fectie-fabrikanten hierover? MARIANNE KRISTIE Wanneer de veelal kille dagen van het vroege voorjaar per ongeluk afgewisseld worden door een enkele warme zomerse dag, zouden wij niets liever doen dan al onze warme winterkleding, die ons zo langzamerhand begint te vervelen, zover mogelijk weg te hangen en de heerlijk luchtige zomertoiletjes voor de dag te halen. Maar de nuchtere weersvoorspellingen en de wisselvallige barometerstanden winnen het dan toch weer van onze veel te optimistische wensen en met een lichte berusting (om de zekerheid, dat eens de warme zomertijd tóch zal aan breken) laten wij de zomerkledij nog voor wat zij is en waar de wollen winterróbes ons te benauwd worden nemen we onze toevlucht tot het man- telcostuum, hèt kledingstuk in de gar derobe voor het voorjaar. Immers, bij droog, zonnig, maar koud weer kunnen wij het pakje dragen met een jumpertje; bij regen schieten we daar onze regenmantel overheen, terwijl voor warmer dagen het mantelpak met een blouse de uitkomst is. Het model van het costuum is in de eerste plaats afhankelijk van onze financiële omstandigheden. Wanneer we ons namelijk de luxe kunnen permit teren van meer dan één pakje, dan kunnen we onze keuze met een gerust hart laten vallen op een fantasiepakje, doch het bekende klassieke mantelpak zal toch altijd de basis zijn van onze garderobe; het kledingstuk ook, waarin we ons altijd en overal op ons gemak voelen. Wat de kleur van het klassieke model betreft, ook dat kunnen we het best zo neutraal mogelijk houden, wanneer we in stijl willen blijven en we zullen dan ook het meeste profijt hebben van een zwart, een grijs of een bruin costuum, waarbij de combinatie-mogelijkheden legio zijn en waarbij we onze fantasie waar het accessoires betreft de vrije loop kunnen laten. Over het algemeen zal bij donkere types het grijze costuum het best tot zijn recht komen, terwijl blonde types met een lichte gelaatskleur zich beter tot bruin kunnen bepalen. Het zwarte man telpak tenslotte is welhaast voor iedere vrouw even begerenswaardig, want zo'n bezit betekent een „altijd gekleed kun nen zijn" met weinig moeite en kosten. Door alle woelige tijden van korte rokken, lange i-okken, ruime modellen, strakke modellen enzovoorts heen, heeft het mantelpak, de tailleur, zich altijd kunnen handhaven. We kunnen daarom zo langzamerhand wel spreken van de „onsterfelijkheid" van dit soort mantelpak in de steeds wisselende modes en dit feit moge u dan bij een eventuele moeilijke keuze bij het aanschaffen van een nieuw kledingstuk juist dat beetje houvast geven, welke u op dat ogenblik nodig hebt! J. S. mode, waarin verenigd zijn detaillisten, importeurs en fabrikanten van koffers en lederwaren. Wat zou een man moeten doen, als er helemaal geen zakken in zijn pak za ten? En wat zou een vrouw moeten be ginnen, als ze geen tas had? Een tas, vinden vele vrouwen dan ook, is een noodzakelijk kwaad. Een bergplaats voor portemonnaie, kam, spiegeltje, poederdoos, lippenstift, crème, zonnebril, vulpen, blocnote, agendaboekje, portefeuille, zakdoek, enz. enz. enz.. Het is alleen in een schampere bui, dat ze de tas louter en alleen als ge bruiksvoorwerp beschouwen, want als ze er een gaan kopen, dan is het toch vaak het uiterlijk van de tas, dat de doorslag geeft. De fabrikanten doen momenteel hun best zowel op het uiterlijk als het „in nerlijk" van de tas. Op een tassenshow in het