CORSICA, kallistè, schoonste vc De Tweede Beeldhouwkunst- Biennale te Antwerpen Bloemendaalse Victoria Regia zal nog één ke er bloeien mm Italiaanse neo-realisten aan de spits SCHOOLBOEKEN Minister Mansholt opende „De Gouden Poort" Care! en Ger ZATERDAG 5 SEPTEMBER 1953 HAARLEMS DAGBLAD - OPRECHTE HAARLEMSCHE COURANT 3 Goede zaken in veel sectoren van Jaarbeurs KUNSTHANDEL thans alléén gevestigd WAGENWEG 102 t.o. de Hazepaterslaan M Toeristenreis van de „Indrapoera" H. DE''VRIES Kerkelijk Nieuws k AUTO-FINANCIERING De Koningin ontving diplomaten Stille verklikkers bij goederenvervoer per spoor CORSICA ontdekken is het liefhebben. De geoloog biedt het zijn „open boek" van aardlagen en zijn zeldzame stenen zo als het. orbiculaire dioriet, de natuurliefheb- l,gr vindt er vooral in het voorjaar een weelde van exotische planten, voor de bewonderaar van de sterrenhemel staat er avond aan avond een diepblauw, glashel der uitspansel boven het eiland te 'koepe- len, de federalist kan er een bedevaart maken naar dat steegje waar de keizer werd geboren die Europa dan toch maar op zijn manier tot een eenheid maakte, zonnebaders en zwemmers halen hun hart op aan de hei-witte stranden van Ajaccio, Calvi of He Rousse, de geschiedenisvorser snuift op elke straathoek een stukje klas sieke oudheid op Griekse namen komen er nog heel veel voor en toie van melo dieuze, wat weemoedige muziek houdt hoeft op het eiland niet dieper door te dringen dan tot in de havenwijk van Ajaccio of de sloppen van Calvi, waar natuurtalenten van zangers hem onder begeleiding van een virtuoos bespeelde guitaar de mooiste oude volksliedjes voorzingen die hij ooit heeft gehoord. Italiaanse, Spaanse en zelfs Moor se invloeden hoort de kenner erin. Maar ook het binnenland heeft zijn charme. De Noorderling kijkt in het begin die wat stug uitziende, donkere en zwijgzame bergbewoners met een scheef oog aan. Woedde in dit ontoegankelijke bergland niet de vendetta, de bloedwraak, hield in deze maquis zich de bandiet niet schuil? Oho, wat vergist onze toerist zich. De stugge boer die met trage pas achter zijn zwaarbeladen ezeltje aansjokt zal hem de weg wijzen in onberispelijk Frans, waarin alleen de rollende r's opvallend contrasteren met het gebrouwde Frans van het continent. En als de toerist de tijd neemt voor een praatje met de Corsicaan, zal deze hem al gauw uitnodigen in zijn huis. Want Corsicanen zijn vaak arm maar hun gastvrijheid is omgekeerd evenre,dig met hun armoe. Maar récht evenredig met hun gastvrijheid ishun luiheid. „Voor onze luiheid bestaat eigenlijk geen woord in het Frans", gaf een Corsicaan mij zelf toe. Maar dat banditisme dan? Ach dat is al tientallen jaren geleden verdwenen, al maken de Corsicanen er nu nog wel eens een ondeugend liedje over. Want ergens in hun hart hebben ze nog wel heimwee naar die romantische tijd toen een man eigen rechter was en na de voltrekking van het,vonnis in een familie vete de bergen in moest vluchten voor de gendarmes. Zo'n twist betrof dikwijls een ere-kwestie; vandaar dat „bandiet" eerder een eretitel werd dan een slechte kwali ficatie: zoals bij ons het woord „geus". Ter vermijding van misverstand hoort men dan ook nog wel spreken van „bandit d'honneur". Met platte roverij heeft dit niets te maken. Het moet veertig jaar ge leden nog wel eens zijn voorgekomen dat de toerist op een caféterras aan de praat kwam met een Corsicaan die hem na een paar glazen pastis in alle gemoedsrust toe vertrouwde: „Je suis bandit". De laatste jaren wordt Corsica een beetje ontdekt, vooral de kust en eigenlijk is het jammer. Op de Cours Napoléon in de hoofdstad Ajaccio, stad aan de mooiste golf ter wereld, hoort ge ook Engels, Duits en soms zelfs Hollands spreken. Dicht bij de Place de Gaulle, een door palmen en platanen omzoomd plein, verrees het Ca sino. Er zit een dansorkest dat dezelfde deuntjes speelt als dansorkesten in Londen, Amsterdam of Parijs. Als ge het echte Corsica zoekt, loop daar dan gerust voor bij. En schiet de Rue du roi de Rome in, Straat met een koninklijke naam maar van artistieke allure. Hier vindt ge dat een voudige kroegje waar de patron zelf gui taar zit te spelen en waar de jongens uit de buurt 's avonds komen zingen. Pascal Marcelli de banketbakker, Jean Murati de kapper, Michel Deidda de sardinevisser, Jean Valli de kellner. Onder elkaar spreken zij Corsicaans, dat nóg zachter klinkt dan het Italiaans uit Toscane, en dat zegt wat. De meeste liedjes die zij zingen hebben hun tekst in diezelfde taal, al wordt er ook wel eens een Franse chanson voorgedragen. Qp het punt van die tweetaligheid ontdekt de Nederlander op Corsica een hem bekende analogie: de moedertaal der Corsicanen is dat zachte, melodieuze dialect. Op de scholen en in het openbare leven is Frans de officiële taal. Maar de Corsicanen maken er beslist geen „kwestie" van, gelijk de Friezen. Mis schien zijn zij er te lui voor. Want de subtropenzon maakt lui. En bo vendien is het eiland rijk. Ongeveer even groot als een kwart van Nederland kan het zijn 300.000 inwoners gemakkelijk voeden. En wie zou zich druk maken in de landbouw als de zon het werk doet? De sigarenman in Bastia, die de hele dag voor zijn winkel op een stoel zit, doet het evenmin. Maar als er een klant is, neemt hij toch de moeite, op te staan, hem een hand te geven en een praatje te maken. Hij verkoopt prentbrief kaarten ook. Koop er vier en ge krijgt een vijfde cadeau. Hande laar is hij niet als tabaksverkoper is hij ambtenaar van de Franse staat en de toerist vindt zo'n ge baar toch prettig? De gastvrijheid en gul heid zit iedere Corsi caan in het bloed. Evenzeer als de lui heid. Op het eiland zelf, circuleert dat verhaal over die kas telein die terwijl hij in zijn zaak rustig zijn krantje zat te lezen een toerist zag binnenkomen. Bonjour m'sieu! Bonjour m'sieu. Wilt u drinken? Inderdaad, be vestigt de toerist. Hebt u dan (kmst? (Nog steeds zittend). Ja. Wat wilt u drin ken? (Eindelijk staat hij op en loopt naar het flessenrek). Koffie. Ah, du café? (de hand zakt; een wat mismoedige uitdruk king komt op zijn ge zicht). Voor goede koffie moet u in dat andere café aan de overkant zijn. Ze schenken daar veel betere koffie dan ik. 'oor geld hebben de Corsicanen een superieure verachting. Het enige dat zij vol toewijding doen is musiceren en zingen, urenlang. Ook zonder publiek ge kunt in de bergen plotseling een jonge man met een guitaar ontmoeten die op een stuk rots tijden lang voor zich heen zit te improviseren, desnoods in het pikke donker. Zijn serenade geldt, al is zij er helemaal niet bij, zijn Catari of zijn Fifina. En er komt bijna altijd iets in voor van „la luna" (de maan), „la muntagna" (het gebergte) en natuurlijk van „l'amore" de liefde. En terwijl de „Cyrnos" of de „Sampiero Corso" u terugbrengt naar Nice of Mar- Een smalle rotsachtige landtong verbindt lie Rousse, stadje aan de Noordkust van Corsica, met het eilandje van rood graniet waaraan het zijn naam dankt. seille is 't nog of op de zachte Zuidenwind snarengetokkel van het achter u verdwij nende eiland door de patrijspoort naar binnen komt waaien, tezamen met de geur van de maquis. Napoleon zei immers dat hij op zee zijn eiland al kon herkennen aan zijn geuren? Dat was niet overdreven, evenmin als zijn uitspraak dat „alles er beter en mooier was dan elders". Lang voor hem hebben de Grieken, een der vele vol ken die over Corsica hebben geheerst de hoofdstad Ajaccio dankt haar naam aan cle held Ajax het eiland al „Kal listè" gedoopt: „De schoonste". Op de