Carlton- hötel in Amsterdam was dat eigenlijk net kenmerkende. Zowel in de goedkope plastictassen en de eenvoudige leren als in de ver fijnde relax-, boxcait-, gekrompen gei tenleer, ja zelfs in de dure struis- tassen had men gestreefd naar ruimte. Vooral bij de beugelmodellen was men daar goed in geslaagd, vaak door het materiaal ruim aan de sluiting te zet ten. Overigens kan men in allerlei prijs klassen en modellen terecht. Over het algemeen zijn de tassen niet hoog, be halve bij de koffermodellen en de op de Italiaanse mode geïnspireerde em mermodellen. Wit handhaaft zich, doch het schijnt dat helle kleuren nu enigszins afgedaan hebben. Wel zagen wij enkele tassen in een voorname kleur dof donkerrood en donkergroen, en een prachtig zand- grijs Begeerlijk waren de korte badjasjes. Waarom badjasjes op een tassenshow? Omdat de bijbehorende badtas van het zelfde materiaal vervaardigd was (everglaze of linnen bijvoorbeeld). De jasjes waren in de regel gevoerd met badstof. Op de kleine expositie van koffers, reisnécessaires en dergelijke die aan deze show gekoppeld was, viel een aar dig snufje te bewonderen: een flessen- koeler. Hierin kan men vier flessen plaatsen en de bekleding van een soort schuimplastic zorgt er voor dat de dranken heerlijk koel blijven. Geschikt om in de auto mee te nemen. Zowel de expositie als de show gin gen uit van de stichting Lederwaren- De Italiaanse emmermodellen maken ook in Nederland opgang. Deze tas is vervaardigd van cerise-rode plastic. De koperen spijkertjes-garnering is even eens een kenmerk van de Italiaanse tassenmode. Licht en niet al te groot is het moderne koffermateriaal. Een set van beige traincase, weekendkoffer en hoedendoos. De R.-K. kerk in Nederland herdenkt in dit jaar, dat een eeuw geleden de bis schoppelijke hiërarchie werd hersteld. Ook in onze rubriek gaan wij aan deze belang rijke gebeurtenis niet voorbij. Wij willen enkele feiten uit het verleden naar voren halen en de situatie van het heden over zien. In het jaar 1853 werd Nederland weer een eigen kerkprovincie in het geheel van de R.-K. kerk. Enkele eeuwen tevoren, het laatst onder Philips II, was dit ook reeds het geval geweest, maar de Kerkhervor ming had aan deze situatie een einde ge maakt. De Hervormde kerk kreeg volop de overhand en ons land werd door de R.-K. kerk tot missiegebied verklaard. Van 1590 tot 1700 had de Paus de kerke lijke zorg voor dit missiegebied opgedra gen aan apostolische vicarissen, precies zoals dat ook onder de heidense volkeren en de missie in Azië en Afrika pleegt te gebeuren. Van 1700 tot 1853 was er een pauselijke nuntius, die in opdracht van de Paus het toezicht hield op de parochies en die de belangen van de R.-K. kerk hier behartigde. In April 1953 werd bij besluit van Paus Pius IX het normale hiërarchische bestuur v/eer ingesteld. Nederland werd, evenals vroeger, een eigen kerkprovincie. Er kwa men bisschoppen in Utrecht, Haarlem, Breda, 's-Hertogenbosch en Roermond. De bisschop van Utrecht werd aartsbisschop. Dit feit demonstreerde duidelijk, dat Ne derland niet zonder meer beschouwd kon worden als een protestants volk. De Her vormde volkskerk had in de gouden eeuw zeer nauwe relaties onderhouden met de staat en de overheid waardoor ze vele voordelen had boven de andere kerken, maar deze tijd was nu definitief voorbij. De kerken werden gelijkgeschakeld. De R.