Najaarsbeurs is tot nu toe in ver schillende sectoren levendig zaken gedaan. In de uitgebreide groep lederwaren wa ren de standhouders in het algemeen zeer tevreden over het aantal afgesloten orders. Met het oog op de dagen aan het einde van het seizoen is de najaarsbeurs een ge schikte inkoopgelegenheid voor de détail- handel doch daar de verwachtingen in de lederwarenbranche niet hoog gesteld wa ren, kunnen de resultaten als zeer bevre digend worden beschouwd. De plastictas- sen worden veel gevraagd, ofschoon ge constateerd kan worden dat ook de be langstelling voor lederen damestassen her leeft. De standhouders in de afdeling meube len en woningtextiel hebben in de afgelo pen dagen over het geheel genomen goede zaken gedaan. De rotanmeubelen trokken veel belang stelling, ook van Amerikaanse zijde, waar bij veel waardering voor lijn en uitvoering werd geuit. Bekeken zal worden of er mo gelijkheden zijn voor invoer op de Ame rikaanse markt. De exposanten in de afde ling woningtextiel ontmoeten een leven dige vraag, vooral naar gematigd moderne dessins. De afdeling laboratoriumapparaten en instrumenten, toegevoegd aan de medische afdeling in de Bemhardhal, blijkt in een behoefte te voorzien. Standhouders in de medische afdeling deelden mede, dat het bezoek van artsen, hoogleraren in de me dische wetenschappen en inkopers van ziekenhuizen blijft aanhouden. De ver plaatsing van deze groep van het paviljoen op het Vredenburg naar de Bemhardhal aan de Croeselaan wordt zeer toegejuicht. Belgische artsen, die Vrijdag een bezoek aan de beurs brachten, toonden zich en thousiast over de expositie van medische en chirurgische instrumenten. Tot en met Vrijdag werden er bezoekers uit 45 landen geregistreerd. ADVERTENTIE Juist tien jaar geleden, onder de zwaar ste druk van de oorlog, verscheen er in Brussel een klein boekje over de actuele tendenzen in de Belgische kunst, getiteld „Retour a l'Humain". De schrijver van dit boekje, Paul Haesaerts, constateerde dat er in de West-Europese landen een aantal schilders en beeldhouwers waren, die van een beschouwende levenshouding uit hun aandacht op het menselijke richten. Zij wilden zich losmaken van het extravagante in de vorm en, zonder terug te keren tot een conventionele kunst, de diepere bron nen aanboren die aan de zichtbare ver schijningen bezieling geven. Deze titel: „terugkeer tot het menselijke" zou men voor de tweede Biënnale der Beeldhouwkunst te Antwerpen als alge mene aanduiding kunnen gebruiken en dat vooral waar het de Italiaanse inzending be treft, die zowel naar omvang als in kwali teit aan de top staat. Opmerkelijk is in dit verband het com mentaar van een der belangrijkste Belgi sche beeldhouwers, Charles Leplae, die deze Biënnale het „Waterloo der abstracten" noemde. Zonder hierbij uit het oog te verliezen dat bij deze uitspraak de wens de moeder van de gedachte kan zijn, is het opvallend dat het merendeel der abstracten een wel heel pover figuur maakt tegenover het nieuw realisme der Italianen. De Nederlandse inzending Evenals in Sonsbeek zijn hier de beeld houwwerken in de openlucht opgesteld en wel in het boomrijke Middelheimpark dat even buiten Antwerpen gelegen is. De glooiende gazons, omzoomd met oud ge boomte vormen een indrukwekkend décor voor de beelden. De bedoeling is hier een permanent openluchtmuseum van beeldhouwkunst te stichten en dat dit voornemen reeds ten dele gerealiseerd werd, blijkt uit de cata logus waarin men zien kan dat een kleine veertig der geëxposeerde beelden bereids eigendom van Middelheim zijn. Voorwaar een benijdenswaardig bezit, dat wel getuigt van de royale kunstpolitiek van de stad Antwerpen! De Nederlandse bezoeker wil natuurlijk Vele Corsicaanse vrouwen vallen op door hun gracieuze gang en houding. Het komt doordat zij gewend zijn, zware lasten op het hoofd te dragen. allereerst nagaan hoe onze kunst hier ver tegenwoordigd is en hoe de inzending als geheel, zich tot de rest verhoudt. Men heeft klaarblijkelijk de voorrang aan de jongere talenten gegeven, die pas na de oorlog naam hebben gemaakt. Hoewel dit begrij pelijk is, mist men toch al te zeer enkele ouderen onder onze beeldhouwers. Ra- decker, Wezelaar, Carrasso, Sondaar en Polet zoekt men tevergeefs. Verrassend knap is de reusachtige „ar- beidsgroep" van Esser. Het enige bezwaar is dat het niet duidelijk wordt wat deze drie arbeiders eigenlijk uitvoeren. Maar het rhythme der figuren dwingt bewondering af en de wijze waarop de groot-gehouden volumen behandeld zijn, is zeker indruk wekkend. Een van de weinige beeldhouwwerken die zich naast de Italianen kunnen hand haven is Andriessens „bomslachtoffer" waarin een maximum aan uitdrukking in sobere maar gespannen vorm gelegd werd. Het beeld „cle drukker" van Wessel Cou- zijn is wel een vreemde voorstelling maar een oorspronkelijk begrip voor plastische werking moet men er in erkennen. Cneul- mans „Europeanen" blijft een akelige ver gissing. Als-geheel maakt Nederland dus niet zo'n beste beurt, maar het kan zich troosten met de gedachte dat met uitzondering van Frankrijk de meeste landen het tegen de Italianen afleggen. Men vergete hierbij echter niet dat op deze Biënnale opzettelijk de aandacht voor de Italianen gevraagd wordt. De inzending telt liefst drieëntachtig nummers! Zij wil een overzicht geven van de beeld houwkunst der laatste 50 jaar, maar het accent ligt kennelijk op de na-oorlogse periode. Men spreekt wel over de zoge naamde „drie M's": Arturo Martini, Marino Marini en Giacone Manzü. Men kan daar een vierde M die van Mascherini aan toevoegen. Marini, met zijn sterk op de Aziatische kunst geïnspireerde ruiters te paard is ten onzen bekend door de grote tentoonstel ling, vorig jaar in het Stedeliijk Museum te Amsterdam gehouden en uit Sonsbeek. Nieuw, althans voor mij, was het werk van Manzü. Zijn bronzen zijn statischer en minder emotioneel dan die van Marini. De Italiaanse traditie der vroeg-Renais- sance is er in terug te vinden, maar dan gebaseerd op de geestelijke achtergronden en in mindere mate op de uiterlijke vorm geving. De religieuze vervoering van een Gioto herleeft bij Manzü. Een vervoering die zich uitspreekt in een ingehouden en pure vorm. Zijn „grote Kardinaal", hierbij gereproduceerd, die gehuld in wijde man tel en bekroond met de enorme mijter, in contemplatie rechtop gezeten is, ademt een serene rust en vei'bergt tevens achter het gesloten gelaat het diepe raadsel der men selijke gedachten. Een van zijn meest gave en ontroerende beelden is „de danspas". Wat bij de Italianen verrast is de tech nische volkomenheid der uitvoering. Zij geeft het bewijs, dat de kracht ener eeuwenoude traditie na een periode van in zinking, weer naar boven kan komen, zon der iets van haar intensiteit te hebben inge boet. Het gaat er slechts om of dit „kun nen" wordt toegepast door de geïnspireerde kunstenaar, die waarlijk iets heeft mede te delen of de ai-tisan die alleen de uiterlijke vormen der traditie overneemt. Tegenover cle in onze tijd opgang maken de tenclenz, die wil dat de kunst zich van meet af aan zal ontwikkelen en slechts stamelend aan het volstrekt nieuwe levens gevoel uiting kan geven, verschijnt dit Italiaanse nieuw-realisme wel als een ont hutsende tegenspraak, die velen te denken zal geven. OTTO B. DE KATT Uit Rotterdam vertrok hedenmiddag cle „Indrapoera" van de Koninklijke Rotter- damsche Lloyd voor een toeristenreis van tien dagen. De reis gaat eerst naar Ham burg, waar het schip twee dagen blijft liggen, welke tijd door de passagiers ge bruikt zal worden