-K. kerk maakte gebruik van wat de liberale Grondwet van 1848 mogelijk had gemaakt. Toch is een en ander honderd jaar ge leden niet geruisloos verlopen! Onver kwikkelijke woorden en tonelen zijn er aan te pas gekomen zowel van R.-K. als Protestantse zijde. De bewoordingen waar mee van officieel-kerkelijke zijde de hiër archie werd hersteld waren fel anti-protes tants. De Hervorming werd met de zwart ste- kleuren afgeschilderd als een vijandige poging „om de wijngaard des Heren te verwoesten". De toespraak tot de kardina len was ronduit beledigend voor de Pro testanten. Maar vooral de bisschopseed riep heftige reacties op. Daarin kwam na melijk deze zin voor: „Ik zal de ketters, scheurmakers en tegenstanders van de Heer en zijn opvolgers zoveel in mijn vermogen is, vervolgen en bestrijden". Een scherpe strijd ontbrandde rondom deze formule, waaruit de R.-K. kerk de aangehaalde zinsnede tenslotte heeft laten vallen. De Protestantse reactie staat bekend als de Aprilbeweging. Ook van deze zijde wa ren toon en vorm hier en daar allesbehalve verkwikkelijk. Schandalige versjes werden gepubliceerd en poppetjes, die bisschop pen moesten voorstellen, werden voor vijf cent op straat verkocht om „opgehangen" te worden. Van beide kanten verliep de emancipa tie van de R.-K. kerk dus niet steeds al tijd waardig. Er is ondertussen heel wat veranderd. Zowel kerkelijk als politiek, cultureel en sociaal is het Rooms-Katholicisme een factor van betekenis geworden in ons land. En aan Protestantse zijde heeft dit feit over de hele linie erkenning gevonden. Wederzijds erkent men tegenwoordig in het algemeen elkanders rechten binnen de Nederlandse samenleving. Toch zijn er ook veel dingen gelijk ge bleven. In de eerste plaats in de getallen. De verhouding van het aantal Rooms- Katholieken tot het geheel der bevolking is vrijwel constant gebleven. In 1849 wa ren per 10.000 Nederlanders 3815 R.-K. Dit cijfer is nadien langzamerhand gedaald tot 3502 in 1909. Van dat jaar af is het weer gestegen tot 3848 in 1949. Maar dit is het belangrijkste niet. Belangrijker is het feit dat de afstand tussen de R.-K. kerk en de Protestantse kerken vrijwel onveranderd bleef. Hier en daar zijn wel eens zwakke pogingen ondernomen om gezamenlijk meer oecumenisch te spreken en te leven, maar deze pogingen werden meestal door afzonderlijke personen ge daan en misten zichtbare uitwerking. Uit de R.-K. vastenbrief 1953 enerzijds en het herderlijk schrijven van de Her vormde kerk van 18 Maart 1953 ander zijds, blijkt ook duidelijk dat, principieel gesproken, de bakens sinds honderd jaar geleden niet verzet zijn. Ondanks de aan te wijzen ontsporingen, kan men zeggen, dat de onderlinge erkenning en het we derkerige respect gegroeid zijn, van we zenlijke toenadering echter kan nauwe lijks sprake zijn. In dit laatste opzicht heeft men er wel echt voor te waken niet de waarachtige Christelijke hoop te ver liezen en te blijven geloven in de werking van de Heilige Geest. ADVERTENTIE UW MATRASSEN bijgevuld of vernieuwd MAAKLOON 1 pers. 12.50. 2 pers. 15.