voor het maken van enige uitstapjes naar Hagenbeek, de Elbe- turanel en het vermaakcentrum Sankt Pauli. Daarna vaart de „Indrapoera" naar Denemarken, waar van Kopenhagen uit enige excursie zullen worden gemaakt, on der meer naar Noord-Seeland, het meren- district en naar de zomerresidentie van de Deense Koninklijke familie. Op 14 Sep tember is het schip in Rotterdam terug. „DE KARDINAAL bronzen beeld van de Italiaanse beeldhou wer Giacomo Manzu. Middelheimpark te Antwerpen. ADVERTENTIE vóór alle inrichtingen voor onderwijs sCHOÓLBOËKHANDEL Jacohijncslruat j Ged: Oude Gracht 27-27.1 De minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, de heer S. L. Mans- holt, heeft Vrijdagmiddag in het R.A.I.- gebouw te Amsterdam de bloemen- en fruittentoonstelling „De Gouden Poort" geopend, die is georganiseerd ter gele genheid van het 25-jarig bestaan van het Algemeen Verbond van Volkstuinders- verenigingen in Nederland en van het 35- jarig bestaan van de Bond van Volkstuin ders te Amsterdam. De minister zei in zijn openingswoord onder meer dat vooral door de trek van vele plattelanders naar de grote steden mogelijkheden van ontspanning en inspan ning in de vrije natuur moesten worden geschapen. Hierin hebben de volkstuin verenigingen een belangrijk aandeel ge had. Ongeveer 20.000 Amsterdammers vertoeven iedere Zondag op de volkstui nen. Door de groei der steden zijn moei lijkheden ontstaan: vele volkstuincom plexen worden opgeofferd aan de nood zakelijke industrie-vestigingen, de wo ningbouw of de land- en tuinbouwbe- langen. Daarom dienen in cle directe na bijheid van de steden plaatsen te komen voor hen, die er behoefte aan heb ben bezig te zijn in de vrije natuur. Met de uitbreiding van de grote steden diene men hiermee ernstig rekening te houden. De minister maakte vervolgens een rondgang over de tentoonstelling. De inzendingen bestaan uit enkele tien duizenden zelfgekweekte potplanten, die tezamen met vele vazen vol snijbloemen een veelkleurig bloemmozaïek vormen. Verder is een tuin ingericht met een boomgaard met vruchtdragende appel- en perenboompjes. Dordrecht en Utrecht zijn vertegenwoordigd door 'hun torens, ver vaardigde van bloemen en fruit, verschei dene andere steden door hun stadswapens in bloemen. Omstreeks honderd vertegenwoordigers van volkstuindersbonden uit twaalf lan den (de West-Europese landen behalve Italië, Spanje en Portugal) hebben voorts in de aula van het Koninklijk Instituut voer de Tropen te Amsterdam de opening bijgewoond van hun negende internatio nale congres door de staatssecretaris van Sociale Zaken en Volksgezondheid, mr. dr. A. A. van Rhijn. Ned. Herv. kerk Beroepen te Middenmeer J. v. Winters wijk te Grijpskerke (Z.) Geref. kerken onderli. art. 31 K.O. Examens. Aan de Theol. Hogeschool te Kampen is geslaagd voor het cand. examen de heer A. G. Versteeg te Amersfoort. Bij de strubbelingen in Perzië en Marokko was nu laatst ook nog die tussen Carel Briels en de orkestleider van de Bieten bouwers gekomen. De onrust in de hele wereld neemt toe. Die laatste moeilijkheid is ontstaan op het Hilversumse stadserf, zoals u wel ge lezen zult ebben de Opperbietenbouwer wilde niet spelen in de regen en de men sen, die allemaal drie kwartjes voor die Bietenbouwers betaald hadden, wilden hun centen terug. Nou, zou ik ook gedaan heb ben, En u ook. Waar of niet? Terecht hebben daar in sommige kranten lappen van stukken over gestaan, met het portret van Carel en de Opperbietenbou wer. Terecht, want het is een zeer belang wekkende aangelegenheid. Ik hoor dat zij door de heer Von Balluseck persoonlijk voor de Veiligheidsraad gesmeten zullen worden, want hier komt de veiligheid van vierhonderd maal drie kwartjes in het ge ding. In Marokko is intussen alles weer rustig. Ik