— HAARLEMS MATRASSENHUIS H. DE GRAAFF Gr. Houtstraat 103 - Tel. 11485 Haarlem Bij Koninklijk Besluit is aan het Trek- hondenbesluit 1911 een nieuwe bepaling toegevoegd, volgens welke bakfietsen niet als hondenkar geschikt kunnen worden verklaard. Voorts is een wijziging aange bracht in artikel 10, dat nu luidt: Het is verboden, dat zich tijdens de rit iemand op de hondenkar bevindt. De la ding moet zich in evenwicht bevinden en haar gewicht mag niet zo groot zijn. dat het trekken kennelijk bovenmatige in spanning vereist. ADVERTENTIE Ditmaal geven wij eens een kruiswoordpuzzle die wat lastiger is dan gewoonlijk, maar met een beetje nadenken en een goed woordenboek is er toch wel uit te komen. Wij zijn benieuwd hoe groot de oogst aan goede oplossingen zal zijn en wensen u bij voor baat veel succes. Horizontaal: 1 tande loos zoogdier; 3 drank; 6 fig. uit de Noorse mythologie; 9 bergruimte; 11 voegwoord (Eng.), 13 waterhoogte; 15 ont kenning (Eng.); 16 lokspijs; 17 vogel; 19 bewijs van achting; 22 indien; 24 bij uit stek bevallig; 26 klein persoon; 28 zangnoot; 29 slede; 30 namelijk; 31 wa ter in Duitsland; 34 zijrivier van de Do- nau; 35 muziekterm; 37 edel gas; 39 soort rum; 41 voorzetsel; 42 drinkgerei; 44 jongensnaam; 47 niets uitgezonderd; 50 handelsterm; 52 vis; 53 dierentuin; 55 voertuig; 56 jongens naam; 57 zangnoot; 58 klas; 59 verga ring; 61 meevaller; 62 enig; 63 ontast bare stof; 65 vis; 66 uitroep; 67 rustend predikant; 68 steen soort; 70 de lezer heil; 71 pl. in Zee land; 72 nauwe; 73 de onbekende. NAAM INZENDER: Verticaal: 1. water in N.-Brabant; 2. meis- ADRES: jesnaam; 4. onder an dere; 5. wapen; 7. voorzetsel; 8. sport- term; 9 verbinding; 10 spil; 12 spoedig; 14 gek; 16 zangstem; 18 beurtelings; 20 gewichtseenheid; 21 ruim; 22 verbetering van de gezondheidstoe stand; 23 stof (Eng.); 25 primitief vaar tuig; 27 kanaalpeil; 30 onze rekening (boekhoudk. afkorting); 32 treft; 33 land bouwwerktuig; 35 matig sterk (muz. afk.); 36 voorzetsel; 38 vr. munt; 40 alles (Eng.); 43 geleerd; 45 ambtshalve; 46 bijbelse'fi guur; 47 wandeldreef; 48 zangnoot; 49 pl. in Noorwegen; 51 bijwoord; 54 pers. vnw.; 56 hemelsblauw; 57a soort vogels; 59 ge vuld; 60 laag; 61 muziekinstrument; 64 vr. munt; 65 bijwoord; 66 als eerder (afk.); 67a gewicht; 69 voorzetsel. De oplossing van de vorige puzzle luidt: Horizontaal: 1 boek, 3 lover, 5 egel, 7 rai, 9 est, 11 de, 13 orde, 15 rein, 16 om, 17 lama, 19 part, 21 knots, 23 galop, 27 spa, 28 koker, 32 es, 33 men, 35 top, 36 na, 37 tol, 38 koe, 39 el, 41 ver, 43 erg, 45 ri, 47 klaar, 49 vis, 51 sabel. 53 balie, 54 snit. 57 dans, 60 li, 61 soda. 63 torn. 65 ap, 67 are, 68 rat. 69 spar, 70 klerk, 71 iran. Verticaal: 1 bed, 2 krom, 3 lid, 4 ree, 5 etna, 6 lam, 8 ara, 10 sip, 12 el, 14 eens, 15 rita, 16 ot, 18 aal, 20 rok, 22 opa, 23 ge, 24 as. 25 om, 26 peter, 28 koers, 29 op, 30 en, 31 ra, 34 nor, 35 toe, 39 ok, 40 11, 41 va, 42 pil, 44 ga, 45 re, 46 il, 48 aan, 49 vara, 50 sint, 52 ban, 54 si, 55 isar, 56 tor, 57 dra, 58 anti, 59 sa, 60 lus, 62 dek, 64 ork, 66 pen. Oplossingen moeten, ingevuld op het hierbij afgedrukte diagram, worden inge zonden aan onze bureaux te Haarlem: Grote Houtstraat 93 of Soendaplein 37, of te IJmuiden, Kennemerlaan 186 en uiter lijk Woensdag a.s. te 17 uur in ons bezit zijn. Op de enveloppe vermelden: „Oplos sing puzzle" en geen correspondentie toe voegen of bijsluiten. Onder de goede op lossers worden drie geldprijzen, 7.50, 5.en 2.50, verloot. De prijswinnaars van de vorige puzzle zijn: 1. Mej. F. G. Kuperus, Stuyvesantplein 19 rd., Haarlem 7.50. 2. P. H. Schras, Van Lynden van Hem menstraat 3, Hoofddorp 5.—. 3. D. H. van Maanerr, Rozenhagestraat 65, Haarlem 2.50.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1953 | | pagina 12