heb het portret van de nieuwe Sultan gezien. Hij lijkt niet op Carel Briels, maar is toch ook een man van aanpakken en als ik Carel was vroeg ik concessie om tegen Rabat een Mexicaans stadje te mogen neer zetten. Zo'n Mexicaans stadje past precies zo in Marokko als een Italiaans stadje in Hilversum. Die Marokkanen moeten het ook eris gezellig hebben. En laat d^n de Bietenbouwers daar ook spelen, als zaak is bijgelegd. Daar snakken de Marokkanen naar. Ikzelf heb aan de Sjah gevraagd of ik een Russisch stadje in Teheran mag neer zetten. Met balalaika en heren die dansen met de dolk op de kin. Dat is altijd gewild. Desnoods smijt ik er het Dutch Swing College ook tegenaan. Ik zeg maar altijd: plezier is plezier. En ik had gedacht dat wij dan op de sluitings avond, voor drie kwartjes per Pers, open baar verscheuren van minister Fatemi op het Russische dorpsplein kunnen hebben, gevolgd door dansen in een Peruaans eet- nuysje. Wij moeten de kop hoog houden en jolijt blijven maken. Overal stadjes, overal Bie tenbouwers en overal eethuysjes. Maar Carel en Ger (zegt u maar gewoon Ger.het is altijd leuk om een volwassen man met een kindernaampje aan te spre ken) ik zeg: Carel en Ger zeg ik. Fijn. Ik had me, zoals u weet, al ongerust gemaakt om dat ernstige ongenoegen tussen de he ren Briels en de Roos. Perzië en Marokko zijn altijd nog een hele tijd vliegen, maar Carel en Ger, dat is zo vlakbij. Dat voel je. Daar heb je verdriet van. Maar nu hebben zij het bijgelegd. Dat is een opluchting. Het is of er een zwaarte van mijn hart valt, net of er een druk van mijn maag wordt genomen. Net of ik ineens weer helderder uit mijn ogies kijk, of de zon door de wolken breekt. Of mijn mid denrif weer vrij gekomen is. Hè, hè, zeg ik, Carel en Ger zijn weer goed op elkaar". Dat is toch zeker reuzeELIAS. ADVERTENTIE FRANS VAN DAALEN - ASSURANTIËN LODEWIJK V AN DEYSSELLAAM IM,.'. HAARLEM - TEL 24414 Lang niet algemeen blijkt men te we ten dat de kwekerij van de gemeente Bloemendaal gelegen aan de Veldlaan te Bentveld één van de slechts vier in stellingen in Nederland is, waar ieder jaar een Victoria Regia tot bloei wordt ge bracht. Deze indrukwekkend mooie plant, die thuis hoort in de baaien van de Zuid- Amerikaanse Amazone, de rivier met het grootste stroomgebied ter aarde, wordt hier voorts gekweekt in de Hortus Bota nicus te Amsterdam en te Leiden, bene vens in de Diergaarde Blij dorp te Rot terdam. De Victoria Regia is een éénjarige plant, die dus telkens opnieuw ontwikkeld moet worden uit zaad, dat gedurende de eerste wintermaanden in flessen onder water be waard blijft. Wie thans in het ruime bas sin van de grootste der Bloemendaalse kassen de enorme bladeren aanschouwt, waarvan sommige een doorsnede van ze ker twee meter bereiken, kan zich nau welijks voorstellen dat al dit drijvende groen is voortgekomen uit wat een leek misschien voor een grassprietje zou aan zien. De cultuur is dan ook bijzonder inte ressant. In Januari worden ongeveer 25 van de bewaarde zaadjes uitgezet in een bak met kleibagger. Hiervan houdt men de vijf sterkste aan, om tenslotte in het begin van Mei de gunstigst ontwikkelde daarvan over te planten in het bassin, dat een diepte heeft van een halve meter en waar het krioelt van de goudvissen. Na on geveer acht weken is de Victoria Regia wat men noemt volwassen. Deze eigenaar dige waterplant bloeit vijftien tot twintig keer in de periode van Juli tot half Sep tember, alleen des avonds en des nachts, telkens tussen de veertig en vijftig uur. De bloem, liggend in het midden dei- wijd vertakte bladeren, is de ene avond wit en de volgende rood. Zij ondergaat bovendien merkwaardige gedaanteverwis selingen, waardoor zij aan het einde van de bloeitijd een soort knoopvorm aan- aanneemt. De geweldige bladeren, door lange stengels met het centrum verbon den hebben opstaande randen met een hoogte van tien tot vijftien centimeter. Ze zijn zo sterk, dat ze gemakkelijk een kind van zeven jaar kunnen dragen, mits het gewicht daarvan bijvoorbeeld met behulp van een stuk triplex over de oppervlakte verdeeld wordt. De meeste bezoekers ver tonen een neiging deze bladeren te betas ten, doch men komt er spoedig van terug deze onderzoekingen ook tot de onderkant uit te strekken, daar deze bijzonder ste kelig behaard is. Van tijd tot tijd worden de oudste bladeren verwijderd om plaats te maken voor nieuwe groei. In totaal ont wikkelt de Victoria Regia er eenstuk of vijftig, van klein tot groot. Nog één bloei Binnenkort zal de Victoria Regia haar laatste bloei beleven. Wij zullen nog be richten, wanneer dit geschiedt, omdat bij die gelegenheid de Bloemendaalse kassen wederom (tegen een geringe vergoeding) voor het publiek worden opengesteld. Wij kunnen iedere natuurliefhebber aanraden daar een kijkje te gaan nemen. Het hoofd van deze kwekerij, de heer P. C. van der Maas, heeft er namelijk voor gezorgd, dat er in en om het bassin nog meer te zien is, dat de betrekkelijk geringe moeite van het bezoek ruimschoots vergoedt. Men kan er zien hoe rijst en suikerriet worden ver bouwd, hoe pinda's en andere tropische producten als thee en koffie, cacao en rub ber groeien. Verder vindt men er de eigen aardig geurende wasbloemen en fraaie soorten passieflora. Is de Victoria Regia uitgebloeid, dan laat men het bassin leeglopen en wordt de kas weer ingeruimd voor de subtropische ge wassen, die nu nog de Bloemendaalse par ken en plantsoenen sieren, om van het Openluchttheater maar te zwijgen. Een Victoria Regia, zoals die ook te zien is in de Amsterdamse Hortus. Koningin Juliana heeft Vrijdag ten pa- leize Korte Voorhout in Den Haag de nieuwbenoemde ambassadeur der Sovjet- Unie, de heer Stepan Pavlovitsj Kirsanov, die zijn geloofsbrieven kwam aanbieden, ontvangen. Voor het paleis stond de Koninklijke Militaire Kapel opgesteld, evenals een ere- compagnie van het regiment luchtdoel- artillerie Waalhaven. De Koninklijke Mi litaire Kapel speelde het volkslied der Sovjet-Unie. Daarna ontving de Koningin de nieuwe gezant van Mexico, de heer Manuel A. Chavez. Ook de Mexicaanse gezant bood zijn geloofsbrieven aan. Tenslotte ontving de Koningin de Griekse gezant, de heer Nicolas G. Lely. Deze bracht aan de Ko ningin de dank van Griekenland over voor de grote blijken van meeleven en de steun die van onze Koningin, de Nederlandse regering en het Nederlandse volk werden ontvangen bij de aardbeving die Grieken land heeft getroffen. Met vier typen goederenwagons geven de spoorwegen in samenwerking met Van Gend en Loos op het jaarbeursterrein te Utrecht demonstraties van de mogelijk heden van goederenvervoer per rail. Veel aandacht wordt besteed aan de transport bescherming. Wanneer er ondernemingen zijn die klachten hebben over beschadi gingen tijdens het vervoer, wordt in de verpakking een schokbreker geplaatst. Dit apparaat, dat door het N.S.-personeel „stille verklikker" wordt genoemd, re gistreert nauwkeurig de manoeuvres met de lading. Hierdoor kan worden nagegaan hoe er met de goederen is omgesprongen. In vele gevallen heeft dit registratietoe stel het mogelijk gemaakt de oorzaak van beschadigingen tijdens het transport op te sporen. De stille verklikker wordt niet alleen geplaatst op verzoek van de verzender, doch ook door de N.S. zelf bij wijze van steekproef. Dr. J. Vixseboxse, werkzaam op het ministerie van Buitenlandse Zaken, wordt tweede ambassade-secretaris bij de perma nente vertegenwoordiging van Nederland bii de U.N.O. te New York.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1953 | | pagina 9